COUPE LIMOUSINES
De Terugkeer van Klompvoet.
No. 19961.
LEIDSCH DAGEÉLAD, Maandag 6 April
Tweede Blad. Anno 1925^
BINNENLAND.
J. LEONARD LANG, AMSTERDAM, s<"dS«r|^ 114
FEUILLETON.
Nederland en Belgil.
De ,,Dg.üy Telegraph" meldt, dat London
en Parijs naar Brussel en Den Haag gelijk
luidende nota's hebben gezonden, waarin
zij bun instemming betuigen met do Bel
gisch— Nederlandsche overeenkomst over
„De Schelde." Tegelijk hebben Engeland
en Frankrijk het denkbeeld geopperd, dat
een eenigszins belangrijker diplomatiek in
strument noodig zal zijn, om de volledige
ter-zij de-stelling van de geheele groep van
tractaten vac 1839 haar beslag te laten
krijgen en ze te vervangen, cn dat hier
over nadere onderhandelingen plaats moe
ten hebben. Do Britsche regeering heeft
voorbehoud gemaakt ten aanzien van de
kwestie van verschillende bij de tractaten
van 1S39 verworven rechten, waarover dc
juridische raadslieden van hoar Dep. van
Buitenl. Zaken en de deskundigen van Ad
miraliteit en Ministerie van Koophandel be
raadslagen. Met dat- al heeft de uitwisse
ling van nota's het thans mogelijk gemaaktT
dat de handteekeningen van jhr. Yan Kar-
nebeok en Hymans voor het aftreden van
het Belgische kabinet onder het accoord
geplaatst werden.
Uit Brussel wordt gemeld, dat- do tekst
van het geteekende verdrag op dit oogen-
blik nog niet zal worden bekend gemaakt
de primeur daarvan wil men laten aan de
parlementen. Dc tekst zal dus niet worden
bekend gemaakt, voordat het verdrag ge
deponeerd is op de bureaux van de Ka
mers.
Paul Hymans heeft zijn hartelijkcn dank
uitgesproken voor de hem in Den Haag
bereide ontvangst.
De Zomerdienstregeling bij de Spoorwegen
Uit Utrecht wordt aan „De Tel" gemeld:
In verband met de verwerping van het
wetsontwerp tot afsohaffing van den Zo
mertijd, vernemen wij vnn zeer bevoegde
eijdo, dat. deze verwerping van geen invloed
za-1 zijn op de invoering van de zomerdienst-
regeling van de Ned. Spoorwegen op 5
Juni a.s.
De Ned. Svpoorwogen hadden zich by dit
ontwerp naar twee kanten gewapend, in
verband met do al of niet invoering van
den zomertijd.
Doch nu de beslissing gevallen is, zal do
nieuwe zomerdienst absoluut klaar zijn op
dien datum. Hij wordt, dit jaar op 5 Juni
ingevoerd, op verzoek van Frankrijk, om
dat 1 Juni op Pinksteren valt.
Volgende jaren zal de zomerdienst to
gaan op 15 Mei. Daar in Frankrijk en Bal-
gië reeds op 5 April de zomertijd aanvangt-,
zijn van Maandag a.s. nf in den treinenloop
met die landen eenige belangrijke wijzigin
gen aangebracht
Dit is con gevolg van het feit, dat in Bel
gië, Frankrijk en Engeland de zomertijd
aanvangt op den eersten Zondag in April
cn eindigt op den eersten Zondag in Octo
ber.
Duitschland zal zich wel nooit bij dezo
regeling aansluiten, vooral met het oog op
de uitgestrektheid van zijn landgrenzen.
Vandaar, dat de beste oplossing zou zijn,
dat de zomertijd in België en Frankrijk
zou verdwijnfn, om daarvoor in de plaats
te krijgen een internationale regeling, daar
de zomertijd zal aanvangen op 16 Mei, te
gelijk met de invoering van de nieuwe
dienstregeling en eindigt op den eersten
Zóndag in October, waardoor zij aan beide
zijden van onze landgrenzen denzclfden
tijd hebben.
Welke tijdregcling dan ingevoerd zal wof-
deD, is voor dc spoorwegen van geen be
lang.
Van het grootste belang voor een goede
dienstregeling is echter, dat er nu eens eon
einde komt aan de reeds gedurende vuur
jaren in ons land schommelende meenin
gen, die voor de spoorwegen groote moei
lijkheden hebben veroorzaakt en waarv*4
de beslissingen voor een goede regoling
nauwelijks konden worden aanvaard
Het is hoog noodig, dat er stabiliteit
komt en vooral een stabiliteit met de aan
grenzende landen. Hoe de dienstregeling
zal zijn, doet er niet toe. Ais maar gezorgd
wordt, dat de spoorwegen een half jaar te
voren weten, welke tijdregeling gebruikt
zal worden. Dit is niet alleen in het belang
van de spoorwegen, doch zeer zeker ook
in het publiek belang, dat gebaat is met
een goede dienstregeling en een tijdige
uitwerking ervan.
Wat betreft het nieuwe compromis-voor
stel van de sociaaldemocratische fractie,
daartegen hebben de spoorwegen geen be
zwaren, mits het maar niet meer dit jaar zal
worden ingevoerd, want daardoor zou een
b^ioorlijke dienstregeling zoo goed als on
mogelijk worden.
Indien daaromtrent maar vóór l Novem
ber door de Staten-Ueneraal een beslissing
genomen wordt, zqu invoering van dat bo-
sluit op 15 Moi 192G kunnen plaats hebben.
De oplossing voot dit jaar is 3at ën zo
mertijd, èn nieuwe dienstregeling beide in
gaan op 5 Juni a.s.
Actie van den Ned. Ouderraad.
Te Utrecht werd Zaterdag een vergade
ring gehouden van den Ned. Ouderraad bij
het O. L. onderwijs, onder voorzitterschap
van den heer H, de Vries Mzn., uit Amster.
dam. Aanwezig waren o.a. de heeren Kete
laar, lid der Tweede Kamer; ds. Van der
Hoeve en Van Esso, resp. gemeentelijk on-
derwija-inspecteur te Utrecht en Den Haag
alsmede de heer Van Goethem, voorzitter
der Vereeniging van hoofden van Schol en
in Nederland- prof. R. Casimir, een verte
genwoordiger van den Minister van Onder
wijs; wethouder Meijer; Posthumus, van
den Bond van Ned. Onderwijzers, enz.
Na een kort openingswoord van den Voor
zitter werden de jaarverslagen, alsmede het
beleid van het hoofdbestuur, goedgekeurd.
Tot adviseurs-onderwijsdeskundigen wer
den herbenoemd de heeren prof E. Casimir
ui Den Haag, en Klaas de Vries, uit Am
sterdam.
Na een inleiding van den heer Nieuwhoff,
uit Den Haag, over do propaganda voor het
openbaar onderwijs, werd besloten tot de
"vorming van een Nationaal Comité voor de
propaganda en verbetering van het open
baar onderwijs.
De aftredende leden van het hoofdbestuur
werden herkozen, terwijl als nieuwe leden
van den Bestuursraad werden gekozen de
heeren Van der Horst, uit Arnhem, en Ike-
ma, uit Rotterdam.
Vervolgens kwam aan de orde een voor
stel van den Bestuursraad luidende: ,,Dd
ledenraad besluit dat de Ned. Ouderraad
onmiddellijk pogingen aanwendt om te ko
men tot wijziging van art. go der L.O.-wefc
1920 en ran het Kon. Besluit ter zake, tor
verkrijging van een wettelijke regeling van
de ouderbemoeiingen in zake het Openbaar
L. O."
De heer Lansberg, Uit Utrecht, lichtte
dit voorstel toe en wees er op dat de Cen
trale Ouderraad bevoegd zal zijn tot:
a. het zich ter zake van onderwerpen- het
openbaar 1. 0. ter plaatse of meer dan één
school rakende, te wenden tot of advies te
geven aan den Gemeenteraad, het Gemeon-
tebestuur, het Rijks- of Gemeentelijk
Schooltoezicht en de Commissie van Toe
zicht op het Lager Onderwijs;
b. het opgeven, uit de leden van ouder-
commissiën bij het O. L. O. van het ver-
cischte aantal candidaten voor de commis-
siën tot wering van schoolverzuim, van per
sonen, bedoeld in art. 1 der Leerplichtwet,
voor de bezetting niet voor andere cate-
goriën van personen bestemd;
c. het opgeven alsvoren van dubbeltallen
van candidaten voor de Commissie van Toe
zicht op het Lager Onderwijs
d. het deelnemen voor delegatie in de
onderzoekcommissien aan het onderzoek
voorafgaande aan de benoeming van onder
wijzend personeel;
e. het vorderen van het Gemeentebest uur,
om voor den bouw van een openbare lagere
school (of kopschool) de vereischte maat
regelen te nemen, indien een aantal ouders
of verzorgers met een bij art. 73 der L.O.
Wet als minimum gesteld aantal kinderen
zich verbinden deze kinderen, naar de te
stichten school te zenden
f. heb nemen van alle maatregelen, welke
binnen het kader der L. O.-wet de samen
werking tusschen school en huis in den ruira-
eten zin kunnen bevorderen.
Na besprekingen werd het ontwerp-arti-
kel goedgekeurd.
Het bestuur kreeg opdracht het ontwerp
aan den Minister aan te bieden.
Voorts zal den Minister verzocht worden
een vertegenwoordiger van den Ned. Ouder
raad in (Jen Onderwijsraad op te nemen.
Met de firma Calff en Merschke, te Am
sterdam, zal een overeenkomst worden aan
gegaan voor de uitgifte van een orgaan. Tot
redactieleden, werden benoemd de heeren
De Vries, Lousberg en Nieuwhoff.
Aangenomen werd een voorstel-Dcn Haag
om te ijveren voor spoedige wederinvoering
Tan het 7de leerpaar.
Met algemecne stemmen werd de volgen
de motie-Den Haag aangenomen
„De vergadering enz.; kennis genomen
hebbende van het voornemen der Regeering
om het geldende arbeidaverbod voor kinde
ren beneden II jaar ongedaan te maken;
van oordeel, dat die maatregel zeer ten
nadeele van de arbeidersjeugd zal zijnpro.
testeert ten Bterkste tegen dat voornemen
van de Regeering; besluit: le zich ter zake
tot de Staten-Generaal te wenden, met hot
verzoek de Regeering niet in dat, haar voor
nemen- te steunen en de desbetreffende
voorstellen to verwerpen;
2e. deze motie ter kennis to brengen van
den Raad van Ministers en haar te publi-
cecren in de Ncderlandscho Pers."
Op voorstel van Leeuwarden werd een
motie aangenomen om een onderzoek in te
stellen naar de wijze, waarop in de verschil-
beide gemeente de schoolvoeding en -kloe-
ding is geregeld cn bekostigd wordt.
De werktijd in de metaalnijverheid.
De hoofdbesturen der vakbonden van
werknemers in de metaalbedrijven hebben
met dén heer Zaalberg, den directeur-ge
neraal van den arbeid, geconfereerd in ver
band met zijn schrijven aan de vakbonden
in zake de noodzakelijkheid van werktijd-
verlenging in de Amsterdamsche metaalin
dustrie.
Vertegenwoordigd waren de moderne,
neutrale en beide confessioneel© organisa
ties en voorts de Federatie en de commu
nistische vakbond O. B. W. HL
De hoer Zaalberg gaf, naar „De Tel."
bericht, een korte nadere uiteenzetting van
zijn standpunt en betoogde opnieuw, dat
er, om het Amsterdamsche metaalbedrijf te
helpen, daar ter stede langer gewerkt
moet worden.
Met tal van cijfers zijn de vertegenwoor
digers der vakbonden tegen de meening
van den directeur-generaal opgekomen.
Unaniem waren do vakbondbeetuurders van
meening, dat er te Amsterdam thans nor
maal-voldoende werk is. Betoogd werd, dat
indien niet elders onnoodige overwerkver-
gunningen verleend waren, Amsterdam niet
in het gedrang zou zijn gekomen.
De heer Zaalberg zegde toe ook met de
patroonsbonden nog nadere besprekingen
te zullen voeren
Het verslag van de commissie-Nolting.
Het bestuur van do Vereeniging van lioo-
ger personeel bij den post- on telegraaf
dienst heeft naar aanleiding van het ver
slag der commissie-Nolting een memorie
aan den Minister van Waterstaat gezon
den, waaraan het volgende is ontleend
RECLAME.
6037
FIAT
.K 15 20 P.K. 20 30 P K.
I- f 6300.-
UiT VOORRAAD LEVERSAAR.
f7500.-
Op den voorgrond wordt gesteld, dat het
gedeelte van het verslag, waarin op algo-
heele vereenvoudiging van de exploitatie
van het bedrijf wordt aangedrongen, ten
volle worde onderschreven. Tn de wijze,
i waarop en vooral het tijdsbestek, waarin
die vereenvoudiging tot stand moet komen,
bestaat eohter met de commissie een groot
verschil van inzicht.
Zoo wordt met de omzetting van hoofd-
in bijkantoren naar dc meening van het be
stuur 'veel tc ver gegaan. Ampel worden
in dc memorie uiteengezet de redoncq, wel
ke tot die meening hebben geleid. Ook ten
aanzien van de afvloeiing heerseht bij het
bestuur een opvatting, beslist afwijkend
van die, welke door de commissie in haar
verslag naar voren wordt gebracht. Bij het
bestuur weegt in dit opzicht zwaar de om
standigheid, dat door de commissie blijkens
haar verslag wat heb leiding gevend en toe
zicht houdend personeel aangaat, do for
matie is gebouwd op den tegenwoordigen
staat vac malaise in handel en industrie,
cmi dat met een opleving daarvan geen re
kening werd gehouden. Mot den moesten
aandrang wordt den Minister geadviseerd
do afvloeiing, die nu reeds bij een enkele
categorie gaat tot den 53 jarigen leeftijd,
onverwijld stop te zetten.
Niet juist wordt het geacht, dat het bij
invoering van do voorstellen der commissie
voor de lagere en middelbare rangen niet
mogelijk zal zijn (anders dan honoris causae)
in de hoogers rangen over te gaan, on dat
in de toekomst de surnumerairs geen be
zoldiging zullen genieten. Het gevolg van
dit laatste zal, naar de meening van adres,
sant zijn, dat alleen de beter gesitueerden
zich voor opleiding tot de hoogere rangen
bij den post- en telegraafdienst zullen aan
melden
Ten zeerste wordt het betreurd, dat dc
commissie in de haar verstrekte opdracht
geen eauleicmg heeft kunnen vinden, een
ontwerp-salarisregelitng aan het door haar
uitgebrachte verslag toe te voegen, mede
omdat de directeursfunctie naar hot oor
deel van adressant verhoudingsgewijze ab
soluut onvoldoende door dc commissie word
gewaardeerd.
Da ressortale Vergadering van het
Synagogaal Ressort 's-Gravenhage heelt met
bgna algemeene stemmen tot Opperrabgn
benoemd, in de vacature-Van Loen, den heer
I. Maarsen, rabbijn bij de Ned. Isr. Hoofd
synagoge te Amsterdam.
Het overleg der R.-K. Raadsfractie
met de Anti-revolutionnairen, Christeljjk-His-
torischen, Vrvjheidsbomlers en de groep-
Weiss heeft geleid tot overeenstemming aan
gaande de bjj de a.8. wethoudersverkiezing
te Amsterdam aan te nemen houding. Alle
leden der genoemde ffacties hebben zich
verbonden, üun medewerking te verleenen
aan een zoodanige samenstelling van het
College, dat daarin zitting zullen hebben 'één
Christelrjk-Historisch lid. twee Roomsch-Ka-
tholiekcn, één Vrijheidsbonden en twee So
ciaal-Democraten.
Buiten dit overleg zjn gebleven de So
ciaal-Democraten on do Vrijzinn'g-Democra-
ten, omdat deze z.cli reeds eer over en
weer verbonden hadden, bij de a.s. wek-
houders-verkiezing te stemmen op drie So
ciaal-Democraten, en één Vrijzinnig Demo
craat. Hieraan zouden dan, naar de bedoe
ling dezer combinatie, twee Katholieke zetels
toegevoegd zijn geworden, .n lien het moge
lijk ware geweest, met de Katholieke Iractie
tot overoenstemm.ng te geraken.
Er hebben zich dus tivee groepen ge
vormd, n.l. de 3 vrijzinnig-democraten met
de 16 S.D.A.P.-ers die alzoo tezamen
19 stemmen vormen eenerzjjds cu de
Roomsch-Katholieken (8), auti-revoiutionnai-
ren (3), Christeljjk-Historischen (4), Vrjj
heidsbonders (4) en de neutrale midden
standers (3), anderzijds, welke 22 stemmen
tellen.
Dan resten nog de vier communisten, die
zich in dit conflict buiten spel houden.
Er zullen derhalve zooals de zaken
tlians staan bij de a.s. wethoudersverkie
zing niet meer dan 41 stemmen kunnen wor
den uitgebracht, b'rj welke 41 de 22 ver
bondenen een meerderheid kunnen vormen.
Te Amsterdam is gehouden het Bonds-
congres van het Nat. Verbond van Ge
meenteambtenaren in Nederland. Dc voorz.,
de heer A, van Geelen, uit Utrecht, hield
een rede.
De jaarverslagen van -secretaris en
penningmeester werden met algemeene stem
men goedgekeurd.
De aftredende bestuursleden, de heeren
H. J. Tuure, te Nijmegen, D. Knop, te
Zwolle, en E. Veldman, te Amsterdam, wer
den met algemeene stemmen herbenoemd.
Het voorstel van Den Haag en Amsterdam
om den zetel van het Verbond to verplaatsen
werd verworpen, evenals een door de afd.
Amsterdam ingediend voorstel tot wijziging
van de contributie-afdracht.
Na zeer uitvoorige besprekingen werd hot
voorstel van het hoofdbestuur tot reorga
nisatie van het Ondersteuningsfonds met
nagenoeg algemeene stemmen aangenomen.
De bezittingen van het fonds werden over
gedragen aan de organisatie voor gelijk doel.
De nieuwe bepaliugen van het fonds treden
in werking te rekenen van af 1 Januari
1926.
De afdeeling Don Haag ward aangewezen
als zetel van hot ondersteuningsfonds.
De voorgestelde rechtspositie der amb
tenaren en bezoldigde bestuurders der orga
nisatie word met algemeene stemmen goed
gekeurd.
Nadat de begrootiug met algemeene stem
mer. werd aangenomen, sloot de voorzitter
de vergadering.
Onder voorzitterschap van den beer
li. den Boer, uil Den Haag, ia te Utrecht de
jaarvergadering gehouden van den Bond van
Amblenaren bij 's Rijksbelastingen in Ne
derland.
Door VALENTINE WILLIAMS.
Ceauloriseerde vertaling van W, E. PONT.
gr. (Nadruk verboden).
65)
In dof stilzwijgen kleedde ik mij en ging
naar boven. De opkomende maan slond
laag aan den horizon en fantastische scha
duwen gaven hel dek een griezelig aanzien.
Er was niemand te zien. Aan stuurboord
zijde verhief zich de donkere rotsmassa van
Cock Island als een zwarte plek legen den
svhoorsteenhemel.
Het is een van de gebreken van het Kel-
lischc temperament, dat oogenblikkcn van
de hoogste vreugde vaak gevolgd worden
door tijden van de diepsle neerslachtigheid.
De reactie na onze .dagen van lievige ont
roering was nu over mij gekomen en ik was
geheel ter neer geslagen. Alle pittigheid, die
mijn beroep voor mij aantrekkelijk maakte,
zoo scheen het mij toe in dal donkere uur
op het verlaten dek van de .Cristobal'*, was
verdwenen en liet een vee n nasmaak ach
ter. Terwijl ik op en neer ijsbeerde, gingen
voor mijn geest de tooneelen voorbij, die ik
Bad meegemaakt tijdens mijn onderzoe
kingstocht., Adams, die in zijn hut naar
lucht hijgde; Garth en ik, die kropen door
het klam-warme oerwoud; die gedaante in
den storm bij het graf Marjorie, die haar
goudbruin hoofdje tegen mijn schouder
vlijde in de duisternis
En uit ai die beelden, die aan mijn geest
voorbijtrokken, scheen baar gezichtje mij
aan te staren, de smalle, fijngeteekende
wenkbrauwen boven die heldere, grijze
oogen, de teedere uitdrukking van haar
mond In den tijd van een paar uren.
pemsde ik droevig, had ik mijn liefde ge-
Vonden en verloren, juist zooals ik don
nat gevonden en verloren had.
Een slem riep ons aan van uit de duis
ternis, die over de donkere zee hing.
..Cristobal alioyl"
Hel geluid van riemen bereikte mijn oor
en weldra dook oen sloep op uit de duister
nis; een witte gestalte zat achterin. Een
paar minuten later stapte Marjorie Garth,
gehuld in een dikken, witten mantel, uit dc
boot, die schommelde op de deining onder
aan de kampanjeladder van de „Cristobal",
en klom aan dek.
„Zou je mij zóó verlaten hebben?" zei ze,
naast mij staaijde.
Ik (rok de schouders op.
„Dat was niet vriendschappelijk van je,
partner I" voegde zij er bij met moeite adem
halend. j
„Je vaderbegon ik.
„O!" riep zij uil met gedempte stem, „ik
schaamde mij voor hem. Na alles, wat jij
gewaagd had, om mij le redden. Maar je
moet een beetje toegeefelijk zijn, en beden-
hen, dat ik alles ben, wat hij heeft. Over
een paar dagen zal hij weer heclemaal
goed zijn. Wij gaan terug naar Panama en
dan over Amerika terug. En ik ben geko
men om je mee terug te nemen naar de
„Naomi"!
Ik schudde het hoofd.
„Neen!" zei ik.
„Wanneer ik je nu vraag te komen. En
ik zal zorgen, dat vader zrjn excuses maakt,
als je dat wilt
Zij legde haar liand op mijn arm.
„Die domme trots van joubegon zij.
„Laten we daarover niet gaan kibbelen",
smeekte ik. „Laat mij dien wonderheerlij-
ken droom onbedorven behouden. Marjorie.
Maar droomen kunnen niet altijd voortdu
ren, beste. Eenmaal moet men toch wakker
worden, zie jel"
Vragend zochten haar oogen de mijne.
„Zelfs wanneer Sir- Alexander mij niet
bad gezegd, dat ik niet gcwenscht was op
do „Naomi" vervolgde ik, „dan geloof ik
toch, dat ik hier van je had moeten schei
den. Lieve kind, begrijp je niet, dat het ho
peloos is? Ik Iroud veel (e vee! van je, om
je alleen maar als vriend le kennen. Ik
moet er een eind aan maken. De schrids-
muur tusschen ons is onoverkomelijk
„Scheidsmuur?" herhaalde zij. „Wat voor
oen scheidsmuur?"
•„Geld!" „Je bent voel te rijk, Marjorie,
dan dat ik je de vraag zou durven doen,
die ik al bijna van het oogenblik af, dat
ik je voor het eerst zag in het rooksalon
op de „Naomi", verlangde te stellen. Ik
verdien genoeg met dat eigenaardige be
roep van mij om een vrouw te kunnen on
derhouden. Maar zoo lang als ik bij den
Geheimen Dienst ben, zou ik geen vrouw
duiven vragen met mij le trouwen. Het zou
niet goed zijn, dat óf zij óf de dienst er
onder lijden moest
Zwijgend hoorde zij mij aan. Toen zei ze
heel eenvoudig:
„Desmond, wanneer je mij vroeg je vrouw
te worden, zou ik het doen. Ik heb vroeger
nooit een man ontmoet, dien ik zou willen
trouwen; jou wèl. Waarom zou je gold een
scheidsmuur laten maken tusschen ons? Ik
heb genoeg geld voor ons beiden
Ik had haar nog liever om die woorden.
Maar ik schudde het hoofd.
„Het kan toch niet, liefste," zei ik. „En
je weet, dat het niet kan. Wanneer ik dien
ellendigen schat gevonden had, zou het
misschien nog wat anders geweest zijn.
Maar nu kan ik je alleen maar zeggen, dat
ik nooit zal vergeten, dat je mij het grootste
compliment hetit gegeven, dat een vtouw
oen man geven kan en ik moet je
vaarwel zeggen
Met een snik wendde zij zich van mij
at, en rende zonder den arm te zien, dien
ik uitstak om haar te helpen, de ladder af,
de boot in.
Vóór den morgen was Klompvoet ont
snapt.
Van at de kust van Cock Island, waar,
met toestemming van Garth, enkele man
nen van de „Naomi" den nacht hadden
doorgebracht, kondigde luidde kreten ons dit
nieuws aan. De sloep van de „Naomi", die
zij op het slrand hadden gelrokken, werd
vermist en aan de kampanjeladder van de
„crislobal" bewees een afgesneden stuk
touw, dat de vanglijn van een van de boo
ten, die daar vastgesjord waren, was door
gesneden.
Bard stelde een onderzoek in. Maar zijn
bemanning was afkomstig uit Rodriguez,
„en" vertelde hij mij, ze hebben een heilige
vrees voor EU Cojo. Hij is eenvoudig ont
snapt uit de lampenkamer, waar ik hem
opgesloten hadt Ik weet nog niet", voegde hij
er bij met een glimlach, „of die ouwe
Klompvoet ons zelf niet de gemakkelijkste
oplossing van oen heel" moeilijk probleem
heeft gegeven!"
HOOFDSTUK XXVI.
Waarin een zwarte kist een beslissende rol
speelt.
Een streep rook aan den horizon was at
wat liet beslaan van de Naomi" verried,
toen John Bard naar mij toekwam, terwijl
ik op hel achterdek van de „Cristobal'1 de
post zat door te lezen, die bij mij van Ro
driguez had meegebracht. Hij viel neer in
een stoel naast mij.
„Kapitein Lawless en die Scholsche stoker
van hem," zei hij, „hebben het grootsre
deel van den nacht op het eiland doorge
bracht met zoeken naar goud in de buurl
van het beeld. Maar ze hebben nog geen
dollar gevonden. Bn toen de ontdekking, dat
zij hun sloep kwijt waren! Hemefl, ze waren
zoo ellendig als Job!"
„Bah", antwoordde ik. „Ik heb meer dan
genoeg van dit oord. Hoe eer wij weer Jn
volle zee zijn, hoe liever het mij wezen zal.
Ik verlang er naar weer aan het werk te
gaan, John
„Wij vertrekken om vier uur,".antwoord
de mijn vriend. „Maar voordat wij het an
ker lichtten, Desmond, ouwe jongen, zou fle
toch wel eens even die grafkelder en are
gang, waardoor je ontsnapte, willen zien.
Wat zou je or van zeggen, als je mij eens
mee aan tand nam en mij alles eens Het
zien?"
„Ik wil alles doen om den tijd om te krij
gen,nntwoordde ik. „Wanneer zullen we
gaan?"
„En dadelijk. En ik zal een hou weel en
een 6chop meebrengen. Wanneer er tijd if.
kunnfcn wij nog eens delven naar goud in
de lava rondom het beeld
„Jij wedde; dat de handige Schot geen
duim gronds ondoorzocht had gelalen,"
lachte ik, toen die goede John wegging.
Een halfuur lajer zwoegden wij door het
rotsige dal, aan het einde waarvan tegen
den bergwand het groote beeld slond. Wij
liepen langs den rookenden krater en stón
den-eindelijk voor de nauwe, ball door een
reusachtig rotsblok verborgen spleet, waar
door ik uit de grafkamer was geklommen.
Wij hadden een paar lantaarns van het
schip meegenomen, en Bard had een hou
weel, terwijl ik een schop droeg. Wij lieten
onze gereedschappen bij den ingang en sta
ken onze lampen aan. Toen ging ik hem
vóór door de gan„- Aan het einde daarvan
versperde de stevige onderbouw van de ta
fel ons den weg. Een krachtige duw deed
het tafelblad opzij zwenken en daar boven
onze hoofden was de vierkante, donkere
opening van den grafkelder.
Ilier kon ik niet verder. De plek had te
pijnlijke herinneringen voor mij. Ik heesch
Bard op in hel gat, maar ik weigerde verder
met liem mee te gaan. Mel dc lanlaarn in
mijn hand wandelde ik terug door de gang
naar de kloof, waardoor wij binnenge o-
n1k waTn/isscIiien een hondmI meier van
do grot verwijderd, (oen het .ichl i an mijn
lantaarn op een vierkanten steen viel, die
in den grond vaal de gang ingemetseld was.
Hij klonk hol, toen ik er op stampte. Mijn
lamp neerzettend, bukte ik mij om hem te
onderzoeken, en zag toen, dat er iets ruw
op gebeiteld was. Het gebeitelde was uit
gesleten en vol slot,
(9k>t volgt.)