COUPE LIMOUSINES De Terugkeer van Klompvoet. No. 19961. LEIDSCH DAGEÉLAD, Maandag 6 April Tweede Blad. Anno 1925^ BINNENLAND. J. LEONARD LANG, AMSTERDAM, s<"dS«r|^ 114 FEUILLETON. Nederland en Belgil. De ,,Dg.üy Telegraph" meldt, dat London en Parijs naar Brussel en Den Haag gelijk luidende nota's hebben gezonden, waarin zij bun instemming betuigen met do Bel gisch— Nederlandsche overeenkomst over „De Schelde." Tegelijk hebben Engeland en Frankrijk het denkbeeld geopperd, dat een eenigszins belangrijker diplomatiek in strument noodig zal zijn, om de volledige ter-zij de-stelling van de geheele groep van tractaten vac 1839 haar beslag te laten krijgen en ze te vervangen, cn dat hier over nadere onderhandelingen plaats moe ten hebben. Do Britsche regeering heeft voorbehoud gemaakt ten aanzien van de kwestie van verschillende bij de tractaten van 1S39 verworven rechten, waarover dc juridische raadslieden van hoar Dep. van Buitenl. Zaken en de deskundigen van Ad miraliteit en Ministerie van Koophandel be raadslagen. Met dat- al heeft de uitwisse ling van nota's het thans mogelijk gemaaktT dat de handteekeningen van jhr. Yan Kar- nebeok en Hymans voor het aftreden van het Belgische kabinet onder het accoord geplaatst werden. Uit Brussel wordt gemeld, dat- do tekst van het geteekende verdrag op dit oogen- blik nog niet zal worden bekend gemaakt de primeur daarvan wil men laten aan de parlementen. Dc tekst zal dus niet worden bekend gemaakt, voordat het verdrag ge deponeerd is op de bureaux van de Ka mers. Paul Hymans heeft zijn hartelijkcn dank uitgesproken voor de hem in Den Haag bereide ontvangst. De Zomerdienstregeling bij de Spoorwegen Uit Utrecht wordt aan „De Tel" gemeld: In verband met de verwerping van het wetsontwerp tot afsohaffing van den Zo mertijd, vernemen wij vnn zeer bevoegde eijdo, dat. deze verwerping van geen invloed za-1 zijn op de invoering van de zomerdienst- regeling van de Ned. Spoorwegen op 5 Juni a.s. De Ned. Svpoorwogen hadden zich by dit ontwerp naar twee kanten gewapend, in verband met do al of niet invoering van den zomertijd. Doch nu de beslissing gevallen is, zal do nieuwe zomerdienst absoluut klaar zijn op dien datum. Hij wordt, dit jaar op 5 Juni ingevoerd, op verzoek van Frankrijk, om dat 1 Juni op Pinksteren valt. Volgende jaren zal de zomerdienst to gaan op 15 Mei. Daar in Frankrijk en Bal- gië reeds op 5 April de zomertijd aanvangt-, zijn van Maandag a.s. nf in den treinenloop met die landen eenige belangrijke wijzigin gen aangebracht Dit is con gevolg van het feit, dat in Bel gië, Frankrijk en Engeland de zomertijd aanvangt op den eersten Zondag in April cn eindigt op den eersten Zondag in Octo ber. Duitschland zal zich wel nooit bij dezo regeling aansluiten, vooral met het oog op de uitgestrektheid van zijn landgrenzen. Vandaar, dat de beste oplossing zou zijn, dat de zomertijd in België en Frankrijk zou verdwijnfn, om daarvoor in de plaats te krijgen een internationale regeling, daar de zomertijd zal aanvangen op 16 Mei, te gelijk met de invoering van de nieuwe dienstregeling en eindigt op den eersten Zóndag in October, waardoor zij aan beide zijden van onze landgrenzen denzclfden tijd hebben. Welke tijdregcling dan ingevoerd zal wof- deD, is voor dc spoorwegen van geen be lang. Van het grootste belang voor een goede dienstregeling is echter, dat er nu eens eon einde komt aan de reeds gedurende vuur jaren in ons land schommelende meenin gen, die voor de spoorwegen groote moei lijkheden hebben veroorzaakt en waarv*4 de beslissingen voor een goede regoling nauwelijks konden worden aanvaard Het is hoog noodig, dat er stabiliteit komt en vooral een stabiliteit met de aan grenzende landen. Hoe de dienstregeling zal zijn, doet er niet toe. Ais maar gezorgd wordt, dat de spoorwegen een half jaar te voren weten, welke tijdregeling gebruikt zal worden. Dit is niet alleen in het belang van de spoorwegen, doch zeer zeker ook in het publiek belang, dat gebaat is met een goede dienstregeling en een tijdige uitwerking ervan. Wat betreft het nieuwe compromis-voor stel van de sociaaldemocratische fractie, daartegen hebben de spoorwegen geen be zwaren, mits het maar niet meer dit jaar zal worden ingevoerd, want daardoor zou een b^ioorlijke dienstregeling zoo goed als on mogelijk worden. Indien daaromtrent maar vóór l Novem ber door de Staten-Ueneraal een beslissing genomen wordt, zqu invoering van dat bo- sluit op 15 Moi 192G kunnen plaats hebben. De oplossing voot dit jaar is 3at ën zo mertijd, èn nieuwe dienstregeling beide in gaan op 5 Juni a.s. Actie van den Ned. Ouderraad. Te Utrecht werd Zaterdag een vergade ring gehouden van den Ned. Ouderraad bij het O. L. onderwijs, onder voorzitterschap van den heer H, de Vries Mzn., uit Amster. dam. Aanwezig waren o.a. de heeren Kete laar, lid der Tweede Kamer; ds. Van der Hoeve en Van Esso, resp. gemeentelijk on- derwija-inspecteur te Utrecht en Den Haag alsmede de heer Van Goethem, voorzitter der Vereeniging van hoofden van Schol en in Nederland- prof. R. Casimir, een verte genwoordiger van den Minister van Onder wijs; wethouder Meijer; Posthumus, van den Bond van Ned. Onderwijzers, enz. Na een kort openingswoord van den Voor zitter werden de jaarverslagen, alsmede het beleid van het hoofdbestuur, goedgekeurd. Tot adviseurs-onderwijsdeskundigen wer den herbenoemd de heeren prof E. Casimir ui Den Haag, en Klaas de Vries, uit Am sterdam. Na een inleiding van den heer Nieuwhoff, uit Den Haag, over do propaganda voor het openbaar onderwijs, werd besloten tot de "vorming van een Nationaal Comité voor de propaganda en verbetering van het open baar onderwijs. De aftredende leden van het hoofdbestuur werden herkozen, terwijl als nieuwe leden van den Bestuursraad werden gekozen de heeren Van der Horst, uit Arnhem, en Ike- ma, uit Rotterdam. Vervolgens kwam aan de orde een voor stel van den Bestuursraad luidende: ,,Dd ledenraad besluit dat de Ned. Ouderraad onmiddellijk pogingen aanwendt om te ko men tot wijziging van art. go der L.O.-wefc 1920 en ran het Kon. Besluit ter zake, tor verkrijging van een wettelijke regeling van de ouderbemoeiingen in zake het Openbaar L. O." De heer Lansberg, Uit Utrecht, lichtte dit voorstel toe en wees er op dat de Cen trale Ouderraad bevoegd zal zijn tot: a. het zich ter zake van onderwerpen- het openbaar 1. 0. ter plaatse of meer dan één school rakende, te wenden tot of advies te geven aan den Gemeenteraad, het Gemeon- tebestuur, het Rijks- of Gemeentelijk Schooltoezicht en de Commissie van Toe zicht op het Lager Onderwijs; b. het opgeven, uit de leden van ouder- commissiën bij het O. L. O. van het ver- cischte aantal candidaten voor de commis- siën tot wering van schoolverzuim, van per sonen, bedoeld in art. 1 der Leerplichtwet, voor de bezetting niet voor andere cate- goriën van personen bestemd; c. het opgeven alsvoren van dubbeltallen van candidaten voor de Commissie van Toe zicht op het Lager Onderwijs d. het deelnemen voor delegatie in de onderzoekcommissien aan het onderzoek voorafgaande aan de benoeming van onder wijzend personeel; e. het vorderen van het Gemeentebest uur, om voor den bouw van een openbare lagere school (of kopschool) de vereischte maat regelen te nemen, indien een aantal ouders of verzorgers met een bij art. 73 der L.O. Wet als minimum gesteld aantal kinderen zich verbinden deze kinderen, naar de te stichten school te zenden f. heb nemen van alle maatregelen, welke binnen het kader der L. O.-wet de samen werking tusschen school en huis in den ruira- eten zin kunnen bevorderen. Na besprekingen werd het ontwerp-arti- kel goedgekeurd. Het bestuur kreeg opdracht het ontwerp aan den Minister aan te bieden. Voorts zal den Minister verzocht worden een vertegenwoordiger van den Ned. Ouder raad in (Jen Onderwijsraad op te nemen. Met de firma Calff en Merschke, te Am sterdam, zal een overeenkomst worden aan gegaan voor de uitgifte van een orgaan. Tot redactieleden, werden benoemd de heeren De Vries, Lousberg en Nieuwhoff. Aangenomen werd een voorstel-Dcn Haag om te ijveren voor spoedige wederinvoering Tan het 7de leerpaar. Met algemecne stemmen werd de volgen de motie-Den Haag aangenomen „De vergadering enz.; kennis genomen hebbende van het voornemen der Regeering om het geldende arbeidaverbod voor kinde ren beneden II jaar ongedaan te maken; van oordeel, dat die maatregel zeer ten nadeele van de arbeidersjeugd zal zijnpro. testeert ten Bterkste tegen dat voornemen van de Regeering; besluit: le zich ter zake tot de Staten-Generaal te wenden, met hot verzoek de Regeering niet in dat, haar voor nemen- te steunen en de desbetreffende voorstellen to verwerpen; 2e. deze motie ter kennis to brengen van den Raad van Ministers en haar te publi- cecren in de Ncderlandscho Pers." Op voorstel van Leeuwarden werd een motie aangenomen om een onderzoek in te stellen naar de wijze, waarop in de verschil- beide gemeente de schoolvoeding en -kloe- ding is geregeld cn bekostigd wordt. De werktijd in de metaalnijverheid. De hoofdbesturen der vakbonden van werknemers in de metaalbedrijven hebben met dén heer Zaalberg, den directeur-ge neraal van den arbeid, geconfereerd in ver band met zijn schrijven aan de vakbonden in zake de noodzakelijkheid van werktijd- verlenging in de Amsterdamsche metaalin dustrie. Vertegenwoordigd waren de moderne, neutrale en beide confessioneel© organisa ties en voorts de Federatie en de commu nistische vakbond O. B. W. HL De hoer Zaalberg gaf, naar „De Tel." bericht, een korte nadere uiteenzetting van zijn standpunt en betoogde opnieuw, dat er, om het Amsterdamsche metaalbedrijf te helpen, daar ter stede langer gewerkt moet worden. Met tal van cijfers zijn de vertegenwoor digers der vakbonden tegen de meening van den directeur-generaal opgekomen. Unaniem waren do vakbondbeetuurders van meening, dat er te Amsterdam thans nor maal-voldoende werk is. Betoogd werd, dat indien niet elders onnoodige overwerkver- gunningen verleend waren, Amsterdam niet in het gedrang zou zijn gekomen. De heer Zaalberg zegde toe ook met de patroonsbonden nog nadere besprekingen te zullen voeren Het verslag van de commissie-Nolting. Het bestuur van do Vereeniging van lioo- ger personeel bij den post- on telegraaf dienst heeft naar aanleiding van het ver slag der commissie-Nolting een memorie aan den Minister van Waterstaat gezon den, waaraan het volgende is ontleend RECLAME. 6037 FIAT .K 15 20 P.K. 20 30 P K. I- f 6300.- UiT VOORRAAD LEVERSAAR. f7500.- Op den voorgrond wordt gesteld, dat het gedeelte van het verslag, waarin op algo- heele vereenvoudiging van de exploitatie van het bedrijf wordt aangedrongen, ten volle worde onderschreven. Tn de wijze, i waarop en vooral het tijdsbestek, waarin die vereenvoudiging tot stand moet komen, bestaat eohter met de commissie een groot verschil van inzicht. Zoo wordt met de omzetting van hoofd- in bijkantoren naar dc meening van het be stuur 'veel tc ver gegaan. Ampel worden in dc memorie uiteengezet de redoncq, wel ke tot die meening hebben geleid. Ook ten aanzien van de afvloeiing heerseht bij het bestuur een opvatting, beslist afwijkend van die, welke door de commissie in haar verslag naar voren wordt gebracht. Bij het bestuur weegt in dit opzicht zwaar de om standigheid, dat door de commissie blijkens haar verslag wat heb leiding gevend en toe zicht houdend personeel aangaat, do for matie is gebouwd op den tegenwoordigen staat vac malaise in handel en industrie, cmi dat met een opleving daarvan geen re kening werd gehouden. Mot den moesten aandrang wordt den Minister geadviseerd do afvloeiing, die nu reeds bij een enkele categorie gaat tot den 53 jarigen leeftijd, onverwijld stop te zetten. Niet juist wordt het geacht, dat het bij invoering van do voorstellen der commissie voor de lagere en middelbare rangen niet mogelijk zal zijn (anders dan honoris causae) in de hoogers rangen over te gaan, on dat in de toekomst de surnumerairs geen be zoldiging zullen genieten. Het gevolg van dit laatste zal, naar de meening van adres, sant zijn, dat alleen de beter gesitueerden zich voor opleiding tot de hoogere rangen bij den post- en telegraafdienst zullen aan melden Ten zeerste wordt het betreurd, dat dc commissie in de haar verstrekte opdracht geen eauleicmg heeft kunnen vinden, een ontwerp-salarisregelitng aan het door haar uitgebrachte verslag toe te voegen, mede omdat de directeursfunctie naar hot oor deel van adressant verhoudingsgewijze ab soluut onvoldoende door dc commissie word gewaardeerd. Da ressortale Vergadering van het Synagogaal Ressort 's-Gravenhage heelt met bgna algemeene stemmen tot Opperrabgn benoemd, in de vacature-Van Loen, den heer I. Maarsen, rabbijn bij de Ned. Isr. Hoofd synagoge te Amsterdam. Het overleg der R.-K. Raadsfractie met de Anti-revolutionnairen, Christeljjk-His- torischen, Vrvjheidsbomlers en de groep- Weiss heeft geleid tot overeenstemming aan gaande de bjj de a.8. wethoudersverkiezing te Amsterdam aan te nemen houding. Alle leden der genoemde ffacties hebben zich verbonden, üun medewerking te verleenen aan een zoodanige samenstelling van het College, dat daarin zitting zullen hebben 'één Christelrjk-Historisch lid. twee Roomsch-Ka- tholiekcn, één Vrijheidsbonden en twee So ciaal-Democraten. Buiten dit overleg zjn gebleven de So ciaal-Democraten on do Vrijzinn'g-Democra- ten, omdat deze z.cli reeds eer over en weer verbonden hadden, bij de a.s. wek- houders-verkiezing te stemmen op drie So ciaal-Democraten, en één Vrijzinnig Demo craat. Hieraan zouden dan, naar de bedoe ling dezer combinatie, twee Katholieke zetels toegevoegd zijn geworden, .n lien het moge lijk ware geweest, met de Katholieke Iractie tot overoenstemm.ng te geraken. Er hebben zich dus tivee groepen ge vormd, n.l. de 3 vrijzinnig-democraten met de 16 S.D.A.P.-ers die alzoo tezamen 19 stemmen vormen eenerzjjds cu de Roomsch-Katholieken (8), auti-revoiutionnai- ren (3), Christeljjk-Historischen (4), Vrjj heidsbonders (4) en de neutrale midden standers (3), anderzijds, welke 22 stemmen tellen. Dan resten nog de vier communisten, die zich in dit conflict buiten spel houden. Er zullen derhalve zooals de zaken tlians staan bij de a.s. wethoudersverkie zing niet meer dan 41 stemmen kunnen wor den uitgebracht, b'rj welke 41 de 22 ver bondenen een meerderheid kunnen vormen. Te Amsterdam is gehouden het Bonds- congres van het Nat. Verbond van Ge meenteambtenaren in Nederland. Dc voorz., de heer A, van Geelen, uit Utrecht, hield een rede. De jaarverslagen van -secretaris en penningmeester werden met algemeene stem men goedgekeurd. De aftredende bestuursleden, de heeren H. J. Tuure, te Nijmegen, D. Knop, te Zwolle, en E. Veldman, te Amsterdam, wer den met algemeene stemmen herbenoemd. Het voorstel van Den Haag en Amsterdam om den zetel van het Verbond to verplaatsen werd verworpen, evenals een door de afd. Amsterdam ingediend voorstel tot wijziging van de contributie-afdracht. Na zeer uitvoorige besprekingen werd hot voorstel van het hoofdbestuur tot reorga nisatie van het Ondersteuningsfonds met nagenoeg algemeene stemmen aangenomen. De bezittingen van het fonds werden over gedragen aan de organisatie voor gelijk doel. De nieuwe bepaliugen van het fonds treden in werking te rekenen van af 1 Januari 1926. De afdeeling Don Haag ward aangewezen als zetel van hot ondersteuningsfonds. De voorgestelde rechtspositie der amb tenaren en bezoldigde bestuurders der orga nisatie word met algemeene stemmen goed gekeurd. Nadat de begrootiug met algemeene stem mer. werd aangenomen, sloot de voorzitter de vergadering. Onder voorzitterschap van den beer li. den Boer, uil Den Haag, ia te Utrecht de jaarvergadering gehouden van den Bond van Amblenaren bij 's Rijksbelastingen in Ne derland. Door VALENTINE WILLIAMS. Ceauloriseerde vertaling van W, E. PONT. gr. (Nadruk verboden). 65) In dof stilzwijgen kleedde ik mij en ging naar boven. De opkomende maan slond laag aan den horizon en fantastische scha duwen gaven hel dek een griezelig aanzien. Er was niemand te zien. Aan stuurboord zijde verhief zich de donkere rotsmassa van Cock Island als een zwarte plek legen den svhoorsteenhemel. Het is een van de gebreken van het Kel- lischc temperament, dat oogenblikkcn van de hoogste vreugde vaak gevolgd worden door tijden van de diepsle neerslachtigheid. De reactie na onze .dagen van lievige ont roering was nu over mij gekomen en ik was geheel ter neer geslagen. Alle pittigheid, die mijn beroep voor mij aantrekkelijk maakte, zoo scheen het mij toe in dal donkere uur op het verlaten dek van de .Cristobal'*, was verdwenen en liet een vee n nasmaak ach ter. Terwijl ik op en neer ijsbeerde, gingen voor mijn geest de tooneelen voorbij, die ik Bad meegemaakt tijdens mijn onderzoe kingstocht., Adams, die in zijn hut naar lucht hijgde; Garth en ik, die kropen door het klam-warme oerwoud; die gedaante in den storm bij het graf Marjorie, die haar goudbruin hoofdje tegen mijn schouder vlijde in de duisternis En uit ai die beelden, die aan mijn geest voorbijtrokken, scheen baar gezichtje mij aan te staren, de smalle, fijngeteekende wenkbrauwen boven die heldere, grijze oogen, de teedere uitdrukking van haar mond In den tijd van een paar uren. pemsde ik droevig, had ik mijn liefde ge- Vonden en verloren, juist zooals ik don nat gevonden en verloren had. Een slem riep ons aan van uit de duis ternis, die over de donkere zee hing. ..Cristobal alioyl" Hel geluid van riemen bereikte mijn oor en weldra dook oen sloep op uit de duister nis; een witte gestalte zat achterin. Een paar minuten later stapte Marjorie Garth, gehuld in een dikken, witten mantel, uit dc boot, die schommelde op de deining onder aan de kampanjeladder van de „Cristobal", en klom aan dek. „Zou je mij zóó verlaten hebben?" zei ze, naast mij staaijde. Ik (rok de schouders op. „Dat was niet vriendschappelijk van je, partner I" voegde zij er bij met moeite adem halend. j „Je vaderbegon ik. „O!" riep zij uil met gedempte stem, „ik schaamde mij voor hem. Na alles, wat jij gewaagd had, om mij le redden. Maar je moet een beetje toegeefelijk zijn, en beden- hen, dat ik alles ben, wat hij heeft. Over een paar dagen zal hij weer heclemaal goed zijn. Wij gaan terug naar Panama en dan over Amerika terug. En ik ben geko men om je mee terug te nemen naar de „Naomi"! Ik schudde het hoofd. „Neen!" zei ik. „Wanneer ik je nu vraag te komen. En ik zal zorgen, dat vader zrjn excuses maakt, als je dat wilt Zij legde haar liand op mijn arm. „Die domme trots van joubegon zij. „Laten we daarover niet gaan kibbelen", smeekte ik. „Laat mij dien wonderheerlij- ken droom onbedorven behouden. Marjorie. Maar droomen kunnen niet altijd voortdu ren, beste. Eenmaal moet men toch wakker worden, zie jel" Vragend zochten haar oogen de mijne. „Zelfs wanneer Sir- Alexander mij niet bad gezegd, dat ik niet gcwenscht was op do „Naomi" vervolgde ik, „dan geloof ik toch, dat ik hier van je had moeten schei den. Lieve kind, begrijp je niet, dat het ho peloos is? Ik Iroud veel (e vee! van je, om je alleen maar als vriend le kennen. Ik moet er een eind aan maken. De schrids- muur tusschen ons is onoverkomelijk „Scheidsmuur?" herhaalde zij. „Wat voor oen scheidsmuur?" •„Geld!" „Je bent voel te rijk, Marjorie, dan dat ik je de vraag zou durven doen, die ik al bijna van het oogenblik af, dat ik je voor het eerst zag in het rooksalon op de „Naomi", verlangde te stellen. Ik verdien genoeg met dat eigenaardige be roep van mij om een vrouw te kunnen on derhouden. Maar zoo lang als ik bij den Geheimen Dienst ben, zou ik geen vrouw duiven vragen met mij le trouwen. Het zou niet goed zijn, dat óf zij óf de dienst er onder lijden moest Zwijgend hoorde zij mij aan. Toen zei ze heel eenvoudig: „Desmond, wanneer je mij vroeg je vrouw te worden, zou ik het doen. Ik heb vroeger nooit een man ontmoet, dien ik zou willen trouwen; jou wèl. Waarom zou je gold een scheidsmuur laten maken tusschen ons? Ik heb genoeg geld voor ons beiden Ik had haar nog liever om die woorden. Maar ik schudde het hoofd. „Het kan toch niet, liefste," zei ik. „En je weet, dat het niet kan. Wanneer ik dien ellendigen schat gevonden had, zou het misschien nog wat anders geweest zijn. Maar nu kan ik je alleen maar zeggen, dat ik nooit zal vergeten, dat je mij het grootste compliment hetit gegeven, dat een vtouw oen man geven kan en ik moet je vaarwel zeggen Met een snik wendde zij zich van mij at, en rende zonder den arm te zien, dien ik uitstak om haar te helpen, de ladder af, de boot in. Vóór den morgen was Klompvoet ont snapt. Van at de kust van Cock Island, waar, met toestemming van Garth, enkele man nen van de „Naomi" den nacht hadden doorgebracht, kondigde luidde kreten ons dit nieuws aan. De sloep van de „Naomi", die zij op het slrand hadden gelrokken, werd vermist en aan de kampanjeladder van de „crislobal" bewees een afgesneden stuk touw, dat de vanglijn van een van de boo ten, die daar vastgesjord waren, was door gesneden. Bard stelde een onderzoek in. Maar zijn bemanning was afkomstig uit Rodriguez, „en" vertelde hij mij, ze hebben een heilige vrees voor EU Cojo. Hij is eenvoudig ont snapt uit de lampenkamer, waar ik hem opgesloten hadt Ik weet nog niet", voegde hij er bij met een glimlach, „of die ouwe Klompvoet ons zelf niet de gemakkelijkste oplossing van oen heel" moeilijk probleem heeft gegeven!" HOOFDSTUK XXVI. Waarin een zwarte kist een beslissende rol speelt. Een streep rook aan den horizon was at wat liet beslaan van de Naomi" verried, toen John Bard naar mij toekwam, terwijl ik op hel achterdek van de „Cristobal'1 de post zat door te lezen, die bij mij van Ro driguez had meegebracht. Hij viel neer in een stoel naast mij. „Kapitein Lawless en die Scholsche stoker van hem," zei hij, „hebben het grootsre deel van den nacht op het eiland doorge bracht met zoeken naar goud in de buurl van het beeld. Maar ze hebben nog geen dollar gevonden. Bn toen de ontdekking, dat zij hun sloep kwijt waren! Hemefl, ze waren zoo ellendig als Job!" „Bah", antwoordde ik. „Ik heb meer dan genoeg van dit oord. Hoe eer wij weer Jn volle zee zijn, hoe liever het mij wezen zal. Ik verlang er naar weer aan het werk te gaan, John „Wij vertrekken om vier uur,".antwoord de mijn vriend. „Maar voordat wij het an ker lichtten, Desmond, ouwe jongen, zou fle toch wel eens even die grafkelder en are gang, waardoor je ontsnapte, willen zien. Wat zou je or van zeggen, als je mij eens mee aan tand nam en mij alles eens Het zien?" „Ik wil alles doen om den tijd om te krij gen,nntwoordde ik. „Wanneer zullen we gaan?" „En dadelijk. En ik zal een hou weel en een 6chop meebrengen. Wanneer er tijd if. kunnfcn wij nog eens delven naar goud in de lava rondom het beeld „Jij wedde; dat de handige Schot geen duim gronds ondoorzocht had gelalen," lachte ik, toen die goede John wegging. Een halfuur lajer zwoegden wij door het rotsige dal, aan het einde waarvan tegen den bergwand het groote beeld slond. Wij liepen langs den rookenden krater en stón den-eindelijk voor de nauwe, ball door een reusachtig rotsblok verborgen spleet, waar door ik uit de grafkamer was geklommen. Wij hadden een paar lantaarns van het schip meegenomen, en Bard had een hou weel, terwijl ik een schop droeg. Wij lieten onze gereedschappen bij den ingang en sta ken onze lampen aan. Toen ging ik hem vóór door de gan„- Aan het einde daarvan versperde de stevige onderbouw van de ta fel ons den weg. Een krachtige duw deed het tafelblad opzij zwenken en daar boven onze hoofden was de vierkante, donkere opening van den grafkelder. Ilier kon ik niet verder. De plek had te pijnlijke herinneringen voor mij. Ik heesch Bard op in hel gat, maar ik weigerde verder met liem mee te gaan. Mel dc lanlaarn in mijn hand wandelde ik terug door de gang naar de kloof, waardoor wij binnenge o- n1k waTn/isscIiien een hondmI meier van do grot verwijderd, (oen het .ichl i an mijn lantaarn op een vierkanten steen viel, die in den grond vaal de gang ingemetseld was. Hij klonk hol, toen ik er op stampte. Mijn lamp neerzettend, bukte ik mij om hem te onderzoeken, en zag toen, dat er iets ruw op gebeiteld was. Het gebeitelde was uit gesleten en vol slot, (9k>t volgt.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 5