Officieele Kennisgeving.
STADSNIEUWS.
Het voornaamste nieuws
van heden.
No. i9927>
WOENSDAG 25 FEBRUARI
i.iO l92S
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
30 Cis per regel Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs.
KleineAdvertenüSn, uitsluitend bij vooruitbetaling, Woensdags én
Zaterdags 60 Cts., bij een maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueels opzending van brieven
110 Cis. porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cts.
Bureau Noordeindspleln Telefoonnummer* voor
Dlreotle en Administratie 175 en 1B35 Redactie 1507.
Postehdque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54
PRIJS DEZER COURANTi
Voor Leiden per 8 maanden 2.85, per week
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week'
Franco per post ƒ2.36 portokosten.
'1.0.18.
„0.18.
Pit nummer bestaat uit DRIE Bladen
EERSTE BLAD.
GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP.
Aan don gemeentelijken vischwinkel
Vischmarkt 18, tel. 1225 is Donderdag ver
krijgbaar: SCHELVISCH a I 0.18—f 0,37.
SCHOL a f 0.18—f 0.20—f 0.38, SCHAR a
I 0.18— i 0.20, GEII. KABELJAUW a f 0 30
per pond, IJBOKKING a I 0.08 en HARING
a f 0.05 per sluk.
N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester.
Leiden, 25 Febr. 1925.
Zilveren ambtsjubileum van
ds. M. J. Punselie.
Vijf en twmtig jaar geleden, op 25 Fe
bruari, aanvaardde ds. M. J. Punselie,
thans predikant bij de Ned.-Herv. Gem.
alhier, zijn dienstwerk te Kuinre. Deze
standplaats verwisselde hij in 1904 met
'Nijverdal. Op 2 Mei 1909 werd hij in de
Pieterskerk in de ochtendgodsdienstoefe
ning als opvolger van ds. De Hoest beves
tigd door ds. L. ten Bosch, van Gouda, die
hem ook te Kuinre en te Nijverdal tot het
predikambt had ingeleid, en des avonds van
dien dag deed zijneerw. in hetzelfde kerk
gebouw zijn intrede*
Ds. Punselie heeft al de jaren van zijn
Jierderlijke bediening zijn taak zeer ernstig
'Opgevat. Vooral ook de Leidsche Gemeente
ikan hiervan medespreken en korten tijd ge
leden vonden wij ruimschoots gelegenheid
idaarvan melding te maken, toen wij uitvoe
rig stilstonden bij het vijftigjarig -bestaan
Van het gebouw der Chr. Wijkvereeniging
'Levendaal, waarvan ds. Punselie voorzitter
is, en toen wij gewaagden van het vele en
inspannende werk, door zeer velen verricht
in en van uil dat centrale punt van wijk
arbeid, van welk omvangrijk werk ds, Pun
selie, drukkende in d«en de lichtende voet
sporen, en volgende het grooie voorbeeld
Van' wijlen ds. De Wolff en van dr. Van
"Meer, de ziel is.
Behalve aan_ de gewone taak van den
predikant als zoodanig, wijdde hij zich dan
ook al dadelijk na zijn komst alhier tot nu
toe aan dien Evangelisatie-arbeid in den
meest uitgebreiden zin, in het bijzonder in
de negende kerkelijke wijk; een taak. waar
aan één rnensch bij goede opvatting, al
heeft hij dan ook nog zooveel toegewijde
medewerkers, eigenlijk reeds genoeg heeft.
En toch vat hij bovendien zijn arbeid als
geestelijk verzorger van patiënten van de
krankzinnigengestichten onddr het nabije
Ocgstgeest niet licht op; toch vervult hij
.waardig de plaats van voorzitter der Ver-
leniging voor Chr. Onderwijs, alhier, met
haar negen scholen; toch heeft hij zitting
voor de Utrechtsche Zendingsvereeniging in
het Comité voor Vrijwillige Zendingsbelas-
iing en als praeses in het Comité voor
Centralen Wijkarbeid; toch is hij regent
'der Groeneveld-Slichting en algemeen se
cundus der afdeeling Leiden van de Ned.
Chr. Reisvereeniging; om ons nu maar tot
deze functies te bepalen, welke toch in
meerdere of mindere mate tijd in beslag ne
men en werkkracht vereischen. Alzoo veel
work en veel functies in één persoon ver-
eenigd, hetgeen, mét bezwaren ontegenzeg
lijk, het groote voordcel in zich sluit, dat
het dien persoon een blik gunt in vele krin
gen, op vele toestanden, voor een predikant,
die immers
een open oog en een breeden
Ds. M. J. Punselie
kijk moet hebben voor en op hetgeen
rondom hem gebeurt, van zeer groot nut.
In het feit zijner
vijf en twintigja- I
rige waardige en
volijverige ambts
bediening, waar
van geruimen tijd
an de Sleutelstad,
vonden eenige le
den der Ned.-Herv.
iGem. alhier ge-
reede aanleiding
tot een oproep om
ds. Punselie in
breeden kring te
huldigen, hem van i
d"è waardeering
der Gemeente te
doen blijken, den
goachten herder
en leeraar een stoffelijk bewijs van die
Vtaardeering aan te bieden op den dag van
hpden.
Een commissie, samengesteld uit afge-
vaardigd'-'s van de verschillende Kerkelijke
Colleges, jekt-e daartoe dan ook op. Üe
heeren prof. dr. H. M. van Nes, eere-voor-
Zitler, A. J, de Lange, voorzitter, C. J. Eg-
gink Jr., H. van Leeuwen, P. Hardebol, J.
P. Mulder, A. van den Ouweelen, penning
meester, J B. Meynen, H. Kokkedee, J. van
Welzen, A. van Borselen, P. J. Fontein en
A. L. L. Galhier, secretaris, vonden bij zeer
velen uit de Gemeente instemming en
medewerking.
En zoo kon de commissie hedenmorgen,
bij monde vau prof. Van Nes, ten huize van
den jubilaris aan den Rijnsburgerweg, de
geschenken overhandigen: een antieken bak-
barometer, zijnde een hartewensch van den
predikant; een enveloppe met inhoud en
een keurig album met de namen der gevers,
uit Kuinre, uit Nijverdal en uit Leiden. Het
dikke album, mooi en degelijk gebonden in
roodbruin gewatteerden band, met in kleu-
ren uitgevoerd titelblad en met een op
dracht, is vervaardigd door de Leidsche fir
ma's J. van Weizen Jzn. en P. J. Mulder
gen. op vele toestanden voor een predikant,
en Zn.
Toen tegen elf uur de Commissie zich ten
huize van ds. Punselie bevond, sprak prof.
Van Nes als haar woordvoerder aldus:
„Hooggeaehte Jubilarisl
Toen de aandacht er eenmaal op geves
tigd was, dat gij op 25 Februari 1900 U ver-
bónden hadt aan uw eerste gemeente.
Kuinre, en gij dus op 25 Februari 1925 Uw
zilveren ambtsteest zoudt mogen vieren, be
sloten Uwe vrienden onmiddellijk, dat zij
dezen bijzonderen feestdag niet zouden la
ten voorbijgaan zonder U te toonen, dat zij
met U medeleefden.
Een Oommissie werd gevormd, samenge
steld uit afgevaardigden der verschillende
kerkelijke colleges van deze Gemeente, die
gij nu reeds bijna zestien jaren als haar
Herder en Leeraar dient, en zij mocht het
genoegen smaken, dat een aanzienlijk getal
leden der Gemeente toonde met woord *en
daad, hoezeer haar plannen in goede aards
waren gevallen.
Deze Commissie ziet gij thans hier bij
een. Haar Voorzitter, de heer De Lange, zou
eigenlijk op dit oogenblik het woord moeten
voeren, maar durfde dit niet aan met het
oog op zijn gezondheid. Op zijn verzoek heb
ik mij nu met de elrvol'le taak belast, die
hem zoo goed zou toevertrouwd zijn ge
weest.
Ik spreek dus namens de Commissie, na
mens een groot aantal van onze gemeente
leden, ja, ook in zekeren zin namens Uwe
beide vroegere Gemeenten Kuinre en Nij
verdal, die gij evenzeer zult vertegenwoor
digd vinden in het album, dat U zoo straks
zal worden ter hand gesteld.
En dan wil ik beginnen met een harte-
lijken gelukwensch op dezen feestdag. Vijf
en twintig jaren lang heeft G-od U gesterkt,
om naar den lust van uw "hart liet Evange
lie te verkondigen. Het is de moeilijkste
taak. waarmede een mensdi belast kan
worden; het is de heerlijkste tevens. De
vraag van Dietrich Vorwerk: Kann auch
ein Pastor selig werden? i9 ook U diep in
het hart gezonken; maar gij hebt ook al de
heerlijkheid ervaren van den arbeid in
's Heeren wijngaard, omdat het de wijn
gaard des Heeren is, die zijn kracht in onze
zwakheid volbrengt en verheerlijkt. De ge
hoorzaamheid aan het hemelsch gezicht
onzer roeping kan menig offer kosten, maar
wordt ook door Gods genade rijk beloond.
Gij zult mij willen zeggen, dat een feest
dag altijd een dag van verootmoediging is,
en ik zal het niet tegenspreken; integen
deel. ik houd er mij van overtuigd, dat Uw
binnenkamer daarvan getuigen zal, doch
evenzeer hiervan, dat Uw dankzegging
hooggestemd zal zijn. Wij weten het allen,
dat de beproevingen U niet zijn bespaard
gebleven; toch laat God er U geen één mis
sen uil den kring van Uw gezin en moogl gij
dezen dag vieren met Uw geliefde echtge-
noote, en Uwe kinderen, die gij allen hebt
mogen behouden. En gij moogt dezen dag
vieren in het bewustzijn, dat Uw arbeid
niet vergeefs is geweest, dat Uw woord in
gang heeft gevonden in menig hart, dat Uw
gesprekken bij huis- en krankenbezoek ve
len ten zegen waren.
Buitenaf hebt gij niet gewerkt, maar al
Uw kracht besteed aan Uw eigen Gemeenle,
en dat heeft die eigen gemeente zeer ge
waardeerd. Uw wijklokaal, gesticht in hei
zelfde jaar, waarin gij zelf het levenslicht
zaagt, is hel middelpunt van veelzijdigen
arbeid onder oud en jong, gelijk het nog on
langs zoo duidelijk gebleken is bij het gou
den feest van „Levendaal". Uw kanselwerk,
dat al den tijd, dien gij in ons midden ver-
keerdet, zeer is gewaardeerd, getuigde
steeds van een frisschen kijk, bewoog zich
nimmer op het terrein der clichés, deed al
tijd blijken van de uitnemende talenten,
door God U geschonken. Met Uw drukken
arbeid kondl gij tot Uw spijt niet veel tijd
tot studie overhouden, maar gij hebt er U
steeds op toegelegd om de beste boeken te
lezen, en Uw hoorders van de vrucht uwer
lectuur le doen genieten. Het Schoolbestuur
van het Noordeinde, de Cenlrale Wijkarbeid
namen U in beslag. En dan mag ik vooral
„Endegeest" niet vergelen, dal ik Uw bij-
gemeente zou willen noemen. Daar komt
gij voortdurend in aanraking met een'vorm
van menschelijke ellende, die van Uw eigen
ziele- en geestesleven ontzaglijke inspan
ning vergt; toch doet gij ook daar kracht op
voor uw arbeid onder zoovelen in onzen
lijd, die behoefte hebben aan den ziele-
arls. Voor zeer velen hebt gij een gids mo
gen zijn. Dat zit U in het bloed, getuige Uw
Christelijke Reisvereeniging; maar ik
spreek natuurlijk van den wegwijzer naar
een heerlijkheid, die blijven zal, ook wan
neer de bergen wankelen en vergaan.
Wij danken God met U. Wij bidden God,
dat Hij U blijve stellen ten rijken zegen."
Met deze bewijzen van belangstelling en
vooral door de hartelijke toespraak, waar
mede zij werden overhandigd, betoonde de
jubilaris zich diep getroffen en zeer ingeno
men, hetgeen uit zijn antwoord duidelijk
bleek.
Verder op den dag kwamen nog zeer
velen ds. Punselie van harte gelukwen-
schen met het voor hemzelven en de Kerk
zoo belangrijke feil en ook van elders
stroomden de felicitaties binnen.
Onder hen, die gelukwenschen aanboden,
was ook het moderamen van den Kerkeraad
der Ned.-Herv. Gem., de predikanten Locher
en Groot Enzerink. benevens een commis
sie van de Chr. Wijk ver. „Levendaal".
Was kort geleden nog de vriendelijke
nieuwe woning van den jubilaris getooid
met tal van bloemen naar aanleiding van
diens zilveren huwelijksfeest, ook thans
ontbraken de bloemen nie<t.
Uit vele kringen, van zeer veel personen,
te veel om afzonderlijk le noemen, ontvin
gen de leeraar en de zijnen blijken van
hoogachting, waardeering, liefde, toegene
genheid en vriendschap.
Maken wij ten slotte nog een uitzonde
ring voor twee groepen door deze wel in 'het
bijzonder le noemen, nl. de catechist-anten
van den dominee, die den leermeester een
muzikkastje, en de medewerkers aan den
wijkarbeid, die hun aanvoerder, gepaard
gaande met hun beste wenschen, voor het
heden en voor de toekomst, een haard ver
eerden ter herinnering aan dezen schoonen
dag in zijn werkzaam leven.
Medezeggingschap in het bedrijf.
Op uitnoodiging van de Studenten-ver-
eeniging voor Sociale Lezingen, hield ir. C.
F. Stork, directeur der Machine-fabrieken
der firma Gebrs. Stork Co., te Hengelo,
en voorzitter van de Ned. vereeniging van
.Werkgevers, in de groote zaal van het Nuts-
gebouw een lezing over bovenstaand on
derwerp, bij de vergadering ingeleid door
den voorzitter, vdcn heer A. Beerman.
De heer Stork ving aan met de opmer
king dat hij de uitnoodiging tot hem ge
richt om hier te komen spreken over het
sociale vraagstuk, de medezeggingsschap,
heeft beschouwd als het gevoelde verlan
gen om iets over de practijk van dit vraag
stuk te vernemen.
Yan wetenschappelijk standpunt behoeft
hij het niet te doen, omdat hier aan de
Universiteit verschillende hoogleeraren
daartoe beter bevoogd zijn dan hij ala
man van de practijk. Hij meent echter dat
het hier vooral op de practijk aankomt. Z.i.
moet het de eerste vraag zijn, of het in
het belang van het bedrijf is dat het per
soneel medezeggingschap verkrijgt. Het
moet zijn in het belang van de onderne
ming, en als iets in het belang der onder
neming is, zal het dat ook voor het perso
neel zijn, omdat de bloei van het bedrijf
mede in het voordeel der arbeiders en het
verdere personeel is. Het vraagstuk der
medezeggingschap is al reeds oud. Op het
bekende Frankfurter congres werd daarvan
de wenschelijkheid reeds betoogd en in ons
land was het mr. Yan der Berg te Amster
dam, die er een proefschrift aan heeft ge
wijd.
Tusschen 1860 en 1870 werd reeds een
proef met de medezeggingschap genomen
en wel in Frankrijk door den heer Le Oler,
welke proef werd nagevolgd, een tiental
jaren later, eerst door de Nederl. Gist
en Spiritusfabriek van den heer Yan Mar
ken te Delft en, daarna door de fabrieken,
waaraan spreker thans mede aan het hoofd
staat.
Deze eerste vormen van medezegging
schap werden fabriekskernen genoemd. De
heer Stork deelde een en ander over deze
kernen mede en constateerde dat zij goed
werk hebben gedaan, al hadden zij slechts
te adviseeren. Een en ander werd door den
spr. met enkele voorbeelden verduidelijkt
en nader uiteengezet. In den eersten tijd,
toen de vakbeweging nog weinig ontwik
keld was, namen de werklieden in het al
gemeen weinig notitie van deze kernen.
Met het opkomen van de vakvereenigingen
begon men van werknemerszijde de kernen
met scheeve oogen aan te zien, omdat men
vreesde dat zij in de plaats van de vakver
eenigingen als het ware optraden. En dat
achtte men toen niet in het belang der
vakbeweging. Maar de vakorganisatie is
van dot inzicht teruggekomen. Maar de
kernen gingen uitteraard, volgens de lei
ders der vakorganisaties niet ver genoeg.
In de eerste plaats zullen de kernen ook
over de loonen medezeggingschap moeten
hebben. Yervolgens en dit trad vooral
op den voorgrond de vakorganisaties
wilden meer in de samenstelling van deze
kernen gekend worden.
Tijdens den grooten oorlog werden in
versohillende landen, zooals men weet, ver-
echeidene ingrijpende sociale maatregelei#
genomen, zeide spr., en het vraagstuk van
de medezeggingschap trad daarbij mede
op den voorgrond. In enkele landen o.a. ook
in Duitscliland, werd deze medezegging
schap wettelijk geregeld, door de oprich
ting van z.g. bedrijfsraden, waarvan spr.
een nadere omschrijving gaf. In ons land
kwam in de vakorganisaties het verlangen
naar een wettelijke regeling ook naar vo
ren. Yoorop ging hier het Nederlandsch
Vakverbond in samenwerking met de S.D.
A P., weldra gevolgd door Katli. en Chris
telijke vakbeweging al gaan deze laatste
organisaties niet zoo ver.
Spr. besprak in verband hiermede hot
bekende rapport van het Ned. Vakverbond,
waarin de sociaal-democratische kopstukken
den toon hebben aangegeven. Spr. veroor
deelt dit rapport volstrekt niet in allo op
zichten. Maar hij veroordeelde wel de daar
in geprovoceerde opvatting dat het per
soneel het in menig opzicht beter zou we
ten dan de werkgevers.
In ieder geval zal de bedrijfs- of onder-
nemersraad zich moeten beperken tot het
technisch deel van het bedrijf en hij zal
zich meestal moeten afhouden van het
commercieel gedeelte van het bedrijf.
Daarvan hebben de werknemers in het
algemeen geen verstand en een instelling
als de Ondernemersraad zou in dat op-
zich moer kwaad dan goed doen.
Om dit aan te toonen beschreef de heer
Stork de oprichting en ontwikkeling van
een tweetal betrekkelijk jonge bedrijven
Philips Gloeilampen Fabriek en het Hoog-
ovenbedrijf te Vel zen.
Hierbij is het initiatief, de voortvarend
heid en het commercieel inzicht van slechts
enkelen de inzet van het welslagen geweest.
Wanneer hier een ondernemersraad had
moeten beslissen, zouden ongetwijfeld de
eerstgenoemde fabrieken nimmer zulk een
vlucht hebben genomen, ale thans is ge
schied.
Spr. is overigens de medezeggingschap
niet ongezind en hij zal een uitbreiding van
de fabriekskernen van harte toejuichen.
Daardoor zal de goede verstandhouding
tusschen werkgevers en werknemers kun
nen worden bevorderd en de lust tot werken
aan den bloei en ontwikkeling van een on
derneming bij het personeel worden bevor
derd. Doch dan moeten de belanghebben
den zelf, dus werkgevers en werknemers
deze medezeggingschap regelen en niet
alles van bovenaf door de wet worden ge
reglementeerd. Spr. toonde zich in het al
gemeen niet een bijzonderen voorstander
van wettelijke regelingen op het gebied der
industrie, A&a-r hier zal deze in elk geval
niet in het belang vam het bedrijf zijn.
Spr. besloot met den wensch dat velen
onder zijn geboo* zich bij hun verdere stu
die zich opgewekt zullen gevoelen om zioh
met dit vraagstuk dat thans vooral ac
tueel is op de hoogte te stellen en hij hoöp-
te daartoe door zijn eenvoudig woord Iets
te «hebben bijgedragen. (Applaus).
Van de gelegenheid om vragen te stel
len of om met den spr. van gedachten te
wisselen, werd geen gebruik gemaakt.
De voorzitter vroeg den heer Stork iets
te willen meedeelen over de wijze waarop
in zijn fabrieken de medezeggingschap was
geregeld, waaraan deze gaarne voldeed.
Hierna sloot de heen Beerman den leer-
zamen avond, den heer Stork dankend voor
de sympathieke wijze waarop hij 'dit be
langrijke onderwerp had behandeld.
Sahbatisme.
Gisteravond sprak, daartoe uilgenoodigd
door den kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente
alhier, ds. A. Verwaal van Alkmaar in de
Oosterkerk over het Sabbatisme.
De spreker begon o.a. met er op te wijzen
dat er sekten zijn, die dwaallichten van de
ergste soort zijn, omdat zij, gel'oetit aan
Gods woord, het duidelijk stempel van Sa
tan-dragen, doordat zij zich laten kennen
als grof, zéér grof werk van den Leugenaar
en Zielemoorder van den beginne.
Maar er zijn ook sekten, waarvan dit
niet gezegd kan worden, rnaar die toch, ge
toetst aan Gods Woord (wat toch de eenige
regel is voor geloof en leven, voor belijdenis
en wandel) moeten aangewezen worden als
in strijd met God9 Woord, moeten afgewe
zen worden als dwaalleer.
Onder die allen neemt ook het Sabbatisme
een plaats in.
De spreker stond even stil bij het Ana
baptisme, die revolutionaire beweging in
den tijd der kerkhervorming, bij de Doops
gezinden, en bij de Baptisten en kwam zóó
bij de Sabbalisten, een der verschillende
groepen, waarin het Baplisme is verdeeld.
Aangezien ook de Sabbalisten sterke pro
paganda drijven onder de leden van de Ned.
Herv. Kerk, moest de spreker sterk legen
hen waarschuwen.
Hij meende dit niet beter te kunnen doen
dan door aan le toonen, dat onze Ned.-Herv.
Kerk in de lijn van Gods Woord is, wan
neer zij handliaaft den Doop door bespren-
ging, den Doop ook der kinderen en den
Sabbat op-Zondag.
Het Grieksche woord in ons N. T. voor
doopen gebruikt, het woord „Babtizein", be-
teekent wel zooveel als „onderdompelen",
maar werd ook gebruikt' voor de Levielische
wasschingen en bcsprengingen der handen,
der drinkbekers, der vaten en der bedden,
wal lang niet altijd met onderdompeling
gepaard ging. En als Paulus in Rom. 6 over
den Doop spreekt, dan slaat dat niet op
den vorm, maar op den inhoud. Bovendien
is het moeilijk aan te nemen, dat de „om
trent 3000" op het Pinksterfeest, de huisge
zinnen van Cornelius, den stokbewaarder
en Lydia door onderdompeling in een rivier
gedoopt zijn. Ook met het oog- op onze ge
zondheid is de onderdompeling te yerwer-
BINNENLAND.
Zilveren ambtsfeest van ds. M. J. Punselie
predikant bij de Ned.-Herv. Gem. te Leiden.
De heer Jnten heelt officieel bedankt als
lid der Tweede Kamer.
De aardschokken in Belgisch en Neder
landsch Limburg.
De Zwaluwen hebben den voetbalwed
strijd te Brnssel tegen de Roode Duivels
met 21 verloren.
BUITENLAND.
Een der gebroeders Barmat in vrijheid
gesteld.
Twist in de Britsche Labonr-party.
Vreeselijke brand te Moskon.
pen. De Baptisten zeggen ook: „Hoe dieper
ln het water, hoe dieper in de genade".
Maar wie zou, met de Heilige Schrift in
zijn hand, durven beweren, dat de zegen
van den Doop afhangt van de meerdere of
mindere hoeveelheid water? Daarom moe-,
ten wij van den vorm geen wet maken,
geen letterknechten Worden en ons houden
aan den Doop door besprenging van het
voorhoofd, omdat onder het hoofd het gan-
sche lichaam- besloten ligt en in den Doop
door besprenging dus evenveel symboliek
ligt als in den Doop door onderdompeling.
Zoo moeten wij ook den Kinderdoop hand
haven. Hot is waar, dat wij nergens in de
Heilige Schrift lezen, dat door Jezus cn de
Apostelen een bepaald gebod tot het doopen
van kinderen is gegeven en ook niet, dat er
speciaal kinderen zijn gedoopt
Maar wij lezen oolc niet, dat hel door hen
verboden is, wat toch beslist zou geschied
zijn, indien de kinderen geen recht op den
Doop hadden.
De Baptisten beroepen zich op \Iarc. 16
16, maar ten onrechte, want met dezen tekst
doen zij, wat het kenmerkende van elke
sekte is, een tekst uit zijn verband nemen en
op zoo'n lossen tekst voortborduren.
De Baptisten beroepen zich verder op
Matth. 28 19, maar in het Grieksch staat:
„Gaat dan heen en maakt al de volken tot
Mijne leerlingen door ze te doopen."
Feitelijk wordt dus hier het doopen vóór
het onderwijzen gesteld.
Het Christendom is een ZenJingsgods-
dienst en de Apostelen deden, wat de zende
lingen nu nog doen. En nu begingen zij niet
de dwaasheid, om de kinderen van Joden en
Heidenen te doopen. Maar wanneer Joden
en Heidenen door hun prediking tot geloof
en bekeering waren gekomen, dan werden
zij als Christenen door den Doop in de
Christelijke Kerk ingelijfd en hunne kinde
ren werden dan als kinderen van Christe
lijke ouder9 als van zelf stilzwijgend mede
door den Doop in de Christelijke Kerk op
genomen. Zóó nu ging het in de huisgezin
nen van de u genoemde personen. En zoo is
het blijven gaan.
Door de gansche Heilige Schrift loopt de
lijn des Verbonds.
Van het Werkverbond, dal zéér kort
duurde, maar daarna van het Genadever-
bond, dat, naar zijn dubbele bedeeling, de
Oud-Testamentische en de Nieuwtestamen
tische bedeeling, in de boeken het O. T. en
het N. T. staat' beschreven.
In de O. T. bedeeling lezen wij van het
eeuwig verbond, dat God met Abraham en
zijn zaad opricht (Gen. 17 7) en van de Be
snijdenis, die God gelijklijdig instelt als een
teek en van dat Verbond.
En nu ontving de volwassen bekeerde
Heiden, die tot dat Verbond toetrad ook dat
leeken, maar het was loch in de eerste
plaats voor de kinderen, die in dat Verbond
geboren werden. En zoo werden de Joden
kinderen op den achtsten dag besneden,
want zij waren immers mede in dat Ver-.
bond begrepen. En juist dat toeken riep en
verplichtte die kinderen, om bij het opwast
sen op dien God le vertrouwen en Hem te
verheerlijken, Die ze hot eerst in nederbui-
gende genade zoo uitnemend had liefgehad.
Nu had dit Verbond wel een nationaal ka
rakter, rnaar het was. levens oen eeuwig
Verbond. En daarom glijdt dit Verbond uit
zijn Oud-TeslamenliscJie bedoeling van zelf
over in de Nieuw Tcslamenlischo.
In dat Verbond iigl een diiovoudigen ze
gen voor ons ouderen, want wanneer wij
dezen zegen door het geloof gegrepen heb
ben, dan hebben wij in onzen Doop een lee
ken en zegel van die dingen, waardoor wij
van onze zaligheid gewis zijn. En wat onze.
kinderen betreft. Ook onze jonge kinderen
moeten gedoopt worden.
En weet gij waarom? Niet een losse
tekst, zoo hier en daar uil de Heilige Schrift
uitgelicht, maar de gerst der Heilige Schrift
leert ons;
1. dat onze jonge kinderen evengoed als
de volwassen in het Verband Gods en Zijne
Gemeente begrepen zijn;
2. dat ook aan onze jonge kindeien even
goed als aan ons volwassenen door Chris-
lus' btoed de verlossing van de zonde en d*