ONTVOERD. No. 19902 LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 27 Januari Tweede Blad. Anno 1925. Gemeenteraad van i Riden. FEUILLETON. Open beenen Kloosterbalsem BINNENLAND. L. (Vervolg van gisternamiddag.) 19o. Voorstel om Burgemeester en Wet houders te machtigen hel onderwijzend per- §oaecl van het Gymnasium, dc Iloogere Üurgerechool met 5-jarigen cursys, de Iloo gere Burgerschool voor Meisjes en de Kweekschool voor Onderwijzers en Onder wijzeressen, met ingang van 1 Januari 1925, te betalen op den voel van de met in gang van dien datum ingevoerde iesp. in te voeren salarisregelingen voor hel onder wijzend personeel der Rijks Iloogere Bur gerscholen. en der Rijks Kweekscholen. (18) De heer VERWEY meent, dal uit het toe gezonden adres van leeraren blijkt, dat naast de lblh pCt. aftrek nog verdere sa larisverlagingen, zelfs van f 880 voor enkele leeraren, zal intreden en hij vraagt of het niet noodig is, dat de gemeente hiertegen optreedt. De heer EERDMANS meent, dat deze kwestie nog geen definitieve beslissing eischt en daarom acht hij zoo'n beslissing thans ontijdig. Zeer ernstig is de vraag bij hem gerezen of het wel gewenscht li den band met het rijk te behouden en hij vraagt B. en W. bij de beoordeeling daar van bij hun volgend praeadvies niet alleen te letten op de financiën, doch ook op de ge volgen voor het onderwijs in vollen omvang. De heer DÜBBELDEMAN- Geldt dit niet voor het L. O.? De heer KNUTTEL onderschrijft den heer E., maar hij begrijpt niet, waarom deze nu pas daarmee komt, niet eerder bij het volks onderwijs.- Hij is ook voor uitstel tol een be slissing is gevallen. Ook de heer SIJTSMA ondersteunt den heer Eerdmans op billijklieidsgronden. De leeraren mogen niet gelijk komen met een concierge etc. De heer WITMANS slaat het dichste bij den heer Verwey. Hij zal stemmen tegen verdere verslechteringen. Wethouder MEYNEN wil liever nu niet op het adres der leeraren en toelichting, in gaan. Een beslissing dien echter genomen, want 1 Fobr. moet toch salaris worden be taald. Principieel wordt er niets beslist bij dit voorstel, alleen maar B. en W. mach tiging verleend tot uitbetalen. B. en W. had den geen tijd om de kwestie onder de oogen te zien en vandaar dit voorstel, dat bedoelt uitbetaling mogelijk te maken, meer niet. Het definitieve voorstel komt zoo spoedig mogelijk, zegt hij toe. De heei VERWEY doet een voorstel, waarin wordt vastgelegd, dat de salarissen in geen geval niet met meer dan 18V* pCt. zullen verminderen. De VOORZITTER stelt voor dit voorstel te behandelen bij de definitieve behandeling van deze zaak. Aldus wordt besloten. Het yoor9tel van B. en W. wordt z. h. st. aan genomen. 20o. Voorstel om te besluiten dat de be trekking van adjunct-directeur van den Markt- en Havendienst weder zal worden vervuld. (15) De heer KNUTTEL acht de opzet van dezen dienst nog al grootscheeps wanneer deze functie wordt vervuld, zie naar Delft. De heer WITMANS heeft het voorstel met genoegen ontvangen. Niet-vervulling achtte hij destijds direct verkeerd, kennende uit ervaring, wat van een directeur wordt ge vraagd, die beslist vervanging noodig heelt, hetgeen bij de huidige regeling niet moge- dijk is. Vervulling is van veel belang. De heer KNUTTEL: Voor den prijs van 't y arkensvleesch De heer BERGERS acht vervulling van deze vacature ook beslist noodig. De direc teur moet naast zich hebben, een plaats- •yervanger, die thans ontbreekt. De heer GOSTER verdedigt het voorstel eveneens. De heer EERDMANS had liever gezien, dat een beduidende periode was afgewacht van niet-vervulling der vacature, alvorens met dit voorstel te komen. De begin-periode van een nieuwen direc teur, die zich moet inwerken mag niet gelden als maatstaf. Hij zou de zaak nog wel een half jaar willen aanzien, zooals deze thans is geregeld. De heer HUURMAN sluit zich aan bij Van ROBERT LOUIS STEVENSON. Geautoriseerde vertaling van J. C. L, B. Pet. (iVadrok verboden. bi) Hij zei dit. omdat hij Alan er een genoe gen mee dacht te doen; maar de ijdelhcid van den Hooglander werd wol door kleinere dingen gekwetst. „Wel, mijnheer," zei hij stijf, ,,ik geloof, dat het er weinig toe doet, omdat we hier toevallig samenkomen, ter wille van rar. Balfour, en voor zoover ik kan zien, wei nig anders gemeen hebben. Maar ik neem uw verontschuldiging aan, die hier wel ge past was." „En dat is meer dan ik kon verwachten, mr. Thomson," zei Ranheillor hartelijk, „en daar wij nu de hoofdpersonen zijn in deze onderneming, stel ik voor alles oens goed af te spreken, waartoe ik u voorstal mij uw ■arm te geven, want door de duisternis en Ihet gemis van mijn bril kan ik het pad niet goed zien, en wat jou betreft, mr. David, je zult Torrance een aangenaam iemand vin don om mee te prabeD Alleen, laat mij je er aan herinneren, dat het geheel overbodig is, dat hij meer hoort van je avonturen inet aJiem mr. Thomson." Dienovereenkomstig gingen deza twee vooruit in druk gesprek, terwijl Torrance en ik de achterhoede vormden, De nacht was den heer Eerdmans. Voor dtl salaris is een kracht als de heer Witmans wil. niet te krijgen. Zoo groot is deze lak van dienst z i. niet. Hij is ook voor uitstel. De heer ZUIDEMA vraagt of het niet mo gelijk is, dat de administratieve werkzaam heden verricht worden door een kantoorbe diende? De heer SPENDEL steunt deze vraag en het idee tot uitstel van den heer Eerdmans. De heer WILBRINK verdedigt het voorstel van B. cn W. Dc directeur is al meer dan een jaar in functie, is dus de beginperiode te boven en weet nu wel wat de dienst eiscliL I)e vergelijking mei Delft gaat heele- niaal niet op, zooals hij nader uiteenzet. Een aanvulling van dezen dienst met een adj.-directeur lijkt hem alleszins gewenscht, ook met hel oog op vervanging van den directeur. De heer SIJTSMA prijst den huidigen di recteur, maar is het nu echter direct noo dig naast hem een odj.direcleur te stellen? Hij gelooft het ook niet. De bezuiniging moet z i. gehandhaafd worden en hij steunt het uitstel-idee van den lieer Eerdmans. Dc heer v. HAMEL zou verwerping van dit voorstel bejammeren. Een goede controle moet er zijn, cn die kan er nu niet zijn. De dienst vordert vervulling van deze vacature. Wethouder REIMERïNGER meent, dat dit uitstel onpractisch is. De nieuwe directeur Leeft zich geheel ingewerkt en is zeer ijverig. Vele verzuimen heeft hij hersteld cn hij werkt tot laat in den avond. Alleen met een administratieve lnilp komt men er niet en in salaris scheelt dit niets. De heer Melles moet iemand hebben, die hem vervangen kan, bij ziekte, verlof etc., in welke geval len de diensl thans geheel hokt. Z. h. st. wordt het voorstel dan aange nomen. 21o. Voorstel in zake het aangaan van een geldleening, groot f 1.000.000. (23) Conform besloten. 22o. Vaststelling van het Primitief-Kohier d'er schoolgelden voor het Middelbaar- en Hooger Onderwijs, dienst 1924—^1925. (8) Aangehouden tot geheime zitting. Alsnog te behandelen: Nader voorstel in zake het verhaal van bijdragen voor weduwen- en weezenpen- sioon voor gemeente-ambtenaren. (25) Hierbij ia een amendement-Baart. De VOORZITTER vraagt intrekking hiervan, daar bij verwerping van het voor stel van B. en W. precies gebeurt wat hij in dit amendement voorstelt. De heer BAART doet dit. Hij verheugt zich in het oordeel van de Kroon, gezien verhooging der huren en van het indexcij fer. Dit is de reden dat hij ook tegen dit voorstel van B. en W. is. Feitelijk moesten z.i. de loonen verhoogd, doch daarvan komt met deze raadssamenstelling toch niets, dus doet hij geen voorstel. Komt het voorstel van B. en W. er, dan kan het gebeuren, dat twee volledig gelijk staande ambtenaren, niet hetzelfde verdie nen. De hoer HEEMSKERK zal niet in her halingen treden, maar de bezwaren van hem bij het vorig voorstel van B. en W. gelden nu nog voor hem. Hij verzet zich tegen deze ongelijkmatigheid. Moet men terug, dan over de geheele linie, niet ge deeltelijk. De heer WITMANS sluit zich aan bij den heer Heemskerk. Ongelijke salariecring bij dezelfde positie is z.i. uit den booze. Iedere ambtenaar heeft z.i. recht op premie vrij pensioen, zet hij nog kort uiteen. De heer ZUIDEMA spreekt zijn teleur stelling uit over de houding van Ged. Sta ten, die, terwijl voor het huidig personeel de salarissen gewaarborgd worden, toch het besluit tot bezuiniging half vernietig den. Maar al is de eane helft vernietigd de andere helft moet en kan er toch komen. De VOORZITTER meent, dat principieel de kwestie vorige maal al beslist is, ter wijl het verzet toen nog in hoofdzaak enkel gold de ambtenaren, die in koogeren rang zouden worden benoemd. Voor het rijk gelden deze bepalingen reeds, voor de provinciën gedeeltelijk. Over gevallen, toen wij in het gezicht vain de Shaws kwamen. Het was even na tienen, Ihet was donker en zacht, met een pretligen ritselenden zuid-westenwind, de !het geluid van onze nadering overstemde, en toen wij dichtbij kwamen, zagen wij nergens in het huis een glimpje licht. Het scheen, dat mijn oom al naar bed was, wat dan ook het best uibkwam voor onze toebereidselen. Op vijf tig oil en aistand maakten wij fluisterend onze laatste afspraken en daarna slopen de advocaat en Torrance en ik zachtjes weg en hurkten neer om den hoek van hot huis en toen wij onze plaatsen hadden ingeno men, liep Alan zonder een poging om zich te verbergen naar de deur en 'begon le klop pen. HOOFDSTUK XXIX. Ik kom in mijn koninkrijk.. Eenigen tijd beukte Alan op de deur, en zijn slagen wekten alleen de echo*9 uit het huis en don omtrek. Ten laatste hoorde ik e-ohler het geluid van een venster, dat zach tjes werd opgeschoven, en wist, dat mijn oom op zijn uitkijkplaafcs was. Bij het beetje licht, dat er was, moest hij Alan kunnen zien staan, als een zwarle schaduw op de sloep; de drie getuigen waren buiten zijn gezicht, zoodat er niets was, dat een eerlijk man in eigen huis bang kon maken. On danks dat alles bespiedde hij zijn bezoeker een poosje in stilte, en toen hij sprak, trilde zijn stem van angst. „Wat beteekent dat?" zei hij. „Dit is geen tijd van d<en nacht voor een fatsoen lijk mensch, en met nachtvogels heb ik niets te maken. Wat kom je hier doen?" Ik heb «en donderbus." piemievrij pensioen etc zal hij het nu niet hebben. Ged. Staten hebben zich verzet tegen sub 2 (de reeds in dienst zijnde ambtena ren) niet tegen sub 1, want Qed. Staten hebben dat zelf ingevoerd. Veel instemming .zou wellicht een algo- msene invoering van aftrek hebben gehad, maar B en W. wilden geleidelijke invoe ring, waarmee ook de betrokkenen zelf niet ontevreden waren, doch Ged. Staten willen niet, waarmee noch de gemeente noch de ambtenaren gediend zijn. De Kroon heeft. B. en W. gesteund, maar heoft opge zien tegen de procedure van het herroepen van het besluit van Ged Staten. Voor den zachten drang der Kroon zijn Ged. Staten n.l. niet teruggeweken. Nu liet eenmaal zoover is, achten B. en W. het redelijk van nieuw personeel den aftrek wel te nemen, een deel van wat de raad toch reeds be sloot. Niet aftrekken zou slechts zijn het geven van een cadeau aan menschen, die sollici teerden op voorwaarde van aftrek. De heer BAART meent, dat op de ma nier van den voorzitter het belang der ambtenaren niet wordt gediend. Zijn frac tie is tegen iederen aftrek. Dc heer HEEMSKERK is niet overtuigd. Zoo min mogelijk nieuw personeel wordt aangesteld. Wat geeft financieel deze af trek dan bovendien. Hij blijft voor gelijk heid. De heer ZUIDEMA begrijpt niet de re deneering van den heer Heemskerk, die door zijn tegenstemmen juist de financieele gevolgen trachtte te verkleinen. Hij citeert tegenover den heer Baart den heer Wibaut, wat eenig rumoer geeft. Ze ker, er zal bij nieuw personeel wel tegen kanting komen, daar zullen trouwens de heeren van de overzij wel voor zorgen, zoo noodig. De VOORZITTER zegt dat het nooit goed is. Gelijkheid heeft er nooit beataali, gelijk hij uiteenzet Wil men per se gelijk heid, welnu dan aftrek voor allen. Zijn de loonen der nieuw benoemden la ger'dan in het particulier bedrijf? Geens zins. Dat zegt z.i. voldoende. Het voorstel van B. en W. wordt aange nomen met 21—12 stemmen. Tegen de S.D.A.P. en de heeren Knut tel, Witmans, Heemskerk on mevr. Diet rich. Hierna gaat de raad in geheime zitting. Na heropening der openbare vergadering (de zitting met gesloten deuren had slechts een halfuur geduurd) werd het laatste punt der agenda: Vaststelling van het Primitief kohier der schoolgelden voor het Middel baar en Hooger Onderwijs dienst 1924, zon der hoofd, stemming aangenomen. Rondvraag. Bij de rondvraag bracht de heer VAN ECK met een onkel woord ter sprake de quaestie van de verlaging der Poelbrug en herinnerde aan de berichten, die daarover In de pers de ronde hebben gedaan, waar uit zou blijken dat Rijnland ten onrechte de hoogte van deze brug zou hebben voor geschreven. De VOORZITTER antwoordde dat het liier oen juridische quaestie gold waarom trent de berichten in de couranten niet een juiste voorstelling hebben gegeven. Ten slotte zijn aJle partijen, Rijnland, tram en gemeente het eens geworden. In de Keur van Rijnland staat dat de gemeente voor het maken en veranderen van bruggen over Rijnland's boezemwater, daartoe vergun ning moet hebben van het Hoogheemraad schap. Waar het echter niet hét boezem water zelf, maar de scheepvaart betreft heeft de provincie zich dit recht aange trokken. Hoe dit zij de vergunning tot ver laging is thans door Rijnland gegeven en de verlaging krijgt haar beslag. De heer VAN ECK vraagt verder of het waar is dat het werk traineert door tegen werking van onwillige eigenaren, en njj vraagt of daar geen maatregelen tegen genomen kunnen worden. Hij zou de na men der onwilligen willen publiceeren. „Bent u daar zelf, mr. Baliour?" ant woordde Alan, die terugsbapte en in de duisternis omhoog keek. „Denk een beetje om die donderbus, want zijn gemeene din gen, als ze afgaan." „Wat kom je hier doen? En wie ben je?" vroeg mijn oom boos. „Ik ben hoegenaamd niet van plan mijn naam in het rond te schreeuwen," zei Alan, „maar waarvoor ik kom is een an dere zaak, en meer de jouwe dan de mijne, en als je het wilt weten, zal ik het op mu ziek zetten en je voorzingen." „En wat is dat dan?" vroeg mijn oom. „David," zei Alan. „Wat is dat?" riep mijn oom, met erg veranderde stem. „Zal ik de rest van den naam ook noe men?" ziei Alan. Er was een pauze, en toen zei mijn oom onzeker: „Ik geloof, dat het beter is, dat ik je bin nen laat." „Dat geloof ik ook," zei AJaai, ,>maar de vraag iaZal ik het doen Nu zal ik je zeg gen, wat ik er van denk. Ik denk, dat we hier op de stoep moeten praten, en het zal hier of nergens zijn; want ik wou, dat je begreep, dat ik even stijfkoppig ben als je zelf, en van heel wat betere familie." Die verandering van toon bracht Ebene- zer van sfreek; hij had een pooaje noodig om op zijn verhaal te komen en zei toen; „Wel, wel, als het dAn moet, dan moet het maar," en sloot het venster. Maar hij had lang werk om de trap af te komen en nog langer om de sluitingen los te maken, ter wijl ik geloof, dat hij spijt had en een hart klopping van angst, bij iedere nieuwe trede en iederen bout en grendel. Eindelijk echter Dc heer VAX H.AM EL: Daar trekt de heer Jesse ach niets van aan. De wethouder MULDER kan daarop al leen antwoorden dat men beaig is uaet on derhandelen. De voorloopige uitvoering wordt daardoor niet tegengehouden. De lieer COSTER vraagt, hoe hel met de onderhandelingen over het herstel van den luifel aan het z.g. Socphuis aan den Oude Rijn staat. Wanneer daar niet spoe dig iets aan gedaan wordt, zal hij naar be neden vallen en zijn ongelukken te wach ten. De OORZITTKR antwoordt dat de Dia conie niet genegen is om den luifel te her stellen en dat hij spoedig zal worden weg genomen, Hierna sluiting. RECLAME. heelt alle wonden 2757 Wijziging der Dienstplichtwet. ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging van de Dienstplichtwet. De onmiddellijke aanleiding tot de invoe ring van dit ontwerp is volgens de M. v. T. gelegen in het voornemen, om de oefening tot verwerving van hét bewijs van voorge- oefendiheid op een eenigszins anderen voet te regelen. Volgens liet huidige stelsel moeien be doelde oefeningen plaats hebben voor de inlijving. Het gevolg is, dat aan deze oefe ningen velen deelnomen, die niet tot ge wonen dienstplicht wordon bestemd en wel licht ook, dat anderen van deelneming aan de oefeningen worden teruggehouden, in ver band met de kans, dat zij bij de loting een nummer trekken, waaraan slechts dc he slemming tot buitengewoon dienstplichtige verbonden is. Een en ander zal worden ontgaan, in dien zooais in de bedoeling ligt, eerst na dat de a.s. dienstplichtigen hebben geloot en nadat is uitgemaakt, wie tot gewoon en wie tot buitengewoon dienstplichtige wor den bestemd, de gelegenheid wordt openge steld en wel uilsluitend voor eerstbedoelden, om zich de voorgeoefendheid te verschaffen welke verkorting van den duur der eerste oefeningen geven Door een zoodanige regeling zullen de kosten worden bespaard, die verbonden zijn aan de vooropleiding van personen, die ln normale tijden toch niet in werkelijken dienst zullen behoeven te komen. Ook zat een groot deel worden bespaard aan de kosten, verbonden aan de huidige land stormkeuringen Deze keuringen zullen nagenoeg geheel kunnen vervallenomdat bij de nieuwe re geling de gegadigden voor de vooroefenin gen reeds de gewone dienstplichtkeuring zullen hebben ondergaan. De opkomst voor eenige oefeningen van hen, die zich voor de vooroefeningen opge ven als hun inschrijving reeds in het ver- sohiet ligt, zal uiteraard een jaar verscho ven moeten worden, daar deze over onge veer een jaar verdeeld zullen worden. Voor zooveel evenwel bij het vooroefe- nings-instituut opleiding lot een rang plaats heeft, welke opleiding langeren tijd vordert, moet het wenschelijk heelen de oefening vroeger le doen aanvangen. Wordt de voorgestelde regeling inge voerd, dan zal het niet meer noodig zijn, dat de deelnemers een dienstverbintenis sluiten hij den vrijw. landstorm ot het leger. Een regeling kan worden getroffen op don grondslag van art. 35 der Dienstplichtwet, zoodat het deelnemen aan do oefeningen het karakter verkrijgt van vrijwiltig verblijf in werkelijken dienst. liet bezwaar, dat in tal van gemeenten wegens te geringe aan melding geen klassen van voldoende sterkie zullen kunnen worden gevormd is nog aan hoorden wij liet kraken van do hengsels, en het scheen, dat mijn oom voorziohtig naar buiten kwam, en, ziende, dat Alam een paar passen achteruit had gezet, hem ver zocht op de stoep plaats te nemen, terwijl hij de donderbus gereed hield in zijn hand. „En nu," zei hij, „onthoud, dat ik mijn donderbus heb, en dat je zoo goed als dood bent, als je dichterbij komt." ..Een heel beleefde opmerking," zei Alan, „dal is zeker." „Neen," zei mijn oom, „maar liet is oen voorzichtige manier van doen, en ik moet op alles voorbereid zijn. En nu we elkaar verstaan, kun je zeggen, waarvoor je komt." „Wel," zei Alan, „daar je een man bent met zoovoel verstand, zul je zeker al heb ben begrepen, dat ik een heer uit dc Hoog landen hen. Mijn naam hooft met de zaak niets te maken; maar de strcok van mijn ■vrienden is niet heel ver van het eiland Muil, waarvan je wel eens zult hebben ge hoord. Het sohijnt, dat er in die buurt een schip is vergaan, en den volgenden dag was een heer van mijn familie wrakhout voor zijn vuur aan het zoeken op het strand, toen hij een jongen vond, die half verdronken was. Wel, hij nam hem ook mee, en hij en een paar andere heeren slo ten hem op in een oude ruïne van een kas teel, waar hij vam dien dag af een groote schade is geweest voor piijn menden. Mijn vrienden zijn een beetje wild, en niet zoo precies met de wet, ats anderen, die ik ken; en toen zij hoorden, dat die jongen van nette familie was, en uw eigen neef, mr. Balfour, vroegen zij mij, u eens op le zoe ken, en over de zaak l« praten. En ik zeg u vooruit, dat u weinig kans hebt, hem terug t* zien. als wij het niet eens worden. Want wezig. Echter zal worden getracht, door oordeelkundige keuze van oefenplaatsen het vormen van ocfenklasscn, bestaande uil jongelieden, in verschillende gemeenten ot plaalsen woonachtig, zooveel mogelijk le bevorderen. Tevens is ecu. wijziging t. a. v. den duur der verkorting van den eersten ocfenings- tijd voor voorgeocfenden noodig gebleken. Dit de rapporten van alle legerauloriteiten is met voldoende zekerheid gebleken, dat de male van voorgeoefendheid, verkregen bij 't behalen van het diploma op grond van het thans gevolgde oêfenjngsprogramnia niet kan wordon gelijkgesteld mei die, welke bij vier maanden verblijf in hel leger wordt verkregen Daarom wordt voorgesteld den duur van de verkorting, waarop hel bewijs van voor- geocfondhcid aanspraak geeft, van vier lot drie maanden terug te brengen. Voor een bepaalde categorie van voorgeoefendheiden zou echter de duur van dc verkorting kun nen worden verlengd in plaals van verkort. Dit belrett hen, die voor de officiersoplei ding worden aangewezen en reeds voor den aanvang van hun eerste oefeningen het examen van re.- sergeant met goed gevolg hebben afgelegd. Voor dezen kan de eerste oefeningslijd van twaalf maanden gevoegelijk tot de helft worden teruggebracht. Voorts ligt het nog in het voornemen hij de kcuringsradon ook een psycho-lechnisch onderzoek le doen plaats hebben. De onderscheiding lot nog toe bij het ver- leenen van vrijstelling wegens broeder- dienst gemaakt tussöhen vrijstelling voor goed en voorloopige vrijstelling is in de praclijk overbodig gebleken oh kan daar door zonder bezwaar vervallen. Vast zal komen lo staan, dat de dienst van ieder die de eerste oefeningen heelt volbracht, hoe kort deze ook hebben geduurd, voldoende Is om recht op vrijstelling aan een broeder te verzekeren. Evenals de vrijstelling wegens kostwinnerschap is beperkt tot personen, die de eerste oefeningen nog geheel of voor een gedeelte moeien volbrengen, is het wenschelijk een overeenkomstige beperking te scheppen voor de vrijstelling wegens persoonlijke onmisbaarheid. Mocht laatstgenoemde omstandigheid zicli ten tijde van dc herhalingsoefeningen voor doen, dan zal vrijstelling van die oefenin gen de aangewezen weg zijn, maar geen vrijstelling van den dienstplicht dienen te worden verleend. Voorgesteld wordt verder vermindering van den eersten oefeningslijd met een maand voor de ziekenverplegers, omdat ge bleken is, dat herhalingsoefeningen, waar van zij thans geheel zijn vrijgesteld voor hen onontbeerlijk zijn. Opdai zij. die verplicht worden de offi ciersopleiding le volgen, het niet er op zul len aanleggen niel voor benoeming lot offi cier in aanmerking le komen, wordt voor gesteld, dat in hel algemeen zij, die be stemd zijn voor opleiding tol officier bij het eindigen van dc eerste oefeningen om hel even of zij officier zijn geworden of niet tot liet res.-personeot le doen overgaan. Deze bepaling laat echter uitzonderingen toe met het oog op hen, die om redenen van hun wil onafhankelijk van do opleiding onthe ven moeien worden. Zilveren Huwelijksfeest van H.M. de Koningin. Zooals wel algemeen hekend kun worden geacht, heeft de Utrechtsche Vereeniging „Koninginnedag" het plan opgevat om H.M. de Koningin op Haar aanstaande huwelijks feest een huldeblijk aan te bieden, met medewerking van zoo mogelijk alfe Oranj«- Vereenigingen in Nederland. Derhalve een huldeblijk van de gezamenlijke Vereenigin- gen, welke ten doel bobben de liefde voor on3 Vorstenhuis aan te wakkeren en te be houden- Uit de tal van ingekomen berichten van adhaesie, als gevolg van do berichten in de pers en van het aan alle Oranje-Vereenl- gingen in den lande gerichte rondschrijven bleek ten volle, dat het plan bij het Neder- landsche volk oen algemeene instemming heeft gevonden. Het voornemen bestond, verschillende Commissarissen der Koningin te vereenigen in een Eere-Comité en ver der voor elke provincie een Commissie te mijn vrienden," vervolgde Alan, „zijn niet heel goed bij kas." Mijn oom schraapte zijn keel. „Het kan me niet veel schelen," zei hij; „het is nooit eon goede jongen geweest, en ik heb geen roeping lussohenbeidc te komen." „Ja, ja," zei Alan, „ik zie, waar je liet op aanlegt; je doet, alsof je niet om hem geeft, om het losgeld kleiner te makon." „Neen," zei mijn oom, „het is de volle waarheid. Ik stel hoegenaamd geen belang in den jongen, en ik zal geen lesgeld voor hem betalen; je kuDt, wal mij betreft, mei hem doen, wat je wilt." „Kom, meneer," zei Alan, „het bloed kruipt waar het niet gaan kan; wat duivel! Je kunt jo broers zoon niet in den steek laten, het zou schande zijn. En als je het deedt en het bekend werd, zou jo niet erg gezien zijn hier in de streek, of ik moei mij al erg vergissen." „fk ben niet bepaald erg gezien," ant woordde Ebenezer, „en ik begrijp niet, hoe hot bekend zou worden. Niet door mij in elk gevaJ, en ook niet door jou en je vrien den-, dus fiat is vcrgeefsche moeile, venlje." „Dan zal David het we! doen," zei Alan, „Hoe dat?" vroeg mijn oom scherp „O, op deze manier," zei Alan. „Mijn vrienden zullen ongetwijfeld je neef zoo lang vasthouden, als er kans is, dat hel wat opbrengt; maar als dat niet gebeurt, denk ik, dat ze hem zullen laten loopon, den ver vloekten jongen." „Och, dat kan me ook niet veel scholen," zei mijn oom; „ik ral er toch niet minder om worden, i (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 5