1 Tafelserviezen HET ADRES No. 19894 LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 17 Januari Derde Blad. Anno 1925. C. FORTMANNl van f34.-tot f700 - §j HAAGSCHE BRIEVEN. Firma M. BONGENAAR MODE, GEMENGD NIEUWS. gD BUITENL. WEEKOVERZICHT. De Duitsche crisis het accoord van Parijs Hughes' heengaan. De aanhouder wint! 't Is door Stresemann weer eens bewezen in de Duitsche poli tiek. Men weet, hoe het de Duitsche Volks partij was, die de ontbinding van den Rijks dag forceerde door vast te houden aan den pisch van opneming der Duitsch-nationalen in de rcgeering. De stembus sprak en gaf yooruitgang voor de republikeinsche idee. Niettemin hield de Duitsche Volkspartij voet bij stuk en thans heeft zij den Duitsch- ïiationalen kunnen aanbieden, hetgeen zij beloofd had: eenige ministerszctels. Nog wel niet geheel in den vorm, als zij dat het ihefste zou hebben gedaan, n.l. door de offi- oieele vorming van het z.g. burgerlijk blok, maar dan toch in anderen vorm die in we zen slechts luttel verschil geeft, althans wat de uitwerking naar buiten betreft. Nadat ÏMarx tenslotte zijn pogingen had moeten itaken, omdat de Duitsche Volkspartij hard nekkig weigerde eenige medewerking le ver kenen zelfs geen neutrale onzijdigheid Wilde zij toezeggenl heeft LuthcT, minis ter van financiën in het kabinet Marx, een bekwaam man en totdusver geen politiek figuur, Marx pogingen overgedaan en met (Micces. Een officieel parlementair kabinet kon hij ook niet in elkaar timmeren, doch hij slaagde met een ministerie, waarin vak mannen naa9t partij-vertegenwoordigers een piaats kregen. Het Centrum willigde in omdat anders geen uitweg uil de crisis op dit oogemblik mogelijk sclieen. En zoo heeft Duitschland dan eindelijk zes weken na de yc-rkiezingen, een kabinet. Nog niet geheel compleet, terwijl wii dit lichrijven, doch een kabinet Lulher komt er nu dan toch. Uit het moeras is men daarmee evenwel geenszins, want wie durft dit kabinet een blijvertje noemen? Op den duur zal het cen trum nimmer dulden, dat het slechts verte genwoordigd is door zegge één minister, dien het wel genadiglijk wilde doen aanblijven cvn het heeft er daarom reeds hij voorbaat voor gezorgd dat het in wezen totaal vrij bleef en ten allen tijde de regeering kan toevoegen een: tot hiertoe en niet verder. Geen motie .van vertrouwen kan Lubher krijgen, slechts een: nu, 't is voorloopig goed. Niettemin mag rechts tevreden zijn. Tegen de stembus-uitspraak in toch een „Rilck nach Rechts", het is al heel wat en biedt gelegenheid, om verder te marcheeren in de gewenschle richting, waarbij de zoo be langrijke factor tijd misschien een handje zal kunnen helpen. Men kan nooit weten Het centrum biedt wa-t het Pruisische kabinot betreft, nog hardnekkig tegen stand, maar eenmaal draaiende, kan er zooveel gebeuren Het resultaat is dus, dat in Duitschland voor het eerst na de revolutie optreedt een ministerie met uitgesproken rechtsche tendenz, dat het liefst de grondwet van Weimar morgen aan den dag zou willen vermoorden, doch deze zal handhaven. Hot zal er vermoedelijk wel een handhaven van worden Hetzelfde geldt voor de Dawes-overeen. komst. Er is geen denken aan, dat de nieuwe Duitsche regeering het zal aan durven, één woord te kikken van niet-na- leven daarvan. Tusachen uitvoeren en uit voeren is echter groot verschil. Met groo- ter argwaan dan ooit zal men Duitschland op de vingers zien, in iedere kleine nala tigheid een aanloop voor een zich onttrek ken zien etc. en het lijdt geen twijfel of dc nog nimmer geheel heldere politieke sfeer zal opnieuw zwaar worden door aller lei mist van wantrouwen etc. Welk een in vloed dit moet oefenen op de rust en te rugkeer van normale toestanden in Euro pa laat zich begrijpen. Te minder zal Duitschland officieel de Dawes-rapporten durven loslaten, omdat de conferentie van Parijs tenslotte tot een compromis heeft geleid, in hoofdzaak op deze rapporten gebaseerd Vrijwel geheel in onder-onsjes, waarbij het meermalen stormachtig heet te zijn toegegaan, al was het voor de buitenwereld geregeld de grootste pais en vree, is een accoord be reikt, een accoord van geven en nemen over en weer. Met uitzondering van Ameri ka, dat over 't geheel genomen geheel de ontvangende partij is en een bijzonder be voorrechte positie inneemt. Het was ie voorzien, want het steenrijke" Amerika durft men immers niet aan. Stel je voor, dat daar de geldbronnen worden verstopt Het wil ons voorkomen, dat de kleintjes als zoo dikwijls het gelag betalen en het laat zich daarom denken, dat naast Italië niet direct een kleintje Brazilië en Roe menië onder voorbehoud hebben geteckcnd. Baten zal het wel niet en zij zullen zich .wel moeten schikken. Een niet zich houden aan de Davres- ürapporten door Duitschland zou het gan- £che accoord ontwrichten. Daatom zal onze Oostelijke nabuurstaat dat stoute stukje niet durven ondernemen, alt-hans voor-eerst niet, daaraan is miet te twijfelen, maar, gelijk gezegd, uitvoeren en uitvoeren blijft er altijd twee Zelfs blijft dat zoo, al zou ook de nog onopgeloste kwestie der interge ill i eerde schulden, die inmiddels reeds aan de orde is gesteld, zij1 het ook zijdelings, tot een beslissing worden gebracht op den basis der Dawes-rapporten, gelijk door Keynes o.a. aangeraden, zooals door ons vermeld. liet feit, dat Amerika zoo begunstigd is ter Parrjsche conferentie tracht men van Frausohe zijde vooral daarmee te verdedi gen, dat Amerika nu weer vaster wordt gebonden aan Europa. Wat ten deele juist is, trots Am er i ka's ontkenning. Het Iaat zich overigens aanzien, dat Amerika toch zyn totaal afzijdige politiek zal verlaten, doordat minister Hughes by Coolidge's tweede pre- iidentspertode-intree hïengaat en vervangen wordt door Kellogg, den Amerikaansonen gezant te Londen, warm voorstander van een nauw samengaan der beide Angelsak sische grootmachten. Het winnen aan in vloed van senator Borah in de Amerikaan se he politiek zal wel niet geheel vreemd zijn aar. Hughes' ontslag, alhoewel zijn per soonlijke belangen o.i. ook niet uitgeschakeld mogen worden. En ook Borah is, zij het gematigd, voor een nauwer contact met Europa en de Europeesche aangelegenheden. RECLAME. iülHIIIIIBflllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllül^ BREESTRAAT 122-124 g g| Grootste keuze -- f§ Uitsluitend Eerste Kwaliteit M lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll 2425 XVI. Den Haag, met zijn Departementen en andere Staatsinstellingen, is bij uitstek de 3lad der bureaucratie. Twee Haagsche schrijfsters, de eene in een roman, de an dere in een tooneelstuk, hebben dien drogen en stekeligen distel lusschen de veelsoor tige bizarre gewassen in den tuin onzer samenleving naar waarde bezongen. Toch blijft het epos van den ambtenaar nog te schrijven. Maar de taak, schoon van een huiveringwekkende aantrekkelijkheid, is zwaar. De kunstenaar, die haar aanvat, moet een groot psycholoog zijn. Want ambtenaar wordt maar niet ieder, die wil. Ambtenaar wordt men geboren. Van den .eersten levensdag af moet men het bureaucratisch bloed er toe hebben De ware ambtenaarsaard steekt al in den zui geling, die nooit een restje in zijn flesch laat; openbaart zich in den jongeling, die zijn meisje nu en dan onverwacht inspectie laat maken met de cadeautjes, die zij ge durende het engagement van hem gekregen heeft; werkt door in den vader, die gewoon is zijn getrouwden kinderen met Sint Ni- colaas het bedrag voor twee banketletters te girecren en daarvan met ernstige nauw gezetheid vier centen aftrekt, wanneer hem, in tijden van herlevenden economischen bloei, na zorgvuldige informatie gebleken is, dat de prijs van het banket op de we reldmarkt twee centen per pond is gedaald. Ambtenaar, in den vollen zin des woords, is hij, die met het gratiebesluit op de ge rechtsplaats aankomt als het zwaard reeds gevallen is, omdat de reisvoorschriften niet voorzien in het gebruik maken van D- treinen door ambtenaren van zijn klasse (zie letter X, paragraaf 117, sub 7 ten derde, in verband met de wijziging d.d. 5 October 1924 in het Keizerlijk Decreet van 12 Thermidor 1803, laatstelijk aangevuld bij Ministerieele aanschrijving van 19 No vember 1924), reden, waarom hij genood zaakt was den eerslvolgenden locaal- of tramtrein te nemen. Hij is de man, die het argeloos enthousiasme van een nieuw, nog met idealen behept bewindsman te gruizel slaat, als deze, lichtelijk illusie-dronken, van zijn machtspositie een eerste en schoon ge bruik wil maken door een eeuwenouden, wrangen misstand met één pennestreek uit den weg te ruimen: achter een bestollen lessenaar vol gele papieren rijst hij krakend op, zijn dorre vinger wijst naar artikel 100, 11de alinea, ten 13e, en zijn onderdanig aanmatigende stem zegt onverbiddelijk: „kan nietHij is de onkreukbare die naar van de starre letter des onomkoop- baren Rechts, die een declaratie van reis- en verblijfkosten, ten bedrage van driehon derd zeven-en-dertig gulden twee-en-zesiig en een halve cent Nederlandsch courant, aan den belanghebbende renvoyeert ter fine van rectificatie, wijl gezegde decla rant, van Nieuwerkerlc aan den IJsel (Z.-H.) gereisd hebbende naar Ouderkerk aan den IJsel (Z.-H.), en daarvoor geen kosten in uitgaaf gebracht hebbende, mitsdien "kenne lijk verzuimd heeft de somma van twee cenien (f 0.02) in rekening le brengen, ten laste van het Rijk, voor de betaling der tusschen beide hoogeT genoemde plaatsen voor het overtrekken van opgemelde rivier verschuldigde veergelden. Ja, hij is de man, die rustig en tevreden, voldaan met zich zelf en de menschheid, zijn twee sneedjes bruin brood met kaas en een halfzacht ge kookt ei zou nuttigen, wanneer hij even tevoren proces-verbaal wegens overtreding zijner uitdrukkelijke instructie hadde op gemaakt tegen den zich noemenden en schrijvenden Galliéni, militair gouverneur van Parijs en commandant van de vesting van dien naam, hebbende gezegde Galliéni, ofschoon de Voorschriften voor Vesting- commandanten dezen functionnarissen, op straffe des doods, verbieden, zoowel voor zichzelf als voor de onder hun bevelen ge stelde troepen, de aan hun zorg ter verdedi ging toevertrouwde sterkten te verlaten, het geheele garnizoen van bedoelde stad in tienduizend, althans in een groot aantal, taxi's, althans in door motorkracht drijf - bare voertuigen, naar den bedreigden lin kervleugel van het front gedirigeerd, waar door genoemde delinquent den grondslag heeft gelegd van de uiteindelijke overwin ning der Geallieerden Het is niet zoo eenvoudig, ambtenaar te zijn. Het eischt geestkracht en koelbloedig heid, uithoudingsvermogen en ongevoelig heid voor smaad en hoon. De Haagsche forensen hebben hiervan, tot vóór enkele maanden, een zielsverhef- fend voorbeeld genoten aan een onzer spoorwegstations. Men heeft hun daar gron dig aan het verstand gebracht, dat net, om forens te zijn, niet voldoende is méér be lasting te mogen betalen dan wie een uur langer kunnen slapen. In den vroegen mor gen van den eersten der maand stelt zich een lange rij van die ondankbare Haagsche burgers aan de loketten op, waar zij gewoon zijn hun vernieuwde maandkaart in ont vangst te nemen. En menigmaal hebben zij hun trein gemist, doordat de majesteit van liet administratieve spoorwegrccht van den ambtenaar, belast mot de uitgifte der kaaTten, vergde, dat hij de honderden op naam gestelde biljetten volstrekt on-alfabe- tisch op een stapel vóór zich zou hebben liggen, om dan. voor eiken nieuwen aan vrager. dien oideloozen stapel van boven lot onder na le slaan, totdat de bijbehooren- öo naam gevonden zou zijn Hel is ongelooflijk, dat iemand, wien een enkele korrel gezond versland ter beschik king staat, onverbeterlijk voortgaal dien niet zulk zot en bot bedrijf te verwoesten. Toch is het historisch. Eiken eersten van de maand opnieuw stond daar de ambtenaar, en had den bonten namen-stapel vóór zich, en stapelde dezen, koel en onaandoenlijk, ten behoeve van iederen nieuwen candidaat tot een nieuwen stapel, en voelde zich ge lukkig in zijn plichtsbetrachting, ook al misten nóg zoovele forensen hun trein Het kon niet anders: het was immer» alt ij d zoo geweest. Er is misschien maar één ding meer ongelooflijk dan dit: dal de Haagsche foren sen zich dit somber vertoon van ambtelijke hersenloosheid uit-cn-terna lieten welge vallen. Maar zij deden dit dan ook niet, althans niet vele jaren langer, dan de ein deloos geharde nederlandsche lijdzaamheid gewoon is officieele beproevingen, wel niet zonder morren, maar* zeker zonder tegen maatregelen, te doorstaan. Een kranten- schrijver, uit den aard van zijn vak vrij moediger dan een gewoon mensch, vatte den os bij de horens. Den eersten keer waagde hij een welwillend: „als u dien stapel eens over de letters van het a b c verdeelde, meneer, en dan de hoopjes naast elkaar legde, in volgorde van het alfabet? U zoudt ook elk hoopje weer alfabetisch kunnen rangschikken, maar dat is misschien opeens te veel gevergd Het w&s in derdaad te veel gevergd; de bedoeling drong niet zoo dadelijk tot den ambtenaar door. Hij gaf zelfs niet het minste teeken, waar uit kon worden afgeleid, dat hij begrepen had te worden toegesproken. Het wachtend publiek, aan zijn beproevingen gewend en den Langen speech in den pri l l en uchtend nog niet waardoerend, begon zelfs om den inbreuk op de sleur te morren. Maar de journalist liet niet af. De volgende maand zette hij alles op één kaart, bereid het uiterste te offeren voor bet heil van hot fcrensenvolk. „Kijk nu zoo'n ezel eens aan," Zei hij lot zijn achterbuurman in de rij, „waarom legt bij die kaarten niet tevoren op de letter? Een kind zou op 't idee ko men Zoo'n kaffer Dit begreep zoowel de ambtenaar (ai zweeg hij, zonder een spier te vertrekken) als het publiek. Er was een gemompel van instemming. De maand daarop lagen de kaarten in een kastje met zes-en-twintig loketten, keu rig naar het alfabet gerangschikt. Alle fo rensen haalden hun trein, al hadden ze dan geen tijd om den moedigen krantenman te bedanken. Maar de lezer lette wèl: de schrijver van dezen Brief neemt geenerlei verantwoording op zich voor het geval, dat men een ge woonte er van zou willen maken ambtena ren volgens opgemelde methode tot men- schen op te leiden VAN DER HAEGHEN. RECLAME. voor UW PORTRET ia P. SLEGTEXHORST 2452 NIEUWE RIJN 46 BQF* Specialiteit iu verurootinjjen. Mijn respect voor dc scheppers der nieuwe modes groeit met den dog. Zij moeten zoo véél bedenken. Nooit toch werd er zóó al gemeen met de mode meegedaan als in onze eeuw. Vroeger was de mode alleen voor de zeer welgestelden, de edel vrouwen, de kasteel bewoonsters, voor haar, die er al haar tijd en geld aan konden besteden. Tegenwoor dig is dat gelukkig veranderd 1 iedere vtouw, die handig is en wat kijk heeft op zulke dingen, kan, welken leeftijd zij ook be reikte, en welke plaats zij inneemt in de maatschappij, er aardig en naar de laatste mode gekleed uitzien. Waarom oqk niet"? Het is het recht en de plicht der vrouw om te bekorenDat behoeft zij niet alleen met haar mooie oogen te doen! Ia één der groote bladen verscheen op het eind van het vorig jaar een ingezonden stuk van een mijnheer, die zóó verontwaar digd was over het feit, dat vrouwen de mode volgen en haar dienen als een slavin, dat hij de vrouwen déérom alleen zelfs het Kiesrecht weer wilde ontnemen 1 Ik kan mij best begrijpen, dat iemand aanstoot neomt aan de allernieuwste, meest m ndaine mode-creaties, maar is dat nu een reden om over alle Hollandsche vrouwen een banvloek uit te spreken?? Het is»maar een zóó klein percentage, dat de grenxon van het fatsoenlijke overschrijdt; derge lijke „dames" zijn er heuscb altijd geweest! Zouden alle korte rokken uit den booze zijnzijn alle bloot halsjes stuitend Kom, kom! niet overdrijven, hoor! Ook deze dingen hangen van iedere vrouw afzonderlijk af. Zoo lang zij haar toilet te genover zichzelf kan verantwoorden, zoo lang zij voor zichzelf weet, dat zij niets onbetamelijks draagt, kan zij gerust de mode volgen. Een korte, dikke, zeer blonde vtouw, met leelijke enkel6 en grove beencn zal zich in. getogener moeten kleedcn, zal langer rok ken moeten diagen dan haar slanke, knappe vriendin en niet iets kunnen kiezen in een Al te opvallende kleur. Zulke dingen kan ik u niet voorschrijven. Met opzet geef ik in deze rubriek steeds raad voor iederen leeftijd. Maar wanneer er onder mijn lezeressen zijn, die graag in een bepaald opzicht mijn advies willen weten, dan mogen zij het mij heuseh ronduit vra gen. Zoo kreeg ik ook dezer dagen een brief van iemand, die zich teekende; Matro ne". Bent u bangvoor uw leeftijd, me vrouw dat u uw naam verzwijgt 1 Dat is werkelijk onverstandig. Ik vind mooi oud-worden- juist zoo iets merkwaardigs. Onze grootmoeders verslonden die kunst zoo goed. Rustig, deftig en vol gracie bewogen zij zich door haar huis. Zij droegen veel grijs, maar voor gekleed ook paars of liladat kleurde zoo schitterend bij haar sneeuwwit haar I In onzen tijd is het oud-worden helaas uit de mode! Ik ken dames van zeventig die langs 's heer en wegen stappen alsof zij juist even in de veertig zijn: Op lage schoentjes met hooge hakken, met zijden kousen in een lichte kleur, een korten rok, een bloot (hoewel watpeezig!) halsje en een hoed met bloemetjes op ge verfd haar! Brrr! Zoo vreeselijk antipa thiek dat Smokkelen 1 Zij zouden er heel wat liever uit kunnen zien, wanneer zij zich niet zoo mallootig toetakeldon I Maar nu verder voor mijn matrone. Wel mevrouw, u vraagt of ik een geschikt model weet voor een japon van allen dag. Wat zoudt u denken van een toilet van donker muiskleurig laken of een fabrikaat van zijde-en-wol, afgezet met een band, be slikt met een Japansch motief in lila, rose en goudgele zijde? De japon moet het model van een aange sloten peignoir hebben, die boven de cein tuur openhangteen vestje van dezelfde slof komt dan daaronder te zien. De kraag, smal en rond van achteren, eindigt van voren in een ruimvallende fichu, die met den boven omschreven rand is afgezet. Even boven den buik, maar onder den een hand breeden ceintuurband van lak, naderen de punten der fichu elkander in een scherpen hoek. Bo vendien vallen er twee geborduurde reepen aan weerszijden van de bor9t tot aan den zoom van den juist flink voelvrijen rok. De strakke mouw is afgezet met een over de hand hangend strookje. Waimeer er eeen kleine kinderen meer om u hoen spelen en u dus geen kans loopt, dat uw japon veel te ijlen heeft van vieze, kleverige vingertjes, kunt u ook heel veel plezier hebben van een zwart fluweelen middag-toilet. Fluweel is warm en jjzersterk; en het staat bijna iedereen heel goed. Voor lange, wat gezette vrouwen is het mooiste model een draperie naar de linkerheup. De hals is dan van voren V-vormig en van achteren rond uitgesneden. De V vuil u op met een klein stukje zwarte kant. Verder behoeft de japm geen enkele andere versiering te hebben dan een gitten gesp, of een kwastje van zwarte kralen op het punt waar de draperie bijeen ge>- houden wordt. De rug moet recht on glad naai- beneden hangen. De mouwen zijn strak; over den rug van de hand vallen zij met een punt Voor sommige dames, die wat bleek zien, is dit misschien al te zwart. Dan moeten zjj langs de halsuitsnijding iets zetten, dat de japon „ophaalt". Voor de een staat een smal zilveren of wit zijden biesje aardig; een ander prefereert misschien een kleur; een derde kan volstaan met een zwart tullen ruche of een stukje bont. Gaat u maar voor den spiegel staan en oordeel dan even zelf! Nu nog een paair nieuwtjes voor de jeugd! Men zegt, dat in Londen, Parijs en New- York de meisjes zoo'n spijt hebben over haar afgeknipte haai', dat zy nu de witte piuikenmode uit de 18de eeuw weer te voorschijn gaan halen, en dat de groote kappers reeds thans speurend rondreizen op zoek naai- mooi wit haar! Weest op uw hoede! Bewaakt uw grootmama!! Verder zegt men, dat de nieuwste jum per-modellen voorzien zyn van een hooge, nauw-sluitende boord. Dat zou me niets verwonderen, aangezien het warme jaar getij-binnen afzienbaren tyd weer aanbreekt. Dan kunnen we dus lekker puffen ia onze dichte kleeren, zooals we thans bibberen iu dunne stofjes met een open hals. W ij lezen in „De Te 1.": Wie zal de geweldige roerselen doorvoe len, welke op dat historisch oogenblik moe ten hebben gebruist in des Haagschen bur gemeesters' ziel. Wie kan zich den twee strijd indenken, die moet hebben gewoed in des buvgemeesters boezem, op het oogen blik, dat liij zich moreel gedwongen voelde, (om het populair uit te drukken) er „een tje-te-pakken" in een lokaal, waar geen „Vergunning" was Nooit hebben staatslieden, ministers van een land, zwaarwiohtiger de koppen z^j elkaar gestoken, om overleg to plegen of ze er „centje pakken" móohten, kónden, zóuden, dan op dat historisch óógenblik in Huize Voorhout, te 's-Gravenhage. Stel u voor de situatie De Fransche minister Justin Godart be zoekt ons land, en Nederland wil den goe den ouden naam van gastvrijheid hooghou den. En hem fc toeren. Zelfs minister Aalberse gaat duavin per soonlijk voor, geeft een diner in de eenige gelegenheid in Den Haag, waar zulks (alt gesloten huis, genre Couturier) mogelijk ia, het pas geopende Huize Voorhout. En lifj noodigt daarbij, om het gezelschap moer illustre te maken, den minister van Bui ten 1 an dsche Zaken, Van Karnebeek, bur gemeester Patijn, de noodige andere auto riteiten en hun dames. Er worden schitterende wijnen gesohon- keD, de Fransche champagne (want er ia verlof) schiet bruisend uit de flesch, er worden redevoeringen afgestoken die sehuL men van sympathie, er wordt een band va® vriendschap gelegd als nooit te voren, en ineens... komt er een kink in den kabel. Den gastheer stijgt het bloed maar de slapen. De burgemeeseter ziet bleek, kijkt zenuwachtig naar Justin Godart. Da minia. ter van Buitenlandsche Zaken veelt don diplomatieken grond onder zich begeven... Men is aan de koffie toe, on er is géón Vergunning". Men zal ecm Franschen minister, een „Fransche" nog wel, van tafel moeten la ten opstaan... zonder pousse-café, zonder één enkel likeurtje, dat toch zoozeer de di gestie bevordert. Doodsbleek wendt de gastheer zich haastig tot den heer R/Oozen, den direoteur, die bij zoo'n officieel diner natuurlijk aanwezig i». Want den minister Aalberse zijn ineens in dc gedachten gekomen de aan ieder be kende moeilijkheden tot het geven van „vergunning" aan Huizo Voorhout, welke vergunning niet kon worden toegestaan, omdat het maximum aantal vergunningen in Den Haag reeds was bereikt. Meneer Roozen, uu heeft toob* gezorgd voorlikeuren??! I Pardon, Excellentie, ik heb geen ver gunning. Wat zegt u?... Maar er moeten likeu ren zijndan moot die vergunning als uitzondering even worden gegeven. Meneer Patijn, (dit haastig achter de tafeldam© om naar den burgemeester)kunt d voor dit speciale geval niet snel vergunning verleenen aan Huize Voorhout, tot 't schen ken van likeuren Burgemeester Patijn: Zijn er geen li keuren? Bon Dieu, geen li-keu-ren? Voor de pousse café? (Tweestrijd, heftige roer selen). Ja, kan ik dat zélf wel doen, dé Raad moet daarover beslissen. (Tot Karne beek): Excellentie, kan ik voor deze gele genheid wel zonder den Raad een special© vergunning verleenen? (Koppen bij elkaar, twee ministers, één burgemeester, ernstig beraad) Dan klinkt dc historische „Ver gunning a la minute." „Gegeven!" Maar ik heb niets in huift, zegt d$ heer 'Roozen, zonder vergunning mag ik zelfs niet© in huis hebben 1 U wilt me tooh niet wijs maken, me neer Roozen, dat u niets in huis heeift, vraagt dc heer Van Karnebeek met een on- geloovigen glimlach over de onwaarschijn lijke gehoorzaamheid van Neerlands onder danen. De beer Roozen moet tot zijn spijt be zweren, dat hij de wetten nakomt. Dan laat u het dadelijk halen, zegt nerveus de gastheer, maar dadelijk! Een taxi wordt gcrekwireerd, jddgt naar Hotel Wittebrug, is binnen 20 minuten, (historisohe minuten om een bijna mislukt diplomatiek dinera er mee terug, terwijl onderwijl de gasten en gastheer den Fran schen minister beminnelijk...... „aan den praat" houden. Dan staan de likeuren op tafel. Op tafelvan oen huie, waar of ficieel geen vergunning isDe hoogste autoriteiten van den lande zondigen tegen de wetten. Maar de eer is gered. Er wordt poussejcafé geschonken. Aan de heiligste wetten van de>n lande, die zijner gastvrij heid, is voldaanMen heeft een Fransch minister niet zonder pousse-café van eon Hollandsche tafel laten gaan. En het meest frappante ia deze geschie denis isdat het geen anecdote is, maar een letterlijk weergegeven wódrheid „als een koe." En een Hollandsche koe bovendien In den nacht van 4 op 5 Sep- tembcr van het vorige jaar is ingebroken in de Nederlandsche sukade- en vruchtencon- fijtfabriek nabij het slation der H. IJ. S. M. te Tiel. Uit de opengebroken brandkast i» toen e«n bedrag van ongeveer f 300 ont vreemd. Als verdacht van medeplichtigheid aan dezen diefstal met braak is uit Rotterdam te Tiól aangebracht de varensgezel J. van T.f die, na door den rechtercommissaris ge hoord te zijn, in het huis van bewaring t» Tiel is ingesloten. De overbrenging van d© vermoedelijk» daders, P. A., te Rotterdam,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 9