No. 19794.
DONDERDAG 18 SEPTEMBER
Anno 1924
Offlcieele Kennisgeving.
STAOSraWS.
Het voornaamste nieuws;
van heden.
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTS NT EEN:
30 CU. per r»gel. Bij regelabonnement belangrijk" lageren prijs,
Kleine Adv«rto=diën, uitsluitend bij vooruitbetaling, Woensdags én
I Zaterdags 50 Cts., bij een maximum aantal woorden van 80,
Incasso volgons postrecht. Voor eventueele opzending van brieven
j'ip Cts. porto te betalen. >- Bewijsnummer 5 Cts.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 175 en 1835 Redactie 1507.
Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54
PRIJS DEZER COURANT)
Voor Leiden per 8 maanden 'f 2.35, per week rffrr.y. 0.18,
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week ...v.»,, „0,18,
Franco per post f 2.35 -f- portokosten.
Bit nummer bestaat uit DRIE Bladen
EERSTE BLAD.
GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP.
Aan den gemeentelijken vischwinkel
Visohmarkt 18 tel. 1225 is Vrijdag verkrijg
baar VERSCHE HARING a f 0.17, SCHEL-
iJIISCH a f 0.21—1 0.39, SCHOL a t 0.19—
t 0.40, KABELJAUW a f 0.40—f 0.45 (Ge-
heele kabelj. a f 0.30) per pond.
N. C DE GIJSELAAR, Burgem.
Leiden, 18 September 1924.
De gemeentebegrooting voor 1925.
IV. Slot
Vóór wij van de Uitgaven afscheid ne
men, moeten wij nog een enkel woord ter
rechtvaardiging van de Commissie voor de
Volksbijeenkomslen zeggen. Uit het feit, dat
yoor deze Commissie het gewone jaarlijk-
pche subsidie, dat zij sinds langen tijd ge
noot, niet meer was uitgetrokken, trokken
■ook wij de conclusie, dat zij Ln het a.s. win
terseizoen geen bijeenkomsten meer zou
houden. Nader blijkt ons, dat dit wel het
'gevat zal zijn. De Commissie zal, ook al
zijn haar geldmiddelen niet zeer gunstig,
trachten zichzelve te redden. Zij meende,
met het oog op den financieelen toesland der
gemeente en bij het streven om te bezuini
gen, geen aanspraak op gemeentegelden
voor dit dool te moeien maken, zeker een
lofwaardige handelwijze, waarmede zij an
deren lichamen, die ook subsidies uit de ge
meentekas genieten, een lofwaardig voor
beeld geeft.
Zij kon trouwens ook niet vermoeden, dat
ideze begrooting zoo'n gunstig aspect zou op
leveren. als zij doet.
Het eerste hoofdstuk der Inkomsten, in
komsten uit vroeger diensten, wijst een vrij
Vaststaand bedrag aan van f 912,876, tegen
1 717,249 in 1924. Dit komt, omdat de reke
ning over 1923, met welk batig slot dit
hoofdstuk aanvangt, zoo buitengewoon gun
stig is geweest. Valt het vermoedelijk batig
slot van den dienst van dit jaar ook zoo
mee, dan wordt de eindrekening voor 1925
nog beter.
De inkomsten, onder Algemeen Beheer"
bijeengebracht, wijzen met een totaal van
f 219.485 een verhooging van ongeveer
I 3000 aan, waartoe verschillende posten
hebben bijgedragen.
Hetzelfde geldt voor hel hoofdstuk, waarin
de inkomsten inzake de -/penbare veiligheid
zijn verzameld; het bedrag is een weinigje
hooger geraamd dan verleden jaar. De voor-
naamsle post is die betreffende .verhaal van
pensioenbijdragen", tot een bedrag van
ruim f 13.000.
Het hoofdstuk „Volkshuisvesting" is ln
totaal geraamd op f 890.000, tegen ruim
f 728.000 in 1924.
De voornaamste ontvangsten in dit hoofd
stuk zijn rente en aflossingen van do kapi
talen, aan Woninghouwvereenigingen en
yoor den gemeentelijken woningbouw ver-
Urekt, en onder deze bedragen zijn er, die
lop deze begrooting voor het eerst voorko
men, zooals een post van f 21.475 voor rente
ten aHossing, terzake van den bouw van
Ï48 gemeentewoningen aan den llaagweg,
idem van de vereeniging „Ons Doel" betref
lende den bouw van 70 woningen ten Oos
ten van de Heerenstraat en van „De Een
dracht"
Het hoofdstuk „Openbare Werken" levert
.vergeleken bij dat van het vorig jaar, een
Weinig meer aspect, al ts de totale raming
I 178.660, slechts f 1600 hooger dan voor
.1924.
De post „Heffing voor het gebruik van
'openbare gronden en wateren is op 122.500
geraamd, welk bedrag in 1923 werkelijk is
ontvangen Verleden jaar stond er over ge
raamd f 17.500.
Het bruggeld en het havengeld is reeds
i.ts lager geraamd dan op de vorige begroo
ting. Vermoedelijk is daarbij al rekening ge
houden met een door B. en W. voor te stel
len verlaging. De jaost „Havengeld", uitge
trokken op f 33.000, ls iets meer dan verle
den jaar. Er werd in 1923 echter ruim
f 34,000 ontvangen. Het bedrag, aan pen
sioenbijdragen te ontvangen eindelijk, wordt
ook met f 1000 hooger geraamd.
De eerste post van het hoofdstuk: „Eigen
dommen, niet voor den openbaren dienst
bestemd" .betreffende de opbrengst van de
huur van huizen, enzis ongeveer f 2500
hooger geraamd dan het vorig jaar. De an
dere posten komen zoo ongeveer met die
,van het vorig jaar overeen.
Het hoofdstuk, waarin de inkomsten van
het onderwijs worden geraamd, is, evenals
het dit was bij de uitgaven, zeer omvang
rijk. De ontvangsten vatten echter niet mee.
Hot totaal der inkomsten van het lager on
derwijs is geraamd op f 525.943, tegen
f 547.326 in 1924. Blijkens de rekening werd
in 1923 werkelijk ontvangen f 694.689.18.
Daaruit zou men de hoop mogen koesteren,
dat de eindrekening ook nu wel eens mes
kan vallen. De schoolgelden voor het ge-
,woon openbaar lager onderwijs zijn geraamd
»p f 63000, tegen f 4600 in 1924. Daar te
genover staat echter, dat de vergoeding van
het Rijk f 38.000 lager is geraamd. Er is
Voor uitgetrokken f 420.993.
Ook voor het uitgebreid lager onderwijs
wordt een geringere Rijksvergoeding ver
wacht. Trouwens ook de opbrengst van het
schoolgeld wordt hier, met f 7000, f 5000
lager geraamd dan verleden jaar.
De totale ontvangsten voor het bijzonder
lager onderwijs worden aanzienlijk hooger
geraamd, dan verleden jaar: f 66,800 tegen
i 56.000 op de vorige begrooting. Voor de
schoolgelden alleen is f 64.000 uitgetrok
ken, ol f 1000 meer dan de opbrengst die
van het openbaar onderwijs wordt ver
wacht.
De ontvangsten voor het Middelbaar on
derwijs zijn geraamd op f 67.350 of ruim
f 1000 minder dan in het vorig jaar. Af
gaande op de werkelijke onlvangsten ln
1923, welke Blechts hebben bedragen ruim
f 68.000, lijkt de raming eer je hoog dan te
laag. Voor de ontvangst uit schoolgelden
wordt nu echler f 26.000 tegen f 24.000 ia
1924 uitgetrokken.
De bijdragen van andere gemeenten in de
kosten van dit onderwijs, die afhangen van
het aantal leerlingen, welke uit buitenge
meenten van het onderwijs protiteeren, valt
blijkbaar niet mee. Op de vorige begrootiDg
was daarvoor f 21.500 uitgetrokken; er
werd echter in het jaar 1923 nog geen
f 14.000 uit dien hoofde ontvangen. Een
bedrag van f 16.200 lijkt dus nog groot
genoeg. Ook de ontvangsten van het gym
nasium zijn aanmerkelijk lager geraamd:
f 52.800 tegen f 69.045 verleden jaar.
De subsidie van het Rijk, waarvoor ver
leden jaar f 80.000 was uitgetrokken, wordt
nu slechts op f 21.000 geraamd.
De inkomsten van het nijverheidsonder
wijs worden geraamd op f 6800, zijnde bij
dragen in de kosten van gemeenten, waar
uit leerlingen van dit onderwijs protiteeren.
Het hoofdstuk: „Ondersleuning aan be-
hoeftigen en werkloozen", dat, zooals wij bij
de uitgaven hebben gezien, groole offers
vraagt, brengt betrekkelijk weinig op. De
voornaamste posten zijn subsidies van de
provincie en bijdragen van particulieren in
de kosten van verpleging van arme krank
zinnigen, resp. op f 74.733 en f 13.000 ge
raamd
De afdeling „Ondersteuning aan werk
loozen", waarvan de uilgaven nog op
f 210,000 worden geraamd, heeft in hel ge
heel geen inkomsten.
Het hoofdstuk „Betastingen" is er een,
waarvan de inkomsten de uitgaven verre
overtreffen. De totale opbrengst is geraamd
op f 2 307.340, tegen f 2.470.175 in 1924.
De roden voor deze lagere raming ligt in de
voorgestelde vermindering van de plaatse
lijke directe belasting en de afschaffing van
de zakelijke belasting op het bedrijf, zooals
wij bij het overzicht der uitgaven meer uit
voerig deden uitkomen. De overige posten:
opcenten op de hoofdsom der belasting op
de gebouwde, de ongebouwde eigendommen
en op de personeele belasting zijn hooger
geraamd.
De belasting op looneelvoorstellingen en
andere vermakelijkheden is op f 48.000 ge
raamd ol f 2000 lager dan in 1924. Het
vergunningsrecht is ook iets lager dan een
jaar tevoren.
Zoo komen wij eindelijk tot de bedrijven,
wel eens de kurk genoemd, waarop de ge-
meente-iinanciën drijven. Wij hebben bij de
Lichtfabrieken hoofdzakelijk acht te daan
op twee posten: de winsl en de retributie
voor het leggen van hoofdleidingen en
hoofdkabels in gemeentegrond, wel eens
verkapte winst genoemd. En deze cijfers zijn
groot. Zoo wordt de winst der Gasfabriek
voor 1925 geraamd op f 102.400. Nu is de
gasprijs wel verlaagd maar als wij beden
ken, dat in 1923 deze winst ruim het dub
bele heeft bedragen, dan mogen wij wet
met stelligheid aannemen, dat het geraamde
cijfer door de werkelijkheid zal worden
overtroffen.
Do winst der Electricileitsfabriek wordt
op f 126,200 geraamd. In 1923 heeft zij een
werkelijke winst van f 206.650 opgeleverd.
Wij mogen zeker, als de toestanden niet
minder worden, wij hopen immers nog
op beterl minstens wel een gelijk winst
cijfer verwachten. Aan retributie van do
Gasfabriek, wordt f 68.000 verwacht, zeker
ook te weinig als men in aanmerking neemt
dat in 1923 deze post een bedrag van
f 75.000 heeft opgeleverd. De opbrengst der
retributie van de Electricileitsfabriek wordt
geraamd op f 84 000.
De exploitatie der geslichlen „Endegeest",
„Voorgecst" en „Rhijngecst" leveren niet
zooveel winst op. Voor 1925 wordt het batig
saldo geraamd op f 1800. Wij hebben er
wel mood op, dat de rekening zal meevallen
In 1923 is de werkelijke winst geweest ruim
f 67.000. Bovendien brengt de exploitatie er
van ook vele indirecte voordeelen mee. Men
flsnke maar eens aan de voeding en klee
ding van zulk een groot aantal verpleegden
en aan het talrijk personeel, waarvan ne
ringdoenden uit de gemeente profileeren.
Ook het Openbaar Slachthuis, waartegen
indertijd zooveel oppositie is geweest en
waarin door velen een strop voor de ge
meente werd gezien, leverde tn 1923 een
zuivere winst op van f 27.530. Heel voor
zichtig is de winst voor 1925 op f 25.000
geraamd.
Van de overige diensten, Reinigings- en
Ontsmelting9dienst, Grondbedrijf, Keurings
dienst van Waren, Gemeentelijke Bank-van-
Leening en het gemeentelijk vischbedrljf is
het winstcijfer op nihil uitgetrokken, wat
nog niot zeggen wil, dat er niets bij moet.
Met uitzondering van het Grondbedrijf en
het Vischbedrijf, dat zich trouwens wel kan
bedruipen hebben deze diensten ook weer
een geheel ander karakter dan de eerstge
noemde bedrijven. Wanneer wij bijv. uit de
Bank-van-Leening een voordeeltje zouden
trachten te halen, dan zou men de gemeente
daarover hard kunnen vallen en met recht
Woensdag 24 September zal de Raad, in
secties verdeeld, de begrooting vertrouwelijk
bespreken ,ter voorbereiding van de open
bare behandeling eenige weken later.
Wij vermoeden, dat er wel veel over ge
praat zal worden, maar dat er niet veel ver
anderingen in zullen worden aangebracht
Speciale Dahlia-keuring met Frnlt-tentoon-
Bteiling in de Stadszaal.
De afdeeling Leiden en Omstreken van de
Kon. Ned. Maatschappij voor Tuinbouw en
Plantkunde heeft,, in samenwerking met de
Ned. Dahlia-Vereeniging en de Vasle-keu-
ringscommissie, een tentoonstelling van
Dahlia's in de Stadszaal aangericht, waar
aan verbondon werd een afdeeling fruit, dte
al do zalen van de Stadszaal in beslag
neemt.
Voor een mooie aankleeding Is tevens
gezorgd. In de vestibule zijn reeds planten
groepen geplaatst met enkele dahlia's er
tusschen, die reeds tot een bezoek uitnoodl-
gen. Ook trekken daar eenige stands, dfe
betrekking hebben op tuinbouw en plant
kunde, de aandacht. Wanneer men echter de
groote zaal binnentreedt, vindt men eerst
de eigenlijke tentoonstelling, door den aan
blik waarvan men met bewondering vervuld
wordt. Zoowel in de zaal zelve als on het
podium is het ééne groole kleurenschitte
ring van rein wit tot purperrood met al de
schakeeringen van kleuren er tusschen. In
het midden steekt er boven uit de bloeiende
Agave, die maar éénmaal in een menschen-
leven bloeit, om dan gelijk aller menschen
lot is, te sterven.
In den foyer vindt men een herhaling
van wat beneden te zien is, iets anders ge
varieerd, terwijl in de Kleins zaal een keur
van fruit is tentoongesteld, alleen reeds ge
noeg om or de tentoonstelling voor te be
zoeken.
Is een bezichtiging overdag reeds een ge
not, vooral bij avond, beschenen door de
eleclrische verlichting, zal men zich ver
plaatst wanen in een sprookjesachtig too-
veriand.
Onzen stadgenoot den heer J. G. Ballego,
onder wiens leiding de opstelling plaats had
komt met de 35 40 inzenders, die het
beste van hun aldoor verfijnde kweekkunst
hier hebben tentoongesteld, de eer van deze
zeldzaam schoone expositie toe.
Dat de cultuur van de dahlia's, die even
als de bloembollencultuur een internatio
naal karakter heeft, zulk een hoogte heeft
bereikt als ook weder deze keuring laat
zien, dankt zij naast het initatief van tal
van kweekers, waaronder vooral eenige uit
Leiden vooraan staan, aan de drie boven
genoemde organisaties.
Wanneer oen kweeker een dahlia bezit,
waarvan hij eenige verwachting heeft, dan
biedt hij deze ter keuring bij de Keurings
commissie aan. Valt hem het eerste-jaars-
certificaat te beurt, dan zendt hij de bloem
het volgende jaar weder in. Blijkt zij aan de
verwachting te hebben voldaan, dan wordt
zij bekroond met oen eerete-klasee-oertiff-
caat, doch dan is zij er nog niet. Dan moet
zij in den proeftuin van de Aig. Vereeniging
voor Bloembollencultuur nog haar supe-
rieuriteii van kweekplaat aantoonen. Blijkt,
dat zij ook deze proef kan doorstaan, dan
ontvangt de eigenaar het proeftuincerüfi-
caat. Zoo is dan eindelijk de herhaaldelijk
aan een ernstige keuring onderworpen
dahlia een tiptop bloem geworden en kan
de eigenaar haar onderwerpen aan de bij
zonder strenge keuring, om in aanmerking
te komen voor den wisselbeker, geschonken
door een lid van het Hoofdbestuur van de
Mij. voor Tuinbouw en Plantkunde, den
heer 's Jacob, die, zooals mon weet, ook door
een Leidschen' kweeker word verworven.
Het doei der tentoonstellingen, zooals wij
er hier nu een hebben en die, naar wij ho
pen en verwachten, door velen zal worden
bezocht, is de waarde van de dahlia bij het
groote publiek voor kamer- en tuinversic-
ring te demonstreeren. De zeer gewaardeer
de eigenschap van de Ned. dahlia is vooral
gelegen in haar rechtstaand-en steil, waar
van er ook op deze tentoonstelling zijn, die
een lengte hebben van meer dan een hal
ven meter, zoodat de bloemen ver boven de
bladeren uitsteken.
Wij zullen na doze aJgemeene opmerkin
gen, die de groote beteekenis van de dahlia-
cultuur kensohetsem, morgen nog een en
ander van de afzonderlijke inzendingen
meedcelcn.
Hedenmiddag te halfdrie werd zij in te
genwoordigheid van de hoofdbesturen der
der bovengenoemde Vereenigingen, de in
zenders en een aantal dames en heeran ge-
noodigden officieel geopend.
Allereerst nam de Voorzitter van de Ned.
Dahlia-Vereeniging en der afd. Leiden van
de Ned. Maalschappij voor Tuinbouw- en
Plantkunde, de heer E. Th. Witte het woord.
Hij vindt het een goede gewoonte, dat de
voorzitter van een feestvierende vereeni
ging aanvangt met te bedanken. Een ge
vaar is daar echter steeds aan verbonden,
namelijk, dat men iemand vergeel, die dan
boos wordt. Spreker wil dit voorkomen door
allen gezamenlijk, hoog en laag, groot en
klein, hartelük dank te zeggen voor den
sleun en de medewerking bij het tot stand
komen van deze keuring en tentoonstelling
verleend.
De Kon. Ned. Maatschappij voor Tuinbouw
en Plantkunde, wordt wel eens vergeleken
bi) een moeder. Het is een ietwat vreemde
moeder; in den tijd van 51 jaar baarde zij
toch niet minder dan 43 dochteren, waarbij
er zijn, die nu reeds bijna 60 jaar oud zijn
en zich toch nog in blakenden welstand be
vinden. Het is een moeder, die wat men
noemt de eeuwige jeugd heelt en welke
kracht er nog van haar uitgaat, bleek ver.-
loden jaar ter gelegenheid van het Interna
tionaal Tuinbouwcongres.
De Leidsche afdeeling is een van haar
oudsle dochters; zij is meer dan 48 jaaVoud
en hoewel moeder weet, dat zij best op
eigen beenen kan slaan, houdt zij toch nog
steeds een wakend oog over haar en biedt
zij haar, waar noodig, de behulpzame hand.
De Nederlandsche Dahlia-Vereeniging is
een van haar jongste dochters, en met deze
toont moeder, dat zij met haar tijd weet
mede te gaan. Allen welen, dat de tegen
woordige meisjes anders zijn dan die van
vroeger, zij zijn zelfstandiger, levenslusti
ger en springen wel gens graag uit den
band. Ook met de Dahlia-Vereeniging is dit
het geval, ook zij houdt van zelfstandig op
treden, zij wil haar zaakjes gaarne zelf be
redderen en moeder laai haar gaan, doch is
Bleeds bereid haar met raad en daïd lur
zijde te staan.
Voor deze aangename verhouding, die
tusschen de maatschappij met haar Vasle
Keuringscommissie eenerzijds, de Nederl.
Dahlia-Vereeniging en de Leidsche afdee
ling anderzijds bestaat, waardoor het alleen
mogelijk is, dat speciale tentoonstellingen
als deze goed slagen, daarvoor, zegt spreker
beide hartelijk dank.
Hierna verkreeg de Voorzitter der Kon.
Ncd. Maalschappij voor Tuinbouw en Plant
kunde, jhr. G. F. van Tels, Huize Valken
bosch, bij Zeist, het woord. Hij ving aan met
even geestig als vriendelijk te reageeren op
de vriendelijke rede van den heer Witte.
Over de dahlia's zou hij niet veel meer zeg
gen. Hij had dit bij vorige gelegenheden al
meermalen gedaan. Wel wilde hij met vol
doening constateeren, dat er eenige opleving
is waar te nemen in den handel, ook in dien
van bloemen en bloembollen. Meer en meer
krijgt de Nederlandsche handel op ditigebied
vasten voet in het buitenland, dank zij de
paraatheid onzer kweekers, die in de moei
lijke tijden hun best deden en nu daarvan,
naar hij hoopt, weldra de vruchten zullen
plukken. Ook het welgeslaagd Seplember-
congres heeft daartoe medegewerkt, zooals
ook de samenwerking van de organisaties,
welke zich de bevordering dezer cultuur ten
doel stellen.
Niet minder verheugt spr. zich in de mede
werking van de gemeente Leiden, om deze
tentoonstelling te doen slagen, en hij spreekt
den wensch uit, dat zoowel de Maatschappij
waarvan spr. voorzitter is, alB de Dahlia-
Vereeniging, ook met Leiden zullen meele
ven, waar het zich opmaakt zijn 350-jarig
Ontzet luisterrijk te vieren.
Eindelijk werd het woord gegeven aan
jhr. mr. dr. N. C. de Gijselaar, onze burge
meester, om de tentoonstelling te openen. Hij
hield daarbij de volgende rede:
„Ter gelegenheid van de opening der Spe
ciale Dahliakeuring op 20 September 1920,
had de heer Pera, als waarnemend burge
meester, gelegenheid er op te wijzen hoe een
dergelijke tentoonstelling hier ter stede alle
reden van bestaan had, aangezien de cul
tuur dezer zoo fraaie bloemplanten hier
steeds een voorname plaats heeft ingeno
men.
Met alle recht bracht hij toen hulde aan
mannen als Arentz en Rodbard, wier aan
winsten een welverdiende reputatie genoten
tot vér over onze landsgrenzen.
Sinds de keuring van 1920 zijn weder vier
jaar verloopen. In 1921 werd de Speciale
Daliliakeuring in den Dierentuin te 's Gra -
venhage gehouden; deze is een zeer groot
succes geweest en werd mede bezocht door
Z. K. H. den Prins der Nederlanden. Zeker
is het een groote voldoening te mogen con
stateeren, dat het wederom een Leidsche
kweeker, de heer J. G. Baltego, was, die daar
den wisselbeker van de Ned. Dahlia-Veree
niging met de verscheidenheid „Mevrouw
Ballego" mocht verwerven. Verscheidene
Leidsche kweekers verwierven ook daar on
derscheidingen.
Van 22 lot 26 September werd in het jaar
1922 de Speciale Dahliakeuring te Haarlem
gehouden. Deze is uitnemend geslaagd; de
geheele stad stond die dagen als het ware in
het teeken der Dahlia's. Ook op deze keu
ring verwierf het meerendeel der Leidsche
kweekers onderscheidingen, en tot vreugde
stemt het zeker, dal het wederom de heer
Ballego was, die den eerepalm mocht weg
dragen. Doordat aan de door hem in den
handel gebrachte verscheidenheid „Mr. Dres-
selhuys" de wisselbeker werd toegekend, is
het een Leidsch ingezetene, die den eersten
wisselbeker, voor een tuinbouwproduct in
Nederland uitgeloofd, definitief in zijn be
zit kreeg.
Het jaar 1923 was en voor den Neder-
landschen Tuinbouw én voor onze Dahlia-
kweekers van groot belang. Toen toch vierde
de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij
voor Tuinbouw en Plantkunde haar gouden
Jubileum. Zij deed dit door het houden van
hot zoo uitnemend geslaagde Internationale
Tuinbouwcongres, waaraan door de Amster-
damsche Afdeeling dier Maatschappij groote
BINNENLAND.
Opening der vieidaagsche dahlia- en fruit'
tentoonstelling ln de Stadszaal te Leiden.
De begrooting van Posterijen, Telegrafie
en Telefonie voor 1925: verwachting, dat de
exploitatie over dit jaar winst zal geven.
Minister Rnys dringt aan op verwijdering
van een reclame op Poststukken.
BUITENLAND.
Verder resultaat te Genéve verkregen.
BritBche verontwaardiging over een
Duitsoh dementi.
De komende parlementaire periode in Eu»
getand.
De metaalarbeiders8taking te Weenen
voorloopig bijgelegd.
luister werd bijgezet door do prachtige Alge-,
meene Nederlandsche en Nederlandsch-Indi-
sclie Bloemententoonstelling. De Nederland
sche Dahlia-Vereeniging werkte aan deze
tentoonstelling mede, doordat zij er haar eer
ste internationale tentoonstelling aan ver -
bond.
Deze keer stoute onderneming is een vol
slagen succes geworden, omdat de superiori
teit van de Nederlandsche Dahlia's boven
de Engelsche, Duilsche, Belgische en Hon-
gaarsche er zoo duidelijk aan het licht trad.
Door de huitenlandsche juryleden werd on
omwonden erkend, dat de Nederlaaidsche
Dahliabloemen verreweg aan de spits staan,
en deze erkenning had des te meer waarde,
aangezien verscheidene der voornaamste
kweekers, waaronder niet minder dan drie
Leidsche, zich bereid verklaarden hun kwec-
kerijen aan de huitenlandsche vertegen
woordigers te taiten zien, waardoor deze zich
konden overtuigen, dat de op de tentoonstel
ling uitgestalde bloemen bij duizendtallen
hier te lande gekweekt worden; een over
tuiging, die natuurlijk bevorderlijk is ge
weest voor den afzet van Holiandsolie
Dahliaknollen naar het buitenland.
Ook hot jaar te voren was belangrijk voor
onze kweekers, want aan de inzendingen,
die ln 1922 te Parijs en Londen werden ge.
daan, werd krachtdadig door de Leidienaart
deelgenomen en in de Stamboeken der Cer
tificaten van de Royal Horticultural Society
en van do Sociêté Nationale d'Horticullure
de Franco komen verscheidene namen van
Leidsche kweekers voor. Ook aan de inzen
dingen, die dit jaar weder door de Ned.
Dahlia-Vereeniging in de Horticultural Half
te Londen weid tentoongesteld, werd door
hier ter stede gevestigde kweekers een zeer
werkzaam aandeel genomen.
Onder lat van in den lande en vér daar
buiten steeds met eore genoemde Dahlia-
kweekers zijn er dus meerdere, die hier ter
slede gevestigd zijn, die er het hunne loc
bijdragen om den goeden naam, die Leiden
op hel gebied van dezen zoo bijzonderen
tak van bloemencultuur reeds jaren heeft,
te lielpen handhaven. Moge ook deze spe
ciale Keuring, waaraan deze keer een Fruit-
tentoonslclling verbonden werd, daartoe het
hare bijdragen.
En hiermede verklaar ik de tentoonstel
ling voor geopend."
Protestvergadering Overheidspersoneel.
In de Nutszaal had gisteravond een open
bare protest vergadering plaats uitgaande
van de plaatselijke prganisaties van A. C.
O. P. en C. N. O. G
De opkomst was uitstekend.
De leider van den avond, de lieer Schiil
Ier achte protest zeer op zijn plaats gezien
de nieuwe verslechteringen, die de regee
ring wil. Het zou, verzekerde hij, wei eens
kunnen komen tot verzet tegen de reactio
naire bende, die steeds op de ambtenaren
losbreekt.
Hij gaf daarop het woord aan den heer L.
J. Bakker, If. B lid van den Ned Bond van
Werklieden
Verslechteringen is alles wat de klok
thans slaat, aldus deze spr.; het is het on
derwerp in de sociëteiten en '1 geldt het rijk
zoowel als voor de gemeenten en provin
cies waarover hij het vooral zal hebben.
Men spreekt niet meer over loonsverlaging,
alleen over de vraag: hoe veel, men spreekt
niet meer over werktijdverlenging, alleen
over: hoe ver. 't Is mode geworden. En
daarbij blijft het niet, deze liefhebberij komt
uit de sociëteiten in de gemeenteraden en
Prov. Slalen en veel lijd heeft rnen niet, in
tegenstelling met 1918 en 1919 en nog in
1920, hoewel toen de kentering al l>egon.
Voor verbetering moet lang beraadslaagd
worden, voor verslechtering schijnt dit ni-t
noodig, het kan in een ommezien en alles
durft men daarbij aan, spr. geeft voorbeel
den ais de 56-uren-week voor de conlinu-
arbeiders, die tol dusver beneden de andere
arbeiders feleveci etc. Alsof kennis noodig