De Kluizenaar van FarEnd. No. 19778 LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 30 Augustus Derde Blad. Anno 1924. FEUILLETON. BRIEVEN UIT BERLIJN. Moderne Zenuw Genezing. gjj buitenl. weekoverzicht. Keilen teekeaing van 'l accoord van Londen Dnilschland zal het ook wel aanvaarden ver- ze* in de Engelsclie arbeiders kringen Mc Donald voor moeilijkheden de komende Volkenbondsvergaderip.g. Terwijl wij dit schrijven, geldt nog vol ledig: Nog houdt het schrikkelijk pleit van onzekerheid aan. Onbekend is n.l. of Duilschland, d. w. z. de Rijksdag, het ac coord van Londen zal ratificeeren. Een een voudige meerderheid heeft de regeering Marx-Stresemann ongetwijfeld achter zich, maar voor de spoorwegwet, ondeelbaar on derdeel om tot de uitvoering der Dawes- rapporten te komen, is een 2/3 meerderheid benoodigd en zoo'n meerderheid kan de re geering alleen met behulp der Duitsch-na- tionalen in een of anderen vorm bekomen. Zij hebben de beslissing in handen en zijn zich daarvan maar al te zeer bewust. Voor Duitschland slaan op dit oögenblik weder om de hoogste belangen op het spel de Duilsch-nalionalen kunnen niet heenkomen over een bekrompen, enge partij-politiek. Zij zitten op de wip welaan, probeeren om hun steun zoo duur mogelijk te verkoopen. Daarmee is o. i. de houding dezer partij vol ledig geteekend. Tot schande van haar zelf hoe durft zoo'n groep zich nationalistisch noemen, waarin toch ligt opgesloten een of fervaardigheid tot het uiterste voor de natie en levens, gelooven we, lot haar schade. Gezien al het gemarchandeer, vooral met Duilsche Volkspartij, dus de aanhangers van Slresemann, die hun streven naar een zuiver burgerlijk blok zonder liebauglen naar de socialisten, tot op het laatste oogen- blik toe, voorzien we, hoe 'n groole mond van standvastigheid ook wordt opgezet, ten slotte een terugwijken en een komen van de benoodigde meerderheid. Of en in wel ken vorm cijns zal worden betaald? 't Zou te veel eer zijn, maar.... Mede voorzien we dit, waar anders immers de Rijksdag zat worden ontbonden cn na den val van Poin- caré, wiens politiek den wind in de zeilen der Duitsch-nalionalen blies, zouden bijkans zeker de Duitsch-nationalen daarbij veeren moeien laten. En waar het partij-belang bovendrijft, doet men zoo iets niet. Op zichzelf zou Rijksdag-ontbinding zeer wcnschelijk zijn, want dit huidige parle ment is een aanfluiting van wat een parle ment moet zijn. De jongste incidenten zijn daar om het te bewijzen, w o. een knok partij in optima forma. Wanneer onverkort waar zou zijn, dat ieder volk de regeering heeft, die het ver dient, dan zouden we durven cn kunnen zeggen: wee Duitschland Gelijk gezegd, zoover zien we liet niet komen. Op 't laatste nippertje zal o.i. de Rijksdag wel nemen het cenige besluit, dat er verstandig gesproken, te nemen is en het accoord van Londen, zoo terecht ge noemd het begin van een nieuwe acra, een aera van het zoeken naar wat verecnigt in plaats van wat verdeelt, zal ook door Duitschland wel worden aanvaard. Ook door Duitschland, want Frankrijk heeft dat toch al gedaan. Herriot heeft daar een fraaie overwinning bevochten, vooral in den Senaat. Poincarc's poging om op oude wijze zijn eigen negatieve poli tiek, die Frankrijk zoo terecht het odium van wantrouwen, zacht gesproken aller- wege heeft berokkend, nogmaals te verde digen, faalde jammerlijk en Herriot zege vierde glansrijk over de gansche linie. Heden, wanneer dit onder de oogen on zer lezers komt, zal het accoord van Lon den daar officieel zijn geteekend. Dan zal in werking zijn getreden, waarvan algemeen verwacht wordt: ontspanning op ieder ter rein en de aanvang van een periode van werkelijken vrede na den 5-jarigen schijn- vrede. Do aanvang, want begrepen wordt maar al te goed, dat nog heel wat gebeu ren en veranderen moet, om tc komen, waar men wezen wil en moet, om Europa weer geheel op de been te brengen. Wanneer Duitschland nu eovst inzake de militaire controle eens meehelpt en Her riot zijn half-gedane toezegging van een spoediger ontruiming van het Roergebied, mede daardoor, kan nakomen, dan wordt althans over en weer een sfeer van ver- door MARGARET PEDLER. Geautoriseerde vertaling van W. E. PONT. lö) „Jane Crab", merkte Selwyn op met een giiiligen lach, „diemt al vijf en twintig jaar bij ons. Ik moest haar raad maar liever op volgen!" Hij wierp een medclijdenden blik op Sara's weinig aanlokkelijk kopje thee. „Ik durf werkelijk in de gegeven omstan digheden geen nieuwe thee, bestellen. Jane zou het me waarschijnlijk vergelden met een ultimatum, waarbij ik voor de kous werd gesteld lussdhen thee of het in-orde- maken van uw kamer, en ze zou me op kern achtige manier een kort begrip geven van wat één paar handen met mogelijkheid kunnen presteeren." „Zou u zelf niet eon kop thee willen?" waagde Sara op te merken. „Ja, dat zou ik, heel graag zelfs. Maar ik zie geen kans er een te krijgen, zoolang Jane in deze gemoedsstemming verkeert." „Als u mij de keuken wilt wijzen, zal ik wel even nieuwe thee zetten", was Sara's kloek besluit Selwyn keek haar aan met een medelij denden glimlach. „U kent Jane niet," zei hij. „Overtreders in de keuken zijn daar niet welkom/' „En Jane kent mij niet," antwoordde Sara beslist* „Op uw verantwoording dan," antwoord de de dolcter, en ging haar yoor naar het trouwen geschapen. Noodig voor wijzigin gen straks in de Dawes-rapporten, wan neer die ernstig aan de practijk worden getoetst; bestaat daarover in onbevooroor deelde kringen nog twijfel? Het treft overigens wel toevallig, dat juist thans in Engeland krachtig verzet zich baan breekt tegen de Dawes-rapporten, daar men vreest voor de gevolgen van een op volle kracht de resultaten van zijn ar beid op de markt werpend Duitschland, speciaal door de leveringen in natura op rekening der schadovergoedingsregeling. Het oordeel van den econoom, wiens naam ons ontschoot, die direct na dc/i vrede van Versailles voorspelde, dat de overwinnaars zelf zouden roepen om ophouden, wanneer Duitschland eens full-speed zich kweet van zijn verplichtingen, heeft al kans op juist heid, voor het nog zoo ver is 1 Dit verzet in Engeland uit zich en zal zich o.i. nog steeds meer uiten vooral in ar beiderskringen en de leus: afzien van scha devergoeding etc., in eigen belang, zal wel niet op zich laten wachten. Voor Mc Donald wordt dit een moeilijk geval te meer, eerst in de buitenl. politiek, voorts in de binnenl. politiek. Op dit laatste terrein trouwens staat dc Engelsche premier voor zooveel moeilijkheden, dat het ons niet verbaast, dat men ook van de zijde der La- bour-regeering toebereidselen gaat maken voor nieuwe Lagerhuis-verkiezingen, waar van de mogelijkheid lang niet uitgesloten is. Daar is om te beginnen nu de Iersche kwes tie, die nog altijd onopgelost is door Ulster's halsstarrigheid, dan de diverse en toene mende slakingen, voorts de wrijving met Egypte over Soedan, plus alles wat hier nog bijkomt. Bovendien schijnt in het kabinet, hoewel dit naar buiten nog niet blijkt, de eensgezindheid niet volledig meer. Snowden moet met Mc Donald inzake de economische aangelegenheden nog wel eens van meening verschillen, zoo verluidt en ongeloofwaardig zijn deze berichten niet geheel. Vooreerst heeft de Engelsche premier echter ander hooi op zijn vork en wel de volgende Volkenbondsvergadering, waaraan hij met Herriot en Theunis zal deelnemen en per slot van rekening ook nog Mussolini, naar het zich laat aanzien. Dit „hoog be zoek" geeft al reeds aan, dat belangrijke vraagstukken dan ter tafel zullen komen cn dat is ook inderdaad het geval. De grootc kwesties van bewapening, liever ontwape ning en veiligheid komen immers in behan deling. Kwesties, waarvoor de belangstel ling gelukkig algemeen blijft groeien, ook onder het jonge geslacht, waarvan altijd nog geldt: geef me de jeugd en ik beheersch de toekomst. Zonder de verwachtingen torenhoog 'Ie stellen, meenen we niettemin, dat belang rijke besluiten voor de toekomstige richting der wereld zullen moeten worden getroffen, de volle aandacht waard. Brief uit Zwitserland. (Van onzen Berlijnschen correspondent.) Op do Pratschli, midden Augustus. „Op do Pratschli? Waar is dat?" zal de lezer vragen. Ik echter wrijf me in dc han den en antwoord: ,,Daar was het mc juist om te doen. Voor m'n zomervacantie een plaats uitzoeken, die niemand kent, waar van men vooral in Berlijn niets weetI Daarom ga ik juist niet naar Pontresina of San Moritz of Sils Maria, maar verberg ik me in dezen kostelijkcn uithoek. Hierheen gaat niemand van m'n geliefde Berlijners hier ben ik voor hen veilig." Een „plaats" is het eigenlijk beclemaaï niet. De „Pratschli" is eigenlijk een berg rug hoog boven Arosa in Graubiinden en daar staat, op dc eerbiedwaardige hoogte van 1930 Meter boven den zeespiegel een eenzaam klein hotel in de heerlijke, wijde vrijheid van het gebergte. Slechts een paar Zwitsers uit Zurich, uit Schaf Lhausen, uit Winterbhun en Appenzell hebben zioh bier ingekwartierd. De badgasten van Arosa daar beneden komen hoogstens eenmaal naar het café hierboven, bewonderen het vergezicht en verdwijnen weer. Dan zijn we weer onder elkaar. Onbeschrijflijk klein en zonderling wor den in de reine luokt van deze grandiose streek, waar reusachtige rotstoppen u broe- heihgdom, waar Jane den sohepler zwaaide. Hoe Sara het klaarspeelde, kwam Selwyn nooit te weten; maar zij slaagde er in Janes keuken binnen te dringen en thee te zet ben zonder haar in het minst te beleedigen. Ja, door een of ander geheim proces, dal zij zelf alleen kende, gelukte hel haar zelfs het ruime hart van Jane te winnen, en van af dat oogenbük werd de alleen heerscheres van de keuken haar trouwe satelliet, en later, toen Sara ingrijpende veranderingen begon te brengen in het Jan-Sleenhuishou- den, haar moest gewillige bondgenoote. „Juffrouw Tennant is de oenige hier in huis, dis hersens in d'r hoofd heeft/' zei Jane meer dan eens. HOOFDSTUK VI. Selwyns huis heeft zijn krnis. Na de thee ging Selwyn Sara vóór naar boven en stelde haar voor aan zijn vrouw. Mevrouw Selwyn was een zwakke, bleeke Vrouw; het was nog le zien, dat zij indertijd een aardig gezichtje gehad moest hebben. Zij was in hoogen graad zenuwpatiënte en verliet zelden de kaaners, die voor haar af zonderlijk bestemd waren, om met de ande ren beneden te zijn. „Trappen loopen is zoo slecht voor mijn hart, ziet u," vertelde zij aan Sara, met dat jtfr van martelares, dat zoo eigen is aan zenuwzieken; iemand, die werkelijk licha melijk lijdt heeft dat zelden. „Hot is na tuurlijk een groot gemis voor me en ik go- loof niet, dat Dick" met een vijandigon blik naar haar man „of Molly wel zoo dikwijls naar mij konven kijken als eigenlijk moest, .Voor 'hen zijn de trappen geen be zwaar." Sodwyn, die altijd onmiddellijk als Hij derlijk van alle zijden groeten, de zorgen en oneenigheden van de menschen, die in de steden wriemelen. Zelfs een Duitscher, die het zeer ernstig met zijn vaderland meent, Iran hier de ellende en den nood van zijn land bijna vergeten. Want het is, als spreekt hier boven de godheid zelf met de kinderen der aarde. Anders dan in de vlakte of in de dalen hier beneden onder gaat men het heerschen van de elementen. De zon brandt in de kristalheldere atmos feer met een verdubbelde heftigheid, die alle droeve gedachten verbant. De hoogten rondom nemen in zulk licht wonderlijke plastische vormen aan. Niets stoort de schoonheid van deze koninklijke, in een krachtig rhythme versteende bergkammen, want we zijn hier aan de „boomgrens"; slechts enkele armoedige koloniën dwerg dennen klimmen nog de helling op, ander* is alles groene weide en bruin gesteente, zonder boom of struik. Een heroïsch land schap breidt zich uit. Als echter de hemel zich bedekt, voelen we eerst recht, in hoe onmiddellijke beroering men hier met do kosmische machten leeft. Dan jagen gol vende nevelmassa's over 'de Pratschli en hulleD alles in ondoordringbare sluiers, zoodat we in een luchtledige ruimte schij- non te zweven, alsof we betooverd waren. Of eenigo wolken van fantastisohen vorm stormen als geweldige Spoken op ons toe, zoodat men begrijpt, hoe zulke verschijnse len bij naïve naturen bijgeloovige voorstel lingen wekken moesten. Of plotseling valt zonder erbarmen een wintersche koude in. Toen ik gisteren ontwaakte, was het ho tel ingesneeuwd. Zoover het oog reikte, glansde over alles 't witte dek. De dennen zien er uit als kerstboomen. En dat in het midden van Augustus I Dan breekt de zon opnieuw door de wolken, de sneeuwmassa's 6melten en het vee wordt uit de stallen weer in de wei gedreven. Do kooien hier boven zijn de verpersoon lijking van de stille, beschouwende, vricn-» delijko stemming van deze afgelegen hoek. Het zijn werkelijk meesters in de vredelie vendheid. Ik zou willen zeggen't zijn de eonige absoluut echte pacifisten, die ik tot nu toe ontmoet heb. Ze gunnen eikaars zelfs bi} menschen zelden voorkomt, het voer de een verdringt de ander niet van de kruiden en bloemen, die de collega juist opeten wil; de een wil niet over de ander heerschen. Het samenleven van deze dieren is waarlijk liet beeld van een gelukkig., vre dig bestaan. Angstig dwalen m'n gedachten van deze vrede naar Londen, waar men zich inspant ook tusschen de volkeren van ons wereld deel, zooiets als een vredestoestand te scheppen Of men elkaar daar ook zoo goedmoedige gevoelvol en zoo volkomen zonder wantrouwen, met onsohuldige brui ne oogen aankijkt, als mijn vriendinnen, de koeien van Pratschli? Ik vrees, dat een vergelijking tusschen mense-b en dier ook hier weer in het nadeel van den mensch zal uitvallen. Met een zekere mate van ont zetting denk ik er aan, dat spoedig dc korte rustpoos ten einde zal zijn en men weer in de onbehagelijke sfeer verplaatst wordt, die de ijverzucht van de volkeren en de partijtwist van het ecuwig verdeeldo Duitschland, soheppen. Ook van den Praschli uit kan men 'ri juiste kijk op de wereld krijgen. Onlangs was ik beneden in Arosa, waar een onschul dig muzikant een concert gaf. De brave man had suoces en omdat zich, zooals hij bemerkte, onder zijn toehoorders dc bad gasten van de hotels en sanatoriums van Arosa verscheidene Duitscbers bevonden, 6pecldo hij, behalve enkele andere toegif ten, tenslotte ook nog: „Heil dir im Sicger- kranzl" Dit was, zoover hij wist steeds bet Dnitscbe voikslied geweest, dat we intus- 6clien in Duitschland een revolutie gehad hebben, was klaarblijkelijk nog niet tot hem doorgedrongen. Maar wat was het gevolg 7 De cene helft van de aanwezige Duitschers applaudiseerde op demonstratieve wijze, de andere helft zweeg even demonstratief. Vijandige blikken heen en weer! Stomme verwijten van tafel tot tafel! Het scheeldo weinig of het meesningsverschil had aan leiding tot een heftige explosie gegeven... Toen vluchtte ik snel weer naar boven, naar m'n eenzaam hotelletje, waar 'dc her thuis kwam van zijn visites, hoe lang of hoe vermoeiend zijn toch ook geweest was, naar boven ging, om naar zijn vrouw le zien, beet zich op de lippen. „Ik kom zoo dikwijls als ik kan, Minnie," zei hij geduldig. „Je moot bedenken, dat ik gaen baas ben over mijn eigen tijd." „Neen, beste, natuurlijk niet. En ik denk ook wel, dat patiënten buitenshuis veel be langrijker zijn om op te zoeken dan je eigen vrouw." Een onaangenaam lachje vergezelde deze woorden. „Die beteekenen in elk geval een boter ham voor ons," zed Selwyn kortaf. „Natuurlijk doen ze dat." Zij wendde zich tot Sara. „Dick denkt bij alles aan die boter ham," zei ze vinnig. „Maar geld beteekent zoo weinig voor iemand met mijn arme ge zondheid. Behalve, dat het mij nu en dan het lijden kan verzadhten, kan het voor mij niets doen." Sara persoonlijk* was van meening, dal het juist veel voor haar gedaan had. Toen zij haar blik liet gaan over de weelderig ge meubileerde kamer met het helder branden de vuur en lx>en naar mevrouw Selwyn zelf in haar elegante zijden ochtendjapon, be greep zij beter 't armoedige voorkomen van het overige deel van iiet huis, Dicks vale, versleten kleeren en zijn wensoh een beta lende logée te nemen, die een tegemoetko ming bracht in de kosten van de huishou ding en zijn mager inkomen vermeerderde. Hierheen gingen dus zijn zuur-verdiende duiten, om de weelde te bekostigen van doze humeurige, altijd klagende vrouw, wier gedachten altijd om haar eigen lichamelijk welzijn heendraaiden en die Patrick Loven, met zijn scherpziend onderscheidingsvermo gen verachtelijk zou beschreven hebben aj* „oen barasiet, fcmd, pen soort vrouw, die derin, eon voorbeeld van Zwitsersche rein heid en vriendelijkheid, me ontving on de waard, van huis uit een Engadiner banket bakker, me vertelde, dat hij voor het avond eten een nieuwe taart uitgevonden had. Dit land en volk van Zwitserland staat thans geheel anders tegenover ons dan vroeger. Men reisde altijd graag hierheen, omdat de natuur zich hier in haar volle heerlijkheid ontplooit en iedere vreemde ling zioh hier zoo veilig geborgen weet. Maar om den staat, die zich in 't centrum van Europa's hooggebergte gevormd had, bekommerde men zich meestal niet veel. In den oorlog werd Zwitserland nog ster ker dan Holland door de oorlogvoerende machten in het nauw gedroven, hot hoofd kwartier van alle politieke plannensmeders, van alle smokkelaars, van allen, dio het er op toelegden den „heldendood" beleefd uit den weg te gaan. Thans echter zien we in Zwitserland iets anders; n.l. het 6inds ecuwen bestaande en bloeiende voorbeeld van een zuivere democratie en daar naast het bewonderenswaardige voor beeld van de practische mogelijkheden van een samenleving van verschillende volks stammen onder één dak. Wat do „Volken bond", zelf slechts een fragment voor- lGopig tastend zoekt: hier is het sinds lang werkelijkheid geworden. Wat hier in het klein bereikt werd, is dat dan in het groot niet te bereiken? Kan niet deze sterke, trotsche bond van staten eon kiemcel van 'de „Vereenigde Staten van Europa" wor den, waarnaar met zooveel verlangen wordt uitgezien?Och, ik vrees, dat ik bet ant woord op deze bange vraag niet zal bele ven Dr. MAX OSBORN. (Van onzen Parijschen Correspondent.) Nadruk verboden. Parijs, 19 Augustus. Een van de vele instellingen waar Parijs trotsch op gaan kan is het „Dispensaire d'Hy- giene Mentale". De naam is moeilijk te ver talen. Een dispensaire is Iegelijk een consul- taliebureau, een volks-apolheek, een kliniek, een soep-uildecling.liet is wat de Duit schers noemen een Heilanslalt, een ge- neeshuis. Het Parijsche geneeshuis voor zenuwzie ken slaat onder leiding van den wereldbe- roemden specialiteit dr. Toulouse, en het is ondergebracht in een bijgebouw (Iwee pavil joens) van het ziekenhuis Saintc-Anne. Een Iraaie tuin rondom staat ter beschikking van de verpleegden In het dispensaire worden geen ernslige zenuwpatiënten opgenomen. Dit is het mooie van deze instelling: dat zij bestemd is voor diegenen wier geestestoestand niet geheel uit het evenwicht is, maar toch ook niet geheet en al normaal In een stad als Parijs is het aantal van dergelijke gevallen ontzettend groot. Ons poovere herscnmechaniek is uiterst delikaat „Een wolkje stoom, een drup pel water" treeft Pascal gezegd „is vol doende om dc denkende riethalm (d. i. den mensch) te dooden". Nog veel minder is er noodig om het mysterieuze raderwerk onzer hersenen te versloron, een gewoon mensch tc veranderen in een onthulzendcn harlekijn en de helderste koppen geheel in de war te brengen. Het is nog niet lang geleden, dal' in een dergelijk geval voor de armen het krankzin nigengesticht voor de rijken een min of meer weelderig „maison de santé" de ecnige oplossing was. Dit verloste de samenleving van een gevaarlijk individu, of van iemand die dreigde gevaartijk te worden. Een wet van 1838 regelt in Frankrijk de krankzinnigen verpleging. Zij schenkt aan de familie liet recht om, door middel van een eenvoudige administratieve procedure, den zieke achter slot en grendel te doen zetten, ook al is zijn waanzin volmaakt zachtmoedig. Bovendien heeft de politie hel recht, u zonder vorm van proces in een gekkenhuis op te sluiten, indien uw toesland gevaar oplevert voor uw omgeving. Eenmaal in de hel van hel gesticht aan geland, wordt de zieke verzorgd op zulk een manier, dat de kans op beterschap zeer ge ring is. Een enketen keer geneest hij en dan is het meer geluk dan wijsheid. Meestal eindigt hij zijn dagen van diep bedroevende geen roden van beslaan heeft, volgons mijn meening." „O Dick", mevrouw Selwyn had zitten bladeren in een prijscourant, die op haar schoot lag „ik zie daar, dat dc Worlds Stores een nieuw soort vau verstelbare lees tafel in den handel hebben gebracht. Die is van veel lichter bouw dan die ik heb. Ik denk, dat die veel gemakkelijker voor me zou zijn." Sölwyns gelaat betrok. „Hoeveel kost die, beste?" vroeg hij in spanning. „Die uitvindingen op dat gebied zijn meestal heel duur, zie je." „O, dit ding niet. Hel kost maar vijf en Zestig gulden." „Vijf en zestig gulden is Veel gold, Min nie," zei hij ernstig. „Kun je het niet nog wat volhouden met de tafel, die je nu hebt?" Mevrouw Selwyn smeet de prijscourant kregelig op den grond. „O natuurlijkl" verklaarde zij. „Dat is al tijd de manier. „Kan ik het niet nog wal doen met wat ik heb? Kan ik het niet hier- moo doen? Kan ik het niet daarmee doen? Ik geloof, dat je urnit over iederen oenl, dien je voor mij uifgeeftl" wond zij zich hoe langer hoe meer op. Het bloed steeg Selwyn langzaam naar de wangen. „Je weet wet, dat hel dat niet is, Minnie," antwoordde hij met moeilijk bediwongen stem. „Het is eenvoudig: ik kan zulke din gen niet bekostigen. Ik geef je alles, wat ik fean. Ais Ik een rijk man was, zou je alles hebben, wat je wilt," „Misschien dat je meer gehü zoudl verdie nen, als je een beetje verstandiger manier van werften h'adt," beet zij terug. „Ats Je je kundigheden bewaarde yoor de menschen. ellende in wat dr. Toulouse in een zijner boeken noemt: „la prison de cauciiemar" (de nachtmerrie-gevangenis). Doch, eerlijk gezegd, tusschen den onge- neeslijken waanzin en de meest eenvoudige geestes-afwijking liggen honderd duizend nuances en graden van ziekte. In een stad als doze leven (en lijden) duizenden .en dui zenden gedeprimeerden, geobsedeerden, de- perseculeerden, gehallucineerden schu wen, vreesachtigen, verslaafden Zij lij den, want meestal zijn zij zich hun toesland volkomen bewust, en sleepen zij een af schuwelijk, beklagenswaardig bestaan. Voor hen schiep dr. Toulouse zijn dispen- sarium. Daar vinden at deze wrakken en halve wrakken de veilige haven. Met een onvermoeibare toewijding ontvangen hen de directeur en zijn helpers, bieden hun troost, verzorging, redding van het krankzinnigengesticht en vaak genezing. Twee beginselen heheerschen de organi satie dezer bewonderenswaardige instel ling: le. de zieke, die er binnengaat en wordt opgenomen is en blijft volkomen vrij; 2e. hoewel volkomen vrij om dc inrich ting te verlaten, moet hij nochtans verlah gen er te blijven lol hij beter is. Niet een enkele patiënt wordt er gehou den legen zijn wil. Allen zijn vrij in hun gaan en komen. Slechls een enkele zaat ls er waar de zieken onder ecnige (trouwens zeer zachte) bewaking staan, en deze is be stemd voor de ergste gevallen, die welke men tracht to verbeteren en te genezen al vorens liet vonnis uit te spreken, dat hen naar het geslicht zal zenden. Dr. Toulouse brengt bij alles wat hij doet steeds deze stelling in toepassing: dat opsluiting hoogo uitzondering moet blijven voor geestes- kranken. Hoevelen heeft men niet in het dispon- sarium van Sainle-Anne zien aankomen, ge zonden door genocsheercn, die zekerheid wilden hebben, dal zij zich niet vergissen alvorens hel certificaat tot opneming in een geslicht le onderteekenen. Of door commis sarissen van politie, die hun zedelijke ver antwoordelijkheid wilden dekken Dr. Toulouse neemt al deze „verdachte geval len" onder zijn hoede, bestudeert ze, ver zorgt de zieken, houdt ze korter ot langer tijd en geeft ze heel dikwijls, hersteld, aan de samenleving terug. Groot is het aantal Jergenen, die na een verblijf in 't dispen. saire terugkeerden tot hun familie en hun werkkring, zonder te vermoeden, dat hel maar heel weinig had gescheeld of zij waren opgesloten, in een gekkenhuis en voor altijd verloren. Om al deze vrije zieken ervan te weer houden om weg le loopen, heeft men hun een omgeving moeten scheppen, die hen aantrekt cn waar zij graai; vertoeven. In dit opzicht is er niets verzuimd. Alles Is vroolijk en mooi en gezellig. Men waant hier zich niet in een hospitaal, doch in een kleurig familie-pension. De wanden zijn be schilderd door grootc Fran9chc arlislen: Francis Jourdain, André Frayc, Albert Sar- din e.a. De vensters zijn breod en van spie gelglas, met bloeiende planten omrankt. De eetzaal is als die in een sjiek hotel: men eet er aan kleine tafeltjes, fleurig, artistiek gedekt. De hall met zijn rieten fauteuils zou menig „palace" eer aandoen. Ook de kamera der zieken (twee bedden per kamer) zijn charmant: ik ken dure particuliere verpleeg inrichtingen waar zij heel wat minder aan trekkelijk zijn. Herhaaldelijk gebeurt het, dat een zieke, om consult gekomen, schrikt wanneer men hem aanraadt le blijven. „Probeert 't eens", luidt dan het antwoord. En wanneer hij er vier en twintig uur in huis is geweest, wil hij niet meer weg. Uit therapeutisch oogpunt is de zaak ock best in orde. Een apotheek is natuurlijk aanwezig, evenals dc modernste instrumen ten voor hydrotherapie en eleclrolheraapie. De eerste specialisten van het Inslilut Pas teur, de medische faculteit, de hospitalen, en ziekenhuizen van liet Seine-deparlement verleenen geregeld hun medewerking en zijn beschikbaar voor alle mogelijke welen- schappelijke onderzoekingen in kliniek of laboratorium. De Parijsche kroniekschrijver intcros- die betalen kunnen en die goed heialen. dan zou ik niet versloken zijn van iedere kleinigheid, die hol teven veraangenaamt! In plaats daarvan heb je de halve arme bevolking van Monkshavcn als patiënten, en je stuurt hun eenvoudig zelts geen reke ning. O, ik weel het besll" Zij ging in grootc opgewondenheid over eind in tiaar stoei zitten, terwijl een loonnig rood haar heide wangen kleurde. „Ik hoor wat er omgaat, al ben ik nog zoo afgesloten van de wereld. Dat is natuurlijk alleen maar om je populair te maken, jij wordt er om ge prezen en ik kan er door lijden I ik moet hel maar stellen zonder wat ik noodig heli. „Kalm nul Kalm nut" tradlililo Selwyn tevergeefs den stroom van klachten te rem men. „Neen, ik wil niet kalm zijnl liet is dok ter Dick vóór en dokter Dick na, o zeker, ik weel best, hoe ze je allemaal noemen, die achlerbuurlpatiönten van joul Maar hét is de vrouw van dokter Dick, die in werkelijk heid dc rekeningen betaalt door het te stel len zonder de dingen, die zij noodig heeftl" „Minnie, weos nu bedaardl" kwam Sci- wyn streng tussdhenheido. „Bedenk, dal juf frouw Tennant hier is." Maar zij was over hot punt heen, dat de tegenrvoordigheid van een derde, zelfs die van een volkomen vreemde, haar eenigszius in bedwang kon houden. „Wel, als juffrouw Tennant loc.li hier komt wonen, hoe eer zij dan weet hoe de zaken slaan, des te beterI Zij zal hier wel niet lang zijn of zij za:t zien hoe ik hier be handeld word," haar stem werd sleed» scheller hoe ik op zij gezel word ert be knibbeld in de weinige genoegens, die mijn gezondheid mij toestaat." v*- - (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 9