LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 30 Mei.
Tweede Blad. Anno 1924.
BINNENLAND.
Begrafenis-Onderneming
KEERËWEER
CREMATIE, AUTO-TRANSPORT
TWEEDE KAMER.
BUITENLAND.
Dr. Hommel's Haematogen
UIT DE OMSTREKEN.
FEUILLETON.
ET PLEEGKIND VAN DE
DRIE CELIBATAIRS.
•nv
"W
0. 19700.
jihcllandsche Bond van Veehandelaren.
Rotterdam hoeft de jaarlijksche ver
eng Tan den Zuidhoitandschen Bond
Veehandelaren plaats gehad.
voorzitter, de heer M. de Haas, van
Ëaietsdijk, zeide in zijn openingswoord
dat in het aigeloopen jaar de handel
:'t algemeen beneden het middelmatige
geweest, de uitvoer van weinig beleeke-
iral hoofdzaklijk te wijten was aan de
geldkoersen in het buitenland en de be-
„°e!ijkc veeziekten, terwijl de binnen-
ische handel zeer gedrukt werd door ver
mende onnoodige beperkende maatrege-
ia verband met het mond- en klauwzeer
omen. Vooral de provincie Zuid-Holland
It daar ondsr geleden. Spreker herinner
ing eens san de vergadering van 21 Ja-
j-i, waarin actie gevoerd is om het mond-
llauwzeer geschrapt te krijgen van de
van besmettelijke veeziekten, en stelde
vreugde vast, dat al is onze provincie
eselijk geteisterd door het mond- en
«zeer zelf en nog meer door de maai
en van Regecringswege, Zuid-Holland
nog toe bevrijd is gebleven van de ern-
veezieklen, die in Limburg, Brabant
Drente geheerscht hebben,
het afgeloopen jaar heelt de vecarbi-
meer opgang gemaakt .danlc zij ook
>ral de belangstelling van de Hollandsche
lalscliappij van Landbouw en de Bonden
kaasproducten en van melkveehouders,
a speciaal woord van welkom richtte
voorzitter tot liet eerelid Verspuy en den
rzitter van de Zeeuwsche af de .-ling, den
Frenk.
h Di nsche vereeniging van veeliande-
rs had telegrafisch de beste wenschen
deze vergadering uitgesproken,
lader de ingekomen stukken waa onder
een brief van den directeur van het
inbaar slachthuis te Leiden, over het ver
ten van spenen van runderen, door mid-
van collodion. Ifet bestuur heelt op dit
kijven geantwoord, dat dit gebruik, bel
li ten doel heeft te beletten, dat beesten
een „zwak slot op de spenen" geduren-
het vervoer een deel der melk uit da
s verliezen, noch van de zijde van den
del, noch van die van den landbouw ooit
liten heeft opgeleverd,
ilvoerige inlichtingen omtrent den vee-
idei in Duilschland, Tsjeetyi-Slowakije en
nemarken werden voorts Ier tafel ge-
cht, versterkt door de organisaties in de
fokken landen. De voorzitter vatte deze
ichlingcn samen in de woorden, dat aan
builenlandschen handel weinig te ver-
mii is.
ld jaarverslag van den penningmeester,
lieer H. L. Sterner, merkt op dat de sa-
iwetking niet gemeentebesturen en ver-
KSïfenemingen herhaaldelijk lieert ge
il lol ere regeling van hel marktwezen,
/i.'Mvr.trijgen van betere en voordeeiiger
ri.'.idingcn, tot het ophelfcn van verschil
de bezwaren aan het veevervoer verbon
en tot hel behandelen van alle hicr-
dt in verband slaande aangelegenheden
ir de inspectie van het voevorvoer te
recht, die de vele aanvragen in de meeste
'illen met gunstigen uitslag bij de betrok-
dircclies heeft voorgebracht,
d ledental bedraagt thans 178.
ld hoofdbestuur heeft opnieuw een po-
gedaan om den invoer van vee in
ankrijk wper toegelalen te krijgen. Tol nu
zonder succes. Ook voor gemakkelijker
oor ia België is gewerkt. Verkregen werd,
de duur van de reis van liet vee in Nc-
'hrid in mindering van de quarantaine
iracht mag worden. Juist enkele dagen
eden is weer een bondscommissie liier-
ir naar Brussel geweest. Van de te Brus-
gehouden vergadering is in ons blad
ds melding gemaakt. Gewag wordt ge
lakt van een conferentie van hel bestuur
de leiders der veedrijvers om tot lagere
»ren te geraken, op welke conferentie
doel niet werd bereikt; met dankbaar-
wordt in herinnering gebracht het
'k van de middenstnndsbank en do spe-
05 veemarktkantoren.
Ü5 nieuwe transport-veeverzekering, die
«'l 1 Auguslus in werking is, blijkt
knsvatbaarheid te hebben. Het centrale
Gouds is ondergebracht bij de verzeke-
ïjMatschappij van den beer Tervoort te
rot e.
Giroonjorcerd wordt ten slotte dat in den
Woopen winter de vereeniging voor vee-
""'tage, in samenwerking met den Neder-
landschtn Bond van Veehandelaren cn de
Hollandsche maatschappij van landbouw
een serie propaganda-redevoeringen heeft
gehouden.
Aan de orde kwana een voor3lel-Schip-
pers om den Bond als zoodanig te laten toe
treden tot de vereeniging Vee-arbitrage,
waarbij dan een minimum-contributie na
mens den Bond aan de vereeniging zou moe
ten worden afgedragen. De voorzitter verde
digde arbitrage, die in den veehandel nog
van veel meer be teekenis is dan voor de
beurs, uitvoerig, echter nadruk er op leg
gende. dat men niet verplicht moet worden
als lid van den Zuid-Hollandschen bond ook
lid van Vee-arbitrage te worden.
De lieer Frenk deed het voorstel te Bestui
ten, dat de veehandelaars beginnen zullen
met onder arbitrage te handelen; de land
bouwers en de onreöele handel moeten dan
volgen. Van andere zijde werd opgewekt tot
samenwerking met landbouwersorganisaties.
Het bestuurslid Slevenhoek achtte het nood
zaketijk, dat ieder lid van den Zuid-Hol
landschen bond zich, als men en bloc toe
treedt, schriftelijk zal verplichten, niet an
ders dan onder arbitrage te zullen hande
len, De heer Verspuy vond voortdurende
propaganda onder de landbouwers eerste
vereischte. De landbouw sluit zich trouwens
langzamerhand ten gevolge van de propa
ganda at aan.
De voorzitter, in zijn anlwoord, wees er
op, dat ook de slachtveevcrzekering in de
laatste jaren grooten voortgang heeft ge
maakt. Spreker betoogde voorts, dat d« niet-
reëele handel en de niel-recele boeren, zoo-
dra ze zien, dat de arbitrage meer en meer
handelaars en landbouwers trekt, de eer
sten zullen zijn om zich er bij aan te slui
ten. De heer De Haas verzelle- zich tegen
een voorstel om arbitrage verplichtend te
stellen, ten einde do minderheden niet af (e
slooten, en wijzigde ten slotte het voorstel
in dezen zin, dat hel bestuur gemachtigd
wordt oen bedrag uit te (rekken, waarvoor
de leden gratis lid kunnen worden van Vee-
arbilrage.
Dit voorstel werd met 22 legen L stemmen
aangenomen.
De rekening en verantwoording van den
penningmeester sloot met een ba(ig saldo
van f 992.
Tot lid van liet hoofdbestuur werd geko
zen de heer M. den Hollander. Tot bestuurs
leden van den Zuid-Hollandschen Bond
werd herkozen de neer J. Verhoog; gekozen
werden de heeren M. Drievoet en A. Schip
pers.
RECLAME.
OPGERICHT 1871
AALMARKT 16 TELEF. 861
7797
(Vervolg van Woensdag).
Kasvooischotten aas den Eon. Holl Lloyd.
Voortgegaan wordt met het wetsontwerp
toekenning kasvoorschollen aan den Kon.
Holl. Lloyd.
Dc Minister van Arbeid, de heer AAL -
BERSE, vervolgt zijn afgebroken rede, en
bespreekt de aangevoerde bezwaren. Wan
neer door malige bescherming een goed
work wordt verricht, dan slapt spr. over het
prolecliebezwaar heen. Spr. herinnert aan de
Navigatie-act van Cromwell, die de Engel-
sche scheepvaart heeft opgevoerd. De VTaag
voor spr. Is alleen of deze maatregel in het
belang van het land is. Spr. ontkent, dat liet
voorgestelde een maatregel van protectie is,
want liet is alleen iets, wat iedere bankier
kan doen.
Wat de Lloyd deed, is bijzaak als vast
staat dat behoud van de Lloyd een nationaal
belang is. Wanneer men vertrouwen heeftin
de toekomst, dan is van een gecamoufleerde
subsidie geen sprake. Het bedrijf is altijd
kerngezond geweest en de ziekte is gevolg
van omstandigheden, groolendeels buiten de
schuld van den Lloyd.
Bankiers zijn begonnen met bijsloppen,
maar er komt een moment dat zij daarmede
moeten ophouden, hoe ook hun inzicht in de
zaken is. Zij zijn dat verplicht aan hun eigen
zaak.
Gevaar voor consequenties ziet spr. in dit
ontwerp niet. Hij wijst op het Schoenenwetje
waarbij ook op dat gevaar werd gewezen.
Er is sinds dat wetje geen enkel voorslel van
dien aard gedaan. Spr. heeft de scheepvaart-
experts gevraagd of er meer noodlijdende
maatschappijen zijn en zij hebben gezegd,
dat er geen andere was die in dezelfde po
sitie verkeerde als de Lloyd.
Verkoop.van de effecten is geadviseerd.
Zij zijn één ton waard en dat beteekent niet
.veel voor den Lloyd.
Op de 2700 personen, die in dienst zijn
van den Lloyd, let spr. wel ter dege. Sleun
en instandhouding van den Lloyd voorkomt
werkeloosheid. De Regeering springt met de
aandeelhouders bij, maar helpt' mede een
nationale lijn in sland te houden. Daarom
heeft spr. zich onthouden van kritiek op het
beleid der directie. Deze directie is aange
vuld door twee eerste krachten, Krotter cn
v. d. Hengel. Spr. heeft daarin alle vertrou
wen.
Vervolgens beantwoordt spr. verschillen
de detailvragen. Het verlies van den Lloyd
over 1923 is G Ion geweest en niet gelijk do
Telegraaf mededeelde één millioen. De com
missarissen van den Lloyd waren alle vóór
deze aanvrage. (Geroep: Niet waar!)
De MINISTER: Noemt u dan de namenl
Spr. zondert mr. van Gijn uit van wien hij
niet weet hoe hij er over denkt.
Vermindering van het aantal lijnen op
Zuid-Amerika zal niet leiden tot verlaging
der vrachtprijzen want alle lijnen zijn aan
gesloten bij de Conference. Eer zal vergroo
ting van het aanlal lijnen dc vrachtprijzen
doen dalen. Trouwens, de Regeering heeft
medezeggenschap over de vraag of de Lloyd
bij de Conference aangesloten blijft.
Dc crediteuren verlagen hun rente tot 4
pet. en leggen hun vorderingen die zij bij
liquidatie aanstonds hadden kunnen krijgen
thans voor vijf jaar vast.
Aan den lieer Boon zegt spr. dat na be
gin 1923 geen nieuwo hypotheken zijn ge
geven. Vrees voor nieuwe hypotheken be
hoeft niet te beslaan, want art. G geeft den
Minisler de bevoegdheid dit punt te beoor-
deelcn.
Ten slotte dringt spr. op aanneming aan
en wijst op den zeer slechten induik dien
verwerping daarvan in binnen- en builen -
land zal maken.
Dc lieer OUD (V.D.) houdt vol dat een be
langrijke minderheid van do commissarissen
tegen liet ontwerp was.
De MINISTER: Aanvankelijk.
De heer OUD (V.D.): Dal is mogelijk.
Na nog cenigc discussie kwam liet ont
werp in stemming en werd aangenomen met
48 tegen 28 stemmen.
Vóór stemden do clirist.-historischen en de
R.-Katliolieken, behalve de heeren v. Vuu-
ren, Kooien en Stulemeyer; de anli-revolu-
lionnaircn, behalve de heeren Van den Heu
vel, De Wilde, Visser, Beumer en Schouten;
de Vrijheidsbond, behalve do heeren De
Groot, Ter Halt en Van ltappard.
Tegen stemden de S.D.A.P., behalve dc
heeren Vliegen, IC. ter Laan, Kiecrekoper, v.
Braambeek, Iliemslra en Brautigam; voorts
de 2 plattelanders, mej. van Dorp er. de lieer
Van Ravesteyn.
De correspondentie tusschen Mac Donald
en Poincaré.
De onlaags bussohea McDonald en Poin-
oaró gevoerdo oor respondent io is in vrien
delijke termen vervat. Poincaré deelt er
jn mode, dab bij voornemens is met MoDo-
nald van gedaohten tc blijven wisselen tot
bij den eersten Juni aftreedt, ten eindo op
die wijzo de oplossing van bet sobadevor-
goe dings vraagt? tule te bevorderen.
Na, de mededeeling, dat Poincaré bad
besloten, niet naar Engeland te komen zoo-
als was afgesproken, heeft McDonald in
een persoonlijken brief d.d. 14 Mei zijn
groot' leedwezen uitgedrukt over bet foir,
dat bem bet genoegen ontnomen werd den'
Fransóhen eorsten-minister te zijnen huize
te ontvangen ten einde daar te beraadsla
gen over de vraagstukken ten aanzien
waarvan men in bet belang van Europa tot
een algemeen aannemelijke overeenstem
ming moet komen. MoDonald stelt Poin
caré de vraag, of bet mogelijk is, zonder
do Fransohie parlementaire of constitution
ncele practijk geweld aan to doco, om in
elk geval met de voofrloopigo besprekingen
voort te gaan, ten oindo tijd tc kunnen bo-
sparen, wanneer de formeele en ofilcieoi*
besprekingen zullen beginnen, opdat over
eenstemming spoediger zal kunnen worden
beroikt.
In een brief van dcnzelfden datum, welke
blijkbaar dien van MoDonald heeft po-
kruisd, betreurt Poinoaró het, dat hij niet
in staat is aan de vriendelijke uitnoodiging
van den Engclscben eersten-minister gevolg
te geven cn betuigt hij MoDonald zijn dank
voor de openhartig^hcid en de vriendelijke
hoffelijkheid, welke deze van zijn optreden
af jegens dc Fransobe regeering heeft bc;
toond.
Verder merkt Poincaré op, dat het ver
slag, dat de Belgisohe ministers hem had
den gegeven van hun besprekingon met
McDonald bij hem hoopvolle venvaohlin-
gen had opgeroepen omtrent do resultaten
van do besprekingen tussohen hem en Mc
Donald. 0
Poincaré vorklaart dat zijn rcgcea-ing het
rapport der deskundigen, zooals het door
do Commissie van Herstel is geratificeerd,
zonder restitutie of voorbehoud heeft aan
vaard en ziob bereid beeft verklaard de
economische eenheid van Duitscbland te
herstellen zoodra Duilsahland het door do
commissie vastgesteldo program zal hebben
toegepast. Ten aanzien van dit punt be
staat er dus vollodige overeenstemming
tussohen dc Fransobe rogeering en McDo
nald, aangezien dezo aan Thcunis en Hy-
mans heeft verklaard, dat de economische
bezetting dient op tc houden, zoodra bet
plan der deskundigen in werking zal zijn
getreden, hetgeen natuurlijk eerst het ge
val zal zijm, wanneer dc Duit-schers de
voorstellen der rogie ©ringen in hun geheel
ten uitvoer zullen hebben gebracht. Poin
caré heeft niet uit het rapport der deskun
digen begrepen dat het herstel der econo
mische eenheid het opgeven van do mili
taire bezetting van het Roergebied insluit.
Hij is zeor getroffen door dc kicschhcid,
waarmede McDonald dezo kwestie met
Thcunis en Hymans heeft bcsprokcu.
Hoewel hij vasthoudt aan het vaststel
len van garanties voior het geval Duitsoh-
land opnieuw te kort schiet in liet vol
doen aan zijn vcrpliohtingcn, is Poincaré
van meening, dat MoDonald een slap ge
daan heeft in dc richting eener aanneme
lijke oplossing door aan do Bolgisobe mb
nisters te verklaren dat Duitscbland bij
'een eventucele breuk van do door dit land
aanvaarde overeenkomst Engeland. Bclgiö
en Frankrijk als een onrcrbrekelijko een
heid tegenover zich aou "vinden ovcnals in
don oorlog.
Verder vreest Poincaré niet dat do kwes
tie van do regie verdeeldheid kan bren
gen tusschen de Engelsohe cn Fransobe re
georingen aangezien dozo evenals do Bel
gische het eeos zijn, dat de deskundigen
een uitvoorbaro oplossing moeten zoeken.
Ten aanzien van Frankrijks voiligucid
merkt Poinoaré op, dat dozo kwestie een
zeer ernstig karakter aanneemt, aangezien
uit de inlichtingen van de generaals NoT-
lel en Degoutto ondubbelzinnig blijkt, dat
Duitschland bezig is zijn militaire forma
ties te versterken.
Het zou bem zeer aangenaam zijn ge
weest met McDonald wiens ernstige en.
absoluut vredelievend© gezindheid hij over
tuigd is, to zoeken naar waarborgen, wclko
pog niet in het verdrag van Versailles zijn
voorzien, hetgeen noodlottig zou kunnen
worden voor den wereldvrede, wanneer de
geallieerden het bezette gebied mochten
ontruimen.
Ten slotte verklaart Poincaré aan zijn
opvolger den diepon indruk van vertrou
wen te zullen overbrengen welke McDonald
op Thcunis cn Hymans beeft gemaakt.
In den volgenden brief, van 15 Mei,
deelde Poincaré MoDonald mee:
„Met u kan deze onder zulke gunstige
omstandigheden begonnen besproking door
do bemiddeling onzer gemeenschap pel ijtfo
vriendon, zeer goed worden voortgezet, ten
minste in dozen voorloopigien vorm, zonder
'de volgende maand af te wachten, ten einde
een grondslag van overeenkomst voor te
bereiden om de Europeesohe aangelegen
heden w"eer in het normale spoor te brem»
gen."
Poincaré betoogt, 'dat', grondwettig béa
Echouwd, i'do volmacht van het Frapsofre
parlement geldig is tot 1 Juni. Dé tcgeh-*
wcc~dige regecring is dus bevoegd om met
de Engelsebe regeering de bostudeering
voort te zetten van vraagstukken zoo drin
gend al3 de onderhavige, „opdat er geen
tijd verloren zou worden om tot oplossin
gen te komen, die ik in do gelegenheid zal
zijn aan onzen opvolger aan te bieden."
De besprekingen kunnen voortgezet wordeil
door persoonlijke correspondentie of door
bemiddeling van de gezanten. Poinoaré
'zegt verder: „Sedert gij aan bet bewind
gekomen zijfc, heb ik zoovcol overeenstem
ming ontdekt tusschen uwe gevoelens on
de mijne, dat de gedachtenwisscling. dio
tusschen ons zal plaats hebben tot 1 Juni,
de zaak niet dan aanzienlijk nader bron
gen kan bij dit resultaat, waarin wij bcido
onze hoop en vertrouwen bobben gesteld."
Do ontvangst bevestigend ran Cfczcn
brief, botuigt McDonald zijn vrcugdo over
hot feit, dat hij op do verdere medewerking
van Poincaré rekenen kan, om den weg
voor te bereiden voor con overeenkomst,
dio de Europeescho aangelegenheden weor
in het rechte spoor zal brengen cn door do
sohepping eencr atmosfeer van vredo een
begin van veiligheidswaarborg vormen to
gen den oorlog. „Nooit, zegt bij, heb iiö
voor u, nooh gij voor mij, de moeilijkheden
verborgen, om sommige onzer wedorzij'JL-
schc meonijigen te verzoenen, doch Ce
wijze, waai>op gij mijn stappen hebt beant
woord, beeft mij overtuigd, dat een eer
lijke overweging van elkanders standpunt
een eensgezindheid zou gesohapen hebben,
zonder dat dc levensbelangen van Frank
rijk of Engeland daaraan opgeofferd bo-
hoefden to worden.'- McDonald zegt ver
der, dat bij dc gedachtenwisscling met
Poincaré's Opvolger in#denzelfdcn geest zal
voortzetten. „Wij kunnen elkaar gelukwen-
schen, besluit dc Engelsohe eeirsbclniinistcr,
met den werkelijken .vooruitgang, die in
de laatste paar maanden verwezenlijkt is
in dc betrekkingen tussohen onzo bcido
landen. En welke dc uitslag ook moge zijn,
steeds zal ik met dankbaarheid terugden
ken aan de edelmoedige wijze, waarop gij
mijn corste poging beantwoord bobt om
deze betrekkingen te vestigen op oen grond
slag van wederzijdsobe overeenkomst col
vertrouwen."
RECLAME.
Zwakken en z\j dio Iydcnde zyn
aan bloedarmoede on zennw-
aekliglieid vinden in 7573
een krachtig cn afdoend geneesmiddel.
Alom verkrijgbaar f2.50 |i. fl.
Hiliegom.
Gemeenteraad.
In de raadsvergadering van Woensdag,
middag was de heer Loerakker met kennis-
gering afwezig. Dc heer J. C. Vermeer werd
herbenoemd als lid van den raad van corn,
tnissarisscn van liet Electricileilsbedrijf.
Op verzoek werd aan den lieer J. J. A,
van der Starre eervol ontslag verleend als
onderwijzer aan do openbare sohool, mot
dankbetuiging voor do aan do gcmeenlo be*
wezen diensten.
Do verzoeken van mej. Joh. de Nija en
van den heer J. van de Beid om vergunning
lot plaatsen van een hek aan don Stations*
weg, werden ingewilligd.
Ook werd ingewilligd do aanvrage om cea
gemeentebijdrago voor den cursus Vervolg:
onderwijs van het R.-K. Kerkbestuur van
St. Marlinus, over het jaar 1921.
In verband met de rekening en verant*
woording dor gezondheidscommissie te Kali
wijk herinnerde de heer Hoogmoed aan de
plaatse!ijko gezondheidscommissie, dia nog
niet geïnstalleerd is.
De verordening lot aanwijzing van slem.
lokalen werd goedgekeurd. Voorla werd aan<
geboden liet verslag en de rekeningen yaw
het gasbedrijf over 1923,
- I
C=aulhoriseerd9 verlaling naar het
-felïch van E. PHILIPS—OPPENHEIM,
Soor Mevrouw v, d. JV.
(Nadruk verBoden).
SLOT.
*'j mij werkelijk voor een zie-
™epsel aan, steeds neerslachtig
,',5.Wieden verdriet? Geloofde zij
Aal ik mijn oogen sloot voor
l. "\5nsvrcugde. omdat liet grootste
ontzegd was, dat ik de achting
11,!-' zou ver''0zen en een kcuken-
'i 'l™en? 'k, die van de bladzijden van
0inboek zoovele had gelezen! Ik. die
gekend hadl
'iafl in kamer voor ecu oogen-
'ik in ,cn nam ra'ln G,aS °P cn
rïirht Wdachten mijn toespraak uit. Ik
in w,. Sroote liefde, waarvau ik gc-
a: mr ^^wsl; ik herdacht den man,
'irdr.y0*! vrn m'i cc'i> richtsnoer was
'"tit er.,, i11 foflachlen gingen verder. Ik
flaecn uii °P do schoone, heer-
i! tiod in^an ,7e'ceri 'k dronk op fsobel,
11 der,miJP. 00Kon was IsobeJ de we-
binnengetreden, het denken
daaraan gaf mij geen hartzeer. Ik bladerde
niet in mijn papieren, om haar naam voor
mij te zien. Ik had geleerd te berusten in
het onvermijdelijke. ia(U)
Lady Delaliaye beoordeelde mij verkeerd.
Mij, levende te midden van kostbare schat
ten. Gisteren, hij het opgaan van de zon,
had ik de stille, sluimerende wereld zien
ontwaken lot het bruisende leven. Ik had
hel gordijn zien opgaan voor 'n nieuw bedrijf
van do prachtigste aller (ooneelslukken.
Over mijn bedauwd grasveld, waarvan de
grijze, ragfijne mist werd opgenomen in dé
zonneslralen, kwamen de lijsters aanhup
pelen; mijn rozen hieven haar kopjes op cn
de zachte westenwind voerde haar geur
mede; de bijen zongen hun onafgebroken lied
mei zoemende geluiden. Dan, des avonds,
avonden, zooals ook deze beloofde te wor
den zag ik de schaduwen over het land
kruipen, nadat de zon was ondergegaan, en
de maan over het landschap een fantastisch
licht verspreidde. Dit was oen geheel andere
schilderij. Het leven van den dag langzaam
overgegaan in de oneindige stilte van den
nacht. Buiten de grenzen van mijn landgoed
lag de geheele wereld ruslig en vredig.
Lenige slerren schenen in hun majesteuze
onbeweeglijkheid (e spotten met de zwoegers
op aarde, afgemat door hun dagtaak. Er was
alteen die groole rust een vredige stilte
en de schaduwen van vage omtrekken.
Ik ziekelijk, met de oogen om dit nllea te
genielen, met een k.amer vol wachtende
vrienden, gereed- om mij, hij het omslaan
der bladzijden, mede te voeren naar andere
even schoon» werelden om met mij hergen
te beklimmen ot te dwalen door bloemen
rijke dalen!
Lady Delahaye was een bekrompen
vrouw. Zij had niets opgemerkt van de ge
rieflijkheid, de luxe eenvoudig, doch ver
fijnd van mijn woning. Zij begreep het
leven niet, zooals ik dat voelde en zag, Een
gevoelsleven, zonder hartstocht; het leven,
dat door wilskracht onttrokken moest worden
aan den chaos van de vernietigende hoop en
onbevredigende verlangens. Het leven....
Ik zette mijn glas neer. De laatste drup
pels smaakten bitter. Steeds moet er gestre
den worden, om mijn kostbaarste schatten
te beschermen.
Mijn handen grepen de stoelleuningen,
mijn oogen werden aangetrokken door een
flikkerend licht op den verwijderde heuvel
rug. Ik slond op, nam een sigaret en ging
naar buiten. Op het grasveld onder de ceder
boom vond ik lady Delahaye's parasol.
De gedachte kwam bij mij op, dat zij op
zettelijk was achtergelaten ï- haar laatste
kans Eastford House was slechts een mijl
verwijderd en voor mij een aangename wan
deling na mijn maaltijd. Ik riep echter JVal-
lace.
„Breng deze parasol naar Eastford House,
nadat je mij koffie hebt gebracht. Lady De
lahaye moei die hier achtergelaten hebben."
„Zeer goed, mijnheer," antwoordde .Wal
lace.
Daarna begon ik mijn gewone avondwan
deling. Ik trad den bloementuin binnen cn
wandelde te midden mijner rozen. De lucht
was vervuld van heerlijke geuren; sterke
lavendel, welriekende reseda eenvoudige
muurbloemen. De struiken namen spookach
tige vormen aanhet pad, smal en begroeid,
was moeilijk te vinden. Ik plukte een hand
vol bloemen en wandelde langzaam terug
naar den cederboom. Dc schaduwen waren
nu scherper. Ik wierp mij in een lagen stoel
en legde de bloemen op een anderen sloel
naast mij. O, groote Feurgères, die mij de
heerlijkheid van zulke oogcnblikken had
doen kennenI
Zij kwam altijd langs denzelfden weg. Haar
zwevend naderen was dezen avond duido-
lijker dan gewoonlijk. Ik zou gezworen
hebben, dat de kleine poort werkelijk geopend
en gesloten was geworden; dat werkelijk
voetstappen zachtjes, maar hoorbaar het
grindpad druklen; dat ik liet zachte ruischen
hoorde van het kleed der slanke, witte ge
stalte, die aarzelend nader kwam. O, Feur
gères, welk een groot man waart gijl Mijn
polsen klopten in verbeidende vreugde. De
werkelijkheid kon niet werkelijker zijn, Zij
droeg een langen, witten reismantel, een
sluier was teruggeslagen over haar hoed.
Ik begreep het niet. Mijn verbeelding had
haar nooit zoo voor mij gezien. Die zwakke
kreet, dat wachten Had ik in waarheid iets
groots tot sland gebracht, grooter dan Feur-,
gères, en werkelijk vleesch en bloed tot mij
geroepen?
„Arnold!"
Ik klample mij vast aan mijn stoei. Mijn
adem stokte Ik gaf och gil. Het was mij niet
mogelijk dien in (e houden,
„Isobell"
Ik kon mij niet verroereneen groote angst
bekroop mij. Wat had ik gedaan? Zij knielde
naast mij neer en werkelijke armen voeldo
ik om mijn hals, werkelijk kussen op mijn
lippen. Toen was mijn angst verdwenen. Ik
trok haar tot mij, hield haar hartstochtelijk
vast, in het besef, dat dit geen schepping
van mijn geesl was, maar een levend wezen,
wier hart onstuimig tegen legen hel mijmJ
klopte.
„Het is alles het werk van Adelaide." sta<
melde zij. „Zij bracht mij je boek en daam®
spraken wij langen tijd te zamen en vertelden
zij mij, dat zij met grootvader over mij had
gesproken. Hij liet mij roepen. Dit gebeurd»
eenigo dagen vóór zijn dood. Zal ik je ver»
tellen, wat hij zeide, Arnold?"
„Ja," antwoordde ik, „vertel mij alles."
„Hij nam mijn handen in de zijne en iï
wist toen dat ik niets te vreezen had. „rso-
bel," zeide hij, „men zegt, dat jij je moe<
ders bloed in de aderen hebf, dat je boven
alles vrouw en dan eerst een Waldenburg
bent. Is dat waar?"
Toen ik mijn liarl voor hem had uitgestort
kuslo hij mij. „Ga je eigen weg, Isobcl,'-'
zeidc hij, „maar blijf hij mij geduronde den'
korten tijd, dien ik nog te leven heb." Hij
bet zijn notaris komen en onterfde mij. IÉ
ben nu te arm om langer een prinses te zijd;
tenzij ik jou prinses mag wezen."
De tuin der droomen, waarin Fcurgèreg
mij geleid had, verdween voor mijn oogen en
hot aardsclie paradijs word voor mij geopend^,
-tg-