Vemtcumte. Vtspiun tab/etfen LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 1 April. Tweede Blad. Anno 1924. GEMENGD NIEUWS. CjdtU aan: hoofd-en kiespijn, rheumatiek, verkoudheden, griep, influenza, Aspirin - tabletten woysk, BINNENLAND. FEUILLETON. HET PLEEGKIND 'VAN DE DRIE CELIBATAIRS. No, 18652. eigen'belangen bij alle autoriteiten zoowel in eigen land als in den vreemde voor te staan en wij zijn dat blijven doen, ook toen de Tuinbouwraad was opgericht. Maar toch heeft de centralisatie van de luinbouwbelan- gen ook voor het bloemboller bedrijf veel nut gehad en zal zij ook in de toekomst niet kunnen worden ontbeerd. Ontbreekt het ge regeld contact met de andere groepen van tuinbouw, dan is er groote kan9, dat zonder overleg met ons en zonder rekening te houden met onze belangen, maatregelen worden bevorderd of uitgelokt, die daarmede in strijd zijn. Deze overweging alleen reeds verbiedt ons, ons aan de samenwerking te onttrekken. Daarnaast staat de positieve winst: de door den Tuinbouwraad hardnek kig doorgezette strijd van de afschaffing van het 1/2 pet. registratierecht, ten langen leste met goed gevolg bekroond, de nog wel niet gewonnen, maar toch steeds meer kans op goeden uitslag biedende kamp tegen den overdreven zomertijd, de door den Tuinbouw raad sinds een lange reeks van jaren geor ganiseerde collectieve Nederlandsehe deel neming aan buitenlandsche tentoonstellin gen, die ook aan het bloembollenvak wel kome gelegenheid tot krachtige propaganda bood. Maar er is meer. De in do laatste jaren vooral snel toegenomen beteekenis van den tuinbouw, niet het minst voor de Nederland sehe uitvoerbalans, geeft den tuinbouw het onbetwistbare recht op een plaats in de groote economische commissiën, naast de leiders van handel en nijverheid. Dit wordt ook meer en meer, hoewel nog niet altijd voldoende, door de Regeering ingezien. Wanneer zij in dergelijke algemeene colte- j ges vertegenwoordigers van den tuinbouw opneemt, moet er een centrale organisatie zijn, die daartoe een voordracht kan opma ken. Zoo werden op voordracht van den Tuinbouwraad vertegenwoordigers van den tuinbouw benoemd in de commissie voor de economische politiek, den spoorwegraad, den hoogen raad van arbeid, jachlcommis- sies, en wordt thans overwogen, ook in de commissie voor de handelsverdragen een tuinbouwer op te nemen. Willen wij op die benoemingen invloed hebben en de zeer groote belangen, die hierbij in het geding kunnen komen, dwingen ons daartoe dan behooren wij in het centrale lichaam te kunnen medespreken. Wij mogen niet ver geten. dat wij in 1923 met onzen bloembol- lenuitvoer aan de spits hebben gestaan van j den gehcclen Ncderlandschcn export van tuinbouwproducten met 45pet. Wij be- hcoren ons een invloed in het geheel te ver- zekeren, die daaraan geêvenredigd is. Vervolgens deed de voorzitter uitvoerige i mededeelirgen over de groote tentoonstel- ling in 1925 in Heemstede bij Haarlem tc houden. De voorbereiding heeft, zeide hij, sedert de laatste vergadering goeden voort- gang gemaakt, fn tal van afdeelingen heeft men plannen ontworpen of uitgewerkt voor collectieve deelneming op grootsche schaal. Uit alle streken van hot district zal het beste worden saamgebracht, wat op het gebied der bloembollenteelt kan worden getoond. Naast de afdeelingen maakt de Bond van Bloeinbollenhandelaren zich op, in het jaar, waarin de herdenking van zijn vijf-en-twin tigjarig bestaan valt, de tentoonstelling luister bij tc zetten door een afzonderlijken tuin in regelmaligen stijl als een collectieve inzending van zijn leden. Ook Aalsmeer, Boskoop en Naarden bereiden zich voor op een waardige vertegenwoordiging van hun bijzondere culturen, en tal van vooraan - staando firma's in ons vak en in de fuin- bouwwereld volgen dit voorbeeld. Het internationale der tentoonstelling zal zich niet bepalen tot den naam of de sa menstelling van de jury. Integendeel, de tentoonstelling zal een zeer bijzonder inter nationaal karakter dragen. Het streven om aan elk van do tijdelijke tentoonstellingen een eigen stempel te geven, heeft geleid tot een uitnoodiging aan de leidende tuinbouw organisaties in de ons omringende landen om enkele tijdelijke tcnloonstolling geheel voor haar rekening te nemen. De Belgische tuinbouwers hebben ons aanbod reeds aan vaard; de syndicale kamer der Belgische Hofbouwers zal in samenwerking met de Kon. Mij. voor Landbouw en Kruidkunde te Gent, met medewerking van den Belgischen Orchidophilenkring, de vierde tijdelijke ten toonstelling geheel inrichten als Gentsche Floraliën, waar een keur van de zeldzaam ste orchideeën den bezoeker in een sprook jesland verplaatsen zal en de felle gloed der Azalea's gedempt door het koele groen van statige palmen, een indruk zal teweegbren gen, geheel verschillend van dien der eigen tentoonstellingen. Met Engeland, Frankrijk en Duitschtand zijn de onderhandelingen nog gaande. In- tusschen heeft ook de overige tuinbouw van Nederland van zijn belangstelling in onze zaak overtuigend doen blijken. De Kon. Ne derlandsehe Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde zal in het a s, voorjaar haar groote keuring houden als de tweede onzer tijdelijke tentoonstellingen. Ook zijn er met den kring bloemcnwinke- tiers uit de groep Bloemisten van den Ned. Tuinbouwraad besprekingen gaande over het inrichten van een tijdelijke tentoonstel ling als oen demonstratie van bloemschik kunst en bloemwerken, van de gezamen - lijke bloemkunslenaars van 't geheele land. Wat de financiën betreft, de inschrijvin gen voor het waarborgfonds zijn geslegen tot ruim f60.000. Bij verscheidene colleges zijn de aanwagen nog in behandeling of worden ze eerst later ingediend. Ofschoon verreweg het grootste gedeelte van de inschrijvingen van de bloembollenorganisalies afkomstig zijn, zal dezer dagen nog in 't bijzonder een beroep worden gedaan op de medewerking van onze vakgenooten individueel. Het waarborgfonds loopt geen risico: er i9 niet de minste reden om te twijfelen aan een zoo danig financieel resultaat der tentoonstel ling, dat de inkomsten de uitgaven niet zou den dekken. De inschrijvingen zijn noodig als onderpand voor het crediet, vereischt voor de bestrijding van de belangrijke kosten voordat de tentoonstelling begint. Als eere-voorzilters van de tentoonstelling zullen optreden de Ministers van Binnen- landsche Zaken en Landbouw, van Buiten landsche Zaken en van Arbeid, Handel en Nijverhejd, alsmede de commissarissen der Koningin in de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland. De Prins der Nederlanden heeft zich even als in 1910, terstond bereid verklaard, het beschermheerschap van de tentoonstelling wel te willen aanvaarden. Het aantal leden der Vereeniging bedraagt thans 2781. In 1923 heeft het scheidsgerecht 81 geschillen behandeld. Besloten werd, de minimum contributie voor hen, die lid worden vóór 1925, te be palen op f10. Een voorstel van de afdeeling Haarlem, om bij den phylopalhologischen dienst er op aan te dringen, dat deze ook gezondheids certificaten afgeven zal voor den uitvoer van sommige narcissen, die steeds uit het Zuiden worden aangevoerd en hier te lande niet gekweekt kunnen worden, werd ver worpen. Alleen de afdeelingen Haarlem, Bloemendaal, Overveen, Lisse en Oegstgeest stemden er voor. Na nog eenige huishoudelijke besprekin gen werd de vergadoring gesltitcn. Gisteren is uit het w a- ter langs den Trek weg in Den Haag opge haald het lijk van den 20-jarigen J, T. Zijn broer had bij de politie aangifte gedaan, dat de fiets van den verdronkene gevonden was bij het water. De speurhond Bob wees, na lucht gekregen te hebben aan een klcc- dingstuk, precies de plaats aan. waar het lijk later werd opgedregd. Op dele Delft gehouden groenten veiling liepen de slaprijzen op tot den fabelachtigen prij3 van i 27.60 per 100 krop. De geheele aanvoer ongeveer 20.000 krop werd weer voor Duilschland opgekocht. De politie te IJ muiden heeft aangehouden J. R., die voor eenige dagen uit een geldkistje ten huize van de café- houdster mej. Sch. in do Breesaapstraat een bankbiljet van f 1000 en een van f 40 had weggenomen. Het meisje, een vriendin van de dochter des huizes, was met het gold naar Amsterdam gegaan en deed daar aan kloeven, enz. inkoopen tot een bedrag van f 900. Tevens kocht zij een koffer, waarin dc kleeren werden gedaan. Den koffer wist het meisje, zonder dat haar ouders dit be merkten, in huis te krijgen en te verstop- RECLAME. 9711 worden gaarne nagebootst, W3 zoo hoofdzakelijk onze^ dan bestaat er geen beter geneesmiddel dan de echte Draagt steeds de origineete verpakking t» met den oranje band en het Bayerkruis, /Ween deze uitvoering waarborgt kwaliteit en echtheid. pen onder den vloer van een gang. Daar vond de politic den koffer en nam hem in beslag. Het meisje heeft een volledige be kentenis afgeleegd. Zij is naar Haarlem overgebracht en ter beschikking van dc justitie gesteld. To Petten heerschttyphus Er zijn reeds Iwec gevallen met doodelijken afloop. In de „Visschcr ij-C o u r a n t" wordt medegedeeld, dat bij de drooglegging der Zuiderzee tegenslag wordt ondervon den. De dijk, waarmee men bezig is, ver zakt tol li meters toe, bij het leggen van do sluizen te Van-Ewijck-sluis doet zich hetzelfde voor. Thans is in de Amster- daiusche haven nog slechts één schip opge legd, namelijk de viermastmolorschoener „Bovenkarspel", groot 615 ton. N a b ij den overweg b ij Birkhoven, zoo meldt men uit Amersfoort, is gisternamiddag uit een coupé 3de klas van een trein uil Amsterdam een jongetje van ongeveer drie jaar gevallen, doordat het portier openging. Met een gebroken been en een hoofdwonde is het kind op last van dr. Berg9ma, die de eerste hulp verleende, per auto naar het Sint-Elisabelh-Ziekenhuis vervoerd. De ouders, die op de terugreis waren naar hun woonplaats Stadskanaal, onderbraken hun reis en bleven geruimen tijd in het ziekenhuis. Later zetten zij hun reis voort, terwijl het kind in het zieken huis bleef. De landbouwer B., te Anklaar (gcra. Apeldoorn), had langzamer hand buiten medeweten van zijn huisge noot en een aardig sommetje ten bedrage van f 1100 bijeengegaard, dat hij, om het aan aller oogen te onttrekken, nu eens hier, dan weder daar in veiligheid bracht. Dc meest geschikte plaats, waar hij zijn geld, zoowel voor ontdekking door zijn huisge- nooten, al9 voor mogelijken diefstal, veilig achtte, leek hem ten slotte een in den schuur slaand voddenkistje. Daarin, op den bodem, tc midden van allerlei lompen, in een linnen zakje gebonden, achtte hij zijn schat veilig. Doch B. had in dezen buiten het noodlot gerekend, want tijdens zijn af wezigheid werden de vodden met inbegrip van het linnen zakje door een der huisge- nooten aan een onbekenden voddenkoopman verkocht. Dc geheele familie zit thans in zak en asch en tracht, evenals de politie, den onbekenden koopman op te sporen. Te Deventor hebbon Z t o r* dagmiddag de wcrkloozen, te werk gestold bij de gemeentelijke werkverruiming, gede monstreerd tegen de verlaging van bon loom van f 31.89 tot f 19.68 per woek. Zij trokken in optocht door do stad naar hei stadhuis, waar een deputatie van hen werd ontvangen door drie dor wethouders, d4 heeren A. Soliocmakor, J. Krooshof en A* Kelderman. Namens de deputatie werd la* ter meegedeeld, dat do wethouders had* don toegezegd, in hot college van B. en W. te zullen voorstellen, in samenwerking met de plaat-selijko vakoentrales, bij d« Regeering aan te dringen op handhaving van d© tot nu toe geldende loonen. Da wethouders hadden echter er weinig mood op, dat deze aandrang helpen zou. De inbrekör H. W. F., die onlangs na een klopjacht onder Oldenzaal in eea boerenwoning gearresteerd werd, nadat hij zich o.a. van een paard en wagen had meester gemaakt, en sindsdien opgesloten is in het huis van bewaring te Almelo, heeft gistermiddag eon poging tot ontvluchting gedaan. Toen de bewaarder, dio F. zou luchten, de celdeur opende, werd hij mot een ijzeren staaf, welken de inbreker uit een luchtkoker gebroken had, neergeslagen. De bewaarder herstelde zich echter en ver sperde F. met behulp van een anderen be waarder den weg naar den uitgang. F. sloeg met zijn staaf op do bewakers en zou ont snapt zijn, als de directeur van het huis van bewaring niet met een revolver to hulp ge sneld was. De inbreker trachtte nog den di recteur de revolver to ontnomen, doch hij werd overmand. Do bewaarders zijn vrij ernstig gewond, oveneens de uitbreker, die 'm het gevecht met gummistokken bewerkt' werd. F. heeft vroeger meermalen dergelijke pogingen gedaan. Ongeveer vijf jaar gele den is hij bij een van dio pogingou uit hoi huis van bewaring ontvlucht, waarbij hij een bewaarder in zijn col opsloot. De politie te Hengel o b o e f I gisteren naar Almelo overgebracht een be ambte van do Kamer van Arbeid wegeol fraude, gepleegd met rontozegels, ten bo drage van eenige honderden guldens. Door onbekonde oorzaak if gistermorgen heb hotel ,,Do Post", to Neede geheel afgebrand. Verzekering dekt gedeel telijk de schade. Het geheugen kan iemand op het ongeschiktste oogenblik soms leeiijkfll parten spelen. Toen een redan&ar het voor* naamste punt van zijn speech bereikte, <c CAJgemeMs Vereeniging tooi Bloembollen- cottw- 7 Gisteren is te Haarlem de 148ste alge- (neene vergadering van de Algemeene Ver- SerJglng voor Bloembollencultuur gehouden. De voorzitter, de heer Ernst H. Krelage, hield oen rede, waaraan het volgende is ont leend: De intrekking van het Rijkssubsidie, dal gedert de oprichting in 1908 aan den Neder- landschen Tuinbouwraad werd verleend, heelt een reorganisatie van dat lichaam noodzakelijk gemaakt, die geleid heelt tot de yorming van zelfstandige groepen voor de yerschillende takken van tuinbouw, die haar yereenigingspunt en centralisatie zouden ylnden in een uit en door die groepen te ivormen comité ,dal de opvolger zal zijn van het tegenwoordige centraal bestuur van den [Tuinbouwraad en den naam Tuinbouwraad ïal blijven voeren. Hoewel voorstander van een onafhanke- Jijke luinbouw-organïsatie, vrij van alle Re geringssteun en invloed, meen ik toch, trachtend de zaak van Regeermgsstandpunt Je bezien, de intrekking van het subsidie hnjuist en ongemotiveerd (e mogen noemen. |)e Tuinbouwraad is indertijd met groote in stemming van den tcenmaiigen Minister yan Landbouw, Nijverheid en Handel tot Stand gekomen met toezegging van een pijkssubsidie bij de begrooting nog vóór de Oprichting. De Regeering zag destijds de dringende noodzakelijkheid in om te kunnen beschikken over een adviseerend college, dat yoor den gebeelen tuinbouw kon optreden, ju oordeelde, dat de Tuinbouwraad, ont - Staan door het initiatief van de Verecnigin- Sen zeiven, voor de Regeering een veel goed- Sooper orgaan was, dan een eventueel van I® Staatswege op to richten officieoio Rijks- Juinbouwraad. Tijdens zijn vijftienjarig be staan is de Tuinbouwraad steeds de taak blijven vervullen, die van den aanvang at yan hem werd verwacht; voortdurend heoit 8e Regeering zijn adviezen ingewonnen en yan zijn organisatie gebruik gemaakt. Het subsidie was goed besteed, en de Regeering Jcreeg waar voor haar geld. Het is de vraag, Of dit van hetgeen er voor ambtenarensala rissen wordt uitgegeven, over de geheele li nie ook gezegd kan worden en het is dan Ook zeker Ie betreuren, dal in zoovele ge- yallen de bezuiniging veel meer -de alge meene economische en cultureele belangen heeft gelroffen, dan den internen dienst der Departementen. 1 Dit neemt niet weg, dat men m. i. de Voorkeur moet geven aan een vrije, onaf hankelijke tuinbouworganisatie, los van alle .Subsidie. De bloembollenvcreenigingen, tot öusver huishoudelijk verecnigd in het Cen traal Bloenibollencomitó, hebben gemeend, voortzetting van den georganiseerden Tuinbouwraad mogelijk te moeien maken, door dit comité om te zetten in een groep bloembollenteelt van dien Raad, waaraan 'de naam Bloembollenfederatio gegeven is. [Tot deelneming zijn levens uitgenoodigd de yeilingsorganisaiies op bloombolléngebieil, .Waardoor, indien zij alle tootredon, een ge- Jvenschle band tusschen do verschillende örganisaties op dit gemeenschappelijk ter- tcin zal zijn gelegd. Daar de principieelc beslissing door de IVereeniging, in verband met een aangekon digde vergadering van het centraal besluur yan den Nederl. Tuinbouwraad, genomen moest worden vóór 24 Maart, heeft het hoofdbestuur gemeend een beslissing te mo gen nemen. Die beslissing houdt in toetre ding tot den georganiseerden Tuinbouwraad piel een jaarlijksche bijdrage van f 500, wat meer is dan de tegenwoordige contributie .van den bestaanden Raad. Deze contributie Zal cersl in 1925 worden geïnd, zoodat zij ipp de begrooliug van 1924 nog aan de goed keuring van de vergadering wordt onder- Worpen. Het hoofdbestuur vertrouwt, dat iaarlegen geen bezwaar zal blijken te be- Jlaan. Zeker zónden wij hot voor de behartiging yan de levensbelangen van het bloembollcn- yak desnoods wel zonder centrale organisa tie kunnen stellen. Ons vak was tot in on derdeden georganiseerd, lang vóór do fede ratie der tuinbouwvereenigirigen gevormd .Werd. Wij hadden op hel voetspoor van een Oudere generatie reeds lang geleerd, onze Geaulhoriseerde verlating n3ar hei pngelsch van E. PHILIPS—OPPENHEIM door Mevrouw v. d. W. (Nadruk verboden). 6) Lr is nu geen reden om te mopperen," Zeide hij verder mei een lichte schouder ophaling. „U, zoowel als ik", merkte ik op, „zijn dus kan liet lanterfanten. Hij keek mij doordringend aan. „Ik zie," zei hij zachtjes, „dat ik iemand heb ontmoet met deneelfden smaak als ik. Jk wil onmiddellijk toegeven, dat u gelijk heelt. Ik voor mij ben van oordeel, dat er niets interessanter is, in uw groote stad, dan hel bertudceren van de monschen, die ko men en gaan. Al uw spoorwegstations boeien mij; in het bijzonder die. welke aan sluiting geven naar andere landen. Mis schien is liet daarom, omdal ik niets uitvoer en gedwongen bc-n ergens afleiding te zoe ken." ,,Ja.' bracht ik in hel midden, „tegen een j eüK'j. gezicht of persoon van beteekenis, ziet men er duizend van de soert, dat je niels zegt, het alledaagsc.be volk. Het zal mij in- jtusschen verwonderen of de sop de kool 'waard is. „Eén op de duizend," herhaalde hij in ge dichten. Ga oens na, wal die één kan bedui den, een wandelend drama, een treurspel, e*L blijspel, «en beeld van leven en dool Er is meer ie lezen op hel gezicht van dien één, dan in de drielionderd bladzijden van oen boek, waarover men al geeuwend in slaap valt. Daar komt de trein! Laten wij nu eens samen de niensclien gadeslaan, namelijk als li werkelijk geen kennissen moet afhalen.'' ,.1k meen hel eerlijk," verzekerde ik hem. „Ik ben hier alleen uil nieuwsgierigheid, ïk hen van beroep schrijver en zoek naar een idee." Ilij keek mij nog eens nieuwsgierig aan. „Uw naain is Greatson, nietwaar, Arnold Greatson? U weidt mij eens gewezen in de Yagebonds Club en ik vergeet een gezicht nooit. Daar komen ze! Kijkt Kijk." Dc trein stond stil. De passagiers stroom den over het perron. Mijn metgezel legde zijn vingers op mijn arm. Hij praatte vlug, maar zachtjes „Ziet u ze, mijn jonge vriend," riep hij uit. „Dat zijrt toeristen, die terugkomen uit Zwitserland; het tengere meisje daar, met dal scherpo gezicht en een geruiten rok en een lasch, is een Amerikaansche. Lieve hemel, wat praat diet Zij is een koffer kwijt. De lieele boel zal op stelten worden gezet, totdat zij hem terug heeft, of schadevergoe ding heeft gekregen. De twee jongelui met haar houden zich kalm. Die zijn verstandig. Zij zal het alleen wel klaar speten. Ziet u j die zakenman? Hij is al weg. Hij is naar Frankrijk, misscliien ook naar België, ge weest, om zijde en leant te koopen. En die lange, oude mijnheer? Kijk hoe blij hij is, dat hij terug is waar Engelsch wordt gespro ken en waor hij kan betalen mei halve kro nen en shillings! Ziel u die modisle, opval lend smaakvol gekleed, maar een beetje slor dig? Zij is naar Parijs geweest voor de nieuwe modes; binnen een paar dagen zal haar zaak een circulaire rondzenden. En wal denkt u van die twee, mijn jonge vriend?" Het leek mij, dat de loon van mijn metge zel en ook zijn geheels uiterlijk veranderd waren. Ik had opeens een vaste overtuiging gekregen. Ik geloofde niet langer, dat hij evenals ik een luie lanterfanter was. Ik voelde, dat hij met een bedoeling hier was en dat dit eenigszins verband hield met die twee personen. Zij waren te midden van die heterogene menigle vrij opvallend. De man was, hoewel hij erg jong deed, den middel baren leeftijd voorbij, en zijn gevlekte wan gen, zijn kleine waterachtige oogen en dik ken, rooden nek waren de onmiskenbare tee kenen van een goed leven. Hij was goed ge kleed en verzorgd en zijn houding tegenover zijn metgezel was zeer vriendelijk. Zij was een meisje van ongeveer vijftien of zestien jaar, nog weinig lichamelijk ontwikkeld; haar kleeren een beetje kort. Haar gezicht was smal en bleek en in haar oogen mooie, diepblauwe oogen was een eigen aardige uitdrukking van grooten angst, zelfs zoo nu en dan van groote ontsteltenis. Haar donker haar was opgemaakt met ponny op het voorhoofd en met een lange viecht van achleren, zooals schoolmeisjes dat dragen. Ondanks de linkschheid, die haar leeftijd medebracht, en haar onmiskenbaar lijden, bewoog zij zich met een zekere waardigheid en bevalligheid, die bijzonderen indruk maakten. Ik sloeg haar met bewondering gade. „Die zijn mij een raadsel," zeide ik. „Ik denk, dat het besl vader en dochter kunnen zijn. Het is zeker, dat zij pas van dc een of andere kostschool is gekomen. De manier, waarop zij naar dan man kijkt, bevalt mij niet, en u? Het lijkt wel of zij doodsbang is. IIcl zal mij toch verwonderen, of dat haar vader is." Mijn metgezel antwoordde mij niel. Hij rekte zich uit, alsof hij nieuwsgierig was te hooren, wat de man aan den kruier zeide over zijn bagage; mijn tegenwoordigheid scheen hij geheel vergeten te zijn. Hel meisje stond een oogenblik alleen. Meer dan ooit kon men thans in haar oogen een angst zien als van oen opgejaagd beest. Zij keek heimelijk rond, met iets vreemds, iels wilds in haar opengesperde oogen. liet zou mij niets verwonderd hebben, ats zij plotseling een poging had gewaagd om te ontsnappen. De man draaide zich, nadat hij voor zijn ba gage had gezorgd, om. „Dat is in orde," zeide hij vriendelijk. „Nu denk ik er over om direct ergens te gaan lunchen en dan gaan wij boodschappen doen. Heli je honger, isobel?" „Ik ik weet het niet?" anlwoordde zij zóó bevend, dat wij die woorden nauwelijks hoorden, hoewel wij maar een paar passen verder stonden. „Wij zullen zien," zei hij. „Taxi! Café Grandl" De taxi reed weg en loen begreep ik, dat ik gedurende de laatste oogenblikkeji mijn metgezel tolaal vergelen had. ik draaide mij om en zag hem vlak bij mij slaan Hij was in gedachten verzonken en scheen alle be langstelling in zijn omgeving verloren te hebben. Zijn banden had hij diep in de zak ken van zijn overjas en zijn oogen keken naar den grond. Dc stroom rnenschen uit den trein was verdwenen en wij waren bijna geheel alleen op het perron. Ik aarzelde een oogenblik cn wandelde langzaam weg. Ik wilde niel onbeleefd zijn legen den man, met wien ik een praatje had gemaakt, zoo vertrouwelijk, als men maar zelden me', een vreemdeling maakt. Hij zag er uit, al3of hij alleen wilde zijn, en ik wilde mij niet op dringen. Ik had nauwelijks een tiental stap pen gedaan, of ik werd ingehaald. Mijn met gezel van eenige oogenblikken geleden wag weer bij mij. Het leek wel, ol alles, waarvan hij zoo vervuld was geweest, plotseling ver- j dwenen was. Hij slak een sigaret aan ca 'zijn geestige, diepliggende oogen glinsterden vroolijk. „Welnu, mijnheer do romanschrijver." riep hij uit, „is u geslaagd? Is de kwijnende muse wakker geschud? neeft u con gezicht, een blik, een gebaar gezien; iets. dat uw verbeelding prikkelt?" Ik haalde mijn schouders op. ,.Ik heb iels gezien," antwoordde ik, „dat ik niet licht zal re r ge ten. Ik heb angst, een vreeselijken angst gezien." „U bedoelt. „In het gezicht van dat kind of liever dat meisje met (Fieri ruwan bruut van een kerel." De vriendelijkheid scheen le verdwijnen van het gezicht van mijn metgezel. Weer werd bij ernstig en nadenkend. „Ja," gaf hij toe, „dat zag ik ook. Indien men iels tragisch zoeki, is het daar mis schien te vinden." Wij stonden nu op straat buiten het sta tion. Mijn metgezel keek op zijn horloge. „Kom," zeide hij, „ik verbeeld mij, dat wij elkaar nog wel wat le vertellen hebben. Ik ben oen eenzaam man en vandaag voel ik niels voor eenzaamheid. Doe mij hel ge noegen met mij te gaan lunchen.' Ik aarzelde geen oogenblik. Zulk een uit noodiging beviel mij juist. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 5