No. 19632. ZATERDAG 8 MAART Anno 1924 Dit nummer bsstast uit VIER Bladen EERSTE BLAD. Officieels Kennisgeving. Het yo^^amst.e nieuws van heden. ?V>*> -Tt DAGBLAD PEU8 DER ADVEETENÜEN! 60 Cti. p*r regel Bi) regetabonnemonl belangrijk lageren prijs. Kleine Advcrtenttën, uitsluitend bij vooruitbetaling, Woensdag» en Saterdag» 60 Cis., bij een maximum aantal woorden raa 30. Incasso volgens postrachl Voor eventueels opzending van brieven 10 Cte. porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cta. Bureau Noordelndspleln Telefoonnummers toot Directie cn Administratie 175 Redactie 15C7. Postchèqus- en Glrcdlsnst No, 57055 Postbus No. 54 RRUS DEZER COURAKTi Toor Leiden per 8 maanden /8.8S, per week JfO.18, Bulten Leiden, waar agenten gevestigd tijn. per week .i..».; .0.18, Franco per post f 8.S5 portokosten. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gezien het verzoek van: a. de N.V. „Ace» tyleoa" te Rotterdam om vergunning tot Oprichting van eeï? bewaarplaats voor pe troleum, in het perceel Heerengracht No. 66, kadastraal bekend Sectie 1 No. 1147; b. de N.V. Leidsche Schelpkalkbranderij „Trio" om vergunning tot uitbreiding der aohelpkaikbranderij op het perceel Zoeter- vrotulsche weg No. 25, kadastraal bekend Sectie O No. 172; Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet, Geven bij dezen kennis aan het publiek, dab genoemde verzoeken met do bijlagen op de Secretarie dezer gemeente ter visie gelegd zijn alsmede dat op Zaterdag, den 22 Maart e.k. des voormiddags to half elf uren op het Raadhuis gelegenheid zal worden ge geven om bezwaren tegen deze verzoeken in te brengen, terwijl zij er de aandacht op vestigen, dat niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet voor het gemeentebestuur of !een zijner leden zijn verschenen, teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN S'TRIJEN, Secretaris. Leiden, 8 Maart 1924. Eeizei Ausnstus en ile hseldenda kunst. Gisternamiddag hield prof. dr. A. W. By- vanck in het Laboratorium voor Tropische hygiëne alhier een openbaar college over bovenstaand onderwerp, waaraan wij het yolgende ontleenen. Voor een juist begrip van de beeldeiu kunst en haar karakteristieke eigenschap pen in den lijd van Augustus is een korte inleiding noodzakelijk. G. Julius Caesar is 15 Maart 44 v. Chr. in een zitting van den senaat vermoord. Hij had geheerscht als een monarch. Zijn aan genomen zoon, Octavianus, die na den slag bij Actium in 31 meester was van het Rijk, heeft veeleer de oude Romeinsche traditie iwiilen voortzetten en alleen den titel van Augustus aangenomen, dien de senaat hem had aangeboden. Toen Augustus, na een regeering van 44 jaar in 14 na Chr. stierf, heeft Tiberius de regeering bijna geheel «onder moeilijkheden overgenomen. Augustus heeft voor alles Romein willen Hij trachtte het. nalionaal gevoelen der Honrvr-inen te versterken; oude feesten heeft hij in 'ore hersteld; de voorvaderlijke een- ymd wilde hij terugkrijgen. Voor de kunst yan zijn tijd, zoowel voor de lilletkunde als de beeldende kunst, is het meest opmerke lijk het klassicisme, dat is een tendens in de kunst, die de werken van een oudere als klassiek beschouwde periode tot voorbeeld kiest. De verfijnde Hellenistische poëzie pasle niet meer in den nieuwen door Augustus Boordend' n staat. Men verlangde naar groot- schar effecten en zocht zijn voorbeelden in dichters, van vroeger tijd. Horatius heeft de oude Grieksche lyrici bestudeerd en Yer- gitius heeft de kunst van Hesiodus en Ho merus nagevolgd. Maar liet was geen slaaf- sche navolging; de kunst om karakters te ontleden en den dranmtisehen trant van .verhaten der Hellenistische dichters vindt men evengoed bij de dichters uit den tijd van Augustus. Dit klassicisme in de letterkunde is ouder dan Auguslus. In Egypte en in Athene voor at is het ontslaan. Maar Auguslus heeft deze richting bevorderd en gesteund. Hetzelfde merken wij op bij de beeldende kunst. In den Hellenistischen tijd was de .pathetische kunst der Rhodische schooi ont staan, die men kan karakteriseeren ais an tiek ..barocco". liet bekendste werk uit deze School is de Lascoün. Daarop is in den tijd van Augustus gevolgd een kla9sicistischc kunst, die aansluiting zocht hij werken uit den bloeitijd der Griek9che cultuur. Maar men paste de oude vormen zelfstandig toe cn rneu bediende zich daarbij van de ge raffineerde Hellenistische techniek. Met deze klassicistische kunst ging go- paard een groole belangstelling voor oude kunstwerken en een voorliefdo voor kopieën Haar de meesterwerken uit den bloeitijd der Grieksche beeldbouwkunst. Terecht heeft men de kunst uit den tijd van Augustus gekarakteriseerd als antiek „ompire". Het is dus thans het oogenblik om belangstelling te vragen voor deze kunst, nu men ook meer gaat voelen voor de kunst uit het begin-der 19de eeuw. Nog piet lang geleden rnerkle men bij deze kunst alleen de academische gladheid op en zag haar werkelijke kwaliteiten over het hoofd. Op dezelfde wijze handelt men on billijk, wanneer men de Aeneis vergelijkt roet Homerus zonder te letten op de kunst, Waarin 'Vergilius groot was, of wanneer men' kunstwerken uit den tijd van Auguslus plaatst naast klassieke heelden en daarbij alleen oog heeft voor de zwakheden van navolging. De eigenaardige verdiensten van de kunst uit den tijd van Augustus worden duidelijk door een beschouwing van portretten. Men kan die portretten vergelijken met beelden van Canona en met portretten uit den Hel lenistischen lijd. Dan vindt men bij het Hellenistische portret dc pathetische opvat ting en het weergeven van de werkelijk heid met alle bijzonderheden, terwijl do kunst uit den tijd van Auguslus de persoon lijkheid op minder gepassioneerde wijze ka rakteriseert en zich meer abstraheert van de natuur. Een prachtig voorbeeld van por tretkunst uit dezen tijd bezit het Fennirfg- kahinel in Den Haag. Het is een gesneden steen met de afbeelding van een prinus uit het huis van Auguslus. Amok en Lattah, een paar psychosen der Maleiera. Voor het Instituut voor Tropische Genees kunde hield gisteravond dr. F. II. van Loon, mot verlof uit Indië hier te lande, voor een aandachtig ontwikkeld publiek, een voor dracht over bovenstaand onderwerp. Steeds meer aldus ving spr. aan wordt do noodzakelijkheid gevoeld onza kennis omtrent de karaktereigenschappen van de bewoners van Ned.-Indië te ver- grooten. Van ons weten en het begrijpen dezer psychische eigenschappen hangt voor een groot deel de wijze van oplossing van talrijke nationale problemen af. Naast ver schillende andere methoden van rassen- psychologisch onderzoek, kan de 9tudie der gcestesafwijkingen, welke bij een volk voor komen ,ons zeer veel leeren omtrent zijn geesteseigenschappen. Vooral de speciaal bij zeer primitieve rassen voorkomende psy chosen zijn, wol is waar verwrongen af beeldingen van het normale, waarin hun voornaamste karaktertrekken moeten uit komen. Amok en Lattah nu worden, volgens spr., nergens ter wereld zoo frequent en in den- zel/den vorm aangetroffen, als in den Ma- leischen Archipel; amok bijna steeds bij den manlijken Maleier, lattah bij de vrou welijke. Amok is een plotseling, zonder eenige voorboden, optredende agressieve razernij, waarbij de zieke ieder in zijn buurt aan- vajt en overhoop steekt, tot hij onschadelijk wordt gemaakt. Bij vele acute infectie-ver wardheden, vooral malaria, syphilis, preu- monie, zagen wij .dergelijke razernij-aan- Tallen, zeide spr.; de patiënt hallucineerde hierbij steeds, was enorm angstig en atta queerde, om zich te verdedigen, tegen denk beeldige slangen, tijgers, etc. Ook de waar genomen amok-gevallen bleken door infec tie te zijn uitgelokt en niet op epilepsie of opium of andere giften te berusten. Bij den Maleier nu ziet men onder allerlei omstan digheden, hóe een affect zeer gemakkelijk het geheele bewustzijn overstroomt; dit is een zijner kenmerkende eigenschappen (..matagelap" door woede, „maloe" door schaamte). Ook bij de andere primitieven is deze geringe resistentie tegen affecten een bekend verschijnsel; het 19 een infantiek kenmerk, zooals de inlandsche in het alge meen zeer veel overeenkomst met den kin derlijken geest vertoont. Deze eigenschap is de oorzaak, dat bij den Maleier infectiekoorts zeer licht tot enorm sterke angst-ontlasting voert; de echte ,.amok" is dus een ziekte-verschijn sel en verdwijnt meestal, zoodra de infectie is geweken. Dus veelal op chinine bij ma laria etc. Lattah is nog veel meer dan amok een ahnorme affect-reactie bij vele Maleische, vooral .Ta<'ssnsche vrouw'en. Inzonderheid op middelbaren leeftijd wordt het ver schijnsel duidelijker en speciaal bij bedien den (baboes, kokkesili) van Europeanen. Bij schrik of andere plotselinge emotie verliezen deze vrouwen alle zelfbeheer- sehing over spreken en handelen; zij pra ten en doen alles na, wat wordt voorgezegd of voorgedaan. Vaak uiten zii daarbij obscure faal of verraden wenschen, welke anders nooit geuit zouden zijn. Een enquête bij de medici in Indië leerde spr. nog eenige minder bekende feiten o.a. dat vele vrouwen, ongeveer voor zij" lattah werden, een sterk sexueel-gelinten droom hebben gehad. Vorm en inhoud de- zer droomen toonen duidelijk, dat verdron gen wensch-complexen er in gesymboli seerd worden. Zij worden met walging of anest wakker en zijn daarna „lattah". Hoewel deze neuro-psychose veel punten van overeenkomst met de hysterie der cul tuurvolken heeft, mag zij er toch geenszins mee geïdentificeerd worden, zeide spr. Het geheele ziektebeeldenverloop (och is anders, behalve de hyper-suggestibele na eiken schrik, zijn de vrouwen geheel nor maal en verloonen geen enkel hysterisch verschijnsel. Toch komen deze wel degelijk ook bij de Maleiers voor, maar niet bij de laltah-Iijdster. Ais hoofdoorzaak moet, even als bij de amok, de psychische aanleg van den^ Maleier worden beschouwd; naast de sterke a'fect-realiviteii speelt hier, volgens spr., dc groote suggestibiliteit der Maleiers een hoofdrol, welke door den omgang als ondergeschikte, met Europeanen nog ten zeerste wordt versterkt. De sexueele wensch verdrineing vormt dan dikwijls het uitlok kend moment voor dit zeer eigenaardige ziekteverschijnsel. Het is ten slotte duidelijk, aldus eln- digde spr. dat de studie door psychische afwiikingen van meer primitieve rassen ons ten zeerste kan helpen en den weg ba nen tot beter inzicht in de zooveel gccom- plieeerden p9yehosen der Westersche cul tuurvolken. De voorzitter, prof. dr. A. W. Nieuwen- huis, dankte spr. voor zijn interessant betoog. Goochelkunst in de 17de en de 18de eeuw. In de gisteravond gehouden maandelijk- schc vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde hield de heer J. W. Enschede, uit Rotterdam, een voor dracht over: „Goochelkunst in de 17de en 18de eeuw". Sprekers publicaties over de geschiedenis van het goochelen, een paar jaar geleden, hebben destijds in wijden kring de aan dacht getrokken; ook, omdat, voor zoover bekend, over de geschiedkundige ontwikke ling van dit eigenaardig vak in de interna tionale literatuur niets gepubliceerd is, en zij dus als pionierswerk beschouwd moeten worden. Het geheimzinnige heeft den mensch vanouds aangetrokken, zoo was het in de oudheid, zoo is tiet nu bij be schaafde, zoowel als bij onbeschaafde vol ken. Zij, die zich bezighielden met het ver tonnen van geheimzinnigheden, waren oud tijds dezeliaen als thans. De toovenaar van vroeger, die geacht werd bovennatuurlijke gaven te bezitten, heeft zich gemetamorfo seerd in den goochelaar, die door technische vaardigheid, door langdurige oefening changeeren, escamoteeren. palmeeren het publiek op een geoorloofde manier, maar desalniettemin, door zijn moeilijke handgrepen weet te bedotten. Daarover sprak nu gisteravond de heer Enschede, en zijn gesproken woord liet hij toelichten door den beroepsgoochelaar Gio vanni don Bosco (ps. van J. Bock) te Am sterdam, jaren geleden assistent bij Basch, die de ouderen onzer generatie zich nog wel herinneren en die onze kermissen be reisde met een Caglioslro-theater en schouwburgtent en daar, behalve goochel- j nummers, ook vertoonde allerlei optische fantasieën, bijv. zijn gekleurde fonteinen (kalospinthecromokrenen). In 't bijzonder werden er toeren vertoond, die tusschen 1600 en 1800 alom gegeven werden, wat toegelicht werd door allerlei documenten. Een paar dingen trokken hierbij de aan dacht Die oude goocheltoeren, welke vaak reeds een eeuwenlange traditie achter zich hadden, kunnen nog steeds een beschaafd en ontwikkeld publiek boeien, mits de wijze, waarop zij voorgedragen worden, in derdaad zijn overeenkomstig de hedendaag- sche opvattingen, die ten allernauwste ver band houden met de tooneel9peelkunst. Vervolgens, dat die wijze van principe ook nu nog niet veel afwijkt van de vroegere De aanwezigen keken met ongestoorde belangstelling naar het aloude vuurblazen, naar het bekerspel, dat documenteel reeds bij de Romeinen bekend was. naar 't „livre de ma grand-mère", dat te vervolgen is tot 1638 en waarvan een geaquarilleerd Hol- landsch exemplaar uit het begin der acht tiende eeuw getoond werd, naar oude toeren met kaarten, houtjes, balletjes, linten en wat al niet meer. In dat oude handwerk was het, dat onze Hollandsche goochelaars internationaal een bijzondere vermaardheid hadden, welke zij hebben verloren, toen sinds het midden der achttiende eeuw de leiding is overgegaan op de Franschen, die het door toepassing der toen jonge electriciteit, mechanica en andere natuurkundige beginselen, tot ont wikkeling gebracht hebben, en het mecha nisch goochelen, „de physique amusante", op zijn beurt het eenvoudige handwerk in discrediet gebracht heeft. Toch was het door zulk eenvoudig werk, als op de vergadering gedemonstreerd werd, dat, gesteund door een zeer bijzondere individueels praedis- posilie, iemand als Faust in de dagen der Duitsche reformatie zulk een vermaardheid van zich heeft kunnen doen uitgaan, dat zich aldra' een legende omtrent hem heeft kunnen vormen, als van een eenigszins bo vennatuurlijk wezen. Inderdaad heeft het oude handwerk, juist omdat het te bereiken effect mede afhan kelijk is van iemands persoonlijke gaven, voor een goed waarnemer meer charme dan het moderne mechanische goochelen, waar bij het apparaat een aanzienlijk groote be- teekenis heeft, aldus besloot spr. zijn met aandacht gevolgd betoog, dat door de de monstraties van Giovanni don Bosco een bijzondere aantrekkelijkheid verkreeg. De voorzitter bracht den beiden heeren hartelijk dank voor het aangenaam en leer zaam uur, aan dc, vergadering "bereid. Veraenlging tot Verzorging van Kleine Kinderen. Gistermiddag had ten huize van mevr Kluyver de jaavlijksche algemeens verga dering plaats van de Veveeniging tot Ver zorging van Kleine Kinderen (Langebrug 87). Hot jaarverslag word door de secreta resse uitgebracht, waarna de peningmees- teres verslag deed van de financiën. Wij ontleenen daaraan het volgende; Do Kinderbewaarplaats werd in 1923 be zocht door 6581 kindoren, waarvan 1493 flesschekinderen. De ontvangsten bedroegen f 2892.40'/^ de uitgaven f 3867.61, Het bestuur zag zich genoodzaakt ais laatste redmiddel om deze nuttige instelling zoo lang mogelijk in loven te kunnen houden een hypotheek op haar buis te nemen van f 4000. Is dit bedrag ingeteerd, dan zal do kinderbewaarplaats moeten verdwijnen, maar hot bestuur hoopt -nog altijd op hetero tijden, dat de bijdra gen 3terk vermeerderen en de hooge on kosten verminderen zullen. Do directrice, mevr. Schmidt, was in Augustus tien jaar aan do inrichting werk zaam en werd toen door do presidente, mevr. HoogcboomThomas, met eenige hartelijko woorden hulde gebracht voor haar ijver en zuinig beheer. Ook over het andoro personeel kan het bestuur niet an dere als tevredon zijn. Het is werkelijk geen gemakkelijke taak, waar zooveel kin- derea van allerlei aard aanwezig zijn, al tijd rust en vrede te bewaren en do moedors met tact een verstandigen raad te geven, waar dit noodig is. Door verschillende omstandigheden, o.a, opzegging van lidmaatschap (men ga hier niet toe over, als het niet strikt noodzake lijk is), worden de inkomsten steeds min der, terwijl dc onkosten steeds hoog Blij ven, daar do beste hulpkrachten aan de kinderbewaarplaats verbonden zijn on dit moot ook, want hoe zou een moeder rust vinden op haar ziekbed of in haar werk huis, wanneer haar kind niet do beste vor- zorging had. Zou het niet jammer zijn, als deze goede, nuttige instelling uit geldge brek moest opgeheven worden 1 Onderzoekt u allo boekjes en gaatjes nog eens, of er niet iets voor deze kinderbewaarplaats over is. Ga zelf eens zien hoe gozellig en vroo- lijk de kinderen u bij uw binnentredon ver welkomen en hoe de kleintjes rustig en goed verzorgd in him wiegjes slapen, aldus spoort het bestuur aan. Dan zult u zeker de opmorking maken, die onlangs een be zoekster uitte, toen zij de geheele inrich ting bezichtigd had: ,,Hoo jammer, dat niet. meer menschen op do hoogte zijn van hot bestaan dezer inrichting". Steunt ons met een gift of een jaarlijksohe bijdrage. Wijkverpleging „Bethesda". Uit het jaarverslag over 1923 van de Wijkverpleging „Bethesda", Hoefstraat 44, 46, blijkt, dat dezo instelling onder haar Leidsche zusterinstellingen met eere mag genoemd worden. liet werk in deze Wijk is omvangrijk en wordt door Zuster Rutgers op voorbeeldige wijze, zeer ten genoege van het Bestuur ver- richt In 1923 werden door haar 4290 behande lingen in het Wijkgobouw verricht en 6I5G bezoeken bij de zieken aan huis gebracht, terwijl 71 baden werden gegeven. Dat zuster Rutgers haar taak ernstig, met toewijding en tevens met opgewektheid vervult, zouden het best de door haar behandelde en bezoch te patiënten kunnen gctuigi-n. Vooral in den afgeloopen winter had zij een moeilijken tijd. Er waren toen zeer vele en daaronder hoog3t ernstige zieken. Aon de zieken werd 1581 halve Liters melk verstrekt cn 518 eieren. Uitgeleend werden o.a. eenige ledi kanten, zes ruststoelen, beddegoed en aller lei verplegingsartikelen. Aan ledikanten en beddegocd is altijd een tekort, dat het bestuur gaarne aangevuld zag. Wij brengen dit met genoegen tor ken nis van onze, dit liefdewerk welgezinde, stadgenooten. Voor den rijken steun, dit jaar ontvangen, zegt het be9tuur overigens hartelijk dank. Het is ook zeer veel verplicht aan hen, die maandelijks kun gitten bijdragen van 10 en 25 oents per maand en 2'/i cents per weck» de z.g. halve rluivers collecte, waaruit een deel der kosten bestreden worden voor de versterkende middelen, bovengenoemd. Be halve enkele bestuursleden geven mej. Bosch en mej. Jannv Rutgers een gedeelte van hun vrijen lijd om deze „dubbeltjes" te innen. „Bethesda" is haar daar zeer dank baar voor en hoopt dat zij nog lang de gele genheid en de liefde voor de wijkverjiteging mogen behouden om dit werk te blijven doen. Zijn er nog niet meer jonge meisjes die hun voorbeeld willen volgen? vraagt het bestuur. Moge dit korte uittreksel uit hel verslag velen opwekken om dit werk der liefde te steunen waarvoor wij do adressen van de presidente C. W. M. v. d. Pavord Smits, Sladhilaan 22, en H. M. Sassedu Croix, Rijnsburgerweg 96, hier gaarne noemen. Nationaal Verbond v an Gemeente-Ambte naren in Nederland, aid. Leiden. In „Den Burcht" is gehouden de jaarver gadering van de afd. Leiden van het Natio naal Verbond van Gemeente-Ambtenaren. De vergadering was tamelijk goed be zocht; ook enkele dames waren aanwezig. De Voorzitter, de heer Van der Laan, me moreerde in zijn openingsrede enkele de af deel ing betreffende gebeurtenissen en wekte ten slotte alle aanwezigen op om een programma te koopen voor de den lOdcn Maart a.s. door den Neutralen Bestuurders-- Bond te geven muziekavond met bal. De at- deeling had voor ondersteuning van de Twcntsche textielarbeiders een bedrag be schikbaar gesteld en ook de opbrengst van dien te geven avond zal zijn ten bate van hen. Het jaarverslag van den secretaris werd na enkele opmerkingen goedgekeurd. Even eens werden het financieel overzicht en de begrooting voor 1924 na eenige nadere toe lichtingen goedgekeurd. Na ampele beraadslagingen aanvaarddo de aftredende secretaris, K. van Hiele een horbenoeming; de leden W. F. van deD Broek en W. Immink namen een benoeming BINNENLAND. Brand in de meelfabriek „De Rijn", Ie Leiden. Vecrloopig Verslag der Tweede Kamer omtrent de nota van wijziging van de begroo- ting van marine voor 1924. Aanbonw van nienw materiaal. Wetsontwerp tot toekenning van kaevsor- schotten aan de N.V. Kon. Hollandsche Lloyd De salarisverlaging voor de Rijksambte naren. BUITENLAND, Thennis in België bij de vorming van een kabinet voor nienwe moeilijkheden. Poincaré in de Franscha Kamer over dl binnenlandsche politiek. De aischaiiing van het Kalifaat De sjah van Perzië afgezet. aan, respectievelijk van 2de secretaris en penningmeester. De verkiezingen van een kascommissie, een propaganda-commissie en vertegenwoordigers voor het Georgani seerd overleg en dienst-commissie Licht fabrieken, liepen vlot van slapet. Behandeld werd oen ingekomen schrijven betreffende sleunverleening aan een elders ontslagen collega. Een bedrag uit de ka9 werd voor dat doel beschikbaar gesteld. Vrij willige bijdragen zullen gebracht kunnen worden aan het secretariaat. Hiermede was het officieele gedeelte van de vergadering afgeloopen en bleven allen nog eanigen tijd bijeen, terwijl de Jan van Peppens Jazz-Band en de humorist Ifell- mann zicli hij afwisseling lieten hooren. De door het bestuur gedane keus bleek een ge lukkige. Liet de humorist zoo nu en dan at de aanwezigen in lachen uitbarsten, de door den lieer D. Blokker een gehoore gebrachte Czardas van von Monti werd met een warm applaus beloond. Onvermoeid was dc pianisl de heer Noiles; vlug volgden de verschil lende nummers op elkaar. Zeer voldaan waren allen over den afloop der vergadering, zoowel wat het officieele als het amusante gedeelte betreft. De afwezigen hebban veel gemist. Laten zij hun leven beleren en trouwe bezoekers worden van de vergaderingen I Brand in een Meelfabriek. Hedenmorgen te halfzeven ongeveer sic-, gen rookwolken op uit do Grutterij en Meel fabriek van de firnrfa Wed. T. J. Bots (fir manten H. S .M. en J. Bots) aan de Hooge Rijndijk en het Utrechlsche Jaagpad. Het bleek dat in de aspiratie (aizuigings)afdec- ling van de Maalderij de brand was ont staan. Over de oorzaak had de lirma wet een vermoeden welke zij eqliter nog niet vóór cdn nader onderzoek te hebben inge steld en het personeel te hebben gehoord, kon bevestigen. Door de in het 25 Meter hooge gebouw aanwezige luchtkokers en Jacobsladders verspreidde het vuur zich spoedig van do eene afdeeling naar do ani derc. Daar dc magazijnen en kantoren met ijzeren branddeuren van de Maalderij ge scheiden zijn kon het vuur moeilijk naar deze afdeclingcn oveislaan. Van bui.ten ge zien zou men de bcleekenis van den brand licht onderschatten omdat de vlammen niet naar buiten sloegen en slechts een zware rookkolom verried wat er binnen gaande was. Dc Brandweer was met inderdaad be kwamen spoed op het terrein, evenais (1c politie. Tc half acht stond de aulospuit op liet Ulrechtsche Jaagpad reeds met vijf slan gen water te geven. Het was voor den com mandant en den onder-commandant met het overige personeel niet gemakkelijk in het gebouw' zelf te ageeren, doordat het vol rook stond en eerst, nadat men de ruiten had stuk geslagen kwam er eenige opluch ting. De brandladders bleken bovendien te kort te zijn om dc bovenverdiepingen ge heel naar wensch te kunnen bereiken. Bij dezen arbeid kwam het op sprekende wijze uit hoe goed het is dat Leiden in het bezit is van een flipke motorspuit. Met gaej» enkele andere spuit had men hel vuur in oen der bovenste verdiepingen van het circa 26 Meter hooge gebouw kunnen bereiken. Veiv der kwam bij dezen brand aan het licht de waarde van flinke brandvrije afscheidin gen tusschen de verschillende afdeelingcn van een complex gebouwen. Had het vuur zich van de Maalderij kun nen nIIJI'ftoelen aan dc reiriigingsafdeeling, de silo's, do voorraadkamers, opslagplaats en kantoren, dan had het daar nog wel meer voedsel gevonden en was dc schade veel aanzienlijker geworden. Nu was dit uitgesloten. Van half acht tol ruim 9 uur heeft de motorspuit, die vrijwel alleen heeft gewerkt, stroomen w ater in het gebouw geworpen waartegen het vuur het moest opgeven. De schade is door vernie ling van een aantal machines alsmede door waterschade zeer aanzienlijk. Door een der firmanten, met sjien vrij een onderhoud hadden, wordt deze geschal' op ruim een ton. De gebouwen, de machinerieëm en de aan wezige voorraden waren tegen brandschade

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 1