9e Onzichtbare Band.
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 29 Februari.
Derde Blad. Anno 1924»
JAN VAN HOUT.
TWEEDE KAMER.
het merk waam
men
INGEZONDEN.
RECHTZAKEN.
FEUILLETON.
fto. 19623.
Osze brave on talentvolle man (1642
1*38) «twiiJs Vau der Werlf voortgekomen
uit de klein» Lerdscbe burgerij, was van
hui» uil niet zoo'n vurig Calvinist als deze
aanvankevijk was. Hij was eon man van
ruime godsdienstige opvattingen, al was ook
hij Calvinist. Hij is in 1562 secretaris der
stad geworden, eerst in 1669 als „suspect"
naar Emden gevlucht en ook in Mei ol Juni
1672 teruggekeerd. In het voorjaar van 1573
tot notaris benoemd, is hij kort daarna
(Aug. 1573) weder in zijn secretaris ambt
hersteld, dat bij tot zijn dood heelt waar
genomen.
Ui; was een voortreffelijk secretaris en
bij liet afwisselen van do vier burgemees
ters en het verloop van de vroedschaps
leden, als blijvend hoofdambtenaar een man
van groolen invloed. Krachtig medebestuur
der der jonge Universiteit, waarvan bij de
secretaris van Curatoren was. bekwaam ju
rist. vurig vereerder van Oranje, hoogst er-
Varen kenner der stedelijke rechten en vrij
heden. nauwkeurig secretaris, notaris, ar
chivaris, geschiedkundige, begaald met een
uitnemend praklischen blik op do behoeften
van de I.eidsche nijverheid, die hij krachtig
voorstond en met beleid bevorderde, op de
cischen van don nieuwen lijd. die hier was
aangebroken, uitnemend Hollandsch dichter
handig organisator van optochten en feeste
lijkheden, heeft hij langs jaren na het be
leg een voorname rol in onze stad gespeeld,
de vraagbaak van allen, de vertrouwde
raadgever van zeer velen, van de sladsre-
geering in do eerste plaats
Tijdens het beleg was hij een vurig voor
stander van volhouden lot hot einde. Van
der Does .wiens intieme vriend hij te mid
den der gevaren geworden is, vermeldt zijn
handige opmerking op den gedenkwaardi-
gen 8sten September, den tweeden zwaren
dag, waarvan wij in ons eerste artikel spra
ken. toen hij, de secretaris, de aarzelende
*n door elkander pratende leden van de
vroedschap er met nadruk aan herinnerde,
dal hij hunne gevoelen» en namen bij de
stemming over de vraag van onderhandelen
met den vijand zorgvuldig opleekonde
Jolian van der Does prijst hem dan ook in
zijn verzen uitbundig voor zijn beleid, zijn
vurig vasthouden aan den Prins, zijn bui
tengemeen krachtig aansporen tot stand
vastigheid en volharding tegenover den
Spanjaarl
Wat dunkt U? Verdient hij niet de eero-
plaats, die wij hom thans wenschen te
geven? Hij was een der merkwaardigste
mannen van zijn tijd.
P. J. D.
(Zitting van gisteren).
Justifciebegrootlng.
Voortgegaan wordt met de behandeling
van Hoofdstuk IV (Ju.-t;tic5 der Staats-
^M'grooting voor 1924.
V111 o Afdeeling.
Rijkstucht en opvoedingswezen.
De heer KLEER.EKOPER (S.D.) con
stateert met genoegen dat in de Schove-
nlngsche strafgevangenis het een cn ander
is verbeterd als gevolg van de roededee-
iingco, in Het Vaderland cn Het Volk. Hes
gevolg daarvan is ook dat het verzet in
die gevangenis zeer is verminderd. Is het
felders ook zooveel verbeterd 1 Spr. somt
eenige gevallen op, waaruit blijkt dat dit
nog niet heb geval is. Spr. wenscht betere
betaling voor het werk in do gevangenissen
en betero voorwaarden bij den arbeid. De
tellen zijn ongeschikt, voor het vervullen
van veel soorten arbeid en maken het loven
daarin zeer onhygiënisch. Voorts wenscht
hij de prijzen in de gcvangenis-cantines te
.verlagen.
De heer VAN ZADELHOFF (S.D.) komt
Op voor betero behandeling van do dienst
weigeraars. Hij vraagt waaneer de dienst-
welgeraarswet in werking zal treden on wie
in de daarbij opgerichte commissie zullen
zitting nemen.
Dienstweigeraars zijn geen misdadigers
'en dus is het onredelijk orn hen als zooda
nig te behandelen. De Minister heeft het
systeem veranderd en dab verheugt spr.
zeer. Hij wacht nu de werking der wet af.
De heer VAN GIJN (V.B.) dringt er bij
den Minister op aan dat hij zal trachten
de ko?ten per gevangen o to verlagen. Zij
zijn nu g>ateg?n tcfc f600 per hoofd. De
versch-llonJo gevangenissen zijn zeer vor-
soliillend in do ki»ten per hoofd en spr.
vraagt of de Minister naar de oorzaken
daarvan eon onderzoek wil instellen. Spr.
wil do gevangenisbewaarders langor laten
worken.
Ton slotte vraagt hij meer uniforme toe
passing van do wet op do voorwaardelijke
veroordeeling.
De Minister van Justitie, do heer HEEMSS
KERK, zegt dat door den heer Kleereko-
per belangrijke adviezen zijn ten besto ge
geven, die niet alle voor vervulling vatbaar
zijn, en stellig niet alle tegelijk, vooral als
spr. don heer van Gijn te vriend wil hou
den, die de kosten per gevangene wil ver
lagen.
In de wijze van samenstelling der regen
ten-colleges zal spr. verandering overwe
gen. Het systeem van coöptatie acht hij
n.l. niet het beste.
Verhooging van liet loon aan de gevan
genen zal bezwaarlijk zijn, want het zou
zeer duur zijn.
De heer KLEEREKOPER (S.D.) vreest,
dat men van de gelegenheid gebruik maakt
om de particuliere gestichten te stcuuen
en de staatsgestichton leeg te pompen.
Do MINISTER zegt, dat do kwestie van
de vrouw als kinderrechter niot zoo een
voudig is als wordt voorgesteld. Ontslag
bij huwelijk kan niet wegens onafzetbaar
heid der rechters.
Voor meer uniformiteit op do gestichten
kan spr. moeilijk maatregelen nemen, men
moet den gestichten vrijheid laten voor in-
torne aangelegenheden. Dit geldt ook voor
do waak-dienstcn.
Portvrijdom voor de particuliere gestich
ten acht spr. niet uitvoerbaar.
Gevraagd is nog eenigo rijksgestichten
op te heffen. Het duulste gesticht is altijd
Leiden geweest en het ligt in do bedoeling,
dat op te hoffen cn do verpleegden naar
elders over te plaatsen, speciaal te Doetin-
chem. Opheffing van do meisjesschool te
Montfoort zal spr. overwegen. Overplaat
sing naar particuliere gestichten is niet zoo
gemakkelijk als men wei denkt. De Minis
ter is op zuinigheid uit, maar hij kan de
verpleegden niet willekeurig naar particu
liere gestichten overbrengen. Dig particu-
leire gestichten hebben altijd moeite om
heb hoofd boven wator te houden cn het
is dus te begrijpen, dat zij meer subsidie
van den Staat vragen. Misschien is een uit
weg to vinden door uitbreiding van de ge
zinsverpleging.
Do heer DEKKERS (R.K.) houdt eenige
beschouwingen over do reclasseering. Hij
deelt mede dat er regenten zijn die wei
geren dat reclasseeringsambtcnaren ds
godsdienstoefeningen in de gevangenis bij
wonen. Spr. neemt aan dat dit alleen een
dwaling is on hij noemt daarom den naam
van die regenton niet. Hij vraagt hoe do
Minister daarover denkt.
Omtrent de regeling der subsidieering van
het reclas3eeringsvraagstuk vraagt spr. na
dere inlichtingen.
De MINISTER zegt de kwestie van de
nict-fcoelating van reclasseorings-ambtena-
ren te zullen onderzoeken zoodra hij weet
waar dit geval zich voordeed.
Het hoofdstuk IV (Justitie) wordt goed
gekeurd met 47 tegen 11 stemmen. Togen
de söciaal-democraten.
Kort verslag.
Aan de orde is het voorstel tob opheffing
van het Kort Verslag van do verga doringen
der Kamer.
De heer DUYS (S.D.) stelt prijs op het
behoud van het verslag. Do vraag van de
democratie heeft hiermede niet veel te ma
ken. Hij stelt alleen do vraag of hot onont
beerlijk is. Wat is onontbeerlijk
Dat is niet uit to maken.
Hij meent, dat het verslag in een behoef
te van ons volk voorziet. Het aantal abon-
rió's is gedaald van 27 duizend op 6000 in
één jaar tijds. Do maatregelen tot betero
exploitatie vonden tegenstand bij den di
recteur. Het volslagen gemis aan beleid bij
de Commissie is do oorzaak van alles. Vol
gens spr. zijn dc kosten in 1922 40 duizend
gulden geweest en niet 93 duizend gulden,
gelijk beweerd wordt. Het beleid der com
missie schijnt taboe te zijn. Behoorlijke in
RECLAME.
6205
lichtingen krijgt men niet. De commissie
hoeft in 10 jaar tijds één keor behoorlijk
vergaderd met den directeur. Dat is geen
behoorlijk beleid. Indische bladen vroegen
meer exemplaren om bij him krant te ge
ven maar de commissie wist daar niets van.
Een particulier heeft een aanbod gedaan
om het verslag veel goedkooper uit to geven.
Heb opnemen van advertenties is ook weer
afgewezen, zonder advies te vragen van den
dirocteur. Als de Kamer een coinmissio be
noemde, die zich voor het geval interesseer
de, zou men wel verder komen. Spr. ziet
een nut in dit vovslag en herhaaldelijk is
dat gebleken. Het is noodig om den vol
genden dag te kunnen debatteeren in de
Kamer. Naar spr.'s oordeel wil meu het
Verslag afschaffen met het oog op do fi
nanciën. Als men die eens onder heb oog
zag zou het wel mogelijk zijn de zaak te
redden.
In ieder geval komt het niet te pas om
X April dc uitgavo stop te zetten.
Ten slotto wijst hij er op, dat er perso
neel bij dit Verslag tijdelijk is aangesteld
met de toezegging, dat zij na één jaar vast
zullen worden aangesteld.
De heer SCHOKKING (C.H.) zou in het
algemeen het Verslag willen behouden,
maar de kosten zijn onevenredig hoog aan
het aantal personen dat prijs stelt op dit
Verslag. Spr. gaat na wat de commissie in
den lcop dor tijden heeft gedaan om tot
wijziging te gei aken. Het getal abonné's
bleef dalen. Wel degelijk zijn de adviezen
van den directeur steeds ingewonnen. Spr.
wijst er op, dat na de aanbieding van Het
Vaderland do Landsdrukkerij met een an
dere berekening is gekomen.
Spr. meont, dat de grieven tegen de
commissie onbillijk zijn.
Do heer RUTGERS (A.R.) vraagt of heb
niet mogelijk is de ongecorrigeerde proeven
van de Handelingen ter beschikking te stel
len van d© leden. Het lijkt spr. dat daar
tegen geen bezwaren zijn aan te voeren,
tenzij de technischo en hij stelt voor een
proef daarmede te ncmon.
De heer DUYS (S.D.) stelt voor den da
tum 1 April te wijzigen in 16 September.
Do heer VAN RAPPARD (V.B vrnagt
of het niet mogelijk was meer advertenties
te krijgen.
De heer SCHOKKING (C.H.) meent,
dat het voorstel-Rutgcrs groot© bezwaren
heeft. Do commissie wil echter de kosten
er van onderzoeken.
Morgen stemming.
De vergadering wordt verdaagd tot heden
één uur.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Copie van al ot niet geplaatste stukken
wordt niet teruggegeven.
Het rooken in de Raadzaal.
Met een kort woord zou ik gaarne opko
men tegen het verslag in uw blad over bo
vengenoemd onderwerp. Uw verslaggever
vergist zich; de voorzitter vroeg nie t of er
bezwaren bestonden tegen het rooken; hij
deelde eenvoudig mee zonder zelts offi
cieus mijn mcening te hebben gevraagd
dat hij de heeren verzocht niet' tc rooken. Ik
vond geen aanleiding mij tegen dit verzoek
le verzetten. Mevrouw Dietrich deed dit wel,
vond rooken zelfs aangenaam. Nu was ook
aan mij de plicht to antwoorden.
„Een onschuldig genoegen," noemt uw ver
slaggever rooken. Zeker ,ik behoor niet tot
de fanatieken, die rooken van volwassen
menschen als zoodanig vervolgen. Maar
alles hangt af van de omstandigheden, niet
waar?
Nu is onze Raadzaal op '1 kantje af groot
genoeg om zijn leden, beambten, pers te
borgen daarbij komt soms een publieke tri
bune, die het aantal menschen in do zaal
verdubbelt. Ventilatie van buiten is er niet;
'dubbele ramen sluiten die afde clectrischc
molor mag wegens „tocht" weer niet dan
wel draaien. Wanneer nu in die ruiinto een
dertigtal heeren een drie a vier uur rooken,
is de "atmosfeer voor eenigszins tcere longen,
absoluut onhoudbaar. Wie zich hiervan wil
overtuigen kome zoo'n avond legen tien uur
de zaal maar eens binncnl
En daarom heb ik geen verbod willen doen
opleggen, ik zou dat in mijn centje niet graag
dragen, maar heb ik op gematigdheid in
tempo en duur aangedrongen. Is dat nu
zoo'n groolo opoffering? In kerken, schouw
burgen, concerten, leeszalen, trams enz. enz.
wordt ze immers altijd, cn volkomen, vol
bracht? „Mag één persoon dat genoegen tem
peren vraagt 't verslag omdat het' een
dame is?
Ilct antwoord worde niet door mij gege
ven. Ik stel alleen het geval zóóals het is.
W. VAN ITALLIE—VAN EMBDEN.
(Inderdaad geeft mevr. v. Ilallie de juiste
wedergave van den gang van zaken, maar
practiseh gesproken is het met onze weder
gave slechts een klein nuanceeringsverschil,
waaraan mevr. zelt trouwens aan het slot
zich schuldig maakt door niet precies juist
te citcercn. Maar noch het een, noch het an
der is van beteekenis en raakt de kern der
zaak. Deze is het al of niet rooken cn het
dóet ons genoegen, dat mevr. ons reeds hal
verwege tegmemoet treedt. Maar wij houden
in dezen vast aan het volle pond De ge
woonte was: 's avonds rooken, toen er nog
alleen heeren in den Raad waren. Die ge
woonte bleef eenige jaren, toen er dames
kwamen. En nu opeens, zacht gesproken,
een pogeivom daaraan te tornen. Wij voor
ons betreuren het komen van dames in den
Raad niet, gelijk recht voor allen, maar dan
ook niet ineor recht voor de dames, die
vreemd zouden opzien, wanneer er aanmer
king werd gemaakt op haken of breien of op
parfum of iels dergelijks, in algemeenen zin
gesproken. Op details b.v. dat elders behou
dens één dag in do weck in de schouwbur
gen wel mag vrtirden gerookt cn dat de
avondziltingen op 3 uur zijn te stellen, gaan
wc maar niet verder in.
SCHRIJVER „UIT DE RAADZAAL",
Helden der Zee,
L. S. 1
Luitele maanden zijn voorbijgegaan, sinds
wij bijeen kwamen met het doel om een
nationaal fonds le stichten ter verzorging
van onza dappere, nooit genoeg te wur.rdei»
ren. soeve zeehelden.
Zij, die zo» moedig worstelen door dn
zware, alles vernietigende branding om
schipbreukelingen, den dood voor oogen, het
heerlijke, lieve leven weer te geven zij, din
duizenden Vaders cn Moeders voor hun ge
zin spaarden, zij zijn zclven op hun ouden
dag aan armoede cn ellende overgegeven.
In hun lage, sombere huisjes in dc achter»
buurten dor zeeplaatsen sleepea zij, onver-,
zorgd en verlaten hun armoedig bestaan
voort.
En toch zullen onze kinds-kinderen over;
hun heldendaden vol trots cn bewondering
spreken.
Maar gij, Nederlanders van heden, gij die
iederen dag van hun stoutmoedige daden
hoort verhalen, wat zult gij doen....
Aan deri lot van het nageslacht hebben
or.zo dappere Helden der Zee niols 1 Wan
neer zij op het kerkhof liggen hekben zij
niets meer aan Uw hulde dan komt gij le.
laaf.
Neen. nu dadelijk moei het huidige ge
slacht bewijzen, dat het de daden van onze
zeehelden weet le eeren.
Thans verkeeren 250 oude mensclienred-
ders van moer dan GO jaren in werkelijk
groolen nood. Hun borsl versierd met blin
kende medailles, en toch.... hun levens
avond is in-droevig.
Er is een Ilelden-der-Zce-fonds (Dorus.
Rijkers-fonds) opgericht, goedgek. bij Kon,
Besluit van 17 Oct. 1923 No. 83, waarvan
de burgemeester van Helder eere-voorziller
is. Dit fonds heeft de sympathie verkregen
van allen, dio bekend zijn met hel redding-
wezen. Velen immers weten, dat de redding-
maatschappijen alleen kleine ondersteunin
gen kunnen geven, cn dan sleehls aan de.
oude schippers van reddingboolen EGO A
f 100 'sjaars\ aangezien het reddingmnte.
ritial te groote bedragen veroischt voor aan
koop cn onderhoud.
Nederlanders, ons bestuur doet een beroep;
op Uw goede hart, om de oude en arme red
ders* le willen gedenken. Met vrijmoedigheid
bevelen wij hen in uw lieldadigheidszin aan
en hopen, dat u niet afzijdig zult blijven eu
koud-onverschillig toezien, doch onzen ar
beid wilt steunen, opdat onze dappere zee
helden niel langor hun levensavond in kom
mer en zorg, in armoede en ellende behoe
ven door te brengen.
Giften worden gaarne in ontvangst ge
nomen door den penningmeester van het
Hoofdbestuur.
In de groolo dagbladen zal van de ont
vangen gitten verantwoording worden ge
daan.
Het Hoofdbestuur
IIENRI TER HALL, Rijswijk (Z.II.), voorz,
P. J, JAGEPi, Den Ifaag, secretaris.
LEVY GRUNWALD, Helder, lid,
II. J. P. EGNER, Helder, lid.
WILLY MULLENS, Den Haag, lid.
W. E. LA LAU, Brcewaterstraat 19, Holder,
penningmeester.
HAAGSCHC RECHTBANK. 1
Te verantwoorden hadden zich L. van H.,
21 jaar, los werkman, J. J. v. R.. 21 jaar,
timmerman, J. C. Pel, 20 jaar, schilder, alle
drie uit L e i d e n, recidivisten en gedetineerd
wegens diefstal in verceniging van verschil
lende goederen uit een pand aan de Groene-
steeg. O.a. werden ontvreemd flcsschcn port,
eenige worsten, cigarclfcn, enz. Van de port
zijn de bekl. dronken geworden. De laalstge-
noemdo bekl. zou zich tegen den deur van.
het pand hebben laten aanvallen, tengevolge
waarvan de deur opensprong.
Eisch tegen ieder der bekl. 9 maanden ge
vangenisstraf.
Dc raadsman der bekl., rur. Van Roy,
meende, dat hetgeen deze bekl. gedaan bob
ben als baldadigheid moet worden be
schouwd. Hij drong daarom op clementie
aan.
Yoorls is geëisclit tegen C. II. de W„ 32
jaar, los werkman le L e i d e n, wegens diel-
slal van een rijwiel op 13 Nov. uit een ver
gaderlokaal aldaar, 3 maanden gevangenis
straf. -
Door DOUGLAS VALENTINE.
Schrijver van „De man met den Klompvoet".
Geautoriseerde vertaling van W. E. P.
(Nadruk verboden).
57)
Vaslberaucn hield Desmond het hoold af
gewend. Allerlei dwaze gedachten vlogen
hem door het hoofd; gedeelten van kinder
versjes, looneelcn uit zijn diensttijd in In die,
herinneringen aan het front, die hij zich met
alle geweld voor den geest haalde, om zijn
aandacht af le leiden van die meedoogen-
looze oogen, die als twee "zoeklichten op zijn
gelaat gericht waren.
Bellward kon gemakkelijk Desmond bij
do kin hebben genomen en zijn hoofd in de
hoogte hebben geduwd totdat Desmonds
oogen op gelijke hoogte met de zijne waren.
Maar hij deed niets met geweid. Hij bleef in
knielende houding zitten, het gezicht naar
voran, ziO stil, daL Desmond gekweld werd
door het verlangen heel even te kijken om
w-at de hypnotiseur uitvoerde.
I-tij weerstond de verzoeking. Hij moest
zijn oogon gesloten houden, hield hij zich-'
Zelf voor. Maar het verlangen werd grooter,
versterkt door de aantrekkingskracht, die
*T' Be!.ward uitging, en ten slotte bezweek
Rosmond. Ifij opende zijn oogen, om even
een biik op Bellward le werpen, en zag. dat
de ander hem met starende wijdgeopende
ocger, aankeek. En Desmond voelde, dat zijn
weerstandsvermogen mmdoT werd. Hij
trachtte zijn ijlik af te .wenden; maar hei
was tc laat. Die slangenoogen hielden hem
vast.
Met iedere gedachte van zijn geest vocht
hij tegen den invloed, die langzaam, met
onweerstaanbaar kracht zijn brein over
meesterde. Hij lachte, hij schmeuwdc uitda
gend tegen Bellward en Slrangwiso, hij zong
brokstukken van liedjes. Maar Bellward
vertrok geen spier. Ilij scheen in een soort
trance te zijn; zoo bewegingloos was zijn
lichaam, zoo strak was zijn blik.
De lichten in de kamer schenen te ver
flauwen. Beliwards oog°n gloeiden in bet
zachtroode schijnsel van de kamer. Des-
mond voelde een verlangen naar een hevi-
gen schok die de vreesebjke slilte van hel
huis zou verstoren. Zijn eigen slem klonk
hem dof en gedempt in de ooren. Wat had
het voor nut nog langer te worsteten? Hij
kon het evengoed opgeven
Een luid gekraak, en de smak van een
deur klonk door het huis. De kamer dreun
de. liet lawaai bracht Desmond weer tot be
wustzijn en op heizelfde oogenblik brak de
keten, die hem aan Bellward bond. Want
Bellward 9prong op en hief het hoofd op,
Strangwise vloog naar de deur. Toen hoorde
Desmond .dat do deur opengesmeten werd,
er klonk con luide knal, gevolgd door een
tweeden, en Bellward plofte voorover op
zijn knieën met een doffen snik. Daar Des-
mond met zijn rug naar de deur gekeerd zat,
kon hij niel3 zien van wat er gebeurde,
maar er moest een hevig gevecht zijn, want
hij hoorde het vallen van glas en van een
meubelstuk, dat omvergeworpen werd.
Toen, plotseling, scheen de kamer Yol
menschen. De touwen, waarmee zijn han
den en voeten gebonden waren, vielen op
den grond, „Buzzer" Barling slond naast
hem.
HOOFDSTUK XXX.
De Hohcnlmilen-looperaaf.
Een man drong snel naar voren uit de
menigte menschen, die nu de kamer binnen
kwam. Hei was Francis. De chef en Mari
gold volgden hem op den voet.
„Des", riep Francis, „o, hij leeft nog!"
Desmond keek beteuterd van den een
naar den ander. De snelle overgang van de
stilte van de kamer naar het tooneel van
verwarring om hem heen, bracht hem in
verbijstering. Zijn blik dwaalde van de ge
zichten der mannen, die rondom zijn stoei
stonden, naar den grond, Het gezicht van
Bellward, die daar stil lag in de gekromde
houding met zijn gelaat legen het dikke,
zwarte karpet, scheen iels in zijn herinne
ring wakker te roepen.
„Barbaral" mompelde hij met moeite.
„Die maakt het bestl" antwoordde zijn
broer, „we vonden haar op een bed in een
van de benedenkamers gerust in slaap. Maar
die vrouw is ondertusschen verdwenen. Ik
vrees, dat zij ontsnapt isl Maar wie is dit?"
Hij wees op kanonnier BarLing, die stok
stijf op wacht stond naast Desmonds sloel.
„Zeg eens. wie ben je. vriend?" herhaal
de Marigold, naar den soldaat toegaand.
„Vraag hem", zei Desmond, zijn arm op
heffend, „hij weet alles I"
De groep bij de deur was uit elkaar ge
gaan. Strangwise stond daar met geboeide
polsen, verwarde, haren en gescheurden
kraag, lusschen twee detectives in. Desmond
wees naar hem.
Strangwise staarde naar de rcclilc, vier
kante gestalte van den kanonnier, die met
een oud pak van Desmond uitgedost was.
Barlings open, eerlijke oogen beantwoord
den dien blik vrijmoedig. Maar Strangwise
deinsde blijkbaar terug, hoewel maar voor
een oogenblik. De blos, die hem naar de
wangen steeg, verdween weldra, en hij zog
er weer even koet en onaandoenlijk uit als
altijd.
Ken je dezen man?" vroeg dc chef ern
stig. zich tol Slrangwise wendend.
„Zeker", antwoordde Strangwise, „hel is
kanonnier Barling, oen van de sciners-
brigadcl"
Marigold keck snel naar den soldaat.
„Jij bent dus Barling?" mompelde bij,
alsof hij tegen zichzelf sprak; „kijk, dat
wordt interessantI"
„Ja", zei Desmond, „dit is kanonnier Bar
ling. Kijk hem maar eens goed aan, Strang
wise. Hij heeft deze heeren geroepen om
mij te hulp te komen. En hij zal hun vertel
len wie en wal je benll"
Zich lot don chef wendend, vroeg bij iet
wat formeel;
„Mag kanonnier Barling zijn verhaal ver
tellen, mijnheer?''
„Natuurlijk", antwoordde dc chef. „Ik ben
één en al oor. Maar laat eerst dezen kerel
weggebracht worden
En twee van zijn mannen wenkend, wees
hij op liet lichaam van Bellward.
„Is hij dood?" vroeg Desmond.
De chef schudde hel hoofd.
„Hij mikle op een van mijn mannen, toen
wij binnenkwamen", anfwoorddo hij, „cn
kreeg een kogel door de borst voor zijn
moeite. We zullen hem van dit schot moe
ien laten genezen, om hem klaar te maken
voor een tweede!"
Hij lachte om deze grap, oen korlen, grim
miger. lach.
„Nu, Barling", zei Desmond, toen Bell
ward weggedragen was, „ik wou, dat je
dezen heeren het verhaal deed van de Ho-
henlinden-loopgraat."
Barling keek zelfbewust om zioh hoen.
Maar do blik van gespannen, bijna zenuw
achtige oplettendheid op hel gezicht van
Maurice Strangwise scheen hem zekerheid
te geven. En toen hij sprak, richtte iiij zich
rechtstreeks tol hem.
I „Wel", zei hij, „majoor Ok-wood hier, die
ik kende vanwegeo» (lat mijn broer zijn op
passer was, zcgl. dal dc heeren het allemaal
voor mij in orrk. zullen maken, dat ik gede
serteerd hen, wanneer ik u vertel wat ik
weet van dezen officier. Dan wil ik het wel
vertellen en graag ook; want het kwam alle
maal door hem, dat ik m'n schoons straf
register van achttien jaar heb bedorven,
heeren.
„Toen we in de buurt van Arras waren,
een paar maanden geleden, zou de infan
terie een aanval doen, ziet u. En de kapi
tein hier werd uitgezonden, orn zieli tc voe
gen bij een linie achter het hoofdkwartier
van dc artillerie. Wel, en loon nam die mijn
en een andere kerel Macdonald heette
die, hij was korporaal van de artillerie
met 'm mee als seiners.
„Het was een aanval midd*n op d n dag.
ziet u heeren 1 Onze jongens gingen er
'e middags om vier uur op los. Ze moesten
naar een soort van uitstekenden bult in hel
Duitsche front gaan, de. Holienlindcn-loop-
graat noemden zij die, de DuitscheTs er uit
gooien, doorgaan tot zo hij de ondersteu
ningslinie kwamen, daar ook dc moffen uil-
smijten en dan terugkomen. De vuurpijl, die
hen waarschuwde om terug le gaan, moes!,
veertig minuten, nadat zij waren wegge
gaan, worden afgestoken.
- IWordt vervolgd'1