9e Onzichtbare Band. LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 29 Februari. Derde Blad. Anno 1924» JAN VAN HOUT. TWEEDE KAMER. het merk waam men INGEZONDEN. RECHTZAKEN. FEUILLETON. fto. 19623. Osze brave on talentvolle man (1642 1*38) «twiiJs Vau der Werlf voortgekomen uit de klein» Lerdscbe burgerij, was van hui» uil niet zoo'n vurig Calvinist als deze aanvankevijk was. Hij was eon man van ruime godsdienstige opvattingen, al was ook hij Calvinist. Hij is in 1562 secretaris der stad geworden, eerst in 1669 als „suspect" naar Emden gevlucht en ook in Mei ol Juni 1672 teruggekeerd. In het voorjaar van 1573 tot notaris benoemd, is hij kort daarna (Aug. 1573) weder in zijn secretaris ambt hersteld, dat bij tot zijn dood heelt waar genomen. Ui; was een voortreffelijk secretaris en bij liet afwisselen van do vier burgemees ters en het verloop van de vroedschaps leden, als blijvend hoofdambtenaar een man van groolen invloed. Krachtig medebestuur der der jonge Universiteit, waarvan bij de secretaris van Curatoren was. bekwaam ju rist. vurig vereerder van Oranje, hoogst er- Varen kenner der stedelijke rechten en vrij heden. nauwkeurig secretaris, notaris, ar chivaris, geschiedkundige, begaald met een uitnemend praklischen blik op do behoeften van de I.eidsche nijverheid, die hij krachtig voorstond en met beleid bevorderde, op de cischen van don nieuwen lijd. die hier was aangebroken, uitnemend Hollandsch dichter handig organisator van optochten en feeste lijkheden, heeft hij langs jaren na het be leg een voorname rol in onze stad gespeeld, de vraagbaak van allen, de vertrouwde raadgever van zeer velen, van de sladsre- geering in do eerste plaats Tijdens het beleg was hij een vurig voor stander van volhouden lot hot einde. Van der Does .wiens intieme vriend hij te mid den der gevaren geworden is, vermeldt zijn handige opmerking op den gedenkwaardi- gen 8sten September, den tweeden zwaren dag, waarvan wij in ons eerste artikel spra ken. toen hij, de secretaris, de aarzelende *n door elkander pratende leden van de vroedschap er met nadruk aan herinnerde, dal hij hunne gevoelen» en namen bij de stemming over de vraag van onderhandelen met den vijand zorgvuldig opleekonde Jolian van der Does prijst hem dan ook in zijn verzen uitbundig voor zijn beleid, zijn vurig vasthouden aan den Prins, zijn bui tengemeen krachtig aansporen tot stand vastigheid en volharding tegenover den Spanjaarl Wat dunkt U? Verdient hij niet de eero- plaats, die wij hom thans wenschen te geven? Hij was een der merkwaardigste mannen van zijn tijd. P. J. D. (Zitting van gisteren). Justifciebegrootlng. Voortgegaan wordt met de behandeling van Hoofdstuk IV (Ju.-t;tic5 der Staats- ^M'grooting voor 1924. V111 o Afdeeling. Rijkstucht en opvoedingswezen. De heer KLEER.EKOPER (S.D.) con stateert met genoegen dat in de Schove- nlngsche strafgevangenis het een cn ander is verbeterd als gevolg van de roededee- iingco, in Het Vaderland cn Het Volk. Hes gevolg daarvan is ook dat het verzet in die gevangenis zeer is verminderd. Is het felders ook zooveel verbeterd 1 Spr. somt eenige gevallen op, waaruit blijkt dat dit nog niet heb geval is. Spr. wenscht betere betaling voor het werk in do gevangenissen en betero voorwaarden bij den arbeid. De tellen zijn ongeschikt, voor het vervullen van veel soorten arbeid en maken het loven daarin zeer onhygiënisch. Voorts wenscht hij de prijzen in de gcvangenis-cantines te .verlagen. De heer VAN ZADELHOFF (S.D.) komt Op voor betero behandeling van do dienst weigeraars. Hij vraagt waaneer de dienst- welgeraarswet in werking zal treden on wie in de daarbij opgerichte commissie zullen zitting nemen. Dienstweigeraars zijn geen misdadigers 'en dus is het onredelijk orn hen als zooda nig te behandelen. De Minister heeft het systeem veranderd en dab verheugt spr. zeer. Hij wacht nu de werking der wet af. De heer VAN GIJN (V.B.) dringt er bij den Minister op aan dat hij zal trachten de ko?ten per gevangen o to verlagen. Zij zijn nu g>ateg?n tcfc f600 per hoofd. De versch-llonJo gevangenissen zijn zeer vor- soliillend in do ki»ten per hoofd en spr. vraagt of de Minister naar de oorzaken daarvan eon onderzoek wil instellen. Spr. wil do gevangenisbewaarders langor laten worken. Ton slotte vraagt hij meer uniforme toe passing van do wet op do voorwaardelijke veroordeeling. De Minister van Justitie, do heer HEEMSS KERK, zegt dat door den heer Kleereko- per belangrijke adviezen zijn ten besto ge geven, die niet alle voor vervulling vatbaar zijn, en stellig niet alle tegelijk, vooral als spr. don heer van Gijn te vriend wil hou den, die de kosten per gevangene wil ver lagen. In de wijze van samenstelling der regen ten-colleges zal spr. verandering overwe gen. Het systeem van coöptatie acht hij n.l. niet het beste. Verhooging van liet loon aan de gevan genen zal bezwaarlijk zijn, want het zou zeer duur zijn. De heer KLEEREKOPER (S.D.) vreest, dat men van de gelegenheid gebruik maakt om de particuliere gestichten te stcuuen en de staatsgestichton leeg te pompen. Do MINISTER zegt, dat do kwestie van de vrouw als kinderrechter niot zoo een voudig is als wordt voorgesteld. Ontslag bij huwelijk kan niet wegens onafzetbaar heid der rechters. Voor meer uniformiteit op do gestichten kan spr. moeilijk maatregelen nemen, men moet den gestichten vrijheid laten voor in- torne aangelegenheden. Dit geldt ook voor do waak-dienstcn. Portvrijdom voor de particuliere gestich ten acht spr. niet uitvoerbaar. Gevraagd is nog eenigo rijksgestichten op te heffen. Het duulste gesticht is altijd Leiden geweest en het ligt in do bedoeling, dat op te hoffen cn do verpleegden naar elders over te plaatsen, speciaal te Doetin- chem. Opheffing van do meisjesschool te Montfoort zal spr. overwegen. Overplaat sing naar particuliere gestichten is niet zoo gemakkelijk als men wei denkt. De Minis ter is op zuinigheid uit, maar hij kan de verpleegden niet willekeurig naar particu liere gestichten overbrengen. Dig particu- leire gestichten hebben altijd moeite om heb hoofd boven wator te houden cn het is dus te begrijpen, dat zij meer subsidie van den Staat vragen. Misschien is een uit weg to vinden door uitbreiding van de ge zinsverpleging. Do heer DEKKERS (R.K.) houdt eenige beschouwingen over do reclasseering. Hij deelt mede dat er regenten zijn die wei geren dat reclasseeringsambtcnaren ds godsdienstoefeningen in de gevangenis bij wonen. Spr. neemt aan dat dit alleen een dwaling is on hij noemt daarom den naam van die regenton niet. Hij vraagt hoe do Minister daarover denkt. Omtrent de regeling der subsidieering van het reclas3eeringsvraagstuk vraagt spr. na dere inlichtingen. De MINISTER zegt de kwestie van de nict-fcoelating van reclasseorings-ambtena- ren te zullen onderzoeken zoodra hij weet waar dit geval zich voordeed. Het hoofdstuk IV (Justitie) wordt goed gekeurd met 47 tegen 11 stemmen. Togen de söciaal-democraten. Kort verslag. Aan de orde is het voorstel tob opheffing van het Kort Verslag van do verga doringen der Kamer. De heer DUYS (S.D.) stelt prijs op het behoud van het verslag. Do vraag van de democratie heeft hiermede niet veel te ma ken. Hij stelt alleen do vraag of hot onont beerlijk is. Wat is onontbeerlijk Dat is niet uit to maken. Hij meent, dat het verslag in een behoef te van ons volk voorziet. Het aantal abon- rió's is gedaald van 27 duizend op 6000 in één jaar tijds. Do maatregelen tot betero exploitatie vonden tegenstand bij den di recteur. Het volslagen gemis aan beleid bij de Commissie is do oorzaak van alles. Vol gens spr. zijn dc kosten in 1922 40 duizend gulden geweest en niet 93 duizend gulden, gelijk beweerd wordt. Het beleid der com missie schijnt taboe te zijn. Behoorlijke in RECLAME. 6205 lichtingen krijgt men niet. De commissie hoeft in 10 jaar tijds één keor behoorlijk vergaderd met den directeur. Dat is geen behoorlijk beleid. Indische bladen vroegen meer exemplaren om bij him krant te ge ven maar de commissie wist daar niets van. Een particulier heeft een aanbod gedaan om het verslag veel goedkooper uit to geven. Heb opnemen van advertenties is ook weer afgewezen, zonder advies te vragen van den dirocteur. Als de Kamer een coinmissio be noemde, die zich voor het geval interesseer de, zou men wel verder komen. Spr. ziet een nut in dit vovslag en herhaaldelijk is dat gebleken. Het is noodig om den vol genden dag te kunnen debatteeren in de Kamer. Naar spr.'s oordeel wil meu het Verslag afschaffen met het oog op do fi nanciën. Als men die eens onder heb oog zag zou het wel mogelijk zijn de zaak te redden. In ieder geval komt het niet te pas om X April dc uitgavo stop te zetten. Ten slotto wijst hij er op, dat er perso neel bij dit Verslag tijdelijk is aangesteld met de toezegging, dat zij na één jaar vast zullen worden aangesteld. De heer SCHOKKING (C.H.) zou in het algemeen het Verslag willen behouden, maar de kosten zijn onevenredig hoog aan het aantal personen dat prijs stelt op dit Verslag. Spr. gaat na wat de commissie in den lcop dor tijden heeft gedaan om tot wijziging te gei aken. Het getal abonné's bleef dalen. Wel degelijk zijn de adviezen van den directeur steeds ingewonnen. Spr. wijst er op, dat na de aanbieding van Het Vaderland do Landsdrukkerij met een an dere berekening is gekomen. Spr. meont, dat de grieven tegen de commissie onbillijk zijn. Do heer RUTGERS (A.R.) vraagt of heb niet mogelijk is de ongecorrigeerde proeven van de Handelingen ter beschikking te stel len van d© leden. Het lijkt spr. dat daar tegen geen bezwaren zijn aan te voeren, tenzij de technischo en hij stelt voor een proef daarmede te ncmon. De heer DUYS (S.D.) stelt voor den da tum 1 April te wijzigen in 16 September. Do heer VAN RAPPARD (V.B vrnagt of het niet mogelijk was meer advertenties te krijgen. De heer SCHOKKING (C.H.) meent, dat het voorstel-Rutgcrs groot© bezwaren heeft. Do commissie wil echter de kosten er van onderzoeken. Morgen stemming. De vergadering wordt verdaagd tot heden één uur. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.) Copie van al ot niet geplaatste stukken wordt niet teruggegeven. Het rooken in de Raadzaal. Met een kort woord zou ik gaarne opko men tegen het verslag in uw blad over bo vengenoemd onderwerp. Uw verslaggever vergist zich; de voorzitter vroeg nie t of er bezwaren bestonden tegen het rooken; hij deelde eenvoudig mee zonder zelts offi cieus mijn mcening te hebben gevraagd dat hij de heeren verzocht niet' tc rooken. Ik vond geen aanleiding mij tegen dit verzoek le verzetten. Mevrouw Dietrich deed dit wel, vond rooken zelfs aangenaam. Nu was ook aan mij de plicht to antwoorden. „Een onschuldig genoegen," noemt uw ver slaggever rooken. Zeker ,ik behoor niet tot de fanatieken, die rooken van volwassen menschen als zoodanig vervolgen. Maar alles hangt af van de omstandigheden, niet waar? Nu is onze Raadzaal op '1 kantje af groot genoeg om zijn leden, beambten, pers te borgen daarbij komt soms een publieke tri bune, die het aantal menschen in do zaal verdubbelt. Ventilatie van buiten is er niet; 'dubbele ramen sluiten die afde clectrischc molor mag wegens „tocht" weer niet dan wel draaien. Wanneer nu in die ruiinto een dertigtal heeren een drie a vier uur rooken, is de "atmosfeer voor eenigszins tcere longen, absoluut onhoudbaar. Wie zich hiervan wil overtuigen kome zoo'n avond legen tien uur de zaal maar eens binncnl En daarom heb ik geen verbod willen doen opleggen, ik zou dat in mijn centje niet graag dragen, maar heb ik op gematigdheid in tempo en duur aangedrongen. Is dat nu zoo'n groolo opoffering? In kerken, schouw burgen, concerten, leeszalen, trams enz. enz. wordt ze immers altijd, cn volkomen, vol bracht? „Mag één persoon dat genoegen tem peren vraagt 't verslag omdat het' een dame is? Ilct antwoord worde niet door mij gege ven. Ik stel alleen het geval zóóals het is. W. VAN ITALLIE—VAN EMBDEN. (Inderdaad geeft mevr. v. Ilallie de juiste wedergave van den gang van zaken, maar practiseh gesproken is het met onze weder gave slechts een klein nuanceeringsverschil, waaraan mevr. zelt trouwens aan het slot zich schuldig maakt door niet precies juist te citcercn. Maar noch het een, noch het an der is van beteekenis en raakt de kern der zaak. Deze is het al of niet rooken cn het dóet ons genoegen, dat mevr. ons reeds hal verwege tegmemoet treedt. Maar wij houden in dezen vast aan het volle pond De ge woonte was: 's avonds rooken, toen er nog alleen heeren in den Raad waren. Die ge woonte bleef eenige jaren, toen er dames kwamen. En nu opeens, zacht gesproken, een pogeivom daaraan te tornen. Wij voor ons betreuren het komen van dames in den Raad niet, gelijk recht voor allen, maar dan ook niet ineor recht voor de dames, die vreemd zouden opzien, wanneer er aanmer king werd gemaakt op haken of breien of op parfum of iels dergelijks, in algemeenen zin gesproken. Op details b.v. dat elders behou dens één dag in do weck in de schouwbur gen wel mag vrtirden gerookt cn dat de avondziltingen op 3 uur zijn te stellen, gaan wc maar niet verder in. SCHRIJVER „UIT DE RAADZAAL", Helden der Zee, L. S. 1 Luitele maanden zijn voorbijgegaan, sinds wij bijeen kwamen met het doel om een nationaal fonds le stichten ter verzorging van onza dappere, nooit genoeg te wur.rdei» ren. soeve zeehelden. Zij, die zo» moedig worstelen door dn zware, alles vernietigende branding om schipbreukelingen, den dood voor oogen, het heerlijke, lieve leven weer te geven zij, din duizenden Vaders cn Moeders voor hun ge zin spaarden, zij zijn zclven op hun ouden dag aan armoede cn ellende overgegeven. In hun lage, sombere huisjes in dc achter» buurten dor zeeplaatsen sleepea zij, onver-, zorgd en verlaten hun armoedig bestaan voort. En toch zullen onze kinds-kinderen over; hun heldendaden vol trots cn bewondering spreken. Maar gij, Nederlanders van heden, gij die iederen dag van hun stoutmoedige daden hoort verhalen, wat zult gij doen.... Aan deri lot van het nageslacht hebben or.zo dappere Helden der Zee niols 1 Wan neer zij op het kerkhof liggen hekben zij niets meer aan Uw hulde dan komt gij le. laaf. Neen. nu dadelijk moei het huidige ge slacht bewijzen, dat het de daden van onze zeehelden weet le eeren. Thans verkeeren 250 oude mensclienred- ders van moer dan GO jaren in werkelijk groolen nood. Hun borsl versierd met blin kende medailles, en toch.... hun levens avond is in-droevig. Er is een Ilelden-der-Zce-fonds (Dorus. Rijkers-fonds) opgericht, goedgek. bij Kon, Besluit van 17 Oct. 1923 No. 83, waarvan de burgemeester van Helder eere-voorziller is. Dit fonds heeft de sympathie verkregen van allen, dio bekend zijn met hel redding- wezen. Velen immers weten, dat de redding- maatschappijen alleen kleine ondersteunin gen kunnen geven, cn dan sleehls aan de. oude schippers van reddingboolen EGO A f 100 'sjaars\ aangezien het reddingmnte. ritial te groote bedragen veroischt voor aan koop cn onderhoud. Nederlanders, ons bestuur doet een beroep; op Uw goede hart, om de oude en arme red ders* le willen gedenken. Met vrijmoedigheid bevelen wij hen in uw lieldadigheidszin aan en hopen, dat u niet afzijdig zult blijven eu koud-onverschillig toezien, doch onzen ar beid wilt steunen, opdat onze dappere zee helden niel langor hun levensavond in kom mer en zorg, in armoede en ellende behoe ven door te brengen. Giften worden gaarne in ontvangst ge nomen door den penningmeester van het Hoofdbestuur. In de groolo dagbladen zal van de ont vangen gitten verantwoording worden ge daan. Het Hoofdbestuur IIENRI TER HALL, Rijswijk (Z.II.), voorz, P. J, JAGEPi, Den Ifaag, secretaris. LEVY GRUNWALD, Helder, lid, II. J. P. EGNER, Helder, lid. WILLY MULLENS, Den Haag, lid. W. E. LA LAU, Brcewaterstraat 19, Holder, penningmeester. HAAGSCHC RECHTBANK. 1 Te verantwoorden hadden zich L. van H., 21 jaar, los werkman, J. J. v. R.. 21 jaar, timmerman, J. C. Pel, 20 jaar, schilder, alle drie uit L e i d e n, recidivisten en gedetineerd wegens diefstal in verceniging van verschil lende goederen uit een pand aan de Groene- steeg. O.a. werden ontvreemd flcsschcn port, eenige worsten, cigarclfcn, enz. Van de port zijn de bekl. dronken geworden. De laalstge- noemdo bekl. zou zich tegen den deur van. het pand hebben laten aanvallen, tengevolge waarvan de deur opensprong. Eisch tegen ieder der bekl. 9 maanden ge vangenisstraf. Dc raadsman der bekl., rur. Van Roy, meende, dat hetgeen deze bekl. gedaan bob ben als baldadigheid moet worden be schouwd. Hij drong daarom op clementie aan. Yoorls is geëisclit tegen C. II. de W„ 32 jaar, los werkman le L e i d e n, wegens diel- slal van een rijwiel op 13 Nov. uit een ver gaderlokaal aldaar, 3 maanden gevangenis straf. - Door DOUGLAS VALENTINE. Schrijver van „De man met den Klompvoet". Geautoriseerde vertaling van W. E. P. (Nadruk verboden). 57) Vaslberaucn hield Desmond het hoold af gewend. Allerlei dwaze gedachten vlogen hem door het hoofd; gedeelten van kinder versjes, looneelcn uit zijn diensttijd in In die, herinneringen aan het front, die hij zich met alle geweld voor den geest haalde, om zijn aandacht af le leiden van die meedoogen- looze oogen, die als twee "zoeklichten op zijn gelaat gericht waren. Bellward kon gemakkelijk Desmond bij do kin hebben genomen en zijn hoofd in de hoogte hebben geduwd totdat Desmonds oogen op gelijke hoogte met de zijne waren. Maar hij deed niets met geweid. Hij bleef in knielende houding zitten, het gezicht naar voran, ziO stil, daL Desmond gekweld werd door het verlangen heel even te kijken om w-at de hypnotiseur uitvoerde. I-tij weerstond de verzoeking. Hij moest zijn oogon gesloten houden, hield hij zich-' Zelf voor. Maar het verlangen werd grooter, versterkt door de aantrekkingskracht, die *T' Be!.ward uitging, en ten slotte bezweek Rosmond. Ifij opende zijn oogen, om even een biik op Bellward le werpen, en zag. dat de ander hem met starende wijdgeopende ocger, aankeek. En Desmond voelde, dat zijn weerstandsvermogen mmdoT werd. Hij trachtte zijn ijlik af te .wenden; maar hei was tc laat. Die slangenoogen hielden hem vast. Met iedere gedachte van zijn geest vocht hij tegen den invloed, die langzaam, met onweerstaanbaar kracht zijn brein over meesterde. Hij lachte, hij schmeuwdc uitda gend tegen Bellward en Slrangwiso, hij zong brokstukken van liedjes. Maar Bellward vertrok geen spier. Ilij scheen in een soort trance te zijn; zoo bewegingloos was zijn lichaam, zoo strak was zijn blik. De lichten in de kamer schenen te ver flauwen. Beliwards oog°n gloeiden in bet zachtroode schijnsel van de kamer. Des- mond voelde een verlangen naar een hevi- gen schok die de vreesebjke slilte van hel huis zou verstoren. Zijn eigen slem klonk hem dof en gedempt in de ooren. Wat had het voor nut nog langer te worsteten? Hij kon het evengoed opgeven Een luid gekraak, en de smak van een deur klonk door het huis. De kamer dreun de. liet lawaai bracht Desmond weer tot be wustzijn en op heizelfde oogenblik brak de keten, die hem aan Bellward bond. Want Bellward 9prong op en hief het hoofd op, Strangwise vloog naar de deur. Toen hoorde Desmond .dat do deur opengesmeten werd, er klonk con luide knal, gevolgd door een tweeden, en Bellward plofte voorover op zijn knieën met een doffen snik. Daar Des- mond met zijn rug naar de deur gekeerd zat, kon hij niel3 zien van wat er gebeurde, maar er moest een hevig gevecht zijn, want hij hoorde het vallen van glas en van een meubelstuk, dat omvergeworpen werd. Toen, plotseling, scheen de kamer Yol menschen. De touwen, waarmee zijn han den en voeten gebonden waren, vielen op den grond, „Buzzer" Barling slond naast hem. HOOFDSTUK XXX. De Hohcnlmilen-looperaaf. Een man drong snel naar voren uit de menigte menschen, die nu de kamer binnen kwam. Hei was Francis. De chef en Mari gold volgden hem op den voet. „Des", riep Francis, „o, hij leeft nog!" Desmond keek beteuterd van den een naar den ander. De snelle overgang van de stilte van de kamer naar het tooneel van verwarring om hem heen, bracht hem in verbijstering. Zijn blik dwaalde van de ge zichten der mannen, die rondom zijn stoei stonden, naar den grond, Het gezicht van Bellward, die daar stil lag in de gekromde houding met zijn gelaat legen het dikke, zwarte karpet, scheen iels in zijn herinne ring wakker te roepen. „Barbaral" mompelde hij met moeite. „Die maakt het bestl" antwoordde zijn broer, „we vonden haar op een bed in een van de benedenkamers gerust in slaap. Maar die vrouw is ondertusschen verdwenen. Ik vrees, dat zij ontsnapt isl Maar wie is dit?" Hij wees op kanonnier BarLing, die stok stijf op wacht stond naast Desmonds sloel. „Zeg eens. wie ben je. vriend?" herhaal de Marigold, naar den soldaat toegaand. „Vraag hem", zei Desmond, zijn arm op heffend, „hij weet alles I" De groep bij de deur was uit elkaar ge gaan. Strangwise stond daar met geboeide polsen, verwarde, haren en gescheurden kraag, lusschen twee detectives in. Desmond wees naar hem. Strangwise staarde naar de rcclilc, vier kante gestalte van den kanonnier, die met een oud pak van Desmond uitgedost was. Barlings open, eerlijke oogen beantwoord den dien blik vrijmoedig. Maar Strangwise deinsde blijkbaar terug, hoewel maar voor een oogenblik. De blos, die hem naar de wangen steeg, verdween weldra, en hij zog er weer even koet en onaandoenlijk uit als altijd. Ken je dezen man?" vroeg dc chef ern stig. zich tol Slrangwise wendend. „Zeker", antwoordde Strangwise, „hel is kanonnier Barling, oen van de sciners- brigadcl" Marigold keck snel naar den soldaat. „Jij bent dus Barling?" mompelde bij, alsof hij tegen zichzelf sprak; „kijk, dat wordt interessantI" „Ja", zei Desmond, „dit is kanonnier Bar ling. Kijk hem maar eens goed aan, Strang wise. Hij heeft deze heeren geroepen om mij te hulp te komen. En hij zal hun vertel len wie en wal je benll" Zich lot don chef wendend, vroeg bij iet wat formeel; „Mag kanonnier Barling zijn verhaal ver tellen, mijnheer?'' „Natuurlijk", antwoordde dc chef. „Ik ben één en al oor. Maar laat eerst dezen kerel weggebracht worden En twee van zijn mannen wenkend, wees hij op liet lichaam van Bellward. „Is hij dood?" vroeg Desmond. De chef schudde hel hoofd. „Hij mikle op een van mijn mannen, toen wij binnenkwamen", anfwoorddo hij, „cn kreeg een kogel door de borst voor zijn moeite. We zullen hem van dit schot moe ien laten genezen, om hem klaar te maken voor een tweede!" Hij lachte om deze grap, oen korlen, grim miger. lach. „Nu, Barling", zei Desmond, toen Bell ward weggedragen was, „ik wou, dat je dezen heeren het verhaal deed van de Ho- henlinden-loopgraat." Barling keek zelfbewust om zioh hoen. Maar do blik van gespannen, bijna zenuw achtige oplettendheid op hel gezicht van Maurice Strangwise scheen hem zekerheid te geven. En toen hij sprak, richtte iiij zich rechtstreeks tol hem. I „Wel", zei hij, „majoor Ok-wood hier, die ik kende vanwegeo» (lat mijn broer zijn op passer was, zcgl. dal dc heeren het allemaal voor mij in orrk. zullen maken, dat ik gede serteerd hen, wanneer ik u vertel wat ik weet van dezen officier. Dan wil ik het wel vertellen en graag ook; want het kwam alle maal door hem, dat ik m'n schoons straf register van achttien jaar heb bedorven, heeren. „Toen we in de buurt van Arras waren, een paar maanden geleden, zou de infan terie een aanval doen, ziet u. En de kapi tein hier werd uitgezonden, orn zieli tc voe gen bij een linie achter het hoofdkwartier van dc artillerie. Wel, en loon nam die mijn en een andere kerel Macdonald heette die, hij was korporaal van de artillerie met 'm mee als seiners. „Het was een aanval midd*n op d n dag. ziet u heeren 1 Onze jongens gingen er 'e middags om vier uur op los. Ze moesten naar een soort van uitstekenden bult in hel Duitsche front gaan, de. Holienlindcn-loop- graat noemden zij die, de DuitscheTs er uit gooien, doorgaan tot zo hij de ondersteu ningslinie kwamen, daar ook dc moffen uil- smijten en dan terugkomen. De vuurpijl, die hen waarschuwde om terug le gaan, moes!, veertig minuten, nadat zij waren wegge gaan, worden afgestoken. - IWordt vervolgd'1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 9