De Onzichtbare Hand.
No. 19623.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 27 Februari.
Tweede Blad. Anno 1924.
•y UIT DE RAADZAAL.
FEUILLETON.
TWEEDE KAMER.
RECLAME.
8133
Overlijden mevr. de Stoppelaar.
Hei Georganiseerd Overleg.
Het rooken in den Raad.
't Was wel een droeve gebeurtenis, die
tijdens de jongste raadszitting plaats vond,
ido plotselinge ongesteldheid van mevr. De
StoppelaaxZeeman, zoo spoedig gevolgd
door haar verscheiden. En wel een toevallig
samen-treffen met het feit, dat de voorzitter
nog eenigc welgekozen woorden wijdde aan
de nagedachtenis van den te vroeg ontsla
pen mr. v. d. Lip. Met haar is uit den Raad
heengegaan een sympathieke figuur, die nog
slechts een korte spanne tijds geroepen was
3e belangen onzer Sleutelstad te behartigen
kn daardoor nog weinig gelegenheid had ge
vonden om bijzonder op den voorgrond te
ilreden, hoewel haar slem-uitbrengen toch
reeds- eenige malen getuigde van frissche on
gebondenheid. Zij zal in aangename herin
nering blijven bij haar mede-leden.
Haar droef afscheid zij is als 't ware
in '1 harnas der Gemeentebelangen in het
Strijdperk gebleven viel wel in een agenda
Waarover de verwachting nog al pessimis
tisch nas. Hadden B. en W. zelf al niet een
(vervolgzitling op Dinsdagmiddag voorzien
't Is meegevallen, doch grootondeals tenge
volge van uitstel van behandeling van het
voorstel-Van Eek inzake dienstcommissies,
iht door de atwezigheid van den voorsteller
Wegens familie-omstandigheden. Eén punt
heeft den dag gevuld, de rest der agenda le
verde niet de minste aanleiding op tot opont
houd, uitgezonderd dan het voorstel tot bouw
Van een politie-posthuis aan den Ilooge-
flijndijk, hetgeen met grond en al een f 10 000
lal kosten, inderdaad een duur gevalletje
j koor zoo'n op zich zelf nuttige inrichting, die
ons daar echter wel op haar plaat9 lijkt en
een overgroote meerderheid vond in den
Haad. Overigens waren het hamer-punten,
tnaar daarom toch niet van belang ontbloot,
jvlijk b.v. de geldleening onder hypothecair
Verband van de 162 gemeente-woningen.
Het punt, dat middag en avond vulde, was
de kwestie van het Georganiseerd Overleg.
(Slechts een tweetal principieele kwesties
kwamen daarbij aan de orde, liet systeem
en de categorale vereenijingen. Verder be
trof het slechts de inrichting van het gekozen
systeem, dus dingen van het tweede plan.
Bij de principieele affaires is weer heel
Wat noodeloos gepraat. De voorstellers van
de amendementen op de voorstellen van B.
en W., de heeren Baart en Eikerbout, voor
wie» de heer Rosmalen optrad evenals de
betrokken weihouder, de heer Reimeringer,
treft daarbij geen schuld. Zij allen waren
kort en zakelijk, ieder van eigen slandpunt
tolt. Voor de zooveelste maal meenden even-
Wel diverse leden hun stem te moeten moli-
Ureeren. Ei* mankeert nog eens aan. dat allen
flaar eens toe overgaan 1 Op aandrang van
'flen Voorzitter werd althans heel weinig ge
repliceerd, wat een verbetering is.
Inzake het systeem stellen wij ons geheel
aan de zijde van B. en W. Overgaan tot hel
Amsterdamsche stelsel beteekent, hoe men
het draait en keert, een afstaan door den
Raad van zijn bevoegdheden en overdragen
'daarvan voor een deel aan belanghebbenden.
Daarmee is alles gezegd. Daartoe mag o.i.
liet Georganiseerd Overleg nie<t voeren. Het
moet en dan liefst zoo ruim en breed mo
gelijk opgevat blijven een adviseerend
lichaam, terwijl de beslissing is aan den
Raad, zonder eenige restrictie.
De heer v. Stralen bracht als argument
jroor het Amsterd. stelsel nog naar voren,
Öat z.i. daardoor de Raad minder voor poli
tieke kwesties zou komen te staan, iets, waar-
legen zoo vaak werd gefulmineerd, ook door
ons1. Inderdaad, het komen van de politiek
in den Gemeenteraad is door ons altijd be
schouwd als een groot euvel en dat doen wij
nog. Alleen hierover nog ditwil de heer
$r. Stralen de schoen aantrekken, door ons in
'i algemeen neergezet, het is ons wel, maar
yoor ons is dit bekleedingstuk toch ruimer
dan voor één partij
Het argument snijdt daarnevens o.i. geen
hout. Wij zouden vreezen, dat juic_t bij het
Amsterd. stelsel de politiek haar fune9ten in
vloed sterker zou doen gelden dan ooit om
bij de kiezers in het gevlei te komen.
Ook de uitsluiting der z g. categorale or
ganisaties lijkt ons geheel overbodig, daar
Door DOUGLAS VALENTINE.
Schrijver van „De man met den Klompvoet",
Geautoriseerde vertaling van W. E. P.
(Nadruk verbóden).
55)
„Mijn antwoord lieb jet" zei hij kortaf.
„Dan zul jij." zei Slrangwiso tot Bellward,
„na het eten je kracht eens beproeven op
dezen hardnekkigen dwaas. Maar we zullen
hom eerst naar boven brengen."
Hij stond vlak naast Desmond en bij de
laatste woorden vatte hij hem plotseling bij
de keel en duwde hem met geweld in den
stoel, waarin ook Barbara vastgebonden was
gcwcesL Tegenstribbelen gaf niets, cn Des-
mond moest toelaten, dat zo zijn armen en
voeten aan den stoel vastsnoerden. Toen
namen de beido mannen hem met stoel en
al op en droegen hem uit' de kamer naar de
derde verdieping. Daar brachlen ze hem
naar een donkere kamer, waar ze hem al
leen lieten, bij liet weggaan den sleutel in
hel slot omdraaiend.
HOOFDSTUK XXIX.
Punt en streep.
Langen lijd nadat de voetstappen van
Slrangwise en Bellward zich verwijderd
hadden, zat Desmond in gedachten verdiept
lusteloos voor zich uit te staren. Die gedach
ten waren niet van de vroolijkste. De sinis
tere atmosfeer van het huis drukte hem als
lood en mc.-.or hem nog meer somber.
zijn eigen toestand bekommerde hij
Zich niet. Dit was geen pure onzelfzuchtig
deze al van zeer weinig beteekenig zijn. En
bovendoen, waarom bet G. 0_. niet zoo breed
mogelijk opgevat?
Veel succeï hadden da voorstellers der
amendementen bij de principieele kwesties
niet. Zij werden met groole meerderheid
verworpen.
Bij de inrichting van het systeem werd
een amendement Baart over een vrije keuze
der raadsleden over do raadsverlegenwoor-
digers ter overwinning gevoerd, terwijl over
een ander amendement Baart(bijeenroe-
pingsrecht van het G. O.) de stemmen
staakten, zoodat daarover in eau volgende
zitting zal worden beslist. Overigens wer
den in het voorstel van B. en W. geen wij
zigingen aangebracht, die daarmee een be
langrijk stuk werk hebben binnen gekregen.
Een aanslag op de vrijheid der heeren, al
thans 's avonds, werd gepleegd door mevr.
v. Ilallie. Het was hier sinds jaar en dag ge
bruik. dat er 's avonds gerookt mocht wor
den. Toen de dames in den Raad kwamen,
werd haar gevraagd, of zij bezwaar had
den, maar dit bleek niet zoo ot zij hadden
den goeden smaak zich 1e schikken naar ge
woonte-recht. Na de laatste raadsverkiezing
waren er een paar andere dames bij geko
men en nu vroeg de voorzitter op instigatie
van den heer Knuttel, opnieuw of er bezwa
ren waren. De nieuwelinge mevr. Dietrich
Beide: allerminst mevr. De Stoppelaar
was reeds weggerukt uit den Raad mevr.
v. Itallie daarentegen bracht bedenkingen
in, deed een beroep op de ridderlijkheid der
heeren en wilde zelfs weggaan om 10 uur
om zoo de gelegenheid na dit uur tot rooken
te bieden. Maar hoe, wanneer er dan nog
belangrijke stemmingen plaats moeten heb
ben?
Het lijkt ons, dat veeleer oen beroep op
de ridderlijkheid van mevr. v. Itallie op zijn
plaats in, dis in haar eentje 31 heeren
(waarvan alleen een paar niet rookenden
als de heereu Knuttel en Sijlsma haar
steunden) een onschuldig genoegen wil ont
zeggen of althans temperen. Mag dat, omdat
het een dame is
Verzetten deed zij zioh tenslotte niet
meer.
(Zitting van gisteren)..
Justitie-begrooting.
Da lieer KLEEREKOPER (S. D.) b'etoogl
j dat in het bestaande justitieele stelsel niets
verandert. Alles blijft bij het vermolmde
stelsel en bij de bezuinigingen worden de
j beste dingen nog het meest getroffen. Op
I Veenhuizen is het meest bezuinigd en juist
I hierop li aid men liet minst moeten uilspa-
I Ten. Op gevangenissen, rijkstucht en opvoe
dingswezen, observatiehuizen, op het cen
traal college voor reclasseerings, wordt in
totaal twee millioen bezuinigd. Bezuiniging
op reclasseering is bezuiniging op het appa
raat dat zelf bezuinigingen beoogt.
Hoe staat het met de mogelijkheid vam
l de vrouwelijke rechter? Gaarne vernam
I spr. dit.
De behandeling van de zaak van Staal en
de politie te Gouda door den Min., keurt
spr. ten zeerste af. Staal is ten slotte vrij
gesproken en dus is er geen vermoeden van
quaerulantie als spr. op deze zaak terug
komt. Staal is door de rechtbank tot vier
maanden veroordeeld. Spr. herhaalt de ge
schiedenis van dit gausche geval, ook van
de politie-klerk, die eervol ontslag in plaats
van gewoon ontslag zou krijgen als hij
wilde verklaren dat de politie-inspecteur
niet beschonken was geweest. Spr. betreurt
het dat de Minister dit geval vergoelijkend
heeft behandeld.
De heer OUD (V.-D.) vraagt den Minister
voortgang te maken met de regeling der
rechtspositie van de ambtenaren. In het
particulier bedrijf is men bozig allerlei re
gelingen te treffen, door onderling overleg
verkregen, en onder bescherming van de
overheid te stellen. Iets dergelijks wensohl
spr. ook voor de ambtenaren.
De heer VAN RAVESTEYN (C. Ft.) acht
de Justitie een duur paard op stal. De in
richting is geheel en al verouderd. Spr. wijst
bijv. op de actie legen De Spelbreker, waar
van men niets meer hoort. Groote dossiers
werden opgemaakt en veel geld is er ver
heid; het was gewoon een voorbeeld lioc de
kracht van de tucht een man er aan kan
wennen de zaak, waarvoor hij staat, als al
les en zicliaatf als niets te rekenen. En Des-
mond had de afschuwelijke overtuiging voor
oogen, dat nu al zijn middelen uitgeput wa
ren cn dat niets de schandelijke mislukking
van zijn opdracht meer kon goedmaken.
Hij had Barbara Mackwayte opgeofferd;
hij had Nur-el-Din prijsgegeven; hij was
zelfs niet eens handig genoeg geweest zijn
eigen corpus te redden. En Strangwise, een
spion en moordenaar, was ontsnapt en was
nu vrij, om zijn bende te reorganiseeren, na
dat hij Barbara en Desmond uit den weg had
geruimd.
Die gedachte was zóó ondraaglijk, dat zij
Desmond weer tot handelen bracht Strang
wise zou hem niet do baas worden, besloot'
hij, cn hij had slechts dit korte oogenblik
van alleen-zijn, waarin hij een plan kon uit
denken om Barbara te hulp te komen en do
gevangenneming van Strangwise en zijn
twee medeplichtigen te verzekeren. Maar
hoe?
Hij hief liet hoofd op en keek de kamer
rond. De gordijnen waren niet dicht getrok
ken en er viel genoeg lichLnaar binnen, om
hem in staat te stellen de omtrekken van de
meubelen te onderscheiden. Het was een
slaapkamer, in tamelijk massieven stijl. Er
lag een dik, zacht karpet, waar elke voet
stap diep inzonk.
Desmond probeerde de touwen, waarmede
hij gebonden was. Hij was heel handig vast
gebonden. Hij dacht, dat hij met een beetje
peuteren het touw rond zijn rechterarm wel
los zou kunnen krijgen, want een plooi van
zijn jas was tusschen een van de knoopen
geraakt. Maar de touwen om zijn linkerarm
en zijn beide beenen zaten zóó stijf, dat hij
knoeid vopr niet*. Papier, tijd en geld wor
den verspild en het is dikwijls ridicuul. In
strijd met de rechtsbeginselen en rechtsbe
grippen van het overgroote deel der bevoli
king acht het de antirevolutionaire rechts
opvattingen van dezen Minister.
Bij het regeeringsjubileum van de Ko
ningin is een te schriele toepassing van het
recht van gratie gegeven. Spr. had het wil
len toepassen op de dienstweigeraars en de
zg. bommenwerpers in Den Haag.
De houding der Regeering tegenover de
fascistische organisaties acht spr. onwettig.
Deze organisaties kregen nooit persoonlijk
heid.
Mevr. BAKKER-NORT (V. D.) vraagt hoe
het staat met de herziening van ons huwe
lijksrecht?
Zij vraagt voorts den Minister eens nota
ie neanen van de industrieels werken in
dienst der gevangenen, gelijk dio in Zwit
serland zijn tot stand gebracht. Voorts ver
zocht zij niet zoo te besnoeien op de sub
sidies voor verwaarloosde kinderen.
Ten slotte vraagt zij een betere publicatie
bij onder curateelc-stelting.
De heer J. TER LAAN (S. D.) wil in le-
genstellen met den lieer Oud voor de
reohlspositie der ambtenaren vasthouden
aan de reeds voorgedragen wettelijke rege
ling.
Ten aanzien van de Onteigeningswet
dringt spr. op verruiming van de bepalin
gen aan en versnel ting van de procedure.
Hij wijst op Rotterdam, waar de («rage in
diening van het aangevraagde wetsontwerp
tot erkenning van het algemeen nut, groote
nadeelen ten gevolge heeft gehad. Onder
linge overeenkomst met „De Nationale"
mislukte en nu gaait deze maatschappij haar
nieuwe gebouw opridhten op de terreinen
die onteigend zullen wurdon. Spr. vraagt de
Onteigeningswet zóó te wijzigen dat. van het
oogenblik dat oen gemeenteraad besluit
grond te onteigenen, geen wijziging in den
opstel mag worden gebracht.
Spr. heeft eenige klachten over de toepas
sing der Loterijwet. Hij vindt het belache
lijk, dat men koekverlolingen op kermissen
niet toelaat. Een vereeniging is veroordeeld,
omdat zij een verloting hield voor het ver
krijgen van een vaandel. Dergelijk© verbods
bepalingen zijn plagerijen en daarvoor is de
Loterijwet niet in bet leven geroepen. Hij
vraagt den Minister deze zaak eens te over
wegen. De Tijdgeest, Lotisico e.d. blijven
rustig bestaan zij zijn toegelaten of niet,
maar laat men dat nu eens uitzoeken en op
houden met telkens en telkens eens een
greep te doen
De hoer DUYS (S. D.) komt nog nader op
do zaak-Staal terug, die door den Minister
wordt goedgepraat. Iïij betreurt het, dat de
Minister fouten van de rechterlijke macht
tracht goed te praten. Daardoor schaadt hij
het prestige van die macht. Spr. gaat de ver
klaring van'den commissaris van politie (e
Gouda na. Deze man heeft eerst verklaard,
dat van een schriftelijke verklaring van den
klerk Baas geen sprake was geweest en later
heeft <Be man verklaard, dat deze schrifte
lijke verklaring noodig was tegen in omloop
zijnde praaAjes. Spr. begrijpt niet, dat de
Minister zulk een houding goedpraat.
Medegedeeld is, dat do Iderk verklaarde,
het drinken van den inspecteur geleerd te
hebben. Het O. M. heeft geen woord van af
keuring over do houding van den commis
saris van politie geuit. De Minister ontwijkt
met opzet het debat en spr. vraagt den Mi
nister nu eens onomwonden zijn meening te
zeggen over deze houding.
De heer VAN SCHAIK (R.-K.) zegt, dat er
vele rechtmatige verlangens op justitieel ge
bied bestaan en hij betreurt het, dat te veel
urgente herzieningen te lang uitblijven, o.a.
die van de burgerlijke rechtsvordering.
Bezuinigingen wil spr. o.a. zoeken in be
sparing op de forme de werkzaamheden bij
de rechtscolleges en verruiming van de com
petentie der kantonrechters, waardoor werk
aan de rechtbanken wordt onttrokken.
Herziening van ons strafstelsel acht spr.
pok zeer noodig.
De heer BEUMER (A.-R.) vraagt of riet le
veel punten aan de commissie-Lansberg wor
den opgedragen. Hij begrijpt, dat de Minister
geen nieuwe wetten, die geld kosten, wil
uitvoeren en dat hij over alle wijzigingen
advies wensclit. Het fe&at echter niet aan al
les op deze commissie af te schuiven.
Bij den heer Van Rappard sluit spr. zich
niet geloofde ze met eenige mogelijkheid los
te kunnen krijgen, zelfs al zou hij zijn rech
terhand vrij hebben; want de knoopen wa
ren achter aan den stoel vastgemaakt, zóó,
dat hij er niet bij kon.
Hij moest zichzelf dus beperken tot bewe
gingen, die hij kon uitvoeren in de belache
lijke positie, waarin hij zat, dat wil zeggen
met een grooten armstoel aan zich vast, on
geveer zooals een slak met zijn huis op den
rug. Na wat heen en weer manoeuvreeren
ontdekte hij, dat hij door langzaam heen en
weer krabbelen over den grond kon bewe
gen. Op een parketvloer zou het een la
waaiige bezigheid zijn geweest; maar Des-
mond bewoog zich niet verder dan 3 of -4
decimeter tegelijk en het dikke karpet
dempte het geluid.
Zij hadden hem met zijn stoel neergezet
in het midden van de kamer vlak bij het
groote ledikant. Na tien minuten moeizaam
krabbelen had hij de toilettafel bereikt, die
voor het raam stond; aan beide zijden van
den spiegel waren twee electrische kande
laars. Hij schoof do tafel op zij, en bonsde
toen langzaam, maar zeker over het karpet
totdat hij het raam bereikt had. En toen
slaakte hij bijna een kreet van verbazing.
Want hij keek recht in het raam van zijn
eigen slaapkamer bij mevrouw Viljohn
Smybhe. Er was geen vergissing mogelijk.
Het electrische licht brandde en de gordij
nen. Toen herinnerde hij zich hoe eterk de
(helling van den heuvel glooide. Hij moest in
de kamer zijn, waar hij Bellward uit het
raam had zien kijken.
Het gezicht van die keurige slaapkamer
vlak tegenover hem deed Desmond vreemd
aan. Nu eerst scheen het tot hem door te
dringen in welk een eigenaardige positie hij
zidh bevond, een gevangene in een zeer
aan wat betreft de verruiming der geldboe
ten.
Spr. wensclit krachtige maatregelen ter
bescherming van hen, die gevaar loopen ge
molesteerd te worden, wanneer zij getuigenis
van de waarheid voor de rechtbank hebben
afgelegd. Vrees voor dergelijke molestatie
mag niet bestaan, opdat het recht geen moei
lijkheid zal ondervinden bij getuigenverhoor.
Voor de grenspolitie acht spr. uitbreiding
noodig, nu gebleken is, dat aan 'de gren9 vele
verdachte individuen rondzwerven.
De toepassing van het recht van gratie,
Verleden jaar gegeven, ach spr. niet geheel
juist. Het recht is hier als een soort gunst
betoon gegeven en dat is niet de goede om
vatting.
Ten slotte vraagt spr. de kwestie der adop
tie te regelen, die van belang kan worden
nu zoovele vreemde kinderen hier te lande
vertoeven.
De heer VAN SASSE VAN YSSELT
(R.-K.) betreurt het, dal zooveel op dit hoofd
stuk wordt bezuinigd, vooral op de subsi
dies. Het kan echter helaas niet anders.
Inmiddels kunnen thans vele wetten wor
den herzien. Spr. wijst op de wet op de
naamtooze vennootschappen, die z.i. al zeer
verouderd is en vele leemten heeft.
De heer SCHEURER (A.-R.) vraagt de
verklaring, dat geen regeringsvertegenwoor
diger -bij crematies zal komen.
Avondvergadering.
EsjjiGoting Waterstaat.
Bij de algemeene beschouwingen deelt de
VOORZITTER mede, dat de Minister alsnog
een nola van wijziging heeft ingediend.
Do heer BONGAERTS (R.-K.) maakt be
zwaar tegen dc late indiening van deze nota.
MINISTER VAN SWAAY heeft deze nota
Ingediend in het belang van de uitvoering
van verschillende werken.
De algemeene beschouwingen worden ge
sloten.
Bij art. 3 (tractementen van den secreta
ris-generaal en verdere ambtenaren, verlof-
tractementen cn toelagen f 4-LL000) licht de
heer OUD (V.-D.) een amendement toe, om
dit artikel met f 1 te verminderen. De bedoe
ling van dit amendement is uit te spreken,
dat vooralsnog niet behoort le worden over
gegaan lot de bevordering van een referen
daris tot administrateur, welke in het voor
nemen der regeering ligt. Z.i. moet de toe
kenning van den rang van administrateur
in het algemeen uilzondering zijn. Zooals do
toestand nu is, hebben we niet de referenda
rissen, zooals dit bij een behoorlijke organi
satie behoort te zijn, als lioofd der afdeelin-
gen, maar referendarissen als ondergeschik
ten. Waar binnen zeer afzienbaren tijd heit
rapport van de Bezuinigingscommissie over
hc-t Departement van Waterstaat den Minis
ter zal bereiken, verzocht spr. dien thans
geen incidenteele beslissing en het amende
ment over 1e nemen. Bovendien geldt het
hier een beslissing van zeer verre strekking,
omdat ook het Hoofdbestuur voornemens is
tot dergelijke verhoogingen over te gaan.
De MINISTER zegt onder de huidige om
standigheden verplicht te zijn zooveel moge
lijk te bezuinigen. Dit geschiedt ook ten aan
zien van het personeel bij Waterstaat en
spr. geeft de stellige verzekering, dat vaca
tures niet zullen worden aangevuld.
De bedoeling is voor de bevordering aan
te wijzen een ambtenaar van de afdeeling
Comptabiliteit. Deze kwestie is reeds vorig
jaar in den Ministerraad behandeld. Behou
dens den Minister van Financiën ging deze
met het worstel accoord.
Bij nader overleg kan ook de minister
van Financiën zich met do bevordering ver-
eenigen, mits ze een jaar werd uitgesteld.
Daarom meende spr. thans veilig met dit
respectabel huis In een van de voorsleden,
in een zeer respectabel gedeelte van Lon- j
den, en die door een gewélddadigen dood
werd bedreigd.
Hij zou niet toegeven zonder vechten. Dc
veiligheid staarde hem als het ware in hot
gezicht en was slechts door een vijftigtal
meters gras en struiken en een muur van
hem gescheiden. Onwillekeurig greep hij de
armleuningen van den stoel om zich op te
heffen ten cindo beter uit het raam te kun
nen zien. Hij dacht eT niet aan, dat hij
vastgebonden was, maar de touwen dron
gen hem pijnlijk in de armen en brachten
hem gauw in zijn vorige houding terug.
Hij probeerde nog eens de touwen om zijn
rechter-arm. Jal Ze waren ongetwijfeld los
ser dan de andere. Hij trok en rukte en
snorde cn peuterde. Eens bij al dit gewor
stel smakte hij tegen de toilettafel en het
scheelde niet veel of hij had een van c(e
electrische kandelaars vermorzeld, die van
den houder viel en als door een wonder nog
juist op den rand van de tafel bleef liggen
en niet op den grond terecht kwam. Iïij
hervatte zijn pogingen, maar met minder
geweld. Het was tevergeefs. Hoewel de tou
wen om zijn rechterarm vrij los waren, was
zijn pols stevig aan den stoel gebonden, cn
wat hij ook deed, hij kon dien niet vrij krij
gen. Hij klauwde wanhopig met zijn vin
gers en duim, maar alles tevergeefs.
Terwijl hij zoo aan hot worstelen was,
werd zijn aandacht getrokken door gefluit.
Op een afstand was iemand, die oen vroo-
lijk deuntje floot, zuiver cn muzikaal, een
soort huppelend danswijsje, dat Desmond
bekend in de oore® klonk. Het deed hem op
de een of andere manier aan het front den
ken. Het gaf hem een vage herinnering aan
wakker-worder in de vroege morgen
voorstel to kunnen komen, doch daar h\j
tioh het standpunt van de Bezuiniging®*
commissie volkomen kan indenken on baan
rapport spoedig bekoud zal worden is hij
bereid van de bevordering voorloopig geen.
gebruik te maken en dcsgcwenscht nog
overleg to plegen met den Ministerraad.
De heer OUD handhaaft het amende
ment omdat hot eon principieel© kwestie
geldt, doch wil het wel intrekken alg do
minister toezegt de bevorderingkwestio bij
suppletoir© beg rooting aan hot oordeel der
Kamer to zullen onderwerpen.
Do MINISTER zegt dit toe, maar vraagt
of dexelfdo tactiek ten opzichte van allo
departementen za] worden gevolgd.
De heer OUD antwoordt bevestigend.
De hoer DRESSELHUYS (V. B.) zal zioh'
alle vrijheid voorbehouden om over elk ge-
val afzonderlijk te oordcelen.
Do heer OUD trekt zijn amendement in.
Bij d© algemeene beschouwingen over do
lie afdeeling (Waterstag) vraagt de heer
KRIJGER (C.-H.) of het den minister be-
kond is, hoo in do leidende kringen van
den Rijkswaterstaat over de reorganisatie
gedacht wordt en of het juist is, dat bot
onderzoek, dat hiernaar is ingesteld, be
perkt is tot oen betrekkelijk klein aantal
hoofdambtenaren.
Hij acht do instelling van do commissi®
voor die reorganisatie» va® don Rijkswater
staat d© verwezenlijking van een bijzonder
gelukkig© gedachte en heeft haar mot gro«i-
fce ingenomenhoid begroet. Ook de 6amen»
stelling der commissie heeft hem ten volla'
voldaan, te moer waar eenige vertegen
woordigers van groote particuliere be
drijven daarin zijn opgenomen.
Wat de reorganisatie zelf betreft, dringó'
hij aan op een betere speoialise-ering vuu
den dienst. Do territoriale indeeling leidt
tot ongewcnschto toestanden cn tot een
noodeloozen omslaobtigen gang ran zaken.
Op dit terrein kan juist in het bijzonder
worden bezuinigd.
Spr. wenscht indeeling naar den aard deff
objecten met eon soort van Waterstaats-
raad, in te stellen, waarin verschillende
hoofdambtenaren^ worden opgenomen en
welke raad den minister steeds van advies
kan dienen. Voort3 zal een dergelijke raad
lelden tot éénheid in den Waterstaats-
dienst.
Ten slotte dringt spr. aan op een juiste
wcrkverdeeling, waarbij alls krachten zoo
productief mogelijk worden aangewend en
vraagt inlichtingen omtrent bet door de
gemeente Tholen gevraagde renteloos voor
schot van 1/3 der kosten voor do overbrug
ging van <le Eendracht. Bpr. geeft dezd
kwestie den minister in ernstige ovorwe-
giog-
De hoer VAN SASSE VAN YSSELT <R.
K.) bespreekt het vraagstuk van dc Boer»
sohe Maas en betreurt do uitlating van
den minister in de Eerst Kamer, dat do
aohado van den laatsten doorbraak niet
zoo groofc is gew eest, omdat z© niet. getuigt
van veel sympathie voor een oplossing. De
minister kan niet gelooven, hoe groot elk
jaar weer opnieuw de schade is, en ho®
daardoor een behoorlijko uitoefening van
het lonclbouwbedrijf onmogelijk word*
Z.i. rust hier wel degelijk dj plicht op
de regecring om to zorgen, dat het- geueoito
van de Mans van Grave tot Lith wordt
genormaliseerd, te meer waar dit roods het
geval is met het gedeelte tusschen Mook
en Grave.
Als de minister zegt, dat bet vraagstuk'
voor oplossing nog niet rijp is, verwijs!
spr. naar het rapport van de commissie-Job
los cn dringt aan op een spoedige beslis»
sing, welke van de in dit rapport genoom3
kille van een loopgraaf, den geur van
vochtige aarde, het gegons van vliegmachi
nes in dc morgenlucht, het gegil van fluiten,
het geroffel van trommelso ja, natuur
lijk, het was dc reveille, dat oude deuntje,
dat elke soldaat kent.
Hij hield op met zijn rukken cn trekken
en gluurde voorzichtig naar buiten. Het
moest wel zoowat liet uur zijn, waarop in
oorlogstijd dc blinden gesloten moesten wor
den, dacht hij, want in de meeste huizen
was alles al dicht. Hier en daar vertoonde
zich echter nog een langwerpig vierkante
plek geelachtig licht, scherp afstekend togen
dc zwarte massa van dc huizen bovenop den
heuvel. Dc gordijnen van zijn slaapkamer in
liet huis van mevrouw ViljolmSmylhe wa
ren nog niet dicht cn het' licht boven hel bed
brandde nog helder.
Het fluiten bleef doorgaan mol nu cn dan
een pauze, alsof de persoon, die liet deed aan
het werk was, En toen zag hij plotseling, dat
kanonnier Barling, die iets in zijn eene hand
hield, en met dc andere heftig aan 't wrij
ven was, in dc verlichte strook tusschen het
raam cn het bed liep.
Desmonds hart sprong op van vreugde.
Nu was hulp dicht bij. Machinaal probeerde
hij zijn hand op tc heffen, om het raam to
openen, maar een afschuwelijke stekende
pijn herinnerde hem aan de touwen om zijn
arrn. Snel overlegde hij, wat hij kon doen.
om de aandacht van den soldaat aan den
ovorkaift tc trekken. Wat hij ook deed, hij
moest het gauw doen; want liet feit, dat do
rnenschen hun ramen begonnen le sluiten,
bewees hem, dat liet hij halfzeven moest
zijn cn ongr ^T om zeven uur ging Barling
gewoonlijk, n«.. «Hes voor Desmond klaar ge
legd tc hebben, naar huis.
(Wordt vervolgd).