No. 19543. DONDERDAG 22 NOVEMBER Anno 1923 Officieele Kennisgevingen. STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEB ADVERTENTIEN: 80 Cta. per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs. Kleine Advertentiën, uitsluitend bij vooruitbetaling. Woensdags en jEaterdags 60 Cts., bij een maximum aantal woorden van 80. Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 'lO Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cts. Bureau Noordeindspleln "Telefoonnummers voor Directie en Administratie 175 Redactie 1507, Postcheque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54 fe- Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen EERSTE BLAD. GEMEENTELIJKE VISCHVEREOOP. Aan den gemeentelijken vischwinkel Vischmarkt IS, tel. 1225 is VRIJDAG ver krijgbaar SCIIAR a f 0.17, SCHELVISCH a 10.27—f 0.47, SCHOL a f0.28, KABEL JAUW a f 0.44, TARBOT a f 0.65, TONG a 11,per pond. N. C. DE GIJSELAAR, Burgem. Leiden, 22 November 1923. LEIDERDORPSCHE BRUG. Burgemeester en Weihouders van Leiden brengen ter algemeene kennis dat de Lei- jerdorpsche brug vanaf Vrijdag 23 Novem ber a.s. voor alle verkeer zal zijn afgesloten en dat in het verkeer voor voetgangers en kleine handkarren zal worden voorzien door een nabijgelegen pontveer. N. C. DE GIJSELAAR, Burgem. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 22 November 1923. VERGADERING van den GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. op MAANDAG 26 November 1923 des namiddags te twee nnr. De vergadering zal, zoo noodig, des avonds worden voortgezet. B Te behandelen onderwerpen: lo. Onderzoek van den geloofsbrief van het nieuw benoemd raadslid, den heer W. A- van den Heuvel. 2o. Benoeming van een tijdelijke leerares in de wis- en natuurkunde aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (341) 3o. Benoeming van een tijdelijke leerares in zang en spraakvorming aan de Kweek school voor onderwijzers en onderwijzeres- sen en vaststelling van de haar toe te ken nen belooning. (345) io. Benoeming van een tijdelijke leerares in geschiedenis en aardrijkskunde aan de Kweekschool voor onderwijzers en onderwij zeressen en vaststelling van de haar toe te kennen belooning. (345) 5o. Praeadvies op het verzoek van mej. G Bruintjes, om eervol ontslag als hoofd der Meisjesopleidingsschool voor U. L. O. aan de' Boommarkt. (338) Go. Praeadvies op het verzoek van N. Stok- kermans, om de te bouwen loods in den tuin ,van perceel Os- en Paardelaan No. 35, van hout te mogen maken. (336) 7o. Verordening, tot wijziging van de ver ordening van 2 Augustus 1920 (Gem.blad No. 35), betreffende het verleenen van een bijslag op de pensioenen aan Gemeente ambtenaren en hunne weduwen en weezen, toegekend krachtens de verordening, rege lende het verleenen van pensioen en wacht geld aan gemeente-ambtenaren en de ver ordening, regelende het verleenen van pen sioen aan weduwen en kinderen van Ge- meenle-ambtenaren, zooals deze luiden na 'de wijziging van 26 Maart 1914. (346) 8o. Voorstel om Burg. cn Wetb. te mach tigen de verschillende lokalen der Stads- Gehoorzaal tegen verminderd tarief af ie staan aan de Leidsche Pluimvee-Vereeniging fen behoeve van hare in Fabruari a.s. te houden tentoonstelling. (337) 9o. Voorslel tot het verleenen van mede werking aan het Bestuur der R.-K. Par. Jongensscholen onder R.-K. Par. Kerkbe stuur, in zake de uitbreiding van het in aan bouw zijnde schoolgebouw voor uitgebreid lager onderwijs aan het Pieterskerkhof cn tot beschikbaarstelling van de voor die uit breiding benoodigde gelden. (347) lOo. Voorslel tot toekenning aan het Be stuur van de inrichting van Liefdadigheid voor Roomsch Katholieken te Leiden, van een vergoeding, als bedoeld in art. 84 der Lager-Onderwijswet 1920, voor de kosten van verbouwing van de schoollokalen in het complex gebouwen aan de Oude Vest. de Pelikaanstraat en de Van der WerffstraaL (348) llo. Voorslel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van door de Maatschappij tot Exploitatie van Tramwegen uit te voe ren kunstwerken, in verband met den aan leg van de electrische tramlijn 's-Graven- hageVoorburgLeiden. (342) 12o. Voorslel inzake de wegruiming van de St. Jorisbrug over het Levendaal. (343) 13o. Voorstel om alsnog een bedrag van f35.000 beschikbaar te stellen ten behoeve van de uitkeeringen aan werkloozen door de Gemeentelijke Steuncommissie. (349) 14o. Voorstel in zake het verkoopen van ben terrein, gelegen ten zuiden van den Haagweg en het verleenen van en voorschot pn een bijdrage, als bedoeld in de Woning- aan de Woningbouwvereniging „Ons 'en hchoeve van den bouw van 10 ^benedenwoningen, waarvan 1 met winkel, «n 10 bovenwoningen, (350) PRIJS DEZEB COURANTi A Voor Leiden per 8 maanden 2.35, per week Z0.18, Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week Mïif, 0.18, Franco per post 2.85 portokosten. 15o. Voorstel tot Wijziging der begrooting, dienst 1923, ten behoeve van het verleenen van voorschotten aan de Woningbouwver- eenigingen „Ons Belang" en de „Een dracht". (351) 16o. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 23 Mei 1912 (Gem.blad No. 18), op het Rijden. (339) 17o. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 18 Januari 1917 (Gem. blad No. 5), op Vergunnings- en Verlofs- localiteiten en Logementen. (352) 18o. Praeadvies op het verzoek van de „Onderlinge vereeniging voor Ziekenhuis- verpieging", in zake het verleenen van een bijdrage in de verpleegkoslen van hare le den voor zoover zij in aanmerking zouden kunnen komen voor kostelooze genees- en heelkundige hulp. 19o. Praeadvies op het verzoek van den Centralen Ouderraad om te besluiten tot we derinvoering van den Schoolbioscoop. (340) 20o. Voorstel inzake het maken van een centrale rioleering der gemeente en het dem pen van het Levendaat en de Mare. (315 en 335) 21o. Interpellatie van den heer Sijts'ma, in zake de benoeming van tijdelijke amble- naren. 22o. Interpellatie van den heer Sijtsma, in zake de toepassing van de verordening op- het rijden met zwaar beladen vrachtauto's-. De zedelijke grondslag van den Vrijheidsbond. Het bestuur van het district Leiden van het Genootschap voor zedelijke volkspolitiek heelt een aantal vooraanstaande in de ver schillende politieke partijen uitgenoodigd de zedelijke grondslagen hunner parlij voor het Genootschap in een vergadering uiteen te zetten. De eerste spreker in deze reeks was prol. dr. B. D. Eerdmans, oud-lid der Tweede Kamer, die gisteravond in het Nutsgebouw de zedelijke grondslagen van den Vrijheids bond behandelde. De vraag naar den zedelijken grondslag van de staatkundigo beginselen van den Vrijheidsbond eischt aldus ving spr. aan allereerst het standpunt te bepalen ten opzichte van de verhouding tusschen Maatschappij en Staat. Maakt de burgerij den Slaat ol maakt de Staat de burgerij? De Vrijheidsbond gaat, volgens spr., uit van de overtuiging, dat de particuliere levens vormen en ondernemingen geleid hebben tot Staatsvorming. Hij neemt niet aan, dat Staatsdwang het wilsleven der burgers kan vormen. Daarom is eerste zedelijke eisch, dal de Staatsinstellingen de burgerlijke ont wikkeling niet trachten te kneden naar be paald model. De vrijheid van onderzoeken, denken .spreken, van geestelijk en gods dienstig leven, dient onaangetast te blijven. De particuliere ondernemingsvorm was en is een bron van maatschappelijke wel vaart. Het is daarom niet geoorloofd van staatswege te beproeven deze bron dicht te werpen. Het is integendeel Staatsplicht den ondernemingszin en den arbeidslust zijner burgers aan te wakkeren. Derhalve is iedere politieke maatregel slecht, die voert tot het dooven van werklust of het wegnemen der prikkels tot arbeid. Zichzelf le onderhouden moet voor den burger eervolle plicht zijn. Zonder dit'is een gezonde Staat niet mo gelijk. Op sociaal gebied ligt het zwaartepunt daarom in de particuliere maatschappelijke verhoudingen en niet in Staatsvoorschrif- ten. Wél is het Staatsbelang, te bevorderen, dat de burgers inzien, dat de belangen van werkgevers en werknemers één geheel vormen. De taak van den Staat is het maatschap pelijk leven zijner burgers vrijheid van be weging, gelegenheid tot ontwikkeling en veiligheid te verzekeren. Een politieke partij moet zich daarom als doei stellen het belang van het algemeen, niet dat van deelen vau het geheel te be vorderen. Zij hoede zich voor vaische, zoo genaamde democratie. Zij moet zich daarbij bewust zijn van haar verantwoordelijkheid. Zij mag geen maatregelen doordrijven, om dat de leuze zoo fraai klinkt en zonder zich nauwkeurig rekenschap te geven van de ge volgen, waartoe dit zal leiden. Zij mag zich niet laten leiden door een oppervlakkige meening der massa, doch moet zelf trachten te leiden en de openbare meening beproeven te vormen en dieper te maken. Zij heeft te eischen, dat het geen vaische, maar echte democratie zij, die het volk bestuurt. Zij moet aan het Staatsleven den plicht opleg gen „een goed huisvader" te zijn. De financieele kracht van den Staat, ter wille van groepsbelangen te ondergraven, moet zij ontoelaatbaar achten. Onverant woordelijke lichamen van belanghebbenden mogen daarom geen beschikkingsrecht heb ben over openbare kassen. Naar buiten, zoo wel als naar binnen, moet de Slaat op zelf behoud bedacht zijn, ter wille van de be langen der burgers. Naar buiten dient de onafhankelijkheid van ons volksbestaan ge handhaafd. -Het is zedelijke eisch, dat dit gepaard ga met krachtig slraven om de heerschappij van bruut internationaal ge weld te vervangen door heerschappij van internationaalrecht en in verband daar mede tot ontwapening te geraken, om de organen van het geweld le vervangen dopr organen, die de internationale rechtsorde handhaven. Voor de overzeesche deelen des Rijks moeten dezelfde beginselen gelden als voor Nederland. Daar, zooals hier, is het zede lijke poliliek rekening te houden- met den volksaard en de volksontwikkeling. De Slaal moet zich aanpassen aan wat, in ver band hiermede, bereikbaar moet worden geacht. Iedere greep daarboven, al is hij nog zoo idealistisch, is te veroordeelen, omdat hij achteruit brengt in plaats van vooruit. De zedelijke grondslag van poliliek al dus besloot spr. brengt met zich, dat zij als uitgangspunt heeft te nemen wat als trap van ontwikkeling en volkskarakter in werkelijkheid bestaat, en dat zij niet uitgaat van wat zij meent, dat deze ontwikkeling en dat karakter zouden moeien zijn. Het zakelijk en logisch betoog van prof. Eerdmans werd door de aanwezigen met aandachL gevolgd en de voorzitter, prof. dr. Roessingh, was de tolk der vergadering toen hij den spr. voor zijn uiteenzetting hartelijk dankte. De grondbeginselen der Indonesische Geneeskunde en hnn psychologische beteekenis. Over dit onderwerp heelt prol. dr. A. W. Nieuwenhuis voor het Instituut voor Tropi sche Geneeekunde gisteravond een voor dracht gehouden. In Indië, waar zulk een verscheidenheid van volken en zeden en gewoonten voor komt, geldt dit ook voor hun geneeskunde, omdat deze zich op de vele eilanden en in verschillende streken zelfstandig ontwik kelde, aldus ving spr aan. Daarbij komt dan nog de zeer ongelijkmatig verdeelde in vloed van Hindoes, Mohammedanen en Europeanen. Al die vormen hebben met onze wetenschap weinig overeenkomst, maar ge nieten onder de bevolking een vertrouwen,' dat onzen artsen eerst ten deel valt, als zij er in slagen, persoonlijk dit bij de men- schen te verwerven. Dit ls niet minder zon derling, wanneer wij op Java de oude vrouwtjes als doekoens zien oplreden, wien het geheel ontbreekt aan een werkelijk inzicht in de ziekte, in den anatomischen bouw van ons lichaam of in zijn functies; of wanneer wij en het belang van godsdien stige maaltijden, soms van opvoeringen voor de genezing gehuldigd vinden of een Euro- peesch arls getuigt, dat men in een ontwik kelde Javaansche familie de bevalling trachtte te bevorderen door voor zijn ingrij pen nog een kaartspel te beginnen. Ook op Bali bevindt zich ver van ons, wanneer men daar in den tempel van de godin des doods met in geestverwarring gerakende personen haar raad gaat inwinnen. De eigenlijke beteekenis van dat alles is evenwel eerst na te gaan in nog oorspron kelijke streken ais Midden-Celebes en Mid- den-Borneo. Hier treden de medicijnmees ters ook niet in begrijpelijker vormen op 'met hun beweringen en offers, die soms dagen lang duren, waarbij de toepassing van enkele kruiden, wrijven of bloedonttrekken in het niet verzinkt. Bij nadere studie blijkt echter, dat dit alles niet ais dwalingen en fantasie mag worden opgevat. Ook bij de Indonesische volken is de be handeling der zieken een uitvloeisel hunner opvattingen omtrent den patiënt, de ziekte en den geneeskundige. Voor hen bestaat een levend wezen uit een stoffelijk lichaam en één, twee of .meer zielen, waarvan er meestal één in den slaap of door inwerking van buiten hel lichaam verlaat, dat in het laatste geval ziek wordt. Dit is dan het gevolg van het oplreden van een boozen ziekteigeest en het logisch uitvloeisel van deze overtuiging is, dat de Inlandsche geneeskunde de middelen aan wendt, die geschikt zijn om dezen boozen geest te bevredigen, weg te jagen of om den tuin te ledden en de ziel van den zieke terug te halen. Even algemeen is de opvatting, dat de medicijnman ais alle bijzonder begaafde menschen zijn vermogen om te genezen niet te danken heeft aan zijn aanleg en ont wikkeling; maar aan een beschermgeest, dien hij bezit. Het genezen van een zieke moet er dus op gericht zijn, eerst dien schutsgeest over te halen, tot of in den priester uit zijn hemel neer te dalen en wel door middel van alles, wat de betrokken menschen mooi en lekker vinden als offers. Die begeesting gaat gepaard met zenuw verschijnselen, die onder vele heidenen bij de behandeling zóó op den voorgrond tre den, dat zij als schamanisme het tooneel slerk beheerschen. In dien toestand kan de medicijnman dan de ziel van den zieke te ruglokken, ook weer met offers en bezwe ringen. Soms beslaat de voorstelling, dat de schutsgeest met de ziel van de behande lende vrouw in het luchtruim of bij de go den de verloren ziel gaat opzoeken, als bij de Toradja's van Celebes bijv. De geneeskrachtige kruiden hebben hun eigenschappen ook aan zulke geesten te dankenvandaar, dat zij op bijzondere wijze moeten worden ingezameld en de toestand, waarin zij gaan verkeeren, voor hun uitwer king niet zoo belangrijk is als bij ons. Het zijn dus de begrippen ziel en geest, die de inlandsche geneeskunde beheer schen, Deze kunnen nu door de weiten van ons causaal- en ons logisch denken ver klaard worden, omdat de primilief denken de mensch iedere gebeurtenis op zichzelf beschouwt. Het zielsbegrip omvat de levens verschijnselen, die bij het afsterven het lichaam vertalen. Causaal gedacht, kan dat leven niet tot niets worden; het leidt dus, logisch gedacht, verder een zelfstandig be staan. Dit is het begrip ziel naast dat van lichaam; het wordt ook gedurende het leven als meer of minder afzonderlijk onderschei den. Het beschouwen van den slaap, waarbij de spychische eigenschappen verdwijnen en de andere levensfuncties blijven, leidt tot de opvatting van twee zielen. Het begrip geest is evenzoo een gevolg van ons causaal-Iogisch denken. Heftige ge- móedsindrukken van buiten, als bij onweer, bij het zien van geweldige woudreuzen of rotsen en bergen, ook wel het slerke ziekte gevoel bij koorts bijv. leiden causaal-Iogisch tot het besluit, dat zij door iels handelende veroorzaakt moeten zijn. Hiermede is het geestbegrip geboren. Spr. besloot zijn boeiend beloog, dat door velen met belangstelling werd gevolgd, met de opmerking, dat de grondbegrippen der Inlandsche geneeswijzen dus uitvloeisels zijn van ons causaal-Iogisch denken, waar mede de beschaafde volken hun mathema tische- en natuurwetenschappen in den loop der lijden hebben opgebouwd. Tweede Volksbijeenkomst. 't Was altijd goed geweest, wat het Adriani-ensemble, uit Den Haag, den be zoekers der Volksbijeenkomsten alhier bracht in den loop der jaren. En daarom verwachtten zij ook gisteravond weer wat goeds en waren zij opgekomen in dichte drommen naar de groole Stadszaal, welke zij dra geheel vulden. Het ensemble heeft bij hen naam gekregen, een hesten naam. Het heeft nu dien naam hoog te houden. Het ensemble heeft dit gisteravond ge daan. Ja, wij kunnen gerust zeggen, dat het de verwachtingen, hoe boog gespannen dan ook, heeft overtroften. Het kwam met een extra-programma, want het bestaat tien jaar. En het werd extra gehuldigd vanwege dit tweede lustrum. Allereerst door den voorzitter van de Commissie voor de Volks bijeenkomsten, dr. G. M. Rutten, die namens haar met een toespraak, getuigend van groole waardeering voor alle leden van dit ens/nble, den leider een prachtigen krans overhandigde, terwijl, de beide dames uit het gezelschap-bloemen ontvingen. Daarna door den voorzitter van de tooneelvereeni- ging „Jacob van Lennep", uit Haarlem, die den heer Adriani en bloemenmand ver eerde, ook met een hartelijke toespraak. Door deze bloemenhulde kreeg het podium een nog fleuriger aanzien dan het reeds, keurig aangekleed als het was, er vóór had. De heer Adriani bedankte de sprekers en allen, die telkens hebben getoond belang te stellen in het ensemble, o. w. D. V. S„ van Den Haag, ook nu hier vertegenwoor digd. Den krans stond hij af aan den heer Jan van Gelder, die daarop als administra teur, volgens hem meer recht had dan hij, en hij noemde even de namen van de heeren Van Gelder en Engelbregt, als van degenen, die van den aanvang at deel hadden uitge maakt van dit ensemble, dat zich aanvan kelijk van at 1 September 1914 voor de mi litairen deed hooren, en dat altijd een voor liefde voor Leiden heeft gehad. De leden van het ensemble zijn het programma gaf er een goed beeld van samen ver bonden en worden gedragen door het Resi dentie-strijkje. Om met dit laatste te beginnen, het heeft bijzonder te genieten gegeven door zijn zui ver en gevoelvol spel. Het vocaal kwartet „Nyapian" heeft prachtig gezongen, ernstige en luimige liedjes. En voorts hebben alle leden van het gezelschap het hunne er toe bijgedragen een avond van groot genoegen en genot, waarin nu eens diepe ernst en dan weer echte humor aan de beurt waren, te verschaffen aan de opgetogen en dank bare bezoekers. Wat heeft die Koos Pitlo, de man met zijn vele broers, hen doen schaterlachen. Wat heeft Adriani zelf uitstekend zijn taak als leider en cabaretier ook met zijn moppen, die, evenals van Piiio, altijd ge hoord kunnen worden best vervuld. Hoe goed zongen de bariton Gaston Loroux, Jan van Gelder, Anni van NoppenMarks en haar kunstzuster en wat is er stil geluis terd naar en hard gelachen om den hu morist André Engelbregt. Noemen wij dan nog den uitnemenden accompagnateur Winkelman, Nico van Duykeren als de man van kostuums, décor en tooneeiversiering en den vleugel van de firma Cor A. Mulder, dan hebben wij recht laten weder varen aan allen en alles, die genoemd wil den en mochten worden. De leden van het ensemble, die, naar de heer Adriani verzekerde, van Leiden houden kunnen er op aan, dat ook Leiden van hen houdt. De genegenheid is wederkeerig. Hoe zou het ook, na zooveel beste avonden, samen doorgebracht, andera kunnen?. Tot weerziensl BINNENLAND. Vooiloopig verslag van de Tweede Kamer over de begrooting voor Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. - BUITENLAND. De Gezantenraad is lot overeenstemming gekomen. De nota's yan den Gezantenraad aan Dnitschland. De vroegere Saksische premier Zeigner ia gearresteerd. Sovjet-Rusland gaat Zwitserland boycot ten van het vrijsprekend vonnis te Lansanna Door 'dó oudereommlssle 'der oplei dingsschool A. voer U. L. O. aan den Mare- singel was tegen Dinsdagavond een ouder avond uitgeschreven, welke door zestig ouders en het geheete personeel der school werd bezocht. Te circa acht uur opende, het hoofd dei; school, de heer P. C. Schreuder, de verga dering mei zijn genoegen uit te spreken oveB de groote belangstelling, door de ouders be toond. Hij bracht een woord van dank aan den gymnasliekonderwijzer, den heer Planjer, voor de bereidwilligheid, om op; deze vergadering met twaalt zijner jonge werkers (uit de 6de klas) te willen verschij nen. (applaus). Alvorens den heer Planjer met de werk zaamheden liet beginnen, riep hij de cle mentie der aanwezigen voor de jonge wer kers in en zeide, dat men heden geen erge krachtoefeningen te zien zou krijgen, om reden hij geen voorstander van z.g.n, „krachtpatserij" is. Alsnu kregen wij verschillende gym nastiekoefeningen te zien, waarvoor de jongo werkers menigmaal een applausje in ontvangst te nemen hadden. En het groole applaus, dat weerklonk, toen de voorzitter nogmaals den heer Planjer bedankte en daarbij den wenseh uitsprak, dat hij hun met zijn jonge werkers nog eens op een ouderavond zou mogen ontmoeten, was vol doende bewijs, dat het voor de aanwezigen een aangenaam half uur was geweest. Nadat de jeugd nu door den voorzitter naar huis was gezonden (zij kregen den tijd mede hoe laat zij op de legerstede moest' zijn) had hij do taak de heer dr. Munk, kin derarts een welkomstwoord toe te roepen. Deze zou liet onderwerp behandelen: De in vloed van de looi op het kind. Spreker bet„n met op te merken, dat hij zijn onderwerp niet op één avond kan be handelen; doch hij meende, dat het voor da aanwezige ouders van het meeste belang was in verband met den overgang van het kind den leeftijd van 6 iot 12 jaar te be spreken. Spreker wees vervolgens op de geesles- en zielsinvloeden van het kind; de vorming, welke op school moet geschieden door het onderwijzend personeel in overleg met da oudere, die de taak hebben dit thuis ta doendaarom acht spreker de ouder avonden van zoo groot belang. Voorts behandelde spreker in het kort het Montesorri-onderwij3, de verschillende be smettelijke ziekten, waarbij hij verscheidens wenken gaf. Spreker slond ook stil hij de vraag r Iloe lang moet het eerste schooljaar les gegeven worden? Deze beantwoordde hij met de eerste twee uur, 's morgens. En: Is een lange vacantie gewenscht? Deze vraag meende spreker bevestigend le moeten be antwoorden, niet alleen voor de jeugd, doch ook voor het onderwijzend pejsoneel, en hij toonde dit met voorbeelden uit de practijk aan. Nadat dr. Munk zijn belangrijke causerie beëindigd had, gaf de voorzitter den aanwe zigen gelegenheid tot het stellen van vra gen, waarvan een ruim gebruik gemaakt werd en die zeer tot genoegen door den spreker werden beantwoord. Het was ook hier weer uit de harten der aanwezigen gegrepen, toen de voorzitter, dr. Munk bedankte voor zijn causerie en hem een tot weerziens toeriep. Van de gelegenheid voor conversatie tus schen oudere en onderwijzend personeel werd ruim gebruik gemaakt. Nadat de notulen, door den secretaris ge lezen, waren goedgekeurd, werd bij schrif telijke stemming vastgesteld, dat de heer G. Esser als bestuurder was gekozen en bij eventueele niet-aanvaarding de heer J. Aniba. Nadat do voorzitter nog den particulieren' cursus in de Fransche taal besproken had en de secretaris de opdracht kreeg aan dei bol an-stellende ouders der leerlingen van de 5de klasse gegevens te verstrekken, sloot de-Voorzitter dezen zeer geanimeerden ouderavond. De heer K. ter Laan, Tweede-Kamer lid en burgemeester van Zaandam, komt hier voor de vereeniging Groningen spreken op 29 Nov. over „De Riekdom van de Grön- neger toal". Men zie de advertentie, .4'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 1