In verkeerde Schoenen.
November. Tweede Blad. Anno 1923.
No. 19542.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 21
filNNENLAND.
FEUILLETON.
TWEEDE KAMER.
RECLAME.
8927
f Se Kabinetscrisis.
Kaar het „Hbld." meent te mogen mede-
cleelen. is de Kabinetsformateur, mr. dr. D.
A. P. N. Kooien, nadat hij de opdracht der
Koningin in overweging had genomen, be
gonnen een grondslag te zoeken, waarop de
yorming van een rechtsch Kabinet mogelijk
zou wezen. Is het blad wèl ingelicht, dan
was hij gisteren nog niet tot het inzicht ge
komen, dat een dergelijk Kabinet geheel en
gl onmogelijk is.
Donderdag heeft hij gesproken met den
voorzitter der Roomsch-Katholieke fractie
der Tweede Kamer, mgr. dr. Nolens, Vrijdag
met dien der anti-revolutionaire fractie, mr.
y. H. Rutgers, en Zaterdag met dien der
Christelijk-Historische fractie, dr. J. Schok
king. Volgens inlichtingen uit alleszins be
trouwbare bron is de heer Kooien het sta
dium van het zoeken naar een grondslag
yoor de vorming van 'n nieuw rechtsch Ka
binet nog niet voorbij. Op zijn besprekingen
met de leiders der rechtsche fracties zullen
namelijk nog volgen vergaderingen dezer
fracties, elk afzonderlijk. Eerst daarna zal
kunnen blijken, of 'n nieuw rechtsch Kabi
net, uitgangspunt van den heer Kooien al
of niet mogelijk is.
De Haagsche red. van „De Rott." schrijft:
Mr. Kooien schijnt in de meening ver
keerd te hebben, dat, met eenig toegeven
aan beide zijden der coalitie, het mogelijk
zou zijn om een Kabinet te formeeren, dat
slechts een weinig zou afwijken van het
gninisterie-Ruys.
De Christ.-Hist. fractie zou zakelijk ge
heel aan de zijeft van het kabinet-Ruys
»taan. maar schijnt toch wel geneigd te zijn
pm een eventueel kabinet-Kooien te steunen
- Bij de anti-rev. fractie echter zou mr.
looien heelemaal geen succes gehad
Jlebben.
Op grond van een en ander mag de con-
Slusie dan ook wel gebouwd worden, dat
pil'. Kooien niet zal slagen in zijn plannen
jpm een coalitie-kabinet te formeeren.
In „De Rotterdammer" (a.-r.l wordt In
een driestar over „de houding der Chrisle-
lijk-PIistorischen" o. m. het volgende ge
schreven
„Men ziet in het opnieuw optreden van
een Roomsch-Katholieken formateur blijk
baar weinig bezwaar.
Wat dit laatste betreft, stellen wij ons
niet op het standpunt van do Amsterdam-
sche predikanten, die in „De Nederlander"
.wegens het protestantsch karakter der natie,
pm een protestantsch premier vroegen;
maar wel zijn wij van meening, dat bij de
politieke verzwakking der roomsch-katho-
ïieke fractie, die op 26 October aan het licht
trad, er aanleiding is om te bevorderen, dat
thans, indien de heer Ruys aftreedt, een
Kabinetsformateur uit een der andere recht
sche groepen optrede. Ook, afgezien van het
gebeurde van 26 October zou dit niet wen-
schelijk zijn; de gedachte mag niet post
yatten. dat de Kabinetsformateur per sé uit
de roomsch-katholieke fractie, als de sterk
ste der drie rechtsche fracties, moet voort
komen. Deze opvatting zou hervatting der
samaeiwerking onmogelijk maken".
Invoerrecht op thee.
De Ned. Vereeniging van Huisvrouwen
beeft zich lot de beide Kamers gewend met
een adres naar aanleiding van een door de
Regeering ingediend ontwerp van wet,
Waarbij het invoerrecht op thee verhoogd
wordt van f 25 tot f 100 per 100 K.G., zoo
dat van ieder ons thee 10 cents invoerrecht
Zal worden geheven.
Dit beteekent voor de gewone thee, die
.als dagelijksehe drank in de huishouding
Wordt gebruikt, wordt in dat adres gezegd,
een prij3vermeerdering met een derde van
den thans geldenden prijs; wat de goed-
koope Indische thee betreft, is de prijsver-
meerdering door de verhoogde invoerrechten
er zelfs een van 30 pCt.
In de laatste tientallen jaren is de thee
pen volksdrank geworden, die vooral voor
de stadsbevolking tot de eerste dagelijksehe
levensbehoeften behoort. Het vermeerderd
gebruik van thee is een uitnemende factor
geweest bij den strijd legen de gewoonte om
alcoholische dranken bij voorkeur als ge
notmiddel te bezigen. De thee-invoer is in
Naar hel Engelsch, door BERTA RUCK,
(Nadruk verboden)).
63)
De dreigende klank werd dreigender.
„Maar als hij ongelukkig dreigt te wor
den met jou, dan had hij evengoed bij mij
kunnen blijven 1 Ik had hem kunnen be
houden l"
Ik denk, dat mijn antwoord op deze
woorden Philippa evenzeer verbaasde als
iets, dat ik gezegd bad gedurende deze
nachtmerrie van een gesprek, want, met
een vlugge beweging sprong ik overeind
van niijn kussen, terwijl mijn haren los
over mijn gezicht vielen. Ik zat kaarsreoht
I overeind op het bed, met mijn handen om
mijn knieën gevouwen. Ik keek op tot haar.
Op een toon van de oprechtste en wanho
pigste overtuiging antwoordde ik: „Je
moest hem gehouden hebbenO, waarom
deedt je het niet? Je hadt met hem moe
ten trouwen, Philippa! J0 hadt dat moe
ien doen Ik wou, dat je het gedaan hadt".
Zij staarde mij aan, het donkere, mooie,
bezielde meisje, alsof zij haar oor en niet
gelooven kon.
Woorden schenen haar ten minste in den
jsteek te laten.
„Ik wou heusch, dat hij met jou geëngn-
geerd was gebleven, Philippa", zei ik diep
iongelukkig. „Ik meen het. Het zou zoo
1 veel beter geweest zijn. Hij had nooit moe
ten trouwen... met iemand anders. Het is
volmaakt tragisch, dat hij dit deed/!
de laatste kwart-eeuw dan ook meer dan
verdrievoudigd.
Een goede, onschadelijke en smakelijke
drank i9 voor het welzijn van het volk van
het grootste gewicht.
De Vereeniging betreurt het daarom zeer,
dat de Regeering voorstelt dezen volks
drank, die voor de huiselijke samenleving
en de volksgezondheid in het algemeen zoo
veel beteekent, zoo aanzienlijk te gaan be
lasten. Zij is van oordeel, dat het zwaar be
lasten van dergelijke eerste levensbehoef
ten in verschillende opzichten slechte ge
volgen zal hebben.
In de tegenwoordige omstandigheden 19
het gedane voorstel; volgens haar, nog te
meer onaannemelijk, omdat de aangekon
digde vermindering van salarissen voor
Rijksambtenaren in duizenden gezinnen
reeds zoo groote zorg wekt, dat een ver
meerdering van een der dagelijksehe levens
behoeften met de helft of althans een derde
van den prijs thans achterwege dient te
blijven.
Met de Regeering is de Vereeniging van
oordeel, dat het voor verbetering van maat
schappelijke toestanden noodig is, dat de
levenskosten dalen. Opdrijven van den prijs
van eerste levensbehoeften gaat echter hier
tegen lijnrecht in.
Redenen, waarom de Vereeniging ver
zoekt, dit ontwerp van wet niet le willen
aannemen.
Bezuiniging.
De centrale commissi© voor bezuiniging,
ingesteld door de Ned. Maatschappij voor
Nijverheid en Handel, heeft een open
brief gericht aan de leden van de Tweed©
Kamer.
Zij schrijft daarin, dat onlangs haar aan
dacht er op gevestigd werd, dat bij d© be
handeling van de hoofdstukken der Staats-
begrooting door de Kamer na de algeme©-
ne beschouwingen vrijwel alle beschikbare
tijd gebruikt wordt voor de behandeling
van vraagstukken, die met det betrokken
afdeeling van het Staatsbestuur samenhan
gen, en voor het uiten van algemeen© en
speciale wensohen. Zelden of nooit wor
den de afzonderlijke posten van uitgaaf
aan financieel© critiek onderworpen. Werd
post na post van de begrootingshoofdstuk-
Tot mijn schrik voelde ik een brok in
mijn keel komen, toen ik dit zei.
„Hij had met het rechte meisje moe
ten trouwen", stamelde ik. „Hij verdien
de het. O, vergeet nooit, dat ik dit gezegd
heb. Hij trouwde, Philippa, denk er
aan. dat ik je dit ten minste verteld heb
hij trouwde met een totaal, totaal to
taal verkeerde vrouw!" zei ik opgewon
den.
En ik voelde een bitte, hartstochtelijke
golf van wrok in mij opkomen tegen die
vrouw, die „Vera", wier volkomen, onge
schiktheid nog niet is opgekomen in het
hoofd van de arme vriendin van George.
Philippa was niet do eonige, die begreep,
dat bij was geboren, geschapen, om geluk
kig te zijn 1 Philippa zou do eenigo niet
zijn, de wreede ontgoocheling zou besef
fen van zijn onzinnige, tragisoh-komische
geschiedenis. Die golf van sympathiek
medegevoel en wrok tegen Vera dreigde
mij mee te voeren.
Ik wierp deze gedachte van mij of, tor-
wijl ik Philippa's dekbed op zij wierp.
Ik voelde, dat ik het nu geen minuut
langer kon uithouden.
Ik stond op mijn voeten in blauw-zijden
kousen en tastte naar mijn blauw-suède
schoentjes met gespen.
Haastig zei ik: „Nu ga ik hoen."
„Neon, dat doe je niet", zei Philippa,
eveneèns opstaande en mij beheerschende
met haar blik. „Je kunt nu niet gaan,
voordat je mij alles hebt verteld. Je hebt
mij één ding verteld, dat niet waar kan
zijn; dat weet ik. Dat je George voor het
eerst in Parijs hebt gezien. Nu dien je mij
do heele waarheid te vertellen. Ik laat je
niet gaan, voordat Je dat gedaan hebt."
ken nauwgezet beoordeeld, dan ®ou in tal
van gevallen blijken, dat op do uitgaven
en de daarvoor gestelde ramingen nog wel
kon worden gezuinigd en dat verschillende
ramingposten uitsluitend terugkeeren, om
dat zij ook vorige jaren op de begrooting
voorkwamen j uit een soort ambtelijke sleur
dus.
Nu het in dezen tijd meer dan ooit noo*-
dig is de uitgaven zooveel mogelijk in te
krimpen, zou het, naar het oordeel der
oommissie, zeker zaak zijn, aan een nauw
keurig financieel toezicht op de verschil
lende posten der begrooting meer aandacht
te wijden.
Voorlichting dienaangaande zou onder
meer gevonden kunnen worden in wat de
bezuinigingscommissie-Rink in haar tot
dusver verschenen drie verslagen aan fei
ten en gegevens heeft verzameld, terwijl
zoo noodig op andere wijze van deskundige
voorlichting gebruik zou kunnen worden
gemaakt. In dit verband wordt ook ver
wezen naai* beschouwingen van den heer
Koster over Hoofdstuk Et en III deT Staata
begrooting, opgenomen in het November
nummer van het tijdschrift der Maat
schappij.
De oommissie legt de vraag, of in de
wijze van behandeling van de begrooting
door de Kamer geen verbetering zou kun
nen worden gebracht waardoor de finan
cieel© oontröle van ae volksvertegenwoor
diging beter tot baar recht komt, thans
nog eens met nadruk aan de Kamer voor,
overtuigd als zij is, dat ook de Kamer van
de noodzakelijkheid van bezuiniging op de
staatsuitgaven ten volle doordrongen is en
gaarne zal medewerken om deze bezuini
ging door to voeren.
Een nauwkeurig critisch toezicht op de
versahillende uitgaafposten in cte begrot
ingshoofdstukken behoort, aldus besloot oe
commissie ha^r brief, toch ook geheel tot
de historische taak van de volksvertegen
woordiging, die er steeds nauwlettend op
heeft aoht te slaan, niet alleen dat de re
geering niet meer en niet hoogere uitga
ven doet dan ^strikt noodig rijn, maar dat
ook de bcgroot.ing onder de verschillende
posten niet meer wordt uitgetrokken, dan
werkelijk vereïscht is.
Daar stond zij, lang en schoon en recht
als een jonge man, en zij scheen de deur
van haar kamer te versperren.
„Ik kan niet", zei ik eohor. „Denk je
dan, dat ik het je niet graag zou willen
vertellen V'-
„Hal" Zij zag op mij neer. „Je erkent
dus, dat er tets te vertellen is?"
„Massa's", erkende ik ongelukkig en
met nadruk. „Massa's."
„Kan je mij ten minste meedeelen,
waarom je het mij niet kunt vertellen?"
„O ja", zei ik ongelukkig. „Ja, dat kan
ik vertellen."
En in- vijf woordjes vertelde ik heb
haar: „Ik heb het George beloofd."
Onmiddellijk kwam Philippa van de deur
terug.
Met een plotseling gebroken stemmetje
zei ze: „Goed. Ik zal je niets meer vra
gen. Dat wist ik niet. Zal je... zal je ooit
in staat zijn bet mij te vertellen? Ik denk
van niet."
„O, ja zeker 1 Ik hoop het zeker 1" riep
ik uit „en ik denk het ook. Misschien
zelfs over een paar dagen../!
„En je komt hier om die dagen hier te
blijven?"
Maar ik schudde het hoofd. Daar zag ik
reeds de totale omogelijkheid van in.
„Dat kan ik... nu niet", zei ik. „Als ik
bij je bleef, dan weet ik wat er gebeuren
zou. Niettegenstaande mijn belofte aan
George zou het uitkomen. Ik zou het je
vertellen tegen mijn zin Ik zou een gevoel
hebben of ik stierf als ik het niet deed,
en ik mag niet. Ik heb het hem beloofd.
Ik ga liever heen/'
Philippa knikte toestemmend. Ik vroeg
Snij af, ik vroeg mij met spanning ai welke
Staatscommissie Rijkswaterstaat.
„De Centrale" verneemt-, dat binnen
kort een Staatscommissie zal worden inge
steld, om een onderzoek in te stellen naar
de vraag, of de organisatie van den Rijks
waterstaat in haar tegenwoordigen opzet
kan bestendigd blijven, en, zoo neen, welke
wijzigingen dan moeten worden aange
bracht, waarbij o.a. onder het oog ware
t-* zien de wenschelijkheid van een schei
ding tussohen de „meer technische" en de
„meer administratieve" aangelegenheden
van den dienst en van een vereenvoudigde
behandeling van minder belangrijke zaken.
Aangezocht zijn, om zitting in deze com
missie te nemen, de boeren mr. W. L.
baron de Vos van Stcenwijk, lid van de
Eerste Kamer, te Wij he, tevens als voor
zitter A. J. Boland, directeur van de N.
V Bouwbedrijf der Ned. bpoor wegen te
Utrecht; J. J. Canter Cremers, voorzitter
van do Vereeniging van Ingenieurs van de
Rijkswaterstaat te RotterdamP. C. Huen-
ges, hoofdingenieur van den Provincialen
Waterstaat te MaastrichtH. A. Ridde-
rikhoff, voorzitter van de Vereeniging van
Ambtenaren, werkzaam op de bureelen van
den Rijkswaterstaat te Rotterdam; W. F.
Stoel, hoofdingenieur-directeur van den
Algemeenen Dienst van den Rijkswater
staat te 's-Gravenhage; P. van Tie), voor
zitter van de Vereeniging van Technische
Ambtenaren van den Rijkswaterstaat to
Leiden; H. G. A. Treep, directeur van de
Ned. Aannemingsmaatschappij to 'e-Gra-
venhage, en mr. J. Draayer, referendaris
bij het Departement van Waterstaat te
's-Gravenhage, tevens als secretaris.
Alg. Synodale Commissie Ned.-Herv. Kerk.
De president opent de vergadering met
gebed. Hi] wenscht daarna den secretaris
geluk met zijn herstel; brengt een woord
van dank aan de afgetreden leden en heet-
de nieuwe leden welkom.
De vergadering is aldus samengesteld:
Dr. G. J. Weyland, predikant te Veere,
president; ds. A. de Haan, predikant te
Zwolle, vice-president; L. W. Bakhuizen
van den Brink, secretaris; F. Tammens,
predikant te Zuidbroek; Kr. Timmers, oud-
ouderling te Klundert; G. E. M. Picard,
Waalsch predikant le Arnhem; H. Veen-
man, ouderling te Wageningen; dr. J. R.
Callenbach, predikant te Rotterdam; mr.
dr. C. F. Schoch, ouderling te Amsterdam.
De secretaris brengt verslag uit over de
tusschentijds afgedane zaken.
De volgende correspondenten worden be
noemd: Gelderland, dr. J. R. Callenbach;
Zuid-Holland, G. E. M. Picard; Noord-Hol
land, dr. G. J. Weyland; Zeeland, F. Tam
mens; Utrecht, Kr. Timmers; Friesland,
Kr. Timmers; Overijsel, F. Tammens; Gro
ningen, A. de Haan; Noord-Brabant met
Limburg, H. Veenman; Drenthe, F. Tam
mens.
Tot commissie voor de afschriften van
besluiten, enz. worden benoemd de heeren
A. de Hfian en mr. dr. C. F. Schoch. Van
de in de Synode aangenomen wijzigingen
zijn bij de stemming van de leden der Pro
vinciale Kerkbesturen, naar reeds is gemeld,
verworpen de zoogenaamde Groote Synode
met 24 stemmen legen en 4 voor; verder de
cisch, dat een candidaat zich gedurende
drie maanden practisch geoefend heeft en
de veranderde uitkeering bij vacature aan
den ring. De overige zijn aangenomen.
Uit het schildersbedrijf.
De patroonsbonden in het schildersbe
drijf, welke reeds eer aan de sohildersge-
zellenorganisaties hadden meegedeeld, het
bestaande collectieve oontract voor 1924
niet ongewijzigd te willen verlengen, heb
ben nu de door hen noodig gachte wijzi
gingen ingediend. Voor de 5 loonklassen
van de meerderjarige arbeiders wordt een
loonsverlaging voorgesteld van onderschei
denlijk 12, 12, 9, 9, en 7 cent, waardoor bet
nieuwe uurloon zou worden: voor de 1ste
klasse-plaatsen 68 ct., 2de klasse 63 ot., 3de
kl. 54 ot., 4de kl. 48 ct. en 5de kl. 44 ct. D©
voorgesteld© loonsverlaging bedraagt 14
17 pCt,
Verder wenschen de patroons o.m.:
schrapping van de bepaling van het ver
plichte lidmaatschap, een arbeidsjaar van
2500 uur, (gedurende 6 zomermaanden een
normale arbeidsweek van 50 uur en 6 win
verklaring zij dit van dit alles zou kunnen
geven; welke dwaze vermoedens, weixe
veronderstellingen, niet zoo buitengewoon
als de waarheid, haar hoofd op dit oogeD-
blik konden vervullen.
Zij liep de kamer door naar de kapta
fel en gaf mij een kam. Daarna liep zij
naar de kast, nam mijn hoed in de eene
hand en de hoedepen in de andere.
„Ik begrijp, dat het misschien beter
.voor je is dan maar niet te blijven", zei
ze met een vermoeide, maar lieve stem.
„Ga je naar „Hotel Ritz"?"
„Ja, voor 't oogenblik wel. Ik zal je te-
lefoneeren en het je laten weten", zei ik
gewichtig, want al myn moeilijkheden
Bchenen zich weder boven mijn hoofd sa/-
men te pakken.
„Ik zal bij je terugkomen, Philippa,
wanneer er iets is, dat ik je vertellen kan."
En met die woorden verliet ik baar,
HOOFDSTUK XXVI.
Ben meisjes-overpeinzing.
O, wat bracht ik toen een ellendigen
avond doorl Ik daoht vroeger, dat die
avonden alleen in mijn clubgebouw te Lon
den het toppunt van ellendige eenzaam
heid waren. Maar daar had ik tc-n minste
geen zorgen en kwellingen. (Ik had mij
toen vreeselijk gelukkig moeten voelen 1...)
Ik had gedacht het resultaat van mijn
gesprek met Philippa aan kapitein Mere
dith dienzelfden avond te kunnen vertel
len. Maar hij kwam niet...
Hij heeft goen taal of teeken van zich
laten hooren. Ja toch, een heel kort brief
je, om mij te vertellen, dat hij den vol
genden morgen een bezoek zal komen bre*
termaanden 46 uur) en geen loonbetalfng
op Christelijke feestdagen.
De Friesehe schildersvereeniging heeft
aan de schildersgezellenbcnden voorgesteld,
voor 1924 een nieuw collectief contract ai
te sluiten met in-acht-neming van het vol
gende: een verlaging van het uurloon in
de verschillende klassen van 15 pCt., in-*
voering van de 10-urige werkdag, een werk
dag in de wintermaanden van niet korter,
dan 0 uurdat gezel, die voor eigeD reke
ning werk aanneemt en uitvoert, g cd uren-»
de een jaar geen werk meer kan krijgen
bij een georganiseerden patroonrookver-
bod tijdens xhet werken, boetebetaling bfj
overtreding van het contract en wel f 5 per
keer en per persoon.
H. M. de Koningin heeft een belang
rijke gift geschonken voor het kinderhuis!
„Belhanië", te Dieren, waar een groep Ne-
derlandsche kinderen uit het Roergebied
wordt verpleegd, en voorts een gift aan het
comité tot uitzending van Nederlandschei
kinderen in het Roergebied.
De Prins van Djocjocarta heeft giste»
ren met gevolg de Zuid-Hollandsch© Bier»
brouwerij in Den Haag bezocht.
„De Ned." meldt het overlijden o&
68-jarigen leeftijd van mr. C. J. A. Bichoii
van IJsselmonde, oud-lid van de Tweede
Kamer.
In een Zaterdag te Amsterdam ceh°u-
den vergadering van de dagelijksehe be
sturen der drie central© landbouworgani
saties: de Nederl. Boerenbond, het Kon.-
Nederlandsch Landbou w-Comité cn de
Clir. Boeren- en Tuindersbond in Neder
land," is besloten, opnieuw te trachten tob
afschaffing van den wettelijken zomertijd
te geraken. Aan den eventueel nieuw op
tredenden Minister van Landbouw en zoo
noodig aan het nieuwe kabinet zal vor-
zocht worden, oen wetsvoorstel in dien
zin In te dienon. Mocht van dio ijde op het
verzoek afwijzend beschikt worden, dan zal
aan Kamerleden van verschillende politieke
partijen verzocht worden een desbetref
fend ontwerp van wet aanhangig te ma
ken.
Naar „Het Volk" verneemt, is giste
ren op uitnoodiging van den heer Zaalberg
directeur-generaal van den arbeid, een be
spreking gehouden tusschen de partijen ia
het conflict in de textielindustrie.
Het bestuur van de weesinrichting la
Neerbosch heeft d9. en mevr. J. G. Steen
beek Jr.Schrijver, le Zierikzee, benoemd
tot predikant, adj.-directeur en directrice
dier inrichting met de bedoeling na eenigen
tijd ds. en mevr. Schrijver op te volgen.
Bij Kon. besluit is aan A. Roggeveen,
op zijn verzoek, met ingang van 1 Januari,
eervol ontslag verleend als burgemeester
van Opperdoes.
De gewone audiënties van den. Minis
ters van Justitie en van Financiën zullen
deze week niet plaats hebben.
Het Schoenenwetje.
Verschenen is het voorloopig verslag in-
zake het voorstel van wet van den heer
Floskens tot wijziging van de wet van 6
Mei j.l. tot tijdelijke beperking van den in
voer van schoenwerk.
Wenschten verscheidene leden, voorstan
ders van de thans in werking zijnde maat
regelen lot beperking van den invoer van
schoenwerk, den voorsteller hulde le bren
gen voor diens initiatief, vele andere leden,
onder wie zich zoowel voor- als tegenstan
ders van de genoemde maatregelen bevon
den, verklaarden niet te kunnen inzien, dat
verlenging van den geldigheidsduur van de
wet van 5 Mei 1923, welke deze maatrege
len mogelijk maakte, slechts door een
initiatiefvoorstel bij de Staten-Generaal zou
kunnen worden aanhangig gemaakt.
Sommige leden vestigden er nog de aan
dacht op, dat de daling van de schoenprij-
zen er nog niet op wijst, dat de Invoert
belemmering in het geheel Jiiet prijsver
hogend heeft gewerkt. Intusschen werd
opgemerkt, dat sinds kort een prijsstijging
gen; een exemplaar van „The First Hun
dred Thousand", dat hij, denk ik, bij Bren-
tano gekocht heeft; een pak nieuwe tijd
schriften, „Femina", ,,L' Illustration",
„Vogne", om to bekijken, en een informa
tie per telefoon of Mademoiselle White-
lands al teruggekomen wasniets* meer.
Ik ben een beetje verbaasd. Hij had stel
lig moeten komenIk vind het onnaden
kend, onvriendelijk van hem mij zoo aan
mijn lot over te laten. Zijn familie ver
trokken, en ik, alleen in Parijs I Aan mij
zelf overgelaten I Een oogenblik kwam het
bij mij op uit te gaan en een avontuurlijk
avondje op mijn eigen houtje te Parijs
door te brengen.
Waarom niet? Het is mogelijk voor het
laatst van mijn leven, dat ik zoo iets zon
kunnen doen.
Ik kon wel naar Montmartre gaan, naar
de Grand Guignol, om den rilroman te
gaan zien, die zij daar vertoonen, „Vree-
selijke ondervinding" genaamd.
Ik weet niet, waar het over is, maar
het kan niet „vreeselijker" zijn dan de
ondervinding, die ik vandaag gehad heb
Of als ik eens even kijken ging in den
Moulin Rouge; dien heb ik nog nooit ge
zien
Kapitein Meredith wou or niot met mi]
naar toe gaan dien avond, toen wij „D©
man, die thuis bleef" gingen zien.
Hij zei, dat de Moulin Rouge vervelend
was en totaal Angel-Sgksisohdat het mij
heelemaal niet zou amuseeren. Maar cr
was oen vastberaden trekje om zijn mond,
toen hij dit zei, cn ik geloof noo«t, dat hij
weigerde er met mij naar too te gaan, om
dat hij bang was, dat ik mij zou vervelen.
Integendeel(Wordt vervolgd).