No. 19F>03.
ZATERDAG 6 OCTOBER
Anno 1923
De voetbaluitslagen.
Officieel Kr. cwis^eving.
Het voornaamste nieuws
van heden.
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTS NTIENi
80 Cts. per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs.
Kleine Advertentiën, uilsluitend bij vooruitbetaling, Woensdags en
Zaterdags 50 Cts., bij een maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven
10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts.
Bureau Noordeindspleln Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 175 Redactie 1507.
Postchèque- en Girodienst No. 57955 Postbus No. 54
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden f 2.35, per week'f 0.18,
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week' 7»...;- 0,18,
Franco per post 'f 2.35 portokosten.
Dit nummer bestaat uit VIER Bladen
EERSTE BLAD.
Wij zullen voortaan gedurende het ge-
heele voetbalseizoen, iederen Zondagmiddag
alle uitslagen van de wedstrijden der le
klasse van den N. V. B., die wij per draad-
looze telefonie ontvangen, en zoo mogelijk
der Leidsche 3e klassers, aan ons kantoor
en in het sigarenmagazijn van den heer
H. N. Arnold, Breestraat 77, en in de beide
filialen van de firma Hillen, Breestraat 154
en Prinsessekade 1, bekend maken.
DE DIRECTIE.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien het verzoek van
a. Peter M. Verhoef, om vergunning lot
aübreiding van de fabriek van fijne vleesch-
waren in het perceel Boerhaavestraat No.
910--10a, Sectie B Nis 2886 en 2887
b. de N.V. Distilleerderij „De Fransche
Kroon" v/h. Hartevelt Zn., om vergunning
tol uitbreiding van de distilleerderij in het
perceel Langegracht No. 59a, Sectie B No.
28S9.
Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet
Geven bij dezen kennis aan het publick,
^dat genoemde verzoeken met de bijlagen op
de Secretarie dezer gemeente ter visie ge
legd zijn
alsmede dat op Zaterdag, den 20en Octo
ber e.k., des voormiddags te halfelf uren, op
het Raadhuis, gelegenheid zal worden ge-
geven om bezwaren tegen deze verzoeken
in te brengen, terwijl zij er de aandacht op
vestigen, dat niet tot beroep gerechtigd zijn
zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hin-
der wet voor het gemeentebestuur of een
"zijner leden zijn verschenen, leneinde hun
bezwaren mondeling toe te lichten.
AUG. L. REIMERTNGER,
weth. lo.-Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 6 October 1923.
STADSE'^'S.
Einde van den Zomertijd.
Hedennacht eindigt de Zomertijd. Men
zette daarom hedenavond laai de uurwerken
'een uur terug of doe hen gedurende een uur
stilstaan.
Maatschappij dei Nederlandsche
Letterkunde.
Gisteravond hield de Maatschappij der
Nederlandsche Letterkunde haar eerste
maandelijksche vergadenng in dit seizoen,
waarin als spreker optrad mr. P. II. Kilter
Jr., hoofdredacteur van het „Ulrechtsch
Stedelijk en Provinciaal Dagblad", met het
onderwerp: „Iets over stijlstudie in liet al
gemeen en over den stijl yan Ed. Busken
Huet in het bijzonder".
Spr. begon zijn rede met een herinnering
aan de redevoering, die Jacob Geel inder
tijd gehouden heeft voor dezelfde Maat
schappij over een nieuwe kaiaklerverdee-
ling van den stijl. Deze herinnering ge
schiedde niet alleen uit piëteit voor de tra
ditie der Maatschappij, maar ook omdat de
verhandeling van Geel aanleiding geeft'tot
een vergelijking tusschen het slijlprobleem,
zooals zich dat voordeed bij de voorgangers
van den Ouden en bij de nazaten van den
Nieuwen Gids. Het stijlproblcem toch hangt
ten nauwste samrn met den algemeenen
aard van het letterkundig bewustzijn in een
bepaalde cultuurperiode. Het begripstijl sluit
zich eerder aan bij een literatuuropvatting,
waarin men zich vorm en inhoud als twee
afzonderlijke elementen denkt, dan bij een
organische literatuurbeschouwing, die zich
de gedachte niet voorstelt als iets, dat in
den stijl, in den vorm is gehuld, maar waar
een bepaalde zinswending of woorden-op
eenvolging, als dn gedachte zelf, in haar
eenig mogelijke en pressiviteit wordt aange
merkt.
Spr. deed uitkomen hoe Jacob Geel deze
moderne opvatting omtrent de verhouding
tusschen vorm en inhoud in de literatuur
wel had aangevoeld en in dat opzicht een
voorloc-per van den Nieuwen Gidst was te
achten, maar hoe liij zich toch heeft bunnen
ontworstelen aan de algemeene geestes
gesteldheid in zijn dagen, daar hij in zijn
beschouwing, die zich tegen stijlopvattingen
■waarbij het menschelijke in den stijl wordt
miskend, verzette, zich geen rekenschap had
gegeven van het universeel menschelijke,
aa.t mede de verhouding tusschen vorm en
inhoud in de literatuur bepaalt, stil was blij
ven staan bij het vorrn en inhoudprobleem
.voor den eenling-schrijver.
.^Pr'-schetste daarop de ontwikkeling der
stijlgedachte in de 19de en 20ste eeuw in
Holland, een ontwikkeling van mechaniek
naar organiek stijlbegrip en bracht in dit
Verband het kardinale verschil aan de orde
tusschen de literatuur, van den Nieuwen
Gids en die, welke na hem gekomen is en
dat hierin ligt, dat de modernste literatuur
in haar beste uitingen, de persoonlijkheid
Iaat rijpen lot een bepaalde geserveerde
levensgedachte, die met zijn diepste zelf
kennis overeenkomt, terwijl de Nieuwe
Gids zich openstelde voor iedere levensge-
dachle en levensbespeling. Deze beperking
achtte spr. hel daadkrachtige en de litera
tuur van den nieuwsten tijd deze innerlijke
geslotenheid, die niet een resultaat is van
gehoorzaamheid aan conventioneel of aca
demisch decorum, maar van de plechtige
zielsbewogenheid, waar binnen lijden en
leven tot een raad en kracht worden ge
louterd.
Op de verhouding tusschen inhoud en
vorm in de literatuur ging spr. daarna die
per in en hij behandelde speciaal het vraag
stuk van den strijd tusschen refchorische
en zielsbewogenheid in den soheppenden
letterkundigen kunstenaar een- vraagstuk,
dal met de inhoud en vormkwestie parallel
loopt.
De schrijver beseft dat zoowel de ziels
bewogenheid als de rethorische bewogen
heid beiden als fataliteiten zijn opgelegd en
dat de schepping van het kunstwerk dik
wijls een vreeselijken strijd is tusschen ziels
bewogenheid en, rethorische bewogenheid.
Spr. deed uitkomen, dat dit conflict een ge
volg is van onze individualistische cultuur,
dat in literaturen, die niet uit den eenling,
maar uit de volksgroep zijn ontstaan deze
tragedie van het zich zelf martelende indi
vidueel bewustzijn wordt opgeheven.
Voor onze cultuur zocht hij de opheffing
in het tooneel en de journalistiek, die den
schrijver zich doen gevoelên als een door
en voor.de massa omhoog gestuurde kracht
in hun rethorische bewogenheid bewust
doen kiezen, terwijl de zielsbewogenheid uit
het besef van contact met de massa-overtui
ging onbewust vaststaat.
Spr. verklaarde de verhoogde belangstel
ling van den letterkundige voor de journa
listiek het essayisme van onzen lijd. dat
zich in twee vormen voordoet, de mystieke
essay en de vernuftsessay. Het vernufts
essay van onzen lijd doet teruggrijpen naar
Busken Huet.x
Het tweede gedeelte van den avond wijdde
spr. aan een analyse van Huets stijl. Hij be
handelde het rhylhme van Huet, dat voort
durend met stijl tegenstellingen werkt,
waardoor de krachtige kortheid een schoon
stijlmozaïek samenstelt.
De plastiek verschijnt bij Huet als sjijl-
ornament, niet als middel om de kern der
karakteristiek te vormen. Zijn geestelijke
sfeer kenmerkt zich door objectiviteit en
gemis van heroïsche in zijn ironie.
Er is in Huet's stijl een intelleclueele be
wogenheid een voorlgedragen worden op
den stroom zijner universeele vernuftigheid.
Er is weinig Uitwerking in den stijl van
Huet. Hij geeft volgens spr, het voor
beeld. van slijlsynbhèse.
Ten slotte toonde spr. aan in een beschou
wing over Huet's kritiek op Bilderdijk dat
het universeele en te algemeen oriënteeren-
de in de kritiek van Huet hem verhinderd
heeft om tot gedachten en begripsomlijnin
gen te kunnen^komen, dip men in een lei
denden criticus mag eischen.
Sprekers beschouwing werden met aan
dacht gevolgd en aan het slot warm toe
gejuicht.
Protestvergadering tegen de dreigende loons
verlaging van het Overheidspersoneel.
Gisteravond werd vanwege het Plaatse
lijk Comité van Actie (A C O. P.) fn de
groote Sladszaal een protestvergadering ge
houden tegen de dreigende loonsverlaging
van het Overheidspersoneel, waarvoor als
sprekers waren aangekondigd de heeren L.
Buurman, uit Den Haag en S. N. Posthu
mus, uit Amsterdam, terwijl de socialisti
sche zangvereeniging „De Stem des Volks"
eenige liederen zou zingen.
De goed bezochte vergadering werd te
ruim acht uur geopend door den heer Schril
ler, die aanving met een heftig protest legen
deze trouwelooze Regeering. die niet haar
woord houdt. Een tweede protest gold de
politiedienaren, die het vuile werk hebben
gedaan voor de overheid, door de aanplak
biljetten tot deze vergadering af te scheuren
hetgeen spreker met eigen oogen heeft ge
zien. Het geldt thans de Rijksambtenaren,
maar straks kan het ook zoover komen, dat
er een poging wordt gedaan de bezoldiging
der gemeente-ambtenaren te verminderen,
waartegen dan ook zal moeten worden ge
protesteerd. Maar een politie-beamble, zoo
als spr. "schetst, verdient, dat zijn loon
wordt verminderd.
Hierna zong „De Stem" de Internationale
en nog andere liederen, welke warm wer
den toegejuicht.
Daarop verkreeg de heer Buurman, lid
van den Gemeenteraad te 's-Gravenhage,
het woord. Hij deed uitkomen, dat de meeste
ambtenaren tot voor kort het hoofd gerust
neerlegden, omdat zij vertrouwden, dat een
Kon. Besluit nimmer zou worden ingetrok
ken. En die meening was toch niet zoo
dwaas, al zijn er kapitalistische organen,
die het trachten goed te pralen, dat de Re
geering wel haar woord breekt.
De ambtenaren in overheidsdienstzijn
altij'd te laks geweest. In den oorlogstijd
hadden de loonen en salarissen van parti
culieren aldoor een voorsprong bij die van
het overheidspersoneel, dat men zoet hield
met allerlei soort bijslagen. Komende tot
het voornemen van de Regeeriog. hekelde
hij allereerst 3ë houding van „deo groolen
boerenzoon", die het nu eens zal opknap
pen. 't Is wel eigenaardig, dat men altijd
van onderaf wil beginnen, al is het in Lei
den anders gegaan, doordat de hoogste amb
tenaar daar afstand van een zeker percen
tage van zijn salaris heeft gedaan tot een
voorbeeld voor anderen. Spr. zal er echter
niet op ingaan, om te onderzoeken, of wij
hier niet met een mooi gebaar te doen heb
ben. Hoé dat zij, van de meeste ambtenaren
kan er niets af en als er van afgaat, dan
beteekent dit armoede lijden.
Er is trouwens al heel w#t van het sa
laris afgegaan in'den vorm van ëen pen
sioenbijdrage van 87* pCt. Verder is de ar
beidstijd van 4-5 op 48 uren en langer ver
hoogd. Eindelijk is de wachtgeldregeling
veel minder voordeelig geworden. Men ziet,
dat hét overheidspersoneel reeds in de al
gemeen noodig geachte bezuiniging heel
wat bijdraagt.
Zoo wordt' het overheidspersoneel straks
weer teruggevoerd'tot het standpunt, waar
op het vroeger stond, toen van hen werd
gezegd: vast salaris, vaste armoede.
Het onbillijke, óm de gelden, die uilge
spaard moeten worden 'alleen te balen uit
de salarissen, wordt door spr. nader aange
toond door er op te wijzen, dat de rente-
standaard van leeningeü, door den Slaat in
den oorlog aangegaan, zal gehandhaafd blij
ven tot 1932. Waarom het contract, dat de
Regeering daarbij met de kapitalisten heeft
gesloten, niet verbroken en de renleslan-
daard verlaagd?
Er is nu van de zijde der Regeering een
bericht gelanceerd, dat na de 10 pCt. kor
ting op de salarissen er veel kans is, dat een
tweede verlaging niet zal volgen. Maar spr.
vertrouwt zoó'n verklaring niet. Dat zullen
wij later, wel anders zien.
Er had met de organisaties der ambtena
ren overleg omtrent de algemeene bezuini
ging kunnen gepleegd worden. Maar op een
andere wijze als de Regeering zich dit denkt.
Was de Regeering nu nog begonnen met
ook op andere zaken te bezuinigen, dan
was het wat anders. Maar hier ziet men
juist het tegendeel. Daardoor kwam spr. tot
de voor besproken Vlootwet, die als het ge-
heele vlootplan is uitgevoerd, ons acht mil-
lioen zal kosten. Spr. zou willen, dat de
Regeering al vast begon met hei onlwerp-
Vloolwet in te trekken en ook op de andere
militaire uitgaven te bezuinigen.
Bovendien, het tekort, dat ér i9, zal nog
best gehaald worden uit het maatschappe
lijk kapitaal, dat in den oorlog ons land is
binnengestroomd.
Spr. besloot zijn betoog- met de aanwezi
gen op te wekken te ijveren tegen de sala
risvermindering en voor de afschaffing van
het militairisme.
Nadat hierop „De Stem" weder aan het
woord was geweest, verscheen de heer
Poslhurhus, onderwijzer te Amsterdam, op
het podium en constateerde, dat tol op dezen
tijd nog altijd op een vast salaris kon wor
den gerekend. Dit is nu niet moer zoo.
In het laatste bezoldigingsbesluit stond
wel een leelijk art. 40, waarbij de Regee
ring zich het recht voorbehield, om op de
bezoldigingen te korten, wanneer de duurte
afnam. Daar hebben de organisaties wel te
gen gesputterd, maafr er werd hen gezegd,
dat er al heel wat moest gebeuren voor het
zoo ver kwam.
De Regeering zelf heeft zich in 1922 zoo
uitgelaten. En nog geen jaar later en daar
komt de verklaring", dat het bezoldigings
besluit moet worden ingetrokken uit nood
zaak voor onze financiën. Nu zegt de Mi
nister, dat die intrekking juridisch en mo
reel te verantwoorden is. Is 't niet of de
menschen, die zoo schrijven ,in de olie zijn
geweest? vroeg spr. En zichzelf beantwoor
dende, riep hij uit: Neen. zij zijn niet in
de'olie, maar zij doen in olie. (Luid ge
lach).
Spr. vraagt nu waarom de overheid zoo
durft optreden? 't Is, omdat de vele ambte
naren lammelingen zijn en als spr. dat
zegt, dan denkt hij vooral aan zijn ambtge-
nooten de onderwijzers, die zich niet aan
sloten bij een arbeidersorganisatie; ja, die
zich niet eens verwaardigen een vergade
ring bij te wonen.
Wat de man van de olie ons nu aandoet,
dat zal toch dit goede hebben, dat het amb
tenaren dichter bij de arbeiders brengt. Ook
bij de Katholieken en zelfs bij de Christe
lijke ambtenaren kookt het, al worden zij
nu nog zoet gehouden.
Er moet geld zijn, heet het. Waarom kan
dat niet gehaald worden, waar het is? En
met het voorlezen van een staatje van di
videnden van lal van fondsen trachtte spr.
aan te toonen, dat de kapitalisten nog wel
veel meer kunnen betalen.
Een uitstapje makend op het gebied van
het onderwij's, deelde spr. mede, hoe' door
de Regeering het zevende leerjaar werd in
getrokken, evenals het vervolgonderwijs.
Zoo ziet men, dat het de Christelijke Re
geering is, die de cultureele belangen ver
waarloost en materialistische politiek voert.
Het vertrouwen in de goede trouw en de
eerlijkheid van onze Christelijke "Regeering
is bij de ambtenaren verdwenen en daarom
gelooft men daar ook de Regeering niet, als
zij hen wil wijsmaken, dat het niet zoo'n
vaart zal loopen met de verdere verlagingen
Het optreden tegen dit drijven der Regee
ring houdt een waarschuwing in tot allen,
die nog ver van de organisatie staan, om
nu toé te treden, opdat de Regeering de
angst om het hrart slaat en zij terugkeert
van de dwaling haars weegs, die leiden zal
tot verarming van den ambtenaarstand enl
niet is in het belang van het algemeen, om
dat de geheele neringdoende middenstand
er door zal worden gedrukt, wanneer de
koopkracht van de arbeiders en ambtenaren
in overheidsdienst sterk vermindert.
Vooral deze spreker werd luide toege
juicht.
Hierna werd de navolgende motie bij ac
clamatie aangenomen
„De vergadering, uitgeschreven door het
Comité ter behartiging van de algemeene
belangen van Overheidspersoneel (A.G.O.P.)
gehouden le Leiden in de groote Stadszaal,
op Vrijdag 5 October 1923,
kennis genomen hebbende van de plan
nen der Regeering tot: 1. intrekking van ar
tikel 40 van het Bezoldigingsbesluit; 2. ver
laging der salarissen en loonen der ambte
naren en werklieden met 10 pCt.; 3. her
ziening van hel Bezoldigingsbesluit, welke
herziening opnieuw een vermindering van
10 pCt. van het totaal der salarissen zal
moeten brengen;
overwegende, dat door de Regeering den
I ambtenaren al aanzienlijke offers zijn op
gelegd, doordat zij de pensioenbijdrage ad
87* pCt. hief, het aanvangssalaris voor ge-
j huwde ambtenaren met f 300 verlaagde,
I den jeugdaftrek van f 50 per jaar op f 100
stelde voor het tijdelijk en hulppersoneel de
loonen aanzienlijk verminderde en de kin
dertoelage introk, etc. etc. en verder den
wekelijkschen arbeidstijd tot 51 uur ver
lengde;
van oordeel, dat bij het sluitend maken
van de begrooting niet eenzijdig de daaruit
voortvloeiende lasten op de ambtenaren
mogen worden gelegd, waardoor het totaal
der salarissen tot sluilpost der begrooling
I wordt gemaakt,
erkennende, dat de toestand van 's lands
i -financiën het noodig kan maken, dat de
Regeering vér-strekkende maatregelen moet
i nemen, leneinde daarin verbetering te
brengen;
van meening zijnde, dat deze maatrege
len dan echter de gansehe burgerij en ieder
burger naar draagkracht dienen te treffen;
conslateerende, dat door de huidige Re
geering, bij monde van minister De Geer,
herhaaldelijk en met nadruk is verklaard,
dat de Regeering zoowel op moreele als ju
ridische gronden verplicht was, de salaris
sen van het in dienst zijnde personeel te
handhaven; welke verklaring daarna in.
art.'40, z'óoals dit thans luidt, is vastgelegd
ter waarborging van verkregenrechten; i
verklaart Zich "op al deze grinden tegen
dé door de Regeering voorgestelde maatre
gelen, eischt van haar naleving van door
haar zelf in een Koninklijk Besluit vastge
legde waarborgen;
en besluit deze motie te publiceeren in de
pers en ter kennis te brengen van de Re
geering en de S'alen-Generaal."
Hierna werd de vergadering gesloten. Er
werd tijdens de vergadering en bij den uit
gang druk geteelcend op het petitionnement
tegen de Vlootwet.
Resultaten Invaliditeitswet.
Raad van Arbeid Leiden.
Stand op 1 September 1923.
Aantal Jaarl. bedrag
Inval iditeilsren ten 113 18.550,22
Ouderdomsrenten 879 130.572.
Weduwenrenten 78 12.718,42
Weezcnrenten 145 24.234,60
Totaal 1225 f 186.075,24
Dit allen zijn loopende renten. De geval
len, waarin het renlegenot door overlijden,
herstel der validiteit of- om andere redenen
ophield, zijn er dus niet inbegrepen.
Aantal gevallen waarin geneesk. behan
deling werd toegestaan 262. Nog in obser
vatie 27.
Voor het examen voor apothekersas
sistent waren gisteren door de commissie
alhier opgeroepen drie candidaten. Geslaagd
zijn de heer A. Verhulst, van Rotterdam, en
de dames M. Zander, van Sialang, en J. H.
B. Tuk, van Rotterdam.
Gisteren herdacht de heer W. M. Oppe-
laar, Oude Heerengracht 14 alhier, hoe hij
vóór 35 jaren werd benoemd tot collectant
van het Ned .Herv. Kerkgenootschap alhier.
Het heeft den eenvoudigen en sympathie
ken jubilaris aan blijken van hoogachting
en vriendschap niet ontbroken.
In een buitengewone vergadering van het
College werd hij gisteravond gehuldigd. Het
oud9le lid in dienstjaren sprak hem in
gloedvolle woorden toe. Daaruit klonk niet
alleen de toon van vriendschap, doch ook
van waardeering en hoogachting zijner
mede-leden.
Deze toespraak en gélukwensching ging
gepaard met stoffelijke bewijzen van
erkentelijkheid der leden voor wat de jubi
laris als leider van voormeld College voor
hen allen was. Deze geschenken gingen bo
vendien vergezeld van een oorkonde, ver
meldende de data van het jubileum en de
handteekeaiingen der werkende leden.
Verschillende kerkelijke corporaties'kwa
men hem in het met groen en bloemen ver
sierde vergaderlokaal in de Hooglandsöhe
Kerk, waar het College sedert zijn oprich
ting in 1810 maandelijks bijeenkomt, hun
gelukwenschen aanbieden.
Ook van oud-collega's ontving de jubilaris
blijken van vriendschap en genegenheid.
Aller wensch is, dat hij ;n^ vele j^reni
voor het college gespaard moge blijven.
BINNENLAND.
De zomertijd eindigt in den nacht van
heden, Zaterdag op Zondag.
Minister Van Swaay en ontslag der ge*
huwde ambtenaressen.
Een particuliere audiëntie van den Mi
nister van Binnenlandsche Zaken en Land*
bouw inzake art. 40 van het Bezoldigings
besluit.
BUITENLAND.
Stresemann heeit in Duitschland nog geen
kabinet kunnen vormen. Pogingen tot her
stel der groote coalitie.
Lord Cuizon geeft op de Engelsche Rijks
conferentie een overzicht van den politieken
toestand.
Verzet tegen de beslissing van den Ge-
zanteniaad inzake het Grieksch-Italiaansch
conflict vanuit de commissie van onderzoek.
Evenals vorige jaren zullen ook in dit
winterseizoen in de Ooslerkerk alhier weder
eenige Zendingsbidstonden, uitgaande van
verschillende Zendingsverecnigingen, gehou
den worden, voor ieder grafcis toegankelijk.
Gisteravond had vanwege het Java-Comilé
de eerste samenkomst plaats. Als spreker
trad daarin op ds. D. A. van den Bosch, van
's-Gravenhage, die, na gewezen le hebben
op het algemeen verschijnsel, dat gewone
Zendingsbijeenkomsten ten onrechte niet
druk bezocht worden, naar aanleiding van
de Gelijkenis van den Barmharligen Sama
ritaan stilstond bij hetgeen Christus voor
ons heeft gedaan en bij wat wij voor Chris
tus doen.
Zooals gewoonlijk, zullen ook dezen
winter weder eenige sprekers voor den Gé-c
ref. Bond (lot verd. en verbr. van de Waar-"
heid in de Herv. (Geref.) Kerk) optreden.
Woensdag 10 October a.s. hoopt in gebouw
„Prediker" voor de afd. op te treden ds. W.
Bieshaar, van Den Haag, met het onder
werp „De bouw van Gods Kerk". Men zal
herinneren, dat Z. Eerw. op 14 Maart 1.1.
plotseling verhinderd was deze rede uit te
spreken.
Men zie overigens de advertentie van
Maandag.
In de gisternamiddag gehouden bui
tengewone algemeene vergadering van aan-,
deelhouders der Leidsche Broodfabriek wer
den tot commissarissen benoemd de heeren
Felix Driessen Jr., mr. J. G. van der Lip en
J. Vos.
't Was gisteren zoowaar weer haast
een ouderwetsche ommegang der studenten
na de inauguratie van de nieuwe leden van
het Leidsch Studentencorps. Alleen werd hij
veel vroeger in den avond te zeven
uur gehouden dan in de jaren vóór den
grooten oorlog, toen de Schouwburg het
punt van uitgang was en het wel eens heel
laat kon worden Maar er waren weer fak
keldragers met brandende flambouwen in
den stoet, en werd weer bengaalsch vuur
meegevoerd, het aantal rijtuigen was weer
grooter dan in de laatste jaren, de muziek
speelde weer flink, tal van banieren wer
den weer meegedragen, er werd weer opge
wekt gezongen, het aantal studenten, ook
dat der pas ontgroende, was weer groot en
ook aan belangstelling van de zijde der bur
gerij ontbrak het thans niet.
Telkens klonken het Io vivat en andere
studentenliederen op Breeslaat en Rapen
burg, en bij het passeeren van de woning
des burgemeesters werd een extra-lied aan
geheven.
De Stadszaal was eerst het voorwerp van
veler belangstelling, waar eenigen, njM let
tende op wat achter hen was, nl. het pas
gemeniede hek van het Rijnlandshuis, een
rood souvenir mee naar huis namen; en
ten slotte de sociëteit „Minerva", het eind
doel van den stoet.
In de op 28 September j.l. gehouden
vergadering van de Kamer van Koophandel
en Fabrieken voor Rijnland te Leiden werd
besloten, pogingen aan te wenden om de
bezwaren, welke van de zijde der Industrie
tegen de Zakelijke Bedrijfsbelasting naar
voren geschoven worden, met de Gemeente-*
raadsleden van de plaatsen, alwaar deze be-,
lasting geheven wordt, in comité-generaal
te bespreken.
Het verzet tegen deze heffing is thans in
een kritiek stadium gekomen, daar eener*
zijds enkele induslrieelen weigeren deze be-,
lasting te betalen, terwijl door anderen ge
dreigd wordt deze ^lasting op de arbeidet*
te verhalen.
Daarom meent de' Kamer, als officieel
vertegenwoordigster van Handel en Nijver-.
held In ons district, nogmaals een ernstig#
poging te moeten wagen, ten einde te bén