In verkeerde Schoenen. LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 24 September. Tweede Blpd. Anno 1923, BINNENLAND. FEUILLETON. Mo. 19493. Dë groote betooging te Amsterdam. De demonstratie voor ,bedrijfsorganisa- ie en medezeggenschap, vóór de handha- ing en verdere doorvoering van den acht- irendag, en tegen het militairisme, welke egen gisteren was uitgeschreven door het »ed. Verhond van Vakvereenigingen en de loc.-Dem. Arbeiderspartij, is geworden tot Een massale betooging, in haar soort tot jusver zonder weerga in ons land, aldus :,De Crt." Uit alle provinciën waren de »etoogers met roode rozen in het knoops gat of op de blouses gekomen, banieren roerden zij mede, muziekkorpsen verge- selden hen. Ongeveer 1500 deputaties van noord en zuid, oost en west, trokken op naar de hoofdstad,, bijkans 40 extra-treinen yaren voor dit vervoer ingelegd en tus- iclien elven een eenen togen lange stoeten iiet ontplooide banieren en spelende mu ziekkorpsen in onafzienbare rijen van da Rations naar het IJsclubterrein. Tot halfelf had de regen zonder ophou den gevallen. Maar tegen elven kwam de ion door en het weer heeft zich verder, op één flinke bui na, goedgehouden. De 1500 deputaties vertegenwoordigden le afdeelingen van de S.D.A.P. en die van ie bij het N.V.V. aangesloten vakvereeni gingen. Naar de provincies en steden waren zij in ^17 groepen verdeeld. Rotterdam en Amsterdam was het krachtigst. Geen en kele uithoek van het land ontbrak. Om twaalf uur was het IJsclub-terrein reeds één compacte menschenmassa. Nog steeds rukten van alle kanten de zingende groepen aan. In totaal hebben, volgens betrouwbare tellingen, aan meeting en op tocht tusscheq de 60 en 70 duizend perso pen deelgenomen. Kleurig staken banieren en vlaggen bo1 Ven de IJsclub-menigten uit, zangkoren en muziekkorpsen deden zich hooren. Borden vezen aan waar de verschillende groepen fcich hadden op te stellen. Klokslag één opende de voorzitter van Set partijbestuur van de S.D.A.P., de heer j\V. H. Vliegen, de meeting met een luid toegejuichte rede, waarin hij o.m. het vol gende zeide: De deelneming aan deze demonstratie maakt haar tot de grootste, ooit in Neder- lland gehouden. 1500 [Organisaties nemen Ideel, vertegenwoordigende meer dan een I kwart-millioen georganiseerde arbeiders met [hoofd en hand. Dit wijst er op, dat de Ne- l 'derlandsche arbeidersklasse, in ruimen zin I genomen, behoefte had zich te uiten, om .te komen verklaren, dat de druk der tijden en de overmacht der reactie, misschien wel fcn staat was haar opmarsen naam beteren Ifcijd tijdelijk tot staan te brengen, misschien wel Lu staat is haar hier en daar een neder laag toe te brengen, misschien zelfs wel I fiaar voor een wijle een handbreeds terug te dringenmaar dat het legem, het leger yan den arbeid, gevormd in leed en strijd, ion verzwakt, ongeslagen, het geweer bij den voet, bijeen blijft, weerstand biedend aan rik pogen der reactie, bijeen en paraat blijft om bij het eerste dagen van betere Omstandigheden, den opmarsch naar het be geerde doel, met het oude élan en niéuwe kracht, te hervatten. Drieledig is de inhoud van wat wij heden Van de veroveringen, die wij op het gebied der sociale hervormingen konden bereiken, waarvoor wij een kwart-eeuw en langer heb ben gestreden, die gij eindelijk hebt moeten toegeven, om thans, nu de omstandigheden b de gelegenheid er toe geven, onmiddellijk weer uw eigen werk af te breken, met groo- ter ijver, dan waarmee gij het hebt moeten 'opbouwen. Speciaal de grootste en belang rijkste hervorming, den 8-uren-dag wen- 6chen wij te behouden. Ht tweede punt, waarvoor deze manifes tatie dient, is een protest tegen het mili tarisme, welk protest, helaas, een dringende Actualiteit heeft verkregen door dé Vloot wet. Ziehier een land met een ontredderden 'economischen toestand, met méér dan hon derdduizend werkloozen; een Staat in jam merlijken flaancieelen toestand, zoodat mep in letterlijk elke cultuuruitgaaf het bezui- ningïngsmes, men zou haast zeggen de be-, zuiningingszeis zet en op datzelfde ooge'n- blik koiSn dolzinnige regeerders met een Vlootwet. Wij willen deze drijverij naar de hervat ting van de bewapeningen niet alleen be strijden in het Parlement en niet alleen door een protest op deze demonstratie, maar ook door een volkspetitionnement. Practisch gesproken begint de Kamer op 11 October a.s. met de behandeling. Dan moeten vele honderdduizenden handteeke- ningen binnen zijn. De besturen van alle partij-afdeelingen en van alle afdeelingen van de vakbonden moeten de leden er mee op stap. Tegen 11» October moet alles bin nen zijn. Deze demonstratie is de meest grootsche inzet, dien wij ooit hadden, het volkspetitionnement moet alles overtreffen wat ooit van dezen aard in ons land is ge presteerd. Ik zal niet zeggen welk cijfer wij moeten hebbed, maar het moet ëen. getal van zeven cijfers zijn. Ën eindelijk is deze demonstratie gericht op het breken van de alleenheerschappij van de heerschcnde klasse in het bedrijfs leven. Spr. besloot zijn rede met een woord van dank aan al degenen, die tot het welslagen hebben bijgedragen; tot de spoorwegmaat schappijen, die zoo royaal medewerkten ora. het vervoer goed en goedkoop te doen plaats hebben; tot de Amsterdamsche politie-auto- riteiten; tot het gemeentebestuur van Am sterdam. En hiermede eindigde spr. is de de monstratie geopend. Laat onze vanen wap peren en onze liederen klinken als getui gen van wat er groeit en leeft in de opwaarts marcheerende arbeidersklasse. Van 12 spreekgestoelten werden de mee- tinggangers toegesproken. Het Kamerlid Suze Groene weg en de heeren Stenhuis, Wi- baut, v. d. Tempel, Kleerekoper, Duijs, v. d. Walle, Moltmaker, Smit, K. de Jonge en Noordhoff voerden het woord. Na den heer Vliegen betrad mr. P. J. Troelstra het eerste spreekgestoelte. De om standers zongen hem de „Internationale" toe, waarna de heer Troelstra zijn „mede strijders en feestgenooten" toesprak. „Feest- genooten", omdat het heden een feest was om te zien hoe er over de geheele wereld één kracht is, die front maakt tegenover het ka pitalisme, enjiet eerste succes, dat er dezen dag valt te Doeken, zit dan ook in den ge- toonden onverwoeslbaren wil om dat front te vormen. Wat den internationalen toestand betreft, zeide spreker, dat het egoïsme van het ka pitalisme den opbouw van de wereld tegen houdt en ook tin Nederland was de reactie nooit sterker dan thans onder de leus der bezuiniging. Voorloopig kunnen wij hier onder het bewind van Colijn zeggen, dat wij op den slechten weg zullen voortgaan. Spr. verwees naar de Vlootwet, welke ^elfs door deskundigen uit de marine-wereld totaal veroordeeld wordt. Terwijl er bezuinigd wordt op ziekte- en ouderdomszorg en het lager onderwijs in zijn wiek wordt geschoten door het opofferen van het 7de leerjaar, heeft het woord geklonkenop alles bezuinigén, maar op de vloot niet Reeds deswege moet er op dezen dag een krachtig protest van 't Nederlandsche proletariaat opgaan. Naast de afbraak van zooveel goeds staat in de Troonrede niets nieuws. Bijvoorbeeld niets over medezeggenschap van arbeiders in het bedrijf, hetgeen de regeering toch geen geld behoefde te kosten. Spr. noemde dit moedwillige reactie. Aan Christelijke zijde Is men verantwoordelijk voor dit schande lijk bedrijf der Regeering. De. Christelijke „arbeidersvrienden", snijden door in ons vleesch te snijden, aldus spr., in hun eigen vleesch. Een driewerf foei weerklinke daar tegen I De verheffende aanblik van deze demon stratie hier bewees spr., dat men krachtig is gebleven in gehalte. Syndicalisten en communisten zeide spr. betoogen voor een 46-uren-week, als wij voor een 48-urige betoogen, en dat alléén om op ons te schim pen, want wij offeren onze kracht niet op voor een verloren zaak. Deze tijd is er geen om elkaar te ondermijnen. Er is maar één werkelijk beslaand éénheidsfront en dat is- dat van S. D. A. P. en moderne arbeiders-, beweging en al wat daarbuiten wil meedoen is slechts een andere vorm van reactie. Wij eijn, als een stoet, die de naakte velden van het kapitalisme is doorgegaan op een tocht van 25 jaren en nu zijn we langzamerhand gekomen voor de poorten van de stad, welke we steeds in de toekomst zagen, en nu vin den we de poorten van die stad extra ge grendeld en treden de stormtroepen der re actie naar voren. En nu hebben we den grooten strijd eigenlijk nog te voeren. Nu is alles tegen ons in opstand. De beteekenis van deze demonstratie is, dat we een donde rend neen toeroepen aan hen, die denken dat we slaaf der reactie zullen worden. Als we geen socialisme krijgen, dan krijgen we den ondergang der maatschappij, riep spre ker uit. Spr. besloot zijn rede We donderen hier een „vervloekt" tegen de tegenwoordige re geering en haar handlangers. En we demon- streeren hier den wil om een aanvang te" maken met het socialisme in deze maat schappij (Applaus. Opnieuw zingt men de „Internationale.") De heer R. Stenhuis, de voórzilter van het N. V. V., noemde in zijn rede minister Aal- berse bondgenoot geworden van de werkge vers. Spr. wekte op die stemming onder de arbeiders te verwekken, dat een eventueel stakingsparool gevolgd zal worden. De Re geering betoogde spr. heeft zich met a loonsverlaging der ambtenaren aan de spits van de werkgevers gesteldte ver wachten valt dan ook een algemeene sala risverlaging met 25 A 30 pCt. Art. 40 maakte de Regeering tot een vodje papierhet was echter de plicht der Regeering geweest ten deze de besturen der vakvereenigingen als belanghebbende partij te hooren. Spr. wekte ten slotte op tot krachtig werken voor het volkspetitaonnement in zake de Vlootwet, om daarna een grootsche campagne te gaan voeren onder de leuze: terug in de vakbeweging. (Applaus). De meeting hechtte haar goedkeuring aan. een uitvoerige resolutie, waarin ge formuleerd werd het standpunt, dat S.D. A.P. en N.V.V. ten aanzien van den 8-uren- diag enz., innemen. Deze resolutie roept ten slotte ,,-de Nederlandsche arbeiders met hoofd en hand, op, door teekening van het Volkspetitionnement tegen de Vloot wet), te getuigen van hun afkeer tegen het mensdhonteerende militarisme en door mas sale aansluiting bij de economische en po litieke organisatie van het proletariaat, de kracht te scheppen, die de reactionaire aanvallen op de sociale wetgeving met suc ces kaji weerstaan en de eischen van mede zeggenschap, bedrijfsorganisatie? en socia lisatie te verwezenlijken," Onmiddellijk na afloop van de redevoe ringen werd de stoet gevormd, welke de stad tot het Amstelveld toe zou doortrek ken. Precies om twee uur verliet de kop van den stoet het IJsclubterrein. Voorop werden gedragen de groote vlag gen der S.D.A.P. en N.V.V., dan.volgde de groep van het Federatiebestuur der S. D.A.P. met tal van leden der beide Ka mers, den Gemeenteraad, de Staten, enz. Voorts de voormannen van N.V.V. en be stuurdersbonden. De meesten met hun da mes. Achter hen kwam de groep Friesland met- een Friesch muziekkorps. En toen deze af deeling reeds een eind op weg was, kwam men de groepen van Groningen en Drente tegen, wier extrartrein extra-ver traging had gehad. Zij sloten zich aobter Friesland aan. Zoo ging -men in zeer langzaam tempo door de ,*,sdhildershuurt." Overal Jaugs den weg was de belangstelling zeer groot. Inoi denten deden zich -nergens voor. Om 3 uur 40 m. kwam de kop van den stoet op het Amstelveld aan. Het ruime plein was geheel voor de betoogers vrijge houden. Groepsgewijs marcheerden zij met muziek en zang het Annstelveld optal van eprekers verklaarden daar voor elke groep afzonderlijk met oen'laatste opwek kend woord den stoet voor ontbonden en meteen verlieten daarop do demonfltran ten het plein. Het werd tot een groot banieren-défilé daar op het Amstelveld. Eerst om halfzeven des avonds verlieten de laatste groepen het IJsclubterreinom over zevenen werd de laatste groep betoo gers op het Amstelveld ontbonden. Het voorbijtrekken van den geheelen optocht liad dus 4ya uur geduurd. Met ext a-trei nen, per tram, op de fiets, per boot en mét auto-omnibussen keerden de deelne mers aam de betooging weer maar hun haardsteden terug. Een aantal Groning- 8che werkloozen legden, den geheelen tocht per rijwiel af. De geneeskundige dienst had uitgebrei de maatregelen getroffen. Op het IJsclub- terrein vielen ongeveer 20 menschen door het lange staan flauw. Eén vrouw gleed uit over een bananensohil en moest met een gebroken arm en been naar een der ziekenhuizen worden overgebracht. Op de Stadhouderskade is in de drukte een vrouw plotseling doodgebleven. Terwijl vele duizenden betoogers in de richting van het IJsclub-terrein trokken, was ook in de ochtenduren een groote stroom menschen merkbaar, welke zich naar het Parkschouwburgterrein bewoog. Ook daar heen werden roode banieren en roode vlaggen gedragen. Op dit terrein had 'a middags het N.A.S., de communis- tische partij, de federatie van sociaal-an archisten en de bond van anarchie-commu- nisten oen protest-meeting tegen de Vloot wet belegd, welke zeer druk bezocht was. Naar schatting waren er ruim zesduizend betoogers.Velen hunner droeger een kaart, waarop een doodskop met een matrozen muts op, geteekend was. Tegen minister Colijn en de vlootwet- plannen richtten zich óp felle wijze de sprekers, de heeren M. de Boer, Th. J. Dissel en Lou de Visser. In de muziektent, van waar uit gespro ken werd, zaten ook eenige Oosterlingen. Onder hen bevond zich ook Semoean, de verbannen Javaan, die bij den aanvang der meeting eenige woorden zeide. In den optocht werden weeir vele banie ren en doeken meegedragen. Ruim twee uur vertrok de optocht van het Parkschouwburgterrein. Langzaam kwam de optocht vooruit. Tus- schen lange rijen nieuwsgierigen trokken de betoogers in goede orde in kalme stemming voort, tot rij eerst ma geruimen tijd het eindpunt bereikten. Herziening van het reglement op het regeeringsbeleid in Ned.-Indië. Ingediend is een wetsontwerp tot her ziening van het regle.ment^op het beleid vam de Regeering van Ned.^ïmdië. Blijkens de Memorie yan Toelichting be paalt dit wetsontwerp zioh tot de wijzigin gen, die het rechtsbreeksoh gevolg zijn van de jongste Grondwetsherziening. In ver band met den beperkten opzet van het wetsontwerp moesten tal van bepalingen van heb door den Volksraad behandelde ontwerp, welke alleen redactie-verbetering beoogen, worden geschrapt. De door dien Raad aangenomen amen dementen van dezelfde strekking zijn daar om ook niet overgenomen. Bedoeld ontwerp is 18 Juni van het vo- rige jaar door de Indische regeering aan den Volksraad toegezonden. Het ontwerp werd door den Raad in zijn vergadering vanv 5 December d.a.v. met 27 stemmen vóór en 14 stemmen tegen aangenomen. Door deze herziening zal een nieuwe schrede worden gezet in do "richting van vorming eaner eigen machtssfeer van In- dië, welke vorming een aanvang nam met do decentralisatie-wetgeving van 1903 en met de wettelijke erkenning van de finan- cieele afscheiding van Nederland (1912), de instelling van den Volksraad (1916) en de reorganisatie van de grondslagen van het gewestelijk en plaatselijk bestuur (1922) werd voortgezet. De belangrijkste taak, waarvoor de wetgever zich daarbij ziet ge plaatst, is de edhepping van- een orgaan van dien aard, dat aan den Landvoogd, in samenwerking daarmede, de regeling van de inwendige aangelegenheden met ver trouwen kan worden overgelaten. Het wetsontwerp zoekt de oplossing in een versterking van het vertegenwoordi gend karakter van den Volksraad en in de invoering van een werkwijze voor de behandeling van regelingen van wetgeven der aard, clie zoowel medezeggenschap van dien Raad, thans enkel een adviseerend college, al9 de geregelde afdoening van den wetgevenden arbeid waarborgt. Door de groote afstanden en door de eigenaardige samenstelling van de Indi sche maatschappij is het zeer bezwaarlijk personen te vinden, die geschikt zijn oiti aan den wetgevenden arbeid een werkzaam aandeel te nemen. De behoorlijke behande ling van de zeer talrijke maatregelen van wetgevenden aard eischt een zoo goed als onafgebroken werkzaamheid, welke vooral san hen, die buiten de hoofdplaats en haar onmiddellijke omgeving gevestigd zijn, gieen tijd zou overlaten voor anderen geregeld en arbeid. In veel sterkere mató nog zou dit bezwaar zioh doen-gelden, wan neer de rittingen zich over het geheeld jaar uitstrekken en het onvermijdelijke gevolg daarvan zou zijn, dat velen voor het ïidmaatsohap zouden bedanken wier aan* wazigheid onmisbaar Is om aan den Volks raad een werkelijk vertegenwoordigend ka rakter te geven. Het stelsel van het ontwerp. Om de aangegeven bezwaren te ontgaan,; 13 in het wetsontwerp een stelsel aanvaard. Volgens hetwelk: a. do mogelijkheid wordt geopend om den Volksraad uit te breiden, ten einde aan de verschillende belangen en stroo* mingen in de Indische maatschappijeen ruimere vertegenwoordiging te waar bot* gen b. de Volksraad in zijn volledige samen* 6telling belast blijft met de hem thana t.a.v. de begrooting en wat daarmede sa menhangt, opgedragen werkzaamheden, waarvan overigens door een andere rege ling van de taak van de wetgevende macht hier te lande op dit gebied een grooteré beteekenis zal worden gegeven; c. een door en uit den Volksraad te kie zen college, „Wetgevende Raad" genaamd, wordt gevormd, dat, zoolang de voormei* de bezwaren zich nog doen gelden, als re* gel de taak van den Volksraad bij de vast* stelling van regelingen van wetgevenden aard zal vervullen. De Wetgevende Raad. De leden van den Wetgevenden Raad zul len door toekenning van een behoocrlijise geldelijke tegemoetkoming in staat behoo- ren te worden gesteld, om zich geheel aan hun werk te wijden. Als vertrouwensman nen van den Volksraad zullen rij de in dat lichaam heerschende hoofdstroomingen bi} den wetgevenden raad tot uitdrukking kunnen bdengen. Wordt verder een practisohe regeling getroffen voor de oplossing van eventueele conflicten, omtrent eenigen maatregel van wetgevenden aard, tusschen den gouver neur-generaal en de vertegenwoordigers der bevolking van Indië kan worden ver kregen, dan is bet mogelijk, op vrijgevige wijze uitvoering te geven aan de gedachte om het zwaartepunt der wetgeving voor In dië naar Indië zelf over te brengen, en re- geling bij algem eenen maatregel van be stuur te beperken tot eenige speciale on derwerpen en gevallen. Het wetsontwerp. Ofschoon om de hierboven aangegeven reden dó hervorming zioh bepaalt tot een .wijrigin# van het bestaande Regeerings- rcglement, maakt de omvang en het ingrij pend karakter de aan te brengen verande ringen een nieuwe indeeling noodig. Aangaande den inhoud van het wotsonln werp moge het volgende worden aange- teekend. De werkzaamheden op wetgevend gebied van den Raad van Nederl-Indië zal een zuiver adviseerend karakter krijgen. Do vraag, of behoud van een Raad noo dig is, nu het karakter van den Volksraad een ingrijpend© wijziging ondergaat, en eerstgenoemd college meer het karakter zal dragen van den Raad van State hier te lande, wordt, zonder eenig voorbehoud, bevestigend beantwoord. De verpliohting, om zoowel door perio dieke overzichten de zg. mailrapporten als door afzonderlijke mededelingen den ge noemden Minister geregeld kennis te ge ven van alle belangrijke gebeurtenissen in Indië en van 'de inzichten, voornemens en handelingen der Ind. Regeering is thans apgenoanen in de instructie van don G.-G. De vraag of aan den Volksraad bet recht van enquête dient te worden toegekend, ié ontkennend beantwoord, aangezien een enquête onder da in Indië bestaande om- Naar bet Engelsch, door BERTA RUGK. (Nadruk verboden.) 14) Ik had dat kleine koortsthermometertje wel uit haar hand willen rukken en in het vuur gooien om het lot te deelen van Prinses Meta's" briefkaart. Maar met groote inspanning beteugelde ik mijzelf. Inwendig kokende, lag ik achterover biet dien thermometer als een prop in mijn Jnond, terwijl de zuster aan het voeteinde van mijn bed zat met do oogen gevestigd op haar armbandhorloge. Toen zij haar verfijnd folter werktuig uit öiijn mond nam en bekeek, gaf zij een klein knikje, maar zei hoegenaamd niets. Ik zei met een stem, die zij zelfs vol- fcnaakt kalm en vrij van koorts moest noe- frien„Ik weet wel, dat dit alles klinkt Als de meest ongerijmde onzin, dien u ooit gehoord beeft!" „O, dat weet ik niet, Juffrouw White- lands", zei zuster Phyllis, met haar rug Eaar mij toe en den ^thermometer afwas- Behende. „Wij, pleegzusters, zijn gewend Treemde dingen te hooren; dat verzeker ik A. Niets verwondert ons! Ik herinner mij fon patiënt van mij, een kapitein.:...." ^>>Ja, ja, maar u denkt, dat dit alles Jbet op één dag aan een meisje k^n over komen, dat weet ik zeker 1" ging ik met Jandrang voort. „Het is net een verwarde «top. opwindende dingen bij elkaar, niet waar, zuster? Het is bepaald meer dan wat mij toekwam, hé, zuster? Maar Ik' denk, dat er niemand van over de vijftig is, die niet op zijn leven terug kan zien en ten minste één dag aanduiden, toen hem dingen overkwamen, die meer th ui she ll oorden in een melodrama; iets, dat eer op het tooneel gebeurt dan in het werke- leven !"- „O, dat ben ik volkomen met u eens", zei zuster Phyllis, heel beminlijk, terwijl rij onder heb spreken den thermometer op poetste met een punt van den handdoek, „Ik denk soms werkelijk, dat de werke lijkheid vreemder is dan verdichting!" Te goed, ja al te goed, zag ik in welk van die twee zij dacht, dat? ik haar op- disohte. „Ik moet Lady Meredith nog eens spré ken", ging ik voort van uit de kussens. ,,Ik voel, dat ik geen oog kan toe doen vannacht voordat ik Lady Meredith ge sproken heb." Hier viel mij een prachtig idee in. „Als ik niet slaap, -vrees ik, dat u het ook niet doet, zuster," zei ik en mijn toon was meer bedroefd dan dreigend. „Ik zal blijven woe len en schellen om allerlei dingen, vreés ik" Dit sloeg in. Ik zag de eerste flikkering van vervé ling op zuster Phyllis' kalme gelaatstrek ken. Zeer aangemoedigd ging ik voort: „Ja, ik ben bang, dat wij geen van beiden eett oog dicht doen, tenzij ik Lady Meredith nog eens gezien heb en getracht haar ie verklaren wie ik ben en waarom. U moet haar vragen bij mij te komen l" Zuster Phyllis zweeg een oogenblik. Toen zei ze, alsof niets baar rust had verstoord „Zeer goed, Juffrouw Whitelands. Als Lady Meredith thuis komt, zal ik zeggen, 9at u haar graag wou spreken.^ „Als zij thuis komt?" herhaalde ik te leurgesteld. „Is rij dan uit?". „Ja, zij en Mijnheer Riohard zijn in de auto naar Camrys. Zulk een liefhebbend echtpaar, nietwaar? Zij doen mij altijd denken aan Darby en Joan of Philemon en Baucis. Misschien zal Lady Meredith een paar minuten vóór het eten bij u kunnen komen.- Maar u zult niet met haar kunnen praten, als u u zelf hoofdpijn bezorgt, nietwaar?" voegde rij er bij op een toon, alsof zij tot een onhandelbaar kind van drie jaar praatte. „U hoeft nu zeker hoofd pijm'2 Dat Was zoo. Ik deed mijn oogen weer dicht en zucht te gemelijk. „Probeer eén slaapje te' doen, juffrouw Whitelands", klonk haat raadgeving, ter wijl zij do jaloezie neerliet; „ik zal neen- gaan." „Neen, ga met heen", zei ik smooken'd. „Ik vind het Vreeselijk juist nu met mijn gedachten alleen gelaten te worden. „Heel goed, Juffrouw Whitelands, dan zal ik blijven", «el die vrooïijke, vriende lijke, knappe zuster, dié iemand zoo» wan hopig zou maken. „Ik zal blijven en mijn brieven Schrijven bier op uw kanier, op één voorwaarde. U moet beloven niet tegen mij te praten." Dat beloofde ik. Zij ging vlak bij het raain ritten en krab belde pp é$n block-nóte pöstpapiëf óp een knie, met een schort bedekt, terwijl ik stil bleef liggen. In mijn verbeelding keek ik over haar blauw katoenen schouder, naar den brief, dien ik mij verbeeldde haar te zien schrij ven. Ik grondde die vergelijking op ver scheidene brieven, die ikzelf had ontvan gen van een jonge, goed opgeleide pleeg zuster; een meisje, clat tusschen haar ver plegingen in een poosje in mijn pension geweest was. Zoo verbeeldde ik mij, dat zuster Phyllis zou schrijven aan haar fa milie thuis of aan haar beste vrienden of haar jongen vriend (of aan wie dan ook): „Ik ben hierin Abrahams schoot, dat üïoet ik u zeggen. Het is hier een fijn huis hoort en het "eten is puik." (Dat was altijd het eerste, waar die andere verpleegster over dacht). „Mijn patiënt is het vreemdste soort meisje, dat je ooit gezien hebt." Ik dacht, dat de brief aldus zou voort gaan: „Zij is 'actrice en de weduwe van een jong officier van het Indische leger, die. Onlangs gesneuveld is, én zij is hier geko men om bij zijn familie te blijven, en rij schrikte zoo van een ontsnapten Duitschen gevangene, die in haar kamer kwam op den avoind, toen rij' pas was aangekomen, Hat die schrik en de val, en ik denk haar vreeselijk verdriet over den dood van haar man, alles bij elkaar, haar zóó van streek heeft gemaakt, ""dat rij heélemaal in dë war is, het arme kind. Iedere minuut 'dringt- rij er op aan, dat ik haar bij een "anderen naam noem; rij verwart zeker al de namen, waaronder rij gespeeld heeft, denk ik!" Ja, dat zal zuster Phyllis zeker gedacht hebben; rij, met haar rein pleegzustérsge* richt I Het volgende zal zij zeker wel oveü mij geschreven'hebben: „Men zou nooit denken, dat zij actrice was, als men haar aanzag. Een heel kalm gezichtje, nogal aardige blauwe oogen en een imassa heel gewoon, vlasblond haar. Haar kleeren passen in 't geheel niet Bij haar: het opzichtigste ondergoed, dat ik ooit bij een van mijn patiënten gezien heb, na die barones uit Milaan, die aan morfiné verslaafd was. Zij beweert, dat het haaaj kleeren niet rijn. Ajto kindVanmiddag vertelde zij mij, dab zij volstrekt niet de vrouw was van George Meredith. Zij deed een onmogelijk verhaal, dat rij van rol verwisseld had met dat andere meisje. Zij beweerde, dat rij Vera Vayne niet wasj ik moest haar Juffrouw Rose Whitelandg noemen. Ik zou haar natuurlijk met het grootste genoegen Christabel Pankhurst of Mevrouw Charlie Ohaplin noemen, alé zij het mij gevraagd Had. Men moet ze huil zin toaar geven 1" Zachtjes bewoog zich de vulpen over ius* ters zachte schrijfportefeuille. Ik lag mij daar woedend' te maken qvdp het "noodlot, dat mij veroordeelde dit aan te zien. „De eene ellende voor en d© andere na"* zöoals ik wel gedacht had bij het begin van die noodlottige reis. Iedere minuut, die ik doorbracht in inijfli tegenwoordige valschë positie, maakte dé verklaring moeilijker. Hoe lang zou het nog duren, ja, hóe lang, voordat ik in ©taaU zóu zijn met Georges moeder te praten? (Woitfi vervolgd). 1 T<T«;"r

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 5