FEUILLETON,
Ves* over de Zee.
3
■spanning. Er bleef zelfs nog een oogenblikje
tijd om te schommelen over, vóór Tante
Ada het hoofd uit het raam stak en de bel
luidde om hen binnen te roepen.
„We waren zóó vroeg klaar, dat ik eigen,
lijk wou, dat je je werk zelf gemaakt had,
Vic' zei Atie, min of meer beschaamd.
„Heelemaal niet noodig!" luidde het korte
antwoord.
Er volgde een stilzwijgen en bij wijze van
groote uitzondering liepen zij ditmaal be
daard naar huis. Victor begon even later:
„Ja, zie je, Atie, als het je spijt, dat je
mij geholpen hebt, scheur ik de ongelukkige
bladzijden maar uit mijn schrift en zeg ik
morgen eenvoudig, dat ik 't werk niet ge
maakt hebwat natuurlijk een groote
leugen is."
„O nee, alsjeblieft niet, Vic! Ik ik heb
er geen spijt van." De zin begon echter met
een zucht en eindigde met een snik.
Het was dien avond buitengewoon warm
en niettegenstaande zijn a-amen wijd open
stonden, woelde Victor onrustig in zijn bed
heen en weer. Hij kon den slaap maar niet
vatten en werd steeds warmer en benauwder
Het leek hem, alsof hij reeds uren in bed
lag, toen gedruisch om den deurknop hem
plotseling opschrikte. Onmiddellijk zat hij
overeind in zijn bed en fluisterde hij met
h'eesche stem:
„Wie is daar?"
„Ik-ke", luidde het op gedempten toon
gegeven antwoord en zijn zusje, dat er in
haar wit nachtponnetje als een geest uitzag,
kwam binnen. Victor voelde zich door haar
zachte loopen, haar bleek gezichtje en be
droefde oogen allesbehalve op zijn gemak.
„Vic," zei ze zacht, „ik moet komen, zelfs
al ben je boos op me, omdat ik je wakker
gemaakt heb. Ik ik wou je vragen als
jeblieft die bladzijden uit je schrift te scheu
ren of anders te zeggen, dat ik 't werk ge
maakt heb. Jok er niet om. Het het was
oneeïlijk van me; ik ik voel me zoo vree-
selijk ongelukkig en ik kan niet slapen, vóór
ik het je gevraagd heb."
Victor was zijn schrik al weer te boven.
Hij ging opnieuw liggen, keerde zich op zijn
zij en trok het laken op.
„Ik wou, dat je mij midden in den nacht
met rust liet," antwoordde hij knorrig. „Toen
ik het zei, wilde je niet; n o u is het te laat.
Ik verscheur het werk niqt en ben ook niet
van.plan er om te jokken. Maar natuurlijk
zeg ik ook niet: „Mijn zusje was zoo vrien
delijk mijn sommen en mijn thema voor mij
te maken." Zonder je hulp. was het misschien
veel beter gegaan. Een volgenden keer zal
ik 't zelf wel doen. Ga dus naar bed en laat
mij slapen!"
Atie zuchtte. Slechts na een zwaren strijd
met zichzelve had zij den moed verzameld
Naar het Engelsch van DARLING.
Bewerkt door G. H.
6)
„Let op mijn woorden", zei Laronde te
gen Dick. ,,Ik durf wedden, dat eenigen
van hen door de Sioux gevangen worden
génóraen. Als 't niet zoo is, eet ik mijn lee-
ren broek op
Dick moest lachen en hoopte, dat Laronde
verkeerd voorspeld had. Dan zou hij hem
aan zijn woord houden.
Na een rit van eenige uren, juist toen
Dick erg moe en stijf begon te worden, zei
Laronde, dat hij wilde uitzien naar een ge
schikte plaats om te karapeeren.
„Het is maar goed, dat het niet midden
in den winter is", zei hij, „want dan zou
den wij het koud genoeg hebben zonder vuur
Ik durf i(r echter geen aan te steken."
In korten tijd hadden zij de paarden van
hun zadels ontdaan en de dieren aan een
paar boomen vastgemaakt. Laronde besliste,
dat zü om beurten de wacht zouden hou
den, daar er Indianen naderbij konden slui-
1 pen of paardendieven, die er in aller ijl met
hun paarden van door zouden gaan. In dat
geval wist Laronde maar al te goed, dat
jjiun kansen om te ontsnappen, als de Sioux
om naar haar broertje te gaan. Nu had zij
niets meer te zeggen en sloop zij dus even
zacht weg, als zij gekomen was. Zij kroop
weer tusschen de verfrommelde lakens.
Weinig besefte zij, dat ook Victor heel on
rustig was en zich diep ongelukkig voelde,
ja, het ook bij hein lang duurde, vóór hij den
slaap kon vatten.
„Jullie zien er geen van beiden goed uit
geslapen uit," zei tante Ada den volgenden
morgen aan het ontbijt.
„Het was ook zoo warm!" antwoordde
Vic ontwijkend.
Atie at haastig haar havermout en zei
niets.
Maar dien dag ging het op school noch
in huis goed. Victor kwam tot de onaange
name ontdekking, dat hij sommige lessen,
die hij den vorigen avond gedacht had te
kennen, weer heelemaal vergeten had en
hij.kreeg nul voor rekenen, omdat hij zoo
dom was geweest alle maal verkeerde som
men te maken. In de Fransche les kwam het
echter tot een uitbarsting.
„Ik begrijp er niets van," zei mijnheer Le
Page, de Fransche leeraar, terwijl hij zijn
schrift inkeek. „Je schriftelijk werk is goed,
maar van je mondeling breng je geen steek
terecht. Op geen enkele vraag krijg ik een
voldoend antwoord. Je weet niets, letterlijk
niets. En als je schrijft, dan is het goed. ja
zelfs uitstekend! Dat kan onmogelijk in den
haak zijn!" En de kleine Franschman keek
uen jongen onderzoekend aan.
Afijnheer Le Page liet Victor schoolblij
ven/omdat hij zijn les weer niet gekend had.
En toen de leeraar den jongen overhoord
had, zei hij.
„Je moet je strafwerk, dat je verdiend hebt
door twee dagen achter elkaar je les niet te
kennen, hier maar maken. Ik zal je echter
geen les, doch een thema opgeven. Hier, deze
moet je maken."
En-de Franschman keek Victor aan met
een blik, die weinig goeds voor den jongen
voorspelde. Ontkomen was onmogelijk. Er
zat niets anders op dan dat hij de thema,
zoo goed en zoo kwaad als dit ging, probeer
de te maken.
Terwijl Vic zich door deze zware straf
heen worstelde, willen wij eens gaan zien,
wat de arme, ongelukkige Atie intusschen
deed.
De juffrouw, die haar les kwam geven,
vond dat zij er niet goed uitzag en toonde
het grootste geduld. Dit maakte Atie, die wel
wist, welke slechte antwoorden zij gaf. nog
beschaamder.
En toen zij voor den derden keer dezelfde
domme fout maakte, keek de juffrouw haar
oplettend aan en zei
„Atie, heb je hoofdpijn
„Nee juffrouw. Ik heb heelemaal geen
hoofdpijn. Ik was alleen maar vr<
dom. Straft u mij maar".
„Voor dezen keer nog niet, maar j
heusch beter opletten, lieye kind".
Atie meende, dat straf niet erger 2i
dan deze vriendelijke woorden en zij
zich nog ongelukkiger.
Om elf uur was de les uit.
Het was dien dag te warm om I
wandelen en Atie liep den tuin in. 2
onder een dikken boom op den gronc
en Hector, die lui en slaperig van de
was, strekte zich naast zijn meestere
Hij legde zijn kop op zijn pooten e
haar met zijn verstandige oogen 7
aan.
Atie keek naar Hector, schudde
hot hoofd en begon hem haar leed te
len, zooals het trouwe dier wel b«
had, dat zij vroeger of later doen zoi
„O, Hector, Hector begon zij.
zoo vreeselijk, oneerlijk le zijn gewee
kun jij natuurlijk niet begrijpen, on
nooit oneerlijk geweest bent, maar
veel, veel erger dan beentjes in de
oerken begraven. Dat moet je goed
pen. En ik ik ben een bedriegster
er gisteravond 'juist mee bezig, toen
aankwam en jij het werk kladde. Ik
vast, dat je begreep, dat wij bezig tvar
heel ergs te doen. Vanaf dat oogenb
ik voortdurend in tranen kunnen uit!
tnaar ik wil niet huilen, omdat Vic
zoo echt meisjesachtig en flauw vind!
o. Hector, ik zou er een lief ding voor
geven, als ik het weer ongedaan kon
Dat is echter onmogelijk. Ik heb het
wel gevraagd, maar hij zei, dat het
laat was. Hij is een jongen en jonge:
ken dikwijls zoo heel anders over
gen dan meisjes. Bovendien heb i k
daan en moet i k het dus weer in ore
ken, maar ik kan het niet".
Al dien tijd had Atie maar doorg
zonder te wachten op Hector's ra
hield zij echter op.
„Kan ik niet? Weet je dat w
zeker vroeg Hector met zijn di
sprekende oogen. Deze twee voerde
wij Is heele gesprekken, waarbij Atie
voelens van Hector voor zichzelf v<
er. er antwoord op gaf.
„Alaar hoe kan ik 't dan, Hekkie
je immers, dat ik het Vic gevraag
maar dat hij het niet wilde".
Hector vbleef haar kalm aankijken,
ling legde hij zijn kop in haar schoo
keek eerst verwonderd, doch het
niet lang, of zij scheen hem te beg
Haar gezichtje helderde echter niet o
(Wordt vervo
kwamen, heel gering zouden zijnhun leven
hing dus van hun paarden af. Daar Laronde
meer gewend was aan deze leefwijze dan
zijn jeugdige metgezel, wilde hij eerst vier
uur waken en daarna Dick wakker maken.
Het duurde niet lang, of de. jongen was
in een diepen slaap Zijn zadel diende hem
als hoofdkussen en hij wikkelde zich beha-
gelijk in zijn deken. Hij had zich dikwijls
afgevraagd, hoe hij zich wel voelen zou, als
hij voor het eerst onder den blöoten hemel
sliep, doch nu dit oogenblik aangebroken
was, belette vermoeidheid hem over het
vreemde van zijn omgeving na te denken
Het eenige, wat tot hem doordrong, was
een stijfheid van al zijn ledematen.
Hoofdstuk VI.
Precies na vier uur maakte Larronde Dick
wakker. Hij drukte den jongen op het hart
er voor te zorgen, dat hij toch vooral niet
in slaap zou vallen, doch de paarden goed
bewaken en dat hij hem, Laronde, bij het
minste gedruisch wekken moest. Daarop wik
kelde de jager zich in zijn deken en sliep
weldra iqjfi»
GedureWc het eerste uur was Dick hel
der wakker, doch langzamerhand begon zijn
opwinding wat minder te worden. Hij telde
de sterren, die aan het uitspansel stonden
te schitteren, totdat hij heelemaal in dé war
raakte. Hij wilde opnieuw beginnen. Eén
twee drieMaar het duurde niet lang,
«of liij ging al weer onder zeil.
Maar wat was dAt?! De Indianei
men er toch niet aan
Een zwaar geluid schrikte hem plol
heelemaal wakker. Hij vloog overei
keek ontsteld om zich heen. Het begon
dag te worden en Dick kon gelukkig
flauwe morgenlicht onderscheiden,
paarden nog aan de boomen vastgel
waren en Laronde vlak bij hem lag
pen. Terwijl de jongen de oogen open
om te zien, wat er eigenlijk gebeu. Je
de hij het geluid opnieuw. Alaar d
wist Dick, waar het vandaan kwa
jager snurkte en Dick had dit geluid
slaap met de Indianen in verband gel
Toen het wat lichter begon te w
kon Dick de boomen duidelijker ondei
den en hij was 't nog niet met zichzeli
of hij toch in slaap gevallen was, ri
jager zich bewoog, wakker werd en de
weer van Dick overnam.
Do jongeD aarzelde nu niet langer,
zei, terwijl hij den ander zacht aa
mouw trok:
„Het spijt mij, maar ik ben in sis
vallen. Wilt u niet boos op me zijn
alstublieft niet wegsturen Ik zal
vervolg beter mijn best doen om u
pen."
Eén oogenblik keek Laronde Dick
zoekend aan; daarna klopte hij hem
schouder en zei:
(Wordt twto