De Prins uit iietSproakje
No. 19320.
LSfSDSCH DAGBLAD, WSensdag 28 Februari.
Tweede Blad. Anno 1923,
UIT DE RAADZAAL
TWEEDE KAMER. -
Uit het nieuw bezette land.
FEUILLETON
7* Do agenda voor tien raad van M andag
5,1. Yrii'icte met twee groote punten, n.l.
bot voorste! tot den Jk>,uw der 162 woning si
jöti' het voorstel1 tot verlenging van den ar-
beodsduiir van bet gemeente-personeel. Eén
voor 's middags, één voor 's avonds. Beide
hadden dit gemeen, dat er heel wat over
te doen was geweest en daarvan getuigde
dan ook de stroom van adressen, aan den
Raad gericht. De heer van Stralen deel neg
öen poging om opnieuw bet voorstel betref
fende den arbeidsduur uitgesteld te krijgen
tot een volgende vergadering, om de avond-
Sülting te voorkomen, doch toen B. on W.
$ch daartegen met kiem verzetten, besloot
tie raad 's avonds terug te tomen ter af-
tioen-ng van deze aangelegenheid. Misse hi dn
biet onverstandig, opdat er eindelijk eens
Jeeierhedd kwam. 'tWas niet van een'ge iro
nie» gespeend overigens de roede fractie in
dezta; meer dan B. en W. oogenschijnlijk
tie zuinigheid te zien betrachten.
■Bezien we beide punten in chronologische
volgorde. Dus eerst de woningbouw. In prin
cipe was blijkbaar piemand daartegen, al-
;öane van eeaig principieel verzet is niet
gebleken. Geheel overbodig was daarom, dat
ower bet principe1" werd gestemi, zooals de
Deer Dubbeldeman wilde, maar waarvan hij
tenslotte toch maar afzag. Trouwens, hoofd
motief voor den bouw, hoe nuttig en noodig
jpip: zich zelf ook, was: werkverschaffing en,
dit is gebleken, dan verdwijnt verzet, dat
er feitelijk wel is, als sneeuw voor de zon.
Maar, af was men het dan iii principe
roerend eens over de gewenschtheid van
Öen bo.uw, heel iets anders was het- inzake
Öe uitvoering van het plan. Overtuigend is
gebleken, dat de raad in overgroofce meer-
tier b eid van zulke onderha ndsche o)>drach-
jbëri als ook 'hier werd voorgesteld, tiivC
wil weten. Waarom zij, al weer in alge-
1 ineraen ziu gesproken, gehoon gol'rjk heeft
bn vooral', als hot bedragen betreft als hier
mee waren gemoeid. 3yj ton is geen klei
nigheid. De motie-Sytsma was ér dril pok
met vlag en wimpel doorgegaan, als
Ide meerderheid niet was teruggedeinsd voor
bet gevaar, dat bij uitstel' van bouwen niets
jrtou komen. De overwinning van B. én W.
ïs daarom allesbehalve fraai te noemen.
B. en W. zijn er toch niet in geslaagd te
iovfftuigen, dat het niet anders had gekund
en had moeten gebeuren, ze'fs al was open
bare aanbesteding onmogelijk met het oog
t»p den tijd. We zullen nader aangeven,
waarom we aldus oordealen, na allereerst
even te hebben gewezen op 't feit, dat even
min ons geheel duidelijk is geworden, waar-
Om de tijd 7.00 neep. als B. en W. heil
voorstelden. Mogelijk is dat erg stom, om
,in do terminologie van d:n heer Knuttel te
bomen, maar we kunnen het niet heffen.
De minister had zich eindelijk bère'd ver-
Waard om regeeringssteun te Verleenen na
veel pressie, 'tls wel niet veel, |3i)0 voor
Jedwe woning, maar enfin, 'twas meege-
noiuoDat er spoed moest worden geaetl
achter het gereed maken van plannen, is
logisch, want heb potje, waaruit de minister
Kan putten, is klein en er zjjn meer kapers
('Op de kust, wo kunnen het wethouder Mul-
idcr volkomen beamen. Betonbouw, ?.ooais
IGon oentewerkeo voorstond waarbij open
bare aanbesteding niet noodig was, dat zij
even vastgelegd, daar iedere firma oen eigen
"systeem heeft werd door de commissie
van fabricage afgewimpeld, gezien de er-
cvaringen elders, die goed waren bestudeerd.
Er was nog een apart bezoek voor aan
den Bosch gebracht. Als niet deskundige
wijlen we f]ns geheel daarbij aansluiten.
Maar waarom moest toen opeens in één
week alles voor elkaar worden gebracht?
Gaf de minister niet langer tjj!d? 'Had no>
niot een veertien dagen kunnen worden ge-
rekt? In drie weken trjds was aanbesteding
toch wel mogelijk geweest, zoo jnen met
man on maent ernstig daarnaar had - 'ge
streefd, ook al' willen we het maken .van
edn bestek niet onderschatten. Mot dom heer
San de Lauge durven we Gemeentewerken
niot de smet aanwrijven, dat niet gereed!
te kunnen krijgen. Op de voordcelen van
rca openbare aanbesteding zullen wo niet
nader wijzen, die z'rjn overbekend. Cïezwe-
ge nog van de billijkheid. En vooral in
dit geval, waar het toch ging om do Leid-
scho arbeiders, had men pok wel mogen
denken aan de Leidsche aannemers.
Maar laten we aannemen, dit er inder
daad nog maar één week tijd was. Beton
bouw wilde men inlet, good. In tu'd-nood
werd den beer Splinter, deskundige zonden
twijfel, gevraagd: kunt u ons een plan in
dien tijd bezorgen. Daarmee gaven B. en
i\V. het heft uit handen, maar dat oordeeien
we niet te zwaar in zoo'n gevat. De heer
Splinter "die gerst ook voor aanbesteden
nog ijverde! vroeg de lirma Ruiger.-' en
de zaak was voor elkaar. Verkregen werd
ec-n plan, dat zelfs bleef beneden den prijs
van bcton-bouw en gretig hapten B. en
iW. niet de commissie van fabricage fucVais
toe. Edoch, nu vragen wij ons at, had 09
heer Splinter behalve de firma Rutgers ook
niet eeciga Leidsche aannemers, dia in oy-ja-
luorking konden lcomen, kuninen polsen en
om een plan vragen? 'tWas wel geen aan-
l'beeUxlmg geworden, "doch de Leidsche aan
nemers hadden dan toch een kans geliad
zonder tijdverlies of wat ook. Wij betreuren,
dat dit niet is geschied. Maar gedane zaken
nen.ei geen keer.
In de omstandigheden, waarin do raad
verkeerde en gelet op hoi gevaar van tijd
verlies nu de zaak al zoover was, bleef
weinig anders over dan te accepteeren,
zooals dan ook geschiedde.
Te betreuren viel ia hooge mate, dat de
debatten een minder aangename richting
namen en dat wantrouwen keer op keer
om den hoek kwam kijken, waarvoor toch
geen enkele grondige reden aanwezig was.
Men kan het niet heelemaal eens zijn met
de gevolgde tactiek, doch dat behoeft nog
niet te leiden tot zoo duideljjk uitgesproken
wantrouwen. Zeer spijtig was wel, dit de
heer Sijtsma het woord konkelen 7,!ch liet
ontvallen. Misschien onder den invloed van
het omvallen der meerderheid voor zijn mo
tie, die hjj nu verstaudiglrjk introk, doch
dan had hij later dit woord ruiteïlgk moe
ten terugnemen.
B. en "W. zjjn in ieder gevat in 'dezen
diligent geweest en verdienen daarvoor
hulde. Zooats niet anders kan in zulke ge
vallen als deze werd de firma Rutgers be
schuldigd van allerlei. We willen daarop
niet ingaan, nu wethouder Mulder zoo on
omwonden heeft uitgesproken, dat de Leid
sche arbeiders zullen worden geholpen, een
verklaring, die allen tevreden stelde.
Leiden zal nu in zijn woningtekort weer
een stap gebaat worden en 162 woningen
rijker worden van een type, dat de woning-
bouwvereenigingen niet willen, wat op zich
zelf-begrijpelijk is, maar d it er toch anoet
zijn, terwijl tevens de werkloosheid er ferm
door wordt bestreden. En wie weet, wat
er nog volgt
De heer Knuttel hield uog vast aan zijn
voorstel 'tot het bouwen van reserve-won'.n-
gen, waarin hij zulk een onverwachten
steun had gekregen van iio .Gezondheids
commissie, doch zijn voorstel viel nu, ge
lijk niet anders te verwachten was. ^t Was
misschien principieel, doch in ieder geval
niet practisch, dit handhaven.
Kwam de politiek in ieder geval slechts
zeer sporadisch even boven bjj de woning-
bouw-alfaire, in veel grootere mate was
dit het geval b(j het voorstel van f>. en
W. om den arbeidstijd van het gemeente-
personeel te verlengen on feitelijk goed
beschouwd, is dit punt geheel speelbal der
politiek geworden. Is ten slotte niet do
beslissing overgelaten aan den nieuwen raad,
die in September bijeenkomt en komt dus
als belangrijke strijdvraag bij de naderende
verkiezingen 'deze kwestie niet als vanzelf
naar voreu? 't Lijks ons wel de minst
geschikte wijze van beslissiugen nemen voor
een gemeenteraad, maar in politieis schijnt
het wel de juiste weg te zijn. Hoe vreemd
door de partijen heen de scheidingslijn
loopt, bleek overtuigend bij de stemming
on ten overvloede accentueerde wethouder
Pera het nog, door eenvoudig de heeren
Heemskerk, Bisschop, Jan de Lange en
Schoneveld in te deelen bij de socialisten,
waartegen de heer Wilmer direct, wind
uit de zeilen van het roods schip willende
nemen, in verzet kwam.
Over de kwestie zelf hebben wij na deze
beslissing weinig meer te zeggen. Over aan
de politiek en dus aan klasse-belangen,
stembusvangst, enz., enz. overgeleverde
allaires is moeilijk zakelijk en niet daa
2akelijk te redeneeren.
Tot slot deed de heer Knuttel uog een
poging om het Leidsche Gemeentebestuur
te spannen voor de kwestie der sluiting
der Noordwgksche duinen voor het publiek,
maar de raad wilde niet daaraan, 't Is zeker
waar, dat iedere gemeente baas bljjft in
eigen huis, maar waar er bij deze kwestie
toch wel degelijk een Leidsche belang is
verbonden, kon ook o. i. een duit in 't zakje
geen kwaad. Heel wat Leidsche dagjes-
menschen zullen door deze afsluiting wor
den gedupeerd eu is God's vrije natuur ook
niet voor beu? Men kan wel zeggen: 't is
heel gemakkelijk een pormissie-kaart te
krijgen, maar voor velen juist van genoem
de categorie-wordt dit foeh een ernstig be
zwaar. Afgezien van de .vraag, wat de af
sluiting practisch dfen anders wordt als een
soort mooi gebaar: in zekere richting
totaal overbodig Imvendieu volgens gepu
bliceerde cijfers! wanueer het kaart
systeem een soort wassen neus wordt.
(Zitting van gisteren),.
De-Huurwetten.
De lieer DUYS (S.-DJ herinnert er aan,
cïat de Minister een verlenging van cle web
op woonwagens en woonschepen heeft in
gediend met het oog op .den nog altijd
hcerschenden woningnood. De Minister er
kent dus dat die nood nog bestaat. Bij dit
ontwerp neemt de Minister den schijn aan
alsof het met dien nood op een eind loopt.
Spr, brengt inmiddels hulde voor dit ont
werp. (Gelach). Volgens R.-K. arbeiders zal
dit ontwerp bijdragen tob handhaving van
de algemeen© ruet. (Gelach). Spr. be
grijpt dit verband niet cn z>ou gaarne ia
het belang van land en vaderland, vorst
en volk weten wat dit beduidt. Wel lijkt
het besef bij dc Christelijke arbeiders zoek,
dat wij nog altijd een Christelijke regee
ring hebben. Dié bedroeft spr, zeer. (Ge
lach).
Spr. acht het gelukkig, dat de bioscoop
zedelijk is gemaakt cn het geestelijke dus
vóór-op ïs gesteld, zoodat zij die hun hui
zen uitloop en, daar geestelijk en zedelijk
goedgekeurd voedsel vinden.
Mej. CATS (C.-ïï.) zegt twee bezwaren
tegen dit ontwei*? te hebben. Zij vreest,
dat alle huren onmiddellijk tot 50 pCt.
zullen worden opgevoerd als dit ontwerp
daartoe de vrijheid geeft. In Amsterdam
komen 35.000 woningen niot boven 32 pCfc.
van dc huren van 1916 uit. Deze zullen
alle tot 50 pCt. stijgen. De Huurcommia-
sics hebben onderzocht of er reden was
reeds tot 50 pCt. te gaan, voor zoover zij
die 50 pCt. niet toestaan, doet nu dit ont
werp het. Deze wetten zijn voor de econo
misch zwakken en spr. acht het niet den
tijd om doze thans te treffen door dezo
hum-Verhoog* ng. Ook vreest spr., dat als
gevolg van deze wet vele huurcommissies
.voorbarig zullen "worden opgeheven. Velo
woningen worden slecht onderhouden en
het toezicht dier oommissios zal dan weg
zijn. Spr wil een middenweg zoeken, om
uit de moeilijkheden te geraken, en sluit
zich daarom aan bij hetgeen de heer Smeenk
in eerste instantie heeft gezegd.
De heer KRIJER (C.-H.) wensolit tot
snelle opheffing der Huurweten te komen,
omdat zij de bouwnijverheid tegenwerken.
Thans leven "duizenden huurders niet op
kosten van de gemeenschap wat hun hu
ren betreft maar van de liuizenverhuur-
diörs.
De MINISTER zegt, dat de,ze wet niet
is beatemd tot bescherming van econo
misch zwakkeren, maar wel om woeker
togen te houden en dc vraag is alleen wat
billijk is te achten.
Art. 1 en 7b komen in bcliandelning.
Dc heer OUD (V.-D.) verdedigt zijn airicte
dement, om de huurverhooging meer ge
leidelijk te doen plaats bobben en als vrij
maximum voorloopig te stellen 35 pCt.
(subs. 25 pCt. voor duurdere woningen).
De beer VAN GIJN (V.-B.), voorsteller
van een amendement, om het voorgestelde
percentage van 50 pCt. to brengen op 60
pCt., ingaande 1 Januari 1924, en op 70
pCt. op 1 Juli 192-1, bestrijdt daarbij het
amendement-Oud.
De heer HERMANS (R.-K.) acht het
amendement-Oud niet geschikt, om te ge
raken tot geleidelijke afschaffing der Huur
wetten. In verscheiden gemeenten zijn
reeds do percentages van 35 pCt. en 25
pCt. bereikt. Spr. heeft een amendement
voorgesteld, om daaraan tegemoet te ko
men. al, doordat dc Minister de bevoegd
heid krijgt verschil te maken in gemeen-
ten-indeeling.
De Minister van Justitie, do heer
HEEMSKERK, betoogt, dat de rem krach
tens deze wetten niet slechter moet wer
ken dan noodig is. Op zeer verschillende
plaatsen is het reeds boven 30 pCt. cn als
men dus het amendement-Oud aanneemt,
is spoedig weer een wijziging noodig.
Waar 50 pCt. te hoog zou zijn, zou heb
amendement-Hermans kunnen helpen.
Het amendemont-Oud wordt verworpen
met 41 tegen 26 stemmen. Van rechtsvoor
Van Sohaik, Smeenk, Heukels en G'atz.
Van links togen Do Boer, Van Gijn, Van
Dorp. Voorts links tegen rechts.
De heer VAN GIJN (V.-B.) verdedigt
een amendement, om aan artikel 1 een
nieuwe afdeeling II toe te voegen.
Aan artikel 1 wordt een nieuw lid toe
gevoegd' luidende:
Het is verboden voor het gebruik van
een krachtens de Woningwet onbewoonbaar
verklaarde woning, tegen welker onbe-
woonbaarverklaring geen beroep meer
openstaat, als verhuurder een hoogere ver
gooding onder welken naam ook te bodin
gen of aan te nemen, dan de huurprijs
voor die woning geldende op 1 Jan. 1923.
De Minister van Justitie, dc heer
HEEMSKERK, heeft geen bezwaar tegen
dit amendement als het iets woreft aange
vuld on redactioneel verbeterd.
De heer VAN GIJN (V.-B.) wijzigt zijn
amendement in den aangegeven geest.
De MINISTER neemt het over.
De heer OUD (V.-D.) verdedigt een
amendement, dat mogelijk maakt tot be
neden do 50 pCt. te blijven, indien dl? ver
huurder zijn woning niet goed onderhoudt.
Do Huurcommissie moet do bevoegdheid
behouden om een logeren prijs te bepalen.
Do MINISTER zegt, dat dit amendement
veel te veel werk aan de Huurcommissie
zou bezorgen en uit die® hoofde is heb
niet te aanvaarden. Hij geeft in overwe
ging een andere regeling te treffen, nl.
wanneer de huur zou worden opgezegd
omdat de huurder cl3 huur niet wil beta
len, clan zou do Huurcommissie dc zaak
tor hand kunnen nomen.
De vergadering wordt verdaagd tob
Woensdag één uur.
Een onderhoud met den Amerikaanscheu
generaal Allen.
(Van onzen eigen correspondent.)'
XXVII. i:
Koblena, 21 Februari.
[Voor eenige (lagen ben ik in Koblenz
aangekomen, per spoor tot Ehrenbreitstein
aan den overkant van den Rijn gelegen en
dan da schipbrug over om hier de scad te
bereiken. Koblenz is or het oogenblik geen
slad waar men voor zijn pleizier is, even
min als het geheele bezette en nieuw be
zette gebied een land is, waar men j;raag
langer vertoeft dan noodig is. Overal is het
vol soldaten, bet lijkt hier meer op een
groote Fransche garnizoensplaats dan op
de eens bloeiende hoofdstad van het Rijn
land. Alles is hier militair en zoo onaange
naam als al dat soldatengedoo is, zoo wei
nig aantrekkelijk is ook het verbljjf bier.
Franschen ziet men in de eerste plaats,
geen straat, geen tram, geen hotel of er ver-
toor.en zich enkele horizon-blauwe unifor
men. Verder loopen hier ook nog wat Bel
gen rond, en als overblijfsel van de Ame-
rikaansche bezetting nog een enkele Ame
rikaansche soldaat.
Naar het uiterlijk van de sial Koblenz te
oordoelen, zou men nog denken volkomen
onder Amerikaansche bezetting te z'jn, aan
verschillende hotels hangen nog borden
met opschriften, die aantoonen, dat er een
Amerikaansche otfieiers-club, e;n solda-
ten-cantine, een leeszaal of iets dergelijks
gevestigd was, verder vele borden langs da
weger, en straten met aanduidingen és
wogwijzigingeu. Ook is bet aantal automo-
bieden, dat door de straten rent voor het
overgroote deel van het Amerikaanscha
leger; maar dit alles nog maar voor een
korter, tijd van de overgebleven Amerika
nen is eergisteren het grootste gedeelta
vertrokken, nog enkelen zijn hier gebleven
om voor 'den verkoop van ieges-zaken en
voorraden te zorgen. Einde Maart zal dat
afgeloopen zijn, dan zullen dus ook dezen
van hier vertrekken.
Den inwoners van Koblenz is do beëin
diging van de Amerikaansche bezetting en
Let vertrek van de troepen ongeveer een
maand geleden, evenals eergisteren, het af
reizen van uog een tachtig man, hoofdzake
lijk officieren,'maar halt welkom geweest.
Niet dat ze zoo graag onder een militairs
bezetting leven, maar omdat het vertrek
ken van de Amerikanen het komen van da
Franschen en Belgen beduidt, en naar het
Fransche bewind is men allerminst verlan
gend. Er was vriendschap met dc Ameri
kaansche soldaten, voor de Franschen ea
Belgen bestaat niet de minste symprtéie.
Ik zag eergisteravond de uittocht van dia
laatste Amerikaansche officieren en solda
ten; per auto kwamen allen van Koblenz
uit naar Ehrenbreitstein, om vandaar pee
extra-trein te vertrekken. Het was een ge
weldige drukte, vele Duitscho vrienden en
vriendinnen waren aanwezig, het was een
afscheid nemen, dat allerminst leek op dat
van overwounenen en overwinnaars, maac
meer op dat van vrienden.
Er is in de laatste jaren aan den Rijn
meer een Duitsch-Amerikaansehe dan
Fransch-Amerikaansche vriendschapshand
gegroeid.
Van verschillende zijden hoorde ik b.v.
hoe bi) geschillen of opstootjes tusscheil
Franschen en Duitschers steeds de Ameri
kanen de Duitschers beschermd hadden;
zoodat ze eigenlijk meer tegenover dan
naast de Franschen kwamen te staan. Dat
da vriendschap tusschen beide geallieer
den ook niet zoo heel groot ia geweest, be
wijst dan ook wel het feit, "dat de "Ameri
kanen bij hun vertrek de boeken en papie
ren, (lie noodig waren voor hat voeren van
het bewind in hun gebied, in de kachel
hebben gedouwd en niet aan de Frahschea
overgedragen, zoodat deze nu alle regee-
ringshureau's af moeten loopen om op
nieuw lijsten van beambten enz. te ver
krijgen. j
Den dag, dat ik in Koblenz aankwam)
heb ik getracht bij generaal Allen, den nog
aanwezigen opperbevelhebber van 't. Ameri-
l'aansche leger, door te dringen. Ik wisti
vooruit, dat ik niets bijzonders zou liooren,
zonals men nergens iets bijzonders vertelt?,
maar heb toch esn poging gewaagd, dia Da
eenige mozite in een halven <lag voor niets
dan hier, dan daar wachtea, getukt is. ïïeü
eaiige, waar de Amerikaansche bevelheb
ber sterk den nadruk op logde, was de goeda
verstandhouding tusschen do Fransche en!
Amerikaansche officieren en beider regea-
ringen; wel waren er soms mecningsver-
schillen geweest, dat gaf hg toe, maar tot
een breuk hadden deze hooit geleid, mes»
scheidde van hen in vollen vreic. Over het
geen de Franschen nu onderinamen Sprak:
generaal Allen zijn meening luiet uit.
.Wat nog enkele Amerikanen yprteldeh oi
niet vertelden, maakte oyer het a'gemeeni
wo".1 den indruk, dat ze yan de geheele ge
schiedenis hier meer dan genoog hebben;
ruim vier jaren lang hebben ze hier _esa
stuk van hot Rijnland bezet en verlangen!
nu naar niets meer dun pm do zaak te be
ëindigen; bun belang bij hetgeen hier ge
beurt is toch maar gering, ze wonen o»jgs-
veer aan de andere zijde ynn den aardbal
en kunnen vandaar uit, inlien lr.t aoodig]
is, even good, zonder bezettingsleger aaa
den Rijn, druk op Europa uitoefenen.
,Wat zal de toekomst worden, nu de fran
schen de bezetting hebben overgenomen?,
Over het a'gemeon is men 'hier daarovei?
zeer donker gestemd en verwacht niet voet
goeds. Al hadden de Amerikanen nie'.s moer
te ztggc-n, al waren zo officieel vertrokken,
er waren toch nog hooi wat officieren aan-
Roman van G. HARDWIG.
36)
Zij had de mooie logeerkamer op dj bo-
jvenste verdieping in gebruik; over de in-
rioliting waarvan haar kamenier haar hoog
ste verwondering uitsprak.
MLa clacHt echter alleen maar aan het
verborgen portret in xD kamer van juffrouw
Lüdcrs cn een innige begeerte kwam in
Iiaar op, clezc fotografie in haar bezit tc
hebben.
Geheel van deze gedachte vervuld,sliep
zij in.
En weer droomde zij, dat hef gostorvcn
mooie meisje over haar drempel trad:
Blijven mag ik niet en scheiden kan Ik
nog minder..."
Toen zij wakker was geworden, vielen
"dc zonnestralen door dc kanten en de rood
zijden gordijnen tot midden in de kamer.
Op een middag van de volgende week
>e©d een huurrijtuig iu vliegenden draf de
ehaussee langs en hield stil voor den in
ging van het kasteel in Elbental. Op de
.vraag van den bediende, wien liij kon aan
dienen, overhandigde degene, die in het
.voertuig zat, .zijn naamkaartje.
,,Zcg de Barones, dat ik haar vcor Iets
dringends wensch te spreken, cn verzoek
haar mij te willen "ontvangen."
In de tuinkamer, waarvan de vensters
svijd waren geopend, zat mevrouw vpn
Horsbacli cn naaide linnengoed voor het
onder protectoraat dei- Hertogin staande
weeshuiseen bezigheid, waarop Mia zich
ook met ijver toelegde.
„Wat is er?'t vroeg zij den binnentrc-
denden bediende, nam de kaart van hem
aan cn wierp er een blik op.
„Seller? Dien kan ik niet ontvangen!"
Als geëlcctriseerd sprong Mia op, zoo
dat aohaar en garen op den gcond vlogen.
„Toch niet de dominee zelf?"
„Ja, natuurlijk," zei dc Barortee koel.
En zich tot den bediend© wendende: „Je
weet, wat je moet zeggen!"
„En zou ik hem din niet spreken?" riep
Mia terwijl zij den bediende bij den arm
vasthield.
„De besle vriend van mijn tante, mijn
voogd en weldoener? Zog maar aan den
dominee, dat niet Mevrouw de Barones,
maar ik hem. Of neen, wacht cons! Ik
kan hem dat ook wel zelf zoggenNeem
me niet kwalijk, lieve moeder
Zij rende in allerijl do trap af en de
vestibulo in, waar dominee Seller stond to
wachten.
„Goeden dag, goeden dag!" riep zij
reeds van verre en haar oog en! straalden
van.vreugde, toen zij zijn hand nam on die
innig aan haar lippen drukte. „Goddank,
dat ik u weerzie, goede, lieve mijnheer
Seller! Hoe gaat het met u? Laat ik eens
zien. Heel goed, heel bost. Nog een beetje
grijzer geworden, maar anders Ocli,
wat vind ik heb toch heerlijk, u te zien!"
Hij hield zijn blik langen tijd op haar ge
vestigd.
„Mag ik nog Mieze zeggen?"
„Natuurlijk! Wat doet me dat weer heer
lijk aan thuis denken! Ja-, u moet „Mieze"
blijven zeggen, Mia zou heelemaal niet
voor u klinken, mijn beste mijnheer Sel
ler."- Zij had hem in don arm genomen en
leidde hem de trap op. „Zoo'n zware ziek
te! En dat juist op mijn trouwfeest
„Ik mag wel dankbaar zijn, dat ik nog
behouden bleef. Ik was gereed om te .ster
ven. Maar zoo lang men nog nuttig kan zijn
op aarde
„Neen, neen, wij kunnen u nog lang niet
missen," riep Mia hartelijk. „Mijn arme
tante kon wel is waar ook nog niet gemist
worden en moest toch ook sterven. Ik heb
mij al zoo dikwijls afgevraagd, waarom?"
„Beste kind," zei Seller ernstig, „wij
kennen slechts het w^efklosje, dat mot 0113
vlug heen en weer springt, maar den in
slag, dien zien wij nietdat is de Godde
lijke orde, die der. draad vast gespannen
houdt."
Zij knikte levendig. „Zeker, zoo zal het
zijn
Nu zij hem in het volle lidht zag, be
merkte zij dat do sporen van het lijden op
zijn gezioht en in zijn gebogen gestalte nog
duidelijker zichtbaar waren. Maar één trek
ontdekte zij in zijn gelaat, welken zij niet
kon verklaren.
„Hebt u zorg gehad?" vroeg zij zacht en
streelde zijn hand.
„Je hebt een scherpen blik, kind. Ik zou
je man graag kobben weergezien."
„Weergezien?" vroeg Mia verbaasd.
„Hebt u hem dan wel eens gezien? Och ja,
ik weet het al, toen op de heide, toen hij
mij naar don weg vroeg, ging hij naar u.
Wat wilde hij toen bij u, mijnheer Seller
„Dat zul je hoor en." Hij streek zich over
zijn grijs haar.
„Is de barones lliuis?"
Ja, maar zij wildo u niet ontvangen.
,5Weet jo de reden niet?"
„Hoe zou ik? Ik sprong natuurlijk dade
lijk op cn liep weg.
Dominee Seller keek peinzend voor zich
uit. Toen zei hij kortaf eu beslist: „Breng
mo naar haar kamer; ik moet haar in elk
geval spreken."
Teren Mia dralend en verlegen bleef staan
herhaalde hij nog eens nadrukkelijk zijn
verzook.
Toen ging zij hem langzaam vóór naar
den tuinkamer, opende de deur cn liet hem
binnentreden. Daarop ging zij zelf naar bo
ven naar haar kamer.
De Barones liet haar werk van veront
waardiging vallen. „Tegen mijn wensch!"
zei ze bitter, zonder van haar plaats op te
staan. „U kunt tooh onmogelijk verwach
ten, dat ik den. man, dien mijn stervende
echtgenoot tevergeefs heeft laten roepen,
bij mij wensch te zien."
Dominee Seller boog zwijgend zijn hoofd.
De Barones hief het hare trotsoh op.
„Mijn zoon heeft mij een reden opgegeven,
dio te romantisch klinkt, om waar te kun
nen zijn. Het schijnt, dat in dien tijd al Ie
hoofden op hol waren
„En alle harten versteend!" zei Seller
strak. „Wanneer uw zoon slechts van mijn
liefde voor uw dochter sprak, vergat hij
den dieperen grond voor mijn scheiden uit
een huis en een ambt, waaraan ik mij eens
zoo gehecht, had."
Hij was naar de tafel geloop en en schoof
met eon gebaar, waaruit duidelijk de be
doeling sprak, het linnengoed op zij.
„Mevrouw do Barones, ik ben wegge
gaan, omdat ik niets meer wilde te maken
hebben met ouders, die huu kind, hun on
ervaren kind, in nacht en storm hebben
weggejaagd, zoodat het in eliejide moest
ondergaan en atcrvottl'*
„Mijnheer Seller," ik verbied u dit voor-»
val weer op te lialen," riep de Barones
ondanks haarzelf geheel ontsteld uit. ,,\T.
staat in mijn huisniet zooals mijn zoon
toentertijd in het uwe."
„Dat ik hior tegen uw wil sta," zeiSel*
Ier, zonder dc minste gekrenktheid te ver
raden, „zou u een bewijs moeten zijn, uafc
ik in staat ben om den sluier, waaronder
die bewuste gebeurtenis verborgen ligt, op
t-? lichten. Er zijn dingen, Mevrouw de Ba
rones, die niet sterven kunnen, omdat zij
nog goed te maken zijn dingen, die niet.
wij uitwififloheo, maar dc Voorzienigheid;
dingen, die als het begraven zaadkorreltje
zich naar het licht opheffenzóó is het met
de onmoederlijke en onchristelijkr daad
aan uw hulplooze dochter begaan."
„Ik heb niet geweten," zei mevrouw von
Mersbach met een van toorn en aandoe
ning bevende stem, „dat een dwaze ijver
als de uwe iemand zóó meeslepen kon."
Dominee Sellers gebogen gestalte jichtté
zich hooger op. Zijn donker oog hield den
boo zen blik der barones onweerstaanbaar
op zich gevestigd „Nu spreek ik in naam
van een gestorvene, woei laatste wensch ik
als oen bicolit heb aangehoord, en wie-ik
heb beloofd cr naar tc zulten handelen. Eu
dib is de reden, dat ik hier voor u sta. Me
vrouw de Barones, uw dochter is dood!'-
Alle kleur week uit haar wangen.
„Ja, doodin de grootste ellende en
kommer gestorven. Haar man, Joscf Er ank
stierf nog vóór haar in het bewustzijn haart)
zijn liefde te hebben gegeven als een goed
man."
J>( (WuriU jervokdJ*