fis Prins uit hetSprsokje
GEMEENTEZAKEN.
FEUILLETON
o. 19303.
LEBDSOM DAGBLAD, Donderdag S Februari.
Tweede Biad. Anno 1923.
i'«
Benoemingen.
iïer yoorziening in de vacature in het
bestuur der Arbeidsbeurs door het bedan
ken van het lid-werknemer den heer H.
J, van Kerkhof worden aanbevolen1. B.
Hesink, le Binnenvestgracht 9, thans
plaatsverv. lid; 2. J. H. Nijhuis, Voorste
Zandstraat Ga; en indien de hoer Re sink
iwordt benoemd voor plaatsvèrv. lid werk
nemer 1. J. H. XyhuisJ. M. J. Kliek,
iAnna*Paulownastraat 26.
Overplaatsing van onderwijzers.
Op 16 Maart a.s. zal, ten gevolge yan
bet aan de heoren L. Koggeveen, I, ten
Brink en A. L. Eekhof ais onderwijzer
fyerleend eervol ontslag een vacature ont
staan aan elk der o. 1. schok 'aan de
Mare A, de Medustastraat B en de Yiou-
yenkerksteeg A.
Aar ien het mogelijk is drie parallel
klassen op te heffen, ni. een aan de o. J.
Echool aan het Plantsoen A, een aan de
<o. 1. school aan de Duiyenbodestraat A en
een aan de o. 1. schooi aan de Duivenbo-
(destraat B, komen drie leerkrachten vrij
jen kan dus door overplaatsiug in de bo
venbedoelde vacatures worden voorzien.
Zoowel de betrokken hoofden van scho
len als de betrokken leerkrachten hebben
pich met deze overplaatsingen vereenigd.
Op grond van het bovenstaande geven
'B. en W. den Raad in overweging om te
besluiten, met ingang van 16 Maart a.s
'de volgende leerkrachten over te plaatsen:
a. Mej, J. C. Eggink van de o. 1. school
aan de Duivenbodestraat A naar de o. 1.
pchcol aan de Mare A; b. den heer P. J.
yan Leeuwen van de o. T. school aan het
Plantsoen A naar de o. 1. school aan de
Medusastraat B; c. den heer J H. Th.
'Jacobs van de o. 1. school aan den Zuid-
pingel B naar de o. 1. school aan de Vrou-
(wenkerksteeg Ad. den heer J. do Geus
,van de o. 1. school aan de Duivenbode
straat A naar de o. 1. school aan den Zuid
singel B; c. dsn heer F. F. Duïjverman
van do o. 1. school aan de Duivenbode
straat B naar de o. L school aan de Dui
venbodestraat A.
Gratificatie wegens bewezen buitenge
wone diensten.
B. en W. geven den Raad in overweging
om te besluiten aan den he§r A. O. G.
Thouars, leeraar aan de Gemeentelijke
Kweekschool voor onderwijzers en onder
wijzeres ?n een gratificatie toe le kennen
Van f 570, voor dc waarner ang van liet
'directoraat dier school over het tijdvak
Ivan 18 cpt. 1922 tot 31 Januari 1923.
Verhuring van grond.
In overeenstemming fh:fc het advies van
c)e Commissie van Fabricage geven B. en
iW. den Raad in overweging liet perceel
grond aan den Haarlemmerweg, groot 410
M2., met ingang van 1 Januari 1923 te
verhuren aan J. Riethoven, tegen een jaar-
lijksohen huurprijs van f0,10 per yierk. M.
Vergoeding voor het verleenen van
Eerste-hulp.
B. en W. leggen den Raad een verorde
ning voor, waarin geregeld wordt .de ver
goeding versehudigd voor het verleenen
yan Eerste-hulp verleend aan door een on
geval getroffene, alsmede bij plotselingo
ziekteboestanden op den openbaren weg
j en in openbare gebouwen. De tarieven
zijn:
Voor hen, wier inkomen mind, dan f1500
is, nihil, voor hen wier inkomen f 1500 of
meer, doch minder dan f2500 bedraagt,
nihil tot f 1.50*voor hen wier inkomen
f 2500 of meer, doch minder dan f 5000 be
draagt f 1.50 tot f5 en voor hen*wier in
tomen f 5000 of meer bedraagt f 5 tot f 10
Aanstelling in lossen dienst.
De Pensioenwet 1922 stelt als eisch, dat
ieder ambtenaar, die aan deze wet aan
spraken op pensioen kan ont-leenen, voor
zien moet zijn van een aanstelling, uitge
reikt door het daartoe bevoegd gezag.
In verband met de omstandigheid, dat
ook personen in lossen diepst of wier
dienstverband een zeer tijdelijk karakter
draagt als ambtenaar in den zin dier wet
kunnen worden aangemerkt, is het ge-
wcnscht aorg to dragen, dat hun een for-
meele aanstelling, overeenkomstig artikel
3 dier wet, kan worden uitgereikt.
Op giond van een en ander goven B. en
W. den Raad in overweging hun College
te machtigen tot het aanstellen van amb
tenaren en werklieden in lossen dienst of
wier dienstverband een zeer tijdelijk ka
rakter draagt, een en ander voor zoover
do benoemingsbevoegdiheid al niet reeds
bij de wet of bij een verordening aan dit
College, een raadscommissie of een hoofd
yan een diensttak is opgedrage®.
Verder geven B. en W. in overweging
hen te machtigen tot het treffen van een
regeling, op grond waarvan met personen,
die niet in tijdclqken of vasten dienst zijn,
en die werkzaam zijn, hetzij op proef, het
zij voor werkzaamheden van beperkten
duur als anderszins, in liet algemeen dus
personen, die niet als ambtenaar in den
zin van artikel 3 der Pensioenwet 1922
beliooren te worden aangemerkt, eea over
eenkomst wordt aangegaan als bedoeld in
den zevenden titel A. van het 3de boek
van het Burgerlijk Wetboek.
Eindelijk geven zjj in overweging te be
sluiten, dat het volgens de verordening van
den 20sten Maart 1902, regeleude het ver
leenen van pensioen en wachtgeld aam ge-,
meente-ambtcnareu en van de Verordening
van den 3den September 1907, regelende
bet verleenen van pensioen aan we du web
en kinderen van gemeente-ambtenaren, met
de in die verordeningen aangebrachte wij
zigingen, bepaalde pensioen ook wordt toe
gekend, indien er voor zoover het hooger
is 'San dat, hetwelk krachtens de Pensioen
wet 1922 is verleend, onder bepaling dat
dit besluit geacht wordt op 1 Juli 1922
in werking te zijn getreden.
Een nieuwe Zweminrichting.
Het is bekend, dat de zwemplaats aan de
O.-Heerengr. reeds geruimen tijd geleden
buiten gebruik gesteld is moeten worden
wegens den minder goeden toestand van
het water van den Heerensingel. Onmid
dellijk na de sluiting van deze inrichting
hebben B. en W. toen een onderzoek in
gesteld naar de mogelijkheid van stich
ting van eeu nieuwe zwemplaats, in af
wachting van den uitslag waarvan de Raad
besloot lot tijdelijke in-gebruik-neming van
de militaire zweminrichting in het Poelmeer.
Thans zijn de plannen voor liet maken
eener nieuwe zweminrichting, waarop ook
het ingediende voorstel van den lieer Pie-
kaar betrekking heeft, zoover gevorderd,
dat zy. een punt van bespreking in den Raad
kunnen uitmaken.
Alvorens een project der nieuw te bou
wen zweminrichting te kunnen ontwerpen,
moest worden uitgemaakt, of de bassins
hetzij met buitenwater, hetzij met polder-
water, dan wel met grondwater voorzien
zouden worden. Aangezien nu gelijk ook
.herhaalde onderzoekingen, o.a. door den
Directeur-Scheikundige van den Keurings
dienst van Waren ingesteld, overtuigend
hadden doen zien in den naast eh omtrek
van deze gemeente geen geschikt water
voor een zweminrichting aanwezig was, dat
voor dit doel tor beschikking stond, waren
B. "en ffl. bij de plannen op voeding der
bassins door middel van grondwater aange
wezen.
Als plaats voor de nieuwe zweminrichtïug
is gekozen een aan de gemeente toebe-
hoorend terrein bewesten de Zijl en bezui
den de uitmonding der ringsïoofc van den
Grooten en Kleinen Stadspolder. Het komt
B. en W. voor, dat een betere ligging moei
lijk kan worden gevonden; de plaats is
bereikbaar uitsluitend over gemeentelijk
terrein, slechts ongeveer 309 Meter ver
wijderd van de naaste bebouwing en ge
legen in de nabijheid van dicht bebouwde
buurten der gemeente. Ook de ligging di
rect aan de Zijl brengt haar voordeelen
mede.
De inrichting zal twee bassins bevat
ten, waarvan óén voor de mannelijke, het
andere voor gebruik door de vrouwelijke
bezoekers zal dienen. Het ontworpen man-
nenbassin is groot 70 x 18 1260 M2.,
het vrouwenbassin 30 x 18 540 M2.,
dus samen 1800 M2., welke oppervlakte
zeker niet te groot is. Het bassin van de
zwemplaats aan de Oude Heerengracht
besloeg een oppervlakte van 1368 M2., en
bleek in den warmen seizoentijd eerder te
klein dan te groot te zijn, zoodat het nieuw
ontworpen mannenbassin zeker niet klei
ner dan 1260 M2. mag wezen. Daarnaast
h een vrouwenafdeeling ter lengte van 30
M. ook niet te groot te noemen. Er mag
toch worden verondersteld, dat het aan
tal vrouwen uit de volksklasse, die gaan
zwemmen, hoewel thans nog zeer gering,
mettertijd zal toenemen.
Bij het opstellen van de uitgaven der
exploitatierekening hebben de bedrijfsuit-
komsten van de bestaande inrichting over
de jaren 1920 en 1921 als leiddraad ge
diend. Do ontwerp-exnloïtatierekening
voor de volkszwemscfröol is gebaseerd op
een jaarüjkscha uitgaaf van plm. f6770,
j terwijl dc jaarlijksche inkomsten zijn ge
raamd op f2300; het. is echter niet uit
gesloten, dat dit laatste bedrag eenigszins
hooger zal zijn. Het geraamd? jaarlijksche
deficit beloopt derhalve ongeveer f 4470.
Do openbare zwemplaats aan de Oude
Heerengracht kostte de gemeente jaarlijks
f 3666, welke som in den vervolge natuur
lijk bespaard wordt (een gelijk bedrag is
op de begrooting voor 1923 onder volgn.
154 uitgetrokken-voor onderhoud en be
diening van de zweragelegenheid in het
Poelmeer.) Valt cl? exploitatie van de nieu
we inrichting mede, dan zal dus het ex
ploitatieverlies vrijwel even groot zijn als
vroeger clat van de zwemplaats in den Hee
rensingel, zoodat. de meerdere kosten dan
alleen gevormd zullen worden door rente
en aflossing van het aanleglcapitaal, waar
onder gerekend dc waard? van het benoo-
digde terrein. Het nadeelig saldo van de
inrichting aan het Rijn-Schiekanaal be
droeg over 1921: f 1190, terwijl in 1920 een
voordeelig saldo van f52 werd verkregen,
een en ande- ongerekend rente en aflos
sing der bestede kapitalen.
Dat de nieuwe zwemschool zal worden
gebouwd met vermijding van alles wat
overtollig is, en dat ook de exploitatie
op zoo eenvoudig en zuinig mogelijke wijze
zal geschieden, behoeft wel geen betoog.
Met het bovenstaande mecnen B. en W.
een beeld to bobben gegeven van de plan
nen, welke thans ten opzichte van den
aanleg en de toekomstige exploitatie der
zweminrichting beslaan. Zooals gezegd,
zal do alsnog te verrichten proefboring
nan die plannen eerst volkomen vastheid
kunnen geven cn zullen vele .oncDcrgcschik
te punten "nog nader moeten worden uit
gewerkt, doch niettemin is de voorberei
ding van dit belangrijke work thans zoo
ver gevorderd, dat oen principieele beslis
sing door den R-aad B. en W. wenschclijk
voorkomt. Onder mededeeling, dat ook die
Commissie van Fabricage zich niet d<? aan
hangigo plannen kan vereenigen, geven
zij in overweging, door vaststelling van
den overgelegdcn suppletoiren bc.groo-
tingsstaat ten behoeve van den aanleg van
een nieuwe "grondwaterzweminrichting ecu
bedrag van f 95O0O te hunner beschikking
tc steden, on het voorstel van den heef
Fiekaar in zijn geheel als afgedaan te be
schouwen.
Onbewoonbaarverklaring van woningen.
Onder verwijzing naar een schrijven van
de Gezondheidcommissie en een door den
Directeur van het Bouw- cn Woningtoe-
ziolit uitgebracht rapport, geven B. en W.
den Raad in overweging:
I. Onbewoonbaar te verklaren
a. de woningen Schapenpoort Nis 6, 8, 10
en 12 ©n Molenwerfsteeg Nis 1 ©n 3 wegens
vacht, onvoldoende gelegenheid tot toetre
ding van daglicht en vervallen toestand
b. dc woningen Jufferpoort Nis 1, 2, 3, 4
cn 5 on Kloos- of Visohpoort Nis 1 en 2 we
gens vocht, onvoldoende gelegenheid tot
toetreding van daglicht on tot-doorstroo
ming van lucht en vervallen toestand
c. de woningen Alida Mariahof Nis 1, 2,
3, 4, 5, 6, 7 en 8Groenepoort Nis 1 en 2 on
Elisabethspoort Nis 1, 2, 3 on 4 wegens
vocht cn onvoldoende gelegenheid tot toe
treding van daglicht en tot doorstrooming
van luoht
d. de woningen Rabarberpcort Nis 1, 2,
3/4 en 5; Gekroonde Liefdepoort Nis 1, 2,
2bov., 3c en 3 bov.Hagemanspoort Nis 1,
2, 3 en 4B rondewijnspoort Nis 1, 2, 3, 4,
5, 6, 7, 8, 9 en 10de woning Leeuwen-
poort (ongenummerd) en de woningen Bar-
barahof Nis. 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en 9 wegens
vocht, onvoldoende gelegenheid tot daor-
strooming van luoht on wegens vervallen
toestand
e. de woningen Jan Potagepoort Nis 1,
2 cn 3 wegens vocht en onvoldoende gele
genheid tot doorstro om ing van lucht
f. de woningen Pottebakkersgang Nis 4,
5, 6 cn 7 wegens vocht cn vervallen toe
stand
g. de* woningen Breepoort Nis 1 en 3 we
gens vocht en wegens onvoldoende gele
genheid tot toetreding van daglicht
II. te gelasten dat de woningen moeten
zijn ontruimd binnen zes maand?n te reke
nen van den dag, waarop de tijd tot voor
ziening is verstreken of liet besluit tot on
bewoonbaarverklaring is gehandhaafd.
Verlenging v«m den arbeidsduur.
In de vergadering van 23 Augustus 1919
werd op voorstel van B. en W. besloten
tot invoering van den 8-urigon arbeidsdag,
resp. van de 45-urige arbeidsweek voor het
gemeente-p ersoneel overeenkomstig de
voorschriften van het toenmaals bij do
Staten-Generaal aanhangig ontwerp Ar
beidswet. Hoewel dit ontwerp eenmaal
wet geworden, do invoering van den ver
korten arbeidsdag slechis voor een gedeel
te van het gmeentc-personeel noodzakelijk
zou maken, achtten B. on W. het niettemin
wenschclijk, waarmede ook den Raad zich
kon vereenigen, om het geheele personeel
in de voordeelen van een verkorting van
den arbeidsduur te doen deelen, zij het dan
ook niet allen in gelijke mate.
Op het voetspoor van het ontwerp-Ar-
beidswet werd n.l. met de mcercloro of min
dere intensiteit van den arbeid rekening
gehouden en werd voor minder intensieven
arbeid de aibeidsduur op ten hoogste 10
uut per dag, resp. 55 uur per week be
paald.
B. en W. brengen voorts nog in herinne
ring, dat volgens bovengenoemd besluit do
nieuwe regeling uiterlijk 1 Januari 1920 in
werking trad, terwijl dit met de Arbeids
wet zij liet nog slechts gedeeltelijk
ejerst 24 October 1920 het geval was.
Uit bet bovenstaande zal het duidelijk
zijn, dat B. en W. destijds niet .geaarzeld
hebben Ynet het indienen van een voorstel
tot verkorting van den arbeidsduur, niet
tegenstaande dit voor een aanzienlijk deel
van het personeel geheel onverplicht ge
schiedde en ondanks (le daaraan verbon
den kosten, die destijds op niet minder
dan pl. min. f 145,000 per jaar werden be
groot.
Ilct zal daarom wel niet verwonderen,
zeggen B. cn W., dat zij, nu do Arbeidswet
1919 inmiddels bij de wet van 18 Mei 1922
8. 36-1 onder meer in dezen zin is gewij
zigd, dat de 8-urige arbeidsdag e-n de 45
urige arbeidsweek zijn vervangen resp.
door den 8^-uvigen arbeidsdag cn de 48
urigo arbeidsweek, mode in verband met
de gewijzigd© economische omstandigheden
ook aanstonds do mogelijkheid hebben
overwogen van zoodanige verlenging van
den arbeidsduur van het gemeente perso
neel. Verdient het reeds op zich zelf aan
beveling, dat, wat de regeling van dit on
derwerp betreft, heit' verband tusschen liet
partioulier- en het overheidsbedrijf eener-
zijds en tusschen do verschillende over
heidsbedrijven anderzijds, op den duur niet
verloren gaat, te meer springt de wonschc-
lijlcheid daarvan in hot oog, nu, bij de al-
lerwego heersohende malaise, bezuiniging
ook op de uitgaven van de gemeente, waar
deze zonder groot bezwaar kan worden tot
stand gebracht, in do eerste plaats is ge
boden.
Op grond van het bovenstaande geven
B. en W. alsnu in overweging:
I. het besluit van 28 Augustus 1919 voor
zooveel betreft het bepaalde in A sub a
en b, en B sub a, te wijzigen en in plaats
daarvan te lezen:
A.
a. de gewone arbeidsduur van de werk
lieden in dienst der gemeente Leiden niet
meer dan 8V* uur per dag cn 48 uur per
week bedraagt on dat de arbeidsduur van
die werklieden, die gedurende de winter
maanden slechts minder dan 8V2 uur per
dag en 48 uur per week arbeid kunnen
verrichten, gedurende de overige maanden
in cke iva'.e wordi verhoogd, da'; de a b i Is-
duur over een jaar berekend gemiddeld!
niet meer dan 48 uur per week bedraagt,
evenwel met dien verstaude, dat per dag
niet laDger dan 91/;»' uur en per week niet
langer dan 51 uur arbeid wordt verricht;
b de arbeidsduur voor d9 werklieden,
die in afwisselenden dag- en nachtdienst
werkzaam zijn, per week gemiddeld niet
meer dan 48 uur bedraagt, berekend over:
tijdvak, waarin een volledige periode vaii
bet plcegenstelsel is vervuld;
B.
a de gewone arbeidsduur van de ambte
naren niet meer dan 8 Va uur p?r dag*en
48 uur per week bedraagt en dat de ar
beidsduur van die technische ambtenaren,
die uit den aard van hun betrekking ge
durende de wintermaanden slechts minder
dan 8V2 viur per dag ea 43 uur per week
arbeid kunnen verrichten, gedurende de
overige maanden in die mate wordt ver
hoogd, dat de arbeidsduur over een jaar
berekend gemiddeld niet meer dan 48 uren
per week bedraagt, evenwel met dien
verstande, dat per dag niet langer dan
9 Va uur en per week niet langer dan 51
uur arbeid wordt verricht;
Ten slotte kunnen B. en W. mededeelen,
dat de Burgemeester een eventueele ver
lenging van den arbeidsduur van het po
litic-personeel nader onder do opgen zal
zien, zoodra de regeling ten opzichte van
het overige personeel 13 vastgesteld.
Een nieuwe gaslioeler.
De toestellen voor het koelen van het
koolgas hebben geen voldoende capaciteit.
Aanvankelijk lag het in de bedoeling de ca-»
paciteil dezer toestellen niet te vergroo-
ten, vóór het nieuwe gebouw voor koding
en natte zuivering aan de Langegracht tot
stand zou zijn gekomen. Het blijkt evenwel
noodzakelijk, om vóór hot warme seizoen
intreedt, naast dó bestaande Iuchtkoel-ers
eer. niéuwen" waterkoebr te plaatsen, aan
gezien de bezwaren, door de onvoldoends
koeling veroorzaakt, thans reeds groot zijn
er. ïh den zomer in nog sterker mate zuf-»
len optreden.
Van de verschillende binnen- en buite'n-
landsche aanbiedingen is die der Koninklijke
Nedeilandsche Grofsmederij, alhier, da
goedkoopste. Met fundeeringen, pijpleidin
gen en bijwerk zullen de totale kosten
voor dezen gaskoeler rond f11,090 bedra«»
gen, welke kosten voorloopig uit de kas-»
middelen kunnen worden bestreden.
Navorderingscohler.
B. en W. bieden den Raad ter vast
stelling aan het Navorderingskohier der
plaatselijke directe belasting naar het in
komen, belastingjaar 1920/21, mot een op-*
brengst van f169102.45.
Toelating van nieuwe leerlingen bij het
openbaar vervolgonderwijs en het
bewaarschoolonderwijs.
J3. en W. stellen voor de verordening
bovenbedoeld aldus te lezen:
„De inschrijving van leerlingen heeft
plaats bij het hoofd der school in de maan
den Februari on Augustus. De toelating!
dor leerlingen heeft plaats in de oerspel
volle week der maanden Maart en Sep
tember.
Met toestemming van B. on W. künneü
in bijzondere gevallen ook tusschentjjds
leerlingen worden toegolaten."
Aangezien d® bewaarscholen zich voor
do toelating van nieuwe leerlingen gehete!
richten naar do voormaliga 3de klasse scho
len en de scholen, welke voor de 3dd
'klasse scholen in de plaats zijn gekomen;
voor de oene helft op 1 Maart on voor da
andere helft l September (vroeger I
April en 1 October) nieuwe leerlingen toe
laten, is het gewemschb do gewone toela
ting voor de bewaarscholen ook een maand
eeider te doen plaats hebben. Deed mort
zulks niet, dan zouden de bewaarscholed(
op 1 Maart on 1 Soplembor leerlingen aaT[
do gewone lagere scholen moeten afstaan'
en zouden zij de nieuwe leerlingen eerst
oen maand later ontvangen.
Ontslagverleening personeel Gymnasium
en H. B. S.
De Minister van Onderwijs heeft B. él
.W. luitgenoodigd te bevorderen, dat ten
Roman van G. HARDWIG.
21)
,;U zult een kleine, vreesachtige vrouw
worden/', zei hij lachend. „Weet u", ver
volgde hij ernstig, „waar de booze gees
ten (zitten] Hier: in het hoofd en het hart.
'Alle andere zijn lammeren."
Toen zij. om een antwoord verlegen,
zweeg, zei hij schertsend: „We zullen eens
samen door alle vertrekken goan en zien,
rivie daar rondsluipt. Zullen wel"
„Och ja! Maar woord houden 1"
Zij stak hem, door haar gevoelens gedre-
yen, haar hand toe.
Hij nam ze er» drukte ze.
Toen bloosde zij. Haar hart klopte luid;
Heel goed wetend, wat cr in haar om
ging, hield hij haar rechterhand een oogen-'
blik vast.
„Ik hoop, dat weldra d? man zal komen,
'dio u uit uw «afhankelijke cn onzekere po
sitie in een eigen, vedlig tehuis zal voe
ren."
Zij glimlachte verlegen. ,,ïk trouw niet."
„Ach! En waarom?"
,,fk smeek u..." fluisterde Mia verle
gen. „Ik!" Hij keek haar hoofdschuddend
aan. „U V'
„Nu, ja toch", zei zij met een bekoor
lijke vleug van vroegwijslieid, „ik ben
tcch arm. Ik wil ook niet eens. Waarom
ook?" En mijn tante zei
Toon zij haperde, knikte hij haar bemoe
dig on<L»a wWafc zei zij dan?"
„Ik moest mij -eerst bodenken, of ik
iemand liefhad, wanneer iemand met mij
wild? trouwen."
Mot moeite bc.dwong hij zijn lachlust.
Vervolgens maakte eem wonderlijke ont
roering zioh van hem meester bij het zien
van dit onschuldige kind. waarin het hei
ligste geheim droomend sluimerde.
„Maar wanneer men iemand werkelijk
liefheeft, dan helpt l*et bedenken niets
meer. Wanneer men alles zoo precies wist
als datAllebei weten hot. En dat is al
heel mooi, heel mooi
Hij dacht aan het trillonde lachje, dat
bekende, wat nog geen zucht had verraden
aan de donkere wimpers, die zioh boven
brandende vraagstukken slotenaan het
door duizend sluiers omweven geheimzin
nige, dat thans aan bet daglicht scheen te
zullen komen.
„Ik heb geen tijd meer," zei hij haastig.
„Tot weerziens
Zij liep naar het venster en keek hem
tia, hoe hij op het paard aprong en heen-
galoppeerde.
Het antwoord van dominee Seller was
kort.
„Lieve Marie! Ik eer de Goddelijke be
schikking in alle dingen, anders zou ik den
wensch uitspreken, dat je niet zoo eigen
machtig hadt- mogen handelen.
Wat jo vraag betreft, daar kan ik je geen
antwoord op geven. Toch is het niet geheel
en al onmogelijk, dat je daarover eons een
lioht zal opgaan.
Ga voort mij als je besten vriend te be
schouwen, die je van harte groet.
Seller."
Mia's hart wan zóó vervuld van andere
dingen, «lat zij het sohrijvcn onbewust ter
zijde legde en den inhoud goheel vergat.
De lentewind suisde door de boomtop
pen.
Alexandra Louise wierp de pen neer.
Waren het druppels, die aan het venster
tikten? Of waren het ongestilde hartklop
pingen, die naar liefdegeluk zochten en
niet vonden
De kamerdienaar kondigde den adjudant
van den Erfprins aan.
Zij sloeg haar handen ineen. Zij was al
leen. Gravin Heilsberg was met haar too-
stemming visites gaan maken.
„Ik verzoek u."
Ritmeester von Mers'oaoh trad binnen.
Zij daaide haar hoofd om en knikte hem
achteloos toe.
„Op bevel van Zijn Hoogheid breng ik u
dc kostuumplaten."
Toen stond zij langzaam op. Haar licht,
lang gewaad glinsterde. De met goud ge
stikte ceintuur gloeide. Alle6 aan haar was
glans en schoonheid.
Onder den kroonluchter, op het purpe
ren kleed, legde hij do portefeuille neer.
De tafel stond tusschen hentusschen
bun lichamen. Tusschen hun harten stond
niets meer.
En de lentewind buiten zong zijn machtig
lied, dat grooto lied van warmte cn leven.
Hij overhandigde haar een kaart. „Dit
koetuurn
Zijn blik vestigde zioh op do uitgestoken
blanke hand; do hare daarentegen op het
gelaat van hem, die de plaat overhan-
Nu hield zij deze vast, zonder er naar te
zien, cn luisterde naar het kloppen van
haar hart. - =7 - -
Toen streek hij zich haastig ovof zijn
gloeiend voorhoofd, waarachter het woeld-o
van zaligheid, verwijten en smart.
Do kaart gleed uit haar vingers op den
vloer.
Dacht zij aan het lied der nornen, aan
den nornenroep
Hij raapte het papier van het tapijt op.
Zij keek hem aan cn knikte. Hun handen
raakten elkaar. Hij boog zich over de
blanke vingers en kuste deze.
Zij sloot de donkere wimpers.
Als in de grauwe verte verdween haar
trots. De bron; die uit baar hart opwelde,
was do kreetf van een vrouw naar liefde.
Het sidderende lachje op haar lippen
dronk reeds van deze borrelende bron.
Zij maakte haar hand niet los.
En toen hij deze in zijn hand vöoldo be
ven, dwong eon onuitsprekelijk verlangen
hem aan haar voeten.
Zij wist, dat het komen moest, heden of
morgen. Zij wildo het immers?
En zoo boog zij zioh voorover en verloor
haar zelfbohcersohing, toen zij zijn donker
haar kuste.
Het verraad, 'dat zij pleegde, sneed hom
door het hart. Hij sprong op, doodsbleek.
„Ik ellendige! Vergeving
Maar hij kon den weg niet meer terug
vinden uit dit doolhof.
In haar brak zich nieuw leven baan, het
masker viel, het tot dusver verstikte brak
ïege rij k n aa r bui ten
„Waarom spreekt ge van ellende?" fluis
terde zij. „Wanneer ge in dit uur niets ge
voelt, als ellende
„Onmetelijk gc-luk!" barstte hij harts
tochtelijk uiit en drukte do lippeen telken
keer op haar rechterhand.
„Mij is hot alsof ik een vreeeelijken
droom heb gehad," zcide zij, diep adem
halend. „Waar is hij nu gebleven? Hoe
vind ik mijzelf terug?"
„Aangebedene fluisterde hij, „tot
vcrtwijfclens toe bemind
Zij schrok, alsof dat woord haar in het
hart had getroffen.
„Onder de vorstenkroon bloeien weinig
bloemen," zeido zij, met haar donkere
©ogen diep in de zijne blikk-end. „Wie rozen
plukken wil, moet ze niet in de koude
hoogte zoeken. Ik weet niet hoe se op mijn
weg kwam, deze roos."
„Mijn leven zou ik er voor willen ge
ven mompelde hij hartstochtelijk.
Zij schudde het hoofd. „Daai was de roe*
immers dood."
„Niets meer. niets meerIk sincok het u
uit den grond van mijn hart," bracht hij
or üit. „Het gaat boven meneohclijke
kracht."
„De smart moeten wij ondervinden,"
zeide Alexandra Louise ernstig„daarnaar
vraagt geen mensoh. Waarom niet het go-
luk? Is het dan zoo rijkelijk gezaaid op dezo
aarde? Neemt men het op als een handvol
zand V'
„Neen," laolitc hij, „als een geschenk.
„Neem hot dan fluisterde zij vol ver
langen. „Ik geef het u."
Zijn slapen klopten. Hij zag niet meer do
kroon op haar hoofd, niet den ring aa.n
haar handhij zag slechts dc bekoorlijke
vrouw, die mot al haar trots en haar ge
voel van ongenaakbaarheid in zijn armen
zonk.
Hij hield haar togen zich aangedrukt. Als
in oen roes gevoelde hij haar adem op zijn
wang. De wereld scheen om hem weg té
vallen,
vervolgd).