WETENSCHAPPEN. UIT ONZE STAATSMftCHÏÜ: fctelling niet moest wonden overgegaan, "aet- Jfen B. en W. hun standpunt in deae nogmaals jeenigszins uitvoerig ui teen- Ad ressan to dringt er in haaT verzoek op £an, dat ten behoove van worklooze loden .van organisaties, die hetzij doondat zij uitge- Sfcrokken of niot trekkende zijn, hetzij omdat laan hun organisatie om speciale reden geen [wcrklooeenkas verbonden is, peen uitkeering 'ontvangen uit oen wc-rkloozenkas, een ge- piecntclijko stouncommissio wordt ingesteld, idie zioh in plaats van het Burgerlijk Armbe>- btirur met het vaststellen van de Tiitkeenn- jgen zon bolasten en waarin ook vertegen woordigers van do bestaan do vakcentrales eitl-ing zouden hebben- Tot staving van haar verzoek somt adres- Ban te eenige punten op, dodh ook na monde linge toelichting in de vergadering van B. en IW., hoeft oen en ander hun niet do overtui ging geschonken, dat ^cn andero weg anioet worden Ingeslagen, dan do tot nog toe ge volgde. Do uitgetrokken workloozen en om hen gaat het hier in de eerste plaats worden thans, zocdra zij gedurende den reglcmentai- xen tijd uit do gesubsidieerde werkloozenkas- ecu stoun hebben ontvangen, verwezen naar bet Burgerlijk Armbestuur. Teneinde echter aan do daartegen geopperde bezwaren zoo- Veel mogelijk tegemoet te komen, is een re- (gcling getroffep, waarbij bepaald werd, dat 'de goorgani9eerdc%uitgetrokken werkloozen zioh om stoun moesten aanmelden bij de res pectieve wcnkloozenrkassen hunner organisa ties, welke kassen do steunaanvragen met hun advies moesten doorzonden aan het Burger lijk Armbestuur. Het Burgerlijk Armbestuur zou dan clko steunaanvrage zelfstandig on- donzoeken, daanxvvor boslissen, geboord het bestuur der wcakloozenkas en voor elk geval, waarin de steunaanvrage wend ingewilligd: het bedrag van do te vorioencn uitkeering Vaststellen. B. en W. kunnen met don besten wil dor Wereld niet inzien, waarom nu een gemeen telijke stCuneommieaio de voorkeur zou rtïoe- ten worden gegeven hoven een onafhankelijk, luoor do gemeentelijke volksverrtegenwoordi- igang gekozen, lichaam als het Burgerlijk Armbestuur, tenzij nevenbedoelingen in het ppehzijn. Men zou hoogstens togen den naam „Burgerlijk Armbestuur" beawaar kuDnen hebben. Doch dit bezwaar zou dan gemakkelijk kun- lion worden opgeheven door, ovcnals in do go- moon to 's-Gravenhago, dezen naam to vervangen Öoor Commasaio voor „Maatschappelijk Hulp betoon". Na nog do vorsdhilicndo griovon van adres- Banton to hebban nagegaan, niaken B. on W. nog oen onkelo opmerking mot betrekking tot de hoegrootheid dor uitkearingon. Na correspon dentie) met den Manister van Bmneuiandsche Zaken toch is hun gebleken, dat bij do toepas sing van do mdniistcrioolo rogoldng con misver stand hooft plaats gahad. Hot Burgerlijk Arm bestuur verhoorde nl. in do moendng, dat na 13 wekon voor gehuwden on ongehuwde kostwin ner® in plaats van den norm van f 13.50 per woek, bdilovous f 1.50 por gozinslid boven do tweo ponsonen, tot een inaximuin van 10 per sonen, eon norm vasi f 12 bonevens f 1.35 per gezinslid moost worden toegepast. Dit nu blijkt niot hot geval to zijn en B. en W. hobbcai mits dien hot Burgerlijk Armbestuur verzocht ook na Torloop van 13 wokon met den norm van f 13.50, ben ovens f 150 por gezinslid rekening te hou den. Eon zoor voorname grief der organisaties, ■wolk» in do bijoortkomat mot B. on W. door adress&nto bijaomdor „naar voren word ge bracht" zal dan zijn weggenomen. Van dezo gedegenheid wenschon B. on W. to- vftns gebruik to maken, om hun govoelon te 'doon iconen over het adres van do afdceling Lei dim van den Gentralen Nodorlandsohon 'Ambtenaarsfooiwl, waarin wordt aangedrongen ©p hot vaststellen van con stounrogcLing ten bo- Ivoovo van wogcais inkrimping en bozuinigiug ontslagen tijdelijke cal losse ambtenaren on be- ambten, voorzoovor zij oiot onder oen gemeen tel i'ko wacblgr-ldrogcliug vallen Het komt hun voor, dat ten opzichte van do hier bedoelde personen een regeling kan worden getroffen in den geest als o. a. in 'de gemeente .Haarlem geldt en waarnaar adressante in de toeliohting tot haar request verwijst. Zij zouden zich dan om steun bij het- Burgerlijk Ar mbestuur kunnen aanmel den en verder op dezelfde wijzo behandeld kunnen worden als ten opzichte van de uit getrokken werkloozen het geval is. Aange zien zij echter niet aangesloten zijn bij een vakbond, welke een werkloozcnkas heeft, zou hun ondersteuning door het Burgerlijk Armbestuur in plaats van aan de besturen der werkloozenkassen van de verschillende vakorganisaties, aan do besturen der vak organisaties van de ontslagenen dienen te worden uitgekeerd. Het Burgerlijk Arm bestuur heeft reeds medegedeeld, bereid te zijn de bloeide personen, wanneer zij zich om steun aanmelden, op de aangegeven wijze te behandelen. B. en W. geven mitsdien in overweging: a, afwijzend te beschikken op het ver zoek van de Commissie van Samenwerking inzake Werkloozenzorg, om over te gaan tot het instellen van een gemeentelijke steuncommissie voor werklooze leden van organisaties, die, hetzij doordat zij zijn uit getrokken of nog niet trekkende zijn, het zij, omdat aan hun organisatie om speciale reden geen werkloozenkas verbonden is, geen uitkeering ontvangen uit een werk loozenkas, en in die commissie aan de be staande vakcentrales verantwoording te geven b. hen te machtigen de afdeeling Leiden van den Gentralen Nederlandschen Ambto naarsbond in kennis te stellen met de bo ven aangegeven steunregeling, welke ten behoeve van wegens inkrimping en bezui niging ontslagen tijdelijke en losse ambte naven zal worden getroffen. Prof J. P. Kuer.cn. In ,,Do Gidh" van 1 November komt voor liet portret van Kuenen, geteekend door di\ Jan Veth, met een artikel over „Kue nen als natuurkundige", van do hand van prof. Lorentz. Aan dit artikel waarin 7 rentz zijn jongeren ambtgenoot ata mcnsch eai als geleerde teekendc, is het volgende ontleend „Theorieën, die in do beweging en ou- derlingo werking der moleculen den sleu tel voor do verklaring van tal van ver schijnselen zochten, waren er vai oudsher geweest on bijna 20 jaar geleden had, wat vlc eistoffën en gassen betruit, Van dev Waals een belangrijken stap vooruit ge daan. Men stond op dit gebied voor vragen als deze: Waardoor wordt de druk oe- paald, dio noodig is om bij een gegeven temperatuur een eerst gasvormige stof den vloeibaren toestand te doen aannemen, waarvan hangt do dichtheid dev vloeistor, in vorgclijking met die van deü damp af, on hoe moet mep rekenschap geven van de, in gewono gevallen zeer geringe, sa mendrukbaarheid, die do verkregen vlo ri ste! vertoont? Het was Van der Waals gelukt, hier een klaar en bcvredig^ id ant woord te goven. Do verdichting tot vloei stof schreef hij toe aan do onderlingo aan trekking der moleculen op uiterst kfeino afstandenden weerstand, waarmede een vloeistof als water zich togen een samen persing verzet; aan de uitgebreidheid van haar moleculendenkbeelden, die wel reeds door anderen waren uitgesproken, maar die niomand vóór Van der Waals conse quent had uitgewerkt. Door dit to doen ontwikkelde hij een algemeen© theorie van vloeistoffen en gassen on gelukte het hem begrijpelijk te maken, dat ei* voor elke stof een bepaalde, die zoogenaamde „kritische" temperatuur is, boven welke het niet mo gelijk is, door 8amendrukking een afschei ding van vloeistof to bewerken. Heeft men in een gesloten vat eerst vloeistof en damp in geschikt gekozen hoeveelheden met el kander in evenwicht, en verhoogt men dan de temperatuur, dan ziet men de twee „phasen" in dichtheid tot elkaar naderen, om ten slotte aan elkaar gelijk te worden. Men bereikt, zooals men zegt, den „kriti- selion toestand" en het is in het bijzonder in dc eigenaardigheden daarvan, dat Van der Waals ceir inzicht had gekregen. Daahnede niot tevreden, had hij zijn theorie tot mengsels van twee stoffen uit gebreid en aldus een gebied van rog veei grooter verscheidenheid en «laardoor des te grooter aantrekkelijkheid ontsloten. Een graphische voorstelling met behulp van ze- kor oppervlak het in don titel van Kue- nen's dissertatie genoemdb maakte het mogelijk, de verschijnselen gemakkelijk te overzien en zonder lango berekeningen ge volgtrekkingen uit do theorie af te leiden. Do beschouwingen van Van der Waals wekten in die dagen geestdriftige bewon dering, en het is wel begrijpelijk, dat Kue nen gretig de gelegenheid aangreep om de g-volgtre'kkingen der theorie tot in bijzon derheden op do proef te stellen. Voor dit doel heeft hij bij voortduring, ook gedu rende zijn verblijf in Dundee, en na zijn terugkeer naar Leiden in 1007, gewerkt. Door vernuftig uitgedachte verbeteringen der waarnemingsmethoden en door zorg vuldig op alle storende invloeden to letten, slaagde hij er in, de verschijnselen zuiver der waar te nemen dan het vóór hem iemand gelukt was en inzonderheid do kri tische verschijnselen, bij mengsels vrij wat ingewikkelder dan bij enkelvoudige stof fen, experimenteel te ontwarren. Hoe hij het uitgebreide gebied der natuurkunde, waarop hij zich bij voorlfeur bewoog, De- heerschte, blijft uit zijn werken: „Theorie der Verdampfung und Verflüssigung von Gemischen und der fraktionierten Destina tion", „Die Zustandsgleichung cDer Gaso und Fliissigkeiten unci dio Kontinuitats- tkeorie" en „Die Eigenschaften der Gase." .Laat" ik nu uit dit alles écu greep doen en ccn woord zeggen van een ontdekking van ivuen^i, die een waar juweel mag ge noemd w?orden. Berst men een enkelvoudi ge stof als waterdamp of koolzuurgas, «ij een temperatuur beneden do kritische, in steeds kleinere ruimte, dan ziet men, op een bepaald punt gekomen, naast den damp een vloeistof verschijnen, waarvan de hoe veelheid gestadig toeneemt, ton cinueujK allo damp verdicht is. Gedurende do sa-, inendrukking. blijft, zoo lang er nog eenige damp bestaat, do druk onveranderd en hebben do nog aanwezigo damp en do ge vormde vloeistof elk zijn eigen onveran- dcrhjko dichiheid. Bij een mengsel van twee stollen is liet minder eenvoudig-. Do twee bestanddeelen zijn a'licüt niet even vluch tig en dit heeft tengevolge dat vloeistof en damp niet dezelfde samenstelling heb ben.; do ce-ne phase bevat wat meer van het minder vluchtige, de andere wat meer van liet vluchtigsto bestanddeel. Bij voort gaande verkleining van het volume blijft thans de druk niet standvastig, en ook ook <b samenstelling en de dichtheid van elk der phasen verandoren gestadig. Men ge voeld hoe ingewikkeld dc verschijnselen daardoor kunnen worden. JL o afwijking van hetgeen men bij een enkelvoudige stof ziet, kan nu onder be paalde omstandigheden zoo ver gaan, dat, als eerst een vloeistof gevormd is en de hoeveelheid daarvan tot zeker bedrag is tcegenomon, die hoeveelheid vervolgens af neemt, zoodat ton slotte de vloeistof wcei verdwijnt en men cindfigt, aooals men be gon, met een enkele phase, dio men „damp" moet noemen, van dezelfde samenstelling als do oorspronkelijke en alleen met een kleiner volume. Dit is do „retrogrado condensatie", die door Kuenen geheel in overeenstemming met de theorie word waargenomen^-Wat het verrassende er van betreft, kan men cte ontdekking op één lijn stollen met b.v. die van ds konische refractie, waarbij een op een kristal vallende lichtstraal niet, zooals bij do bekende dubbele breking, in tweeën wordt gesplitst, maar in hot kristal langs alle op zekeren kegel liggende lijnen verder gaat, zoodat op eon scherm, in plaats van twee punten, een lichto ring wordt waargenomen. De vergelijking gaat alleen in zoo verre niet op, als de konisohe refrac tie theoretisch voorspeld en vervolgens- waargenomen werd, terwijl Kuenen do re- trogade condensatie eerst hoeft gezien on daarna uit de theorie heeft verklaard. Verschijnselen als deze, waaraan nie mand vooraf had gedacht en waarvan het bestaan als een noodzakelijke gevolgtrek king uit reods ontwikkekDo theoretische beschouwingen kan worden afgeleid, zijn wel bij uitstek geschikt om den indruk tfc geven, dat wij met onze theorieën op deil gooden weg zijn* Ik zou kunnen zoggen „op do goode we gen", want veelal is het piot langs één pad, maar langs verschillende uiteenloo- poQclo of elkaar kruisende paden, dat wij trachten verder te bomen. In een groot ge deelte van do theorie der mengsels is de zuivere, algemecnen thermodynamica aan het wcord; een groot algemeen beginsel, onafhankelijk van bijzondere opvattingen over Lot mechanisme der werkingen, is het richtsnoer. Daardoor liet ook Kuenen zich met voorliefde leiden on onder zijn nage laten werk werd een kleine verhandeling gevonden, dio hij zich had voorgesteld in do eerste vergadering der akademie van wetenschappen aan te bieden, waarin dat zelfde beginsel op een merkwaardig, in den Datsten tijd ontdekt magnetisch ver schijnsel wordt toegepast-. Maar van niet minder beteekenis dan de algemeene- thermodynamische beschouwin gen, zijn bespiegelingen over de structuur der moleculen en atomen an over de krachten dio zij op elkaar uitoefenen; wel zijn zij minder zeker, maar daar weegt te gen op, dat zij dieper in het wezon der dingen gaan. In dit opzicht had Van der Waals, toen hij de moleculaire attractie en de uitgebreidheid der deeltjes in rekeninc bracht, slechts den eersten stap gedaan verdere verfijning was wenschelijk en werd) ook reeds ten deelo bereikt. Was Kuenen langer gespaard gebleven, had hij mogen gemeten van de ruimere werkgelegenheid die het kitgebreide cn herbouwde laborato rium hem zou hobben gegeven, dan zou de „minutaouse studie", waarvau wij hem hoorden spreken, ongetwijfeld nog veel hoogo waardo hobben opgelèvei J."- Poslzahen. Er zijn rog twee wetsontwerpen, de Bosterijen betreffende, die nog niet ge heel rijp worden geacht voor openbare be handeling. liet ecno betreft de opheffing van port vrijdom en do wijzigingen, die daardoor do verschillende Hoofdstukken der Staats- begrooting voor 1922 moeten ondergaan. Het andere stelt wijzigingen eter Post- we.t voor, o.a. in verband met het ingeslo pen misbruik van toezending van stukken niar hier, gefrankeerd volgens de tarieven in Duitsehland geldig, of het over-de-grens brengon van stukken, voor het buitenland bestemd, <lie dan in Duitsohland voor verder vervoer worden gefrankeerd. Wat het derate betreft, zuilen wel velen inzien, dat er reden is, om den portvrij dom af te schaffen. In 't algemeen was en is dio portvrijdom een onbillijke belasting van het Hoofdstuk Waterstaat of van dc begrooting voor Posterijen en Telegrafie. Immers, liet spreekt vanzelf, clat de kosten van vervoer van de Posl en de werkzaain- hedon*aan do kantoren evenredig zijn aan net aantal behandelde stukken, en dat weer de talrijkheid van het personeel met deze t orkzaamheden verband houdt. De Post betaalde dlns dóór den portvrijdom voor do andero Departementen en het tekort op do Posterijen was ten deele een gevolg daar van. •Strikt genomen, zuiver financieel be schouwd van het standpunt der burgerij, maakt het geen verschil, op welk ncter- dcr1 der bogrooting het officieel postver voer van cücnststukken drukt. Tekorten worden toch verhaald op do belastingplich tigen, of hot een tokort op den postdienst of op do administratie van ccn ander partement is. Maar voor de zuiverheid der rekening is nauwkeurige Doekhouding noo dig en voor dionston, die do Post verricht, behoort ook de IV>st beloond to worden, onverschillig van wion het postsfcük afkoru stig en voor wien het bestemd is. In elk geval do It ogee ring had zich vooigenomen om den portvrijdom af te schaffen. Het wetsontwerp, dat oanvu5li- vraagt van de vorschilleudo bogrootingen, om daaruit do kosten van die afschaffing te bestrijden, somt do bedragen op, waar toe mon gekomen is, door een maand (Ja nuari 1922) de dieoststukken, waarover men beschiktes to tellen en te- wegen en voor hot overige een schatting te maken. Het tarief zal echter niet overeenstemmen met het algemeen geldende tarief, de Staat wordt blijkbaar beschouwd als „beste klant" cn krijgt daarom wat korting. De verrekening zal plaats hebben ten deelo door het abonnement. Do Minister van Wa terstaat rekent op een meerdere ontvangst van 5 millioen gulden, dat is meer dan als verhooging door de verschillende Depar tementen wordt aangevraagd, omdat bij de schatting van het daarvoor benoodigde na tuurlijk alleen rekening is gehouden met do uitgaande «stukken. Over het tweede der bovenbedoelde wetsontwerpen is voorloopig verslag uitge* bracht onder dagteekening van 18 Octo ber en in dat Y.V. wordt a. geragd, dat me* géhoord heeft van bedenkingen tegen het eerstbedoelde wetsontwerp. Yan web ken aard die bedenkingen zïjt, kunnen w«j niet zeggen. Dat tweede ontwerp heeft een -vïjïigmg van ©Dkele artikelen dar Pojtwet, waarvan de wenschelijkhcid in de praktijk is go- bleken, en verder maatregelen-ter voorko ming van bedenkelijke praktijken van en kelen, Eén van <lio praktijken is deze, dat men, zonder zelf in den gewonen zin verblijf te hebben, zelfs niet tijdelijk, zijn post laat opzenden aan een bepaald adres en dan kosteloozo nazending eisekt naar een ander adres, het werkelijke verblijf. Daar nee wordt aan de postadministratie een meer dan bubbelo last opgelegd. Bovendien ge beurt dit ook met de zending van soms waardelcoze papieren aan adressen, waar dc goac3resseerde persoon sedert lang niet meer woont, of zelfs als hij overleden is. Zulke stukken zullen teruggezonden wor den aan de afzenders en waardeloozo pa pieren kunnen vernietigd worden zonder opzending aan een nieuw achxs. Strafbepalingen worden verder gesteld voor het misbruik van h.t woord „Dienst" cn het contreseign van den afzender voor ongefrankeerde stukken, die niet den dienst betreffen. Maar vooral wordt opgetreden tegen het ter-pest-bczorgen van brieven in het bui tenland met dc bedoeling om voorcfeel to trekken van den lagcren valuta-stand. Personen, die nabij de grens wonen, Le- zorgen in Duitsehland hun correspondentie op do post; en er zijn er, die alle voor het buitenland be3te»»de brieven in één omslag verzenden aan oen grensbewoner, dio ze Q in Dui-sohland yan postzegels voorziet cn ter post bezorgt. Het zal wel duidelijk zijn, at daardoor belangrijke inkomsten aan de Xederlar.dschfi Posterijen worden onttrokken. Het daardoor geieckai verlies maakt een d^el uit van het tekort op dc Posterijen en het misbruik van do hier bedoelde lie den jrcorzaakt mede de erhoc-ging der tarieven; zeer zeker beiemmerfc het een ver Inging. Straf wordt nu bedreigd tegen de genen, die hun correspondentie in het bui tenland doen posten voor bestelling door do Noderlandschc Posterijenmaar ook te gen hen, dio al of niet tegen betaling tot heb per post bezorgen in het buitenland meewerken. 't Is hier roisszhien ook de plaats, om nog eens te wijzen op het nadeel, dat voor handelaars kan voortvloeien uit do zooovon bedoelde „lecpigheid", terwijl zij er voor- ctecl z an verwachten en het ergste is, dat dit nadoel niet enkel do overtreders zelf treft, maar ook antieren, die zich aan het misdrijf dersontduiking niot hebben schul dig gemaakt. In den laafcstcn tijd vonden wij in de bla den weer twee bewijzen van den slechten invloed van Düitschè postzegels op Neder- landsche prijscouranten, hetzij, dat deze enkel daar gefrankeerd waren, of zelfs in Duitsehland tevens gedrukt. Een Ncderlandsche firma deed in Enge land een aanbieding voor drukwerk lager dan de'Engelsohe fhma's. Maar hét werk, dat eenige maanden arbeid zou vcrschaf- fon, werd hem niet gegund, omdat... men in Engeland meende, door de toezending van Nedorlandsch drukwerk met Duitsche postzegels, dat do Neder!andsclie drukkers hun werk in Duitsehland lieten drukken. Het weik, dat maanden zou eischen, ging verloren; deze firma wtis onschuldigmaar zij ondsrvond de schade en wie weet, of zij niet een aoo lage aanbieding had ge daan om „haar volk" aan het werk"te hou den en nu eenige arbeiders ontsloeg, dié liet aantal werkloozen vermeerderden. Een ander geval betreft Frankrijk.' D« londervoflideai had en oo>k nooit na diem rlijd, zooals ik dankbaar erken. uiijn kleine meesteres gedroeg zich ais leen engel door inij te komen oppassen en mijn eenzaamheid to vervroolijkeaido op sluiting maakte mij bijzonder neerslachtig, 'liet ia vervelend, voor een roerig, actief persoon, maar weinigen hebben minder voa-cin voor klachtcai dan ik had. Op het ©ogenblik, dat Cat har in a het vertrek van jnr. Linton verliet, verscheen rij aan mijn bedzij. Haar dag was verdeeld tussoben cmsgeen vermaak kostte een enkele mi nuut, zij vcrwa&rlduQd© baar maaltijden, haar studios en haar spel, zij was de in- tnigste verplcogBtor, dio* oodb waakfco. Zij anocb een warm hart gehad hebben, ais zij •haar vader zoo liefhad, om zooveel aan mij lie geven. JLii zei, dat haar dagen tussoheif ons ver deeld warenmaar do meester trok zioh vroegtijdig te-rug cn ik had gewoonlijk aiiots noodig na zosoen, zoödat rij den avond voor zich bad. Het arme schepselIk overwoog noodt wat rij na do thee met zich zelf deed. En hoewel ik vaak, als zij naar binnen keek, om mij goeden nacht te wen tellen, een friseche kleur op baar wangen opmerkte en eon roodo tint over haar Manke vingej®, schreef ik, in plaats van op het idee te komen, dat de kleur veroor zaakt was door eon kouden rit ovor de hei, te boo aan oen heet vuur in de bibliotheek. HOOFDSTUK XXIV. Na aflcop van drie weken was ik in staat mijn kamer te verlaten cn mij in het huis te bewegen. Bij de eerste gelegen heid, dat ik 's avonds opzat, vroeg ik Ca- tliarina mij voor te lezén, omdat mijn oog on zwak waren. Wij waren in de biblio theek, daair de meeste»' naar bed gegaan was; zij stemde toe, naar* ik dacht nogal togen haar zin on in de verbeelding, dat mijn soort bookau haai* niet boviel, ver zocht ik haar zalf uit to kiezen wat zij wilde voorlezen. Zij kaas oen van haar geliefkoosde boe ken, en gin^ocigcveer een -Uur gedtadcg voorttoen kwamen ca- talrijke vragen. „Ellen, ben jo niet moe? Zou je niet betor doen te gaan liggan? Jo zult onge steld worden, als je zoo lang op blijft, Ellen." „Neen, neen, lieve, ik ben niet moe," antwoordde ik vcortdurend. Daar zij bemerkte, dat ik niet te bewe gen was, beproefde rij een andere methode om haar afkeer voor haas* horigheid te toonen. Zij nam haar toevlucht tot geeu wen on rokken, cn Ellen, ik ben moe." „Schei clan uit en praat," antwoord de ik. Dat was enger; zij keek gemelijk en zuchtte en keek tot acht urn* op baar hor logo en ging ten slotte naar haair kamer, goheeil door slaap overmand; to ooa-deolen naar haar gemelijken, vermoeiden blik, en het voortdurend wrijven, dat zij baar ocgon deed. Den volgenden avond scheen zij nog on geduldiger en op den darden na het her krijgen van mijn gezelschap klaagde zij avei* hoofdpijn en verliet mij. Ik vond haar gedrag vreemden nadat ik lang alleen gebleven was, besloot ik te gaan informeer en of zij beter was, en baar te vragen om op de sofa te komen liggen, in plaat9 van boven in het donker. Geen Catliarina kon ik boven ontdekken, en geen beneden. De bedienden verzeker den, dat zij haar niiet hadden geaiern. Ik luisterde aan do deur van mi*. Edgar alles was stil. Ik keerde naar mijn vertrek terug, doofde mijn kaars uit, en ging in het venster zitten. De inaaD scheen helder; een weanigje sneeuw bedekte den grond en ik bedacht, dat rij het misschien in baar hoofd gehaald had, om voor verfriesobing in den tuin te gaan wandelen. Ik ontdekte eon gedaan te, drie langs de binnenste afsluiting van het park bekroop, maar bot was niet mijn jonge meesteres; toen zij in bet licht kwam, herkende ik een van d$ staljongens. Hij stond daar een heelen tijd, terwijl hij naar het rijtuigpad door de velden keek; snelde toon met snollen tred weg, alsof hij iets ontdekt had, eai versoheen weldra weer, terwijl hij do poney van de juffrouw voor leddde; en daar was zij zolf ook, juist afgestegen, cn naast hem voort- wandelend. De man nam rijn lost heimelijk over het grae mee naar den stal. Cathy kwam bin nen door bet Venster van de ontvangka mer, en gleed geruisoklocs naar boven tot waar ik haar wachtte. Zij deed de deur zachtjes dicht, slipte haar besneeuwde sohoeaien uit, maakte haar hoed Iob en ging voort, om, onwe tend van mijn spionnage, haar mantel ter rijde te leggen, toon ik plotseling oprees cn mijn aanwezigheid te kennen gaf. Do verrassing versteende baar een oogenblik, zij slaakte een onduidelijken uitroep, en stond als vastgenageld. „Mijn lieve juffrouw Catharina," begon ik, nog te zeer onder den indruk van haar vorige vriendelijkheid, om haar' een standje te maken, „waar bent u op dit uur naar tx>,e gereden? En waarom zoudt ,u trachten mij te bedriegen door een ver haaltje te verzinnen? Waar bent u go- weest? Spreek." „Tot achter in het park," stamelde rij. „Ik verzou geen verhaaltjo." ,,En nergens and ore?" vroeg ik. „Neen," was het gemompelde antwoord. „O, Oathaorina!" riep ik bedroefd. „Je weet, dat jo verkeerd hebt gehandeld, of je zou er niet tod gekomen rijn, om mij een onwaarheid to vertel 1 em. Dat bedroefd mij. Ik zou liever dnie maanden riek rijn dan jo een opzettelijke leugen hoon-cn vertellen." Zij sprong naar voren, barstto in tranen uit en eloeg haar armen om mijn hals. „Wol, Ellen, ik ben zoo bang, dat je boos zult zijn," zei ze „Beloof mij niot booe te zullen rijn, en je zult de geheelo waarheid vernomen Ik. heb or dun afkeer van die te verbergen.'3 Wij gingen in do vensterbank rittenik verEekcvde haar, <Lat ik haar niot zou be rispen, wat haar geheim ook zou rijn, esn ik giste het natuurlijk rij begon dus. „Ik ben naar Wutbering Heights ge weest. Ellen, en ik heb geen enkelen dag overgeslagen sinds je riek geworden was; behalve drie keer vóór en twee nadat jo je kamer verliet. Ik gaf Michael boeken en schilderijen, om Mimny iederen avond ge reed te maken en haar in den stal te mg to brengendenk co* aan, dat je ook hem geen sbantj© geeft. Ik was om halfzeven op do Heights en bleef gewoonlijk tot halfnegen, en galoppeerde daarna naar huis. Het was niet nra me zelf te amuseeren, dat ik ging ik was vaak den heelen tijd ellendig. Nu en dan was ik gelukkig, misschien ééns in een week. Eerst verwachtte ik, dat het erge moeite zou koeten je over te halen om mij mijn woord tegenover Linton te laten houdenwant ik had afgesproken, om hem opnieuw den volgenden dag te bezockert, toen wij hem verlietenmaar daar jo 6 morgens boven bleef, ontkwam ik aan die zorgterwijl Michael het slot van de paakdeur in den namiddag weer vastmaak te, bemachtigde ik don sleutel en vertelde hem hoezeer mijn neef verlangde, dat ik hem bezocht, omdat hij ziekelijk was en niet naar de Grange kctn komen, en hoe papa bezwaar zou maken tegen mijn gaan. En vervolgens onderhandeldo ik met hem orver de poney. Hij is dol op lezen, cn hij denkt on: snocdig to verlaten, om te trou wen dus bood hij aan om to doen wat ik' verlangde, als ik hem boeken uit de biblio theek wou leenenmaar ik gaf er de voor keur aan ham mijn eigen boeken te geven en dat voldeed hem beter. „Bij mijn tweede bszoek scheen Linton in opgewekte stemming, en Zillah (dat is hun huishoudster) zorgde voor een schoon vertrek en een goed vuur en vertelde ons, dat, omdat Jospeh uit was naar een gebeds samenkomst en Hareton Earnshaw met zijo honden weg was om onze bosschen van ia- zanten te boroovcn, zooals ik later hoordé wij mochten doen wat wij wilden. Zij bracht naij wat warmen wijn en gem- bèrbrood, 'en scheer^ bijzonder goed gehu meurd en Linton zot in den leuningstoel eu ik in den kleinen schommelstoel op den haardsteen en wij lachten en praatten z°° vroolük en vonden zooveel om te zeggen; wij maakten plannen waar we zouden heen gaan en wat we zouden doen in den zomer. Ik behoef dat niet te herhaleD, omdat jé het kinderachtig zou noemen. (Wordf vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 6