JUROENS' 1 PLANTENBOTER STORMACHTIGE HOOGTEN. Tweede Blad. Anno 1922 TWEEDE Mtörn. EDZAAM VOORDEELIG Geneeskundige Brieven. FEUILLETON t_- - BUITENL. WEEKOVERZICHT. Q Na eemige nieuwe ups and downs is, naar het schgat, in de Oostersche kwestie Ivoorloopig rust ingetreden. Te Moedan.a is een overeenkomst bereikt, waarbij de Tur ken opnieuw het pleit hebben gewonnen .over vrijwel de heele linie. Wanneer men dar eens ernstig nagaat, waarom Curzon zoo hals over kop uit Londen naar Parijs kwam om zells tot in den nacht met Poincaré te confereeren, ja dan is er met den besten w'i der wereld bijkans geen reden te ont dekken voor zulk een nieuw bewijs van het Etaan voor een oorlog, als waarvan Curson's reis getuigenis aflegde. Wat is toch het eenige, dat afgewimpeld is? Alleen een di recte bezetting van Oost-Thracië door de Turken, maar dat zij daarop konden rekenen Zal zelfs Franklin Bouillon hen wel niet hebben kunnen vertellen. Overigens, gelijk gezegd, is Engeland verder volledig terug geweken. Do Turken, die door binnendrin gen in de neutrale zone feitelijk de voorwaar de voor een vergelijk hadden overtreden, mochten bijna geheel blijven, dus de neutrale Zone is ingekrompen al is nog altijd niet precies bekend, tot hoever. De Turksche gendarmerie, die met de geallieerden het bestuur van het door de Grieken te ontrui- taen Thracië zal overnemen, mag tot 8000 man sterk zrjn! En inmiddels schijnen de Turken op de- Zelfde manier, do overeenkomst van Mooda- nia schendend, voor deze heden nog in wer king treedt, wederom aan de neutrale zone te willen pingelen. Wie weet, of zoo de heele neutrale zone niet weggepingeld wordt Griekenland heeft van den nood een deugd gemaakt, onderwerpt zich eenvoudig, zaoals het trouwens in de practijk niet anders kan iVoor oud-Hellas geldt met recht: tout est ïkrdu! Wanneer de neutrale zone-aangelegenheid tenslotte nog geen roet in het eten komt werpen en daaraan gelooven wij niet. dan kan men gaan denken aan den ejgenlrjken vrede, die in 't Oosten nog gesloten worden moet. De met zooveel zorg vervaardigde Sèvres-vredesvaas ligt in gruzelementen, er zal een nieuwe gebakken moeten worden. iWat ongetwijfeld wel weer eenige crisismo menten zal opleveren, want er is nog zoo veel te regelen daar in 't Oosten buiten het geen te kloedania werd vastgesteld om als het ware tot een soort wapenstilstand te ko men, zooveel Een zeer belangrijke crisis heeft de gang Van zaken in de Oostersche affaire reeds Veroorzaakt ea wel in Engeland. Terwijl do Zieke Man gezonder zich toont dan ooit, verschijnen er ziekteverschijnselen in Brit- tannic, waarbij het gaat om de persoon van Lloyd Georgo. Heden zal de Engelsche pre mier te Manchester een oratio pro domo hou den, maar we geloovtti niet, dat de Welsche too venaar het voor elkaar zal kunnen krij gen om zijn houding te deen aanvaarden, iZelfs beproefde vrienden als Garvin, de man van do „Observer", zien maar al te zeer in de grooto .zwakheden in de positie van het Engelsche kabinet, dat totaal in de lucht Zweefde, nergens houvast vond, toen het dreef in de richting van een oorlog, waar van de gevolgen absoluut niet te overzien zouden zijn. In de eerste plaats vond Albion tegenover zich vereend twee vroegere anti- i poden, n.1. Rusland en Turkije, op een van beidon waarvan het in de vorige en zelfs jn do huidige eeuw placht te steunen. En m do tweede plaats: noch Frankrijk, noch Italië hadden eau soldaat geofferd ia 't Oosten! Waar tot overmaat van ramp nog bijkwam, dat ook in e'gca land Lloyd George's wapen gekletter weinig sympathie genoot. De ar beiderspartij en de volgelingen van Azqu'th stelden vast, dat er niet de minste aanlei ding was om te vechten en^onder do unionis ten, dus coalitieganooten, waren er, wier meening geen andere was. Weliswaar heeft Curzon een heel andaren toon in het beleid der Engelsche regeering gebracht, maar we mogen toch constate oren, dat Engeland door het oog van ean naald is gekropen wat het oorlogsgevaar betreft. Wanneer daar tor plaatóe ia 't Oosten eens niet zoo'n bekwamo leider ware gowoast, als generaal Harington zich beloond hoeft, nu, dan weten we het nog zoo net niet! Dit alles- met elkaar heeft in Engeland een reeds lang sluimerend iets plotseling weer acuut gemaakt: de kwestie van altre den der regeering en van nieuwe verkiezin gen. Mei weet, hee de coalitie reods gerui- men tijd 'inwendig, rammelde, doch overeind werd gehouden door samenloop van allerlei omstandigheden. Het htjeft thans alle kans, dat het nu eerlang tot een nieuw gekozen Lagerhuis zal komen, maar nog is het niet geheei zéker. Opnieuw aarzelen de leiders der unionisten nog om de conlilie te ver breken uit opportuaiteitsoogpunt. Ongetwij feld hebben zij geen slechte kans bij de komende verkiezingen, al hoopt de Labour- partij op een meerderheid, maar o'f zij ahecni een voldoend aantal stemmen zullen bereiken? Zoo niet, dan zullen zij immers opnieuw lot een coalitie moeten overgaan. Met Lloyd George. Grey of Asquith. En wat is nu het minste kwaad: handhaving van Lloyd George, die gee® tweede rol zal willen spe len of Lloyd George als tegenstander? Uitgesloten is echter evenmin, dat de unionistische leiders zich niet langsr zullen kunnen verzetten tegen een steeds krachtiger uitend verlangen van binnen uit de partij' naar eon opzegging der coalitie en ean her neming van alle vrijheid. 't la onzekerheid 1 Evenzeer als er weer groote onzekerheid ligt over Xtuitschlacd tengevolge van een nieuwe scherpe daling der Marlt, trot3 het verleend moratorium. De Duitscbe regeering is er door opge schrikt, gaat plotseling over tot dooit:st:ude maatregelen, terwjjl vau Engelsche zjjde al weer plannen worden geopperd voor een verlenging van het moratorium tot zelfs vjjt jaart maar zal dit alles baat gaven? Of zou er waarheid zijn ia de stelling van pirof. Verrijn Stuart, die hij ontwikkelt in „Economisch Statistische Beric tea?', waar n hij zegt: niet de schadever'goedin^sverp.ich- tingen zijn de oorzaak van Duit^schland's wanhopige® toestand, nog verzwaard door de ondragelijke bezettiogskosten, neen., da ccr- zaak is daarin gelegen, dat de verdere inhoud 'van het vredesverdrag aan bet Duitscbe volk in zijn tegenwoordigon omvang d? economi sche bestaansmogelijkheid heeft ontnomen. Dat zou het probleem nog hopeloozer maken! Welk een mentaliteit er heersebt onder zeker deel van het Duilsche volk, het Ra- thenau-moordprocec heeft dat duidelijk naar voren gebracht. Daders, voor zoover nog in leven, cn medeplichtigen, totaal verdwaasde jongelui, zullon hun straf erlangen hun advocaten hebben zelfs daartoe eer me? dan tegengewerkt, ia de eerste plaats wakend voor uitingen, die onthullingen konden bren gen over do kringen, die als de onbekende® x en ij feitelijk verantwoordelijk moeten worden gesteld, die doze ontzinde jonge mannen bobben gebruikt .ale een 6tuk uit Nap schaakspel. Moer waard voor Duitsoh- land daa deze bestraffing zou geweest zijn het vaststellen van deze krisgen, met al him geledingen en vertakkingen! (Vervolg van g&rtoreu). Levensver zeker Jngsbedrijf. Art. 20. Do hoer DEKKERS R.-K.) lidhl oen amenjtLomont toe can hol mogelijk Ic meuken, dat hot on'tsflag van oen birLtemdanctsohan verte genwoordiger wordt uilg'sslöld, omdat hel in hot belang van de verzeker don is dat er con verle- gonwoordiger, die verantwoordelijk is, aanwezig blijft. De MINISTER hooft tegen dozo verbetering go cm bezwaar cn neemt het mot oen redact) e- wiizigiing ovor. Art. 27. De hoer DE MONTÓ VERLOREN (A.-R.) licht zijn amendement ioe om in dat ar- tiikol de nadere omschrijving van hotgoen do te publicooren staten moeten bovaUten, ndci op te nomen. Sloalits wil hij bepaald zien dat zóóveel moot worden gepubliceerd, dat deze modadec- lingen een duidelijk beeld govon van den finan- ciealen tcoatand. Do Verzekeringskamer heeft- daarop toezicht te houden en booordeel» of do gegevens voldoende zijn. Aan don aJgomoencn maatregel van bestuur kan de vorm dér stalen wonden ovcrgdlatan. Do hear VAN BRAAMBEEK (V.-D.) ver klaart zioh vóór hot amendement dat hij oen verbetering acht, omdat daardoor de bepalingen gemakkelijker kunnen wonden veranderd. 7921 RECLAME. De MINISTER aóh't de wijziging den het amendement brengt van niet veel gewicht on Laat do beslissing aan do Kamer over. Hot amendement-De Montó VerLoren wordt aangenomen met 80 togen 1. Togen: do hoer Do Boot. Art. 28. Do heer VAN GIJN (V. B.) stelt voor om aan hot vaarde lid van artikel 28 too to vos-gon: In dit geval heeft iedere aandeel houder en -iodoro polishouder van do botrokken onderneming hot recht van do in hot 2de lid be doelde jaarverslagen cn de .daarbij beshooremde staten ton kantore vail de ondemoiniDg inzago of afschrift te nemen. Do MINISTER neemt dit over. Art. 33. Do hoer VAN GIJN (V. B ver dedigt thans zijn amendoment in zake de pu- bliooaring van de correspondentie. Hij wcnscht höt tweede lid aldus le lezen: „Een oordeel over eenige onderneming wordt In het verslag der Verzekeringskamer niet kon- baar gemaakt Dezo is ochter bovoegd in haar verslag do correspondents te publiceeron, wolko zij met oen verzekeraar heeft gevoerd. Alvorens van deze bevoegdheid gebruik to maken, is de Vceradkeriiigakamar verplicht aan den verze keraar mode to dooien, wolke oorrespondenlio zij voornemens is in hot verslag op te nomen. Indien dezo daartegen bezwaar heeft, dan moet zij daarvan binnen 14 dogen na ontvangst der mededoeling aan de Verzakeringskamcx kennis geven. Blijft ook daarna dio kamer bij haar voornemen, dan geeft zij daarvan kennis aan den verzekeraar, die tegen d;ie beslissing bij cms in-beroep kan komen op do wijze, in het tweede lid van artikel 25 geregeld. De bedoeling is alsnog een zachter middel in le voogon dan publicatie van oon ongunstig advies. Dc heer v, RIJCKEVORSEL (R.-K.) is er voor dal publicatio cok buiten het jaarverslag mogelijk zal zijn, hetgeen do bedrijven op prij3 zullen moeten, stellen. Do hoer VISSER v. IJZENDOORN (V. B.) heeft bezwaar omdat het niet ncodig is. Boven dien vreest hij, dat de vertrouwelijkheid der cor respondentie er onder zal lijden als de kans op pubüoaüo bes taai. Do MINISTER hoeft ooik bezwaar togen dat- amendement, omdat hij meent, dat de cor respondentie or onder lijden zal, wanneer het gevaar bestaat, dat die te ceniger tijd gepu bliceerd zal kunnen werden. Do ovorle&plc- ging tussoben Verzekeringskamer cn bedrij ven imêot op do basis van vertrouwen ge- sdhieden. Na eenige rc- en dupliek wordt het amen dement verworpen met 75 togen 3 stemmen. Art. 33a. Do heer VAN GIJN (V. B.) licht zijn amen dement toe in zake het premie-roserverfonds, dat afzonderlijk beheerd moet worden en dat oen gewaarborgd executie-fonds zal worden gevormd. Do heer VISSER VAN IJZENDOORN (V. B.) meent, dat d'it voorstel niet past in dit ontwerp. Wil men een goed verzekerings bedrijf, dan moet men daaraan niet meer banden aanleggen dan strikt noodzakelijk is. Hij kan-daarom zijn stem niet geven aan dit amendement, dat een bevoorrechting schept, die z.i. onbillijk is. Do MINISTER noht doze bepaling niets dan schijn, waarvan in do practijk niets te recht komt. Hij kan ziek niet voorstellen, dat do Kamer hot amendement aanvaardt. Om werking van bat ganscke out worp zou -bo vendien het gevolg zijn van aanneming van dit amendement. Do heer VAN GIJN (V. B.) trekt zijn amen dement in. Art. 33b. Do hoor VAN GIJN (V. B.) vcrikdigt; een amendement om bepalingen op te nemen, dat do binnenlandische verzokoringsondernemin- gen geen grooto vcrliozea lijden, omdat de buLtenlandsche hcïvcrzekoringsmaalsoliappij-» en niet onder do wet vallen. Spr. stelt voor het artikel aldus te lezen .,ïn geval van hervorackoring bij een maaE* schappij, op wclkë dc bepalingen dezer wet niet toepasselijk zijn, is de in herverzekering gevende onderneming verplicht do premie- reservo volgens haar grondslagen te bereke nen en do waarden to dekking daarvan zelf te bewaren en te beheeren cn op to nemen ia liet premierescnvefends dier groop verzeke ringen, waartoe de je tier verzekering gegeven verzekering behoort. Do Verzekeringskamer Is bevoegd, om bijzondero reden van deze be- pa ling vrij s tol ling tevcrlcenen". Do MINISTER ontraadt hot amendement. Het amendement wordt- verworpen met 50 togen 17 stemmen. Het ontwerp wordt z. h. st. goedgekeurd. De vergadering wordt verdaagd tot Dinsdag één uut. Groofc en geneeskundige pers. X. In mijn eersten Brief wees ik op de moeilijkheden, die verbonden zijn aan de taak, welk© ik op dat oogenblik op mij heb gonomen. Had ik op dat oogenblik het verslag van een vergadering der Ned. Mij. t. bev. d. Geneeskunst, dat mij dezer da gen toevallig in handen kwam, gelezen, dan zouden misschien al mijn Brieven, dii9 ook dezo, in de pen gebleven zijn. Daaruit werd mij toch weer eens akelig, duidelijk, welke groote verantwoordelijkheid rust op hem, die voor leekon over geneeskundige zaken schrijft. Het ging voornamelijk tegen de „Nieu we Rottordamseke Oourant", die dikwijls zeer uitvoerige uittreksels gaf van artike len uit geneeskundige periodieken of dezo zelfs geheel ovennam, en daarbij meer op het belangwekkende dan op het belangrijke lette. En juist in die belangwekkend^ be richten schuilt dikwijls een publiek ge vaar. De geneeskunde is voor een goed deel een ervaringswetenschap. Door iederen arts wordt ervaring opgedaan. Deze be perkt zich evenwel tot den korten duur van zijn l,even on tot het gebied, zoowel plaatselijk als wetenschappelijk gespro ken, van zijn werkzaamheid. Toch is het zeer nuttig, wanneer hij die ervaring in ruimer kring bekend maakt, en anderen dat eveneens doen. Immers, op die wijze leert men de ervaring van velen kennen, en wat de een heeft opgemerkt, kan wor den getoetst aan hetgeen anderen vonden. Komen vele ervaringen overeen, dan wordt do overtuiging versterkt, dat wij op den goeden weg zijn. Het komt ook voor, dat de ervaring van dén een geheel in strijd is met dio van een ander. Do geneeskundige zal van zulke publicaties derhalve nooit zonder de noodige critiek leennis nemenhij gaat niet op een enkele medodoeling af, maar vergelijk deze eerst met de berichten van anderen en mot zijn eigen ervaring. Hij weet toch-maar al te goed, dat zijn we tenschap in vele opzichten er een is van vallen en opsto&n, dat zij slechts langzaam door zoeken en tasten vooruit gaat en dat maar al to dbkwijls een met vuur en over tuiging ontstane en verdedigde meening op den duur niet houdbaar blijkt en voor gansch andoro inzichten moet wijken. Wat voor de ervaring geldt, is dikwijls ook van toepassing op proefneming. Niet het minst de aan dc ervaring gestelde grenzen hebben don onderzoekenden geest er too gebracht, om zijn ervaring kunst matig uit te" breidcu door zelf de voor waarden te schoppen, die anders slechts het toeval bood. Nu zijn er grooto deelen van wat tot de geneeskundige wetenschap gerekend wordt, dio zich heel goed voor liet nemen van proeven leenen. Maar an dere deelen, en dat zijn juist de meestjjo- wichtigo, cben dat niet. Ten slotte komt h3t toch neer op het ontstaan, het verloop en de genezing van ziekten bij den mensch. En het is even ongeoorloofd, om bijwijze Naar het Engelsch vail EMILY BR0NTR Dcor W. A. a VAN STRIEN. 49) ..Earnshaw rloc-kto hartstochterijk togen mij, verzekerend, dat ik den schelm nog liefhad; on gaf mij alle mogelijke, nomen om dm lagen geest, waarvan ik blijk gaf. En dk dacht in mijn diepste harb (en mijn geweten deed mij geen oogenblik verwij ten), wat een zegon het voor hem zou zijn, als HeathoÜff lieon uit de ellende hielp, en wat een zogen het voor mij zou zijn, als hij Heathcliff naar zijn rechtmatig ver blijf stuurde! Terwijl ik zulke overwegin gen voedde, wc-rd het raam achter mij tegen den grond ges too ton door een sla-g van don laailsten persoon, ca zijn zwart gelaat keek or boosaardig doorheen. Do et uiten stonden to diolït opeen, om toe, te laten, dat zijn schouders volgdenen ik glimlachte vol triomf over rnijn ingebeel de voiligheid. Zijn haar en kleeren waren wit van eneeuw, en zijn scherpe, wreede tanden, die door kou en toorn ziohtba/ar Waren, glinsterden door do duisternis. „Isabella, laat mij binnen, of heb zal je berouwen 1'' siste hij, zcK>ala Joseph het noemt. „Ik kan geen moord begaan," antwaord- do ik; mr. Hindfley houdt met een mes en een geladen pietooi de wacht." „Laat mij bannen door de keukendeur, zei hij. „HiDdley zal daar zijn vóór mij,"- ant woordde ik. „En dat is een armelijke lief de, die van jou, die geen sneeuwbui kan verdrageu. Wij waren in ons bed met rust gelaten zoolang de zomermaan eoheen, maar zoodra er oon wintersohe bui terug keert, haast je je om een soliuilplaailB to zooken! Heathcliff, als-ik jou was, zou ik mij ovor haar graf uitstrekken en sterven als een trouwe hond. Do wereld is stellig nu niet meer do moeit© waard om in to leven, wel? Je hadt duidelijk genoeg aan mij het denkbeeld bijgebracht, dat'Catha- rina alleen de vreugde van jo- leven uit maakte ik kau mij niet voorstellen- hoo jo haar verlies denkt te overleven.'' „Daar is hij, nietwaar?" riep mijn met- g-ezel uit, terwijl hij naar do opening snel de. „Als ik mijn arm or door kan krijgen, kan ik hom treffen I" ,,Ik ben bang, Ellen, dat je mo werkelijk slecht zult noemen maar je weet niet alles; oordcel daarom nietMk zou om niets ter wereld geholpen hebben bij of aange spoord hebben tot een aanslag zelfs op z ij n leven. Maar verlangen, dat hij ster ven mocht, dat moest ik, en daarom was ik vreeselijk teleurgesteld en verlamd van schrik voor de gevolgen van mijn tartende toespraak, toen hij zioh o<p Earnshaws Wa pen wierp en het uit zijn greep wrong. „De lading ontplofte, en het met schoot, toen het terugsprong, in de vuist van zijn eigenaar. Heathcliff trok het met geweld weg, en scheurde daarbij het vleesch open, en stak het druipend in zijn zak. Toen nam hij een steen, sloeg do scheiding tusschen twee vensters neer cn sprong naar binnen. Zijn tegenstander was bewusteloos, neerge vallen ten gevolge van de allerhevigste pijn en van den bloedstroom, die uit een slag ader of een groote ader gutste. De schurk trapte en schopte op hem en sloeg zijn hoofd herhaaldelijk tegen de stee nen, terwijl hij mij intusschen met een hand. vasthield, om mij to beletten, dat ik Joseph riep. Alleen met bovenmcnschelijk zelfbedwang slaagde hij er in, zich te bedwingen om hem volkomeu te do odenmaar daar hij buiten adem raakte, hield hij ten slotfo op, on sleepte het schijnbaar ontzielde iichaam naar de zitbank. Daar scheurde hij de mouw van Earns- haws j^s af en bond de wond met ruwe woestheid dicht; terwijl hij gedurende die handelwijze even krachtig spuwde cn vloek te als hij te voren geschopt had. Daar ik nu vrij was, verloor ik geen tijd om den ouden knecht te zoeken, die, toen hij allengs de strekking van mijn verhaal begrepen had, zich naar beneden haastte, en hijgend dc treden bij twee tc gelijk af- enelde; „Wat ik hier te doen? Wat is hier te doem?" „Dit is hier te doen," brulde Heafcli- oli£?, dat j c meester gek isen als hij nog e©n maand leeft, zal ik hem naar e<m ge sticht laten brengen. En waarom kwam je er toe, om mij buiten te sluiten; jou tan- denloozo hond Sta daar niet te mompe len en te mummelen. Kom, ik ben niet van plan hem te verplegen. Waooh dien rommel weg; en let pp d© vonken van je kaarshot is voor meer dan de helft bran dewijn 1" „En je hebt hem dus vermoord?" riep Joseph uit, terwijl hij zijn handen en oogen vol afschuw omhoog hief. „Als ik ooit iets dergelijks h'db gezien? Moge do Heetf Heathcliff 'duwde hem midden ia het bloed op zijn knieën, en wierp hem een handdoek toe; maar in, plaats yam met opdrogen te beginnen, vouwde hij zijn handen en begon oen gebed, dat mijn lach lust opwekte door de vreemd© woorden keus. Ik was iu een geestestoestand, om aangedaan t© worden door oen kleinig heid: ik was werkelijk even onverschillig als sommige boosdoeners zicb tooncn aan den voet va<n de galg. „O, ik vergat jou," zei de tiran; „jij zal dat doen. Neer met jou. En jij zweert met hem tegen mij samen, jou adder?" Daar, dat is werk, vooir jou geschikt!" Hij sohuxldo mij tot mijn tanden kletter den, en duw do mij naast Joseph, diie zijn smcekingon standvastig ten einde bracht en toen opstond, terwijl hij verzekerde, «lat hij terstond naar de Grange zou ver trekken. Mr. Linton wisa een magistraat, cn al waren cr vijftig vrouwen van hem dood, hij zou hierin onderzoek doen. Hij was zoo hardnekkig in zijn besluit, dat Heathcliff het^noocüig oordeeldo een eherhaling van wat had plaats gehad van mijn lippen af te dwingen, terwijl hij hij gend van boosaardigheid tegenover mij Blond, toen ik onwillig heb vorslag uit bracht in antwoord op zijn vragen. Het veroischte heel wat moeite den ouden man 4o overtuigen, dab Heatholiff do aanvaller niet washetgeen vooral te wijten waa van mijn metrmoeite afgeperste antwoorden. Mr. Heathcliff overtuigde hem echter spoedig, clat hij nog leefde. Joseph haastte zach hem een dosis brande wijn toe te dienen, en met behulp daar van herkreeg zijn. meester .weldra bewe ging en "bewustzijn. Heathcliff, die wel wist, dat zijn tegen stander onbekend was met do behandeling dio hij had ondergaan, toen hij bewusteloos was. noemde hem waanzinnig beschonken en zei, dat hij niet verder op zijn wocbü gedrag zou ingaan, maar dat hij hem aan ried naar bod te gaan. Tot mijn vreugde verliet hij ons, nadat hij dezen ver3tandi- gen raad gegeven had, en Hindley strekt© zich op do haardplaat uit. Ik vertrok naar mijn eigen kamer, vol verwondering, dat ik zoo gemakkelijk ontsnapt was. „Vanmorgen, toen ik beneden, kwam, ongeveer halfbwaalf, zat mr. Earnshaw, hevig ongesteld, bij het vuur; zijn booze geest leunde bijna 'even mager on bleek tegen den schoorsteen. Geen van beiden, schoen geneógd om te eten, cn nadat ik ge wacht had tot alles op tafel koud was, be gon ik alleen. „Nietahinderdo mij, om naar hartelust te eten, en ik voelde ocq zekere mate van voldoening en meerderheid, als ik bij tus- Baheaipoozen oe^ blik op mijn zwijgenden metgezel wierp, cn in mij den troost voel de van een gerust geweten. „Toen ik klaar was, waagde ik het -de ongewone vrijheid te nemen om dicht naar het vuur toe te gaan, cn ging daarbij om Earnsfoaws stoel heen, cn knielde in den hoek naast hem neer. „Heathcliff keek mijn kant niet uit, en ik keek op on beschouwde zijn trekken bijna even vertrouwelijk alsof zij in steen waren veranderd. Zijn voorhoofd, dat ik eens voor zoo manlijk gehouden had, cn dat ik nu voor zoo daivclsch houd, was met oon zware wolk overschaduwd; zijn slan- genoogen waren bijna uitgedoofd door, slapeloosheid en misschien door weencn, want de oogleden waren toen natzijn lip pen misten haar woesten epot en droegen voortdurend een uitdrukking van onuit sprekelijke droefheid'. Als het oen ander geweest was, zou ik mijn gelaat) in tegen woordigheid van zulk leed hebben bedekt* (Wordt vervolgd), j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 5