Het Bezuinigingsrapport-Rink
STORMACHTIGE HOOGTEN.
Ho. 19196.
LEiDSCH DAGBLAD, Maandag 2 October.
Tweede Biad. Anno 1922,
Leiden Bergen-op-Zoom.
't Légt buiten het kader dezer bijdrage,
Öm over die tijden hier breedvoerig te
epreken. Waar in öde dagen van holden-
etrijb' meer dan een oworeenkomst tusechen
Leiden, de Sleutelstad, en Bergen-op-
Zoom „als een frontierplaetsse van groo-
ter importantie" (zae: schrijven v.h. Raad
van Staten d.d. 1619 Nov. 26) te bespeu
ren is, wil ik slechts één greep doen.
FEUILLETON
KUNST EN LETTEREN.
INGEZONDEN.
1574 3 October 1622.
Na >,die gosdo lieden der stede Van
Leiden'4 (laat mij hier een benaming go-
•bruikcai, die ik op meer dan één plaats in
de diverse Bergsche archiedstukken ont
moette) zich opmaken, om feestelijk o. m.
jte herdenken, in openluchtspel, -wat dan,
juist 300 jaar geleden, gebeurde in Bergen-
êp-Zaom, dat, toen eenmaal de Spanjaard
.voor baar veste verdreven was, behouden
mocht blijven voor den Prins van Oranje,
past het zeer zeker, hartelijken- dank te
brengen aan de bevolking van Leiden, die,
fwaar zij op 3 October toch vóóral den
348ston gedenkdag van haar o i g e n
roemrijk ontzet viert, ook niet vergeten
rwülde, vrat op den 3den October 1622 in
'Bergen-op-Zoom plaats vond. Leiden en
Bergen-op-Zoom
Wanneer ik zoo die twee steden naast
lelkaar noem, komen mij verschillende
sprekende feiten uit 't verleden in herin
nering
Toen in vroeger eeuwen, meer bijzonder
in do 14de en 15de eeuw, in beide steden
de Lakennijverheid zoo hoog bloedde (in
bannen- en buitenland waren de Leidlsaho
en Bergsoho „iakenen" bijzonder gewild!)
heeft tevens bestaan tussohen Leiden en
Bergen-op-Zoom een saamhoorigiheid on
der de bewoners onderling (ten duidelijkst
blijkt dit uit de gegovens der i5de eeuw-
eche Hanze-reccssen), die, de eeuwen door,
in meer dan één opzicht van een hoogst
gelukkigen invloed is geweest.
Toen de jaren van den 80-jarigen oorlog
(aanbraken, was het gedaan met den roem
,van Bergens industrie. De stad, als
Schel devesting, moestherhaaldelijk ons
land dokken tegen een brutaal-vcortruk-
konden vijand.
Het beleg van beide stedtem, Ledden in
1574Bergen-op-Zoom in 1622, duurde 5
maanden en beóde. steden werden op één
en denzelfden dagdaitum, 3 October, ont
zet. Méér nog is er voorgevallen, in do eer
ste helft der 17de eeuw, dat Bergen-op-
Zoom aan Leiden bindt.
In do boeken der Leidsche Universiteit
werd in den nazomer van 1626 a3e student
ingeschreven Marcus Zuerius, Berg en-op-
Zooraenaar van geboorte, zoon van Jacob
Zuerius en Anna Boshorn.
In 1633 reeds werd Marcus Zuerius Box
hom, nauwelijks 20 jaar oud, aangesteld
tot buitengewoon hoogleeraar in welspre
kendheid en werd hem later toevertrouwd
öindis 1648, het .onderwijs in de historie aan
Leidens Alma Mater.
In meerdere brieven en gedichten heeft
Professor Boshorn Leiden geprezen en
haiar roem verkondigd, wel wetens wat hij
aan de stad en haar hoogesohool verplicht
was, zijn hooge geestesvorming.
Op den dag zelf, da/t de stad Leiden den
Vösten gedenkdag vierde van haar ontzet,
3 October 1653, stierf daar op 41-jarigen
leeftijd Professor Bocchorn.
Een van Leidens meest-beroemde hoog-
leemaren, Rochus Hcrfferus, bezong bij dat
afsterven in Latijn9ohe verzen Boxhara's
nagedachtenis, waaruit Led diens droefheid
bij dien dood duidelijk spreekt
„Berga. Brabantinis quae etas fortis-
6ima rupis quamqu-e rigant Zoma.e, leaio
fluentds aquae, Jam dum L e i d a gra-
ves testatur sauoia luctus fas est et Laohry-
mas addere, Berga, tuas."
„Bergen, dat daar zoo versterkt gelegen
Is op Brabants kusten,, om stroom c3 door
het zacht-vlociende Zoomw-ater, nu de stad
Leiden in haar droefheid getuigt van
haar diepen rouw, past het zeer zeker u.
Ó6k trancm te storten."
(M. Zucrii Bcxxhornië Poëmata
Francofurti, 1679).
Einde November 1646 promoveerde als
student aan de Leidsche. Hooge school
Frans G-oedbart (FrannLscus Goudartius)
Naar het Engelsch van .EMILY BR0NT&
Dcor W, A. C. VAN STRIEN.
39)
Je zult niet verbaasd zijn, Ellen, dat ik
mij bijzonder treurig gestemd voelde, ter
wijl ik daar in erger dan eenzaamheid
aan dien ongastvrijen haard zat, en mij
to binnen bracht, dat op vier mijlen af
stand mijn heerlijk tehuis lag, dat de
eenige menschen bevatte, die ik op aarde
liefhad, en de Atlantische Oceaan had ons
evengoed kunnen scheiden, als die vier
mijlenik kon daar niet overheen
Ik ondervroeg me zelf waarheen moest
ik mij wenden om troost 1 En denk er
aan, dat je het niet aan Edgar of aan Ca-
tharina zegt boven elko andere smart
rees deze: wanhoop, dat ik niemand vond,
die mijn bondgenoot kon of.wilde zijn te
gen Hcathcliff.
Ik had bijna met blijdschap een schuil
plaats op .Wuthering Heights gezocht, om
dat ik door die schikking er voor beveiligd
was met hem alleen-te leven; maar hij ken
de de menschen, waar wij tusschen kwa
men, en hij vreesde hun tusschen komst niet
Ik zat en dacht een droevigen tijd na;
de klok sloeg acht en ncgeD, en nog steeds
stapte mijn metgezel op en neer het hoofd
op de borst gebogen en volkomen zwijgend,
behalve dat hij tusschenbeide een zucht of
een bitter gezegde uitstiet.
Ik luisterde, om de stem van een vrouw
uit Bergen-op-Zoom en droeig hij zijn god
geleerde stellingen, op aan den Raad der
6tad Bergen.
Eenmaal gepromoveerd, vergat ook hij
niet, wat hij <3e stad. Leiden schuldig was,
en zoo-zien wo ,,Dns. Goudartius'' in zijn
„Carmen votivum pro pace Monaste-
riemsi". „Votief-lied behandelend den
vrede van Munster", dat hij in den zomer
van 1643 aan den Magistraat van Bergen'
op-Zoom op-droeg, dankbaar herdenken
het roemrijk feit van Leidens ontzet.
(Zie„Register Stads Resodutsiën
Ao. 1648, Juli 13).
Als ik hier over de verhouding van Ber
gen-op-Zoom tot Leiden sprak, beperkte ik
mij opzettelijk tot de tijden, die Leidens
3-October-YereenigLng herdenken gaat.
Nog zéér veel, wat Bergen-op-Zoom aan
Loid-en verplicht, noemde ik hier niet.
Moge intusschen uit het weinige hier ge^
memoreerde overvloedig blijken, dat Ber
gen-op-Zoom het ten hoogste te waardee-
ren weet, dat juist Leiden haar de eer der
herdenking van roemruchte wapenfeiten,
elens rond baar vcete voorgevallen, zoo
ruim en hartelijk gunt.
H. LEVELT,
G-emeen te-archivaris.
B ergen-op -Zo om
RECLAME.
2275
„Zang Zij Onze Lens".
Men verzoekt ons te willen mededcelen, dat
het eerc-comité, voor liet uitgeschreven Con
cours voor Zang- en Muziekvereenigingen
enz., door de Gem, Zangver. „Zang Zij Onze
Leus',', alhier, in Juni 1923, thans is samen
gesteld en bestaat uit dc volgende personen
j'br. mr. dtr. N. C. de Gijselaar, voorzitter
rar. dir. C. E. van Strjjen rar. J. C. van dér
Lip prof. dr. C. Snoudk Hurgmonje mr. P.
A. Pijnacker Hordijk W. van Rossuim du
ChattelOh. van SpallA. D. Vijgh J. W.
Henny C. L. van Buurenmej. M. P. C.
van Geer, en M. A. A. Steyns.
Liquidatie van de Hagliespelers.
Binnenkort zal tot liquidatie van de N.V.
de Hagheapelers worden overgegaan, zogt de
,,TeL'' Belanghebbenden ontvingen dezer
dagen den volgenden brief
In antwoord op uw schrijven d.d. 20 dezer
deel ik u mede, dat dezer dagen tot liquidatie
der N.V. De~ïïag3io9pelëns wérd besloten. On-
dergeteakende zal waarschijnlijk tot liquidla-
teur worden benoemd. Voor zoover de zaken
mij bekend zijn, kan ik u melden, dat heeren
crediteuren ongetwijfeld hun volle pretenties
zullen wordicn betaald, doch zult u waar
schijnlijk nog cen'iigc weken geduld moeten
hebben tot alle betreffende zaken geregeld
zijn. (w.g.) A. H. Verkade.
Naar de directie van Do Haghespelers nog
mededeelde, zou men niettemin besloten heb
ben het gezelschap, na afwikkeling van deze
zaken, onder een anderen vorm voort tc zet
ten.
Is. Querido 50 jaar.
Gisteren is de bekende schrijver Is. Querido
50 jaar gewortden. Plannen voor een huldi
ging lipcft hij tevoren geweerd.
4732
in het huis te ontdekken, en vulde den tus-
sc'nentijd met hevige spijt en droevige voor
gevoelens, die ten slotte hoorbaar spraken
in een onbedwingbaar gezucht en geween.
Ik bemerkte niet hoè openlijk ik treurde
tot Earnshaw in _zijn afgemeten wandeling
tgenover mij stil hield en met nieuw ont
waakte verbazing op mij staarde. Ik vatte
het voordeel, dat zijn aandacht terugge
keerd was, aan, en riep uit:
„Ik ben vermoeid van de reis 'en ik ver
lang naar bed te gaan! V/aar is de dienst
bode Wijs mij waar zij is, daar zij niet bij
mij wil komen!"
,,Wc hebben er geen", antwoordde hij;
,,u moet u zelf bedienen
„Waar moet ik dan slapen snikte ik.
Ik dacht niet meer om cenige waardigheid,
onder het wicht van vermoeidheid en ramp
zaligheid.
„Joseph zal u Heathcliffs kamer wijzen".:
zei hij; „open die deur".
Ik was op het punt te gehoorzamen,
maar hij hield mij plotseling tegen en voeg
de er op den vreemdsten toon aan toe:
„Wees zoo goed uw slot om te draaien
en er den grendel voor te schuiven laat
dat niet na!"
„Goed!" zei ik. „Maar waarom, mr.
Earnshaw?" Ik was niet ingenomen met
het denkbeeld om mij opzettelijk met Heath
cliff op te sluiten.
„Ziehier antwoordde hij, terwijl hij een
pistool van bijzondere constructie uit zijil
vest to voorschijn haalde, dat een mes met
dubbele snee aan den loop bevestigd had.
„Dat is een groote verzoeking voor een
wanhopig man, nietwaar Ik kan den
drang niet weerstaan, om hiermee iederen
nacht naar boven te gaan cn zijn deur te
Verschenen is het tweede verslag van 'de
Staatscommissie, ingesteld bij K. B. van
20 September 1920, (bezuinigingscommis
sie). Aan Hoofdstuk I van dit verslag ont-
leenen wij
Afschaffing van "do boden bij de Depar
tementen van algemeen bestuur ontmoette
bij de Regeering overwegende bezwaren.
Zij erkende, dat het aantal boden te groot
is en dus zal moeten worden ingekrompen
door, waar dit mogelijk is, werkzaamhe
den, welke thanö door boden worden ver
richt, aan ambtenaren van lagercn rang op
te dragen en door ycryanging yan boden
door jongens.
Hoofdstuk IL van het verslag bevat voor
stellen van bij zonderen aard met betrek
king tot de werkwijze, de bezetting, enz.
van bepaalde takken van dienst.
Voor den 'huishoudelijken dienst bij het
Departement van Buitenlandsche Zaken is
op de begrooting van 1922 een bedrag van
f 304,000 toegestaan. Deze som kwam der
commissie buitengewoon hoog voor, al nam
zij in aanmerking, dat de telegrammen en
de buitenlandsche paspoorten groote som
men per jaar vorderen. Na onderzoek kwam
zij tot de slotsom, dat door gebrek aan vol
doende toezicht en gemis van de vereisch-
te spaarzaamheid de uitgaven voor den
huishoudelijken dienst onnoodig hoog zijn
opgevoerd. Bij schier allo groepen van uit
gaven meende de commissie die euvel to
moeten constateeren.
Inzonderheid de zeer aanzienlijke kosten
van meubileering, electrische installatiën
en schrijfbehoeften trokken haar aandacht.
De uitgaven voor meubilair en electrische
installatiën in het gebouw bedroegen over
1919, 1920 en 9 maanden van 1921 niet min
der dan f 121,000, waarvan pl.m. f 17,000
werd betaald voor de inrichting van de
ambtswoning van den Minister van Buiten
landsche Zaken. Vier leveranciers, te we
ten een electrotechnisch bureau, een meu
belmaker, eenbehanger en stoffeerder en
een timmerman, ontvingen over genoemd
tijdvak van twee jaar en negen maanden
resp, f 42,000, f 10,100, f 25,800 en f 15,700
Hoewel het voor de commissie niet mo
gelijk was na te gaan of alle uitgevoerde
werkzaamheden noodig waren, en tegen re
delijke prijzen zijn geschied, vestigde het
onderzoek bij haar den indruk, dat een
in vele opzichten noodeloos kostbaar be
heer is gevoerd. Dit was veroorzaakt, door
dien do voor den huishoudelijken dienst
verantwoordelijke ambtenaren niet of zeer
onvoldoende toezicht hielden; de prijzen
van de leveranciers niet werden gecontro
leerd, aan de wenschen van ambtenaren
geredelijk werd voldaan en mededinging
bij de bestellingen niet plaats had. Zoo wer
den in 1921 nieuwe electrische kabels in
't gebouw aangelegd, omdat het bestaande
kabelnet te zwaar was belast. De kosten
bedroegen ongeveer f 14,000. De uitvoering
van dit werk is zonder voorafgaand over
leg geheel aan den leverancier overgelaten,
terwijl ook niet aan verschillende installa
teurs te voren prijsopgaven zijn gevraagd.
De prijzen, welke de leveranciers bereken
den, werden niet gecontroleerd en evenmin
in van Rijkswege op de uitvoering van dit
kostbare werk deskundig toezicht gehou
den. De commissie merkte bovendien op,
dat de aanleg van een nieuwe leiding wel
licht geheel vermeden had kunnen worden.
Mot betrekking tot de uitgaven aan sohrijl
en buroolbohoefton, welke over 1920 een bedrag
van f 33,000 beliepen, zonder de kosten van bui
tenlandsche passen, nam de commissie dezelfde
gebroken waar als hier voren zijn geschetst. Een
duplioaitor, in 1920 aangekocht voor f 425, werd
na een half jaar te zijn gebruikt vervangen door
een ander toestel, dat f 575 kostte. De eerste
maohine, welko nog in zeer goeden toestand
verkeerde, was op zolder opgeborgen. De voor
het departement bonoodigde schrijf- en bureel-
behoeften werden, met uitzondering van enkele
papiersoorten, in de laatste jaren steeds aan
gekocht bij oen kleinhandelaar tc 's-Gravcnbagc.
Zijn vorderingen bedroegen over 1919 en 1920
on een deel van 1921 tezamen ongeveer £45,000
over 1920 alleen f 25,900. De commissie sprak
onderzoeken. Als ik haar een keer open
vind ,is het met hem gedaan. Ik doo het
zoo stellig mogelijk, al heb ik ook een mi
nuut te voren mij honderd redenen te bin
nen gebracht, die mij zouden moeten weer
houden; het is een of andere duivel, die mij
dringt om mijn eigen plannen te dwarsboo-
mon door hem te dooden. Je vecht tegen
dien duivel zoo lang als je kan; maar als
de tijd komt, zullen al dc engelen in den
hemel hem niet redden 1"
Ik beschouwde het wapen onderzoekend.
Er kwam een afgrijselijke gedachte bij mij
ophoe sterk zou ik zijn, als ik zulk een
instrument bezat 1 Ik nam het uit zijn hand
ne raak© het lemmet aan. Hij keek ver
wonderd bij -de uitdrukking, die mijn ge
zicht gedurende een kort oogenblik aan
nam; dat was geen afschuw, dat was be
geerte. Hij rukte het pistool achterdochtig
terug, sloot het ines en deed het jn zijn
schuilhoek terugkeeren.
„Het kan mij niet schelen, of u het hem
vertelt," zei hij. „Maak, dat hij waakzaam
is, en waak voor hem. U weet, hoe wij tot
elkaar staan," zei ik; „het gevaar, dat hij
loopt, geeft u geen schok".
„Wat heeft Heathcliff tï gedaan V'
yroeg ik. „Waarin heeft hij u verongelijkt,
dat u hem zoo ontzettend haat 'Zou het
niet verstandiger zijn hem te gebieden het
huis te verlaten?"
„Neen!" donderde Earnshaw, >,als hij
aanbood mij te verlaten, zou hij ten doode
opgeschreven zijn; overreed hem het to be
proeven en u bent een moordenares! Zal ik
alles verliezeh, zonder eeh kans om
het terug te krijgen. Zal Hareton een be
delaar zijn .0, duivelsIk zal het te
rug hebben]; en ik zal z ij n goud ook heb
er Eaar bevreemding over uit, 'dat aan dezen
handelaar zulke belangrijke leveringen waren
opgedragen zonder dat aan anderen do gele
genheid tot mededingen was gegeven.
De commlssio kwam tot dc slotsom, dal, wan
neer met haar opmerking rekening werd ge
houden en gestreefd werd naar een zoo econo
misch mogelijk beheer, op dc uitgaven voor de
huishouding bij dit departement wel f 100,000
per jaar zou kunnen worden bezuinigd, onge
rekend do besparingen, te verkrijgen door de
medewerking van hot Rijksinkoopbureau.
Aan de bezetting, werkwijze cn huisvesting
van hot Departement van Landbouw, N. on H.
wijdt hot verslag uitvoerige bosohouwingon. Wat
de directie van don Landbouw betreft, conclu
deert do commissie, dat de secretarie en de di
rectie zouden kunnen wordon voreenigd mot de
algcmccne secretarie van het Dopartement,
waaraan acht ambtenaren zouden zijn toe te
voegen. In het geheel zooi de door de commissie
aangovoordo organisatie 4-1 ambtenaren vor
deren, dat is 27 minder dan bij do directie van
den Landbouw werkzaam waren toen de com
missie haar onderzoek instelde.
Naar de zienswijze van de commissie kon do
af doeling vissciherijen in haar tegenwoordige sa
menstelling niet worden gehandhaafd. Zij gaf
den Minister in overwoging, den hoofdinspec
teur voor do vis sch er ij on wiens bureau inmid
dels is govostigd in het Deparlcmentsgobouw
met de leiding dor afdeeling visscherijen te be
lasten. Wordt daartoe overgegaan, dan zal
slechts één ambtenaar van hot departement aan
dien hoofdambtenaar behoeven te worden toe
gevoegd voor wotgevonden arbeid in zaken van
j uridischen aard. In dit geval kunnen vier van
de vijf ambtenaren dor afdeeling visscherijen
worden gemist! In hEiar conclusie omtrent de
personeelsbezetting bij de afdeeling comptabi
liteit gaf de commissie een gewijzigde samen
stelling van die afdeeling, waarbij zij kwam tot
20 in plaats van 47 arriblenaronl
De besparing op het personeel van dc afdee
ling algomeone secretarie zou, indien er aan
de voorstellen van de oommissie gevolg werd
gegevon, 13 ambtenaren bedragen. Bij het on
derzoek van dit Departement viel het op, dat
oen aantal vertrekken in het Deparlcmentsge-
bouw ruimschoots gelegenheid bood voor huis
vesting van meer ambtenaren dan daarin work-
zaani waren Gaf de minister aan vele opmer
kingen, die de commissie te dezer zake maakte,
gevolg on word ménige vereenvoudiging aanne
melijk geacht, op oen aantal punten bleok vcr-
sohil van moon.ing te bestaan. Do commissie
acht zich vcrplioht op die punten terug te ko-
mon en stelt zich voor in een volgend verslag
de slotsom der voortgozolte godachtenwissoling
mode le deolen.
Wat den huishoudelijken dienst bij het De-
partomont van L., N. cn H. betreft, concludeerde
de commissie, dat, ook wanneer de prijzen se
dert 1920 niot waren verminderd, naar haar
zienswijze oen bedrag van ten minste f 30,000
op dc kosten van dozen dienst zou kunnen wor
den bezuinigd.
Do besparingen ten gevolge van de prijs
daling en de medewerking van het Rijks
inkoopbureau meende zij op f 20.000 per
jaar te kunnen stellen. Volgens haar be
rekening zou voor het jaar 1922 f 120.000
toereikend zijn, dat is bijna f 80.000 minder
dan het op de begrooting voor dit jaar
uitgetrokken bedrag van f 199.500. Uit het
antwoord, hetwelk de Minister op desbe
treffende opmerkingen aan de commissie
deed toekomen, bleek, dat een en ander
nauwkeurig was onderzocht en dat maatre
gelen waren genomen of werden overwogen
om, waar mogelijk, tot vermindering van
uitgaven te komen.
Hoofdstuk III bevat adviezen en voor
stellen van bijzondere aard uitgebracht,
naar aanleiding van door de betrokken de
partementen gedane verzoeken of medledee-
lingen. O.m. heeft de Commisie een onder
zoek ingesteld naar de uitgaven, welke de
uitvoering van de wet op het Testamenten-
register bij het Departement van Justitie
zouden vorderen. De Commissie kwam tot
besluit, dat in tweeërlei opzicht een aan
merkelijke bezuiniging zou kunnen worden
verkregen.
Behalve tal van opmerkingen ten aan
zien van verschillende departementen treft
men verder nog in Hoofdstuk ril be3chou-
ben; en dan zijn bloed; en de hel zal zijn
ziel hebben. Die zal met dien gast tien keer
zoo zwart zijn, als hij ooit te voren was
„Je hebt mij, Ellen, met de gewoonten
van je ouden meester bekend gemaakt.
Het is duidelijk, dat hij op den rand van
den waanzin is ten minste hij was zoo
gisteravond. Ik sidderde voor zijn nabij
heid en vond de lompe gemelijkheid van
den knecht, daarbij vergeleken, nog betrek
kelijk aangenaam".
Hij hervatte nu weer zijn sombere wan
deling, cn ik lichtte den klink en ontsnap
te in de keuken.
Joseph stond over het vuur gebogen en
keek in een grooten pan, die er boven hing;
en een houten kom met pap stond dicht
bij op den stoel. De inhoud van de pan
begon te koken cn hij keerde zich om, om
zijn hand in de kom te steken. Ik giste,
dat deze toebereidselen waarschijnlijk voor
ons avondmaal waren, en daar ik honge
rig was, besloot ik het eetbaar tc houden;
daarom riep ik scherp: „Ik zal de pap
klaarmaken!" bracht de kom buiten zijn
bereik en ging voort met mijn hoed en rij
kleed af te doen.
„Mr. Farnshaw", ging ik voort, „zegt
mij, dat ik me zClf moet bedienenen dat
zal ik. Ik zal tussohen julllie niet voor dame
spelen, <want ik vrees, dat ök dan van Ihon-
igier zon sterven."
„Goede hemel!'- mompelde hij, terwijl-
hij ging ritten en van do knie tot den enkel
óp zijn gestreepte kousen sloeg. „Als er
nu nieuw'© meesters bij komen juist nu
ik aan twee meesters gewend geraakt oen,
als ik nu een meesteres boven mij ge
plaatst krijg, wordt het tijd om weg te
yluohton. Nooti had ik gedacht, dat ik dletn
wingen aan over do oprichting van ëën af
deeling Gebouwen bij het Departement van
Financiën, terwijl ook met betrekking tofc
cïa werkwijze van de Rijkspostspaarbank
onderscheidene wenken worden gegeven in
zakt .vereenvoudigingen en maatregelen
tot vermeerdering van inkomsten.
In Hoofdstuk IV treft men aan voorstel
len on opmerkingen met betrekking tot be
zuiniging op uitgaven voor materieel of
tot vermeerdering van 's Rijks inkomsten..
Volgens de berekening van de Commis-»
sie zou, indien overeenkomstig haar voor-*
stel wordt gehandeld, op de uitgaven voor;
enveloppen bij de Departementen van Alge
meen Bestuur dooreengenomen ten minste»
50 pCt. kunnen worden bespaard.
De Commissie acht het wcnschelijk, t«
doen nagaan of niet de gevangenisarbeid
meer dienstbaar zou kunnen worden go-
maakt aan het verrichten yan bindwerk
voor de Departementen.
Naar het aan do Commissie voorkwam,
zou een zoodanige regeling een besparing
van ten minste f50.000 per jaar kunnen
opleveren en tevens bevorderlijk rijn aan
de ontwikkeling van vakbekwaamheid bij
de gevangenen.
Wat de huisvesting van het Departement
van Algemeen Bestuur en de daaronder
rosorteerende instellingen te 's-Gravenhago
betreft, gaf de Commissie den minister van
Binnenlandsche Zaken in overweging te
bevorderen dat voorshands geen nieuwe ge-»
bouwen voor huisvesting van de Departe-1
menten e.a. zouden worden gehuurd of
aangekocht.
Alleen dan zou, meende de Commissie
tot het koopen of huren van huizen mogen
worden overgegaan als na nauwkeurig on-»
derzoek vast stand, dab in de thans voor
's Rijles dienst bestemde gebouwen do ver-»
eischte plaatsruimte niet aanwezig is, en
door een meer rationeel© bestemming van
de daarin beschikbare lokaliteit ook niet
kon worden verkregen. De overige Minis
ters ontvingen afschrift van dit schrijven.
In antwoord op haar brief el de de Mi
nister van Binnenlandsche Zaken aan de
Commissie mede dat de Ministerraad! zich
met haar opmerkingen had vercenigd.
In een schrijven van den Minister van
Financiën dd. 25 Februari 1922, betrekking
hebbende op de mogelijkheid om zonder
hooge kosten te voorzien in do dringende
behoefte van een geschikt gebouw voor
huisvesting van den Postchëque- en giro
dienst, bracht cüo minister het denkbeeld
ter sprake, dezen dienst van gebouw ta
doen verwisselen met het Centraal Bureau
voor de Statistiek.
Na onderzoek moest de Commissie hot
denkbeeld van een verwisseling van gebou
wen, als door den Minister bedoeld, onte
raden.
Naar het haar voorkwam zou het gebouw
van het Centraal-Bureau voor de Statistiek
aan de Oostduinlaan te 's-Gravenhage volj
doende gelegenheid bieden tot huisvesting
van den Postchèque on girodienst, ook bij
belangrijke uitbreiding van het daarbij
werkzaam zijnde porsoneel.
(Builen verantwoordelijkheid der Redactie).
Copie van al of niet geplaatst© stukken
wordt niet teruggegeven. j
De Herdenking van Leidens Ontzet van 80 jaren
in haar ontwikkeling.
Biji den naderenden dag der Herinnering!
aan Leidöns Ontzet, dia aanvangen wil meb
een heerlijke wijding, waarna de schitterende
Optocht volgt, gepaard met de uitvoering
van effii veelsoortig program, dat aan „elck
wat wils" belooft, moge het bij de geëerde
Leidenaresi geen verwondering baren, dat
een oud-Leidenaar, die de jaarlrjksche Her
denking steeds meeleefde in den geest
ditmaal bewijzen wil gevön van dat meeleven,
nu, prachtiger dan ooit, de Herdenking rich
in vormen uit, geheel verschillend van de
primitieve, ofschoon niet minder geestdrif
tige, diepgevoelde wijze, waarop rij nu nog
gevoeld moge werden.
In 1842 dan, en enkele jaren daarna, be*
dag zou zien, dat i'k do oudo plaats zou
moeten verlaten maar ik denk, dat <T.9
nu dichtbij is !'-
Ik schonk aan dit geklaag geen aan-»
daohtik ging enel te werk en zuchtte bij
do herinnering, dat er een tijd geweest
was, toen dit alles als een vroolij'ke grap
zou zijn beschouwd; maar dwong mij spoe
dig om de horinnering van mij af te zet
ten. Dc herinnering aan het geluk, dat
voorbij wa«s, pijnigde mij, en hoe grooter
het gevaar was, otm de verschijning cr van
op te roepen, des te sneller de lepel rond
ging en telkens een handvol meel in heb
water viel.
Joseph zag mijn wijze van koken met
groeiende verontwaardiging aan.
„Hemelriep hij uit. „Hareton, je zult
vanavond je pap niet krijgen; cr zullen
niets dan brokken zijn zoo dik als mijn
vuist. Ik zou kom-en-al or in gooien, als
ik jou was! Daar, nu dat nag, en dam bent
u klaar. Pang, pang. Een geluk, dat do
bodem er niet uit is!"
Het w a s nogal een ruw maal, dat er
ken ik, toen het in de borden weid ge-»
stort; er waren er voor vier en een kan
vcrsche melk werd uit het melkhuis ge--
bracht, die Hareton greep cn waaruit hij
begon te drinken, terwijl hij van den groo
ten rand morste.
Ik maakte bezwaren en verlangde, dat
hij zijn portie in een kroes zou krijgen;
en verzekerde, dat ik het vocht niet Icon
drinken, nu er zoo morsig mee werd om
gegaan.
JWordt vervolg!).