LEDENHUIS NESTLÉ's Farine Lactée Belangrijke Prijsverlaging f 1.25 per bus. LENTE. LEIDSCHE BEGRAFENIS ONDERNEMING Je gevoelt Je „BRABANT", HAARLEMMERSTR. 299 B lo. 19053. LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 13 April. Vierde Blad. Anno 1922 T Met welk een machtige levensbegeerte Las zij haar huwelijk met Peter Wingren onnen! Wel was zij niet piepjong meer noch bepaald naïef. Doch dat is een gestie van temperament. En Ise bezat .mperament. Misschien iets te veel. Niet Jleen werd dit door de dames uitgemaakt L neen, ook door de heeren. ^ij plachten, \nneer' Ise ter sprake kwam, heel be denkelijk de asdi hunner sigaretten af re èudden, voor zioli uit te staren en na fenige oogenblikken van drukkend naden- i met een veelzeggend lachje, dat voor (If grappig, half angstig kon gelden, te lompclcn „Gevaarlijk, heel gevaarlijk Ji?.:. niet direct de huwelijkskansen van Ise bevorderde. VARIA, Reuzen lage prijzen! KOMT ZIEN!! KIJKEN IS KOOPEN (Kindermeel met toevoeging van Zwitsersche Alpenmelk) Uit het Duitsch door LO-LOTT. f Vete jaren is zij reeds (getrouwd, hefe re mevrouwtje Ise. Zij weet soms zelf iet precies hoe lang al. Als men haar er jar vraagt, moet zij eerst even uitreke nen. De kleine Peter is sedert kort naar •hooi, hij is zes jaar dus... is zij al teven jaar getrouwd. En als dat is vast- jesteli moet het vrouwtje glimlachen, f Geheel volgens de tijd-orde is de kleine rereldburger verschenen, zoo co rrect-p re- Me-- dat het wel scheen of meneer Peter lying", en een wissel te betalen had op het iodlot. Accuraat en precies zooals trou wens alles bij meneer Wingren geschiedde. Kaar toen hij voor den eersten keer het breeuwende kindje omhoog iiief en te- iglegde in de kussens met den hem eigen Kvoldanen glimlach, alsof hij te voren zich elk recht op den kleine toe kende, had mevrouwtje Ise zich toch het alle kracht daartegen verzet en ook £aar aandeel energiscli opgeëisoht. Want al trok en lokte dit gevaarlijke mnpevairent. do jongelui 'i:ot zich en al pas er rr en meisje in de stad, dat als zij geteerd werd, er was toch niemand onder a ui? Ise werkelijk tot zijn vrouw be ierde Zij was een ec-hto flirtdaarmee ^zegd. j Isc i er niet hard over. Met hcMere jen liield zij eiken morgen het leven in laar harden- ate een glas schuimende cham pagne, en als de avond kwam, had zij er van jefd, bogeeriig-adcmloos, en haar nachten tr&ren wl dToomen. Maar eens word alles inderdaad anders. Dat gebeurde op dJen dag, toen haar vier jaren jongere zuster den bruidstooi diroeir, toen het leven zijn grootst cn heiliigsfc raadsel in de laatste oogeniblikken van intiem zusterlijk venzijn de beide meisjes in de handen legde ;en slechts één van de twee toegrijpen mocht Jiet onstuimige n baxteklop. Toen was Ise uit do zon terugigetreden, die b het voorjaar scheen, cn bad het kopje ge in, diep en zwaar als een bloeeemboom [ia zijn eerste volheid' onder den wind. dio h/g*3 hem strijkt. [En sedert dien tijd was er een zenuwach- haast over haar gekomen, een cnrust in |tear bleed, die zij niet kon overwinnen. Roes i droom weken uit- haar leven. [[Toen kwam Peter Wingren. Ergens uit liet koorden kwam hij vandaan. Niemand [bende hom in de staid. Niemand was hem jekend. Toon hij zich een positie veroverd! maakte hij hc-t hof aan Ise. Dc hoeren Grinnikten achter hun hand de dames soliud- fen het hoofd. Maar Peter Wingren stoorde Jich niets aan allen. Hij trouwde Tse. 1' Hoe lang was dat geleden Zooals gezegd, fee moest altijd even berekenen en moest dan Basrua altijd, glimlachen. I Onder den vlierboom zit zij bij haar jongen, kd kleinen Peter, die bezig is met zijn huls- rerk. Met zijn griffel trekt hij grijze, eedieeve iepen over de lei. Mevrouwtje Ise kijkt.» toe, zonder eigenlijk Je zien wat Petertje uitvoert. I Nu is het zoo ver, denkt zij stil. Nu zal ik woortaan eiken dag bij Peter's schoolwerk ovenals eeirst bij zijn fle«sohjes, en later M hu, hu-paardje. Wat wordt men gauw oud 1 I Achter haar blonde hoofd strengel f zij haar handen inéén en haar volle, gez-onde lichaam rust week tegen de tuinbank. Haar oogen dwalen af van het zwarte school leitje, waar langs zich beverige streekjes bewegenzij gaan over het groen der struiken, «over de eerste knoppen aan den boom en haag, het blaniw aan den hemel te gemoet. Witte, kleine schapewoük jes houden haar blik vastnu jaagt ze hen na, die steeds haastiger heen* ijlen als gingen zij een ver-af verlangen te gemoet. Dat verlangen barer meisjesjaren, dat lachen en vreugde was en een altijd-door- maar-zingen en eeuwige pret, dat een gloeien de n blik uit begeerige oogen als bet hoogste geluk beschouwde, daar wa9 bet weer terug En beangstigende week en loom, als ware het werkelijkheid', komt mèt de herin nering over Ise de latente mousseerende levenslust dier jaren, waarin zij nog vrij was en eiken morgen het leven in de hand hield als een glas schuimende champagne. Een verlangen grijpt haar aan om op te springen, de armen naar de lente en het leven toe te strekken, den wijnkelk opnieuw aan de lippen te zetten en jong zalig jong te zijn! ^Moeder ïs het zóó goed, moeder?" Petertje heeft zich tusschen haar en bet voorjaar gedrongen. Hij houdt de rekenlei haar vlak onder den neus. Ise strijkt even over haar licht-dronken oogen Het duizelt haar. Peter's scheeve cijfers dansen. Zij moet zich beheerschen, om niet tegen het kind ongeduldig uit te vallen. Peter wacht op een prijsje. Hij is ver baasd, dat het zoo lang duurt, want moe der is er over 't algemeen niet zuinig mee. Hjj gooit het leitje weg, klautèrt op moe ders schoot, en slaat stevig- zijn armpjes om haar heen. „Moeder zijn ze Ise schudt hem van zich af. Heel mooi, Petertje," zegt ze snel, en loopt den tuin in. Als zij aan het hek voorbij gaan wil, waarlangs rozen om hoog reiken, ziet zij er één, die reeds volop aan 't bloeien is. Zij heeft nooit een' roos uit Peter Wingren's zorgvuldig-bewaakte struiken ge plukt Vandaag moet zij die roos hebben, die te '.roeg bloeide, die te vroeg ook tot verwelken bestemd werd. Als een dief, die bang is betrapt te worden, kijkt zij eerst behoedzaam de straat af. En heel in de verte ontdekt zij de gestalte van een man. Ise vindt geen kracht zich te verroeren. Haar hand houdt aarzelend de ongebroken roos aan den struik vast, die even* trilt. Reeds is de man bijna het hek genaderd. Langzamer klinken de voetstappen. Met groote, hartstochtelijke oogen z et hij naar haar op. Hq grijpt naar zgn hoed zijn lippen willen zich openen Gloeiender dan de roos aan den struik brandt nu alles aan haar Een ondeelbaar kort oogenblik staan zij tegenover elkander, lente-dronken Dan slaat zij haar handen voor het ge laat en loopt haastig terug, den tuin in. Peter zit nog met zijn huiswerk. „Moeder!" roept hij.bang, toen hij tranen in haar oogen ontdekt. Zij kan den jongen niet in haar armen nemen. Zij schaamt zich voor hemvoor zichzelve Zoo was het verlangen naar leven en jeugd en lenteZoo was de oude, jonge Ise van vroeger Met inspanning heeft zij haar evenwicht teruggevonden, want Peter Wingren is thuis gekomen. Luid roept h(j den tuin in „Hola! ouwe, hola ik ben thuis!" Mevrouw Wingren loopt hem te gemoet, in het voorbijgaan streelt haar hand de bloeiende roos aan den struik, haar lip pen glimlachen, treurigmat Verlies van geheugen na griep. Over blijvende geheugenstoornissen na Spaansche griep schrijft dr. H. Schade, van het geneeskundig gesticht Reinier van Arckel te 's-Hertogenbosch, in het „Ned. Tijds. v. Gen.": Een der lijders, een hoofdonderwijzer met verschillende bjjakten, weet nog altijd zjjn naam niet, ofschoon ik hem dien dagelijks eenigc keeren zeg; hjj weet 's morgens niet of het morgen of avond is, weet niet van den wereldoorlog af, denkt, dat de Duitsche keizer nog altijd op zijn troon t, weet niet hoeveel kinderen hij heeft, noch waar htj op school geweest is en wanneer hij zijn examen heeft afgelegd, om maar iets te noemen. Bjj het onderzoek, volgens Zie hen, waarbij naar het verschil gevraagd wordt tusschen: hand en voet, os en paard, vogel en vlinder, trap en ladder, enz., geeft hij .zeer scherp de verschillen aan, waarbjj duidelqk de oefening voor den dag komt van zijn vroeger beroep. Evenzoo bij definitie- en generalisatie-vragen. Ook de combinatiemethode, volgens Masselon (uit drie woorden een zin maken), en van Eb- binghaus (het aanvullen van zinnen uit een verhaaltje, waarbij woorden zjjn wegge laten) gaat vlug en zonder fouten. In het uit het hoofd rekenen overtreft hij mij verre; op vermemgvuldigingssoramsn als: 13 X 17, enz. antwoordt hg bijna onmid dellijk met de goede uitkomst. Bij onder zoek treft het, dat hij zeer beleefd is, dat ondanks de geweldige geheugenstoornis hij nog beschikt over de vroegere aangeleerde beschaving, die toch ook berust op asso ciatie van herinneringsbeelden. Het blijkt dus duidelijk, dat, ofschoon bij zich niets kan herinneren, ook niet, wanneer het hem wordt medegedeeld, toch de herinnerings beelden wel degelijk aanwezig zijn ga hun invloed doen gelden bij het vormen van een oordeel. Of mu na het verlies van het inpren- tingsvemiogen oak herinneringsbeelden gevormd worden, is moeilijk met zeker heid uit te maken, maar wel woansohijn- lijk. Door vragen komt men niet verder, daar zij opgegeven woorden of handelin gen niet dn het bewustzijn kunnen -terug roepen. Het hulpmiddel, dat bij normale menschen, die iets vergeten hebben, dik wijls gelukt, n.l. het juist© woord noemen en dan vragen, of dat het opgegeven woord is, mislukte. Ik liet hen daarvoor mijn naam kiezen uit zes namen, die ik opschreef, 'hun liet rien en tevens voorlas. Zij gingen raden en altijd mis. Uit andere verschijnsel en zou men besluiten, dat er toch iets moet blijven hangen. Bij den een-en patiënt (hoofdonderwijzer), dae iederen dag weer denkt, dat bij pa3 bin nengekomen is, is het inprenting'svermo- gen zoo goed als wegtoch gewent hij zich aan den -regel van de zaalhij moet dus een zekero ervaring krijgen, al blijft die dan -ook onbewust en kunnen wij die niet in zijn bewustzijn terugroepen. Ook gevoe lens, die cKkwijls immers door het- onbe wuste beheersoht worden, werken bij hem langer na. Wanneer hij bijv. neerslachtig wordt, omdat hij bij het geheugenonder- zoek begrijpt, dat het slecht met hem gaat blijft hij een tijdlang neerslachtig, of schoon hij in liet geheel niet meer weet, waarom hij het is. Men mag dus niet spre ken van verlies van het inprentingsvermo gen, daar er blijkbaar altijd ingeprent wordt, zoolang het bewustzijn in staat is een voorstelling to vormenmaan van het verlies van het vermogen van het inge prente in het bewustzijn terug te roepen. De eerste verpleegde kreeg <Ie Spaanscho griep tegelijk mot zijn gehoolo familie in liet begin van 1920. In aansluiting daarmee ont stond do geheugenstoornis met desoriëntatie on verlies van dnprentingsvormogen. Do toestand bleef gelijk in het gesticht en bij was zeer bruikbaar, daar hij rustig cn kalm was en zijn oordeel goed. Hij was landbouwer en als zoo danig voor bet grondwerk en ook ander boeren werk geschikt. Daarom werd hij in, het voor jaar \an 1921 met verlof gezonden, daar hij dan thuis een knecht zou kunnen uitsparen. He,t -bleek echter volslagen onmogelijk. Hij kon wel goed werken; maar kreeg achterdocht tegen zijn vrouw, -daar zijn verstoord inpréntings- vermogen 'hom telkens zijn buurman en don knecht mot deden herkennen, en hij dacht, dat zijn vrouw het met allerlei kerels hield. Het word zóó oi-g, dal hij agressief tegen haar op trad en, ofschoon hij goed kon werken, niet in de maatschappij kon blijven. Thans is hij weer in liet gesticht en -werkt ijverig en gevoelt zijn opsluiting niét al te erg, daar hij van tijd tot tijd geen begrip heeft. Zijn geheugenstoornis gaat tot meer dan zeventien jaron voor zijn ziekte, dus een sterke retrogade amnesie. Zoo weet hij van den oorlog niet af. De gebeurte nissen daarvóór kan hij zioh goed herinneren, van zijn werken gedurende don winter in Duitschland zijn trouwen en zijn kinderen weet hij alles goed en stelt hij zioh ook helder voor den geest. Geen oonfahulatio. De reactie van Wasserman is voor hot bloed in het spinaal- voeht negatief. De tweede verpleegde kreeg de Spaansche griep in October 1920 cn werd in aansluiting daarmoo zeer vergeetachtig. Het inprentings vermogen voor korten tijd is tamelijk goed; den volgenden dag is hij echter alles vergelen. Hij wist na maanden zijn plaats aan tafel nog niet. Zijn karakter is wantrouwend en door zijn ver geetachtigheid legt hij dikwijls allerlei zaken verkeerd uit, belastert daardoor zijn vorige ver pleging, zijn familie en zal later ons wel be lasteren. Een verblijf in de maatschappij is daardoor onmogelij"k, daar hijvoortdurend in conflict zou komen. Er is retrograde amnesie in hoofdzaak voor de ruimte. Hij kan van een stad, waar hij lang gewoond heeft, niet zoggen, here hij loopen moet, om van het slation naar do markt te gaan, enz. Gebeurtenissen weet hij echter goed aan to geven tot zijn ziekte toe. Do dorde verpleegde (de hoofdonderwijzer) kreeg tweemaal Spaanscho griep. Eerst in 1919 en daarna met Kerstmis 1921. Na den eersten aanval genezen, bleef hij les geven en deed veel werk. Soms was hij ineens den draad van een verhaal kwijt, deed op school soms vragen, die geheel buiten het onderwijs lagen, zoodat de schooljeugd hem vreemd aankeek. Soms was hij ook erg slaperig. Na den tweeden aanval mot Kerstmis 1921 was echter het geheele ge heugen weg oven als het inprenlings vermogen. Zijn geheugenverlies gaat tot in de jeugd. Er zijn enkele dingen, dio hij zioh herinnert, bijv. wanneer hij geboren is, welke akten hij heeft, maar niet wanneer hij ze behaald heeft. Hij weet soms niet, hoeveel kinderen hij heeft, weel van den oorlog niets af, weet niet dat er oorlog geweest is, enz. In de anamnese van persoon cn familie bij deze drio verpleegden is geen zenuwlijden te vinden. Zij komen alle drie uit gezonde, vrucht bare gezinnen. Wondergaven. - In de „Ind. Post'' vertelt O. Tahoe van de wonderlijke uitwerking van onnoozclc ge schenkjes op de primitieve bevolking van stréken, die -den blanke nog maar nauwelijks kennen, bijv. van een spiegeltje, ecu stuk or- ddnair-stedk ruikende zeep. Ik héb hot bijgewoond, schrijft hij, dat vier, wijf meisjes te zamen zioh inzeepten, sl maar door inzeepten, tot or niets meer over bleef van hot kostbare geschenk, otm dan ver rukt, met een dikke, opgedroogde schuim - korst op gezicht cn lichaam, gauw naar den mikten gever te snellen, om nóg een stuk, ten einde het kostelijk spel door to kunnen zet ten. Of dat zij met één fiksche scheut een hecle flesch. haarwater over zich heen goteu, zoodiat zij wel op een mijl afstand to ruiken waren, en de kostelijke odeur in huis-allo op dringerige luchtjes van klapperolie cn babi's en natuurmcnselien verdrong .De mannen waren voor dorgelijk© zaken wel niet ongevoelig, doch honderdmaal meer bereikte men bij hen met. een mooien bril of met eon doosje lucifers. Ja, zoo'n bril, vooral zoo'n heel deftige, met dio donkerblauwe glazen, zooals de toowan die draagt, als hij buiten in de felle zon loopt, die gaf den over- gelukkigen begiftigde dadelijk een groot overwicht. o>p alle overige diorpsgenooten. M<:t het weggaven van zoo'n eer c teek-en, als het ware een bewijs van adeldom, was ik dan ook wel voorzichtig dat was een geweldige on derscheiding, die men, om geen politieke in triges en heerzuchtige gedachten op tc wekken, alleen maar moet vcrleenen aan de zeer in vloedrijken. Toch had ik meermalen moeite, oan rnij goed tc houden, als ik daar zoo-'n oude heer, vrijwel in den staat, waarin hij gescha pen was, maar toch ontzagwekkend deftig gekleed met zijn blauwen bril op het puntje van zijn platten neus, te «midden dor eerbie dig starende schare zag zitten Er waren verst and igen, dio hun waardig- heidistcefken alleen opzetten bij liecl plechtige •gelegenheden als zij recht moesten sproken, o-f om hun woord bijzonder gezag 'bij te bren gen in den kring dor dorpsoudsten. Maar ook heb ik er wel gekend, die hun fok zelfs in do intimiteit van hun gezin evenmin zouden af leggen, als wij er aan zouden denken ons te ontklceden op een hofbalja, dio er vol trot* mee gingen slapen I Ook lucifers zijn voor die primitieven ware wondergaven. Stel je ook voor, d'at je bijvoor beeld midden in het oerwoud bent en in een plasregen vuur moet maken. De tocktgenoo* ten zoeken tevergeefs overal na$r een mooi ckroog stuk hout en tondel, otm vuur te boren, zoodat je het minder aangename vooruitzicht hebt, om voorloopig niet te kunnen koken. Maar daar haal je dan opeens met een hau tain gebaar zoo'n doosje met wonderhoutjes uit je schaamgordel en één streek maar, en het vuur is er. Als dat geen tooveren is I Zoo zat ik eens mot een stelletjo Toradja- koelies heel hoog in het gebergte. Wij had den een zwaren tocht achter den rug, moesten overnachten in do rimboe en de Tegen viel io stroomen neer. De menschen hadden goed hun best gedaan en als bc'looning liad ik tabak rondgedeeld en aan do oudsten een vijf tal doosjes lucifers gegeven. Ieder spoor van de gewone opgewektheid was in het heel© gezelschap verdwenen wij voelden ons allen even onbehaaglijk cn mistroostig. Maar nat eenigen tijd trof het tme, dat or onder do dragers, die op eenigen afstand van mijn af dak een gezamenlijke schuilplaats hadden gezocht, opgewonden vroolykheid begon t© hcorschen zij lachten en joelden alsof zij den grootsten schik in hun leven hadden. Ik ging eens kijken daar zat het lieele stelletie, niet denkende aan eten of ruston, in een lering by elkaar, ijverig bezig om beurten ieder een lucifer af t© strijken, tot groot© vreugde van het bewonderende gezelschap. Do doosjes déden eerlijk #de ronde ieder mocht op zijn beurt de kunst beproeven on luid gelach ging op, als zoo'n gelukkig©, in verrukking over hot wonde.ro vlammetje, dit net zoolang vasthield tot hij zijn vingers brandde. In minder dan geen tijd waren allo doosü'os leog, en kwamen zij als groote kin deren om moer van dat speeltuig bedelen. Het was en groote teleurstelling, dat de toewan in dat opzicht och tea* onvermurwbaar bleek. Den volgenden dag echter, toen wij het klein© bergdorpje bereikt hadden, waar de menschen' thuis hoorden, moesten en zouden zij liun kunsten toch weer voor het opgetogen pu bliek verloonen, en ik tmoet eerlijk zeggen, dat alle Münchliauscn-verhaleo, die zij van hun toch met 'den blanda ophingen, niet zoo veel indruk maakten, als die nieuwe too ver kunst om met zoo'n heel klein houtje maait in één streek vuur te maken. Groot en won derlijk is toch de macht van de blanda's nog nooit was het dorpje daarvan zoo overtuigd, «nis toen het laatste lueitfertjo voor do adem* loozc menigte afgestreken was De nin» het hoofd van do financiën. Voor een der Londensche rechtbanken werd dezer dagen een geval behandeld, waarbij de rechter uitspraak moest doen in een zaak, waarin door een Londensche kostuumnaaister een vervolging was inge steld tegen den graaf van Catkcart wegens niet-betaling van een bedrag van 215 pond sterling voor kostumes, aan zgu vrouw ge leverd," welke laatste tegen naar ochtge* noot een verzoek om echtscheiding aanhan* gig heeft gomaakt. De graaf Jieeft gewei* werd de rekening te betalen, voorgeven^ de, dat zijn vrouw geen recht meer nad op zijn naam zooveel schulden te maken. Ook de rechter was deze laatste meening toer gedaan Hij verklaarde, dat vjjftig of zestig kostbare toiletten per jaar zelfs voor een gravin een enorme hoeveelheid vormen, om haar stand in de society op te houden. Daarna gaf hij nog een uitvoerig oetoog over de schulden, aangegaan door echte lieden. Daarbij verklaarde hjj. dat het hu welijk nooit aan een vrouw het recht gaf, van het crediet van haar echtgenoot ge bruik te maken, zonder diens machtiging. Alleen de voor de huishouding- noodige uitgaven mogen door de vrouw worden ge daan onder do „veronderstelde machti ging", haar daartoe door het feit, dat zij gehuwd is, gegeven. Indien vrouwen zon der meer maar over het crediet narer. echtgenooten te beschikken zouden hebben, zeide de rechter, zou ijet crediet dezer laatslen gauw verdwenen zjjn. Het staat aan den maii, en niet aan de vrouw te be palen, op welken voet zijn gezin zal leven. Directie; MIELOO WEIJERS. Kantoren: Hooigracht 73 en Beestenmarkt 38. TELEFOON 232. Vervoer van overledenen per auto en trein, door geheel Nederland. 611 Tevredenlieidsbctnigingen ter inzage. 565 Groote en kleine stukken Kernzoolleer vanaf tl.50 per pond. Verder Voetballen, Voetbalschoenen, KandaBen, Mondenartikeleu en Lederwaren. Gannuihakken (bij koopen, gratis opzetten), Spij kers, JPlatvoetzoolcn, Gereedschappen enz. enz. 1001 Artikelen. Spot- Spotprijzen 607

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 13