TWEEDE KAMER. LE90SCH fü EUROPA'S ZUIB-ÖOST-HOEK. B Etdi'sgen de teekeneu der politiek niet, flan is zich in Zaid-O&st-Eoropa, waarop •glechte mxtig' de belangstelling is gericht, Binds de eens zoo trotsche dubbelmonarchie in elkaar i; gestort, een totaal nieuwe gro&- jeering aan he1- voltrekken, die niet zonder gevaar is voor de toekomst. Waartoe aller lei defensieve verbonden uiteindelijk als van Zelf leiden, ligt nog frisch in bet- geheugen! Hoe toch 13 de situatie geworden, smds Oostenrijk van handen en voeten is geampu teerd ten voor-ioele van Itanü en Zuid-Sla- yië on het gestichte nieuws rijk Tsjecho- Blowakije en sinds Hongarije is besnoeid ten bate van Zuid-Shvië, Roemenië enïsje- oho-Slowakije. Een n «dig deze, dat zich daar in Zuid-Oost-Eui-opa weer twee bonden als het ware machinaal hebben gevormd uit den drang der omstandigheden. Oostenrijk was dermate door bloedverlies als anderszins ge troffen, dat van doze zyde niet hot) minste ge-vaar dreigde. Dies bleef dit overschot -van het felix Austria aanvankelijk buiten beschouwing, speciaal, toen de aansluiting bü Duitschland was voojl|-mon, waarvan Berst nog sprake waa» Anders stond het met Hongarije. De operatie, die het land der Jtfagyaren onderging, evenals vervolgens de vleug der bolsjewistische) ziekte, lie ten het niettemi© blyren epn factor, waar mede nog rekening was to houd^o. Mede ten gevolge van de Magyaarscho naiionaliteits- gevoelens, die den or .\u grond vormden voor 'de avonturen van ex -koning Karl naast diens echtg(ïnóoto";\jk'j persocnl- kw heerschers-aspi- raties. Van zeil! werden de doktoren, die •Hongarije stoo ten eigen vcordeele hadden behandeld, tot een verbintenis gedreven, die ten dool moest hebben; wederzijdsche waar borg voor elke poging, dio bet geplukte Hongarije zou dowi om het gebeurde'onge daan te maken. Zoo ontstond do kleine en tente, wier spits gericht; ia tegen 't Magy- arenland. Waarbrj, zij het in wat losser ver band, ook Polen zich hw.lt gevoegdi Het was natuurlijk, dat het aldus „einge- kr eiste" Hongarije zijn^rzijd.; maar -steun uit zag.. En dezen vond hi t by Italië zonder veel moeite. De hoofd-togeasfedliiig daar iü 'den Zuid-Oost-hoek var! oats werelddeel is immers thans de belangon-botsiiig tusschen Italië en Zuid-Slavië.. Deze beiden hebben uit den wercldkrjjg zoo ongeveer gekregen, wat zjj konden wonscl-y»., zondert men juisfc Vit in zooverra zij rechtotreeka met elkaar tte makan hebban. Italië hal Zuid-Slavië gaar ne geweerd van de Adriatische Zee, Zuid- Slavië had gaarne grootoce lcustlengte ver worven als het heelt, zoo-vel naar het Zai- 'den do Albaneesche twistappel als naar het Noorden. Waar zoo de belangen legen elkaar indruischen. is het logisch, 'dat ieder alle moeite doet, eigen positie zc-o krachtig mogelijk, dio van den ander zoo zwak mógelijk ta maken. Beschermt Kuid-Slavië zich tegen Hungary-- door de kleine entente, het is dan. Itaüës belang het gevaar van Hongaareche zrple zoo groot te maken als het kan, om zoedcendo Zuid-Slavië naar anderen kant af te leiden. Toon dan Hongarije in he onverkwik kelijke geschiedenis van. hes Rurgenland, dat- het aan Oostenrijk had af to staan volgens het verdrag van Trie*, 'msar waarin het weinig lust had, zich verzette, vond het de kleine entente tegenover zich, Italië aan zjjn zijde. En met leede oogen heeft de kleine entente het aangezien, dat Italië te Venetië Hongarije althans het faveurtje bezorgde van een volksstemming in Oedcnburg en om geving, die ten gunste van Hongarije is uit gevallen, gelijk beken-' Destijds gingen er reeds geruchten over een bondgenootschap tusschen Ita'iö en Hongarije. Deze zijn welis waar tegengesproken, doch zocki legen- bpraak zegt zoo bitter weinig. Er moge dan inderdaad geen schriftelijke verbintenis zijn aangegaan, Italië en Hongarije, die absoluut geen tegenstrijdige belangen hebben, worden door de realiteit der dingen to!) elkaar ge- - bracht Met den rptis gekeerd tegen Zuid- Slaviu. Men zal uit bovenstaande zien, boo dus do beide partijen, die zich hebben gevormd, wel voor een deel tegenover ellcaar slaan, maar niet geheel en daarom gedeeltelijk langs elkaar heenschuiven. Dat vormt als vanzelf de gelegenheid voor allerlei kansberekeningen. Wat er bo vendien niet beter oji wordt tengevolge van de onvermijdelijke pogingen, die beide par tijen zullen aanwenden, om zich van nieuws bondgenooten, althans vrienden, te voorzien. Een eerste poging mag men zien in het pas afgesleten verdrag tusschen Tsjecho- Slowakjjo en Oostenrijk. Tusschen deze beide buurstaten boterde het nu niet zoo bijzender, doch de Oedenburg-affairo hééft niet zuinig meegeholpen, dunkt ons, om de betrekkingen gemakkelijker to doen loopen. Oedeuburg is de kloof tusschen Oostenrijk en Hongarije geworden. Tsjccho-Slowakije hielt Oostenrijk nu tot zich getrokken en de weg is gebaand voor een opnemen van Oostenrijk in de kleine entente. Wat nu zal volgen? Er is nog wat te halen op den Balkan, Daar zijn nog Bulgarije en Griekenland, beide momenteel weinig meer dan uitgeput; de eerste tengevolge van den wereldkrjjg, do tweede tengevolge van do Turksche kwestie, die het geregeld door bloed aftapt. Maar beide kunnen niettemin toch nog wel eens gebruikt worden. - En dan is er de toenemende verwijdering, tusschen Frankrijk en Italië, weer een factor, die politiek to „bespelen" i3. Met ellcaar genomen, lean gerust geconsta teerd, dat de loop van zalcen ia Europa's Zuid-Oost-hoek nu niet een van gronte vre- desgerustheid is EEB8TE umn Zitting van gisteren. Zegelwet. De MINISTER VAN FINANCIËN, de lieer DE GEER, is het vrijwel met den heer Geert-sema eens. Do bezwaren van den heer Geertsema zijn wel op te lossen. Spr. is ^van plan om gebruik tc maken van art. 91 der Zegelwet om een bestuursmaatregel uit te lokken, waarbij vrachtbrieven van een vracht beneden een waarde vah f 10 wor den vrijgesteld van zegelbelasting. Spr. is hiermede verder gegaan dan de lieer Geert scma, en hoopt, dat de laatste nu ook vóór liet ontwerp zal sterpmen. Dc heer GILISSEN (R.-K.) bepleit een zegelrecht ad valorem. Den heer VAN HOUTEN (V.-D.) doet dc verklaring van den Minister genoegen. Zon der deze zou hij voor do wet bezwaarlijk hebben kunnen stemmen. De heer BERGSMA (V. B.) vraagt, wat de gevolgen zullen zijn van deze toezegging van den Minister. Zijn hieronder ook de volgbriefjes begrepen Als dit niet het ge val is, blijven or toch nog wel bezwaren bestaan. Hij kan nog niet besluiten zijn stem te geven aan dit ontwerp en.gelooft, dat het beter is liet ter nadere bestudeering aan te houden. Dc heer VAN DER HOEVEN (O.-H.) heeft twee grooto bezwaren tegen dit- ont werp; ten le: deze belasting houdt abso luut geen rekening met de draagkracht. De koopman, wiens zaken slecht gaan, heeft evenveel te betalen als hij, wiens zaken bloeien. Ten tweede vindt hij die belasting heffing zeer omslachtig. Er worden weer duizenden aan liet werk gezet, dio impro- ductievcn arbeid verrichten. De heer MENDELS (S. D.) heeft buiten gewoon groote bezwaren tegen de Zegel wet, zooals zij nu reeds is. Zij is onlogisch en onbillijk, zelfs belachelijk. Op verschil lend gebied wordt zc nu nog uitgebreid zon der een enkelen rechtsgrond. Het bezwaar van den heer Van der Hoe ven,' dat dit weer geen belasting naar draag kracht is, geldt ook voor spr. Het zonder linge ig, dat de Minister zijn eigen ontwerp amendeert. m jiiiuflFaoatsg«acdzx BÏÜT v. uvsr.rtJT. Een Kersfüiisavond, Door F. DE SINCLAiR. (Slot.) r II. ,,Kun je begrijpen 1" riep Rodenberg, en weder deed hij luidruchtig een der schuif deuren open, dook weg m de. duisternis; ©en verkleumend geblaas verkilde opnieuw Deelman' s been en. ,,Daar komt kou uit", constateerde me yrouw. „Dat's maar even," troostte haai man. Een oogenblik later zaten ze nu toch a'le drie rond de tafel en de sigarenrook wolk- te .even verkwikkend om Deelman's hoofd. Ze praatten wat, baalden oudo beginne ringen op uit hun schooltijd; mevrouw was geobserveerd in do jaeger ondertaille, zei slechts nu cn dan een enkel woord. „Och jamerkte ze eindelijk op ,,ik hoorde van mijn man, dat u zoo alleen was. 'k Zeg nou, yan op Kerstmisavond dab's ook sneu. Vraag of meneer bij ons komt". Ik ben er heel gevoelig voorVerba zend attent," zei Deelman toen buigend. ,,Ja,omslag maken we Diet. Huiselijk wogals u voor lief neemt", besloot „Och, dat is ook liet prettigst," viel haar man bij, „al dat officieele gedoe". „Zeker, zekerzei Deelman haas tig. „Erg gezellig zoo.»...." Toen het negen uur sloeg keek mevrouw naai de pendule, zag dan even haar man aan, dio knikte. Toen,stond ze op en ver dween door een deur die toegang gaf tot weer een ander donker gat, waar een tocht uit v/pei, dio blijkbaar gestreken was evei* koue aardappels en -bevroren uien Als ze terugkwam met een wijnflesch in de hand, vertelde zo dat de sneeuw door het tuimelruim in de keuken naar binnen joeg. „Nuzei Rodenberg, „dan is het toch maar goed bij de kachel, hé V' ,,Doet-ie 't nou?" vroeg mevrouw. Niemand wist het. Ze gingen er weer samen in poken en aaD rammelen met veel lawaai. „Horiep Rodenberg, „d?.x-,r vallen vonken uit „Schei dan uit", zei mevrouw, bang om die dingen te verliezen. „Hij trekt anders altijd zoo goed vertelde Rodenberg. „Zoo ja, dat is prettig," sprak Deelman. Nu de kachel dus aan was, trok Roden berg do wijnflesch open en mevrouw ging naar do dressoir, haalde er een blaadje met drie glazen uit, benevens een nik kelen sierkiirk en zette alles op tafel. Dan. verdween ze, tot ontsteltenis van Deelman, weer in dat "donkere "tochtgat en keerde nu terug met een witte schaal, waarop een. Kerstkrans lag cn een mes. „Zoo is 'm dat!" zei Rodenberg cn keek glunder. Deelman begreep, dat èr iets van hem verwacht word. „Och, maar mevrouwdat hadt u toch h-euseh nk-fe moeten doen u maakt, het te erg Zo zette een mond van tevreden tegen werping. ,,'t Is rnaar eens in 't jaar Kerstmis... ik hoop dabde u smaken zal". Doelman poogde begecrig' verlangend tc kijken naar heb ronde ding, dat op de witte schaal lag als een bevroren zwem- gorden op een iisvckl Rodenberg had' wijn ingeschonken, pre- sén teerde. Even later zaten ze weer alle drie. ..Nou, santjes en zalige Kerstmis, of wat moet je zoggen?' toostte Roden berg, zijn glas opnemend. Do MINISTER: Dit is geschied naar aanleiding yan adressen. De heer MENDELSDit is dan toch een zonderlinge methode, want de Minister had die adressen reeds voor hij in de Kamer kwam, terwijl hij eerst den heer Geertsema liet uitspreken. Het leven van een Minis ter is broos als de leliën des velds en daar om hebben wij niet veel aan een toezeg ging van dezen Minister om een Kon. Be sluit te zullen uitlokken. Op hoop van ze gen mogen we deze wet niet aannemen. De VOORZITTER staakt do behandeling van dit ontwerp door de binnenkomst van den-Minister van Binnenlandsche Zaken en stelt aan de orde de Wijziging van de Kieswet, Prov. Wet en Gemeentewet. Dc heer FOKKER (V. B.) erkent, dat deze wijziging eenige technische verbete ring brengt, maar het volk wordt veel vrij heid ontnomen. Men zal niet meer op per sonen, maar op lijsten stemmen. De heer VLIEGEN (S. D.) wijst op ver beteringen, die de wijzigingen brengen, zoo o. o.. de verhooging van het minimum aantal stemmen, dat eer? partij moet heb ben. De kleine partijen zijn met een goede 8000 stemmen per zetel gekozen. AJlerlei groepsbelangen kunnen aanleiding tot het formeeren van een partij geven. Dat hier in nu eenige verbetering is gekomen, kan geen kwaad. Ook de beperking van de beteekenis der voorkeurstemmen is een verbetering, waar door de wil der kiezers beter tot uiting komt. De heer VAN EMBDEN (V. D.) zegt, dat afstemming van dit ontwerp zou verhinde ren, dat verbeteringen, die moeten plaats hebben, werden ingevoerd. Het nieuwo stel sel geeft ook vele administratieve voordee ion en vereenvoudigingen. Dat de ongeor ganiseerde kiezers niet veel anders kunnen doen dan op lijsrten stemmen is hun eigen schuld. Dat deze menschen niet veel in vloed hebben pp de personen, die zullen worden gekozen, vindt spr. alleszins billijk. Minister RUYS DE BEERENBROUCK zegt, dat er verschil van meening bestaat ten aanzien van de voorkeurstemmen. Hij heeft echter de beslissing hierover aan de Tweede Kamer overgelaten en zou het be treuren, indien door de vele verbeteringen die dit ontwerp biedt, het zou worden ver worpen. De vrijheid van den kiezer wordt niet in gevaar gebracht, doch is reeds beperkt door de Kieswet zelf en een gevolg van het lijstenstelsel. Dc heer DE VOS VAN STEENWIJK (C. H.) kan zijn stom niet geven aan een ont werp, dat met den wil der kiezers nog min der rekening houdt dan de oorspronkelijke Kieswet. Bij stemming staken de stemmen (1919) 'Aan de orde iè de Zegelwet. Dc lieer VAN EMBDEN (V. D.) is even als de heer Mendels niet gerustgesteld door de verklaring van den Minister. Bovendien wordt hiermee do rompslomp van de wet nog niet weggenomen. De MINISTER zegt, dat zijn verklaring van gistermorgen zeer onjuiste commenta ren heeft uitgelokt. Dit Kon. besluit zou niet uitgelokt worden door de Eersto Ka mer, dus niet door het recht van amende ment. Spr. heeft uit hoffelijkheid minstens één spreker laten uitspreken. Hij had er nog over gedacht, zijn voornemen bij de Memorie van Antwoord te schrijven. Dat dit een verkeersbelasting is, is geen argument om tegen te stemmen. Ook een verkeersbelasting moet er zijn. Men kan niet alles laten eulmineeren op de Inkom stenbelasting. Wat de volgbriefjes betreft, alle volgbrief Deelman glimlachte, dronk mevrouw toe. „Op uw allervriendelijke ontvangst". Dan nam hij een stok en huiverde. De wijn was ijskoud en vermoedelijk daardoor zoo schraal-zuur, dat- zijn t-ong er van samenkromp. Mevrouw sneed dsn Kerstkrans voor, zette voor Deelman een wit bordje en pre senteerde hem een vorkje uit oen blauw pIndien étui. „Nog een huwelijkscadeau"lichte Ro denberg in. „Keurig, keurig", bewonderde Deelman. „Nou, de krans kon wel verscher", zoi mevrouw proevend. „Enfin, met den Zon- c?ag". Tja daar doe je niks an, tegenwoor dig", berustte haar man. Deelman peuterde voorzichtig met het niet heel sterk vorkje een stuk van do taaie korst en het stopverfoolitige vulsel, stalt liet in zijn monirl. Het was heel zoet en amandelachtig en het werd erg kleverig toen liet in zijn mond blijkbaar ontdooide. „Toch wel lekker zei Rodenberg aandachtig proevend. „Uitstekend", sprak Deelman met veel overtuiging. „Drink es uit, kerel!" noodde de ander, „die flesch moet lee ghoor." Deelman schrok. Hij begreep bij intuïtie hoe de kilzurc wijn nu smaken zou op de wee-zoete taarfcigheid, die nog aan zijn ge hemelte kleefde. Maar dapper vermande hij zich, goot het glas ineens door zijn keelgat leeg. Hij voefi.le het daarbinnen griezelig loopen of het een ijskoude streep trok, tob heel diep in zijn maag. Om kwart, voor tien stond hij op. „Nu al?" vroeg Rodenberg, hcusch ont hutst, en ook mevrouw kee kverbaasd. „Ik zou dolgraag nog wat blijven", y zekerdï Deelman, „ma er ik moet absoluut jes binnen het bedrijf zijn vrij. Voor klei nere zaken zullen de kosten dus niet t-e hoog zijn. Al deze zaken zullen zich in de practijk uitnemend schikken. Dit is een der laatste belastingen, die aan de Nederlandsche natie zullen worden opgelegd. Do vergadering" wordt hierop verdaagd tot Vrijdag elf uur. Vergadering van gisteren. Regeling van werkzaamheden. Do VOORZITTER, stelt voor aan do agenda toe te voegen het wetsontwerp tot het aangaan van een leening ten laste van N ederiandsch-Indië in Amerika. Daartoe wordt besloten. Indische begroeting en tariefwet. Aan de órde is voortzetting van de wetsontwerpen Begrooting Ned.-indië en aanvulling van de Indische Tariefwet. Do Mini oter van Koloniën, de heer DE GR A A FF, zet zijn rede voort. De opmerkingen van den heer De Muralb betreffend© het spoorwegbedrijf, kan spr. thans niet beoordeel en. Reeds is in dezen geest door hem om inlichtingen gevraagd in Indië. Met den heer De Muralt is spr. van meening, dat het spoorwegbedrijf geen lastpost mag worden. Ook is het denkbeeld van liet instellen .van commissies of raden van advies, den Minister sympathiek. Wat de ©lectrificatie van de lijn Meester CorneliaBuitenzorg betreft, betwijfelt spr. of in de reeds vergevorderde plannen nog bezuiniging zou zijn te brengen. stopzetting van den aanleg van een spoorweg in de Lampongschc «districten kan spr. niet aanraden, wel zou de voort gang getemperd kunnen worden. De Minister is dan ook bereid het uit getrokken bedrag van f2.475,000 tot op de helft te verminderen. Na de debatten over heb Djambi-ontwerp gaat spr. niet opnieuw in op de petro- leumpolitiek. Den hoer Dresseihuys antwoordt spr., dat beslist ontkend' moet worden, dat de oprichting van winstaandeelkasseh reeds vast zou staan. Wel is ook spr. in begin sel voorstander hiervan. Trouwens zal de Kamer zelf over eventuccle oprichting moe ten beslissen. Ten aanzien van de duurtebijslagen, deelt spr. mede, dat hij vroeger een tele gram van den Gouv.-Generaal heeft ont vangen, waarin werd gewezen op de nood zakelijkheid van een belangijke verh. van de bijslagen in liet- belang van het lanct Het was spr. niet practiscli mogelijk, deze kwestie voor dezo begrooting in orde te brengen, aangezien toen onmiddellijk moest worden beslist. Binnenkort zal evenwel door den Minister een regularisatie-ont- werp worden ingediend. Met alle kracht verzet spr. zich tegen vermindering van dezen post met het oog op het hc-oge levenspeil. Spr. hoopt dan ook, dat de heer Dresselhuys alsnog bereid bereid zal zijn, zijn amendement in te trekken, te meer, waar dezo vertrouwen heeft gesteld in het beleid van dftn nieu wen Gouverneur-Generaal. Wat de belastiugion aangaat, heeft spr. de vele onjuiste oritiek bevreemd, ook clie van den heer Dresselhuys, die zelf voor de productenbelasting heeft gestemd. Spr, erkent, d'at de verschillerjile belastingen tot moeilijkheden kunnen leiden, doch de Mi nister zou hier nog geen verandering in willen brengen, totdat de practijk heeft aangewezen, welke fouten hierin gelegen zijn, Spr. zal evenwel overwegen, welke wijziging in het belastingstelsel zal zijn aan te brengen. Yoorloopig echter wensaht spr. de cul- tuurbelasting te handhaven. Voorts erkent spr., dat do opcenten op nog iemand spreken, die morgenochtend vroeg uit de stad gaat „Nou, dan houden we je niet vast. zei Rodenberg, blijkbaar tevreden gesteld en dan lachend. „Ho, maar wou je dat ding meenemen?" En hij haalcFe de anti- macasser van Deelman's rug. „Wat?" vroeg deze, niet dadelijk be grijpend. pardon „U zou hem wel terugbrengen", schert ste mevrouw. ..Neemt u nog niet een klein stukje krans?" „En gauw nog ©en glas wijn dat verwarmt'', zei haar man. „Nee, nee weerde Deelman af, „neen", 'n beetje nijdig om dat haakwerk dat op zijn rug had gehangen „maar dan zich dadelijk herstellend: „Nogal meer wijn Ik zou op mijn hoofd gaan staan 't is al wèl geweest. U heeft me zoo onthaalden dan voortvarend 't afscheid doorzettend, reik te hij mevrouw do hand. „U moet het nog eens meer doen.we zijn 's avonds altijd thuis-, hé man?" Deze knikte, hield de winterjas van Deel man al op. „Nou, dolgraag", zeide dezo, terwijl hij haastig in zijn mouwen schoot. Rodenberg ging hem voor door het don kere gangetje deed de voordeur open. „Nou kerel. pas op do trappen. Ze namen afsoheid. Rodenberg bleef in het donkere deurgat staan, streek een lu cifer af- „Ik ben er..." riep Deelman, die be hoedzaam was gedaald. „Wel te nisten!" De sneeuwjacht blies nu venijnig in zijn nek. Groote goden wat was-ie koud... en' be roerd... ziju kniesckij\:en bibberden Ineens danste een lichtschijnsel om zijn voetenhij keek om, 't was een taxi. Met een kreet van blijdschap vloog hij ©r op af. Het ding was vrij. •de in- en uitvoerrechten een ruime belas ting is, dooh d'e geldnood beheérscht alles.- Spr. raadt de Kamer dan ook aan, de voorgestelde wijziging aan te nemen. Een zeer belangrijk punt acht spr. arfe.- 123 van het Regeeringsreglement. In het laatste stadium van voorbereiding, heeft men in Indië dit artikel weer vastgekop peld aan art. 124, waardoor de zaak weer meer geëmbrouilleerd werd. Spr. hoopt evenwel spoedig een wetsontwerp tot wij* ziging van het artikel te kunnen indioneo.- Den heer Van Zadelhoff merkt spr. op, dat ook hij de wenschelijkheid van diens betoog volkomen begrijpt, dóch de finan ciën laten op dit oogemblik geen meerders uitbreiding toe. Veel meer gevoelt spr. voor het door d'en heer Scheurer genoemds instituut van inlandsche hulpartsen. Ook erkent spr. het nut der school ar tsen,- Waar op de scholen verschillende ziekten heerschen, is het eeai eerste plicht de? Regeering om deze te bestrijden. Wat aangaat uitbreiding van het Depar tement van Volksgezondheid, in het alge» meen aoht spr. deze uitbreiding Diet ge- wensoht. Aangaande de Ned.-Ind, Aard-Olie-Maaf- schappij heeft spr. zich gisteravond nog ia verbirüding gesteld met mr. Limburg, dia ook uit juridisch oogpunt de overeenkomst! gunstig achtte. Wat betreft de assistenfceai-regeling, kan' spr. mededeelen, dat deze in werking treedt op 1 Mei. Spr. zal nagaan of in het betreffende geval van den heer Cremer zijn hulp in eenige mate zal kunnen baten. Den heer Sohreurer kan de Minister me dedeelen aangaande de poenale sanctie, dat op 1 Janari 1923 eal vervallen do strat en dwangbepaling voor reëng&gementcon- tracten. Aan het opium-vraagstuk zal. cte Minis ter zijn volle aandacht wijden. De VOORZITTER deelt mede, dat da lieer De Muralt zijn amendement heeft in getrokken. Er zal niet worden gerepliceerd. Over «èo motie-Wijnkoop zal hedenmid dag na de pauze worden gestemd. Bij onderafdeeling 229 A, waarin f50,000 wordt uitgetrokken voor de oprioht-ing van een kantoor van Arbeid, merkt de heer DRESSELHUYS (V.-B.) op, d. t deze post hem onverantwoordelijk lijkt-, cn hij vraagt of dezo oprichting inderdiaad noodzake lijk is. Spr. geeft den Minister in overweging, deze kwestie nog eens een jaar aan te zien, want spr. gelooft, dat wij in deze op den verkeerden weg zijn. Dé Minister waarschuwt- de Kamer voor aanneming van dit denkbeeld. Zijnerzijds wordt al het mogelijke ge'daan in d'e rioliting van bezuiniging, doch de oprichting van dit kantoor kan moeilijk worden nagelaten. De heer DRESSELHUYS repliceert. De heer VAN RIJCKEVORSEL (R.-K.) acht dit voorstel van den lieer Dresselhuys eèn te ruw ingrijpen in dé begrooting". De heer TEENSTRA (V.-D.).komt ton stelligste op tegen deze meening van den heer Van Rijckevormei. De Minister dupliceert. Hierna wondt de post aangenomen met 51 tegen -S stemmen. Bij onderafdeeling 321: Pensioenen on gagementen, komt do heer KETELAAR (V.- D.) op voor de cniclb pensioenen, vooral van de militairen van het Indisch leger. Deze menschen kunnen onmogelijk rond komen met de hun toegekende pensioenen en gagementen, welke zijn geregeld vol gens de vroegere zeer lage soldijen. De toestand is onhoudbaar en spr, geeft den Minister dan ook in ernstig© overweging, deze kwestie nog eens ernstig t-e overdenken. Waar deze personen hun leven hebben gewaagd als helden, TOor de Nederlandsche regeering, is het voor dezo R-egeering een eereplioht, pro te zorgen, dat deze lierion adet van kommer en -gebrek omkomen. De heer SCHOKKING (C.-H.) vraagt „Naar Metropool", beval hij kort. Hij reed al, het rook daar binnen naar een ouwe tabakspijp, maai' 't kon hem niet schelen. Hij moest ttarmte hebben... warm te... en een beetjo vreugde zien... en le vensblijheid.K erstin is-avondbevro ren was hij van binnen eci van buiten De lantaarns gleden snel voorbij, meer. lichten zag hij buiten, daar liepen men schen, hij hoorde lachen... stop daar gloorde de gezelligheid van metropool. Een minuut later was hij binnende zwoel© warmte omkoesterde hem ineens, hij zoog ,rio geur in van dranken en spijzen, zoovel© parfums en aromatische sigaretten: een tzi- gainenstrijkje speelde een wals. Met een zucht van welbehagen zakte hij neer in een luie stoel, bestelde „Rumgrok met een schijfje, snikheet als 't kan." Even latei, na een lange warme teug, begou liij zich zelf te heiwinden, een glim- •laeh kwam in zijn oogen, hij schudde 't hoofd. Zijn Kerstavond bij de Rodenbergs. Goeie hartelijke, arme stakkers! Hij werkte den sigarettenrook naar zich ioe, snoof hein in met wellust, de warmo drank doorgloeide lieniheerlijk 6oezerig weivi hij, hoorde de t-ziganewijzeiu als heel ver weg. toen was hij weer bij de ,.Old Squire", het „Yule-log" knebterdo lustig - in den haard...... voor hemhet roeze moezige café,../... ra aar dat was de licht© warme hall en zijn ruwgrocha, dat was de reuzenbowl, de wonderlijk gekruide, waarin de gebraden appels dreven.En ergens ver weg, daar zong een koor van mooie, zachte stemmen...... Stille nacht.... Heilige naclit- Zijn hoofd deinde mee in do tlepend© maat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1921 | | pagina 5