ANEKDOTES. CÖEIRESPOMBEIfffie. aal bet mandje houden, en wie een. hand vol heeft, brengt se bij me in -de mand", Nu, allen weerden zich dapper. Lieut je en Karei en Marietje, ze hadden al len. al eens een handje mooie frambozen in 't mandje gebracht. Kleine Jan mocht wat in het zand krabbelen; 'bü wist nog niet welke frambozen rijp waren; nij telde dus niet mee, maai' na eon kwar tiertje had tante nog niets van Klaart je ge kregen. Zij keek eens over de struiken en jawel daar stond haar oudste nichtje; die plukte niet voor het mandje, maar voor haar mondje. „Gtara", riep tante, „krijg ik van jou nog diets?" Voorzichtig sloop Klaart je achter de fram- bozenstmiken weg en riep toen: „Ik ben bij dc «assen, tante!" „0, Klaar, dacht je, dat je tante foppen kon? Neon vrouwtje, dan moet je vroeger opstaan, hoor!" Nu schaamde Klaartje zich toch heel erg en zo ging met ijver aan het plukken en dezen keer gingen al de frambozen naar het mandje. 's Middags aan de koffie zoi tante Mies: „Wat smaken die frambozen heerlijk! Zeker, omdat de meeste geplukt zijn door oen meisje dat wat goed te maken had!" Den volgenden dag vertrokken de logés weer en toen tante Mies Klaartje goeden dag kuste, fluisterde zij: „Nu meid, als wo nu weer komen, dan hoop ik, dat Klaartje Eigenbedien weg is an dat we een „Klaartje zorg voor anderen" •n 'haar plaats vinden". Ingezonden door Henny Blom. Een heer tot een straatjongen: „Hoe gaat men het beste naar het station?" De straatjongen: „Op uw beenen." Ingezonden door Freek Hofsteen ge. Mevrouw tot oen nieuwe dienstbode: „Hier heb je een wekker, Suze; zul je er wakker door worden?" Suae: „Zet uwes hem naar gerust neer, zoo'a ding hindert mij naete." Ingezonden door Coba Henny. Nogal gekker* „Dat begrijp ik niet", zed Klaas, „gisteren Kop ik tegen een groene den op, en nu l\eb ik vandaag een blauwen nous. Ingezonden door Geertje Hoff. Jongen bij don poelier: „Mijnheer ik zou wel >ens een vette gans widen zien." Poelier: „Een oogenbhkje, de juffrouw komt dadelijk voor." Ingezonden door Adriana de Wekker, Uit een kindermond. Jantje (een taxhomdje ziende): „0 Moeder, &ijk dat hondje eens afgesleten pootjes hebben!' Ingezonden door Christina v. Weeriee. Onderwijzer (in de school tot het zoontje van een wijnhandelaar): „Zeg Kareltje, wanneer ik bij je vader 6 flcsschen champagne bestel tegen f 7 do flcseh, hoeveel hen ik -hem dan schuldig?" Kareltje: „Och mijnheer, waarom zou ik da-t uitrekenen, u bestelt ze toch immers niet." Ditmaal heb ik een zestig namen te ver melden, wel een aardig aantal, maar toch minder dan verleden week, tQen er prijs raadsels waren en naar ik ondervond prijs raadsels, die erg in den vielen, om dat ze niet te moeilijk en dbbpasseijlk op het a. s. St.-Nicolaasfcesfc waren. Jullie vond toen die raadsels toepasselijk op het o-Ocfcoberfeest, die ik maakte, zoo prettig, daarom dacht ik: Laat ik dan nu eens iets over St.-Nicolaas in elkaar zetten en daar de jeugd laten raden. En wat een verrukte brieven heb ik nu van alle prijswinners en -whisters gekregen; ik vind bet heel aardig als jullie mij zoo hartelijk bedankt en meer dan eens werd mij al geschreven, dat al gaf ik nu niet zelf die mooie boeken, dat ik dan toch alle moeite er voor deed. Dat is heel vriendelijk gezegd, maar ik ben heusch ook al ruimschoots beloofd, als jullie mij zoo heel verheugd schrijft over de prijzen. Ik zou erg graag eens stilletjes om een hoekje kijken zoo:n Donderdagavond als de kindercourant komt met den uitslag der prijzen en dan de blijde gezichten zien en do vroolijke kreten hooren van degenen, die zijn of haar eigen naam zien staan, Degenen, die al eens een prijs kregen, mo gen natuurlijk wel mee blijven loten in het vervolg. Betsy en Harry van Amerongen, jullie schrijft mij juist het tegenovergestelde van vele andere kinderen, die dikwijls zuchten: Hè, kom ik nu nooit eens aan de beurt En uit jullie brief vond ik juist zoo heel aardig om te lezen, dat het veel gauwer was gekomen die blijde verrassing dan je had durven hopen. Marie Van Dijk en Marietje Lam an bei den bedankt voor de lange brieven, waarin je zoo prettig vertelde van de vreugde over het prachtige boek. Chris Stokliuyzen, je vraagt mij om je eens te zeggen of ik het erg vind als je zoo weinig meedoet. Wel neen, als je het zoo druk hebt mot werken begrijp ik levendig dat de raadsels er bij moeten inschieten en jij bent volstrekt niet een dergenen, die enkel meedoen met de prijsraadsels, omdat er dan wat valt te verdienen, maar er an ders nooit lust in hebben. Ieder zal mij toch wel toegeven, dat die kinderen niet tot mijn aardigste vriendjes en vriendin netjes behooren. Bob Holtz, groet Adrie hartelijk van mij ik heb oprecht medelijden met haar dat ze nu weer zoo ziek is. Dat zijn zulke lang durige kwesties, dat heeft de stumper ver leden winter ook zoo moeten ondervinden; ik hoop spoedig gunstiger berichen te ont vangen. Rika den Older, die verleden winter die zelfde nare ziekte had, het is helaas best te begrijpen dat je nu nog niet mag schaat senrijden, want hoe gezond dat ook voor velen mag zijn, men kan toch heel licht kou vatten op het ijs. Zij, die wel kunnen en mogen rijden, hebben al volop kunnen genieten vooral nu er al zoovele middagen vrij is gfegeven. Wat een ,%rettig leventje toch tegenwoordig! En dan Sint-Nicolaas- fcest. Nu las ik over alle toebereidselen en verwachtingen, a. s. weel: zullen vele brie ven mij wel vertellen van alle pret en ca deautjes en lekkers. Catootje de Jong, ik hoop dat je Moeder op 5 December weer hersteld was, zoodat er vroolijk feest gevierd kon worden, want anders is de pret maar half als Moeder er niet bij is door ziekte. Rudi Eildsrs en Jaap Verhoog komen jul lie Vrijdag in Den Haag zingen met het kinderkoor van juffrouw De Wekker? Als ik er naar toe ging naar die uitvoering dan zou ik wel eens naar jullie vragen, dan konden we op die manier eens kennis maken. Lena van Weizen je brief heeft mij wer kelijk niet verveeld al was hij lang; ik vond het heel grappig wat je schreef over Her man op de fröbelschool. Ik wist niet dat je verleden week jarig was; nog wel gefelici teerd, al is het nu wat te laat. Wim en armen Nieuw land, is gezel lig yoor jullie om voortaan samen de raad sels op te lossendat mag best, twee broer tjes te zamen. Annie Zirkzee, wel bedankt voor jo lan gen brief, waarin je mij weer trouw van al les op de hoogte bracht. J. Planje en J. Albert Brinks, de nieu we raadsels in dank ontvangen; ze zullen later ook eens een beurt krijgen. Willy Moene, ik voor mij hoop, dat je niet al te dikwijls kunt schrijven dat je geheel op schaatsen den brief bent gaan wegbrengen. Gerrie Slootweg, als kind kon ik wel goed schaatsenrijden, maar nu mag ik het al heel veel jaren niet meer doen; maar daarom gunde ik het allen, die er van hou den, wel, toen het mooi ijs was en nu ben ik ook weer dankbaar dat die hevige vorst is geweken. Allen hartelijk gegroet door Mej. A. KOOPMANS VAN BOEKEREN. I IIIBUL OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT HET VORIGE NUMMER. t. ïïagelsteeiian. 2. Sint-Nioolaafi. 8. Een boek. 4. Zeggen eu doen zijn twee. 5. Leugenaar. bel "beurs zaagsel leugenaar 1 e e nm a n laars dak r 6. Om hun jas dient le maken, 7 Tol, Lens. Tollens. Goede oplossingen ontvangen van: Line de Lange, Klaas Harsman, Louis Hart kamp, Willy Moene, Truus Kwestroo, Herman en Lena van Welzen, Betsy en Harry van Amorongen, Louis le Riitbe, Rudi en Jaap Eilders, Joke do Lange, Jaap Verhoog, Pioter Klinkhamer, Bob HoiLz, Somien en Johanna en Reduier Voorbrood, Betje Broeksems J. Planje, Harmon en Wim Nieuwland, Ma rietje Laman, Christina van Weeriee, Come den Dopper, Annie Zirkzee, Carrie de Groot Kaasje Schuit, Gerard van Weerden, Wiüy en Gouda Zuyderduyn, Leo Provo Kluit, Nettie en Frans van Beek, Guus LambrecMs, Frans Lardoe, Rina Oudshoarn, Col'ry en Annie Snol Rika don Cider, Sjoukjo Haomstra, Gerrie Slootweg, 'Martinne Gros, Ina en Tonuie Houpt Annie en Heitor Sdrag. Sjoerdje Volbeda, J Albert Brinks, Anna en Akko Bonte, Catootje de Jong, Marietje Seydell, Aatje Vreeken Chris Stokliuyzon, Annie Beriomon, Marie Zaalberg, Marie van Dijk, J. WdSüy Dee, Esther Sollewjjn Gelpke. RAADSELS. De kleineren 3, de grooieren 4. Ingezonden door Christina v. Weeriee. Wanneer ik het u gaf, zoudt gij kwaad op mij worden, en nochtans kan een landbouwer hot niet missen. II. Ingezonden door Rina Oudshoom. Wat heb je aan je rechterhand aid je van Dordrecht komende met den trein over don Moerdijk rijdt? ihj Ingezonden door Rika Kroon. Hoog geklommen Laag gedaald Opengebroken Het hart er uit gehaaid. Wat is dat? iv. Ingezonden d-oor Mies je en Bop Muyzert. Welke melen heeft geen wieken? v. Ingezonden door Corrie den 'Dopper. Hoe kunnen zes klnctoran aolöa gelijkelijk doelen zóó dat er een in 't mandje blijft? VI. Ingezonden door Koos je Schuil. Do kinderen spelen met een S, 7, 6 En hebben dan plezier; Des winters kleedt men zich in 1, 8, 6 Van een zoor nuttig dier. Een 5, 2, S, 4, 6 maakt heel wat geweld. gedraaid door groot of klein; Bij 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 in 't open veld Moest eens oen veJdslag zijn. VII. Ingebonden door Lózzy Ketjen. Een spreekwoord van 3 woorden en 19 letters 3, 7, 13, 15, 4 een groote rivier beginnend in Duhscbland 12, 13, 15 een meisjesnaam. 15, 10, 2, 13, 3 is een roofvogel. 19, 17, 18, 9 iets dat men bij sneeuw en ijs gebruikt. I, 9, 8, 15, 13, 1, 18. 13, 12, 19 iets waar niet graag in zouden zitten. II, 15, 14, 9, 10 eon vloeistof. 5, 2, 12, 6, 9, 13 een stad in Zuid-Holland

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1921 | | pagina 14