VOOR MIJ ALLEEN
LESDSCH DAGBLAD, Woensdag 9 November
Tweede Blad. Anno 1921,
FEUILLETON
EERSTE KAMER
BERLIJNSCHE BRIEVEN.
HO. 18921.
jfj 0e conferentie van Washington.
'Aanvankelijk vastgesteld ofl \Vapen3til-
sUndsdag, zal de conferentie van Washing
ton nu den dag daarna word&n geopend.
Door het wegens binnenlandse he moeilijk
heden ontbreken van Lloyd George de
gpoelsche premier kan immers wegens de
Icrsciie kwestie niet weg is de luister
wel niet geheel volkomen, maar niettemin
ytl dezo toch nog meer dan voldoende zij'n.
't Is AmerikVs nieuwe president geweest,
die het initiatief tot deze conferentie heeft
nonomen, welk initiatief als zaad in een
vruchtbaren bodem viel, wat de mentaliteit
van het memschdoin betreft. Al moge hier
en daar een soort miiitairistische strooming
zich nog staande pogon te hcuden, alge-
moeii is èntvvap^iingsg-aest vaardig ge
worden over de wereld, deels uit zuiver ide
alistisch oogpunt, deels uit meer practisclie
overwegingen, die ba twee groepen zijn te
verdoelen; lo. dio van liet inzicht, dat uit
financieel oogpunt beperking der bewape
ning is gebodón, om oen üuancieele cata-
stropho te.: ontgaan, 2e, die van de over
tuiging, dat eon nieuwe oorlog zal leiden
tot een algeheele ruïne.
Hot groote dool der conferentie is1 toch:
to komen tot ontwapen ng*
Do zijde, waarvan hot initiatief is uit
gegaan, is niet bepaald de moe3t sympa
thiekste. Het is immers hst Amerika, dat,
hoewel het in oorlog ging louter uit al
truïsme, naar het heette, d'is om Europa
to redden voor ecu Duitsohe overheersching
en hoewel het niets voor zich zelf begeer
de, naar verluidde, niettemin uit het vre
desverdrag van Versailles ditgene ratifi
ceerde, wat voor Jonathan zalf gunstig was,
datgene schrapte, waarvan verplichtingen
het gevolg zouden zijn geweest. Met tiamo
den volkenbond. Bj-zoudere waarde in dit
verband heeft dan oo-r behouden de rui
terlijke erkenning eau den Auierikaanschen
gozant te Londen, Harve.% dat al die plech
tige verzekeringen van altruïsme 6lechts
klatergoud waren, bastomd voor de galerij,
dat in wezen ook de Vereenigde Staten
in oorlog gingen uit louter egoïsme en niets
meer. Een erkenning, die in het land van
den dollar heel wat ontstemming tegen
Harvoy heeft gewekt, begrijpelijkerwijs, die
van het Congres zelfs con soort standje
thuis kreeg voor zooveel loslippigheid.
Zooals gezegd, het lidmaatschap van den
Volkenbond ..weigerde Amerika, omdat het
zekere verplichtingen met zich medebrengt,
waarvan de voornaamste zeker is, dat ieder
lid het zijne moet bydragen tot het voor
komen van oen v.eu v m oorlog, waarvan
eon integr ier end deel is: ontwapening. De
fataliteit van het oude: wie don vrede wil
ru=te zich ten oor tog is te duidelijk ge
bleken. Helaas te proefonder, LnJelijk, ge
tuige do ecoaorai -mo cri:is, waar ui de we
reld verkeert
Daaraan wil do Amerika niet Het wilde
niet du risico loopen betrokken te worden
conflicten, die aot ni°t raakten en bleef
liever buiten het br->emö5t, dat het oude
Eurcop is geworden, zelf onwrikbaar vast
houdend aan do Monrxdeer.
Zoo beroofde het Jand van don stichter
van den Volkenbond dit lichaam van een
steun, waarvan do waarde vooral in het
begin wo staan toch nog po3 aan de
wieg van het pas geboren wercldkind
niet hoog genoeg geschat had kunnon wor-
deu Om maar a.leen even nader te wijzen
op den grooten kiviced ,dien Amerika dan
van den beginne af aan bid kunnen oefenen
ia dit lichaam, om het zooveel mogelijk
te ontdoen van hst cachet van: bond van
overwinnaars uit dea wereldkrijg; sirgdend
niet de entente maakte Amerika toch nooit
deel daarvan uiL Iets, waartoe bet meer
bad kunnen bijdragen dan alle kleine neu
tralen tijdons doa jongsten oorlog te sa
men, gelet op Amerikato prestige on zekere
drang, waartoe hot in staat is. Ware Uncle
Sam toegetreden, waarschijnlijk zou de Vol
kenbond reeds een heel eind verder zijn,
dan deze thans is.
Amerika wilde vrij man blijven, om 't zoo
zeggen. Alsof de inrichting der huidige
wer oldmaatsc h a pp ij in werkelijkheid één
staat in welk halfrond ook daartoe de ge
legenheid laat. De diverse draden van het
wereldbestuur loopen zoo door elkaar en
zijn zoo nauw aan elkaar gekoppeld, dat
daarvan geen sprake m®er kan .zijn. Elk
land moge zijn eigen binnenlandsclie kwes
ties hekben, er mogen kleinere vraagstukken
zijn, dio slechts enkele landen raken, de
grooto vraagstukken, zoowel politieke als
economische, oischt aller aandacht en zeker
die van' Amerika.
En trots de negatie, zooals dio spreekt
uit het niet toetreden tot den Volkenbond,
geelt Amerika thans zelf de „Bejahung"
hiervin door het initiatief voer de confe
rentie van Washington, die, staande geheel
naast en gaande langs den Volkenbond,
dozen een soort directe concurrentie aan
doet. Optimistisch moge men oordee'en, dat
beido streven naar oen zelfde dool en dus
best naast elkaar kunnen werken om mis
schien straks toch nog in elkaar te vloeien,
wij kunnen he'.aas dat optimisme niet des-
Ier., omdat Amerika, voor en aleer de ent
wapening zo', ts ter tafel mag komen, gesteld
heeft als voorwaarde: een regeling van alle
brandende kwesties in het Verre Oosten.
Wat in wezen wil zeggen: een schikking
tusschen Amerika en Japan, tusschen welke
beiden het oorlogsgevaar weliswaar biet di
rect acuut is geworden, maar toch steeds
groeiende is-
Zoo werken de Vereenigde Stalen toch
voor den vrede, 't is waar, maar het is
weer zuiver egoïsme, dat de leiding geeft
en niet een of ander ideëel streven, gelijk
officieel wederom der wereld wordt kond
gedaan.
Japan heelt dat heel goed gevoeld, doch
accepteerde natuurlijk de uitnoodiging. Voor
liet forum der algemeens publieke opinie
kon niet anders en bovendien: waarom zcu
men niet durven praten over een regeling?
Wat daaraan vastzit en hoe een dergelijke
regeling eenzijdig blijft en louter alleen
op het vraagstuk van het Verre Oosten zal
betrekking hebben en hoe ook ontwapening
volgons Washington alleen in deze richting
zal gaan, tot nadeel van het groote, alge-
meene streven van den Volkenbond, in een
volgend artikel.
(Vorgadcriug van Dinsdagavond.)
Afdcelmgsonderzock.
Do VOORZITTER stelt. voor een aantal
wetsontwerpen in do afdeeliagen le onder
zoeken op Woensdag 9 Novenibcr, des voor-
middags te elf uur.
Hiertoe bohooren o.a. de wetsontwerpen
betreffende do huisvesting van den Raad van
1 Stale, wijziging Sl«eu bouwers wei, wijziging-
Zegelwet, kosten van vervolging iu zake di
recte belastingen, en wijziging van de Inva
liditeitswet en de Ouderdomswet 19J.9.
Overeenkomstig het voorstel van den Voor
zitter wordt besloten.
1 Voorts stelt de VOORZITTER voor, thans
in boh an de li ng to brengen het -voorstel van
den hoer Van Einbdcn c.s. tot wijziging van
het iRogtonwnt van Orde en op Donderdag
a.s., des voormiddag.# Ie elf uren, liet wets
ontwerp tot wijziging van de .Rijksuitkeeriug
aan de gemeenten, en voorts een aantal an
dere wetsontwerpen, welke dan in staat, van
j wijzen zullen zijn.
Overeenkomstig dit voorstel wordt beslo
ten.
Huldiging.
De VOORZITTER merkt op, dat hij in de
71/» jaar, dat hij de eer had, Voorzitter te
zijn van deze Kamer, roods vele malen mocht
spreken over een lid, dat overleden was, of
tegen een lid, dat de Kamer verliet. Hoden
is het hem ovenwei een bijzonder genoegen,
aan een liior aanwecig lid hulde te» brengen.
In September j.l. was het namelijk 25 ja aar
geleden, dat de heer REEKERS als afgoraar-
digde vau do Slaton vau Gelderland als lid
vail deoe Kamer hier zijn intrede deed.
1 De heer Rockers kcoft al dien tijd onafge
broken het vertrouwen van do Staten van
Gelderland genoten. Te meer is dit jubileum
een merkwaardigheid, omdat do lieer Ree
kers reeda by zijn binnentreden in de Eerste
I Kamer zij 11 sporen had verdiend in een 16-
jariigen werktijd r.la lid van -do Tweede Ka
mer en ccnigen tijd als wethouder van Arn-
I sterdam.
Spr. wil den heer Reekers dan ook van
harte gclukwcnschcp: met dlt zeldzaam jubi
leum.
De politieke overtuiging van'den heer Ree
kers heeft nooit een aangename samenwer
king en vruchtbare behandeling in den wég
gestaan.
De Voorzitter wil den heer Reekers toe
roepen: Blij E uw medeleden steunen met uw
schranderheid cn langdurige parlementaire
ervaring.
Ten slotte hoopt spr., dat de heer Reekers
nog langen tijd moge blij-ve optreden nis
nestor van deze Kamer. (Dczo toespraak werd
met bravo-goroep beantwoord).
De hoer REEKERS (R -K.) had lievor ge
had, dat het door den Voorzitter gememo
reerde feit stilzwijgend ware voorbijgogaan.
Maar nu er eenmaal over gesproken is, wil
hij de Voorzitter zijn hartelijkcn dank betui
gen voor de tot hom gesproken woorden en
den leden voor dc bewijzen van instemming.
(Hierop volgde even een bravo-geroep).
Wijziging Reglement van Orde.
Hierna is aan de orde liet voorstel van den
heer Van Embdon c.s. tot. wijziging van liet
Reglement van Orde.
De lieer VAN DER FELTZ (Lib.) verde
digt een door hem ingediend amendement,
om in den 6dcn cn 7don regel van dc voorge
stelde 3de alinea van art. 44 in plaats van
„die naar het eenparig oordeel der aanwezige
rapportours" te lezen „die naar liet oordeel
der CHiimlssie".
De heer VAN EMBDEN (V. Dmerkt op,
dat het onthouden van stem van do zijde van
den lieer Van der Fcltz aan zijn voorgestelde
wijziging hem niet heeft verwonderd im
mers de lieer Van der Feltz hoeft nimmer
zijn stem willen geven aan een wijziging van
hel. Reglement van Orde.
Spr. verdedigt vervolgens zijn voorstel van
wijziging van dc artikelen 44 en 46 van het
Reglement van Orde, welk voorstel luidt
In art. 44 de 1ste alinea ongewijzigd te
laten.
De 2de alinea te lezen: Dit verslag '19 v 0 or-
1 o 0 p i g, tenzij dc overweging van het wets
ontwerp of het voorstel in de afidcelingen
niet tot opmerkingen geleid heeft, in welk
geval aanstonds eindverslag wordt uit
gebracht dit laatste geschiedt eveneens, in
dien slechts opmerkingen van zeer eenvoudi
ge 11 aard zijn gemaakt, die naar het eenparig
oordeel der aanwezige rapporteurs geen
schriftelijk antwoord der Regeering ver*
eisehen.
Dc Sdo tot de 6de alinea ongewijzigd te
laten.
In art. 64 te lezen als volgt
Het eindverslag wordt godrukt on aan de
leden zoowel als aan het Introkken hoofd van
het dop ar temen t van Algemeen Best-uur ver
zonden.
De Voorzitter bepaalt den dag der open
bare beraadslaging op oen termijn, die niet
korter dan tweemaal 24 uren na de verzen
ding van het eindverslag zijn mag. Hij doet
het. bericht dienaangaande ten minste 24 uren
vóór den aanvang der beraadslaging aan de
Vergadering, of, zoo deze niet bijeen is, aan
de leden toekomen.
Betreft het wetsontwerpen, of voorstellen,
waarover aanstonds eindverslag Ls uitge
bracht, dan kan de bepaling op korter termijn
gosohioden en het bericht dienaangaande uit
gaan tegelijk met de verzending dor oimirrer-
slagen.
De Voorzitter is bevoegd, de bepaling v)n
den dag der openbare beraadslaging aan do
Kamer over to laten de Kamer is bevoegd
do door den Voorzitter gemaakte bepaling te
wijzigen.
De Kamer kan daarbij Yan de genoemde
t.cnmijncn afwijken, zoo het onderwerp spood-
oischend is.
Do Voorzitter verwittigt de Vergadering
of, zoo deze niet bijeen is, de leden ten minste
tweemaal 24 uren te voren, ten aaDzien van
welke wetsontwerpen of voorstellen hij voor
nemens is, don dag der openbare behandeling
te bepalen 0! de bepaling aan do Kamer over
te laten/
Spr. meukt op dat de eenparigheid er door
de vooral tok ra is ingebracht oon ook voor
de kleinere wetsontwerpen een voorloopig
verslag als regel voor te schrijven. Het vi-
geercud stelsel leidt er toe, dat dc Minister
op het laatste oogenblik een eindverslag inn-,
proviaeerend moet beantwoorden, waardoor
de mondelinge beraadslaging veelal niet be
antwoordt aan de vela zorgen, welke aan de
schriftelijke behandeling ziju besteed.
Do nadeclen van het nieuwe stelsel acht
spr. zeer gering en ze komen hierop neer, dat
in enkele gevallen een uitstel van eenigc we
ken voor een wetsontwerp zal kunnen voor
komen. Spoedcïschende gevallen blijven uit
gezonderd.
Ook merkt spr. neg op, dat de eenparigheid
in het voorstel is gebracht, om de verkeerde
-gewoonte der Eerste Ivamer af to schaf feu.
Na een korte repliek van den heer VAN
DER FELTZ stolt de VOORZITTER voor,
de stemming te bepalen op Donderdag a.s.
bij den aanvang der Vergadering.
Niets moer aan., de orde zijn-de sluit de
VOORZITTER de VcÉgaderiüg.
XXXVI.
He', hokt weet* e^us. Mea kan nu reeds
zooiets als een natuurwet ontdekken, die
met mathematisch© zekerheid functioneert.
Ieder halfjaar, in het voorjaar en in den
herfst, zoeken de ontevredenheid en con-
f lie stemming, die zich opgehoopt hebben,
een gelegenheid om te explodc-eren.
Dc hotelstaking, waarvan ik in mijn
laakten brief reeds kort berichtte, ver
keert nog steeds in bloeienden toestand.
Ongelooflijk, maar waar; de reusachtige
stad is nu sedert weken zonder restaur
rants1 De beide vijandelijke partijen, de
hoteliers en kellners. vechten een verwoe
den strijd. lederen dag verkondigen mach
tige plakaten vlammende oproepen der strij
dende machten. Da burger leest ze. maar
zijn honger wordt er n'.et mea gestild. Doch
met dezen papieren strijd is het niet ge-
aaau. Vele hotelbezittors n.l. probeerden,
hun zaak toch open to houden. De bedie
ning is daardan merkwaardig genoeg sa
mengesteld. De familie van den hotelier
e« hun goede vrienden, werkloozen uit alle
vakken, ook studenten, helpen mee Dat
echter wekt.de woede van de stakende
kelners Zij rustten „strijdtroepen" uit, die
's nachts ronddwalen Wee do gastvrije ge
legenheid. dio open is en door deze vast
beraden knapen wordt bemerkt. Meer dan
eens kwam het tot do dolste gevechten.
Daarentegen werd do politie weer mobiel
gemaakt. Kortom het is zeer gezellig, eens
bij zoc'n vriendelrjken waard te dineeren.
Vele hoteliers weliswaar zijn slimmer.
Vanaf de straat merkt men. nto'.s. Gesloten
deuren Gordijnen voor de vensters. On
doordringbare duisternis. Maar wie den
weg weet, dio vindt hem door een achter
deur eu treft binnen hal [verlichte kamers,
bezette tafels en vroolijke mensrhen aan.
Het crenot, daar honger ei dorst to stillen,
wórdt uog verhoogd door het aangenaam
griezelige gevoel, dat toch wel eens zoo"n
strijdtroep lont ziu kunnen ruiken e.i bin
nen zou kunnen dringen. Avondbrood met
levensgevaar. Bieravond- in avontuurlijke
clemming. Hoe dat eindigen zal weet geen.
raeurch. De hoteliers zjja ditmaal Taai. Zij
lijden verliezen, die in de mill oenen gaan.
Maar zij willen niet toegeven. Een teeken
des tijds. De oudernemers zijn niet meer
zoo gauw beangstigd als in den eersten
tijd 11a de revolutie. Of de stakingskas
der kelners dat nog lang uithoudt, is niet
te zeggen. Maar en moet daar reed3 een
bedenkelijke ebbe h'eerschen.
Ook eon iweoio voorbeeld voor de groeiende
energie dor ondernemers hebben we juist be
leefd. Een weck laag hadden wij een zonder
linge „kran-tenstakiug". Tot op de radikale or
ganen van heel rechte en heel links na hadden
alle Berlijosche bladen opgehouden te verschij
nen. I11 het „Berliner Tageblatt" hadden eenige
zottors on hul pari)oi-dexs eLsohen gesteld, die in
strijd waren mot het overeengekomen tarief. De
uitgever verzotte zioh. Dat was taiiefbrouk. Hij
zed de arbeiders op. Bij de overige groote kran
ten was alles vroocLzaam. Nu bestaat echter in
de vorpenigiriig van de Berlijnsohe krantenuit
gevers een overeenkomst, dat in zulke gevallen
ook do andere bladon niet verschijnen zullen,
om do boLreffondo uitgeversfirma niet door eon-
ourrentic - le schaden m in zijn loonstrijd te
verzwakken. Zoo gebeurde het. Dat betoekent:
wij had-don eon kapitalistonStakhig. Dat was
eens wat nieuws. Men beleeft toch altijd nog
dingeD, die nog niet gebeurd zijn. De schade is
-ook bier enorm geweest. Want do overige kran
ten-bezitters, dio aan hun sympathie ine' het
„Berliner Tageblatt" -zoo daadwerkelijk uitdruk
king gaven, moesten toch al hun mensohén be
talen. Er werd iedevon dag gezet. Alles was al
tijd kant cn klaar. Alleen kwamen de kranten
niet uit. Ook hier blijven do ondernemers aan—
aangesloten, en zie, de arbeiders zag-on het on-
roehtmalige van hpn gedrag in. Zij zullen nu
oen verhooging doorzetten, maar zij zijn, cn dat
is in principe zeer belangrijk, vóór hot besluit
daaromtrent in het bedrijf teruggekeerd.
Het is oon geluk, dai in dit conflict, dat reeds
een gevaarlijke uitbreiding, ook buiten Berlijn,
dreigde te krijgen, de stem van het verstand
gezegevierd heelt. Want juist op dit tijdstip mag
de stom van de groote Berlijhsché pers niet
zwijgen. Dc opwinding van do gehcele bevol
king over de beslissing van den Volkenbond ia
ongelooflijk. De buitenwereld moet dat weten.
Zij^ moet welen, da.t geheel Duitsch'a-nd zich
tegen dit onbegrijpelijk vonnis met zulke opge
wonden en onwrikbare protesten verheft als de
Fransohen in" 1371 tegen de afscheiding van
ELzas-Lotharingen. Zeker, onze tegen partij ka n
van ons verlangen, wat zij wil. Wanneer zij
morgen bepaalt, dat iedere Duitscher een riüg
in den neus dragen moet. dan moeten we dezen
ring er in doen. Wij zijn machteloos. Maar er
is ook een macht des toorns en verbittering, dio
in de geschiedenis als levende factor te be
schouwen is. Men behoeft opnieuw slechts op
het geval ELzas-Lolharingen te wijzon. Is hel
oen wonder, wanneer men bij ons meent, dat
in don: titel van den Volkenbond eigenlijk twee
woorden ontbrokon, want dezo naam moest lui
den: „Volkenbond tegon Duits chianti". Onze ge-
heele democratische ontwikkeling, de gokeelc
herleving van onzen normalen arbeid, de ge-
heolo instandhouding van de met moeite ver
worven b-niienlandsche rust wordt door de we-
reldgosohicdkundigo fout van .Geneve weer on-,
zeker gemaakt. Er heers ebt hier een stemming
van s-omboren wrok, die weer tot nieuwe crisis
leiden moot.
En toch zijn er nog nvonschen, aan wio het
oponthoud in Berlijn is a«ls eon leven in ;i para
dijs, vergeleken bij de toestanden in hun land:
dat zijn do Russen, die in vele tienduizendtallen
bij ons leven en eon kolonie vormen, -die op zich
zelf reeds de bevolking van oen stad vormt.
Wij hébben in Berlijn verscheidene Russische
couranten, -diie uitstekend bloeien Wij hebben
Russische voreenigingon zooider tal. Wij bezaten
kouten tijd zelfs een klom Russisch theater. Wij
hebben nu het Russisch-Joodsch toonecd uit
Wilna hi9r, dat groot succes hoeft. Alle gezel
schapskringen van het vroegere Tsarenrijk zijn
vertegenwoordigd. Daarbij hol) ik dikwijls iels
merk waar digd opgemerkt. Er kwamen vroeger
rijke families, die onder H bolsjewisme ontzag
lijk golodon bobben-en slechts met de grootste
moeito on gevaren uit hun vaderland ontwijken
konden, geheel ontdaan naar Berlijn. Zij wonen
hier in gebrekkige omstandigheden. Bezitten
aan waarde slechts de ju woelen van hun vrou
wen, of een paar bontmantels. Zijn uitgemer
geld on ondermijud door de smarten, die zij
doorgemaakt hebben. Zitten half vertwijfeld
terneder 011 welen, niet, wat te beginnen. Maat
na eenige wekon of maanden gaat hot hun
sohitlerondl Op eens <loen ze geweldige zaken,
bewonen een villa in Griiuewald, voeren een
groote huishouding en vooJen zich ondwüchrij-
folijk wel to moede in Berlijn. Ik zalf hob her
haaldelijk zulko families ontmoet, dio ik vanaf
don oorlog uit Kiew of Odessa of Sinferopoi
in de Krim kan eerst moest ik ze troosten
en steunen en dan opeens kreeg ik een uitnoo
diging voor een souper, dat met echt-Russische
gastvrijheid Tan stapel liep.
Maar er zijn ook anderen, dien het slecht
gaat. Ijverige organisaties eija ontstaan, die al
hun bost doen om to helpen. Ia oen hui# in de
Potsdarrtmersirasze hoeft men alios bij elkaar
gahaakl, wat er aan op kunstnijverheid begaafde
krachten orvdar dezo arm© duivels te vindon is,
en uitgestrekte werkplaatsen ingericht. Men ziet
hier slanke gestalten, niet voornaam uiterlijk,
vroegere officieren, aristocraten, stu-doaten, be
ambten. allen aan den arbeid. Zij snijden, sohil-
deron, boetseoren en zoeken zich er door te
6Laan niet hun kleine talenten, die zij vroeger
ternauwernood opmerkten. Nu hebben deze
werkplaatsen zolfs eon tentoonstelling gearran
geerd. Zij hebban aan d© Leipzigar mosse als
groep deelgenomen, men koopt hun waren ca
de weldadig© onderneming bloeit. Zij is niet de
eonigo in haar soort to Berlijn.
Nu juist hebben wo ook oen dor beroemdste
on moost bewonderenswaardige persoonlijkhe
den van oud-Rusland hier begroot: Tamara
Kansaviira, de onvergelijkelijke danseres, de
toenmalig® ster van hot Patorsburger hofballet.
Door ANDRé C0RTH1S.
Geautoriseerd© vertaling van W. E. P.
(Nadruk verboden).
T)
Do oaam Gourdon komt in do bevolkings-
togiaters al driehonderd jaar voor. Ik keu
bun geschiedenis eon beetje en het is
grappig to constateer«m, dat zij allen op
elkaar leken, noULriwen, magistraat] es,
doktertjes. middelmatig, voorzichtig j men-,
tohen dio kropan. voor don adel van dee-
tojda, zooals deze man kruiperig doet
tegenover mijdio «Lob vaatklamiote-n aan
jHon adel zooals bij zich aan ons zou wil
len vastklampen, em die, als het zoo uit
kwam, zioh met. de grootste onderdanig
heid liet trappen, zooab deze maai zioh
m'ju ironie vlak in zijn goaisht laat welge-
vallen. IJ hebt hem gezien. Hij weet, wan
neer ik tot hem spreek, den toon niet to
•ieoren, maar alleen de woorden, dio 11a-
uurlijk beleefd gekozen zijn. E11 hij blikt
0 bloost niet, wanneer ik Fardiicr op-
te mij van kind af heeft verzorgd
bloost niet, wanneer ik Fardiicr cp-
omcl, die mij van kind af heeft verzorgd
r1 dlcn, Jjij niet kan uitspan. Hij tolt zijn
1 ;^0n, °P zijn langzaam aftake-
len, hg wacht op «ji dood 1
onheilP-n^Lachen en do schouders
koor ton/Vb r 61 w^ 'u.JSPrak met een bijna
aarcMihpTaa tar iS °n oiSön kwaad-
hij ™ri.wu«d'0 hom. Plotseling viel
J ''ohaolf ui d0 rc,^0
Laton w» tlat mnar 'laten rusten;
die rnenschon van LaigairdSo zijn 7.00 voi've-
lendIk voi'reol mo. U weet niet hoe
ik me vcrveol 1"
Eon plotseling© melancholie, cLo hem
icta aantrekkelijks gaf, maakte zijn gelaat
kalmer.
,,U zult mo wat vorteUon van Parijs,
nietï Ik durf er niet weer heen gaan, om
dat ik een dwaro vrees hob, ik schaam
er roe voor om er plotseling to sterven,
geheel aHeen, zcvo&ls mijin vader. Maar u
komt. er vandaan. U is er als hot ware nog
van doortrokken."
Zijn neusvleugels waren wijd open cn
zijn galaat, terwijl hij zioh over mijn
schouder boog, w>aa vlak bij het mijne.
„Zog cons, gaat u noodt wandelen op
don w-eg naar Sain'b-Ebiénne 'I Dio loopt-
langs do Rhone. Er is bijna nooit iemand
te a'.'on je zoudt dienken, dat jo er in het
begin van on-zo jaartelling was."
„Ik ben or eons geweest."
„Dan moet u er nog ee>ns liccnga>an
Donderdag bijvoorbeeld, togen vijf uren,
niet? Wanneer het- wat minder warm
wordt."
„Gniohardo aal boos wezen."
„Is dat uw zuster? Dio bevalt mij niet,
ik heb Haar tweemaal gezien, en ik vind,
dat zij er kwaad uitziet. U behoeft haar
toch niets te zeggen."
„Ja maar
„Wat, aarzel jo nu tocli?" viol hij on
geduldig in. „Hoo oud ben je eigenlijk?"
„Vier en twintig."
„Nu clan ben jo looli eigenlijk wel vrat
belachelijk. Maar je bent snoezig ook, en
ik vergeef je. Dat is dus afgesproken, hé,
Donderdag op den weg naar Saan-i-EtLen-
nc 1 Tot ziens, Alvèro neen, erger je
nu ma-ar met weer. „Juffrouw" lis wel wat
vormelijk tusschen ntensalien van eenzelfde
famil-ie, dio allo v ij andol ij ld vod en op zij
zotten, cn „nichtje" klinkt zoo platte-
l-andsoli."
„Tot ziens."
„Noem mij nu Erans alsjeblieft."
„Tot ziens, Frans."
„En zeg nu: tot Donderdag."
„Neen, dat zeg ik niet."
„Nu, goed, clan, maar jo komt en dat is
do hoofdzaak. Tot- Don-der dag, Alvèro."
En hij ging heen, ongedwongen,, lenig;
maar, niettegenstaande zijn jeugd, gebo
gen en moe. Eon oogenblik bleef ik onder
den ouden olm, wiens schaduw in een cir
kel om mij heen viel, zooals de to-overcir
kel uit een sprookje
En die ontmoeting word gevolgd door al
do overige
Ik ging 's Donderdags den weg naar
Saint-Etienne op, dLcui weg, die. uit dein
tijd van hot ontstaan der wereld schijöt te
datecren, zoo wild en grillig zijn do rivier
cn de boomon daar, en ik keerde een paar
dagen later naar do vallei terug, waar de
verlaten Chartreuse ligtmaar dien keer
was ik niet alleen, en ik lette niet op het
gegons en de schaduwen en de kale stee
non, waar tusschen de hagedissen wegrit-
sokj'on. Frans Landargues hield mijn arm
arm vast on leunde er soms op. Hij sprak
mij niet over liefde, d-aarvan sprak hij mij
nooitmaar eiken dag, ten minste 7.00
scheen het mij, spraken wij meer vertrou
welijk, deels over mij en groot endeels over
ftemzelf.
Hij geloofde aan niemand of niets, noch
in hemzelf, noch bulten hem, noch op aar-
cJo. noch elders. Ik geloof, dat hij heol knap
was; ik geloof ook, dat rijn riekte, die
tegelijkertijd zijn hart on zenuwen aan*»
tastte, hem zoo bitter maakte 0:1 zóó prik
kelbaar, dat al het teere in lieni er door
vernield werd. En ik geloof ten slotte, dat
hij in zijn smaak en wensohen alleen nog
maar in skaat was tot een zekere dorre,
hartstochtelijke heftigheid. Maar hoe kan
ik hem nu beoordeelen en wat had mijn
oordeel var toen voor waarde? Ik weet al
leen, dat sommige van zijn woorden cm ma
nieren mij zóó onaangenaam waren, dat ik
het niet verbergen kon, cn ik weet ook,
dat ik andere in mijn gedachten bewaar
de, die mij to-t het oogenblik, dat ik hem
weerzag, een vreemde ontroering gaven.
Hij zei to dikwijls met oon te groot©
openhartigheid
„Ik kan onmogelijk iemaud liefhebben.
Mijn oudetrs nog minder dan anderen, om
dat ik hen beter ken. En ik voel voor mij
zelf ook maar weinig sympathie."
Maar hij zei ook:
„Ik ben niet meer dan een stakkerd. Ik
heb uren, dat ik een terneergeslagen held
voel, die bijna tob wanhoop wordt. Die
wandelingen met jou doen mo goed, Al-
vère; bet. doet mij goed jo vriendelijk©
verontwaardiging te zien, wanneer Ik zeg
wat ik denk. cn soms jo verstandige
woordjes te hooren."
Ik kwam thuis heelomaaJ. in do war en
koortsachtig opgewonden. Mama zat in
baar leunstoel. Yan eindjes wol, dde rij
van rondtrekkende kooplui had gekocht,
on die in het geheel niet bij elkaar pasten,
bredde zij eigenaardige sjaals voor clcn
winter voor ons, wij zouden zo natuurlijk
alleen maar in huis kunnen omdoen, maar
zo zoudon toch warm zijn en niet gauw
vuil worden. Zij vroeg:
„Waar kom jo nu weer vandaan.
kleintje t Ik bob niet graag, dat je zoo
laat on alleen buiten loopt. Ik ban bang,
dat j e onaangename ontmoetingen zoudt
kunnen hebben."
„Ook wat!" kwam Guioliarde tussclien-
bedcle. „Op hot land is hot veilig can Alvèro
kan te voet niot heel ror weg ga»anliet
loopen doet baar goed. Kijk maar, hoo
baar oogon schittore.n e»n boe opgewekt
zij er uit riet!"
Zij keek naaa* mij roet een bijna moedor*
lijke teederhoidin die t-eederboid lag
soms een soort smartelijk roedelijden, en
dan wist ik, dat Gudchards het hard te
verantwoorden had. Zij was over do der
tig en leed or onder, dat zij vreugde nooit
gekend had en ook niet in de toekomst
zag. Meestal overwon zij die bitterheid,
maar een enkele maal werd rij er door
OYprstolpt en overweldigd. Haar woede
over dóe ellende maakte baar oog&n bijna
vreeselijk. En dan stelde zij zich mijn
leven voor zooals heb hare was en rij
snikte het uit ais zij mij aankeek. Ik was
in haar gedachten een tweede Gudcliardo,
roaa.r tien jaar jonger, on ik weet werkef
lij-k niet, wdo van beiden zij het meest be*
klaagde. Maar clan was zij*weer één en al
toegevendheid en zachtheid on ik lei old
me or van haar om dio oogon blikken van
wanhoop, dan om al haar verstandigheid,
dio toch voor ons van zooveel waarde was.
„Laat. maar Dat doet haar Jo?d
Waar ben je geweest, Alvèro?"
Ik antwoordde en altijd openhartig, iraar
ik zei niet wion ik ontmoet had. Maar des
avonds, toen Guichardo beneden nazag of
de deuren on blinden goed gesloten waren,
sloop ik naar moodor, clic aJ in bed lag, en
beken d e zacb t j es
.(Wordt vervolgd).