no. 18759. LEülDSCH DAGBLAD, Zaterdag 30 April. Tweede Blad. Anno 1921. m buitenl. weekoverzicht. EERSTE KAMER. TWEEDE KAMER. FEUILLETON Drie maanden Schooier. Toen de Duitsche regeering, indeloos, een ,rcep deed op der. nieuwen president der éreenigde Staten, was ze niet redeloos, dat jna? men thans wel constateeren. En blijkbaar «as te voren wel eenigszins gepolst. Al hoeft _og niet bepaald juist te zjjn, wat van "Vansche zijde eenigszins schamper is gezegd, 1. dat vier Amerikaansohe handelslui, cch- gewiekste busines-nien feitelijk de makers uden zijn van het Amerikaansche bemidde- Jingszaakje. Natuurlijk met de bedoeling zelf busines te doen in den zin van: zaken zijn zaken. Dat is toch wel «enigszins te absurd en we beschouwen het dan ook als een poging van Fransclie zijde om de heele af faire via Amerika belachelijk te maken cm dus te doen mislukken. Nog altijd werkt diets zoo docdelrjk dan het ridicule. Du'tschland aanvankelijk schijnt aan i1 Duitsche zijde zelfs even de kans, gelegen in Washington's antwoord cp de bennddelings- inrcepen-nota, over 't hcofd te zijn gezien heeft niet geaarzeld om den wenk van'Har ding te volgen. Direct is met man en macht aan nieuwe voorstellen gewerkt en na moei- zamen arbeid van dag en nacht, is men daar mee gereed gekomen. Wie nu evenwel ver onderstelt, dat zonder dralen deze zoc haast- je-rep-je afgemaakte voorstellen naar Wash ington zouden zijn gekabeld, de tijd drong immers, vergist zich. Een halve dag bijkans is daarbij getreuzeld door een of andere hiaat aan de telegraaf, 't zij in Duitsehland zelï, 't zfj onderweg. In de meest benarde oogenblikken beeft het Duitsche rijk tbans weinig geluk en weinig imponeerends. Maar enfin, de voorstellen zijn er gekomen. Toen ze hekend werden, en dus een verge lijking viel te maken tusschen wat Duitsch- lano nu bood en wat Duitsehland te Londen had geoffreerd, viel het oordeel betrekkelijk niet tegen, in 't algemeen genomen. Onte genzeggelijk werd in de jongste voorstellen meer geboden dan te Londen, hoewel niet gezegd kan worden, dat dit meer van zoo veel beteekenis is, dat er aanleiding is voor liet Duitsehland aanwrijven van beetneming en poging om er te loonden op een koopje af te komen. In hoofdzaak werden de laatste voorstellen van Londen herhaald, alleen op enkele punten naar boven, dus ten gunste der geallieerden afgerond en voorts in menig opzicht aantrekkelijker ingekleed en opge haakt In zooverre schond Duitsehland zijn .'klaring, dat hot afwijzen der laatste voor stellen van Londen automatisch voortaan elk nieuw aanbod zou veriagen. 't Was merkwaardig, hoe spoedig Frank rijk een: „van die voorstellen kan niets ko men", liet hooren. We zouden haast zeggen: vcor en aleer Marianne ze kende, verwierp zij ze reeds. Officieus en officieel, beiden En dat op een toonaard, dat er bijkans geen twijfel meer kan bestaan, of Marianne aast op doorzetten van door haar uitgedachte maatregelen en dan Speciaal op bezetten van het Roerbekken. Daarop heeft zij blijk baar al baar zinnen gezet, België, de trouwe Fransche vazal, werd natuurlijk mee op sleep touw genomen. Naar buiten tenminste, Ge ruchten zeggen evenwel, dat in het Belgi sche kabinet de homogeniteit toch te wen- schen overlaat. En Engeland? Daar iiet men in den beginne doorschemeren, dat, al was er dan geen re den tot juichen, er misschien toch wel een basis voor nieuwe besprekingen in de jongste Duitsche voorstellen kon zijn gelegen, wan neer veel vaags nader door Duitsehland in gunstigen zin werd opgehelderd. Blijkbaar is ami lord d'Abernon, den Britschen gezant te Berlijn, last gegeven, Simons eens te poi- sen over die vaagheden en is het antwoord loen niet meegevallen. Althans, op de eerste niet beslist ongunstige beoordeelingen zijn la ter andere gevolgd, die een geheel anderen geest ademen en zelfs Lloyd George sprak van „onbevredigend", daarmee brj Frankrijk niet weinig in 't gevlei komend!" Voor Amerika wordt het een moeilijk ding. Frankrijk verklaart plechtig, niets met de voorstellen van nocde te hebben; Engeland acht ze onbevredigend. Kan Uncle Sam nu nog wel aan doorsturen der Duitsche voor stellen denken? Eigen oordeel doet weinig ter zake, woidt niet gevraagd door één dei- betrokken partjjen. Bovendien b ijkt volledig uit Amerika's houding, dat het voor het oog niets wil doen, wat de Duitsche zaak kan bevoordeelen ten kosto van de entente. Ame rika wil den oorlogsband. met de geallieer den gesloten, niet verbreken. Aan den an deren kant beseft de Unie echter, wat een op de spits drijven van de schadevergoedings kwestie wil zeggen: het scheppen van een toestand in Europa, waaruit voer do geheele wereld allerlei onheil kan voortkomen, gelijk uit de doos van Pandora. Zal Amerika nu eenvoudig - zeggen tot Duitsehland: ik kan deze voorstellen niet doorzenden of zal liet op een of andere manier nog een nieuwen weg weten te vin den om een totaal vast loepen der zaak te voorkomen?'Is het bereid zijn machtigen ir vlood in de arena te doen meespreken, zij het achter do schermen, dan lijkt ons het laatste niet finaal uitgesloten. Maar anders.... Uil het manoeuvreeren van entente-zijde spreekt o.i. toch ook een streven om Amerika als gevaarlijk buiten de zaken te houden, om ze onder elkaar te bedisselen, gelijk tot dusver. En dan vooral, voer zoover het Frankrijk betreft. Heel correct, voorkomend zelfs, maar desalniettemin wordt te verstaan gegeven, dat het Duitsche varkentje zonder pcttekjjkers gewasschen lees gesneden meet worden. Bepaald gunstig eindigt deze week niet voor het Duitsche ri|k. Het eindcijfer, waar toe de commissie voer herstel is gekomen bij liet taxeeren dei schade, geeft zelfs den genadeslag. 132 milliard gouden Marken, 't Zijn getallen, waarmee gegoocheld wordt, om van te duizelen! Het is hijkans nog de helft meer dan de cijfers van de z.g. be sluiten ran Parijs. Voor de huidige Duitsche regeering is om te zeggen het to be or not to be afhankelijk van de vraag of de jongste stap succes heeft of niet. Vrij duidelijk is na de heide uiteen zettingen van Simons in den Rijksdag ge bleken, dat het kabinet wankelt. Zelfs de coalitie-partijen waren weinig complimenteus. Alleen om de poging der regeering niet in don weg te staan of tegen te werken, werd een zwak woord van steun gesproken. En do oppositie van links en rechts vergat, door elkaar nog eens braaf bij de ooren te trek ken, dat het tegen dp regeering ging, zoodat van die zijde door een bof geen gevaar kwam. Loopt echter alles spaak, dan lijkt voer het ministerie Fehrenbach het einde daar Wat ter conferentie van den Oppersten Raad te Londen waar de mijnwerkerecri sis onveranderd voortduurt, dank zij het we derom mislukken der onderhandelingen, be gint deze heden in Engeland's hoofdstad tenslotte zal worden besloten, kan voor Euro pa inluiden een periode van ellende, als niet is te overzien. Een kat in nood dcet vreemde sprongen. Een wanhopig Duitsehland kan het ooi: doen en dan met gevolgen voor de be lagers. (Zitting van gisteren.) KLEINE WETSONTWERPEN. Z li. s. worden aangenomen de wetsont werpen tot vereeniging van de gemeenten Geldrop en Zesgehuchten en tol vereeniging Veldhoven en Meer veldhoven, Zeelsfc enOerle. ONTEIGENING. Aan de orde is list wetsontwerp tot ont eigening in de gemeenteWassenaar voor de uitbreiding van de Spranken der Duin waterleiding der gemeente VGravenhage. De heer BINNERTS (V. B.) acht het algemeen belang, bij het wetsontwerp betrok ken, vrij twijfelachtig. Do Regeering had de geoefende drang tot een onderzoek moeten bewilligen, om de Kamer te doordringen van de noodzakelijk heid der onteigening. Spr. vraagt waarom een dergelijk onderzoek niet is ingesteld. Hij verklaart zpn stem niet* aan het wetsont werp te zullen geven. De beer VAN KOL (S. D. A. P.) acht eveneens een onderzoek door de regeering naai* do aanwezigheid van arfetischwater gewenscht. Spr. zal eveneens zijn stem aan het wets ontwerp onthouden. De heer VAN SWAAY (R.-K.) wijst ook op de noodzakelijkheid van een onderzoek. De eigenaren van de terreinen stellen ziek op een breed standpunt. Zp zijn bereid de ter reinen af te staan," indien de noodzakelijkheid hiertoe bleek, hetgeen door hem echter be twijfeld wordt. Spr. had gehoopt, dat de regeering zich ook op een dergelijk breed standpunt had geplaatst, en een onderzoek had laten in stellen. H|j zat dan ook tegen het ontwerp stemmen. Do Minister van Binnenlandsche Zaken, de heer RUIJS DE BEERENBROUCK, zegt, dat de Regeering geen gronden voor een on derzoek aanwezig achtte, temeer omdat de gemeente Den Haag belang heeft bij een spoedige afwikkeling der kwestio, Aile geraadpleegde deskundigen waren van oordeel, dat een eventueel onderzoek niet zou leiden tot wijziging der bestaande plan nen. Het algemeen belang brj de drinkwater voorziening van Den Haag is bij een spoedige totstandkoming van het ontwerp betrekken en de Regeering durft de verantwoordelijkheid voor een langer uitstel niet op zich nefnen. De Minister raadt dan ook dringend aan neming van het wetsontwerp aan. De heer VAN DER FELTZ (V. B.) zegt do verantwoordelijkheid voor de verwerping van het wetsontwerp wel op zich te willen nsmen. Een onderzoek had al lang kunnen zrjn geschied. De heer VAN WASSENAAR blijft even eens op een onderzoek aandringen. De beer BERG&MA (V. B.) is van meening, dat de quaestie veel te eenvoudig wordt voor gesteld; het onderzoek zal zeer langen tijd vorderen. Spr. durft de verantwoordelijkheid voor verwerping met het ocg op het alge meen belang niet op zich te nemen, en hij hoopt van harte dat het wetsontwerp zal worden aangenomen.. De heer VAN KOL repliceert De heer VAN DER FELTZ stelt voor de behandeling van het ontwerp aan te houden, totdat een onderzoek zal zijn ingesteld. De MINISTER zegt, dat de Regeering niet kan meegaan meft eeri uitstel. Alle Ne- deriandsche deskundigen, behalve de beer Verbeek, staan op het standpunt van de re geering. Bij dit wetsontwerp zijn hooge be langen in het spel. Ook wordt de prgs van de gronden in den laatste® tijd steeds hooger. De Regeering blijft ten sterkste verwer ping of uitstel van het ontwerp ontraden. Het voorstel van den heer Van der Feltz, om de behandeling van het ontwerp 3ati te houden, wordt aangenomen met 14 tegen 13 stemmen. De VOORZITTER deelt mede, dat als ge volg hiervan het wetsontwerp van de agen da wordt afgevoerd. MILITAIRE BEWAKING. Aan do orde is de behandeling van de motie van den heer Vliegen, betreffende de militaire bewaking van het gebouw der Kamer. Do VOORZITTER deelt mede, dat is in gekomen een telegram van verhindering van den heea Vliegen, met verzoek de behandeling van de motie uit te st3llen. Aldus besloten. HERZIENING ONGEVALLENWET. Aan de orde is het- wetsontwerp tot her ziening den Ongevallenwet 1001. De heer BINNERTS (V. B.) maakt eeni- ge opmerkingen. Hij klaagt er over, dat de menschen dikwijls zoo lang moeten wachten voordat zij hun uitkeer ing kunnen ontvangen. De Minister van Arbeid, de heer AAL- BERSE, betoogt, dat de contrólóe en het on derzoek noodzakelijk eenige vertraging ten gevolge heeft.- Zooveel mogelijk zal door een voorloGpige uitkeerïng aan de bezwaren worden tegemoet gekomen. Het wetsontwerp! wordt- hierna tl h. at. aangenomen. KLEINE WETSONTWERPEN. Z. li. st. worden hierna aangenomen de wetsontwerpen tot wettelijke bescherming van het diploma, voor ziekenverpleging en tct- verklaring van het algemeen nut der ont eigening van gronden, noodig vcor den bouw van woningen, te Delft, ter voorziening in den woningnood. AANVULLING ONTEIGENINGSWET. Aan de orde is de behandeling van het wetsontwerp tob nadere aanvulling van de Onteigeningswet. De heer VAN WASSENAAR (C.-H.) komt op voor de belangen van de eigenaren, die^ de eerste rechten moeten hebben. De Minister van Justitie, de heer HEEMS KERK, zegt, dat de eigenlijke strekking van dit vets omwerp is,- dat onder de werken, waarvoor tot enteigening kan worde® over gegaan. in het algemeen belang, .ook be- hcort de ontginning. Indien de werken, waarvoor de gronde® zijn onteigend, niet worden uitgevoerd, be- hooren de gronden aan den eigenaar te wer den teruggegeven. De heer VAN WASSENAAR repliceert. De heer REEKERS yraagt stemming. Vóór het ontwerp stemmen 20 leden en er tegen 5, zoodat het vereïschte aantal leden»: niet aanwezig blijkt» De vergadering wordt hierna verdaagd lot Dinsdag 2 Mei, des avonds te half negen. (Vergadering van gisteren.) GELOOFSBRIEVEN. Ingekomen zijn de geloofsbrieven van het nieuwbenoemde lid Bijleveld. In handen oener commissie. DJ AM BI- ON T WER-P Voortzetting van de algemeene bcsohou- wingon. Do heer ALBARDA (S. D. A. P.) repliceert Hij meent, dat de Minister or niet in is ge slaagd den tegenstand te ontwapenen en de ongerustheid weg te nemen. Tegenstand was er bij spreker en bij de heeren Har- chajit, Treub, Van ltavostevn ongerustheid zelfs bij do heer©® De Montó Verloren en Van Rijokevorscl. Spr. berekent, dat- als de „Asiatic" 60 pCb. van haar winst aan do „Bataafsche" afdraagt, dan deelt de Staat sleohts 36 pCt. Voorts zal juist het feit, dat de pijpleiding in handen van de Koninklijke is, den Staat met handen en voeten binden. Hoe zal nu den eigenaar van de pijpleidingen, de tanks en de tank schepen uit de directie ontslaan? Spr. treedt in uitvoerige weerlegging van de redevoeringen door zijn medeleden gehou den en van do motie-Van Ravesteyn. Hij besluit met herhaling van zijn oordeel, dat alleen staatsexploitatie van do Djambi-ter- reinen duldbaar is. De heer MARCHANT (V- D.) repliceert. Hij betoogt, dat de aandeelen van do Ko ninklijke een „nationaal gokfonds" zijn ge worden. De groote belangstelling in Djani- bi is belangstelling in dit gokfonds. Daar om moet men er voorzichtig mee zijn het bolang van deze maatschappij te vereenzel vigen met het landsbelang. Spr. twijfelt aan de „vergissing" en begrijpt do befcee- kenis van de considerans van het ontwerp niet, als er alleen van Djambi sprake kan zijn. Wat art 5a van de Mijnwet betreft-, dit zegt alleen, dat contracten niet kunnen afgesloten worden dan bij de wet, maar aanbiedingen kunnen wel zelfstandig ge- sohleden. En waar nu in de considerans met alleen van Djambi sprake is. bestaat er mogelijkheid, dat men later meent, dat deze wet reeds voor nieuwe contracten hoeft beslist. Het vervallen art. 26 had dus wel groot© beteekenis. Het gevaar van ge mengde bedrijven is, dat het particuliero kapitaal oen overmacht op den Staat ver krijgt. Indien er nu een tendenz was om de macht van het particuliere kapitaal te verminderen, dan was er geen gevaar. Maar hét omgekeerde is hot geval. En daarom is het do pliobt der democratie, om de ont wikkeling van dezen bedrijfsvorm te be strijden. Want de democratie wil vrijheid! Do hcor VAN RAVESTEYN (O." P.): Een illusie, mijnheer March an t.. Do heer MARCHANT: Mefe de manier, waarop u de zaak bestrijdt, ga ik niet mee. Wat uw vrienden in Duitsohïand doen, vrijst duidelijk, dat gij op den verkeerden wog zijt. Ten slotte zegt spr., dat hij niet tegen het gemengde bedrijf is, mits er waarborgen zijn, dat de Staat niet aan het kapitaal worcit gekluisterd. De heer DE MTJRALT (Vrijh, Bond) ver dedigt met toestemming van de Kamer zijn amendement. Het gaat er niet om, of de stookolie voor lagen prijs te verkrijgen zal zijn, maar dat. er voldoende stookolie aan wezig zal zijn Er wordt zooveel brandstof uit Indic uitgevoerd, dat er tekort dreigt. Ook de Marino heeft stookolie noodig. Spr. wijzigt zijn amendement in dien zin, dat lö pCt wordt verandert in-,,5 pC-t.", welke hoeveelheid moet worden beschikbaar ge stold voor 's lands dienst, bedoeld als be stemd. voor do Marine. De heer SCHAPER (S. D, A. P.) brengt namens de commissie verslag uil over de geloofsbrieven van den heer Bijlevekl en adviseert tot toelating. Overeenkomstig het -voorstel der com missie wordt besloten. REGELING VAN WERKZAAMHEDEN. De VOORZITTER stelt voor de agenda aan te vullen en te bepalen dat op Dinsdag 10 Mei 's avonds zal behandeld worden de interpellatie-Rutgers over do uitvoering der Onderwijswet. DE DJ AM BI-VELDEN. De lieer VAN RAVESTEIJN (Comm. P.) repliceeit en wijst er op, dat do Minister niet eens is ingegaan op zijn verklaring-, dat de Amerikaansche regeering de politiek, die de Bataafsche meent te moeten voeren, beschouwt aJs indruisende tegen haar opvat tingen. Het staat, volgens spr. vast, dat de banden tusschen de Koninklijke shell-groep; en de Britsche regeering zeer hecht zijn. Door het voorgestelde wetsontwerp is het niet buitengesloten, dat op den duur de regeerin gen van Nederland en Ned.-Indië gewikkeld worden in den petroleumstrijd met het Brit sche emperium en de Vereen. Staten. De eenige motiveering van dit wetsont werp is, dat de regeering geld noodig heeft voor Indië. Elke ontginning der aardolievel- den, in welken vorm dan ookj beteekent; ver sterking van het kapitalisme. De lieer TREUB (V. B.) bestrijdt de opvatting van den heer Marchant, als zou. door schrapping van art. 26 een reëele wij ziging zijn ontstaan. Spa*, acht het onmogelijk dat, een terrein, van een oppervlakte van. kali-Nederland, binnen afzienbiren tijd doel treffend zou kunnen worden ontgonnen. De heer VAN RIJCKEVORSEL (R.-K.) sluit zich gedeeltelijk aan bij de woorden van den heer Treub in eersten termijn, dat elke oplossing der kwestie niet doeltreffend zal kunnen zijn. Spr. bestrijdt den heer Mar chant, wat diens meening omtrent het verval len van art. 26 betreft. De heer DE MONTE VERLOREN (A.-R.) repliceert. De Minis/er van Koloniën, de heer DE GRAAFF, beantwoordt nog verschillende op merkingen. Voor een goede winstverdeeling acht spr. voldoende waarborgen aanwezig. Als blijkt, dat de exploitatie van Djambi gun stig is, zal geen gebruik meer gemaakt wor den van de pijpleiding van de Bataafsche; thans echter bespaart men daardoor grocte kosten. Spr» betoogt nogmaals, dat de Koninklijke een in hoofdzaak Nederlandsch karakter heeft. Het gaat niet aan, om aan elk buiten- lardsoh geschrift zoodanige waaide toe te kennen, dat het hier in debat te komen. De Minister twijfelt er niet aan of de Ba taafsche zal aan haar verplichtingen vol doen. Do vergissing inzake de concept-oprich- tings-akte acht spr. opgehelderd; art. 26 is verdwenen. Oorspronkelijk was het wel degelijk de bedoeling, dat in de overeen komst een voorziening zcu worden getroffen voor verdere exploitatie. Spr. achtte dat niet gewenscht. Er zouden verschillende commen taren, als een monopolie aan de Bataafsche, aan kunnen worden vastgeknoopt. Ook bij de Bataafsche zouden hierdoor verkeerde ver wachtingen gewekt kunnen worden. Wat den considerans betreft, spr. acht in dit verband wijziging niet bepaald noodig, maar hij erkent/ dat daaruit wat valt weg te nemen, wegens" de beperkte strekking van het ontwerp. Een nieuwe overeenkomst met de Bataafsche is zonder wettelijke sanctie niet mogelijk, dat ook niet het geval 20U zijn. bij behoud van art. 26. Aan publicatie der oprichtingsakte hechtte spr. geen belang. De Minister bestrijdt nader de aanvallen vau der heer De Muralt over de beschikbaar stelling van stookolie. Blijkt dit vcor de ma rine noodig, dan zal spr. niet nalaten hier over met de Bataafsche alsnog onderhandelin gen te openen en een dergelijk voorsbei zal dan in gunstiger aarde vallen dan thans heb geval is. De algemeene beschouwingen worden ge sloten. De motie-Van Ravesterjn, tot uitstel van elke ontginning, totdat de volkeren van den Indischen Archipel zelfbestuur hebben ver langd, wordt met 76 tegen 3 stemmen ver worpen. Bij art. 1 zijn aan de orde de amendemen ten-De Muralt c.s. en Albarda c.s. De Minister, de heer DE GRAAFF, ver klaart, dat de Raad van Beheer altijd de be voegdheid heeft de stookolie te reserveereau: Het amendement-Albarda c.s. om de over eenkomst te doen aangaan docr den Minister vertegenwoordigende den Staat, en niet docr personen door cf namens dezen aan te wijzen (Staatsexploitatie) wordt met 55 tegen 24 stemmen verworpen. Vóór stemden Soc.-Dem., Vrijz.-Dem. en do heer A. P. Staalman. Het tweede amendement-Albarda c.s., aan gevende, dat aandeelhouders alleen hunnen zijnNed-Indi.ë, de Staat en zelfbe-sturende Door G. DE BLIJ - (Nadruk verboden). XI Wij waren dus nu even vér als op den eersten dag van onzen zwerftocht, met dit verschil, dat wc toen- beschikten over een bedrijfskapitaal van 22 cents en we elkan der, op elk gewild oogenblik, kondon. ver tellen, hoe iaat het was. Hèt laatste konden we nu alleen in figuurlijken zin. Het was doodstil om ons heen. Geen men gel iel ijk wezen, zoo ver we konden zien. Met loornc. schreden zetten we don tocht langs do cTik-bcsneeuwdo spoorbaan voort. Eindelijk kwamen we bibberend, klapper tandend, wee van^ honger en d'orst, bij con boerderij Het bloed gutste nog steeds uit mijn neusl Het bordje „Wacht U voor den hond" kon ons niet weerhouden het hek binnen te gaan. Do boorir stond aan clo deur van do schuur en verschrok bij het zien va® deze twee havelooze, ongure typen. We zagen er Jan ook wezenlijk als werkelijke paria's uit- „Heb u misschien een gloassie woater voor ons?" Het mensohj o keck me eens goed aan en vroeg toen picdelijdcnd je goTOolilc in,lil! Je neus bloeit zoo1' Fee, moeder,'ik ben gevalle!'! „Wil jo soms liever een gloassie mei lik Goa jullie moar eens mee, dan kun je je in de keukon wavrome" Gretig namen we haar aanbod aan, be haaglijk zotten we ons bij heb grooto hout vuur ei. vol dankbaarheid nuttigden wo eeai paar glazen warme molk en' eenige boter hammen mot spek, die de 'goedhartige vrouw, ondanks onze protesten, kwam aan dragen. Toen we weggingen, stepte ze ons nog een dubbeltje in de band en op schooiers- rnaniór zeide ik: „God zal hot jo loonen", dab ik evenwel hartgrondig meende. We. waren tegon negen uur in do hoofd stad. Het was een eigenaardig gevoel om met sleohts één dubbeltje in den zak door Amsterdam to dwalen. Met weinig moeite had ik bij vrienden of kennissen wat geld kunnen loenen, doch dat wilden we niet! Wc waren schooiers en moesten dus door een zure appel heen bijten Wo besloten op „g-ront lef" met hot stoomtrammotjo naar „Het Gooi" to gaan. Nauwelijks was dit in beweging, of wo be gonnen in den propvollen wagen to spelen. Toen do conducteur rond kwam, hadden wo genoog opgehaald, om met vorstelijk ge baar hot versohuidiigd© tramgeld te betalen. fcWas n ,,non plus ultra" van brutaliteit. Later hebben we nog dikwijls over dezen „coup de desespoir" gelachen!. Wo trokken verder naar Hilversum! Het was eenige dagen vóór Kerstmis. We waren door de emoties der laatst© dagen zoo vermoeid, dat we besloten, in een goed' hotel te logecren, om ten minste des nachts rust tc hebben. In bet „Hof van Holland" I namen wij onzen intrek. O wat voelden we ons behaaglijk:, toen wo den volgenden dag i schoon goed konden aantrekken, dat men ons als afdankertjes bij eonago groote villa's welwillend had afgestaan. We stonden krom van h-et lachen, toen Fehrenbach in een „grune jas, die zwart west was" ,(zou Jan van Riemsdijk zeggen) rond stapte. Het ding, het was eon gokleecïe jas gewëest, hing hem tot aan de voeten. Ik liep in hot colbertje, of laat ik gerust zeggen „colbert" van een voorzitter oen er bierclub, waarvan alleen heeren bo ven do 250 pond lid mochten, zijn! Mijn pantalon hing gelijk een vlag „half stok' 15 centimeter boven mijn schoenen!! Een goedgeefsclie dame had zelfs gemeend zeker uit pure Kerstvreugde, mij mot een soort circusdirecteurs-vest te moeten ver eeren Dit schoone kleodingstuk hield hot midden, tusschen eon rokvost en een zomer- dito. Het was een soort gebloemd katoen, on was waarschijnlijk eens bij oen allego- risohen optocht gebruikt Wo hadden dien dag zeven paar schoenen cadeau gekregen, ctoeh ze bleken ons geen van alle te passen Zelfs was or een paar damesschoenen bij Het kamermeisje, ondankbaar genoeg, wei gerde met. een: „Geef zo maar aan je vrouw Toen nog geen vrouw mijn levenslot wilde deelen, kon ik haar moeilijk deze schoenen schenken. Ook hoede® haddon wij gekregen; zelfs meende iemand ons gelukkig te maken met ©en „hooge zij je" Och, lezer! wo stonden gewoonweg paf, bij het beschouwen van onze garderobe. Het was een volledig© uitrusting, geschikt voor begrafenis, huwelijk, of optoohfc. Jam mer alleen, dat hoegenaamd niets paste, omdat we geen bedclaarsfiguur hadden. Het meest kostbare bezit, dat ik angst vallig mijn gehcelo vordcre schooiersbcstaan meegedragen heb, was eon wandelstokje. Dit werd me aan een groote villa aange boden, toon ik met het armoedigst geziclit van d© wereld vroeg: „Heeft u niet een poar ouwe k loeren voor me, w e bi n- ne z o o n a t. Heb kostte ine ontzaglijke moeite, om liet niet uit te brullen van het laoken, toen men mij, als bescherming voor cl en ncerstroo- rnendor. regen, het bewuste wandelstok] e overhandigde, en tevens een strooien hoed en een zwembroekjeHet laat ste waarschijnlijk bedoeld voor pyama!!! Ton einde den gever te overtuigen mijn pure diepgevoelde erkentelijkheid, liob ik hem toegespeeld„En het stokje van Papa Ik geloof, dat wanneer we ons met al deze kostbaarheden opgetuigd hadden, men ons naar „Meeronbcrg" opgezonden had. Zeker had men gedacht, dat we met ons tweeën aan 't carnaval vieren waren! Zeer ondankbaar hebben we dan ook, de heel© garderobe, bij een opkooper verkocht. Alleen liet stokje, heb ik, zooals roecE ge zegd, angstvallig overal medegenomen. Op dinertijd meldden we ons in het „Pa lace Hotel'', vroegen of we voor d© gasten wat mochten musiceeren. Het werd ons toe gestaan en stomverbaasd, keken ons de tafelenden aan. We speelden en men was één en al oor Daar kwam een kcEner met een flesch wijn en twee glazen, ons door ceil oude damo aangeboden Doch er zou nog meer komen. Een jong meisje kwam naar ons toe met een lx>rd vol visc'i en aardappelen. Zij had het uit haar mond gespaard. Ik keek haar aaaiO, schrikHet was een vriendinnetje van één mijner nichtjes. Gelukkig herkende zij mij niet! Nooit had ik vermoed, dat de schijnbaar wufte, door liet- leven steppende, flirtende, tennissende Hetty zoo'n warm hartje had voor arme stumpers! Van het Chique „Palaco Hotel" kwamen wo terecht op een proletarische bruiloft! We worden daar gehuurd voer f 2.50 da man. Het kwam zoo We wandelden door een achterbuurt, toen we, door een werkmanstype, deftig» werden aangesproken met: „Bent u ook muzikanten?'' „Joa zeker, binne we dat! We kunne effetief tof speule." „Nou dan kan u wat verdiene! D'r ia „daar" een bruiloft." Hij wees met z'n" duim, welke in den rouw was, naar een huisje, in de buurt, en verviel in de volks taal met:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1921 | | pagina 5