No. 18723. LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 17 Maart Tweede Blad. Anno 1921. TWEEDE KAMER. Burgerlijke Stand v. Leiden. SPORT. EERSTE KAMER, FEUILLETON. i^eef Guy ding der bestuursbemooiing, maar voorna melijk aan do gevolgen van de duurte. Voor 1917 bedroeg de jaarlijksche toeneming der uitgaven ongeveer 16 A 17 millioen. Indien deze stijging ook na 1617 (het jaar), dat de duurte zich in lndië deed gevoelen( normaal had plaats gehad, dan zouden de uitgaven in 1921 306 millioen hebben bedragen. In werkelijkheid bedragen zij 5S6 millioen, zoo dat het verschil moet worden geschoven op rekening van de duurte en de meerdere be- stuursbemoeienis. Van dit buitengewone aecrès der uitgaven zullen evenwel 66 mil lioen worden gedekt door nieuwe middelen. Bovendien is er op de middelen nog een achterstand in te halen, op de producten 14 millioen, op de monopolies 40 millioen en op do belastingen 92 millioen. Inhaling van den achterstand op de mo- nopolies acht spr. practisch buitengesloten omdat, het opium niet meer mag zijn de kurk, waarop onze belastingen drijven. Do heer Idenburg is van meening, dat het evenwicht in de financiën slechts zal kunnen worden teruggebracht door het in voeren van nieuwe belastingen. Sprekende over de mogelijkheid van be zuiniging, zegt de heer Idenburg, hieraan niet te gclooven. Er moet zijn een goede harmonie tusschen kunnen en willen. Wan neer men deze harmonie niet in acht neemt, zal men schijnbaar land en volk dienen maar bet harmonisch verband wordt ver broken. Sruis van meening, dat wij particulier kapitaal noodig hebben, en moeten trachten, dat tot ons te trekken. Ten aanzien- van de personeeluitgaven, herinnert spr. aan de mededee'ing, lat bin nenkort een voorstel zal komen tot verhoo ging der verschillende salarissen. Maar epr. vraagt zich af o£ het nu wel de tjjd is, tm to komen met definitieve sahrisverhoe- gingen nu men komt te staan voor 'er- mindering der middelen? Beter zou het zjjn, op net tegenwoordige salaris een duurte- bijslag te geven. Wat overigens deze sala rissen aangaat, deze acht spr. hoog genoeg. Naar aanleiding van de desbetreffende passage in het "Koloniaal Vera'ag over de inlandsche beweging, vraagt s re'.e; den Minister, hoe het destructieve element in die beweging is gekomen en ho3 zij ean anti- Nederlansch karakter heeft aangenomen. Sprekende over de c-ultureela ontwikke ling van lndië, zegt spr. er ook van over tuigd te z'u'n, dat deze wordt behesrseht door een groep van personen, misschien zelfs wel .door klasse-interesse- Het cultu reels contact van het Westen met het Oosten Is niet in liet voordeel geweest van "de zelfstandigheid van het Uusten. De inland sche beweging zal goede vruchten a£ kun nen werepn, wanneer zjj wordt gedraren door een religieus-nationaal karakter. En dit is. volgens spreker, het geval met da strcoming, welke van onderen af. ?an uit hel volk, komt. Do Minister van Koloniën, de heer DE GRAAFF, is van meening, dat de geheeie tegenstel'ing tusschen het groot- lcapitaalsbeiang en hei volksbelang geheel onjuist is. Spr. zegt overtuigd te zijn. dat het loonvraagstuk in lndië egn der eerste overwegingen zal zrjn van 'den nieuwen Landvoogd. Tea aanzien van het personee'vra-gstuk zegt de Minister, dat men zich vergist, in dien men denkt, dat het hier uits'uitend gaat om wat meer of minder salaris, of om vut meer of minder goede arbe'dsvoorwaar- den. 'Bjj de herzieningen van de salarissen zal de uiterste voorzichtigheid moeten' wor den betracht. In verband met de mo^il'ik'-elen heeft de Minister liet bes'uit genomen, binnenkort een commissie in te ste'len, om nem van advies te dienen bij het aanwe-ven van krachten voor Indische Stact'ambteo. Op de vrcag van den heer Van der Does 1 antwoordt de Minister dat het vraagstuk 1 van verbetering der pensioenen opnieuw een punt ven overweging uitmaakt bij de In dische regeering. Ten aanzien van den Vo'.ks-a"d zegt de Minister, dat hh' niet ongenegen is, wan neer de be'angen van liet land zich daar tegen niet verze'ten, don VoV'Tsad om advies te vragen Niet s'e'da ea'-t r kan da Volksraad voor "it weden gehon-d zonls bijv niet bü het Djambi-ontwerp. Indien de Minister dit ontwerp eerst om advies naar den Volksraad zou hebben gezonden,, vreest hij, dat het ontwerp zoodanig zou zijn opgehouden, dat het niet verder zou komen dan in het eerste Btadium van voorberei ding. Bestrijding van de kinderhuwelijken moet worden gezocht in verbetering van het zede- lfclheidsbewustzijn van het inlandsche volk. Voorts kan de Minister mededee'.en. dat de Indische regeering zich ten volle bewj3t is van den zedelijken plicht tot bestrijding van het opiumgevaar. Op de vraag van den heer Van der Doe3 om herziening van art. 123 van het Regee- ringsreg'ement (dat betrekking hotfft op 'de Christelijke zending) kan de Minister mede- deelen, dat dit vraagstuk reeda in het laatste stadium van voorbereiding verkeert. Ten aanzien van den ïinancieelen toe stand van lndië geeft spr. toe, dat er ean belangrijk tekort zal zijn, en 3pr. is het eens met den heer Idenburg. dat het evenwicht in de financiën niet verbroken mag blijven. In verband met dezen toeitand heeft de Minister in overleg met dei nieuwen Land voogd voorzieningen ge'roffen, welke te zijner tjjd bij de Kamer zuilen worden in gediend. Een dezer middelen zil zijn het zoo krachtig mogelijk aanpakken der ont ginning van delfstoffen Ook spr. is van meening. dat de voorstelen tot bestifirs- hervorming rekening moeten houden met de inlandsche beweging. De beraadslagingen worden gesloten. De begrooting, benevens de daarbij tehoorende ontwerpen, worlen z. li. s. aangenomen. De behande'ing -over de belastingwetten wordt Donderdag voortge-el. Do vergadering wordt geschorst tot Donderdag te twaalf uren. Vergadering van gistjren. Diploma veer ziekenverpleging- Aan de orde is het wetsontwerp tot wet- te'i ho bescherming van het diploma voor ziekenverp'eging. De algemeene beschouwingen worden ge opend. Mevr. GROENBWEG (S. D. A. P.) biengt hulde aan den Minister voor de indiening van dit ontwerp. De bedoa'ing daarvan is goed. Spr. had gaarne tavena ingesteld ge zien oen Staatsd'p'oma. D-arvoor ii nocdig de regeling van de opleiding. Dit ontwerp gaai in deze richting. Het wil nu zorgen, dat de goede van de mind°r geechoo'de zjjn te onderscheiden. De umform biedt geen waarborg voor bekwa-mheid. Spr. wil oen algemeene Staat-rege'ing met een dploma, waarop aangeteekend wordt in welk? onder deden de verpleegster zich bijzonder heaft bekwaamd. De krankzinnigenverpleging wil spr. af zonderlek houden. De heer SCHEURER (A.-R.) juicht het ontwerp toe. Spr. is tegen een Staatsdiploms, want de weg der Staatsbemoeiing is ebn weg, die vèr kan voeren, en niemand weet waar heen. Dit wetsontwerp bevredigt spr. geheel en al en hji hoopt, dat de Minister geen andere richting zal insr'aan. Spr. moet er nog tegen opkomen, dat het verp'egen een vak zou zijn. De Minister moet niet te veel naar de Vereenig'ng „Nosokomo luisteren, want d.ut is slechts een betrekkelijk kleine vereeniging. De heer VAN RAVESTEYN (C. P.) kan het ontwerp niet zoo toejuichen. Het gaat z. i. niet een goede richting uit, ómdat het niet leidt tot Staatsbemoeiing met de oplei- ding. Spr. zet uiteen, dat er in de religieuze verpleeginrichtingen groote miss'anden be stsan. hetgeen door den Min'ster is erkend. De verplegende staan over het algemeen op te laag peil, zoodat zij niet voldoen aan de eischen van „Nosokomca", die een volledige opleiding bevat. Spr. wenscht een alge meene volledige opleiding met een algemeen diploma met aanteekeningen voor sueci le vakken. Alleen dan zal het vak verbeterd worden. (Applaus op 3e publieke tribune, waar eenige verpleegsters zitten). De VOORZITTER zegt, dat hij geen tee kenen van goed- of afkeuring toelaat. Wan neer er weer eenig teekea gegeven wordt, zaï hij de tribune laten ontruimen. Do heer KETELAAR (V. D.) betoogt, dat het hier gaat om de belangen der pa tiënten. De opleiding der verpleegsters deugt niet en spr. vraagt den Minister te begin nen aan de voorbereiding van een vak school. Hij betreurt het, dat de Minister nu ai niet verder is gegaan. De heer VAN DER BILT (R.-K.) juicht het ontwerp toe, dat hjj in het belang der volksgezondheid acht. Van een staats-examen is' hij geen bewonderaar, en zeker niet voor dezo opleiding. De opofferingsgezindheid is hier een factor, die niet over het hoofd dient gezien te worden. De lieer SCHOKKING (C.-H.) verweert zich tegen enkele uitlatingen van den heer Var. Ravesteyn over de prestaties van de religieuze stichtingen. De eischen, die de heer Van Ravesteyn wil stellen, zijn veel te hoog. Als daaraan wordt voldaan krrjgt men geen verpleeg- .vtorz maar wel doctoressen. De Minister van Arbeid, "Me heer AAL- BERSE, danKt voor de instemming, die zjjn ontwerp beeft ontvangen. Hij heeft vastge houden aan het stelsel van twee diploma's, omdat de verpleging van zieken en van- krankzinnigen zeer verschillend is. Als de Kamer zou uitspreken, dat zij één algemeen diploma in dit ontwerp wil, zou spr. op verdere behandeling van dit ontwerp geen prjjs meer stellen. Spr. wenscht niet ver der in te grijpen in de opleiding dan noo dig is. Met de gevoelselementen, die bjf de keuze van het beroep voorkomen, dient steeds rekening gehouden te worden. Verder gaan dan dit ontwerp doet is voor het ver- krijgen van deugdeljjke waarborgen niet noodig. De algemeene beschouwingen worden ge sloten Art. 1. De heer KETELAAR (V. D.) stelt een amendement voor, om te bepalen, dat iedere verpleegster, die in het bezit van diploma A is, 'teven? de bevoegdheid tot kraamverple- ging bezitten moet. lie heer KRUIJT (C. P.) verdedigt het amendement om één algemeen diploma in te voeren. Hij i-. niet bereid dat in te trek ken. al dreigt de Minister met intrekking van het ontwerp. Be heer SCHEURER (A.-R.) ziet het nut van het ame.-.dement-Ketelaar niet in. Prac tisch zullen aanteekeningen voor onderdeelen de gewenschte eix-hen vervullen. Mej. GROENEWEG (S. D. A. P.) ontraadt het amendement Kele aar, dat de opleiding der verp eegcLrc nodeloos uitbreid:, De MINISTER blijft het amendement- Kruijt onaannemelijk achten. Spr ontraadt het amendement-Ketelaar, dat overbodig i3 en de opleiding bemoei lijkt liet amendement-Krurjt wordt verworpen met 64 togen 1 stom; het amendement-Kete laar wordt verworpen met 55 tegen 8 stem men. Het ontwerp wordt goedgekeurd. Tabaksaccijns. Voortgegaan wordt met het wetrontwerp tot heffing van een tabaksaccijns. Art. 1. De heer VAN DE LAAR (C. S.) verde digt zijn amendement, om den accijns alleen van sigaren en sigaretten te heffen, en dus niet van tabak, zoowel rooktabak als pruimtabak. Spr. wil bet pijpje tabak van den kleinen man niet belasten. De Minister van Financiën, de lieer DE VRIES, zegt, dat dit amendement de gan- scbe wet verandert. De Regeering kan dit amendement niet aanbevelen. Onjuist is het, dat al.een de kleine man een pfcpjo rookt. In don laats.en tij 1 i; de mid denstand veel meer aan het pijprooken ge gaan, terwijl in arbe derskriagin veel siga retten worden gerookt. Sp\ schat de ver mindering van da opbrengst ook door de fraude, dio er het gevo.g van zal zjjn op vele mil li o en si). Bovendien zon men van de rooktabak sigaren en sigaretten gaan maken. Het amendement is onaannemelijk voor de Regeering. Het amendement-Van de Laar wordt ver werpen met 43 tegen 18 stemmen. Artt. 16 worden goedgekeurd. Art. 7. De heer DECKERKS (R.-K.) verdedigt een amendement, om te bepalen, dat de si garen ook stuksgewijs van een zegel kunnen werden voorzien. Hij meent, dat daartegen geen bezwaren bestaan, en dat het den han del zeer za! vergemakkelijken. De heer I. TER LAAN (S. D. A. P.) voorziet veel fraude van dit stelsel, dat de heer Deckers wil, omdat er met de bande rollen geknoeid zal worden. De MINISTER heeft in principe geen be zwaar tegen dit voorstel en ziet bet bezwaar, van den heer Ter Laan niet zoo ernstig. Hij is bereid het over te nemen. Het artikel komt in stemming; 37 voor en 11 tegen, zoodat het vereischte getal leden niet meer aanwezig is en de vergader.ng wordt verdaagd tot Donderdag elf uren. GEHUWD: R. J. Prins jm. en L. M. Paardekooper jd. C. H. D .v. Munster jm. en W. M. Nieuwen burg jd. P. G. de Klerk jm. en L. v. Schaiek jd. J. Dietz jm en S. M. Karstens jd. P. J. Cornelisse jm. en H. A. Haverkamp jd. J. J. Snik jm. en G. A. W. Baart gesch. W. Stikvoort jm en S. N. M. Jansen jd. C. Ouwehand jm. en S. Masurel jd. G. Tierolf jm. en M. J. v. Houten jd. H. D. Tïsseur jm. en J. Vervark jd. J. G. Bink jm. en C. J. G. Abrahams jd. L. de Haan jm. en E. J. v. Schoonderwoerd den Bezernef jd. H. v d. Linden jm. en A: Punt jd. P. Bernard jm. en H. J. Verwey jd. H. C. L. Fruchten jm. en T. Owel jd. P. J. v. Host jrn. en E. M. Schouten jd. T. P. v. cl. Schaaf jm. en J. E. Gramsma jd. OVERLEDENJ. Rijnsburger Z. 7 m. - H. Keijzer Z. 11 m. G. v. Duij-n D. 17 ra. W. J. Holswilder Z. 5 m. C. M. Dreef D. 1 jaar. L. P. v. Es M. 59 jaar. D. v d. Blom Z. 3 rn. J. Staffeleu wed. Wagemans 90 j. M. W. Gans gcsch. vr. 49 j. C. Ligtvoet D. 1 m. A. Roelofs D. lm. G v. Trietv. Egmond V. 38 j. A. C. E. Steur D. 51 j. G. C. v. Suil Z 59 j. J. Ligtvoet Z. 1 j. A. M. M. v Steijn D. 14 j. C. van den Broek— Verkruissen V. 75 j. P. Fl and rijn M. G5 j. A. Nijösen—v. Straalen wede. 81 j. J. Link 7f. 6 m. P Z. Kriek wedr. 74 j. M H. Knotter Z. 2 w. M. Proote M 82 j. P. Morouw D. 12 j. A. v. Andel Z. 3 j. J. D. Kukler Z. 6 m. J. Kokkedree M. 59 j. VOETBAL. Het Nedcrlandsche Elftal. Het schrijven van de Noorlel 'ke speiere Bulder en Van Linge is door het Bonds- bestuur naast haar neergelegd. Het gevoijj is dus. dat deze beide spe ers niet in ons nationaa. elftal zullen uitkomen. Tot centre half is gekozen J. M de Korver van Sparta, terwijl als linksbinnen voorloopip gekozen is H. Delsen, van Ajax. Deze keuze is e;hter niet definitief. Het Nederland-che elftal zal earit in zijn geheel worden samengesteld na den wedstrijd van Zondag a.s. Zooais vermeld was. zou het ünhnga samengestelde Nederlandsch Elf'al gister n, Woensdag, oefenen op het H. V. Y.-terrein in Den Haag. Het „Vad." is daar 's middags eens een kijkje gaan nemen, en wat bleek? Om 2 uur was er niemand, om kwart orer drie De Kesslere en Camipioni. Van de commissie was eveneens niemand aanwezig. Lij onderzoek bleek zelfs, dat geen der leden van de oefining op de hoogte was gebracht. Slechts één van hen, de heer B'.öte, die deze oefening zelf had uitge schreven, wist er natuurlijk van af, maar ook hij was absent! Wel een droeve hoogst droeve toestand dus! Iloe men op een dergelijke manier ret elftal tot een eenigszins dragelijk geheel wil maken, is ons volkomen duister. Wij gaan dan ook hee'.emaal mee met de verzuchting van het „Vad.", dat zegt: Het wordt inderdaad al te gek, èn wat de N EO. betreft èn wat de oefeningen der spelers aangaat! Vergadering van gisteren. Indische Begroeiing. Na de pause vraagt- de heer VAN KOL (S. D. A P.) in verband met het groote tekort op de Indische begroeting, waar al dio Indische schatten zijn gebleven. Hij hoopt, dat de Minister hem dan zal begrij pen. Vervolgen.-:. de verhouding van. den Minis ter tot de Indische 'regeering besprekend, vraagt de heer Van Kol, of beperking van de buroauoratie is te verwachten. Spr. brengt hulde aan den afgetreden Gouverneur-Generaal voor diens gevolgde politiek. Ten aanzien van de bestuurshervormlng vraagt spr den Minister, of spoedige over eenstemming is te verwachten tusschen do voorstellen van dón Minister en de ideeën belichaamd in het herzicningsrapport-Car- p en tier Al ting. Zoo niet. dan vreest spr., dat binnenkort de revolutie in lndië zal uitbreken. Hot In dische volk wenscht meer bevoegdheden door den Volksraad. Voorts wil spr. vragen, of spoedig de in stelling mag worden verwacht van de com missie, die het moeilijke vraagstuk zal heb ben te onderzoeken, welke kiesstelsel in IncEö gevolgd zal moeten worden. Altijd wordt gezegd, dat de inlanders nog niet rijp zijn voor eigen bestuur, maar dan wil spr opmerken, dat hun de gelegen heid tot rijp worden voortdurend is ont houden. Spr. wil echter aandringen op spoed met 'de ontwikkeling van het Indische volk, want. indien deze medewerking te laat kcont vreest epr., dat, hij toenemende macht der inlanders, dezen zullen trachten zich ge heel van Nederland los te maken. Waar da inlander is een gevoelsmensch, zal een uit lating, dat hij nog niet rijp is, nog jaren lang in zijn gemoed blijven nawerken. Concludeerende, zegt spr., dat wij thans voor do vr^av komen te staan, hoe wij zoo spoedig mogelijk het Nederlandsoh bestuur over inciie Kunnen wegnemen. Als laatste punt wil de heer Van Kol spreken over de verhouding van onze Re geering tot den Volkenbond. Hij bepleit opheffing der rassenverschil len in lndië en voorts-opneming van lndië in den Volkenbond. Met kracht dient, vol gens spr., te worden aangedrongen op een opium verbod. Ook is de hejr Van Kol van meening, dat. de arbeidswetgeving in lndië moet worden veranderd in aansluiting met de hesluiten van de conferentie to Washington. Do Minister zal toch wel niet van mee ning zijn, dat de bestaande koelie-contrac ten kunnen worden gehandhaafd vraagt •preker Sprekencse over de Sarokat Islam zegt de heer Van Kol, dat dit lichaam reecb veel goeds heeft gedaan. Indien men echter deze beweging met prikkelende maatregelen tracht togen te werken, vreest spr., dat zij daardoor zal worden gedreven in de armen van het bolsjewisme, en hij hoopt, dat de bevolking hiervoor bewaard zal blijven. De heer VAN SWAAY (R.-K.) bespreekt het recht var opsporing on concessie van delfstoffen. Hij ontkent het recht van den Minister om aan do wijziging van de Mijnwet terug werkende kracht te verleenen. Rechten, die do wet eenmaal verleend heeft, kan de Minister niet terugnemen. Do heer IDENBURG (A.-R.) wil spreken over het verbreken evenwicht tusschen do gewone ontvangsten en do gewone uit gaven. Op don gcw-onen dienst was er in 1920 een tokort van 160 a 170 millioen. Het is mogelijk, dat de ontvangsten in 1921 nog wat meer mUen vallen, maar een groot tokort zal er toch blijven. Spr. aarzolt evenwel niet te zeggen, dat het financieel beleid van lndië voor den oorlog groote soliditeit heeft getoond, om dat men de tering naar do nering w.ist te zetten. Na den oorlog is dat andere gewor den en is de financieele toestand van lndië minder bevredigend H§t groote deficit op de begroeting is, volgens spr., ovenwei niet zoozeer to wijten aan do grootere uitbrei- j—max -rn -.cr- -iintnMami Door Henri Ardell. Naar hel Fransch. (Nadruk verboden). 33) Stilzwijgend zijn wij onze straat opge- loopen. Ik weet niet hoe de overdenkingen van Madeleine waren, maar cfe mijne wa len niet vroolijk. Ik dacht, dat tante mij heel Biecht opgevoed zou vinden, dat het haar spijten -zou mij te Parijs te hebben laten komen; dat Guy ontevreden zou zijn en mijn vriend niet zou willen blijven, omdat hij mij eon dom wozen vond, dat nergens goed voor was dan maar weer naar haar Bretagne te worden terugge stuurd.In één woord, ik was in zak eu asch, tóen ik liet salon binnentrad, bege leid door mijii twee lijfwachten, gelijk een gevangene tusschen twee veldwachters Tanto Guy, Charlotto en Pierre zaten bij de kachel te praten. Toen zij ons hooi* den keken zij om en Guy riep uit: ,,Ac3t, hemel, wat is er gebeurd? Jullio ziet er zoo somber utt !M Madeleine, heel edelmoedig, zweeg. Toen öm mij niet lafhartig te toonen, riep. lk Uit: ,,Dat komt, omdat ik een domheid be gaan heb" ,,Wat dan? Vertellen!" riepen ze allen to gelijk en zij keken of zij iets amusants Tmvachtten. ,,Kijk maar niet zoo verrukt! Over twee ilLMJ—■flI'MBIlllllllll I II M—aa—B3* IMH. I. I minuten zult u net denken als Madeleine en u zult op mij knorren". Ik heb mijn verhaal gedaan maar hoe verder ik vertelde, hoe hartelijker zij lach ten, zoodat hun lachen ook mij aanstak. Zij waren niet booj op mij en In mijn vreugcio van mijn angst bevrijd te zijn, heb ik aan Madeleine gevraago\ terwijl ik haar om den hals viel „Madeleine wees niet ontevreden over mij IJc zal voortaan de vrouwen altijd laten staan, al hebben zij kinderen-op dein arm... omdat dat nu eenmaal moet" 30 November. Charlotte is getrouwd'!Charlotte is zooeven voor htet diner overt rokken En nu is zij alleen met haar man op reis. Wat moet zij een vertrouwen in hem heb ben, om zoo wog tc gaan, zonder vreezen, al haar familie achter te laten, en des avonds nog wel te vertrekken!Welnu, zij zag er volstrekt niet uit of zij bang was Integendeel. Hoe jammer, dat deze clag nog gauwer omgegaan is don andere dagenDe mor gen vóór twaalven fo omgevlogen met een duizelingwekkende snelheid, na een aan- doenliike soëne aan het ontbijt, omdat Ohar lette de opmerking maakte, dat het Piaar laatste maaltijd als jong meisje was. Toen ik zag, dat tante zeer aangedaan was, boog ik naar haar toe, om haar een kus te geven maar te snel: ik gooide mijn chocolade om Dat heeft ons allen weer wat 'hersteld. Daavflhboven, wij hadden geen tijd om 'ons aan ons gevoel over to gevenwij moeMon ons haasten om vóór twaalven klaar te zijn. En op het bepaalde uur was Charlotte niet klaar. Pierre maak te zich zenuwachtig voor de gesloten deur en vroeg iedere minuut weer: „Kan ik nog niet binnenkomen?" En altijd antwoordde tante onmeedoo- gend: „Neen". Toen zette Pierre zijn wandelingen heen en weer maar weer voort en gaf Guy, die hem aanried kalm te zijn, met een dwaas glimlachje ln zijn knevel ten antwoord1: „Ik wou jou wel cena zien, als je in mijn plaats was. Ik weet wel zeker, dat je ook niet zou uitmunten door geduld". Eindelijk is die vreeselijke deur openge gaan tante kondigde nan: „Pierre, jo vrouw!" En Charlotte trad de zaal in, vol rnenschen en bloemen. Zij was gelijk een geestverschijning in al het wit van haar sluier, haar satijnen japon, haar kanten, haar oranjebloesemMaar ik heb haar niet op mijn gemak kunnen beschouwen, want Guy kwam mij zeggen: „Kom. we moeten weg, het is onze beurt, het is tijcljj' Wij stegen in zijn coupéfcje, dat ik al her kend zou hebben aan het reukje van heel fijne sigaron, dab er zweefde, en zich ver mengde met den heerlijken geur van mijn bouquet, dien hij mij gegeven had. Ik vond dien bouquet zoo beeldig, dat- ik het niet kon uithouden en ik heb er een kus op ge geven, terwijl ik deed of ik rook aan de bloemen. Maar Guy merkt alles op en hij vroeg glimlachend, zonder mij uit te lachen .„Waorom kus je je bloemen?" „Om ze te bedanken, dat ze zoo mooi zijn I Ik wou er inijn heele gezicht wel insteken, zo ooi s ik heelemaal in de corbeilles met heliotroop van den armen kapitein kroop, toen ik nog een heel klein kind was. Dat vond ik zoo heerlijk, dat ik pas ben opge houden mij dat genot te verschaffen, toen ik begreep dat ik mijn dierbaren bloemen kwaad deed." „Dat is heelemaal mijn kleino koningin netje waardig. Kom, we moeten uitstappen wii zijn er." Er waren al heel wat familieleden en ook officieren, vrienden van Pierre. Eindelijk, na verloop van eenige minu ten, kwam Charlotte op haar beurt bin nen. Zij klom de trap van do kerk op aan den arm van een ouderen lieer, versierd met ridderorden, een oom van gewicht. Zij trad de kerk biDnen, wij alien achter haar aan, als een kudde; maar een kudde, ds moeite waard om te bekijken, als ik moet oordeel en naar do menigte blikken, die op ons geslagen werden, terwijl wij voort liepen op de muziek van een triomfmarsch, naar het altaar, schitterend en met bloe men versierd als eon rust-altaar. Do plechtigheid begon. Bij de minste be weging van Charlotte schoten tanto en do kerkdienaars toe, om haar sluier to schik ken. Tante had niet meer haar vroolijk ge zicht van gewoonlijk, maar een ander, heel ernstig gezicht, en nu en dan drukte zij haar zakdoek heel vlug op haar oogen. In dien Charlotte er niet steeds stralend had. uitgezien, zou ik per slot van rekening ge- loovcn, dat het huwelijk oen vreeselijk avontuur is. De bisschop, dio het huwelijk inzegende, scheen ook te zoggen, dab heb lang niet altijd een vroolijko geschiedenis is Gelukkig, sedert ik zie hoezeer me vrouw Morgan© mij op dat punt wat heeft wijs gemaakt, ga ik omtrent deze kwestio niet meer af op de meening van menschen van rijper leeftijd on zelfs niet van oud a menschen Ik denk als Charlotte, dat het heerlijk is altijd iemand bij je te hebben, dia dol op je is, dio alles goed vindt wat jo ckoet en wat je zegt zoo is Pierre met Char lotte waarmee men kan praten, wande len, muziek maken, dansen Het is heel slecht, en mijn geweten is er zeer door bezwaard, maar de preek van. Mgr. Deronis bracht mij in. allerlei wereld- sche overpeinzingen En dan dio bloe men, die toiletten, die menigte menschen maakten, dat ik heelemaal niet het gevoel had in een kerk te zijn on mijn geest draaf de, galoppeerde door ik weet niet welk too- verland Ik dacht, dlat als ik ook eens getrouwd was ik niet meer beknord zou wordenik alles zou kunnen doen wat ik: wou. Vader, mijn lieve vader, zou altijd bij mij zijn Wij zouden mevrouw Morgane er gens laten waar zij zelf het liefst wou, als heb ten minste maar niet in onze onmiddel lijke nabijheid was. En wij zouden heel ge lukkig zijn, met Yvcs en Corentin Ik zag een knappen jongen man, een soort als Guy, dio mij kwam zeggen, dat hij ver rukt zou wezen, als hij mij tob vrouw had. Hij sprak met mij Ik-maakte voor den vorm plichtplegingen Het was heer lijk! Daar kwam iemand vóór mij staan. Het was niet een schoon jongeling, maar wol de kerkdienaar, die vo<xv mijn bidstoel kwam staan en een diepe buiging voor mij maakte. H^ordt- vervolgd.!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1921 | | pagina 5