No. 18643
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 11 December,
Tweede Blad. Anno 1920.
TWEEDE KAMER.
LAND- EN TUINBOUW.
FEUILLETON
IN ONZE STRAAT
(U BUITENL. WEEKOVERZICHT.
'4 Is goen week van groot gebeuron, die we
achter den rug hebben, althans voor zoover
daarover nu roeds. is te oor doelen Vaker is toch
al voorgekomen, dat later kleine foiten groote
gevolgen bloken to hebben. Misschien komt
daarvoor de uitslag van het in Griekenland ge
houden plebisciet over den terugkeer van Kon-
stantijn in aanmerking, de tijd zal het leeren.
Met dit plebisciet is het overigens verloopen,
gelijk niet anders to verwachten meer was. Met
overweldigende meerderheid heeft het Griekscho
volk zich uitgesproken voor don vroegeren koning
dio nu volgende week bejtibeld en gelauwerd op
enthousiaste manier, zooals do Grieken dat ver
mogen trots do eigenaardige manier, waarop zo
hun grootc mannen behandelen, wol zijn joyeuse
rentrée in Athene zal maken. De geallieerden
denken or immers niet aan, om hem den terug
keer te beletten. Alleen: land on volk zullen dc
gevolgen tc dragen hebben van de getroffen be
slissing. Er hebben geruchten geloopcn, dat
Konstantijn do geneugten van» de hartelijko ont
vangst zou willen smaken om dan heen te gaan
ten behoeve van prins George, maar die geruch
ten zijn reeds gelogenstraft. Konstantijn heeft
tijdens hot verloop der geheele kwestie nimmer
ook maar eenig blijk van tot zulk een opoffe
ring bereid te kunnen zijn gegeven en men
mag veilig aannemen, dat hij ook nimmer daar
toe bereid zal zijn tenzij harde noodzakelijk
heid hem daartoe noopt. Hij dreigt voor het
Grieksche ^olk een rampspoed te worden, waar
van de omvang nog niet is te voorzien. Het psy
chology be moment van zelfopoffering is toch
bij do teiugkomst te Athene gekomen. Mist Kon
stantijn dan den moed, om ten bate van het
Griekscho volk eigen roem en macht te offeren
vp Jmt altaar der vaderlandsliefde, en wie ge
looft nu nog ernstig, dat bij daartoe in staat is?
dan is het te laat voor zulk een geste. Wan
neer eenmaal de steen aan 't rollen is gebracht,
die leiden moet tot een herziening van hot Vre
desverdrag van Sèvres, beter gezegd tot het ver
lies door Griekenland van Smyrna etc. dan zal
er gee*i stoppen meer aan zijn. En hard gaat
het die richting uit. Engeland mag er momenteel
nog niet zoo veel voor voelen, waar bij herzie
ning ook hetgeen John Bul'l heeft ingepalmd
van d<_ Turksche nalatenschap in 't gedrang kan
komen, do Fransohe politiek stevent welbewust
die richting uit, door Italië gesteund. Dat is dui
delijk gebleken uit do verklaringen, zoowel door
Gouraudv den Franschen leider in 't Oosten als
door den premier Leygcs afgelegd. Bovendien
schijnt Moestapha KemaJ, de leider van het
Turksche nationalisme ^ïiet koud te blijven voor
het „liebaugcln" van Marianne.
Konstantijn sohjjnt nog te hopen, dat^ do ge
allieerden van hun plannen tot herziening zul
len afzien om tweeërlei redenen. Je omdat hot
Grieksche leger niet vrijwillig uit Smyrna ftal
worden teruggenomen, welke reden daarom
mank gaat, omdat Griekenland daartoe van zelf
gedwongen zal worden wegens het niet beschik
ken over de middelen, om het er te handhaven
!e ie omdat bij een Grieksch faillissement do
entente -elf de schadelijke gevolgen zou onder
vinden. Dat op 't oogenblik Duitschland iets
voor Griekenland zou kunnen doen, aangeno
men, dat het dat wilde, is te absurd om een
oogenblik au serieux to worden gonomen. De
laatste reden heeft op 't eersto gezicht iots aan
nemelijks, maar bij nader inzien wordt het toch
hoogst twijfelachtig. Zal hot Grieksoho volk,
s'raks staande voc een cconomisohen onder
gang, niet do reddende hand dor geallieerden
aanvaarden, mot opoffering daarbij van een ko
ning, die zulk een gevaarlijke proefneming
waagt ten koste van, het land, waarvan hij de
ee ete dienaar is?
Maar verdiepen we ons niet vorder in wat ko
men zal en keeren we terug naar het verleden
dor afgeloopen week. Dan zien we, hoe de nog
niet eene oovestigdo Volkenbond; waarvan de
muren nog nooit zijn gevoegd, op do proef is
gesteld en voorloopig die proef heeft doorstaan.
Wat is het geval Men weet, hoe van verschil
lende rijdtfl. amendementen waren ingediend op
het statuut van den bond met de bedoeling, den
bond h~t entente-karakter, dat ongetwijfeld
thans nog er op rust, zoo al niet direct geheel
te ontnemen, dan toch te verminderen en
zoodoende inderdaad het statuut belangrijk te
verbeteren ton bate van het algemeen. Men weet
ook, hoe ter vergadering te Geneve voor een di
recte behandeling dezer amendementen niet veel
werd gevoeld onder entente-pressie en besloten
werd, de behandeling op te schorten tot de zit
ting van het volgend jaar. Daartegen is Argen
tinië in opstand gekomen en toen het zijn zin
niet kon doordrijven, heeft het zich teruggetrok
ken, blijkbaar van plan straks het lidmaatschap
op lo zeggen. Een Ogenblik heeft het gespannen
door deze demonstratieve daad, maar gelukkig
is ingezien, dat oen volgen van Argontluiö's
voorbeeld onmogelijk zou kunnen leiden tot
goedo gevolgen voor de monscb-heid. die den Vol*
konbond dan tooh tenslotte wil dionen. Gp 'i
oogenblik is Argentinië alleen gebleven, maar,
gezien de stemming in Zuid-Amerika, is nog
lang niet zeker, dat het dit op den duur zai blij
ven. 't Zou wel bedroevend zijn, aldus gehoel
Amerika zich te zien afwenden van den Volken
bond. In Noord-Amerika juichen de tegenstan
ders al: zie, daar begint de uiteenvalling reeds.
Moge dit juichen te vroeg blijken.
Uit den aard der zaak heeft Argentinië in
Duitschland een goedo pers, doch veel belang
stelling kan in onzen oostolijken nabuurstaat
voor dergelijke dingen thans niet overschieten,
gelet op do moeilijkheden, waarin het inwendig
verkeert. Een kabinetscrisis is weliswaar afge
wend, doch elk oogenblik kan een dergob'jko
crisis zioh herhalen, waar de kwestie met de
rijksambtenaren, al heeft de rijksdag tenslotte do
regeeringsvoorstellen aangenomen, daarmee niet
van dc baan is, do sroorwegmanncn nog volgen
met dito eisohen en wie woet, wat dan nog
verder. Het totale landsbelang is iets, wat door
een categorie niet meer wordt gevoeld, voor zoo
ver het eigen belang betreft, schijnt hot. Het
zelfde verschijnsel ziet men in Oostenrijk, waar
een staking van regeeringspersoneel de heele
maatschappij dreigt te ontwrichten, wat in het
rampzalig overschot van het vroegero machtige
keizerrijk niet zoo moeilijk is te bewerken. Is dit
ovcrsohol nog wel levensvatbaar? Do entente wil
het met alle geweld, maar daarmeo is nog niet
gezegd, dat het dit ook werkelijk is. De presi
dentsverkiezing, pa9 achter den rug, geeft ook
geen beeld van de juist momenteel zoo hard
noodige eendracht en eensgezindheid. Als een
soort compromis tusschen ohristen-socialislon en
Groot-Duitschers, de sooialiston waren zolfs tot
eenig compromis niet bereid, is gekozen een
outsider: een knap kamer-econoom weliswaar ie
dr. Hanisoh, maar of hij hot steeds meer vast
rakend regëeri»gskarretjo aan den loop zal
kunnen houden....
(Zitting van gistermiddag.)
Regeling van werkzaamheden.
De VOORZITTER stelt voor na de tijde
lijke voorzieningen voor mi.itie en landsterm
te behandelen Hoofdstuk VI, Dinsdagavond
te behandelen Hoofdstuk X en Donderdag
avond Hoofdstuk VIIB.
De heer TEENSTRA (V.-D.) wenscht
Hoofdstuk X in dagvergadering te behan
delen.
De VOORZITTER zegt dat het onmoge
lijk is de zaken zóó te regelen dat aan alle
wonschen wordt voldaan.
De heer TEENSTRA (V. D.) stelt voor
Hoofdstuk X in dagzittingen te behandelen.
Dit voorstel wordt verworpen met 43 te
gen 20 stemmen.
Tijdelijke voorziening Militie en Landstorm-
Voortgegaan wordt met de watsontwerpen
tijdelijke afwijkingen van de Militiewet en
Landstormvoorzieningen. Tevens is aan de
erde de motie-K. ter Laan 'tot afschaffing
van het vestingstelseL
De algemeene beschouwingen worden voort
gezet.
De heer OUD (V.-D.) betoogt dat de sterk
te van het leger altijd hetzelfde blijft. Het ia
thans 11 lichtingen van 23.000 man, het
wordt volgens dit voorstel 20 van 13.000
man. In spr.'s stelsel is 't 6 van 40.000
man. Spr. wil het meer in de breedte dan
in de diepte zoeken. Van de vooroefeningen
verwacht spr. niet veel als de kans op vrij-
loten blijft.
Hel stelsel van den Miüister kan tot
zuinigheid leiden, maar spr. is er niet ge
rust op dat dit zal geschieden, want hij voor
ziet een duurdere technische uitrusting.
Uitvoerig verdedigt hg zijn standpunt in
zijn motie uitééngezet.
De heer KRUYT (C. P.) verdedigt het
standpunt der communisten. Hij zet uiteen,
wat liet roode leger in Rusland eigenlek i9.
Het is geen militairisme; het heeft ook niets
dan overwinningen behaald.
De heer DE MURALT (U. L.): En in
Polen dan
De heer KRUYT (C. P.): Dat was geen
echec en geen overwinning. Het volk Ii9eft
er geen revolutie gewenscht en dat wel om
dat de entente het volk heeft zoet gehouden,
en allerlei dingen heeft gezonden naar Po
len, zooals Kwatta-reepen, sigaretten, spe
nen en zuigflesschen. (Groot gelach).
Spr. betoogt dat de socialisten hun af
komst zijn vergeten. Zij doen even hard mee
aan het militarisme. Alleen spr.'s fractie is
in staat om zich te verzetten tegen elk voor
stel op militair gebied, omdat zgn fractie
zich alleen tegen het railitairisme verzet.
De heer RUTGERS (A.-R*) herinnert aan
de internationale positie van ons vaderland.
De hoop op dep Volkenbond acht hij ge
ring, wanneer hg de zucht tot opdrijving van
de militaire voorbereidingen overal ziet. Die
algemeene toestand moet Nederland doen in
zien, dat van beperking van de weerkracht
geen sprake kan zijn.
Wat nu het ontwerp betreft, het is de
vraag of deze beperking voor één jaar geldt,
dan wel of het antecipeert op definitieve be
perking. Spr. vindt het zonderling, dat men
eventueel geen vermindering wil maar toch
tijdelijk vermindert. Dat is niet aannemelijk.
Het bezwaar is voor spr. weggenomen door
door de toevoeging, die de Regeering heeft
gegeven, dat dit ontwerp 1 September 1921
ophoudt tc bestaan als niet vóór dien lijd de
definitieve regeling is gegeven. De jongelui,
die in 1921 vrij loten, weten dus dat zjj
kans loopen alsnog opgeroepen te worden.
Op belangrijke punten is men reeds tot
overeenstemming ten aanzien van het defeu-
sievraagstuk gekomen in de Kamer. Hg üit
gaarne de hoop dat dit zal gelukken, ook
op andere punten.
Vervolgens bestrijdt hij de houding der
sociaal-democraten.
De heer KOLTHEK (C. P.) betoogt, dat
dit ontwerp niet tegen het militairisme gaat.
Het tweede ontwerp is zelfs een uitbrei
ding daarvan. «Het doel is alleen om de
politieke en sociale resolutie te keeren, met
behulp van de sociaal-democraten.
De heer BOMANS (R.-K.) acht het niet
gewenscht zijn plannen te verdedigen, om
dat dit plan slechts een tijdelijk plan is. Hij
sluit zich in het algemeen bij dat plan aan
aan en betreurt het alleen, dat het nu pas
komt.
In dit wetje ziet hij veel goeds, vooral
omdat het contingent verkleind wordt en
het blijvend gedeelte verdwijnt. Hij hoopt
dat het tijdelijke straks blijvend zal wor
den. Wie beperken wil en wie eventueel
nog verder wil gaan, kan het plan steunen.
Zij die er tegen gaan, willen uitbreiding of
handhaving van het bestaande. Het voor
stel acht hg een gelukkigen greep.
Vervolgens bestrijdt liïj den heer de Mu
ral t zijn enkele punten.
De heer VAN ZADELHOFF (S.-D.) ver
dedigt zijn partij tegen de aanvallen' daar
op gericht dbor verschillende leden.
Hii verklaart zich vóór het eerste ont
werp, omdat dit beperking geeft. Tegen
het tweede ontwerp is spr. natuurlijk gekant,
gelijk hij is tegen het wetsontwerp van licha
melijke opvoeding, gisteren ingediend. Een
sympathieke zaak zien wij in d.t laatste ont-«
werp bederven, door het te gebruiken als
basis voor het militairisme. Spr. betreurt
het, dat het tijdelijke karakter beperkt wordt
tot 1 September 1921.
Zijn partijgenooten in Bolgië verdedigt
hij nietde oorlogspsychose heeft allen nog
beet.
Hij stelt een amendement op art. 2 voor
om den datum van 1 September 1921 te
schrappen.
I>e heer MARCHANT (V.-D.) critiseort
de motie-Ter Laan tot opruiming van het
vestingstelsel, welke op zichzelf goed is,
maar met de ontwapening niets te maken
heeft. Dan had de heer Ter Laan beter kun
nen voorstellen om bijv. alle mitroillours
af te schaffen.
Hij wijst clan op de gevolgen van ont
wapening de houding der- mogendheden
zou tegenover ons daardoor geheel veran
deren. De internationale arbeidsorganisa
tie biedt, geen volgenden waarborg. Wijst
men op België, dan zegt de heer Van Zadel-
hoff daarvan maar ik mij losmaar dat
gaat niet omdat het een internationale zaak
1 is. De leuze van ontwapening beteekent
voor Nederland alleen niets.
De moeilijke vroag is wat er nu wel moet
gebeuren. Een politieleger acht spr. niet
aanbevelenswaordighet kamt neer op een
klein beroepsleger. Spr. bestrijdt de opvat
tingen van den heer De Muralt.
Een volmaakt leger kan men wel ver
krijgen, alleen reeds omdat, het te duur is.
Als eenige oplossing moet men komen tot
verwezenlijking van do denkbeelden door
den heer Oud uiteengezet. Geheel nieuw zijn
ze niethet zijn dezelfde denkbeelden van
Jaurès en van Thomson en als door kolo-
nel von Schmidt aangegeven.
Het stelsel van den Minister verlaat den
ouden weg en zal meer en meer dwingen
om in do richting vaa> hot stelsel-Oud te
gaan. De hoofdzaak van een weermacht is
de oorlogssterkte en die is bij het stelsel-
Oud gelijk aan die van het stelsel van den
Minister. Maar eer fout van dit laatste is,
dat er achter de kern een reserve is, welke
niet georganiseerd is. Als we nu de oefen
tijd beperken tot, 6 maanden dan zullen we
later nooit meer verder kunnen gaan. Dat
is voor spr. heb groote voordeel van het
ontwerp.
Hij zal voor het ontwerp stemmen, om
dat het bezuiniging geeft en omdat het
fiasco van het tegenwoordige stelsel er
door verhaast zal worden.
De heer WIJK (Dem. Weerm wenscht
Dinsdag te spreken, om gezondheids
redenen.
De VOORZITTER doet een beroep op
de leden, om hedenmiddag gereed te komen.
De heer VAN WIJK acht de zaak van
zooveel belang, dat hij meent, dat men er
nog best een dag aan wijden kan. Spr.
stelt nu voor Dinsdag voort te gaan.
Het voorstel wordt niet voldoende onder
steund en komt dus niet in behandeling.
De heer VAN WUK ziet dan van het
woord af.
De heer SCHOKKING (C.-H.) bestrijdt
het betoog van den heer Van do Laar over
een politieleger.'Vervolgons bestrijdt hij do
soc.-dem.
Over de wetsontwerpen sprekend, zegt hij
dat het niet gemakkelijk is voor te stem
men. Het voldoet niet. aan hetgeen spr.
voor heb oogenblii ais noodzakelijk acht.
Ook is niet zeker, dat met dit ontwerp niet
gepraejudicieerd wordt voor de toekomst.
Het zal voor de houding van spr.'s partij
niet onverschillig zijn, als er in het ant
woord van den Minister op verschillende
punten een zoodanige verklaring komt, da<t
het tot geruststelling aanleiding geeft.
Do heer DRION (V.-Lzegt, dat de
ooglog nog niet tot het verleden benbort,
en wijst-, wat ons land betreft, bovendien
nog op do eigenaardige verhouding tot
België. Onder deze omstandigheden komt
de regeering met haar ^organisatieplan
nen. Twee redenen worden daarvoor altijd
aangevoerdbezuiniging en legerverbete-
ring.
Echter wil meQ alleen op defensie bezui
nigingen. Hij vraagt zich echter af, of men
mdt de regeeringsvoorstellen bezuiniging
bereikthij verwacht er niet veel van.
Het beginsel der Regeering accepteert hij,
maar hij" meent dat men in de praktijk dit
nieb bereiken zal Hij acht noodzakelijk een
groóter contingent dan de Minister voor
stelt -en een korteren diensttijd. Spr. ont
wikkelt dan nog nader zijn bezwaren. De
hoogere leiding is onvoldoende; de uitrus
ting is niet voldoende en de Minister moet
eorst in 1925 met zijn reorganisatie komen,
omdat er dan pas de eerste lichamelijke ge-
oefenden zijn.
Spr. betwijfelt of hij voor het ontwerp
zal kunnen stemmen ondanks het provi
soire karakter der regeling.
De MINISTER YAN OORLOG, de heer
POP, vangt zijn rede oan met een woord
van dank aan hen die instemming met het
ontwerp betuigden.
De vergadering wordt verdaagd tot Dins
dag te elf uren.
Het voordeel van diep tossen grond.
Behalve dat de doorlat end hei d van den bodem
van lucht "en water wordt belemmerd door na-
tuurlijko banken, zooals leemlagen in kleigron
den, vormt zich op de meeste gronden op den
duur een minder doorlatende laag. Dit is gemak
kelijk te verklaren meerdere keeren per jaar
wordt de bovongrand omgewerkt, met het doel
mest en onkruid onder te spitten. In den winter
wordt de bodem dan één steek diep, dus ter
diepto van het lemmet van de sohop, omgewerkt
en in den zomer vóór ecu nicuwo teelt iels min
der diep het gevolg van dit steeds tot op onge
veer dezelfde diepte losspitten is, dat er zich
onder de losse bovenlaag een meer of minder
vaste tweede laag voruit. Deze vasto laag werkt
tenslotte zeer naÜeelig, zoowel op het waterop-
voorend vermogen van den bouwgrond, zoowel
als op het vormen van wortels, dus op den ge-
heelen groei van onze groentegewassen.
Met het doel hieromtrent meer gegevens le
Verzamelen, hebben wij dit voorjaar een proef
aangelegd. Als proefgewas namen wij de schor-
scneeleen plant, waarvan bekend is, dat de
waardo bestaat in een langen, onver lakten wor
tel. Juist deze pcnwortcl groeit in een bodem
met vasten ondergrond niet goed uit, maar blijft
in de meeste gevallen kort en verlakt zich, waar
door de waarde sterk vermindert.
Einde Maart, zaaiden wij oen bod sciiorsenec-
ren, lang 26 M en breed 1.25 M. op 'n middel
matig met kompost en giet bemesten grond,
welke laatste één steek was omgespit Er kwa
men vier rijen op bet bed, terwijl in Mei op
pl.m. 10 c.M. afstand op de rij werd gedund.
Tegelijkertijd legden wij een bed aan op een
gelijk bemest tuingedeelte, hetwelk evenwel tweo
steek diep was omgespit, zoodat de bodem daar
pl.m. 55 cM. was omgewerkt. Ook hier werden
rier rijen gezaaid en later gedund als op hel an*
dore bed. Gedurende den zomer was dc behande
ling van beide beddeD dezelfde een paar ma hm
werd do grond gewied on in den beginne de op
pervlakte tusschen do rijen losgomaakt.
Half October zijn beide bedden opgorooid en
de wortel van hot loof ontdaan. Dadelijk bij het
rooien bleek op het setwoediepte bed, dat do
wortels veel- langer en minder vertakt waren.
Bij hot wogen bleek het eene bed 327= Kilo wor
tels op te brengen en hot andere, op den dieper
lossen grond 43 Kilo. Per Are berekend, zijn do
opbrengsten respectievelijk pl.m. 100 en 133 Kilo
Ik wil niet besprekeD in hoeverro de opbrengst
als zoodanig bevredigend is. Alleen opmerken,
dat' de grond uit lichten zandgrond bestaat,
welke matig wordt gouiest. De bedoeling is, de
opbrengsten onderling to vergelijken, en dan
blijkt, dat het tweediepen 33 pCt. meer ople
verde dan het gewoon spitten.
Het voordeel is evenwel grooter, want niet
alleen het gewicht, ook de kwaliteit bepaalt da
waarde van de wortols. Do op het getwoediepto
land geteelde schorsonecrea, hadden, zooals wij
reeds opmerkten, veel langer en minder gesplit
ste wortels, zoodat de gebruikswaarde er zeer
door wordt verhoogd. Er is minder afval, zoodat
do prijs per Kilo hooger kan worden gesteld.
Dit voordeel geldt zoowel voor den beroepskwee
kers als voor dsn particulier. En voor de laat-
sten, dus voor hen, die kwecken voor eigen ge
bruik, zou ik willen wijzen op de omstandigheid,
dat de wortels, gekweekt op den diep lossen
grond, minder bloemstengels vormden.
Dit is als volgt te verklarei/. In den minder
diep lossen grond komen de wortels eerder tot
stilstand in den grond en dit laatste geeft ge
makkelijk aanleiding tot bloenivormiog. De ver
onderstelling, dat de bloemvormende wortels
meer houterig en dus minder malsoh zijn, ligt
mi, voor de hand.
Tegenover do bovengenoemde voordeelen moe
ten een nadoel worden besproken, willen wij het
voor on tegen recht doen wedervaren. En dan
komt in de eerste plaats het meerdere werk, dus
bij gehuurde krachten de meerdere uitgave,
welke het tweediepen vergt. Wal het tweediepen
kost hangt van de geldende loonschalen af maar
vrijwel' mag worden aangenomen, dat het 75 a
80 pCt. meer kost dan gewoon mesten en spit-
tejj. Echter dienen wij hier direkt op te merken,
dat het tweediepen meerdero .laren zijn gunsti-
gen invloed zal doen gelden. Om de hoeveel ja
ren tweediepen gewenscht is, hangt v^n de ge
aardheid van den bodmn af. Als we aannemen,
dat deze bewerking om de 5 jaren wordt toege
past, dan kunnen de onkosten, vergeleken bij de
voordeelen, niet hoog genoemd worden. Voor do
moeste gewassen is een op bepaalde tijdon diop
omwerken van groot belang, in hot bijzonder
voor wortelgewassen als peen, sohorseneeren,
bieten, Bmssclsoh lof, e. m. a
Het tweediepen wordt als volgt uitgevoerd.
Van de spitakker wordt een gewono spitvorm
uitgegraven en op den kant gelegd. De blootko-
mende onderlaag wordt omgespit, maar blijft op
haar plaats. Daarna wordt de bovensteek van de
naast liggende voor op do eerste losse tweede
laag gespit, waarna men golegonheid heeft de
tweede onderlaag los te maken. Zoo wordt het
goheele terrein getweediept en blijft de boven
laag boven, wat meestal gewenscht is.
Vragen op tuinbouwgebied aan de Redactie
van dit Blad onder motto Tuinbouw". J. S.
S
Naar het Engclsch van J. E. BUCKROSE.
(Nadruk verboden.)
43)
Een paar minuten later liep mevrouw
Bean weer do straat over naar haar eigen,
huisje, e*n vanavond schenen de stille, don
kere muren, dio flauw in het gaslicht glom
men, en de ledige straat onuitsprekelijk
eomberwant zij voelde het leed en do
smart van anderen zoo scherp, dat zij soms
scheen te leven met haar vanger op den
pols van een sidderende wereld. Maar toen
zij haar eigen lick opendeed, verscheen het
gezicht van Sophie op den drempel, bleek-
Bcbitterend tegep. het blauwe licht van bin
nen, haar oude zomerjapon, dio zij voor
'a avoncfe gebruikte, zag er nu uirt ails een
zachte draperie van crème en grijs, die om
haar jonge gestalte als een wolk hing, zoo
als Hebe op twijfelachtige dagen op $cn
Olympus moet gedragen hebben.
Mevrouw Bean voelde een oogenblik vol
hoop en vreugde, als beantwoording van
die meisjesfiguuren ofschoon haar oogen
nog rood waren en h?.ar neus onromantisch
gezwollen, was zij vol romantiek, toen zij
Sophie in do achterkamer volgde en opge
bonden vroeg: „Nu is hot? Heeft hij?"
„Heeft wie, wat?" vroeg Sophie geprik
keld; want de sentimcpteele neigingen von
mevrouw Bean waren soms werkelijk ver
velend. ,,Ik kwam alleen maar om je mijn
portret te laten zien Ik heb er nu een aan
het rechte adres laten maken."
Prachtigzei mevrouw Bean met
geestdrift. „J© ziet er op uit als eon tooncel-
speelster, of iemand uit de groote worold,
dio dikwijls genoeg lage japonnen heeft ge
dragen, om' te vergeten waar het lage ein
digt; je begrijpt wat ik bedoel. Juffrouw
Salisbury zegt altijd, dat er zoo iets provin
ciaals is in eon beetje laag gekleed."
Sophie schrikt© ©n keek haai* vrienden
scherp aanmaar de punt van mevrouw
Bean's neus glom van een doorschijnende
oprechtheid, waaraan niet te twijfelen viel.
„Natuurlijk," zei Sophie, „zou men nooit
werkelijk zoo'n japon dragenmaar een
draperie op een portret is geheel iets
anders."
„Natuurlijk," stemde mevrouw Bean
haastig toe. „Net als olieverf-schilderijen.
De menschen loopen nooit buiten in mous
selino nachtjaponnen, waar do wind door
heen waait, maar je ziH ze overal op schil
derijen, en dan staat het toch goed."
„Hm," zei Sophie,slechts matig gerust
gesteld. „Nu ik ben blij, dat je het portret
goed vindt. Goedien nacht."
Mevrouw Bean volgde haar gast naar do
deur en op het oogenblik van heengaan
keerde Sophie zich om, om onverschillig te
zeggen
„Je moet niets verwachten op het punt
van een huwelijk, meen ik. Ik wilde, dat je
begreep, dat ik de zuivere waarheid spreek
als ik je zeg, dat ik goon plan heb om to
trouwen. Sta. als het je belieft niet altijd
op den uitkijk Ik vind het vervolend!"
„Heel goed," zei mevrouw Bean lachend
en toch half droevig. Er is iets aandoenlijks
in de plechtigheid der jeugd in do liefde,
voor hen, die zich hun jeugd herinneren.
„Maar toch," voegde zij er bij, „is een ge
lukkig huwelijk hot beste, wat in de wereld
bestaat; je kunt niet van me verwachten,
dat ik blij ben, dat je dit mist."
„Er bestaat zoo iets," zei Spphie, weg-
ziende, „als liefde zonder huwelijk zon
der eenig voordeel."
„O, dat weet ik," zei mevrouw Bean, „er
bestaat rauw vleesch eten en op den grond
slapen; maar dat zijn geen prettige
dingen."
„Wie wil iets prettigs in die liefde?" zei
Sophie met minachting.
„Iedere vtouw in do wereld!" antwoord
de mevrouw Bean dapper.
Maar dat weerhield Sophie niet den vol
genden morgen op weg naar de bibliotheek
bij de kamers van den heer Howard aan te
gaan, met een groote platte enveloppe in
de hand, waarin haar portret. Een dienst
meisje kwam aan de deur met opgestroopte
mouwen, blijkbaar boos dat zij van de
wasebtobbe geroepen was, en vroeg scherp
- „Is het een van de couranten? Ik dacht,
dat de heer Howard ze met de post aan de
zaal liet komen."
„Neen neen," zei Sophie zenuwachtig.
„Het is een een particulier pakje. Wil
je het in de kamer van den heer Howard
leggen, zoodat hij het vindt, als hij vanmid
dag aankomt.
Het meisje grinnikte veel beteeken end.
„O," zei ze, „ik zal er voor zorgen. Een
andëre dame heeft hier vanmorgen ook een
pakje afgegeven. Maar dat van haar waren
gewerkte bretels. Onkiesch noem ik dat."
Toen, in antwoord op iets in Sophie's ge
zicht, voegde zij er haastig bij„Ik keek er
in uit vrees, dat het iets was, <üat bedor
ven kon. Eens gaf iemand een kreeft af, die
gebonden zat in een kartonnen doos, en de
heer Howard viel bijna om, toen hij die
open maakte. Nu, kijk .ik altijd
„Goeden morgen", zei Sophie afgemeten.
„Dit is alleen maar een een kaart. Je
behoeft het niet open te maken."
En zoo ging Sophie heen, in gelapte laar
zen, die het uiterlijk en zichtbaar tecken
van haar offer waren op het altaar der
liefde, dat slechts do eenvoudige drempel
van een pension in Flodmouth scheen te
zijn, on de vliegende liefdesgedacbton, die
die werkelijke Cupido's zijn, hielden So
phie gezelschap op den langen, rechten weg,
te midden van hefc rumoer van trams en
auto's.
Het was de heer Howard, die door Yen us
gestraft werd; terwijl zij op hem wachtte,
zweefde zij over dat portret in de zitkamer
van de eerste verdieping, en toen hij bin
nenkwam van zijn reis, om Sophie's portret
daar te vinden, dreef zij scherpe naalden
in rijn hart, totdat hij zijn hoofd in zijn
beide handen verborg en steunde. Want op
zijn manier hield hij meer van Sophie dan
van iemand ter wereldmaar met acht en
dertig jaar heeft een vecleischend man zoo-
voel andere genegenheden, die hcra vast
houden. Liefde voor goed eten en gemakke
lijk leven en een goede plaats in cJe wereld
dio-spannen alle samen en zijn zeer sterk.
Maar nadat hij een oogenblik naar So
phie's portret gekeken had, begonnen zelfs
zij wat zwakker te wordenhij stond op en
ging naar het raamhij nam rijn hoed en
wreef hem besluiteloos op, hij zette hem op
en stak zijn andeer brieven in zijn
zak; eindelijk ging hij over de brug onze
straat in
„Is juffrouw Sophie Watson thuis?"
vroeg hij met bleek gezicht, en wat buiten
adem van het snelle loopen.
„Wil u binnenkomen, mijnheer? Ik zal
gaan zien", zei do meid, die hem kende, cn
bij werd in het kaal uitziende salon gelaten,
om op de mooie ouderwetsche sofa het
oogenblik van zijn leven af te wachten.
De oogenblikken tikten verder met een
metalen klank van de vergalde klok op den
schoorsteenmantel, de kerk luidde het halve
uur: do liefde komt en gaat! De liefde
komt en gaat! met een harden slag op het
laatste woord.
De heer Howard werd vreeselijk zenuw
achtig en ongeduldig en haalde de brieven
uit zijn zak, om zijn onrustdgen vingers wat
te doen te geven. A, daar was een enve
loppe zonder postzegel en dikker dan de
anderedie zou hij het eerst, openmaken.
„Onlangs hebt u mijn borduurwerk be
wonderd, daarom dacht ik, dat ik er u
graag een stukje van wilde sturen, dat u
altijd dragen kon."
Dat lag in de envoloppe met een paar
lichtgrijze bretels geborduurd in een een
voudig patroon van lelietjes van dalen;
maar ofschoon er geen naam bij was, wist
de ontvanger van het geschenk van waar
het kwa-m, en die andere liefdesgodjes, die
volstrekt geen Cupido's waren, maar dik
buikige, klein*- kabouters met kransen va.n
truffels en geldstukken, werden weer zeer
levendig, zoodat zij sterk genoeg waren om
den heer Howard van de sofo op te trek
ken, hem te prikkelen en te steken, tot hij
zachtjes in de vestibule sloop en hem ein
delijk de voordeur uitstieten, juist voordat
de meid kwam, om te zeggen, dat juffrouw
Sophie uit was, maar dat mevrouw Watson
hem kon ontvangen.
Toen hij den breeden weg over de brug
insloeg, sloeg de kerkklok drie kwartier en
de dikbuikigen zongen er bij: „de liefde
komt en gaat, dat weet het wijze hart
liefde koopt geen klceren."
(Wordt vervolgd).