No. 18642 LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 10 December. Tweede Biad. Anno 1920. GEMEENTEZAKEN. TWEEDE KAMER, UIT DE OMSTREKEN, ii. Salarisherziening bij het onderwijs. B. en W. bieden den Raad achtereenvol gens aan een gewyzigde salarisrege'ing soor de Kweekschool voor onderwijzers en onder wijzeressen, een aanvulling van de salaris- Tegeling voor de H. B. S. voor Jongens en het Gymnasium, een regeling der wedden van de onderwijzeressen aan de inrichtingen soor spraakgebrekkigen en de leeraressen van de H. B. S. voor Meisje3. Ter toelichting van de voor de Kweek school voorgestelde herziening behoeven zij weinig op te merken. Was het reeds aan vankelijk hun bedoeling de nieuwe regeling, evenals bij de Hoogere Burgerschool en het Gymnasium, in overeenstemming te brengen met de in het Koninklijk Besluit van 23 Januari 1920 opgenomen Rijksrege ling, ingevolge het Koninklijk besluit van 18 September 1920 tot wijziging en aanvul ling van het zoogenaamde Kweekscholenbe- sluit zijn de gemeentebesturen en do bestu ren van bijzondere kweekscholen eenvou dig, op strafle van het verlies der Rijkssub sidie, verplicht vanaf 1 Januari 1920 de zelfde salarissen uit te keeren, als voor de Rijkskweekscholen zijn vastgesteld. In de den Raad ter vaststelling aangeboden ver ordening is dan ook de Rijksregeling slaafs gevolgd. Behalve de gewone jaarwedde ontvangen do Rgksleeraren ook nog ingevolge de ar tikelen 20 en 38 van het Koninklijk besluit van 23 Januari 1920 een kindertoelage en een gedeeltelijke teruggave van gestorte' pensioensbijdragen, terwijl krachtens door den Minister van Financiën bij schrgvöi aar. de Tweede Kamer der Staten-Generaal tedane toezegging in de maand October j.l. e kindertoelage ve.naf 1 Juli 1920 nog ia uitgebreid en algeheel e teruggave van pensioensbijdragen vanaf 1 Januan 1920 in uitzicht is geste.d. Met het oog hierop lijkt het B. en W. wenschelijk de bepalingen betreffende de kindertoelagen en de pensioensbijdragen niet in de verordening op te nemen, doch voor fce stellen eenvoudig te besluiten, dat voor de Gemeentelijke Kweekschool alhier te dezen opzichte dezelfde regeling zal gel den, als voor de Rijkskweekscholen is of zal worden vastgesteld Ten opzichte var. cc afdceiing B kan het voorbeeld van het Rijk niet worden gevolgd, aangezien van Rijkswege geen cursussen tot opleiding voor de hoofdakte, de moderne telen, de wiskunde enz. worden gegeven. Thans bedraagt de wedde voor de leeraren in teekenen. spxaakvorming en zang en handwerken aar die afdeeling f 100 's jaars per wekolijksch lesuur en voor de overige leeraren f 125 's jaars per wekelijksch les uur. Rekening houdende met de nieuw voor gestelde salarisregeling voor afdeeling A achten zij een verhooging reep. tot f 150 en f 175 7& jaars per wekelijksch lesuur ge wenscht. Voor den Directeur, wiens jaarwedde aan de afdeeling B thans f 300 bedraagt, waar van f 200 als Directeur van den cursus tot opleiding voor de hoofdakte, ware de wedde nader te bepalen op f 400, waarvan f 300 als Directeur \an den cursus tot opleiding voor de hoofdakte Ook de Rijkssubsidie in d'e wedde van dsn Directeur van dien cur sus is met f 100 verhoogd. Verder is het billijk ook de bezoldiging van de assistente bij het onderwijs in de hardwerken, mej. A. E. Driesens, te ver- hoogen en die- van f 500 te brengen op f 850 's jaars. Ook bij het lager onderwijs is haar wccldo van f 500 verhoogd tot f 850. Bij in werking treding op 1 Januari 1920 zullen de meerdere kosten, aan de nieuwe salfirisregeling verbonden, in het loopen- de jaar ongeveer f 14090 bedragen, waar van f 12030 voor de afdeeling A en f 2060 voor de afdeeling B. Tegenover deze meerdere kosten staat echter, .dat ook de Rijkssubsidie met in gang van 1 Januari 1920 belangrijk is ver hoogd. De jaarwedden aan do afdeeling A met inbegrip van dc kindertoelage en de teruggave der pensioensbijdragen, worden zelfs ten volle vergoed. Van deze gelegenheid nikken B. en W. tevens gebruik, om een aanvulling voor te stellen van de jaarwedderegeling voor de leeraren aan dc Hoogore Burgerschool voor Jongens en hot Gymnasium. Ook ten opzichte van hen komt het hun gewenscht voor tot toekenning van de voor de leera ren aan de Rijks Hoogere Burgerscholen geldende kindertoelage en teruggave van pensioensbijdragen to besluiten. Vermits hier echter niet, zooals bij de Kweekschool op straffe van het vervallen der Rijkssub sidie is voorgeschreven, dat de kindertoe lage en de teruggave van pensioensbijdra gen ook aan de door de gemeento be noemde leeraren moet worden uitgekeerd, acht de meerderheid van hun College het niet aanbevelenswaardig een dergelijk be sluit terugwerkende kracht te verleenen tot. 1 Januari 1920 (voor de yerhoogclo kin dertoelage tot 1 J.uli 1920). De jaarwed den zijn pas kort geleden opnieuw vastge steld en er is daarom volgens de meerder- haiWk geen enkele reden, om die regeling jooe i weder met terugwerkende kracht aan t§ vullen. De minderheid van het College vindt heb echter billijk, om, waar het steeds do bedoe ling is geweest de wedderegeliug voor do leeraren aan Hoogere Burgerschool voor Jongens en Gymnasium, evenals bij de Kweekschool, in overeenstemming te doen z:jn met de Rijksregeling, de kindertoela ge en de terpggave der pensioensbijdragen op hetzelfde tijdstip te doen ingaan als voor de Rijksleeraren is bepaald. De kos ten hiervan bedragen over 1920 f 12000. Nu de salarisregeling voor de leeraren aan de Kweekschool andermaal zal worden herzien, komt het B. en W. met de Plaatse- hlke choolcommissie billijk voer. ook de wedde van de hoofdonderwyzeresf, belast me de leiding van het onderwijs aan spraak- gebrekkige kinderen en de belooning van helpsters en helpers te herzien. De bezoldiging der hoofdonderwijzeres, thans bedragende f90f140 's jaars per wekelijksch lesuur, ware weder te bepalen op het bedrag, dat zij volgens de voorgestelde nieuwe salarisregeling als spraakleerares aan de afdeeling A der Kweekschool zal ontvangen, -f120f20J 's jaars per weke lijksch lesuur, terwijl aan de hulponderwij zeressen of onderwijzers, in plaats van f 90 f 140 per jaar, een va3t bedrag van f 250 als jaariijksche tegemoetkoming dient te wor den toegekend. Een rege.ing met periodieke verhooging is gebleken hier niet op haar plaats te zijn, aangezien de meeste helpsters tengevolge van overplaatsing naar een an dere school slechts betrekkelijk kort in func tie blijven en het maximum zoodoende voor haar vrijwel onbereikbaar is, terwijl ook een tegemoetkoming van f 25J per jaar, gelijk da hoofdonderwijzeres in haar ter vioie liggend rapport uiteenzet, zeker niet te hoog is voor het door de helpsters verrichte werk. Volgens raming zullen de meerdere kosten, wanneer de nieuwe regeing 1 Januari 1920 ingaat, over het loopende jaar f2970 be dragen. Ten opzichte van de salaiisregeling voor de leeraressen aan de Hoogere Burgor.school voor Meisjes wordt hot volgende onder "a Raads aan dacht gehraoht. Bij de vaststelling dier regeling in hot jaar 1919 word in hoofdzaak rekening gehouden met do traktementen, dio kort to voren ton behoeve van het onderwijzend personeel aan do middel bare scholen voor meisjes in cenigo andore ge meenten waren vastgesteld Aan do Commissie van Toezicht op hot Mid delbaar Onderwijs komt het, overeenkomstig haar ook roeds in 1919 ingenomen standpunt, voor, dat de salarissen der leeraressen aan do Hoogere Burgerschool voor Meisjes denzelfdcn grondslag dienen to hebbon als die dor leeraren aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens dooh B. en W. zijn nog steeds, oven als do Raa-d in 1919, van oordeei, dat voor oen gelijk- stoiling met do Hoogore Burgersohool voor Jon gens geen termen aanwezig zijn. aangezien de Hoogere Burgerschool voor Meisjes een school van een geheel ander karakter i3 en ook het aantal uren, dat aan deze school voor het slam- traktement per week les moet wftrden gegeven, veel geringer is dan bij do Hoogere Burger school voor Jongens. Het eenvoudigst lijkt het hun daarom de trak tementen, evenals bij do Hoogcro Burgerschool en het Gymnasium onlangs is geschied, in hel algemeen met ongeveer 20 pet. te vorhoogen, in te gaan op 1 Januari 1920. Sleohts is over eenkomstig den wensch van do Commissie van Toezicht de weddo van de leerares in dc hand werken gelijkgesteld aan die der leerares in de gymnastiek, terwijl ten opzichte van de tijde lijke leerares in de Engelsche taal cn letterkun de, Mej. G. de Vries, dio slechts 8 lesuren per week geeft, wordt voorgesteld dc wodcLe to be palen op f 1300f 1800, d. i. de helft van de weddo van. een leerares in de nieuwe talen met oen maximum aantal lesuren van 1G per week. Overigens behoeven dc voorgestelde wijzigin gen, dio in hoofdzaak ontleend zijn aan de nieuwe verordeningen betreffende de Hoogero Burgerschool en het Gymnasium, geen nadere toelichting. De kosten der nieuwe regeling, welke B. en W. in navolging van de eenigo maanden gele den vastgestelde regelingen voor de Hoogere Burgerschool voor Jongens en hot Gymnasium, op 1 Januari 1920 zouden willen zien ingaan zullen, naar den toestand op 1 Januari 1920, pl m. f 6600 bedragen. Zitting van gist-ernamiddag. Tijdelijke afwijkingen der Militiewet. Aan de orde zijn de wetsontwerpen tot tijdelijke afwijking van de Militieweb en do landstorm voorzieningen. De VOORZITTER stelt voor, het veld der algemeene beschouwingen zoo ruim mogelijk te'stellen. Hij stelt voor, den spreektijd op één uur per lid te stellen. De heer DUYMAER VAN" TWIST (A.- R.) zegt, dat op zoo uitgebreide algemee ne beschouwingen niet is gerekend. Hij zal zich houden aan hetgeen in het V. V. is_ besproken. De algemeene beschouwingen worden go opend. Dc heer DE MURALT (U.-L.) zegt het standpunt van den Minister niet te begrij pen, dat n.l. dit voorstel niet te maken heeft met 's Ministère plannen. Tegen dit voorstel zijn tal van bezwaren ingebracht, èn omdat het te ver gaat, èn omdab het niet te ver gaat. Van de sociaal-democra ten begrijpt spr. niets. Verleden jaar zijn nergens manoeuvres gehouden behalve in Zweden, waar een socialistische premier be staat. Overal, waar de heeren de baas zijn, drijven zij de militaire lasten op. Veel in dit voorstel trekt spr. aan; in het algemeen kan hij er zich mee verecnl- geh. Bij de zes maanden- diensttijd legt hij zich neer. Het verheugt hem, dat de vrijzinnig-democraten thans eens niet mee gaan met de sociaal-democraten. Spreker brengt huldo aan de nota van den heer Oud, waarin frissche gedachten worden geuit. Spr. meent, dat de Kamer voorzichtig moet zijn met haai* plannen en denkbeel den en hij verzet zich tegen de vrijzinnig- democraten. Spr. staat van het stelsel van Von Schmidt niet ver af. Hij is vol ver wachting voor de resultaten van de voor oefeningen en wil dit stelsel afwachten. Aan het ontwerp zal hij zijn stem geven. "Wordt dit ontwerp verworpen, dan gaat de Minister heen, en komb er een ander, die óf meer beperkt, óf verder gaat uitbreiden Afstemming brengt ons in een toestand, waaruit geen uitweg is te vinden, en die zou moeten leiden tot een uitspraak van het volk. Spr. wil den Minister de gelegen heïd geven om zijn denkbeelden te verwo zenlijken. De heer K TER LAAN" (S D.) zegt, dab in het eerste ontwerp véél goeds zit. Naast de verbeteringen stelt het eerste vele nieu we militaire eischen in de landstorm-voor zieningen. Spv.'s partij is vóór ontwapening, ook al omdat een leger van ons toch geen waarde hcefb. Moest het waarde hebben, dan dien de het zóó goed uitgerust te zijn, dat het alle kracht van ons laud zou eischen cn onmogelijk kon worden, in stand gehouden. Dat is gebleken tijdens de oorlogsjaren. Een deel van ons leger lag in Limburg, een deel in Gelderland, een deel in Zeeland Wanneer er .ergens een inval was gekomen, zou heb onmogelijk zijn geweest ook maar i één divisie, bijeen te brengen. Spr. citeert het rapport der Leger com missie, waaruit z. i. blijkt, dat cr niets deugt in heb leger De heer K. TER LAAN (S. D) stelt ten slotte een motie in. luidende: De Kamer, van oordeel, derf de tijd geko men is voor opheffing van het gebeele ves- .tingstelsel, gaat over tot de orde van den dag. Daarin schuilt een begin van ontwape ning. De VOORZITTER stelt voor deze motie thans te behandelen. De heer OUD (V. D.), meent, dat deze motie niets met deze ontwerpen tc maken heelt. Hrj stelt dus voor deze motie te laten drukken etj te behandelen op een nader te bepalen dag. Do VOORZITTER meent, dat het evengoed thans kan. Aangezien 7b vereischte aantal leden niet aanwezig is en bg stemming dus de Kamer verdaagd zou moeten worden, verklaart de heer Oud zich b'tj het voorstel van den Voor zitter neer te leggen. De heer A. P. STAALMAN (Chr.-Dem.) is verontwaardigd over deze ontwerpen. Hrj begrijpt niet, dat iemand dit stelsel wil ver dedigen; het is alles Neurenberg, so'diatjea- spel. Het leger zal bestaan uit jongelui zonder de meeste kennis, zonder de meeste ervaring; zoo'n leger is waardeloos Het le ger is van militair standpunt: ,,dorpsschut terij op zijn smalst." Spr. is voor een goed leger met vader landslievende manschappen en hg wil daai- xcor het noodige geld beschikbaar stellen, maar hij hoopt, dat de Kamer niet met dezen bezuinigingsschün zal meegaan. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.-R.) beziet dit ontwerp in het licht esner blijven de regeling. Spr. vraagt welke waarde het steisei heeft voor de weerbaarmaking van ono volk, welke beteekenis het heeft in ver band met den -tegenwoordigen toestand en eD voor de richtige ontwikkeling van ons leger. Hg becgfert, dat van de 13 duizend man maar 3700 man volledig zullen worden geoefend, zoodat ons kernleger neg geen zestig duizend man infanterie zal tellen. Dit getal is beslist te laag, want de militaire waarde zal gering zijn. Hel stelsel leidt tot verzwakking van de landsverdediging en tot het in-hefc-leven-roe- pen van wantoestanden, dat mannen van hoo- geren leeftijd worden ingelgfd en jongeren bij de reserve blijven. De opleiding leidt tot onvoldoende geoefendheid, is onecono misch en maakt het legerstelsel ofinoodig duur. Het zal onmógelijk den eersten stoot kunnen opvangen en veel te lang zal het duren eer de landstorm opgeroepen is. De Minister moet een' stelsel hebben, dat m de breedte gaat. De inperking mag nooit geschieden ten koste van de geoefendheid van het leger. Spr. zet uitéén hoe z.i. de regeling moet zgn om de werkkracht te vergrooten. Vóór alles is noodig, dat het volk er belang instelt. De heer VAN DE LAAR (C. S.) verzet er zich tegen, dat men zich weer voorbereidt op nieuwe gruwelen. Nooit meer aldus, is zgn leuze en hrj verzet zich tegen alle leger- plannen. De vergadering wordt verdaagd tot 's avonds te acht uren. Zitting van gister a vo n d. Begrooting van Justitie. Aan de orde is Hoofdstuk IV (Departe ment van Justitie) der Staatsbegrooting voor 1921. De VOORZITTER stelt voor den spreek tijd bij de algemeene beschouwingen te be palen op een kwartier. Aldus besloten. De heer JUTEN (R.-K.) klaagt over een verkeerd toepassen der Jachtwet en het eigenmachtig optreden in sommige geval len van veldwachters, i De heer A. P. STAALMAN (CHR.-DEM) bepleit spoediger executie van straffen Door een late ten-uitvoer-legging der straf wordt deze vaak noodeloos verzwaard. De heer REIJMER (R.-K.) herinnert aan de tot-stand-koming in dit jaar van het Wetboek voor Strafvordering, in wei nig tijd, hetgeen er op wijst, dat de juris ten niet den meesten tijd in. de Kamer vra gen. Indien men dus met goed* voorbereide juridische ontwerpen komt, kunnen deze in korten tijd worden afgehandeld. Spreker dringt met klem aan op de regeling der rechtspositie der vrouw. De heer VAN SCHAIK (R.-K.) herin nert aan het onlangs verschenen rapport van do commissie-Gratama, betreffende, de Burgerlijke Rechtsvordering. Moge al met recht worden opgemerkt, dat de com missie negen jaï'ep nocldig had voor dit rapport, dan moet er toch aan worden toe gevoegd: dat het rappóit dan ook uitste kend is. De vraag is nuWat zal er met dit ontwerp en het ontwerp gebeuren Het zou niet* onmogelijk zijn, dat het Departe ment indien het dit rapport beschouwt als een advies óók negen jaren noodig had voor de studie er van. Maar het is ook mogelijk, dat do Minister het ontwerp zij het min o" meer gewijzigd op onderge schikte punten onmiddellijk bij de Ka mer indient. In het belang onzer burgerlij ke rechtsvordering dringt spr. hierop aan. De heer BAKKER (C -H.) wijst op de vele diefstallen in Harlingen, welke zijns inziens te wijten^s aan den commissaris van politie, die weigert medewerking te verleenen bij de bestrijding dezer dief stallen. De heer VAN SASSE VAN YSSELT (R. K.) vereenigt zich met den wensch van den heer Van Schaik, dat dc Minister zoo spoe dig mogelijk het ontwerp der Staatscom- missic-Gratama zal indienen. Het vraag stuk van de rechtspositie der vrouw acht hij zoer netelig en hij kan zich voorstellen dat do Minister eerst nog eens de opinie van de Staatscommissie Kappeijue wil hooren. De heer VAN RAPPARD (V.-L.) bepleit met klem invoering van een verbod, om den hond als trekdier te gebruiken. In En geland bestaat zoo'n verbod al lang, in De nemarken ook. Wil de Minister het hier óók voorstellen. De heer KLEEREKOPER (S. D.) acht het niet gewenscht dat deze Minister met een eigen principieel© regeling der rechts positie van de vrouw komt, maar met een regeling, die niet op politieke beginselen kan worden getoetst. De heer BRAUTIGAM (S. D.) herin nert aan zijn verzoek van verleden jaar, om het tweede boek van het Wetboek van Koophandel, betreffende de rechten en ver plichtingen van de zeelieden, te herzien. De heer BEUMER (A.-R.) merkt op, dat volgons den heer Kleerekoper het vrouwen kiesrecht zijn schaduw vooruit werpt, blij kens de houding van rechts Inderdaad moet spreker toegeven, dat het vrouwen kiesrecht zijn schaduwen vooruitwerpt, wan neer hij het verslag leest van de jougste vergadering van den Amstcrdamschcn Ge meenteraad. Do MINISTER VAN JUSTITIE, dc heor HEEMSKERK, erkent, dat de Jachtwet niet al tijd juist wordt toegepast, maar waarschijnlijk zal een dezer dagen door Commissarissen der Koningin uitgevaardigde oirculairc reeds verbe tering brengen. Op gratieverzoeken in gevallen van lang uitgesteld executie van straffen wordt door hem niet zelden gunstig beschikt. Dc kwestie van het trekhondenverbod behoort bij BinnonJandsche Zaken; zonder overleg met zijn ambtgenoot zou de Minister zeker dit vraagstuk niet behandelen. De heer Van Sasso vroeg een ontwerp tot strafbaarstelling van diefstal van clectriciteit, maar aan dit vraagstuk is een philosopliiscli- wctenschappelijko kant. en wel deze: wat is clectriciteit, wat is een stoffelijk'goed en is clec triciteit een stoffelijk goed? (Gelach.) Gemakke lijker is hot een wetsontwerp in te dienen tot strafbaarstelling van opzettelijke verstoring van slroomlevcring, dat men dan ook van deu Minis- (er mag verwachten. Het is vreemd, maar do Minister moet vaak in liet recht (en dan doet hij zulks gratis!) docceron door aan menschen duidelijk te maken, dat do minister van justi tie or n-iot is om rechterlijke vonnissen te corri- geeron. Ten aanzien v an dc regeling der rechtspositie der vrouw staat do Minister aan de zijde van den heer Beumer. Hij is bezig aan een partieele herziening van het buwelijksgooderonvecht, maar men mag van hem niet een algeheele her ziening venvachten. Dc heer Van Schaik drong aan op een nieuw Wetboek voor B.-Rcchtsvor- dcring, door overneming van het ontwerp der commissie-Gratama. Maar het gaat niet aan. dit ontwerp ongezien in to dienen, terwijl het de vraag is of rde Kamer tijd voor behandeling zou vindon. De algemeene beschouwingen worden gesloten Bij artikel 2 trekt do heer MARGHANT (V.-Dcon bezuinigingsamondement in, na de uitvoerige mededeelingcn van den minister in do memorie van antwoord. Bij artikel 8 (traktementen rechterlijke macht) wijst de hoer VAN SASSE VAN IJSSELT op do overlading der rechterlijke colleges. Dc hoer .1UTEN (R.-K.) wijst oveneens op do overlading, terwijl hot werk der rechtbanken h|^er kon verdeeld worden. Kan dit van Zierik- zeo p;°t naar Borgen op Zoorh verplaatst worden? Do MINISTER gevoelt hiortcgen bezwaren. Bij artikel 1G (traktementen militaire rech ters criliseert de heer KRUIJT (C. S.) de vrij- spraak door hol H. M. G. van den luitenant, die in Harderwijk in bet interneori/fgskamp een Rus levensgevaarlijk vvonddo. Dn MTNTSTER zal naiaan. welke voorschrif ten bestaan, die de positie van de geïnterneer den regelen, om na lo gaan, welko verbeteringen cr zijn aan te brengen. Bij de zesde afdeeling (kosten van Rijkspo litie) herinnert do heer KRUIJT er aan, dat de zaak der mishandeling van Lou de Visser in Heerlen nimmer is onderzocht. Waarom heeft dal onderzoek nooit plaats gehad? De heer KLEEREKOPER keurt bet af, dat do Amsterdamsche justitie.politiemannen in con kast in het gebouw Heijslcc heeft gestopt om vergaderingen af to luisteren. Dc MINISTER zegt, dat in hel geval van den heer De Visser geen/ mishandeling is bewezen. Op de vraag van den heer Kleerekoper kan de Minister geen antwoord geven. Wat zou hij zeggen? Hij heeft hot geval wol in de kranten gelezen, maar geen officieele rapporion gekre gen. Het kan den lieer Kleerekoper intusschen bekend wezen, /lat de politie zich meermalen verstopt om een misdrijf aan het licht te brengen. Dc heer KRUIJT dient de volgende motie in: „De Kamer, van oordeel, dat bij aanvrage van buiten lands oho paspoorten door ingezetenen des Rijks geen ondorzoek behoort to worden inge steld naar de politieke gevoelens der aanvra gers; van oordeel, dat aan iedcren aanvrager oen pas behoort te worden verstrekt, indien dc daaraan verbonden kosten zijn vergood, gaat over lot dc orde van den dag." De MINISTER repliceert. Bij artikel 38a (kosten gredistoezicht be toogt de heer YAN DER VOORT VAN ZIJP (A. R.), "dat het grenstoezicht beter had kunnen zijn indion er meer samenwer king ware geweest tusschen belastinglcom- miczen en marechaussee. Do heer VAN DER BILT (R.-K.) zet uit een, dat de belasfcLngkomimezeu doordat ze ook belast zijn met het aanhouden van vreemdelingen zonder paspoort, doe ze moe ten opbrengen veel smokkelaars moe ten laten passeerca De MINISTER zal zijn aandacht aan dezo zaak wij don. Bij artikel 43 (kosten marechausee) waar schuwt de heer VAN DER VC)ORT VAN ZIJP er tegon, om niet voor allerlei maat regelen do waarde van het korps mare chaussee te verminderen. Do MINISTER zal dit overwegen. Bij de zevende afdeeling (kosten van ge vangenissen) dringt de heer L. H. HER MANS (S. D.) op verschillende verbeterin gen aanvrije toelating (niet door een raam gescheiden) van vrouw en kinderen tot gevangenon; vrije toelating (zonder der den aanwezige) van geestelijkenspeciale, goed-ingerichte, ceJlen voor krankzinnigen in Huizen van Bewaring; deugdelijke ver warming der cellen. Do heer TER HALL (N. P.) huldigt den Minister voor het toelaten van bioscoop voorstellingen in de Scheveningsche ge vangenis, waarover de gevangenen zeer ver heugd waren Spr. bepleit meerdero ont spanning voor de gevangenen. De heer KRUYT (Cbr. Soc.) vraagt, hoo het eigenlijk staat met de ..studie" van ons strafstelsel, welke or is toegezegd De MINISTER zegt overweging toe van do opmerkingen vau den heer Hormans. Da toegang van predikanten, zonder onder scheid van richting, wordt niet geweigerd. Spr. dankt den heer Toi Hall voor dient vriendelijke woorden, doch is oog niet voh komen zeker of de proef in alle opzichten geslaagd isvoorioopig dient dus eenigo soberheid met bioscoopvoorstellingen be tracht Van dit cclstelsel is spr. niet zulk een groot bewonderaar. Over hervorming van het strafstelsel heeft- spr. advies ge vraagd. Hij hoopt spoedig mot wijzigings voorstelion to kunnen komen. Do heer KRUYYT repliceert. Bij art. 55 brengt do heer WINTER- MANS (R.-K.) ter sprake het landbouwbe drijf te Veenhuizen. De MINISTER was reeds aanvankelijk tot cïo conclusie gekomen, dat een commer cieel e boekhouding voor dit bedrijf moet worden ingericht. Deze is thans in voorba- rcidmg. Bij de 8e afdeeling (kosten van het rijica- tueht- eai opvoedingswezen), vordedigt do heer SMEENK (A.-R.) hot rapport van der» Chr. Kun sten aarsbon d over do inrichting van dezen diensttak. De heer DECKERS (R.-K.) betoogt, dat de kosten der Rijkstucht-school te Nijmegen onevenredig hoog zijn naar evenredigheid van het gering aanta' leerlingen. Spr. sluit zich aan bij het verzoek tot in stelling van een bijzondere commissio, dio ook zal hebber te~onderzoeken in hoeverre op do tuchtscholen kan worden bezuinigt. Do heer KRUYT (C.-S.) sluit zich aan bij de vorige sprekers in zake do toestanden bij het Rijkstucht- en opvoedingswezen en dringt voorts aan op lotsverbetering der be ambten brj dezen diensttak. De heor OSSENDORP (S -D.) zou tegen bezuiniging op verpleging zijn, doch erkent dat onnoodige uitgaven bij d.e tuchtscholen en opvoedingsgestichten dienen vermeden. Bij het opvoedingsgesticht te Leeuwarden zijn 165 ambtenaren op 550 leerlingen. Do heer SNOECK HENKEMANS (S.- H.) zegt, dat hetgeen thans vernomen wordt, zeer treurig stemt, als men nagaat, met hoe vee1 idealisme dit werk is aange vangen. De wet en de rechterlijke colleges'hebben zich to begeven in die richting, dat alleen jongens on niet meer mannen in de opvoe dingsgestichten kamer' De heer SOHOKKING (C.-H.) sluit rich hi er-bij aan De MINISTER zegt, dat men reeds iaug tot de slotsom is gekomen, dab. de toestand aan de tuchtscholen niet mag blijven be staan, of or moeten moer jongens heenge zonden of de ruimte is te groot. Daarom heeft spr. de tijdelijke tuchtschool te Har derwijk reeds opgeheven en nagegaan za! worden of men op dien weg nog vorder moet gaan. De VOORZITTER schenkt aan elk der leden die wenschen te repliceeron 3 minu ten voor repliek (het is 1.30 v.m.). De heer VAN OSSENDORP dEont mede namens de heer Kruyt een motie in, tot instelling van een onderzoek naar de toe standen in de Rijkstucht- en opvoedings gestichten doot een zelfstandige commis sie, waarin echter ook vertegenwoordigers der ambtenaarsorganisaties worden opge nomen. De heor BULTEN repliceert. Na dupliek van den MINISTER worden de beraadslagingen gesloten en wordt de vergadering verdaagd. ABBENES. J. W. en J. d. V. alhier, raakten een paar dagen geleden zonder werk en trachtten nu voor hun gezin nog een eerlijk stuk brood te verdienen, door een schuit te huren en zand te gaan varen, niet kunnende vermoeden, dat ze met dit werk zoo spoedig grooten tegenspoed zou den ondervinden. Hun met zand geladen vaartuig werd des avonds door een motor schuit aangevaren en zoodanig beschadigd dat het in de diepte verdween. Genoemde personen zullen het schip met lading doen lièhten zoodra ze met finantieele hulp van anderen in staat zullen zijn do daaraan ver bonden, niet onbelangrijke kosten, te be talen. ALPHEN. De Commissaris der Ko ningin in Zuid-Holland heeft met ingang van 2* Januari voor den tijd van vijf jaren benoemd tot secretaris van dc Gezondheids commissio voor dc vcreeniging van gemeen ten, waarvan de zetel is alhier, den heer K. J. E. Koning, alhier HAARLEMMERMEER. Eeu oud huisje aan den Aalsmeerderdijk alhier, werd reeds geruimeu tijd bowoond door C: M. cn gezin. Dit huisje zal nu door den eigenaar worden afgebroken, hetgeen voor M. een pijnlijke geschiedenis is. Do man is nu zonder woning geraakt- en heeft nood gedwongen zijn intrek moeten nemen in een schuitje, dat hij, zoo góed en zoo

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1920 | | pagina 5