No. 18504 LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 30 Juni. Tweede Blad. Anno 1920. r BINNENLAND. is - Beperking van den Zondagsdienst. 'Aan het antwoord van den Minister van Waterstaat ten vervolge op de beantwoor ding van vragen van het Tweede-Kamer lid den heer Teenstra inzake beperking Ivan den dienst der posterijen, telegrafie :"<jn Telefonie op Zondag, ontloenen wij, 'dat tlians worden overgelegd twee staten, ![t. w.: lo. een ovcrziaht van het aantal op een willekeurigon Zondag bestelde post stukken in eenige plaatsen van uiteenloo pend verkeervan het aantal bestellers, 'dat aan de uitvoering der bestelling moest deelnemen, en van het bedrag der kosten, .welke bij een eventueele opheffing op Zon dag zullen komen te vervallen; 2o. een 'overzicht van het aantal op dien dag in dezelfde plaatsen, alsmede te Amsterdam, 'Rotterdam en 's-Gravenhage, bestelde en ter verzending aangeboden telegrammen. Uit de gehouden opnemingen blijkt, vol gens den Minister, dat de hoeveelheid cor respondentie (dagbladen inbegrepen), die ;0p Zon<±ag moet worden besteld, zóó ge ring is dat de daaraan verbonden hooge personeeluitg.aven niet verantwoord kun nen hoeten. Op dien grond is dc Minister ivan oordeel, dat, op kleinere plaatsen en ten plattelande, de besteldienst van post stukken ban worden opgeheven, mits dan aldaar op Zondag kosteloos gelegenheid ,worde geboden deze stukken aan het post- of hulpkantoor af te halen. Waar op Zondag te Amsterdam slechts pl.m. 5 pCt, te Rotterdam pl.m. 8 pCt. en te 's-Gravenliage nog geen 3 pOt. van de aangekomen nangeteekende stukken worden afgehaald, is de meening van dc Kamers van Koophandel en Fabrieken in deze plaatsen gevraagd omtrent een even tueele beperking van de uitreüring van aangeteekende stukken op Zondag tot die, yan welke expresse-bestelling is verlangd. Hoewel van de drie colleges alleen dat te Rotterdam tegen bedoelden maatregel bezwaar heeft gemaakt, is nochtans voor- loopig van het invoeren daarvan afgezien. Wat den telegraafdienst betreft, zijn geen andere beperkingen te verwachten dan de afschaffing op Zondagen van stads- telegrammen (feitelijk niet anders dan door den telegraafdienst te verrichten boodschappen) en in het binnenlands- verkeer van felicitatie-telegrammen, met welker afschaffing uiteraard geen cultureels belangen zijn gemoeid. Blijkens een opneming over één Zondag jn Mei zou de telegraafdienst door zulk een beperking zoer worden verlioht. Te vens blijkt, dat het aantal sporttelegram- men zeer gering is en dus behoud daar van geen bezwaar kan ontmoeten. Duitschland ca Nederland. Versohenen is het verslag over de behan deling in de afdeelingeu der Tweede Ka mer van het wetsontwerp tot goedkeuring Ivan het op 11 Mei 1920 te 's-Gravenhage tuseohen Nederland en Duitschland geslo ten verdrag nopens de vorleening van cre- diet en den uitvoer van steenkolen en good- keuring van do overeenkomst, in verband mot dat verdrag, gesloten tusschon den Staat en de Nederl. Mij. tot Ontginning van Steenkolonvelden te 's-Gravenhage, ftlsmede voorzieningen, van geldelijken aard ten aanzien van genoemd verdrag. Daaraan ontlcenen wij het volgende Verscheidene leden betuigen er hun in stemming mede, dat de Regcering, overeen komstig 't denkbeeld, in het memorandum- Vissering uitgesproken, betreffende hulp- vorlcering aan do door den oorlog zoo zwaar getroffen landen, mede wil werken ter be ëindiging van de in Duitschland heerschen- do crisis. Men vertrouwde, dat de in de Mem van Tool, uitgesproken verwachting, dat ons voorbeeld navolging zal vinden, in vet vul ling zal gaandaardoor zal belang rijk tot het herstel van Europa worden bij gedragen. Indien dit krediet tot het herstel van Duitschland zal kunnen medewerken, zal daarmede een. daad van goede nabuur schap zijn gedaan. Deze leden 6tonden daar om sympathiek tegenover dit voorstel. Zij vreesden het risico niet en geloofden aan eon spoedig herstel van Duitschland, waar door het dit land niet te zwaar zal vallen zijn verplichtingen na te komen. Andere leden vestigden er echter de aan dacht op, dat het thans voorgestelde kre diet met befc plan-Vissering niet geheel strookt. Verscheidene loden spraken den wensch uit, dat dit tractaat spoedfig zal worden goedgekeurd, eenerzijds met hot oog op de behoeften van Duitschland, en anderzijds met heb oog op den afzet, van een aantal Nederlancfeche producten, die moeilijk uit stel kan lijden. Verscheidene leden, die overigens hun in stemming betuigden met heb ethische denk beeld, dat aan het verleenen van dit kre diet ten grondslag ligt, merkten echter op, dat ook met de belangen van ons land re- koning moet worden gehouden, zooals trou wens in de M. v. T. eveneens wordt ge zegd. Zij betwijfelden echter, of dit wel voldoende is geschied ten opzichte van do zekerheid voor de terugbetaling. Vele leden oordeelden de bedongen con- tra-praestatdes van te gering belang. Zij achtten onze kolonpositio te ongunstig voorgesteld. Sommige leden vroegen, hoe de Regee ring hot krediet zal financieren en hoe de Nederlandsche Bank hiertegenover staat. Zal do Regcering zich genoodzaakt zien op nieuw een leening uit te geven? Zoo ja, dan achtte men dit bij de reeds bestaande staatsschuld van ruim 2 milliard een groot bezwaar, dat bij de beslissing over dit wetsontwerp wel onder de oogon mag wor den gezien. Do hier aan het woord zijnde leden wa ren voorts van mcening, d'at do Regeering van do gelegenheid had! moeten gebruik maken om nog andere voordeelen te bedin gen, n.l. eenerzijds de levering van grond stoffen en halffabrikaten, waaraan onze in dustrie behoefte heoft, en- anderzijds de op heffing van maatregelen, van Duitsche zijdo genomen, die belemmerend voor onzen handel wenken. Ook werd gevraagd, of geen schadever goeding had kunnen worden bedongen ten behoeve van do Nodorlanders, wier eigen dommen in Bolgic en Noord-Frankrijk door Duitsche militairen zijn verwoest. Ten aanzien van het levensmiddelenkre diet vroegen enkele leden, of daardoor geen schade zal worden toegebracht aan onze eigen voedselvoorziening. Zal heb geen op drijving van prijzen ten gevolge hebben en zijn daartegen door de Regeering voldoende maatregelen genomen? Ten aanzien van hot groncfetoffenkrediot merkten sommige leden op, dat het niet ge rechtvaardigd is, de Duitsche industrie te bevoordeelen, zoolang Nederlandsche tak ken van industrie, die met ondergang wor den bedreigd, tevergeefs een beroep op het krediet van don Staat doen. Daarenboven zal do Duitsche nijverheid, die toch reeds zooveel goedkooper kan produccoren, door dit krediet nog beter in staat worden ge steld de markt hier te lande met goed koop© artikelen te overvoeren, vervaar- cfögd van met Nederlandsch geld gekochte grondstoffen, en aan de Nederlandsche nij verheid een moordende concurrentie aan te doen. Andere leden achtten deze bezwaren voor onzo eigen industrie overdreven. Zij acht ten het integendeel een voordeel, dat. er weer concurrentie van de Duitsche indus- trio mogelijk zal zijn. Daardoor bestaat de mogelijkheid, dat cle buitensporige prijzen, gevraagd door enkele Nederlandsche in dustrieën (men wees o.a. op cüe papier fabrieken), weer binnen redelijke grenzen worden teruggebracht. Vorscheidene leden konden zich niet ver- ccnigen met do overeenkomst met de Maat schappij tot ontginning van steenkolonvel den. Zij hadden den indruk gekregen, dat deze overeenkomst neerkomt op een ver kapt subsidie aan deze Maatschappij. De directies der Ned. Spoorwegen hebben opdracht gegeven, dat voor nie mand van het personeel de wekelijksche rustdag mag worden ingetrokken en dat ton spoedigste de nieuwe voorschriften omtrent de dienst- en rusttijden voor het personeel zijn in te voeren. („N. R. Ct.") EERSTE KAMER iVergader-ng van gisteravond, j Li Ingekomen Stukkon. De VOORZITTER do:-t mededeeling van naam van alle leden te spreken, wanneer den brief van ontslag van den heer D. W. Stork als lid van de Kamer, en meent uit naam van alle leden te spreken, wanneer hij vaststelt, dat het ontslag van den heer Stork een groot verlies voor de Kamer is. Het üoet de Kamer leed, dat het ontslag wordt genomen om gezondheidsredenen. De heer Stork v/as elf jaar lid dezer Kamer voor Overijsel en heeft zjjn gewest en zijn land groote diensten bewezen. Hij v/as een veiiegenwoord ger v:n handel en ngverhsld, als medestander van meer dan 1000 werk nemers deed hij een stem uit de practjjk hi-oreu. Zijn woord was vaak een verzoenend woord, dat wjj noode in onze gedachlenwis- siding zullen missen. De Kamer wënseht hem betsren.de gezondhe'd tos voor zijn verdere werkzaamheid. Zjjn persoon zal in dankbare herinnering blijven bij de Kamer. (Instem ming.) Trekken der afdelingen. Overgegaan wordt tot het trekken van de zfdeelingen, waarna, in de afdeelingsn, wor- oen gekozen tot voorzitters de hesren: De s van Steenwijk, Van Nierop, Reekers, Verfceijen en Van der Doss de Willebois, en tot ondervoorzitters dö hesren Van der Hoeven, Gilisseo, De Gijsetear, Staal ere Kraus. Besloten werd morgen t& elf uur in de sloeelingen bijeen te komen tot onderzoek van het ontwerp wetboek, van Strafvorde ring en daarna te 2 uren een korte open bare vergadering te houden ter afdoening van eenige waterstaatsontwerpen welke nog dien dag door de Koningin dienon bekrach tigd te worden. Donderdag zal er t8 halfdrie openbare vergadering zijn voor de behandeling van oac gereed zijnde wetsontwerpen. TWEEÖE KAMER. Vergadering van gisteren. Regeling van werkzaamheden. De VOORZITTER stslt voor verschillende' wetsontwerpen aan de agenda toe te voegen. De heer SCHEURER (A.-R.) stelt voor qc suppiétofre onderwijsbegrcotlng met 5e subsidie voor de Nat. Opera enz, 'niet te behandelen. De heer VAN BERENSTEYN (V.-D.) komt hier tegen op en zegt, dat nvsn eerst moet wagen of de Minister er bezwaar tegen heeft. De heer SCHAPER (S. D. A. P.) heeft van den heer Scheurer geen argumenten gehoora voor zrjn voorstel. Ds suppletore begroeting bevat toch nog meer dan de opera-subsidie? De heer RUTGERS (A.-R.) is het eans met den heer Van Berasteyn, dat men het oordeel van dsn Minister kan vragen over uitstel van behandeling. De VOORZITTER zegt, dat do Minister bjj (le behandeling van hst ontwerp even tueel den subsidiepost kan terugnemen. De heer SCHEURER (A.-R.) zegt, dat over de subsidiering van de opera nog niet beslist is. De heer VAN BERENSTEYN (V.-D.) wijst er, op, dat, met het oog op net ko mende Seizoen tlians moet worden beslist over de opera-subsidie. Het voortbestaan van de opera hangt hiervan af. De heer SCHEURER (A.-R.) trekt zgn voorstel in; de Minister kan nota namen valn hetgeen hier gezegd is. De VOORZITTER zegt, dat het de be doeling is deze week de agenda af ts doen. Zoo noodig zal Donderdag een avondverga dering worden gehoudsn. Buitengewoon oorlog scrediet. 'Aan de orde is de verdere behandeling van de suppletoirs oorlogsbegrooting voor 1919 (Buitengewoon crediet van 5S niilliogn), welke op 27 Mei werd geschorst. De heer K. TER LAAN (S. D. A. P.) bestrijdt het ontwerp, ontkennend, dat d-:zs uilgaven noodzakelijk zijn. Zijn fractie zal tegen het ontwerp stemmen. Do heer A. P. STAALMAN (Chr. D.) heeft bezwaar tegen het ontwerp, nadat de aangevraagde 58 millioen voer het grootste gedeelte reeds zijn uitgegeven. Spr. zegt, dat de Kamer een dergelijke vrijmoedigheid en brutaliteit niet mag steunen. Daarom zal hij tegen stemmen. Het geld is bovendien voor een groot deel onnut besteed, terwijl voor nuttige zaken, als de pc-nticen-tangele- genheden, te weinig gegeven wordt. Spr. dient een metie in voor een jnar- lijksche ondersteuning of een uitkeering in eens voor lien, die tijdens de mobilisatie voor den militairen dienst zijn afgekeurd of vodr hun nagelaten betrekkingen. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.-R.) richt zich tegen de soe.-dem., die op ver betering aandringen, en dan toch tegen de aanvragen om gelden stemmen. Spr. verde digt het ontwerp. Hij ondersteunt de mo tie-Staalman, welke hij in üian z'n wensent aangevuld te zien, dat de afkeuring gevolg moet zijn van ziekte, buiten hun schuld. De MINISTER VAN OORLOG, de hoer POP, verdedigt do wijze, waarop de demo bilisatie werd geregeld. Spr. heeft naar van nabij medegemaakt. Er waren groote moeilijkheden aan verbonden, nrar de zaak is goed geloopsn. Vervolgens licht spr. het hoogsr eindcijfer nader toe. Oorzaak hiervan zijn o.a. ver schillende prijsverhoogingen; verder is er 13 millioen voor kostwinnersvergoedingen, steunregelingen en vergocd'ngsn ca 14 mil lioen voor schadeloosstelling aan de spoor wegen. Voor ondersteuning van hen, die in, maar niot door den dienst ongeschikt zijn gewor den, is veraschte, dat_ er eenig verband: me den dienst most zijn, en dat is onmo gelijk meer uit te maken. Vóór 1914 waren er ook velen in gelijke omstandigheden ver keer end en zij zouden nrafc geho'.pi-n worden. Men kan cok niet nagaan hoe groot riet aantal betrokkenen zal zijn. Spr. zegt toe aan verschillende punten, welke ter sprake kwamen, aandacht te zul len wijden. Na replieken wordt de" motie-Staalman z. h. st. aangenomen. Bij ara. 1 licht de heer VAN ZADELHOFF (S. D. A. P.) een amendement toe, om niet f50,000 toe te kennen aan de Nationale Landstormcommissie voor naar propaganda voor den vrijwilligen landstorm. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.- R.) bestrijdt den vorigen spreker; het geld is alleen bostemd voor de organisatie van den landstorm. Spr. treedt dau in een ver dediging, van den landstorm. Do heer SNOECK HENKEMANS (0.- H.) bestrijdt eveneens het amend:ment. Spr. wijst er op, dat de vrijwillige landstorm een organisatie is, welke uit het volk op komt. Do heer MARCHANT (V.-D.) beschouwt den vrijwilligen landstorm als een instru ment tegen revolutionaire woelingen. Hij betwijfelt of het de grondlaag zal kunnen vormen voor de nieuwe logerorganisatie. De landstorm zal ook ton goede komen aan de verkorting van den eersten oefen tijd en aan de democratiseering van het" logcr. -' Spr. is tegen het amendement. Dc heer SCHEURER (A.-R.) wijst op de beteekenis van den vrijwilligon landstorm. De beer K. TER LAAN (S. D. A. P.) be toogt, dat do f 50,000 alleen bedoeld zijn voor propaganda. De bewapening, onz. wordt; er niet uit betaald. Spr. meent, dat do voorstanders van den vrijwilligen land storm de propaganda zelf moeten betalen; zoover gaat do vrijwilligheid echter niet. Vooral niot, nu blijkt, dat er niet veel ani mo voor het instituut bestaat. Do heer KOLTHEK (Soe. P.) bestrijdt oveneens het instituut van don vrijwilligen landstorm. De MINISTER VAN OORLOG verde digt den voorgestelden. post. De Regeering heeft van de vrijwillige hulp van burgers ter handhaving van recht en orde gaarne gebruik gemaakt. Daaruit is de vrijwillige landstorm voortgekomen. Spr. heeft hier voor altijd veel sympathie gehad, omdat hij do vaste verwachting heeft, dat do. vrijwil lige landstorm veel kan bereiken ten bate van het leger en van de kadervoorziening. Alleen moet men niet overhaasten. Spr. ziet in het instituut een groote kracht voor do vorming van ons toekomstig leger. Van daar, dat hij do post van f50,000 heeft voorgesteld. Do VOORZITTER stelt voor om niet te repliceeren. wolk voorstel met 45 tegen 16 stemmen wordt aangenomen. Het amendement-Van Zadclhoff wordt mefc 41 tegen 18 stemmen verworpen. Het- wetsontwerp wordt met 43 togen 17 stemmen aangenomen. Tegen stemden do soe.-dem. communis ten en de heer A. P. Staalman (Chr.-Dem.) Overdracht van gronden. Z. h. st. wordt aangenomen het wets ontwerp tot goedkeuring van don over dracht door ruiling van gronden te Gecr- truidenberg aan die gemeente. Bui'enlandsche Zaken. Aan de orde is de supplementaire be grooting van Buitcnlandschc Zaken voor 1920. (Jaarwedden diplomatieke en consu laire ambtenaren. De heer DE JONGE (S. D. A. P.) verde digt een amendement om do bcgrooting te verminderen met f 10,500, ten einde geen militaire attaché s aan te stollen in Ber lijn en Parijs. Do MINISTER VAN BUITENLAND^ SCHE ZAKEN, de lieer VAN KARNE- BEEK, wijst er op, dat bij de aanstelling van deze attaché's oe". diplomatiek en een militair belang betrokken was. Het diplo matieke belang heeft de Kamer wel er kend, het militaire niet. De bedoeling i3 nu niet te reagecrcn tegen een beslissing der Kamer, maar om het diplomatiek be lang tot zijn recht te doen komen. Men mag de beide gezantschappen oo-k niet verzwak ken door deze att&ché's - terug to nemen. Spr. aoht clon tijd nog niot gekomen, om cle militaire atfcachó's af to schaffen. D'e heer DE JONGE (S. D. A. P.) re pliceert en handhaaft zijn amendement. Woensdag wordt er gestemd. Suppletoire begroeiing van Financiën. Aan de ordo ia een suppletoir© begroo ting van Financier voor 1920. (Verschillen- do onderworpen). De heer DRES6ELHUYS (V. L.) pleib voor financieelen steun aan kleino kweekers. De VOORZITTER zegt-, dat dit niets te nrnken heeft met het wetsontwerp. De heer DRESSELHUYS (V. L.) zegt, dat het er in zooverre mede to maken heeft dat deze zaak in het ontwerp had moeten staan. De heer RUGGE (S. D. A. P.) sluit zich biorbij aan. Do MINISTER VAN FINANCIËN, do beer DE VRIES, zal op de zaak niet in gaan zij is bij „Landbouw" in behande ling. Bij dc repliek merkt de heer SCHAPER (S. D. A P.) op, dat d© heer Dresselhuys den Minister te voren had moeten waar schuwen, dat hij do zaak zou bespreken. De heer OUD (V. D.) maakt eenige op merkingen in het belang der verificateurs evenals hierna de heer J. TER LAAN (S. D. A. P.). Do MINISTER antwoordt kort, en zegt niot terug te komen op de beslissing van zijn voorganger to dezer zake. Hot wetsontwerp wordt z. h. st. aange nomen. Uiticeering voor eens. Aan de orde is oen suppletoir© onder wijsbegroting voor 1919. (Uitkeering voor eens aan liet niot-onderwijzend personeol van het bijzonder M .O.). Na een opmerking van den heer SMEENK (A.-R.) licht do MINISTER VAN ONDERWIJS, de heer DE VISSER, de regeling nader toe. Hot wetsontwerp wordt z. h. st. aange nomen. Verschillende weisenlwerpen- Aan do ordo zijn hierna: 1. Wetsontwerp Verhooging van hoofd stuk V der Staatsbegrooting voor 1918. (Verschillende onderwerpen). 2. Wetsontwerp Aanvulling en verhoo ging van het lilde hoofdstuk der Staats begrooting voor 1918. (Consulaatageböuw Pretoria). 3. Wetsontwerp Nadere wijziging van de wet op de Rocliterlijke Organisatie en het Beleid de- Justitie. FEUILLETON PABÜÏÏBSSE0OK. Roman naar het Engolsch van BOOTH TARKINGTON. (Nadruk verboden.) 82) „Neen! Ik wil cr niet over praten! Trek niet zoo aan mij! Laat mij mot rust!" En Edith wierp zich met kracht tegen Bibbs' deur, duwde die open, zwaaide daarom heen de kamor in en liet zich in zoo'n he vige gemoedsbeweging voorover op liet bed neervallen, dat zij Bibbs' tegenwoordigheid in do kamor niot opmorkto. Snikkend en hijgend in co.i hartstochtelijke huilbui, sloeg zij mot haar gebalde vuisten op dc dekens ©n de kussens. „Gluiper 1" riep zij luid. „Gluiper! Slang! Kat!" Toen Bibbs bemerkt©, dat zij zich niet van zijn aajiwezigheid bewust was, begaf •hij zich zacht naar do deur, in de hoop weg fco komen, voordat zij hom gewaarword; maar het geluid' van die bewoging deod haar verschrikt overeind komen cn hem aan kijken. „Ik dacht, Bibbs, dat jo 'een poosje gele den was uitgegaan." „Ja, maar ik bon teruggekomen. Hot lap ij b me „Heb je mij met Sibyl hooren twisten?" „Alleen wat jo zei in do gang. Ga maar {weer liggen, Edith. Ik ga uit-." „Neen, ga niet heen!" Zij drukte den zak doek tegen haar oogen, gaf een snik on herhaalde haar verzoek. „Ga niot weg. Jij hindert mij niet. jij bent) ton minste be daard. Mama is zoo druk, men komt met haar niet verder. Jij hindert mij in 't ge heel niet, ga dus als 't jo bKoft weer zit ten." „Heel goed En hij keerde terug naar zijn stoel naast den koffer. „Vooruit maar en schrei zooveel je wilt, Edith," zei hij. „Dat doet geen kwaad!" Sibyl vertelde aan mama o!" begon zij, naar adem snakkend. „Mary Vertrees had mama, Sibyl on mij een namiddag op do thee, een paar weken zoowat geleden on cr waren toen ook een paar dames, met wio Sibyl bespottelijk graag bevriend wilde worden. Zij deed allo mocilc om met. hen in aanraking to komen en zij heeft; ze sinds dien tijd al nageloopen on nu komt zij hier en beweert, dat zij zeggen, dat Bobby Sam- horn zoo sleoht. is, dab zelfs, ofschoon zij zijn familie graag mogen lijdon, geen enkele van cüe nette menschen in do stad hem bij zioh aan huis zon willen ontvangen. In de eerste plaats is dat een leugen, ik geloof cr geen woord van, en ten tweede ben ik de reden, waarom zij dit kwam vertellen, en wat meer is, zij weet, dat ik het weet! Ik wil niet zeggen, wat het is, nog niet daar papa on jullie allen dan zouden donken, dat ik even krankzinnig als zij valsch is en Roscoe is zoo'n dwaas, hij zóu waarschijnlijk niot meer togen mij spro ken. Maar het is waar. Lot op haar, dat is alles, wat ik vraag. Let maar op die vrouw! Dan zul jo het zicn!"- Heb toeval wilde, dat Bibbs in letter lijken zin op ,,-dio vrouw" lette. Uit het Taam kijkend, zag hij Sibyl op het plaveisel voor het oudo huis naast het hunne staan. Zij stond een oogenblik diep in gedachten verzonken, maar liep toen vlug het pacLop naar de deur, zeker met liet doel den butVn een bezoek to brengen. Hij maakte hier echter geen gewag van tegenover zijn zus ter, die, na haar gemoed in een ietwat vago jeremiade over het verraderlijk gedrag van haar schoonzuster gelucht to hebben, naar haar eigen kamer vertrok, hem aan zijn bespiegelingen overlatend. De voor naamste daarvan betrof cU elasticiteit der vrouwen in den omgang. Sibyl was juist be trokken geweest in een hevige scènezij was op een manier beleedigd, die niet bon nalaten haar van verbolgenheid te doen bevon, en toch verkoos zij zich te begeven naar menschen, die zij slechts oppervlak kig kende. Bibbs verbaasde er zich over. Er moesten toch nog, naar zijn meening, sporen van emotie op Sibyls gelaat' achter gebleven of in haar manieren merkbaar zijnzij kon dat alles niet geheel hebben doen verdwijnen in do drie of vier minuten, die zij noodig had' om de deur der Yertreee' te bereiken. En in dat opzicht liad hij zich r.iet ver gist, want Mary Vertrecs was in dat oogen blik benieuwd to weten, welke innerlijke ontroering mrs. Roscoe Sheridan poogde te overwinnen. Sibyl had er echter geen flauw vermoeden van, dat zij van iets anders blijk gaf dan van do opgewektheid, die zij voor een ongewone bezoekster passend vond Zij was geheel vervuld van het plotselinge voornemen, dat haar daar bracht, en zij bezat evenmin zelfkennis nis werkelijk ge zond verstand. Want Sibyl Sheridan be hoorde tot een type zoo oud als do Schrift. Zij was sleehls de ijdele en half ontwik kelde intrigante, die de mannen weet te misleiden cn dat ook doet, tevens do beste cn minst verstandige van haar eigen sekse, van *wie zij onveranderlijk grooten steun ondervindt. Het is het type, dat veel kwaad in de wereld heeft gewrocht en nog veel meer kwaad zou hebben uitgericht, zoo zijn macht niet was gefnuikt door vorstandige vrouwen en door haar eigen gebrek aan doorzicht, want het is een type, dat zich zelf nooit in het wri.ro licht ziet. Sibyl gaf gevolg aan haar ingevingen zonder na te denken of to v rage a zij was als een bond die een baas, op een paard gezeten, ach terna holt. Zij had zelfs niet hot instinct om te blijven stilstaan en het. effect van haar eigen handelingen waar te nemen. Als zij een zekerej. indruk wensehte te ma ken, meendo zij, dat zij dien maakte. Zij meende, dat zij werd geloofd. „Mijn moeder heeft mij gevraagd u le zeggen, dat zij tot haar spijt niet heneden kan komen," zei Mary, toen zij hadden plaats genomen. Sibyl doorliep de toonladder van een kirrend namaaksel van lachen, wat haar was geleerd als welvoeglijk te beschouwen, na een opmerking, tot haar gericht door iemand, met wie zij op geen xamiliairon voet stond. Hot was gcckelteüjk als de grondlegging voor een indruk van liefheid. „Ik dacht, ik zal cr maar gauw eens heonvliegen," zei ze, liet kirren voortzet tend, om den lnatsten twijfol aan haar op- gowektheid weg te nemen. „Ik dacht, ik wil mij geheel gedragen als een werkelijke buur op liet land. Wij wonen bijna op het land, zoo ver van do binnenstad, vindt, u niet? En het leek mij zoo'n licerlijko dag. Ik had behoefte u te vertellen, hoe ik dien namid dag bij u op do thee van do ontmoeting met die aardige menschen heb genoten. U moet weten, dat ik hier als pas getrouwde vrouw ben gekomen en hier nooit eer gewoond had, zoodat ik bijna geheel op de vrienden van mijn man was aangewezen. Ik kende hier dan ook, zoo te zeggen, niemand. Mri Sheridan is altijd zoo in zijn zaken opge gaan, van. af dat bij een joDgen was, dafe natuurlijk Zij hiold met een air op. alsof zij een verklaring had afgelegd „Natuurlijk!" zei Mary, die met sym- pathio aanvaardend. „Ja, ik heb sinds dien namiddag de Kit- torsby's dikwijls ontmoet," ging Sibyl voort, ,,'t Zijn werkelijk alleraardigste menschen! Werkelijk! Ja Zij hield onbewust plotseling op, haar gedachten dwaalden blijkbaar af naar iets anders cn Mary bemerkte nu, dat zij met een bepaald doel was gekomen. Bovendien duidde een zekere strakheid in Sibyls oog leden aan, toen zij in dat oogenblik van afgetrokkenheid langs haar gastvrouw heen keek, dat dat doel heel ernstig was in het oog der bezoekster, en gemakkelijk in ver band was to brengen mot de merkbaro agitatie, die zich onder haar aangenomen, opgewekte kalmte verschool. Haar adem had iets gejaagds cn haar handen bewogen zich onrustig. „Mrs. Kiltersby cn haar dochter spraken laatst over sommige menschen liier in de stad," zei Sibyl, het kirren herhalend em het rekkend. „Zij beweerden iets, dat mij zeer verbaasde. Wij spraken over onzen woderzijdscbon vriend, mr. Robert Sara- 'liorn Mary viel haar vlug in do rede. „Zijn mot dat „wederzijdsch" mijn moeder cn ik inbegrepen?" vroeg zij. „Natuurlijk, ja; ik bedoel de Kittèrby'a en u en wij allen Sheridans." „Neen," zei Mary,. „udj beschouwen mr. Robert Samho.n niet als een vriend van ons." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1920 | | pagina 5