INDISCHE BRIEVEN. BUITENLAND, irerlioogd ealarie, waartij de burgemeester zicli ook aansluit Een schrijven van den heer Saiverda, waarin hij verzoekt opnieuw het huis in de Raadhuis straat voor 2 jaren te mogen huren. Geren- yoyeerd na&r B. en W. om advies. Thans komt de agenda in behandeling. De heer Noemen heeft een voorstel gedaan tot wijziging van de verordening tot heffing van den hoofdelijken omslag. De aftrek van f500 voor het noodzakelijk levensonderhoud on. vindt hij in de tegenwoordige tijdsomstandigheden te weinig. In verband hiermede stellen B. en W. voor: I. vast to stollen do volgende ontwerpen: a. verordening tot wijziging van dio op dev heffing van den hoofdelijken omslag; b. een verordening tot heffing en invorde ring van 20 opcenten op de hoofdsom der por- Bonoolo belasting; II. te bopalen dat als winst in de gemeente las zal vloeien: a. a/s cent van elke M3. gas afgeleverd door het gasbedrijf dor gemeente; b. J/a cent van elke M3. water, afgeleverd door do hoogdrukbronwaterlci ding der gemeen te; c. f2000 van het eleetiisch bedrijf der ge meente. IH. do prijs voor electrische stroom voor an dore dan krachtdoelemden to bepalen op 42 ct. per K.W.U. Na eenige discussies worden dezo voorstelleu aangenomen met 8 tegen 7 stemmen. Het verzoek van de broodbakkerspatroonsver- oeniging om intrekking van de bepalingen van de algemeen© politieverordening, omtrent nacht arbeid van bakkers wordt ingewilligd. De wijziging van de verordening in zako do •vertaling van pensioensbijdragen van de ge meenteambtenaren wordt goedgekeurd. B. en W. stellen voor de werklieden bij de gemeen! oweiken in loonklassen in te deelen en wel: let© groep menschen zonder vakkennis, loon f 1800, waaronder vallen v. Brussel en Hoeman; 2de groep menschen mot vakkennis, loon f 1400. De heer Van Dijk Ss tegen dezo indeeling, het is een verbloemde loonsverhooging, want nu krijgt men voor alles vakmenschen. Het vooistel van B. etn W. in stemming gebracht, wordt aan genomen met 11 tegen 4 stemmen. Tegen de hoeren van Dijk, Goedhart, De Hertog en Ranke. Jeugdorganisatie vraagt gebruik van een schoollokaal. B. en W. willen hier afwijzend op beschikken. De heer Do Hertog wil het verzoek inwilligen, maar dan moet adressant zorgen voor vuur en licht. In stemming gebracht wordt dit verworpen met 18 tegen 2 stemmen. Vóór do hoeren Do Hertog en Koren. Het voorstel De Wolf, om het verzoek wel in ie willigen, wordt verworpen met 14 tegen 1 stern, zoodat het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. Goedgekeurd wordt de aankoop van een per- joeeüje grond, gelegen aan Gouwsluis, voor f 100. Op het vorzoek van het Alphen'e drankweer- comité om subsidie uit de gemeentekas wordt met 14 tegen 1 stem (Do Wolf) afwijzend be schikt. Besloten wor'dt niet in te gaan op het adres van het hoofdbestuur van den Noderlandschen Bond van Gemeenteambtenaren, om toekenning van een extra maand salaris aan gemeenteamb tenaren. Aan de Nutsbowaarscliool zal subsidie wor- 'den verleend ondor dezelfde condities als aan 'do Cihr. Bewaarschool wordt gedaan- Hot voorstel van B. en W. in zake wijziging .van de verordening op do heffing van een hon denbelasting wordt zonder hoofdelijk© stemming ftangenomen. D© heer Van den Bosoli verzoekt om wijziging van de voorwaarden, waaronder vergunning is Verleend tot het aanleggen van een trottoir. De heer van Dam wil het besluit bandhaven. De heer Wieringa stelt voor toe te ©taan de trot toirband ook door te trekken in de Raadhuis straat De heer Do Wit ondersteunt dit voorstel. In stemming gébracht wordt het verworpen met 8 tegen 7 stemmen. Tegen de heeren Van Dijk, .Gesman, Thoren, Nouen, Goedhart, Hen/ijuiu, J). van Leeuwen en Van Dam. Het voorstel van Dam wordt ondersteund door den heer Van Dijk. In 6temming gebracht wordt ook dit ver-- worpen met 7 iegen 8 stammen. Hot voorstel van B. en W. wordt nu aangenomen. Het voorstel van B. en W. om de Bout>_ eü iWoningverordening zoodanig te wijzigen, dat in |de nieuw aan te leggen straten 20 M. uit het fiart der straat mag gebouwd worden, wordt laangenomen met 9 tegen 6 stemmen. Tegen do hoeren Ranke, Gesman, D. van Leeuwen, Van Dam. De Wit en Do Hertog. Tot leden van de 2de commissie tot wering van schoolverzuim worden gekozen de heeren fiV. A. Lam en W. van Rogt. De Raad wordt in 3 afdcelingen verdeeld, in jdic van het grondbedrijf, het gas- en electrici- llei'jsbedïijf en het levensmiddelenbedrijf. In de leorsto afdeeling worden gekozen do burgemees ter, voorts de hearen Hunguin; Ranke, Nooman, p. y. Leeuwen en Thoren. In de 2do afdeeling '<ïo heeren Vlasman, voorz., Wieringa, De Wolf en Ges man en in de 3de afdeeling do heeren van Leeuwen, voorzitter, Goedhart, Van Dam, ff)tj Wit en De Hertog. Burgerlijke Stand.4Omstreken. HAARLEMMERMEER. Bevallen: U C. V. •/AlphenVan Wanrooij D. K. Houcoop De Groot Z. M. M. Teeuwen—Vlaar D. fx. A. Bo ellaard—Treur D. M. Schéltin- 'gaVan Leeuwen Z. P» A. Boellaard- Do Graaf Z. G. F. WolsheimerWols- 'hoimer Z. ML StolkferBatenburg D. f/l. El ',ran WarmerdamVan Groningen <Z. P. DaasDe Bruin D. G. van der pindenEijk 'Z. D. MarkusStokman Z. Ondertrouwd: J. Borst-, 22 j. en EL Buis £3 j. A Loog man, 27 j. en D. van Ber- kel 19 j. i O.'eileden: Maria van Niel, 67 j. gehuwd met J. Bogers. Elisabeth Lanser, 8 m., D. van A. Lanser. LLSSE. OndertrouwdN. Broekhof en O. ivan Kuiten. J. Th. Kleyhorst on A. M. (van der Eist G. Kuipers en J. Mijnders. Gehuwd: Th. Pkilipse en P. M. Jelierse. GeborenJan Ar el is, Z. van D. Bol en G. Nagt egaal. Catharina Johanna, 30. v. iC. Boekei en C. M. Leyten. Catharina tPetionella, D. van L. P. van dier Ylugfc en !A M. Langeveld. Geerfcruida Maria An- itoni» en. Adriana Maria Francisca» D. van A. van Kest-eren en A. van Ruiten. Elisabeth Maria, D. van M. van d§r Lans en A. M. Weyers. OverledenCecilia Wilhelmina van Stein, S m. NOORDWIJK. Geboren: Cornelis, Z. v. 0. Driebergen eu T. van der Wiel. >'.hr tharina Dirkje, D. van A. D. van Duijn en C. Hoek. Oornelis, Z. van J. Bulk en W. Lastdrager. Arnoldus, Z. van A v. Doresen en A C. Krujjt. Ondertrouwd: Florls Evers 27 j. te Noord- wgk en Johanna Maria Elisabeth Blom 24 3., te Amsterdam. Getrouwd: G. v. d. Taug 30 j. te Noord- wjjkerhout en G. Passchier 30 j. te Noord- wfck. Overleden: Johanna Wilhelmina van der Krofi 68 3., gehuwd met. J. L. Z. Born. Margaretha Janson, S2 3"., wed. Th. Nocrdove. Huberus Adrianus Smit 5 w., zoen van IL Smit en M. J. Augustinus. Uit het Indische leven» XVIII. Het is veel jaren geleden, wat ik nu ga ver tellen; meer dan 25 jaar. Het was een donkore avond, toen een Austra lische walvisehvaander <len nauwen doorgang tusschen de eilanden Ternate en Tidoro door gleed eu voor do Kota Ternate in de schoone baai van dienzelfden naam het anker Het val- lcm. Do kapitein van hot schip, do heer Car penter, #uit Sidney, begaf zich nog denzelfden avond met een ©loep aan wal en bracht een bezoek aan den heer S., eerste plaatselijke over heid. Beide personen hadden elkander gekend te Gorontalo. Do heer Carpenter was nl. in do Molukscho wateren jaren achtereen op jacht ge weest naar een klein eoort walvisch, dat daar omtrent leeft, en had meermalen Gorontalo aan gedaan, waar do heer S. vroeger controleur was. De ontvangst was minder hartelijk dan de Australiër wel vermoed had. Nauwelijks was de begroeting afgeloopon, of de heer S. deelde zijn bezoeker mede, dat hij hem arresteerdo „in naam der Koningin", en een kwartier later verlustigde onze vriend zich in zijn nieuw ver blijf, „<ten boei", of zooala Jan Fuselier zegt, „Harer Majesteit© Snuifdoos." Deze Ternataansobo gevangenis had wel niet al het comfort van een model moderne ge vangenis 111 ons lieve vaderland; maar de nieu we gast bad bet er naar behooren goed. Hij ontving zijn maaltijden van uit het gezin van den heer S., die ook nog de beleefdheid had den twaalfjarigen William, den aardigen zoon dos kapiteins, van boord ie balen en een plaats onder zijn dak te geven. Weinig gevangenen zullen kunnen zeggen, zoo door den provoostge- woldige te zijn behandeld. Hij mocht daarvoor dankbaar zijn, maar was het niet, zooals zal blijken. Wat was de misdaad, waarvan Carpenter be schuldigd werd? Geen kleinigheid, nl. niet meer en met min der dan zeeroof. Carpenter was een zeeroover. zal maar dadelijk meededen, dat bij geen zeeroover was, dio bloedvlaggen liet wapperen en zijn gordel vol had met revolvers, terwijl uit elke laars een lang mes stak. De dikzak zag or vrij pacifiek uit. Toch had hij zeeroof gepleegd. Op de breedte van het eiland Boeroë had hij een onbemande prauw, maar volgela den met 'kisten petroleum, drijvende gevonden. Het ding was zeker bij ebbe driftig geworden en had het mime ©op gokozen. In plaats van zijn vondst behoorlijk af te leveren aan do naastbijzijnde Nederlandsche post, had hij do lading overgeladen in zijn achip en was kalm verder gegaan. Nu was de vraag: Waar had hij de prauw gevonden? Was dat geweest binnen 8 mijlen van den wal af, dan was dat op Nc- derlajidsch territorium en behoorde het misdrijf tot de jurisdictie van den Nederlandsah-Indi- schen rechter. Was het verder op zeo gebeurd, dan had hij zich te verantwoorden voor den Engelschen rechter. In elk geval had hij een misdrijf gepleegd. Uitgemaakt moest worden, waar he't feit had plaats gehad. Volgens getui gen was het een zaak voor de rechtbank te Ma kasser. Dus werd hij onder politiegeïeide naar Makassar gezonden. Het onderzoek begon leelijk te zijnen nadeele uit te loopen, toen de Engelsche regeeriDg lus- sohenbeide kwam. Dat kwam dan ook niet te pas, dat een Engolsoh onderdaan zoo onderhan den word genomen door een rechter van het kleine Nederland en er werd druk op het lancl- voogdelijk gemoed te Buitenzorg gewerkt. Dit raakte bewogen en bevreesd voor de gevolgen en kabelde naar Makassar: loslaten. Do Ne derlandsche rechter was wat hardhoorig uitge vallen. Oost-Indisch dool noemen ze dat in Hol land. De man zat gevangen en een knappe ke rel die hem vrij kreeg. Evenwel, de Buiicnz^rg- echo hooge heer, hoe langer hoe meer bij het oor getrokken van uil de Straits Settlements, ka- helde weer en nog eens weer. Eindelijk werd zijn bewogen gemoed gerust gesteld en Carpen ter kon gaan, werwaarls hij wou. Geen En- gOlsch-Nederlandt-oho oorlog dreigde om ©enige liters petroleum. Do hoer Carpenter niet meer gevangen, werd hij weer een heer, een gentleman of eon sir trok dadelijk op Ter nate af, waar eijn schip eioh nog altijd bevond onder bevel van den eersten stuurman Young, een aardigen man, dio mét ons. bannelingen op het vulkaan-eiland, de vredespijp had gerookt en had leeren bitteren. Menigen avond zat hij bij mijn vrouw en mij to praten over zijn „wifo" en zijn „güi", ver weg in Sidney. Een gemoe delijk man, dio streng do orde handhaafde on der do bemanning van zijn schip. Die bemanning bestond uit het zonderlingste samenraapsel, dat ik ooit zag. Er waren on der: een paar Hollanders, wat Engelzchen, een Deen, een Noor, een Duitscher, een paar Ame rikanen, en verder negers en nog eens negers. Gingen zij aan wal, passagieren dat was het lieve leven aan den gang. Op een avond liep ik in do Chinecscho kamp (wijk) en hoor de achter mij heftig ItuwaaL Naderbij komende boorde ik eenlgo doffe ©lagen, alsof met een knuppel op een meelzak werd geslagen. De knuppel was er, de meelzak was een van de negers ,die op den grond lag en daar naar den aard bewerkt werd. Een paar woorden waren genoeg. De ruzie was uit. De mishandelde stond op en mij oven aangrijnzende., stak hii de hand j uit en zei: „Please mister W., lend me 80 roepies." (Als 't u blieft, mijnbeer W., leen mij 80 gulden). Mooi volt, maar fliuke zeelui. Ik bob ae eens tegen stroom in zien roeien van 's mid dags één uur tot 's avonds acht. En het hu meur bleef best, waar het mijne mij al lang be geven bad. Welnu, de heer Carpenter kwam zijn sobip halen. Op een avond, den eersten, dat bij terug was op Ternate, zat hij met zijn stuurman, in de soos in gezelschap van den luitenant P. en 'mij. De heor Carpenter verwaardigde zich niet ons aan te spreken. Hij bepaalde zich tot zijn ondergeschikte, aan wion hij mededeelde, dat dio „damned Dutchman" (vervloekte Hollan ders) or van zouden lusten. Dat muisjo zou een staartje hebben Een burger van het trotsche Albion zoo minderwaardig te behandelen. Dc luitenant P. en ik keken elkander eens aan, boraadslaagden even, wat ons te doen stond en daarop richtte P. het woord lot Young cn zei m duidelijk Eugelsc-h: Mister Young, als jo wat voor jo haas voelt, raad hem dan aan, dat hij hiuncu vijf minuten do ruimte gekozen heeft, anders krijgt hij mijn lat (en even werd met do sabel gorinkefd) in zijn nek." De stuurman behoef do dc boodschap niet over to brengen. Zijn baas verstond ©ven goed Engelseh als hij, was niet doof, riep den „boy", betaaldo zijn ijs wat er of hier, en in tweo minu ten liep hij rond to boomden in den mane schijn, vergezeld van zijn stuurman, die uit achting voor zijn superieur geen afscheid van ons durfde to nemen. Wo hebben het stel letje niet weer gezien. Den volgenden morgen nam het schip victualiën in en trok maar weer op de walvisepben of op pelroleumprauweai af. Ik heb nooit vernomen, dat bij den heor S. en zijn vrouw eenige reden heeft gegeven tot het vermoeden, dat hij dankbaar was voor de lief derijke behandeling, welke William had onder vonden. A. v. W. Brieven van Willy aan Nicky. Natuurlijk kunnen we niet alle 75 brieven van den ex-keizer aan den vermoorden tgaar meededen, docb enkele frappante mogen- hieronder toch een plaats vinden. Een brief van 14 Jan.» 1903 luidt ale volgt: „Beste Nicky, Deze regels zullen U door mijn ^zornr worden overgebracht. Mijn zusters noemen hem gewoonlijk Willy No. 2 of de kleine Willy, om hem van zijn vader te onderschei den. Ik stel hem onder je vriendelijke be scherming en hoop, dat je met zijn optre den tevredeu zult zijn. Hjj is nog heal jong en bogint zich pas te vormen, zoodat, als hij do een of andere bévue maakt, je die vriendelijk door de vingers moet zien. Be halve deze brief brengt hij een aantal kerst geschenken voor jo mee, die ik je niet vnoe- fei' kon zenden. Ten eerste een groot mo ei van onze nieuwe klasse van slagschepen, dal je, zooals jo te Reval zeide, graag wilde hebben. Schimmehnan kan het je ieder oogeoblik uitleggen. Ten tweede een aquarel dat do geschiedenis van de vormen en kleu ren van al onze regimentsteekeus en vlag gen voorstelt, van den tijd van den groeten keurvorst tot 1900 toe. Ten derde alle bij uw nieuwe knvassiersregimeot behoorende uniformstukken, wapens, kuras en omhang, dio je, naar ik hoop, zullen passen. Ik heb ze aan mijn ouden kamerdienaar toevertrouwd, die ge ba Reval gezien hebt, vader Schultz. Hij zal je lijfdienaar inlichten hoe de ver schillende stokken moeten worden aangetrok ken. Ten vierde eenige brochures en tijd schriften, waarvan ik meende, dat ze je in je vrije uren misschien konden interesseeren. Betreffende de kleuren van het leger beb ik Sen verzoek aan je. Op het eerste aquarel zjjn de eerste vaandels van bdi lijfregiment van den eersten koning, die hij na zijn kro ning verleend heeft, blauw met gouden vlam men, kronen en adelaars, en wit met zwarte adelaars en gouden kronen. Deze vaandels zijn in ons arsenaal tot den 7-jarigeu oorlog bewaard en daarna zijn ze door de Russische troepen, die toen Berlijn bezetten, met vele andere dingen uit het arsenaal meegenomen. ,Wij rijn nu bezig heel zorgvuldig en moei zaam de geschiedenis van onze vaandels te beschrijven en Ik zon je zeer dankoaar zijn als jij toestond, dat ze in aquarel of olie gekopieerd werden, zoodat wij een authentiek voorbeeld hebben hoe ze te Petersburg zijn." Deze brief is geteekend: „Willy No. 1." In eeti brief van 9 Jan. 1904 zegt de Kei zer o.a.: „Ik zend U een exemplaar van de Marine Rundschau met een artikel <Jver gepantserde kruisers, geschreven door D. Deze L. is het masker, waarachter ik mij verberg. Ik heb dit artikel geschreven, maai' niemand be halve Tirpits heeft bet flauwste vermoeden daaivan. Als materiaal voor mijn in Novem ber geschreven artikel is het mij gelukt zeer belangrijke bijzonderheden over de Ri- vadaria en de Moreno te krijgen, welke voor Argentinië gebouwd, maar door de Erjgel- scben aan Japan geschonken zijn. Deze schet sen, die volkomen geheim zijn en mij op de uitdiukkelijken wcnsch van den president van de Argentijnsche republiek zijn voor gelegd, heeft Amaldo mij gezonden. Daar deze schepen je waarschijnlijk belang inboe zemen, zend ik je de atlas voor uw persoon lijk gebruik." Deze brief is onderteekend „Willy." Daarop volgt nog een postsoriptum dat ais volgt luidt: „Excuseer mij als ik je zoo dikwijls met telegrammen lastig val, maar in Wolffsgarten heb je mij gezegd, dat je mij voor allo be langrijke berichten, aie ik je kon mededeelea, dankbaar was. Ik vertrouw natuurlijk op je stilzwijgen, want het is allee alleen voor jon." Onder dit» postscriptum' staafct „Admiraal van den Afclantischen Oceaan." In een brief van 4 December 1906 schrijft tie Keizer: „De commandeeiendo officie ren van mijn troepen in China hebben ginds lang de opdracht oog te houden op de "wrijving- tusschen Japansche en Chinee- sche troepen en den toenemenden invloed •wan Japan op heb Ohineescbei leger te be waken. Twee dagen geleden ontving ik 't berijéüb\ dart? de Japanned 'tftch{ber U «i mijn rug om zich met de Ohineezen tegen ons hebben verbonden". In een brief van 6 Juni 1904 tijdens den Russisch-Japanachen oorlog, schrijft de Kei zer„Ik ben zeer verbaasd over de kort zichtigheid van Koropatkin, die niet on voorwaardelijk uw bevelen uitvoert. Hij ziil uw raad des te meer kunnen gebruiken daar gij toch zelf in Japan geweest, zijt en de Japanners dus veel beter dat hij kan beoordeelenEngeland zal te gepaster ure zijn pogingen zeker hernieuwen om U bemiddelingsvoorstellen to doen. Ik weet dat dit de bijzondere zending van Harding (de Engelsche gezant te Petersburg is), al hoewel gij deze voorstellen zoo kortaf van do hand hebt gewezen. Engeland is bang voor zijn geld en zal Tibet gaarne goed koop krijgen Ik zal trachten om Bertie (Edward VII van Engeland) als ik hem onmoet af te raden je langer met zulke voorsbellen lastig te vallen. Zoo de ge beurtenissen je er toe brengen een bemid deling te verlangen, dan is het zeker, dat do eerste wensch daartoe van jou moet uitgaan Je kunt er van overtuigd zijn, dat ik steeds lot je beschikking sta. Ik wensch je geluk met de dapperheid en de flink heid van je soldaten, dio allen lof verdie nen eu die goed hebben gevochten". Uit een brief van 3 ctober 1904„Ieder een begrijpt bier dat Rusland volgens de wetten der expansie trachten moet een ijs vrije haven of uitgang naar zeo te hebl*en Volgens deze wet is heb gerechtvaardigd een kuststreek, waar zich zulke havens be vinden (Wladiwostok en Port Arthur) te krijgen. Het achterland van deze havens moet in je macht zijn om spoorwegen "be kunnen bouwen, ten einde de goederen uit deze havens te vervoeren. Tusschen l>cdde havens ligt een lanistreek die in de hand van een tegenstander een nieuw soort Dar dan ellen zou moeteu worden. Dat kun je onmogelijk dulden. Deze Dardanellcn (Ko rea) mogen je toegangswegen niet bedrei gen en daardoor je handel verlammen. In de Zwarte Zee is dab reeds het geval en voor het Oosten kun jo dat niet dulden Daarom begrijpt ieder onparijddge, dat Ko rea Russisch zijn en blijven moet. Wanneer en hoe gaat niemanl aan. Dab ziju alleen zaken van jou en je land". Op 30 October 1994 schrijft de Keizer „Ik heb mij met den Rijkskanselier in ver binding gesteld en wij heoben samen in het geheim, zonder iemand er van te ver wittigen, de drie artikelen van het verdrag zooals jij het wenscht, ontworpen. Moge het zijn, zooals je zegt, Iaat ons zij aan zij staan, dan zal ons verbond een zuiver de fensief verbond zijn, uitsluitend gericht te gen een Europeeschen aanval lea* of aanval lers... Het is zeer waarschijnlijk, dat Ame rika zich door ons verbond niet bedreigd zal voelen. De Nationalistische of Oleri- cale partij voelt geen neiging voor Enge land en heeft steeds sympathie voor Rus land, maar zij zal er nooit aan denken haar lot niet dat van Rusland in den tegen- woordigen oorlog to verbinden. Tusschen deze twee partijen zal dc republikeinsche regeering neutraal blljveii en niets doen. Engeland rekent op deze neutraliteit en op de daarop volgende isoleering van Rus land". De Keize-r vertelt d'au, naar de „N. R. Ort." exeerpeert. dat ltoevier, de Fran- 6che minister van Financiën," beweerd heeft,, dat Frankrijk rich in geen geval in den Russisch-Japan^chen corlog zou men gen, zelfs indien Engeland de partij van Japan koos en dan vervolgt de Keizer: „Om dubbel zeker van deze republikeinen te zijn, beeft Engeland Marokko aan Frank rijk overgelaten. De absolute zekerheid, dlafo Frankrijk neutraal zal blijven en zelfs van plan is Engeland zij?i diplomatieken steun te schenken, is de oorzaak van de ongewoon far ut aio (zekerheid ,van de En gelsche politiek op dit oogenbiik Deze on duldbare toestand zal een einde, nemen, zoodra Frankrijk rich in de noodzakelijk heid bevindt, partij te kiezen en zich openlijk voor St. Petersburg of voor Lon den uitspreekt. Wanneer gij en ik nu schouder aan schouder staan, zal het eind resultaat zijn, dat Frankrijk zich openlijk en formeel bij ons zal moeten aansluiten, indien het ten slotte verdragsbepalingen wil nakomen tegenover Rusland 'Dat zal van de grootste beteekenis voor ons zijn met het oog op zijn mooie havens cn goede vloot, die dan gansch tot onze beschikking zullen staan I.aat mij jc meesterlijk poli tiek instinct bewonderen, dat jo er toe ge dreven heeft het Noord/.ee-incident (Dog- gersbank) aan het scheidsgerecht van L'en Haag te onderwerpen, want juist dit sys tematisch verdraaide inoident is door ate Fransehe radicalen, jOiemenceau, jen het overige gespuis, uitgebuit als ccn argu ment tegen de noodzakelijkheid dat Frank rijk zijn verplichtingen tegenover Rusland heeft te vervullen... Ik voeg hier een ont werp van de verdragsartikelen aan toe, zooals jij ze gewensciit hebt. Ik hoop dat- het goedkeuring zal vin dien Niemand weet er iets van, niet eens mijn departement van buatenlandsohe zaken. Bülow en ik heb beta, hiet werk alleen gemaakt. „Moge Gods zegen rusten op het hooge plan van beide hooge heerschers en de machtige drievoudige groep van Rusland, Duitsch- lancl en Frankrijk Europa voor altijd hel pen den vredo te bewaren" -dat waren Bülows woorden, toen wij met het werk klaar waren". Op, 21 December 1304 schrijft Keizer Wil helm nog: „Het Ss onmogelijk Frankrijk In ons vertrouwen te nomen, zoolang het tusschen ons beiden niet tot een definitie ve overeenkomst is gekomen. Loubert en Delcassó zijn- zeker bekwame staatslieden, maar daar zij geen vorsten of keizers zijn, kan ik ze in een zaak van vertrouwen, too- als deze, niet op deazelfden voet stellen met jou, mijn nee! en vriend' Revolutie-bruiloft. Dezer dagen liac&den vijf jongelieden, voormalige soldaten van de republikensohe eoldatenweer, zich voor het gereoht- te Ber lijn te verantwoorden wegens ernstige huisvredebreuk, bedredgjing merb doodslag en ontvoering van een minderjarigo. De feiten, waarop do beschuldiging berustte,- dateerden nog uit do dagen van de revo-* Iutie. Een cafe-houder in de Frankfurter Allee had een dochter van 18 jaar, Hedwig, op welke de arbeider Max Scheil verliefd was' Hij wilde haar trouwen, maar stuitte cp het verzet van de ouders Het. was in de Spatacus-dagen cn Scheil, die tot de republikeinsche soldaten weer behoorde, voelde zich voor geen kleintje vervaard. Hij vatto met vijf kameraden het plan op do geliefdere ontvoeren. Den 12en Januari van het vorig jaar gingen zij over tot de uitvoering van het plan. Terwijl eenige zwaar bewapende soldaten het café bezetten, drong Scheil met twee aneïeren in de aangrenzende woning door en ge lastte het meisje onder bedreiging met een. revolver, zich onmiddellijk aan te kleeden en hem te volgen. De waard en zijn vrouw werden met revolvers en handgranaten - kleine dingen" zoials de beklaagden voor den rechter zeiden in bedwang gehou den. Er ontstond een geweldig spectakel. Een van de revolvers ging p.f, gelukkig zon der iemand te troffen. Ten slotte versche nen drie politie-agenten. 8cheil werd pa thetisch en riep: „Of mijn lijk, of tien jaar tuchthuis, maar Hedwig moet ik heb ben." Een van do agenten, minder reto risch aangelegd, antwoordde: „Kerel, klets toch niet! Neem het meisje en maak dat je wegkomt". Dat werkte als een koude douche en de thans niet meer tegenstrib belende Hedwig reed in een rijtuig met haar doartastenden minnaar weg. Tot April bleef zij bij hem. Toen kreeg zij ransel. Voor het gerecht was van de liefde niet veel meer te merken en zij belastertien elkaar 'om het hardst. Scheil kreeg negen maanden tuchthuis, zijn helpers van drie tot zes maanden. Ooggetulgenverhaal uit Kief. Router geeft in de Engelsche bladen voim slag van het wedervaren van twee iersche meisjes May en Eileen Healy, dochters van het vroegere nationalistische parlementslid Thomas Healy, in Rusland. Zij zgnpas te Londen aangekomen, nadat zij met niets dan kleeren dunne linnen japonnen uit Kief ontsnapt waren. Deze dames zgn acht jaar lang als gouvernantes in Rueland geweest en hebben te Kiëf een paar keer; onder het schrikbewind van de bolsjewiki geleefd. Toen zij uit Kiëf vertrokken, waren de bolsjewiki nog maar 40 K.M. van de stad en hoorde men daar weer het gebulder van hvn kanonnen. Zp verhalen afgrijselijke dingen van d© wandaden van de bolsjewiki, aarvali Z0 ge tuigen zijn. geweest. Meer dan eens op stel en sprong uit haar huizen gezet, van. haar hebben en houden beroofd en, ofschoon haai' nooit zelf geweld is aangedaan, met' den dood bedreigd. De dames verhalen dat de spanning verschrikkelijk was en een van haar, Eileen Healy, heeft meer dan twintig pond aan gewicht verloren. Eileen Healy beschreef de t*ifr:elea (10 Kiëf, toen Denikin's leger de stad iu tember ontzelje, nadat zij acht maanden in; de macht van oe bolsjewiki was geweest. „Ik zaï nooit dien dag vergeten, toen het iTrj- willigersleger binnenrukte. De menschen hadden de uren tot aan het ontzet geteld. De getyranniseerde bevolking liep liet huia uit en toen de Russische vlag boven de Doema ontplooid werd, was heel de stad verdwaasd van vreugde. De menschen snik ten en schreeuwden van verlichting. Zij om stuwden generaal Bredof, wikkelden zjju paard in esn Russische vlag en droegen hem op hun schouders door de straten. De rooden waren gedwongen om de stad zoo snel te Ontruimen, dat z/jj geeo lijd meer hadden om de sporen van hun misdrijven uit te wisschen. Den volgenden dag was ik in de gele genheid om de verschillende gevangenissen van de Tsjreswetsjaika of buitengewone com missie te bezichtigen. Al die gevangenissen waien folterhuizen. Ofschoon wij argwaan koesterden, hadden wjj geen idee van de gru welen die binnen hun muren waren bedreu ven. Ik kende vele menschen, die die gevan genissen binnengingen toen de rooden weg waien, om naar vermiste familieleden te zoe ken. Z\j kwamen er als krankzinnig uit eü een dame, met wie ik bevriend was, viel, toen zij op straat kwam, dood neer. Een van die huizen, Sadavoka 5, was eeU aardige villa met ©eu kleinen tuin. In een bijgebouw, een soort van garage, zag ik de muien met bloed en hersenen bespat. In het midden was een geul gegraven, die vol met' gestold bloed was, en buiten het gebouwtje in den tuin lagen 127 naakte en verminkte lijken, onder welke ook eenige van vrouwen, in een kuil geworpen. Die menschen waren den vorigen dag ver moord, en de man die cje lijken uit de looas had Aveggehaald, deed een afgrijselijk ver haal. Het schijnt dat de slachtoffers zich eerst moesten ontkleeden en daarna mét gekruiste aim en op een rij moesten gaan staan. De vooiste rij moest op/het geziobt gaan liggen en werd daarna neergeschoten. De tweede lij werd nu opgesteld en moest vlak aonter de eerste rij gaan liggen. Zoo stapelde zich de eene rij na de andere van lijken op tot' zij bijna tot aan de zoldering reikten en een soort van trap van bloedende lijken gevormd was Enkele gevangenen werden uitgenoodigd, om in den tuin te gaan wandelen, en 'bij wijze van vermaak echoten. de dronken bols jewisten op, hen met hun revolvers, waarbij ZÜ hen nu eens doodden, dan weer wondden. Toen ik Kiëf verliet, waren de autoritei ten nog niet klaar met hun opgravingen, maar waren reeds tusschen de 4000 en 5000 lijken herkend. Afgescheiden van deze ver-F fcchiikkingen was Kiëf tijdens de bezetting van de rooden een oord der verschrikking. Het was als een lange nachtmerrie. Niemand \an ons wist wanneer hjj gevangen genomen Zou wor<Jen en er werd op straat altijd geschoten. Als wij naar bed gingen, wisten wj} niet, öf wjj den volgenden dag )i»g zou den leven, en nu ik er aan terugdenk geloof ik. dat eommigen van ons er zich niet meer. onj bekommerden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1920 | | pagina 6