No. 13332
LE3DSCH DAïaBLAIO, Donderdag 4 December.
Tweede Blad Anno 1919.
TWEEDE KAMER.
PENSIOE^WETGEVING.
UIT DE OMSTREKEN.
FEUILLETON,
Een Meisje met karakter,
Vergadering Tan Woensdagmiddags
Interpellatito-Braat
T>o heer BRAAT (Plattelaada-P.) vraagt
vei lof den Minister van Waterstaat te inter-
pelleeren orer den toestand, ontstaan doOT
03 staking bö de Rotterdamse he Tram-Mjj;
Morgen zal hierover worden beslist.
Subsidie dramatische kunst-
In stemming komt begrootingsartïbel 228
van Hoofdstuk Va (Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen) der Staatsbegrooting toot
192C (memoriepost voor de subsidieering
van da dramatische kunst.
Het artikel wordt met 42 tegen 41 stem
men aangenomen.
Voor stemden <le hoeren J. ter Laan, Van
Ster ele, Marchant, Van Doorn, Van Ï3sre-
rteijii, De Groot, Staalman (Midden-P,), Stu-
lemejjer, Visser van Uzeodoom, Hugenh-^Bz(
Da Murait, Engels, K. ter Laan, Ossendorp,
Van Ryckevorseh Dekkers, Loeff, Rink, Van
Rappard, Oud, H. Hermans (R.-K.), Nie-
meyer, Ter Hall, Van Schalk, Van Dijk, Brau-
tigam. Do Jonge, Teenstra, Van Wijnber
gen, Otto, Hazovoet, Lely, Wmtermans,
Lohman, Bulten, Dresselhuys, Kuiper, Poels,
Biaat, Schaper, Be Bnissonjé en de voor
zitter.
Tégen stemden de heeren Staalman (Chr.-
Dem.), Swane, Sannes, Helsdingen, Zglstra,
Van der Molen, Troelstra, Kleerekooper, De
Jlonté verLoren, Van der Voort van Zijp,
Van Ravestojn, Van den Tempel, Duys,
Eluy't, Schokking, Van Veen, Kolkman, Duy-
maer van Twist, De Geer, Weitkamp, Van
der Bilt, Van der Laan, Bogaerta, Kooien,
Scheurer, Smeenk, Schonten, Arts, Beumer,
Golftn, Rutgers, Rogge, Van Zadelhofi,
Heemskerk, Snoeek Henkemans, De Wildo,
Van Vuuren, "Alharda, Reymer, "Van der
Woerden en Bakker.
De Kamer heeft dus principieel ten gunste
der subsidie besloten, vóór den poet stem
den 14 Roomsch-Katholieken, 1 Christel(jk-
Historisc.h, 8 Sociaal-Democraten, 6 ünle-
Liberalen, 4 Vrijzinnig-Democraten, 4 Vrij-
Liberalen, 4 Neutralen en 1 Plattelander;
tegen den post^stemden 18 Anti-Revolatran-
nau-en, 8 Katholieken, 6 Christelijk-Histori-
schen, 1 Christen-Democraat, 1 Christelijk-
Sociaal, 10 Sociaal-Democraten en 2 Revolu-
tiennairen.
Ijparna werd de begrooting van Onder
wijs met 78 tegen 2 stemmen aangenomen;
Tegen de heeren Van Ravesteyn en Kruytt
Wijziging Hocger-Onderwijswet.
Hierna wordt voortgegaan niet het wets
ontwerp tot wijziging en aanvulling Her
Hooger-Onderwjjswet.
Aan de orde is de verdere behandeling
van artikel XXXIII. Op voorstel van den
teer K00LEN (R.-K.) wordt hierbij de be
raadslaging over art. XXI heropend.
De heer KOOLEN (R.-K.) spreekt over
do amendementen-Rutsrers. Beuuier en Dres-
seftuys, betreffende da vereischbe van den
graad van doctor in de rechtswetenschappen
voor rechterlijke betrekkingen. Hp aoht het
r-iet- gewenscht, dat er twee soorten ju
risten bomen.
Spi. dient een amendement in, om m
ait. XXIter de voorwaarde, te laten verval
len, dat de toekenning van den doctoralen
graad geschiedtna verdediging van tel
proefschrift.
De Minister van Onderwijs. Kunsten en
.Wetenschappen, de heer DE VISSER, wijst
er op, dat de onderscheiding van doctorandi
en doctoren voor andere faculteiten blijft,
er moeten dus overwegende reden zgn om
deze voor de juristen niet aan te hemen.
Spr. verdedigt de regeling van liet Re-
geeringsentwerp. Van revolutioneering van
de rechterlijke macht is geen sprake. Het
systeem, door den heer Rutgers oniVikkeTd,
is het meest logische; aan de praktijk tornt
spr. ook niet. De titel van meester in de
rechten zal ook de doctorandus mogen ble
ven dragen. In de H.-O.-wet zal spr. voor
do doctorandi in de rechtswetenschap de
bevoegdheid opnemen om onderwijs te geven.
Aan de orde is dan eerst art. XXIter.
Be heer VISSER-VAN IJZETfDOORN
(V.-L) zet zijn meening nader uiteen om
trent de promotie op Stellingen en dio op
proefschrift. Spr- verdedigt de waarde van
da promotie op Stellingen. De meeste Stel
lingen worden zelf gekozen; wel wórden Stel
lingen gevraagd over onderwerpen, welke
buiten het studieterrein van dein candidaai
liggen. De- dissertatie brengt hierin geen
ïeiandering. Het voordeel van de promotie
op Stellingen is, dat men gelegenheid heeft
de kennis van den candidaat op verschillends
terreinen van het recht na te ian. Spr.
acht het verkeerd, dat men nu voor de juri-
diBche faculteit een stap-terug zou doen.
De heer SGHOKKING (C.-H.) is tegen
het aimendement-Koolen en verdedigt net
standpunt van minister De Viseer.
De heer KOOLEN (R.-K.) bljjft van mea
ning, dat twee soorten juristen niet ge
wenscht is. De advocatenstand zal geschaad
worden, wanneer de meesterstitel niet ver
band zou houden met de doctors-promotie.
Do heer BEUMER (A.-R) trekt z(jn
amendement in, waar het door 't amende-
nent Dresaelhuys grootendeels wordt gedekt.
Spr. is voor het amendement-Kooien. Wordt
dit abiendement verworpen, dan zal nog
de beslissing moeten worden genomen ten
aanzien van den meesterstitel voor docto
randi.
De heer DRESSELHUYS (V.-L) zal bjj
aanneming van het amendement-Kooien zijn
amendement op artikel XXXIU intrekken.
De heer VAN DOORN (ü.-L) wijst er
op, datpromoveeren op proefschrift duur
is en vraagt daarom of het noodzakelijk
is, dat het proefstuk werdt gedrukt
Do heer RUTGERS (A.-R) trekt zijn
amendement in en vereenigt zich met het
amen demcr, t-Koolen.
Do MINISTER zal over het denkbeeld
ran den heer Van Doorn het oordeel van
de Senaten vragen en de zaak verder over
wegen. Spr. verdedigt verder het proefschrift
ais eisch voor de promote. Het amendemmt-
Koolen kan spr. als niet passend in het
stelsel van het ontwerp, niet overnemen.
Hij Iaat de beslissing aan de Kamer.
Het amendement-KOOLEN '(om voor de
juristen promotie op Stellingen mogelijk te
maken) wordt met 71 tegen S stemmen
aargenomen.
Do MINISTER trekt hierna art. XXI ter,
dat overbodig geworden is, in.
Bjj art. XXXII stelt de heer VAN VEEN
(C.-B.l voor, om een zinsnede toe te voegen,
bepalende, dat de bijdrage in de stichi'ngs-
kosten van 75 op 90 pCt. wordt gebraent,
en voorts, dat een bjjdrage in de aan den
rector uit te keeren jaarwedde tot een be
drag van drie duizend gulden zal worden
nitgekeerd.
De heer VAN RAVESTEYN (Comm. P.)
verdedigt nog eens de wenscheljjlcheid van
de uitbreiding der natuurkundige rakker, op
da gymnasia, een bepaling, die ook voor do
bijzondere gymnasia moet gelden.
De heer OTTO (Ïï.-L) heeft geen ba-
zwaar tegen de verhooging van de subsidies;
maar hij gelooft, dat dit punt hierbij niet
aan de orde is. Spr. verzet zich tegen deze
amendementen.
De heer VAN DE LAAR (Chr. Soc.) komt
op tegen het betoog van den heer Van
Ravesteyn, dat het bqjzonder onderwijs min
derwaardig is.
Ds heer VAN DER MOLEN (A.-R) steunt
hei betoog om de subsidiebedragen tot 90
pCt. op te voeren.
De MINISTER zegt, dat, als in verband
met de salarissen de subsidies onvoldornló
zijn,' hij zal voorstellen deze te verhoog;n.
Daarbij overweegt hij een stelsel, waarbij
een bepaald percentage van de to faalkosten
wordt vergoed.
Tsgen net voorstel-Van Veen heeft de
Minister op dit oogenbllk ern3tig bezwaar.
De verhooging tot 90 pCt. acht h(j on
aannemelijk en het tweede amendement ont
raadt hij ernstig.
De heer VAÏJ VEEN (C.-H.) trekt dit
amendement in.
De MINISTER wijzigt het artikel in dien
zin, dat bij de bepaling van het subsidie
bedrag ook medetelt de ontspajiuingstijd lus-
schen de lesuren.
De heer VAN VEEN (C.-H.) trelft nu
ock zijn ander amendement in.
Spreker verdedigt hierna een amendement
om te bepalen, dat het tekort op de oxploi-
tatierekening der school voor eenige jaren
kan worden opgenomen onder de uitgaven
dier rekening van oen volgend jaar.
Dc MINISTER bestrijdt het amendement.
Practisch komt dit hierop neer, dat -.Ie sub
sidie meer dan 75 pCt. kan bedragen. Spr.
verzoekt het amendement in Ijs trekken.
De heer OITO (U.-L) b.strijdt het anten-
dement op gelijke gronden.
De heer "VAN VEEN (C.-H.) trekt zijn
amendement in.
Spreker verdedigt hierna een amendement,
cm bij niet-nakoming van bepaalde verplich
tingen het verval van aanspraak op „subsi
die" to vervangen door „verval van geheele
of gedeeltelijke subsidie".
De MINISTER heeft bezwaren tegen het
amendement. Een strenge straf is trij der
gelijk verzuim gemotiveerd. Spr. brengt éch
ter eenige wijziging in zijn artikel.
De heer VAN VEEN trekt zijn amende
ment in.
Op een opmerking van den heer OTTO
(U.-L.) verklaart de MINISTER, dat hel
niet de bedoeling 13, dat onwillekeurig ver
zuim per se het vervallen der subsidie ten
gevolge heeft. In het Kon. besluit zal hier
mede rekening worden gehouden.
De beer VAN VEEN (C.-H.) licht een
amendement toe. om het schoolgeld, waar
van het te heffen proportioneel njimmum
dorr den Minister wordt vastgesteld, te
regelen met in-acht-neming ran de finan-
cieele draagkracht der belanghebbenden.
De MINISTER kan zich hiermee rereeni-
ger.. Spr. neemt het amendement over.
De heer OTTO (U.-L.) heeft hiertegen
bezwaren en geeft een wijziging aan. waar
deer de bijzondere gymnasia geen lagere
schoolgeld kunnen heffen dan de openbare
gymnasia.
De heer ALBARDA (S. D. Ai. P.) acht
deze wijziging een verbetering.
Dc MINISTER handhaaft zjju gewijzigde
redsc-tie van het artikel.
Het amendement-OTTO wordt met 30 te-
ger. 22 stemmen verworpsn.
De heer OUD (V.-D.) licht een ameuds-
men* toe, dat bedoelt een overgangsbepa
ling in te voegen, voor hen, die thans nog
aan hun studie zgn voor d o:: toraal-examen
op proefschrift.
De MINISTER neemt het amendement
over.
De heer K. TER LAAN (S. D. A. P.) ver
dedigt een amendement, om de leeraren in
het bezit van de bevoegdheid voor het M. O.
in Nederlandsch of van de B-akte voor
Fransch, Duitsch of Engelsch zonder anders
examens tot de promotie toe te laten. Het
artikel is als orergangsbep- ling bedoeld.
De heer VAN DER MOLEN (A.-R.) rer-
j klaart zich voor het amendement.
De MINISTER bestrijdt het amendement,
cmdal dit een geheel nieuw beginsel in ae
wet brengt, dat men n.l. doctoraal zou kun
nen promoveeren, zonder ooit de universi-
teil te hebben bezocht Men begaat bovendien
een onrechtmatigheid tegenover andere groe-
pen leeraren.
I- De heer OTTO (U-L.) bestrijdt het amen-
J dement.
De stemming zal plaats hebben Vrijdag
a.s. na de pauze.
De heer RUTGERS (A.-R.) licht eea amen
dement toe. voor een overgangsbepaling voor
ben, die het candldaateexamen heb'-en afge
legd. doch nog niet gepromoveerd zijn.
De MINISTER neemt het amendement j
over.
De vergadering wordt verdaagd tot Don
derdag te é4n uur.
®-
De Staatscommissie ter Voorbereiding van
een algemeen e herziening der niet-militaire
pensioenwetgeving heeft haar rapport aan
j de Koningin uitgebracht.
De Commissie werd iDgesteld bij Kon. be
sluit en kreeg tot taak cie voorbereiding
j van een algemeene herziening der niet-mili-
j taire pensioenwetgeving.
De voornaamste punten, waarop haar
voorstellen afwijken van de huidige wette-
lijke regeling, worden met een enkel woord
aangestipt
lo. Wat den kring der pensioengerech
tigde aangaat, brengt baar ontwerp een
aanvulling van het bestaande, doordat niet
slechts tijdelijke ambtenaren op denzelfden
I voet als vaste aanspraak op pensioen zul-
I len hebben, maar de bepalingen van de
pensioenwetgeving zich in het algemeen zul
len uitstrekken tot allen, dio, benoemd
door het daartoe bevoegd gezag van Rijk,
provincie, gc-mccnte, waterschap, veen-
schap of vconpoldor, een betrekking beklce-
den, waaraan een wedde is verbonden uit
do inkomsten van één of meer dier lichar
men. M. a. w. niet zullen, als thans, enkele
groote groepen van ambtenaren pensioen
gerechtigd zijn, maar in het algemeen al
len, die in dienst zijn van esnigerlei over
heid.
- 2o. Voor het pensioen zal (behoudens in-
koopsommen) van de ambtenaren geen bij
drage meer worden gevraagd. Wel zal het
voor de pensioneering noodige geleidelijk
worden bijeengebracht en in een fonds
worden beheerd, maar dat fonds zal ge
voed worden door bijdragen van de licha
men, bij welke ambtenaren in dienst zijn,
zonder dat die lichamen deswege eenig ver
haal kunnen uitoefenen op do pensioenge
rechtigden. Dat zal zoowel voor eigen pen
sioen gelden als voor het pensioen van na
gelaten betrekkingen. Voor den Slaat, die
thans van de pensioenen der eigen ambte
naren on onderwijzers ongeveer 2/3 betaalt,
terwijl de weduwen- en weeeenpensioenen
door de bedragen der ambtenaren ten volle
gedekt worden, brengt deze verandering
een zwaren last mode. Eveneens geldt dit
voor de gemeenten, boewei er zijn, die van
allo verhaal van bijdragen reeds hebben
afgezien.
3o. Voor het pensioen der ambtenaren zal
evenals thans, in hot algemeen alle dienst
als „ambtonaar" in aanmerking komen.
Daar het begrip, „ambtenaar" eohter be
langrijk wordt- uitgebreid, zal als onmiddel
lijk gevolg ook op ruinier schaal diensttijd
bij het pensioen in aanmerking worden ge
bracht. Feitelijk zullen alle jaren, doorge
bracht in welken overheidsdienst ook, in
den vervolge medetellen. Bovendien zal op
het voetspoor van de tegenwoordige rege
ling bepaalde dienst-, niet als „ambtenaar"
doorgebracht medetellen, hetzij kerkelijk
militaire, koloniale dienst, enz., het zij be
paalde zijdelingsche of onbezoldigde dienst
tijd. Die laatste zal dan echter moeten zijn.
ingekocht. Door de nieuwe regeling van den
medetellenden diensttijd mag worden aan
genomen, dat alle jaren, die redelijkerwijs
in aanmerking zouden kunnen komen, voor
het pensioen zullen mederekenen.
4o. Het pensioenbedrag zal aan andere
regelen gebonden zijn, als thans. Het maxi
mum wordt tot 70 pCt. van de in aanmer
king konfendc som verhoogd, en een mini
mum pensioen wordt ingevoerd van 30 pOt.
van die som. In verband met dit laatste zal
om misbruiken te voorkomen, ook voor
ouderdomspensioen een wachttijd moeten
gelden, die 7 jaar zal bedragen en dus voor
invaliditeitspensioen, vergeleken bij het
tegenwoordige zal worden verlaagd. Yoorte
wordt, het- pensioen voor ieder jaar dienst
niet berekend naar 1/60, van den grondslag,
raaar naar 1]50, zoodat reede na 35 jaar
het maximumpensioen zal zijn bereikt. In
plaats van over het gemiddelde gedurende
de laatste 5 jaren, zooals behoudens uit
zondering thans, zal bet pensioen worden
berekend over het gemiddelde van de laat
ste 3 jaren af, wanneer liet gemiddelde van
do laatste 10 jaren of van den geheel en
diensttijd greoter zou zijn, over dat gemid
delde. Ingeval eenzelfde persoon diende in
vorschillende betrekkingen tegelijk, is een
nieuwe regeljng getroffen, om tot een bil
lijk pensioenbedrag te kom6n, in verband
waarmede het stelsel van bevestiging van
pensioengrondslagen is vervallen. Voorte
is het- absolute maximum van pensioen ver
hoogd van f 3000 op f 4000 en voor den ge
wezen Minister van f 4000 op f 6000.
Wat het weduwen- en weezenpensioen be
treft-, ia voorgesteld, dat het weduwenpen-
sioen zal bedragen 40 pCt. (thans 33% pCt.)
van den laatsten grondslag van den over
ledene, of, indien zulks tot hooger pensioen
zou leiden, 40 pCfc. van een drjejaarlijksoh
gemiddelde gedurende den tijd vau het hu
welijk. Daar rekening zal worden gehouden
met een grondslag van ten hoogste f3000
thans f 2400 zal het weduwenpensioen
van f 800 kunnen komen op f 1200. Het wee
zenpensioen zal voor iedere volle wees be
dragen 1/8 en voor iedere halve wees 3/40
van den evenbedoelden grondslag of mid-
dolsoin. Hot zal voor ieder kind "doorloopen
tot 21 jaar thans 18 ja-ar maar niet
onverminderd blijven voortbestaan tot het
j ongst-e kind een bepaalden leeftijd zal heb
ben bereikt.
Het tot-aal van het weduwen- en weezen*
pensioen of van het weezenpensioen alleen
is verhoogd tot hoogstens den grondslag
van den overledene, met een maximum van
f3000.
5o. De gevallen, waarin recht op pensioen
bestaat, zijn in hoofdzaak gelijk aan de te
genwoordige. Alleen is ook recht op pen
sioen toegekend ingeval de ambtenaar om'
andere redenen dan ziekten of gebreken on-
gesohikt is verklaard voor de verdere waar
neming van zijn betrekking, waartegenover*
vervallen is het recht op uitgesteld pensioen
bij ontslag, niet op eigen verzoek doch niet
bij wijze van 6traf. Voorts is het recht op
weduwen- en weezenpensioen ook geschapen
voor die vrouwen, welke met den betrok
kene gehuwd tussohen zijn 60ste en 65ste
jaar, en voor de kinderen uit dat huwelijk.
6o. De pensioenprocedure is zooveel mo
gelijk vereenvoudigd, door de beslissing
over alle onderdeelen un het pensioenrecht
te leggen in handen van een gereorgani-
seerden Pensioenraad van welks beslissin
gen beroep openstaat op den Centralen
Raad van Beroep in Ongevallenzaken.
7o. Voorgeschreven is, dat de pensioenen
maandelijks cn bij vooruitbetaling zullen
worden uitgekeerd, terwijl in de wet vrij
heid ia gelaten, om die wijze van uitbeta
ling te volgen die het best een vlugge beta
ling der pensioentermijnen kan waarbor
gen.
Behalve van een ontwerp van wet inzake
verleening van pensioenen aan ambtenaren
en hun weduwen en weczen met Memorie
van Toelichting en Bijlage is het verslag
vergezeld van afzonderlijke nota' -.
LEIDERDORP.
Gemeenteraad.
Voorzitter: de burgemeester.
Door den Voorzitter worden de vclgen-i
de mededeelmgen g6daan: dat door den. keei!
.J de Graaf Czn., in verband met hetgeen!
hij daaromtrent iku de vorige vergadering!
heeft kenbaar gemaakt, is ingediend een-
voorstel tot uitbreiding van de waterleiding
op een drietal genoemde plaatsen, en dat
B. en W. daaromtrent in onderhandeling ztfn
getreden met een naburige gemeente, waar
omtrent echter nog geen nadere gegevens
kunnen worden verstrekt; dat het bestuur
der bouwvereeniging „Dorpsbelang" heeftj
ingezonden een schrijven, waaruit blijkt, dat
van een onderhuring van een huis in heti
Van-Leeuwen-park, waarop de heer Piekaar
den vorigen keer wees, geen sprake is.
Deze médedeelingen werden voor kennis
geving aangenomen.
Vervolgens werd ter tafel gebracht en
gelezen: een schrijven van de heeren Ka
I'lék aar en G. Mechelse Dz., waarbj) zij
voorstellen in het belang der gemeente over
te gaan tot aankoop van Amerikaanechflf
schoenen.
B. en W. deelen mede, dat zij deze zaak
reeds in handen hadden gegeven van de
commissie van bijstand voor de distributie
van levensmiddelen, met het resultaat, dat
ü'eze schoenen met behoeven te worden aan
geschaft, omdat ze uit Leiden kunnen worderi
betrokken.
Idem, waarbij wordt voorgesteld in het
belang der volksgezondheid ten spoedigste
maatregelen te treffen door het doen in
stellen van een onderzoek naar de wonin
gen, behoorende bg de steenplaats aan den
Zftldtjk.
B. en W. zeggen tce, dat z# met beinva-
men spoed alle hun ten dienste staande mid
delen zollen aanwenden, om aan den ben
etaanden toestand een einde te maken.
Idem,* om over te gaan tot verbetering
\an de Middenstraat door bestrating, rio-
Ieering, enz.
De Voorz. deelt mede, dat hij andermaal
met de belanghebbenden een besproking
heeft gehouden, met het resultaat, (kit men
geneigd is tot verbetering over te gaan.
Wijl deze straat geheel particulier eigendom
is, gaat het niet aan haar voor rekening
der gemeente to nemen om te verbeteren^
Een schrijven van B. en W» to Leiden,
door CHARLES GARVICE.
Vrij naar het E n g e 1 b o h.
(Nadruk verboden.)
50)
„Ik zal er eens over denken", zei hij, „er
is geen haast bij."
Er was toevallig een klein huisje te huur
in het donpdaarheen verhuisde Lyoett
maar heb nieuwere gedeelte van zijn oude
woning bleef hij nog gebruiken. Ddt bestond
uit zijn kantoor en een paar andere ka
mers daar bracht hij zijn zaken over en al
wat daarmee in velband etend. Het oude,
onveilige gedeelte van het huis werd verla
ten en bood een somberen aanblik aan voor
do mensdhen, die de poort in den hoogen
muur inkwamen. De menschen vroegen
zich af, waarom mijnheer Lycett Crayson,
die bekend stond als een zeer welgesteld
man, zijn huis niet liet verbouwen op een
wijze, overeenkomstig zijn stand en fortuin
maar Lycett toonde opnieuw zijn onver
schilligheid voor de opinie van zijn buren
en liot het huis zooals het was.
Hij ging iederen dag naar zijn kantoor
en deed daar zijn zaken af; 6om« liep hij
door don met onkruid begroeiden tuin ach
ter het huis, het kiezelpad over met zijn
handen op zijn rug en da oog en nu en dan
zijdelings gevestigd op dcfii oudon aonnewij-
zer, waaronder hij het testament verhor-
gen had, dat aan Constance en hem
ecu groot fortuin zou vereohaifen. Hij be-
aohoaprdo het, xooals een man een venhor
sen schab zou beschouwen, dien hij op een
gegev en o ogenblik zou kunnen opgraven,
en hij staarde de plek aan als een gie
rigaard zijn zorgvuldig verborgen schat.
Welk een verrassing- zou het wezen, voor
heel het graafschap, als hij met Constance
Deebrook trouwde en het testament „ont
dekt" werd en wijd en zijd verkondigd zou
worden, dat zij de erfgenamo vai von sir
JohnHij zou don de plaats bekleeden in j
het graafschap, waarop hij aanspraak
maaktehij zou niet alleen zijn mr. Lycett
Crayson, de notaris, maar de echtgenoot
van sir John's doohter. Hij zou zelf een
groot huis bouwen, precies op de grena
van het landgoed Desbrook Park hij had
j eem hypotheek op een stuk grond, dat juist
geschikt zou wezenhij zou lid van het
Parlement worden, hij zou mild bijdragen
aan de kas der partijen, hij zou een rid
derschap verkrijgen, misschien wel baron
worden air Lycett en lady Orayeon. Dat
klonk goed. Met Constance's geld on zijn
eigen hersenen kon hij gemakkelijk de eer
ste man van de plaats worden. Constance
was uitstekend geschikt den toen aan te
geven op alle terreinen, op maatschappe
lijk gebied en in de groote wereld, en dj
zouden dus de eersten van het graafschap
worden.
Heb was eon heerlijke droom. Lyoett Cray-
son s hart begon er luid van te kloppen.
Hij koD het best volhouden, gelukkig de
verkwisting op het kasteel aan te zien en
air Ralph geld voor te schieten. De toe
komst behoorde hem toe, de roemrijke, de
rooskleurige toekomst.. Vroolijk en opge
wekt werkte hij voort in rijn kontoor, gren
zende aan de bouwvallen van zijn huis. Hij
moest afwachten alles gekikt dein man, dSe
weet af te wachten, zoo sprak hij riohzelf toe,
l In tussohen zette Constance, om wie hfj
zijn net weefde, haar loven van zelfverloo
chening 'en zelfopffermg voort. Zij was den
volgenden dag Becky Thorpe weer een be
zoek gaan brengen. Becky was wat beter
dien morgen zonder twijfel had de ge
dachte, dat haar huishuur betaald was, een
zwaren last van haar hart afgenomen zij 1
zat op en was bezig een tooneelkostuum te
rep are er en. Zij begroette Constance schuw,
maar dankbaar.
„Ge riet, wat u voor mij gedaan hebt. Dc
ben een heel ander mensch voor mijn ge
voel. O, ik ben zooveel beter vandaag. Ik
tal heel gauw weer uit mogen gaan en her
steld zijn."
„Dat doet mij erg veel pleirier," zei (Don-
stance „maar u moet niet al te veel wa
gen. U ia nog riek en heel «wak. Ik heb
wat consommé en een flesoh port voor u
meegebradht. Neen, bedank mij maar niet.
hot kamt van het Huis." Zij trok een 6tool
bij heb vuur en zag Beoky glimlachend aan,
een glimlach, dien niet alleen Lycett Cray-
son en air Ralph, maar de meeste menschen
onweerstaanbaar vonden. „Ik kom alleen
een praatje maken. Vertel mij eens irmM
van uzelf.
Becky's gezicht betrok.
„Er ia niete te vertellen," woi m. „Nieta.
dat voor uw ooren geschikt je. Dc ben al
de moeite, die u rich voor mö geeft, en ai
uw vriendelijkbeid niet waard."
„Daar ben ik nog too zeker niet von. fir
k geen muaohje, dat op aarde vaR, Maar
dat weet u allemaal wel. En u ia lang geen
muschje; u is een vrouw van karakter au
zelfvertrouwen. U aal spoedig weer beter
rijn heri spoedig, hoop ik en dan zal
u oen betere meaning hebben otrtr u zelf.**
Beoky aag haar dankbaar aan. „Als da#
too is, dan beb ik hot aan u te danken. U
I -
is een soort mensoh, dat iemand hoop geeft
en u hebt mij meer goed gedaan, dan al de
dokters met hun ^medicijnen mij zouden
doen. Ik heb een gevoel of u verdriet hebt,
en dat u daardoor roovecl sympathie voor
mij hebt."
Constance strekte baar handen uit naar
hot vuur en glimlachte. Het was een droe
vig lachje.
„O ja, ik heb veel verdriet gehad!" zei
ze. „Wie heeft dat niet?"
„Vertel heb mij," zei Becky als een plot
selinge ingeving. „Misschien kan ik u hel
pen. Aoh neen, dat is natuurlijk dwaas 1"
Constance keek peinzend in heb vuur. „Ik
zou het u wel willen vertellen, zei ze, „en
toch 'l
„Doe het niet, als u het liever niot doet."
Constance haalde iiep adem.
„O, het is niet zoon groot verdriet,"
zei ze, „het is nieta, bij het uwe te verge
lijken. Wil ik er wat kolen bij doen? Ik
heb een halve ton besteld.
Wee» daar uiefc boos om. Ge hebt warmte
noodig. Ja, ik sal bet u vertellen. Ik ben
de dochter van een landedelman, een ba
ron. Ik denk niet, dat ge bean ooit hebt
hoor en noementoch was hij wel bekend in
rijn tijd. Hij beeft mij achtergelaten zonder
eenig fortuin en onder voogdij van den
man, aan wi»n hij al rijn bezittingen had
vermaakt." Zij awecg een oogenbllk en
staarde in het vuur. Het was haar zelf eoo
vreemd en onverklaarbaar, deze begeerte
rich toe te vertrouwen aan een meisje, dat
haar bijna vreemd wasmisschien kwam
het, omdat rij haar hour vriendschap ge
schonken had. „Ik ik wend verliefd
op hem, maar ik vond ontdekte iet»
in zijn verleden, dat mjjn huwelijk met rit
Ralph onmogelijk maakte." De naam ont
viel haar onwillekeurig.
Beoky, in haar stoel geleund, zag he*
mooie geriohtje vol sympathie aan.
„Wij scheidden van elkander," ging Con
stance voort, „en cn dat is alles. Het i»
een heel gering verdriet, vergeleken bij heb
uwe. Doet uw been u vaodaag wat min
der pijn? Ik denk, dat u betere hulp moest
hebben, dat. u oen specialiteit moest raad
plegen. Ik ken er een, hij ia doktor aan heb
St.-George-hospitaal. Hij is heel bekwaam
voor gevallen zooals bet uwe. Ik weet zeker
dat. hij bij u zal willen komen, als ik heb
hem vraag, ik aal hem schrijven, als u het
goed vindt."
„Neen, neen," zei Becky. „Ik weet wat
dat beteekent. Dan betaalt u de onkosten.
Geef mij rijn naam en adres op, dan vraag
ik aan den dokter, die bij mij komt, of hij
wil schrijven.^
„Heel goed," zei Constanoe. „Wat is u
fcrotsohHebt u een blaadje papier voor
mij? Neen, neem, ik zal het wel krijgen.
Staat u liever niet op. AVaar is het?"
Beoky zei waar rij het kon vindon en Con
stance schreef een kort briefje aan een be
roemd geneesheer. ZSj onderteekende het
zonder er bij te denken met haar eigen
naam en gaf het toegevouwen aan Beoky.
„Al» u dit aan den dokter meegeeft, dan
zal hij het verzenden."
Becky bedankte haar en legde het toege
vouwen briefje op de tafel naast rich. Con
stance bleef zoo lang als zij kon en praatte
vroolijk met haar patiënt; en toen rij op
stond om heen te gaan, hield Beoky haar
onder een of onder voorwendsel nog terug.
SWord* vervolgd).