LEIDSCH DAGBLAD. Dinsdag 18 November 1919. eerste blad. Officieele Kennisgevingen. Nederland en de volkenbond. STADSNIEUWS FEUILLETON. Een Meisje met karakter, fbijs der advertenties. M Ots. per ie«eL.De8 Zaterdags 40 Ots, per regel. Eleioe ad verten ti»o Woensdag J5 Ots., Zaterdag 1 L— bij eon maximum aantal Voorden van 30. Incasso volgona post- jeoht. Voor eventueele opzending van brieven JO Ota, porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cttf. Bureau Noordefndsplein. Telefoonnummers voor Directie en Administratie 175, Redactie 1507. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden p. 8 m-nd. f2J.O, p. week 10.19 Buiten Leiden, waar agenten ge vestigd zijnj per week ,j mm 0.10 Franco per post m n n u 2.50 Nummer 18318. Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen. gemeentelijke vischverkoop. De Burgemeester der gemeente meiden brengt ter kennis van de ingez tenen, dat aan de gemeentelijke Visehwinkels (Visch- ir.arkt en Stadshulpwerf) dagelijks behalve "VERSCHE VISGH ook STOKViSCH (klip- róch) voor iedereen verkrijgbaar: is a f 0.40 per Va K.G. Ei' zij op gewezen, dat deze stokvi3ch door haar hoog eiwitgehalte en den lagen prijs een der beste en goedkoopste voadings- itiddelen is. De stokvisch moet voor het gebruik 24 h 4S uur in ruim water worden gezet om te worden geweekt en van het overtollig? zout te worden ontdaan. Bovenbedoelde stokvisch is in geweekten toestand verkrijgbaar h f0.55 per rol van c.a. I1/2 pond (zonder graten) bij da F.rma Wed M. ROOS. Haarlemmerstraat 78 en hocgewoerd 50. N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. Leiden, 18 November 1919. DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Leid.-tf; Gelet op de-artt. 12 en 37 der Drankwet; Brengen ter algemeene kennis, dat aoor DIRK LANGEZAAL, wonende te Leiden, een verzoekschrift is ingediend., om verlof voor den verkoop van alcoholhoudenden, anderen dan sterken drank, voor gebraik ter plaatse van verkoop, in het beneden lokaal van het perceel Wolsteeg No. 6. N. C DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN. Secretaris. Leiden, 17 November 1919. drankwet. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gelet op de artt, 12 en 37 der Drankwet; Brengen ter a"geme?ne kennis, dat door PETER JOHANNES DE VRIES, wonende te Leiden, een verzoekschrift is ingediend, om verlof voor den verkoop van alcoholhoaden- den, anderen dan sterken drank, voor ge bruik ter plaatse van verkoop in de beneden- lokaliteit en de bovenzaal van het perceel Langebrug No. 71. N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 17 November 1919. El T e Volkciib-dd. zooals die is neergelegd in bet vredesverdrag met Duitschland, is reker geen toonbeeld van volmaaktheid, verre Tan dien. Hoewei ook wij derhalve niet en thousiast stondea tegenover deze eerste zwakke poging om ts komen tot een lichaam, dat dc wereld in de toekomst zou hebben te vrijwaren voor de rampspoeden van een oorlog, hebb.n wij desn et egenS'Oande des tijds toch gepleit voor een toetreden van ons land tot dit onvolmaakte instituut, om dat alleen daardoor in vlood ten goede kon weiden geoefend. Wij deden dit in de over tuiging, dit het vt: de: ver drag, waarvaa de volkenb nd een integreerend deel uitmaakt, door alle in den oorlog betrokken geweest zjjnde landen zou worden geratificeerd, dus ook door Amerika. Weliswaar was reeds bekend, dat de volkenbond in den huidigen vorm een zwareo dobber zou hebben om ongeschonden den Amerikaanschen Senaat te passeeren, edooh wg ver.rouwden er op, dat ten slotte ook in Amerika de stem, die roept om herhaling van een ramp, als de jongste wereldoorlog was, te voorkomen, krachtig genoeg zou klinken. In dit vertrouwen zijn wij wel diep be schaamd. Men zal onder de rubriek Buiten land uitvoerig kunnen zien, wat de Ame- rikaansche Senaat van dezen onvol maakten vojkenbend heeft overgelaten. Een karkas, zonder eenige levensvatbaarheid meer. De volkenbond is radicaal daar vermoord. Resultaat wordt nu, dat, wanneer het vre desverdrag m:t Duitsch'and rechtsgeldigheid verkrijgt, lid zijn van den volkenbond de vrosgere ge '11 eerden, met u'tzcndering van A,ii:rika, en voorts Spanje met een paar der kleine Zuid-Amerikaansche staten. M. a. w. juist de landen, de. laatsten dm uitgeslo ten, die als het ware door Amerika, verper soonlijkt in de figuur van president Wilson, nog zrjn gedrongen tot een volkenbond, als op het punt is, geconstitueerd te worden. En nu blijft Amerika Zelf afzijdig staan, aldus Wilson's geesteskind al moge dan waar zgn, dat de ineengezette volkenbond, geformuleerd is door Smuts en Robert Cecil, toch mag men Wilson als de geestelijke va der beschouwen om hals gebracht heb bend. Buitso den volkenbond blijven daar mee staan een persoon, van wien men juist zooveel had verwacht, om te drgven in de goode richting en het onvolmaakte te ver volmaken, en tevens een land, dat door zgn nog het meest onbaatzuchtige verhouding tot Europa aangewezen was de rol van wachter te spelen bij het nakomen van de veiplichtingeo, door den Volkenbond alle landen opgelegd. Dit land integendeel wil zich zelf alle rechten van het oude regime voorbehouden, wil oiets prgs geven ter wille van het heil der algemeene menschheid Werkt zulk een Voorbeeld niet fnuikend op cie meer baatzuchtige entente-landen, die als bet ware een vingerwijzing ontvangen? Eo omstandigheden zgn dus wel gewij zigd, en daardoor tevens ons oordeel over de wenschelgkheid van directe aansluiting van Nederland bij den volkenbond. Door den iDgetrcd n toestand van gewrsie ach:e.i we zeiis op 't oogenblik een toetreden niet zon der gevaar. Een gevaar, bestaande in een meegesleurd worden in de eenzijdige politiek der entente, waaraan ons land zich met zoo veel succes tot nu toe heeft weten te onttrek ken en waarvan wij ook verder ons ver wijderd zullen hebben te houden. Mogelijk is zeker, dut het Engelsche blad de „Daily Newfc" gelijk krijgt en dat in de toekomst de Vereenigde Staten zullen bij draaien. omdat de voSksmcen ng zich scher per zal gaan uiten voor wat bedoelt te zijn ten goede vao de gansche menschheid, doch- moeten wij de risico daarvan bg voorbaat aanvaarden? O.i. is de hoogst mogelijke voorzichtig heid in de volkenbond-materie thans ge- wenscht en mag wel bijzondere aandacht woiden geschenken aan de verdere ontwik keling vaa den volkenbond, die, al voor de feitelijke geboorte, aldus dreigt te worden misvormd niet alleen, maar zelfs van de no'jdige levenssappen te worden beroofd. Fen afwachtende houding lijkt ons m de «regeven omstandigheden ten zeerste zaak geworden van regeering en volk! De Begrootiag in de Seeties. 1 II. II' INKOMSTEN. Bg volgn. 1: Huur van huizen en andere gebouwen, werd door meerdere leden ge vraagd, waarom van het magaziju aan de Smidssteeg geen huur betaald wordt. B. en Ww antwoordeo, dat bij Raadsbesluit van 10 Oct. 1867 aan het garnizoen eenige lokalen aan de Aalmarkt achter de toenmalige Ge hoorzaal voor oubepaalden tijd grafcis in ge bruik werden gegeveo. Toen in 1871 deze lokalen door het garnizoen werden ontruimd, gaf do gemeente het destijds aan particu lieren verhuurde pakhuis in de Smidssteeg aan het garnizoen, zonder betaling van huur. Een aader lid vraagt aan B. en W. om den Raad in te lichten over de verhoograg der huren in verband met de Huurcommissie- wefc. B. en W. repliceeren, dat dit efceeds ge schiedt. N^g een ander lid vraagt verhooging van diverse* huren, ook van de zalen der Sfcads- zaal. Tegen het afloop en van de verschillende huurcontracten wordt sfcseds nagegaan of er a-üilc-iding bestaat tot huurverhooging. De huurprijzen voor de verschillende za len :o de Stadszaai zijn reeds betrekkelijk hc-og, vooral als men in aanmerking neemt, dat ook nog de loost en van verlichting aan de gebruikers in rekening worden gebracht. 1 'B. en W. zullen echter trachten de huur- i prijzen nog eenigszins op te voeren, al zijn i de vc-iiichtingskostcn met 50 pCfc. verhoogd, j Een lid vraagt, welk eeti maatstaf er wordt genomen bij verhuring van het gymnastiek- lokaal en dringt aan op lioogere huur door de Padvinders. B. en W. berkmeren er aan, dat aan de Vereeniging „De Leidsche Padvinders" dit gymnastieklokaal kosteloos in gebruik is ge geven, ten einde die Vereeniging in dezen vorm van gemeentewege steun te verleenen. Andere leden dringen aan op verhoogde buui van 's-Gravenstein en het Pesthuis. Het gebouw 's-Gravenstein is, zooals B. en W. opmerken, tot 31 Dec. 1921 verhuurd tegen een jaarlrjkschen huurprijs van f500, waarbij het geheele onderhoud van het ge- boi w voor rekening van het Rijk komt. Daargelaten of zulks met het oog op het beüoua van het garnizoen wensehelgk zou zgn, kan derhalve"thans niet tot verhooging van huur worden overgegaan. Er werd ook op aangedrongen, dat het v<orm. Invalidenhuis werd ingericht tot door gangshuis voor daklooze gez nnsn. B. en W. gaan daarop niet in. Het ge bouw heeft vooral van het gebruik door mi litairen ernstig geleden en moet daardoor vcor elk ander doel dan als pakhuis of berg plaats onbruikbaar geacht wordin. Boven dien ligt het in de beace'ring het grootste ge deelte van het terrein te bestemmen voor het nieuwe schoolgebouw van het Genootschap „Mathesis Scienfciarum Genitrix". Omtrent den wensch van verschillende le den tot afschaffing van tollen, merken B. en W. op, dat het thans allerminst de tijd is, om een dergelijk middel, waardoor niefc- ingezetenen ©enigermate in de larien bijdra- gtn, prijs te geven. Deze tollen houden bovendien verband met de op de gemeente rustende onderhoudsverplichtingen van bui ten de gemeente gelegen werken. Bij het volgn. „Schoolgelden", oefenen meerdere leden aandrang uit om meer vrije plaatsen beschikbaar te stellen bij de etudie j aan. H- B. S. en gymnasium. Poor B. en W. zal worden overwogen in I Hoeverre aan dit verlangen kan worden voi- I daan.. Bij het desbetreffend volgn. werd nog veder teruggekomen op de belasting op openbare vermakelijkheden. Een der leden acht zulk een belasting verwerpelijk, een ander stelt tegenover de zoo greote op brengst de dagelijksche uitingen van ar moede en noodtoestand. Op verzoek van dit lid deelen B. en W. nog eens mee, dat deze belasting in het eerste halfjaar 1919 heeft opgebracht f 10.938.20. Bij het volgn.: Ontvangsten ter zake van do Stedelijke Fabrieken van Gas- en Elec- Iric'fceit wordt door een lid de retributie voor het leggen der buizen en kabels in ge meentegrond een verkapte belasting genoemd B. en W. merken daartegen op, dat deze retributie in vergelijking met die in andere gemeenten niet hoog is te noemen; zij is een Lilrjke vergoeding voor de bezwaren, die heb hebben van buizen en kabels in de ge- mfente-tótraten en -wegen met zich brengt. Naar aanleiding van den wensch, door een der leden geuit, om het vergurn'ngsrecht te verhoogen, herinneren B. en W. er aan, dat dit recht reeds op de wettelijke maxima is bepaald, n.l. op f25 voor elke f50 huur waarde of gedeelten daarvan. Eén lid drong aan op verüooging van den toeslag aan de gemeente uit de O.-W.- bclasling. B. en W. hebben zich in dezen reeds geruimen tijd geleden tot Ged. Staten gewend. Op een vraag hoe het staat met de uitbe taling van de verhoogde Rijksbijdrage, be treffende de wet op het L. O geven B. en W. als antwoord e n uitvoerige becijfering, waaruit blijkt, dat de gemeente, ten gevolge van de nieuwe Rijksregeling, een voordeel geniet van f57.000, verminderd met even- tyeele bijdragen in salarissen bij het bij zonder onderwijs. Bij het volgn.: Subsidiën van het Rijk en de Provincie in de kosten* van de verple ging van arme Krankzinnigen, werd door een der leden opgemerkt, dat andere provin ciën een hoogere bijdrage aan de gemeenten verleenen dan de provincie Zuid-Holland. B. en W. deelen mede, dat de provinciale bijdrage vroeger f75 per patiënt, thans reeds f210 bedraagt. De Rijksbijdrage bedraagt daarentegen slechts f40 per jaar, doch niettegenstaande herhaalden aandrang vanwege de Vereeni- g.hg van Ned. Gemeenten en van vele an- dtre zijden, is het Rijk tot nog toe niet I geneg?n die bijdrage te verhoogen. Bij het volgn.: Ontvangsten wegens de gom: ente apotheek, vr.egea meerdere leden of de gemeente-apotheek niet ten dienste van alle ingezetenen kan worden gesteld, aangezien vele apotheken te hcoge betalin gen eischen. Het antwoord van B. en W. luidt: De ge meente-apotheek kan bij de bestaande in- richb'Dg onmogelijk ten d'ens.e /an alle in gezetenen worden gesteld, omdat zij niet op der. omvang van een dergelijk bedrijf is be rekend. Bovendien zien wrj niet in, waarom nu iuist te dezer zake het gemeentelijk be drijf zou moeten worden opgericht, waar van, aangenomen dat de prijzen lager zouden zijn dan in de particuliere apotheken, nage noeg alle ingezetenen gebruik zouden gaan maken In een volgend artikel zullen wij de uit gaven behandelen. Gemeentelijke Duurtecommissle. Jn de gisteravond ten Stadhuize gehou den algemeene vergadering van deze D.-C. sprak de Voorzitter allereerst een woord van welkom tot den heer D. .Jonker, secret tans van den Neutralen Bestuurdersbond, die voor het eerst aanwezig was. Do Voorzitter deelde verder mee, dat hem uit den gang der zaken gedurende de laatste weken wel gebleken was, dat, indien bij di verse artikelen van onnoodige prgsopdrg- vuig sprake is, het voor de Commissie hoogst moeilijk, zoo niet onmogelijk is, om vast te stellen, in hoeverre de ne-wntoirs (fabri kanten ^landbouwers, enz.) aan die omgemo- tiveerdë opdrgving schuldig zgn. De vergadering ging accoord met zgn voorstel 0111 B. en W. te adviseereo. deze meening aan den Minister over te brengen en Zijne Excellentie uit te noodigea om de bekende wet tegen de prijsopdrijving zoo spoedig mogelijk in te voeren. Verder werden op voorstel van den Voor- zf.'er verschillende subcomité's benoemd, die, h'ewel zij in geregeld contact zullen blij ver. met het Dagelijksch Bestuur van de D.-C., toch in al die richtingen, waar reed6 vldoende grondslag voor samenwerking werd gelegd, het voornaamste werk van het Dagelrjksch Bestuur uit "handen zullen r.emen. Voor het sub-comité voor de kruideniers werden aangewezen de heeren mr. A. van der Eist. voorzitter, Jonker en Van Rorn- burgh. Voor de klompen winkeliers de hee- ren Nghuis, voorzitter, Van den Berg en Baart. Voor de schoenenwinkeliers de heeren di. W. Stuurman, voorzitter, mevr. Eerd- mans, en de heer Van Stralen. Zoodra me.rdere b anche; van win :el e:s voor bovenstaande directe bemoelin en in aanmerking komen, worden volgende sub- comité's ingesteld. De Bocmelbaron. t Was gisteravond allesbehalve een sine cure om in de Stadsgehoorzaal te komen! Het stroomde er heen ea men werd als het ware in eet kluwen naar binnen gedragen. Zelfs de politie schijnt er later bg te pas te zgn gekomen, om regelend op te treden bij zulk een toeloop. Zaal en baleon waren dienten gevolge meer dan gevuld. Men stond langs de zij'den, vlak voor het fcooneel, achter ïn do zaal, waar niet al. Het laatste kwam chorda* meer kaarten waren afgegeven, dan er p;aafcs was, hetgeen feitelijk niet ïn den -haak was. De heer Clauwaerfc, directeur vau het Vfaamsche Operette-gezel :chap, schijnt-gis teravond met „De Boemelbaron" propagan da te hebben willen maken en daarom met kwistige hand vrgbiljetten te hebben uitge deeld. Over 'fc resultaat mag h\j tevreden zijn. Dat velen van kwart voor acht tot kwart- voor elf zijn blijven staan is trouwens al bewijs genoeg. Het toont immers aan, dat men er heel wat voor over had. En inderdaad, het was een zeer geslaagde opvoering. Clauwaerfc maakte van den boe mel-boe mel-boemelpresidenfc een kostelijk fcvpe, waarom geschaterlacht is. Dat was be paald kosfcelgk. De weinige zang, die in d<?2e rol te pas komt, wist hij net voldoende te ver werken, maar spel, mimiek enz. waren hoogst komisch: Verder willen we nog noemen Borgers en mej. Eggopoel, beiden beschikkend over een mooi stemgeluid, dat in het laatst ten gevolge van de groote hitte en de sigaren- damp, die uit de zaal naar het tconeel vloei den. eenigszins afnam in volume; wat even wel niet erg te verwonderen viel. Ook het koor en orkest, dat zes man sterk was, hebben het hunne tot het succes bijgedragen. Herhaaldelijk werd warm geapplaudis seerd als fceeken van groote ingenomenheid. We gelooven, dat de propagauda geslaagd mag heeten. Een hulde? schrijft „Het Vad. bovcD het volgende bericht: Er reed een vrachtauto, bemand met Leidsche eersfce-jaars-studenten ter club- inaugratie door onze stad (Den Haag). Toen zij ons bureau voorbij kwamen, klonk een frisch gejuich uit de auto en werd er met vlaggetjes gezwaaid. Mogen wij hierin een hulde zien, aan ons blad bewezen voor de actie, die wij tegen den groentijd hebben ondernomen Wij zou den er erkentelijk roor zijn. Heeft de toeschouwer in dezen wel goed gezien, gehoord en geoordeeld 1 vroegen wij ons af bij het lezen van het bovenstaande. En kent hij wel het onderscheid tusschen hulde en hoon Hulde zullen Leidsche stu denten, leden van het Corps, het blad toch wel niet brengen voor zijn jongste ontgroe-' nings-perscampagne Uit de Mem. van Antwoord van den Minister inzake het Hoofdstuk Onderwijs, enz. der Staatsbegrooting voor 1920 blijkt, dat een verhooging is voorgesteld van het j subsidie voor de Vereeniging tot Opleiding van Bewaarschoolhouderessen alhier. Voor de reorganisatie van de Sterren wacht worden thans reeds f 17,000 aange vraagd. De heer Hertzsprung, die tot on derdirecteur werd benoemd, zal tevens tot buitengewoon hoogleeraar aan de universi teit worden benoemd. Gerezen bedenkingen hebben vervulling van de vacature van een tweeden directeur alsnog belet. Met ingang van 24 November a.s. isf 1 opgeroepen 'n werkelrken d'ensfc de heer G* Reekers, adsf>.-res offic e: van gez ndheid, j en werkzaam gesteld bij de Militaire Zieken- ïniichtir* alhier. Do adsp.-res. off. van gezondheid, J. Wv Janzen. wrrkzaam a<an d? Mi!. Z:ekeninrich ting alhier, wordt met ingang van 25 Nov. gedetacheerd bg het garnizoen te Willem stad. Te Rotterdam is geslaagd voor het examen vrije en ordeoefeningen de heer D. Corpel. alhier. De Schouwburg was gisteravond bij de herhaalde opvoering van „Dat wat j© niet hebt" slechts matig bezet. Mej. Amiie van Eos werd door de studenten een bloam- stuk aangeboden. Gistoravond had, door het bestuur der afdeeling Leiden van de Kon. Vereeniging van Gepensionneerdo Onderofficieren en door charles garvice. Vrij naar het Engelse h. (Nadruk verboden.) 186) HOOFDSTUK XIV. De Castle'oridgo hadden een eigen huis to Brighton. Het was geen groot landgoed, maar het stond op een ruim en bewonde renswaardig aangelegd terrein, op een van de beste standen. Ofschoon het huis niet groot was, het was keurig in orde; er wa^ ren altijd verscheidene bedienden aan wezig, zoodafc de graaf en de gravin ieder oogenblik verwacht konden worden. Lady Oastlebrid'ge kwam dikwijls een paar dagen over, gewoonlijk wanneer sir Ralph pas vertrokken was, en zij het niet kon uithouden in het groote huis te Lon den met al zijn herinneringen aan zijn be- zooken. Zij was nu alleen gekomen met haar kamenier, en ofschoon de zuivere zee lucht haar geen gemoedsrust kon schen ken of de pijn van haar hart verminderen, do verandering van omgeving hielp toch somtijds mee, om haar den zwaren levens last tc doen dragon. Zij deed alleen lange wandelingen of rijtoeren, achterover in het rijtuig geleund, met de handen in haar schoot gevouwen en de oogen half geslo ten: denkende aan Ralph. De eenzaam- Gi van die wandelingen en rijtoeren deed aar aangenaam aan en zij dacht zoo min House^ Terraico. ^aar bariton Dezen keer was zij van plan drie dagen te blijvenden derden dag was zij op weg van het salon naar de eetkamer, toen zij een heer zag staan praten met den knecht in de hall. Zij lette ©r haast niet op, maar do knecht kwam dadelijk naar haar toe en zei „Er is een lieer, die u wenscht te spre ken, my lady." Zij zag hem met verbazing en eenig mis noegen aan. ,,Ik kan niemand ontvangen," zei ze. „Hoe heet hij? En wat komt hij doen? Waarom komt hij op dit uur? Is het de heer, dien ik in dc hall zag staan?" „Ja, mylady," 'antwoordde de man ze nuwachtig. „Hij wou zijn naam niet zeg- I gen. U kent hem toch niet, zei hij, maar de zaak, waarvoor hij komt is, van zeer veel gewicht. Ik zou de boodschap niet aan my lady durven overbrengen, als hij er niet zoozeer op had aangedrongen." Het aandringen van Lycett was bekrach tigd door een sbvereign. „Laat hem alsjeblieft in de bibliotheek," zei Agues. Zij zou er niet in hebben toegestemd den man te ontvangen, indien het niet plotse ling bij haar was opgekomen, dat hij mis schien een boodschap van Ralph over bracht. Zij draalde een paar minuten, toen ging zij naar dè bibliotheek. Een lange, ma gere man, die er als een heer uitzag, stond bij het raain. Hij zag bleek en trachtte blijkbaar zijn zenuwachtigheid te verber gen, en toch, er was een zekere beslistheid in hem, die zij dadelijk opmerkte. „U wenschte mij te spreken?" zei lady Casfclebridge met de koelheid eoi de hoog hartigheid, waarvoor zij bekend stond. Zij verzocht hem niet, te gaan zitten. „Is het niet lord Castlebridge, dien u wenscht te spreken? Hij is hier niet, hij is te Londen." „Neen, lady Castlebridge," sprak bij met zachte stem, „ik wenschte u te spre ken. Ik kom voor een zaak van het groot ste gewicht." „Dan moest u met den rentmeester spre ken," zei ze ontmoedigend. „Ik weet geen zaak, waarover u merfc mij zou moeten pra ten." Lycett had zijn plan zorgvuldig overwo gen. Hij had gevreesd, dat zij absoluut zou weigeren hem te ontvangen de pracht van het huis, de luister, aan haar hoogen rang verbonden, hadden hom eenigszins ontzag ingeboezemd, maar zij konden hem niet van zijn voornemen afbrengen. Zijn liefde voor Constance gaf hem kracht voor zijn taak hoe weerzinwekkend en vernederend die ook was. Hij zweeg een. oogenblik, toen haalde bij een couvert uit zijn zak on legde het op ta fel tusschen hen beiden in. Zij schrikte niet, haar gezicht werd zelfs niet bleek, toen zij zag wat het wasmaar zij nam het couvert op en keek beurtelings naar hem en naar het couvert. „Ik heb den brief in mijn bezit, die in dat couvert zat, lady Castlebridge," zei Lycett. Zij. hield een oogenblik haar adem in, maar bleef doodstil staan en uiterlijk kalm. Zij wees hem een stoel aan en bleef recht voor zich uit kijken alsof zij zijn tegenwoor digheid was vergeten. „Waar hebt u dien brief gevonden? Hebt 11 hem gestolen?" Het bloed vloog Lycett naar het gelaat. Hij was nog niet lang genoeg een schavuit geweest, om ongevoelig te wezen voor een beleediging. „Ik heb hom gevonden in het park te Desbrook," zei hij, zijn lippen bevochti gend „Hij was uit den zak gevallen van „Geen namen als 't u blieft," zei ze. „Wat is uw naam?" „Lycett Crayson," antwoordde hij„ik ben de zaakgelastigde van huize Des brook." „Waarom brengt- u mij dien brief?" vroeg zij met dezelfde kalmte. „Ik veronderstel, dat uw doel is geld af te persen. Die po ging zal niet gelukken. U zult dit huis on middellijk verlaten." Zij liep naar de schel. Lycett Crayson leunde achterover in zijn stoel en sloeg dc beenen over elkaar. „Indien ik dit huis uitga zonder verder met iv gesproken te hebben, lady Castle bridge, dan zal ik den brief naar uw echt genoot brengen. Eén oogenblik!" Hij hield de hand op. „Ik ben niet gekomen met het doel u geld af te persen of af te zetten. Ik ben een gentleman. Ik ben ongelukkig ook verliefd op een vrouw, voor wie deze brief van belang is." Zij zag hem aan met- een blik van verach telijke verbazing. Als zij het couvert niet gezien had, zou zij gedacht hebben, dat de man gek was; maar het couvert lag nog op tafel. „Wak kan mij dat schelen?" vroeg zij. „Als u dieoi brief niet wenscht te verkoo- pen, wat komt u hier dan doen „Ik heb er een doel mee," antwoordde hij. Hij had bijna ieder woord, dat zij ge zegd had, vooruit kunnen voorspellen, hij had zijn rol in het gesprek gerepeteerd op reis naar de stad en van de stad naar Brighton, zoodat hij sprak met ©en zeker heid' en vlugheid evenals een acteur, die zijn rol letterlijk van buiten kent. „Ik won u vragen eonige oogenblikken naar mij te luisteren, lady Castlebridge. Tk zal zonder terughoudendheid spreken. Indien mijn be zoek bij u mij van eenig nut wil zijn, moet ik openhartig spreken. Ik zal u niet vragen om geheimhouding. Dat is niet noodigu zult het geheim houden voor uw eigen best wil. Ik ben de zaakwaarnemer van de fami lie Desbrook, ik mag wel zeggen een vriend van de familie. Ik heb freule Desbrook, de dochter van sir John, van kind af aan ge kend wij waren te zamen kinderen. Ik ben jaren lang aan haar gehecht geweest al tijd zoolang ik mij herinner. Het is de eenige hoop en eerzucht van mijn leven haar tot vrouw te krijgen Zij fronste do wenkbrauwen on trok zo op met een mengeling van verachting en ongeduld. „Ik begrijp nog steeds niet hoe die per soonlijke belangen van u van eenig belang voor mij kunnen wezen," zei ze. „Dat zult u zoo aanstonds begrijpen, lady Castlebridge. Tot. zeer kort- geleden had ik reden te denken, dat mijn wensch vervuld zou worden. Freule Desbrook was vrij en ofschoon ofschoon zij mijn aan zoek afgeslagen had, gaf ik cfe hoop nog niet op. Maar de omstandigheden zijn ver anderd. Gisteren heeft sir Ralph haar een huwelijksaanzoek gedaan en zij heeft hem aangenomen." Eindelijk had hij haar getroffen. Do kl eur verdween van haar gezicht, zij kneep de handen samon, de eene hand ging naar haar borst, alsof zij het plotselinge bonzen van haar hart tot stilzwijgen wou brengen. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1919 | | pagina 1