No. 18183. LEiDSCH DAGBLAD, Donderdag 12 Juni. Tweede Blad Anno 1919. TWEEDE KAMER. RECHTZAKEN KUNST EN LETTEREN, SPORT. JE MOET ER VOOR VECHTEN. Dankbetuigingen uit ZeeuwscIi-YIttanderen cn Limburg. Na het bekend worden van lee verklaring van den Minister van Buiten landsche Zaken in de vergadering van do Eerste Kauier van 6 Juni j.l. met betrekking .tof den stand der betrekkingen in de confe rentie 'van Ministers van Buitenlandsche Za ken betreffende liet vraagstuk der herzien h g ivan de verdragen van 1839 en nopens de door {België geformuleerde wcnschen ontving H. ]d. de Koningin een telegram van het alge meen comité tegen annexatie in Zeeuwscli- [Vlaanderen (voorzitter ds. J. N. Pattist, te 'Aardenburg, secretaris mr. P. J. v. Bot lel, [te Oostburg) van den volgenden inhoud: „Nu de territoriale cischen van België van ice baan zijn cn Zeeuwsch-VIaanderen dua verzekerd is Ncderlandsch te blijven, brengen wij namens geheel Zeeuwsch-VIaanderen jUwo Majesteit onzen diepgeveelden ink voor de krachtige leiding in deze moeilijke tijden en de beloonde liefde voor onze Iand- -Slicek. Dit laatste jaar heeft zoo mogelijk 'de banden tussehen Nederland, Oranje en Zeouwsch-Vlaanderen nog vaster gemaakt." IT. M. atwoordde telegrafisch als volgt: j.Yitn ganschcr harte deel ik uw vreugde ïn den voor Zeeuwsch-VIaanderen en ons ge- hoele vaderland gelukkigen afloop der voor- üoOpige besprekingen te Parijs. Ik dank uw 'comité cn de geheelc bevolking van ■Zeeuwsch-VIaanderen voor den krachtige i steun, de Regcering verleend tot het behoud onzer nationale eenheid. Mogen de liccht;,te landen, welke uw landstreek met Nederlaud en mijn huis ver binden, tot in de> lengte van dagen uwer be volking heil, zegen en voorspoed brengen. (w. g.) Wilhclmina." 'H. M. ontving een dergelijk tekgram vau hulde van het Comité Limburg bq Neder land luidende als volgt: „Na de angstige dagen van spanning, ver oorzaakt door de beraadslagingen te Parijs door de groote Mogendheden betreffende de Idoor België gestolde cischen. waardoor do territoriale souvereiniteit van Nederland over Limburg cn Zeeuwsch-VIaanderen in gevaar werden gebracht, werd in geheel Nederland en vooral in de betrokken provinciën met uitbundige vreugde de door IJwer Majesteit? Minister van Buitenlandsche Zaken in de Staten-Generaal afgelegde verklaring verno men, waaruit blijkt, dat die groote Mogend heden die eischon voorgoed hébben ter zijde gesteld. Het provinciaal comité Limburg bij Nederland voelt zich gedrongen Uwer Ma jesteit hulde en dank te brengen voor de wijze, waarop Uwer Majesteits regeering 1.9 Parijs de Nederlandsche belangen en de on deelbaarheid van het Koninkrijk heeft voor gestaan en verdedigd. Daarin volgende het verheven voorbeeld van Uwo Majesteit, die 'door haar herhaalde komst in de bedreigde ■gewesten en door haar bezieloi^de woorden in de vele toespraken-tot de bevolking aao 'deze in die 'benard^ oogenblikken moed heeft ingesproken. Meer dan ooit gevoelt do Lim- burgsche bevolking hoe hecht de band is, dio haar aan Uwe Majesteit, het Huis van Oranje en het gemeenschappelijk Vaderland bindt. Moge onder Gods onmisbaren zegen die band nooit verbroken worden. Namens het Comité Limburg bij Nederland Ruys de Beerenbrouek. Janssen. Testa." Hierop is door H. M. geantwoord: ^ïk betuig het „Provinciaal Comité Lim burg bij Nederland'' mijn dank voor uw tele gram en geef u de verzekering, dat ik van heeler harte uw gevoelens van voldoening en blijdschap deel omtrent den gelukkigen af loop der te Parijs gevoerde besprekingen ten opzichte van Nederlands territoriale souve reiniteit over Limburg en Zeeuw9ch-Vlaan deren. Het is niet in geringe mate te danken aan aen krachtïgen steun van uw Comité en van de gcheele bevolking van Limburg, dat de 'Regeering er in geslaagd is het grondgebied ,van den Staat ongeschonden te bewaren. Mogen de gevoelens van eenheid en saam- hoorigheid-, welke in bange tijden nog-wer- öen verstrekt, tot in de lengte van dagen 'hun gehechtheid behouden cn moge Limburg dn ruime mate doelen in een gelukkige toe komst van ons vaderland. (w. g Wilhelm!na." Nederland en België. In k Belgische Kamer heeft de Belgische Minister van Bui ten!. Zaken, Hymans, thans ook een uiteen zetting van den toestand in zake de herzie ning der verdragen van 1839 gegeven. Het verloop der elkaar opeenvolgends ge beurtenissen schetste hg precies zooals onze minister Van Karnebeek dat reeds ke-sffc ge daan, dus daarop hoeven wy niet terug te komen. Ten aanzien van België's standpunt zeide de minister o.m.: Da Schelde is in werkelijkheid een Bel gische rivier, daar zij slechts de Belgische belangen dient en de voorspoed van Ant werpen en het land er V3n afhangt. Er moet aan gedacht worden, dat België in de toekomst deze rivier moet kur.non admi- nislreeren en inrichten en er all? werken in moet kunnen verrichten in het belaag van zijn welvaart. België eischt de vrjje be schikking over de rivier zoowel in tijd van oorlog als in tyd van vrede en de toeken ning en uitoefening van souvereiniteit over de Schelde, de zijrivieren en het kanaal van Ter neuzen. Antwerpen is ook afhankelijk van zijn verbindingen met het achterland van den Rijn en het Maasbekken, welke verbindin gen een hinderpaal vinden in Liraburg, dat door de verdragen van 1839 van België werd afgescheiden. De economische stelling van België be staat hierin, dat België in het Westen en het Oosten moet bevrrjd worden van de be palingen, waaraan het verdrag van 1839 het ten opzichte van Nederland afhanke lijk heeft gemaakt. Wat de grens met Nederlandsch Limburg betreft, een Duitsch leger, dat door Ned?r- landsch Limburg zou. trekken, zou het Belgische leger van zijn basis afsneden. Do doortocht van het Duitsche leger ua den wapenstilstand vormt een gevaarlijk prece dent, waartegen moet worden gewaakt Na de verklaringen van deu Minister zeide de socialist Destrée, dat dit niet het oogen- blik was om over de gedane mededelingen te debatteeren, doch tal van onderwerpen moeten de aandacht der Kamer trekken. Wij I hebben het recht en den plicht een onder zoekin te stellen naar den wil der bevolking. Minister Hymans vroeg formeel aan de Kamer het debat niet te openen; in de Ne- derlandsche Kamer was geen ctobat; het I zou onze belangen praejudicieeron, wanner 1 ir.eii hier ging debatteeren. De~minist?r ver- klaarde zich ter beschikking te stellen van I da commissies voor de buitenlandsche zaken i uit Kamer en Senaat. De Katholiek Hélleputte zeide, dat als Nederland de volledige toepassing der v?r- I dragen van 1839 vraagt, het niet uit het i oog moet verliezen, dat het deze vaak g?- schonden heeft. Woeste was het met Hymans eens. Destrée zeide, dat men geen g?h?ime diplomatie moet voeren nu men spreekt van de vrijheid der volkeren. De pers spreekt en wij moeten zwijgen. Wij willeu het 'systeem van Londen en Parijs niet. Minister Hymans zeide, dat het hem toch onmogelijk was meer te zeggen. Het «Dbat werd hierop gesloten. Bloem. Het zal der Regeering mogelijk zijn tegen half Juli de samenstelling van het meel en do bloem belangrijk te verbe teren, hetgeen uit den aard der zaak aan de kwaliteit van het brood ten goede zal komen, in vei&and met het feit, dat dan de voorraden inlandsche tarwe zullen zijn geiuimd. De inlandsche tarwe, toch, welke de Regeering noodgedwongen in deze laatste piaanden moest gebruiken, gaat bij warm weder in kwaliteit achteruit en heeft dus op de tegenwoordige samenstelling van meel en bloem een ongunstigen invloed, waar uit de klachten, die thaas hier en daar. wor den vernomen, worden verklaard. Zitting van gisteren. Buitengewoon krediet. Aan de orde is liet: Wetsontwerp nadere wijziging van het Vlllste hoofdstuk der Staatsbegroot'ng voor 1918 (Buitengewoon krediet, enz.). Bij de algemeens beraadslaging ia tevens aan de orde de conclusie van het Verslag der Commissie omtrent de inlichtingen op het adres van den Bond van Nsd. Dienst plichtigen, te Amsterdam, betreffende ver goeding aan gedemobiliseerde dienstplich tigen, en het instellen van commissies ran voorlichting in iedere provincie. Be VOORZITTER stelt voor den spreek tijd te bepalen op hoogstens ëen halfuur. Conform besloten. De algemeens beschouwingen worden ge opend. De heer K. TER LAAN (S. D. A. P.) zegt, dat b(j dit ontwerp zeer vele onderwerpen aau de orde zijn. Hrj juicht het toe, dat de Minister .den diensttijd als proef op res maanden wil stellen. Hij hoopt, dat dit voor alle wapens zal gelden. Vervolgens behandelt hij de wijze, waarop de demobilisatie plaats heeft gehad. Vlug g'ng en gaat het niet. Waarom worden nog velen niet naar huis gestuurd? Waarom1 wor den de Landstormwetten niet ingetrokken? Hoe is het met den broederdienst? De toelagen b(j demobilisatie znrjn alle tj laag, hetgeen spr. met voorbeelden illus treert. De antwoorden op allerlei verzoe ken Mijven uit. Tegen die slechte behande ling komt spr. op. Spr. vraagt hoe het nu staat met de schadevergoeding voor de slachtoffers t>? de branden in den Harskamp en in dé Oranjekazerne. Ook vraagt hij hoe het nu is mot de positie van de militaire kommie zen en de vergoeding eventueel voor hun weduwen en weezen. Hij dringt er op aan, dat de Minister oen legerorder zal uitvaar digen, waarin hun gansche positie geregeld zal worden, opdat de menschen weten waar aan zij- z'ch te houden hebben. Ten slotte klaagt hrj nog eens over de gebrekkige inrichting van den geneeskun digen dienst. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.-R.J wil ook graag volledige demobilisatie, maar hf getuigt, dat dit nog niet mogelijk is, omdat de lichting 1919 nog slechts voor een derde deel opgeroepen is. Spr. zal aen Minister niet verwjjten, dat hij te' schriel is. In veel is hrj het een3 met den heer Ter Laan. De steunverleening acht hij in vele opzichten goed. Hij raadt den heer Ter Laan zijn kjachten niet ,,op te zouten" tot een débat als dit, maar ze ter kennis van den Minister te brengen. De heer KRUYT (Comm. Partij) spreekt nog eens voor algeheele liquidatie van Aet leger. De Minister van Oorlog, de heer ALTING VON GEUSAU, zegt, dat het niet mogelijk i is alle manschappen naar huis te zenden in verband met de grensbewaking. Spr. laat geen man meer in dienst dan noodig is. Voor de bewaking van Rijkseigendominen is veel militaire hulp noodig. De demobili satie-parken vergen veel werk. De Minister kan niet meer mensehen missen. Zooira do overige gedeelten van 1919 geoefend zijn, zullen de twee resteerende gedeeltén _van de lichting 1918 naar huis worden ge zonden- Inzake de kwestie van broederdi?nst zal de Minister een oplossing zoeken. Hij ziet in, dat het billijk is. dat ia actieven dienst vervulde landstormplicht meerekent voor den broederdienst. De regeling der schadevergoedingen is zeer moeiljjk. Op allerlei wijzen wordt de Minister om dei: tuin jjeleid en het is dus zeer monljjk altjjd de goede oplossing te vindon. De kwestie van de schadevergoedingen voor de slachtoffers van de beide branden is thans opgelost. Overigens is de Minister bezig den 3lge- ïr.eenen toestand zooveel in zijn vermogen is te verbeteren. Na re- en dupliek worden da algentene beschouwingen gesloten. Bij art. 1 vraagt de heer K. TER LAAN (S. D. A. P.) eenige inlichtingen omtrent de besteding der gelden. Hij vraagt of de verdienstelijke ambtenaar Groustra niet in aanmerking kan komen voor een toelage. Voorts dringt hrj aan op verbetering der arrestantenlokalen. De MINISTER zegt, dat hrj verhooging van salarissen overweegt. Het wetsontwerp wordt aangenomen met 40 tegen 18 stemmen. De conclusie van de Commissie wordt z. h. st. goedgekeurd. Demobilisatie-voorzieningen. Aan de orde is het wetsontwerp houden de demobilisatie-voorzieningen. Algemeene beschouwingen worden nïet ge houden. Bij art 10 vraagt de heer E. TER LAAN (8. D. A. P.) den termijn, tot welken de gelegenheid bestaat in het legsr te blijven, van 31 Juli 1919 te verlengen tot 31 December 1919. De MINISTER kan de gevolgen daar van niet overzien. Hrj zal het punt over wegen, rr.aar kan in de wet geen wijzi ging aanbrengen. De heer K. TER LAAN (S. D. A'. P.) stelt dan voor-den datum! van 31 Juli 1919 te wijzigen in .31 December 1919. De MINISTER ontraadt dit amendement. De heer MARCHANT (V. D.) verklaart zich tegen het amendement, omdat.het op andero wijze moet geschieden als men lien; die de dupe zijn van den mobilisatietoe stand, wil helpen. De heer KRÜYT (Comm. Partij) verklaart zich tegen het amendement, omdat dit ne.'r- konit op versterking van het leger. Het amendement wordt verworpen met 55 tegen 11 stemmen. Het ontwerp wordt z. h. st. goedgekeurd. V üzigiiig Landstormwet. Aan de orde is het ontwerp tot wnziginc der Landstormwet. De algemeene beschouwingen word in ira- opend. De heer DüYMAER VAN TWIST (A.-R.) licht dit ontwerp toe. Hij prijst het insti tuut van den vrijwilligen landstorm en raadt aan het te bevorderen. De heer TER LAAN (S. D. A. P.) wil den vrijwilligen landstorm wel behouden als er menschen zijn, die er p'eizier in hebben. Iets 'anders is het echter, dat de Regeering het Instituut misbruikt als deel van de bur gerwacht Hij is er daarom1 tegen. De heer ERUYT (Comm. Partjj) is tegen het ontwerp gelijk hrj is tegen 'de burger wacht. Do MINISTER VAN OORLOG wenscht den vrijwilligen landstorm te handhaven, om dat deze omvat menschen, die geen dienst plicht hebben te vervullen. Het ontwerp wordt z. h. st. goedgekeurd. Wijziging Onrlogszeeongcvallcnwet. Aan de orde is de wijziging van de Oorlogszeeongevallenwet 1915. De algemeene beschouwingen worden ge opend. De heer A. P. STAALMAN (Chr.-D.) acht de regeling zeer gebrekkig en betreurt deze wijziging. De werkers, die nu al 18 jaar zijn uitgesloten van de ongevallenver zekering, worden nu niet geholpen. Spr. acht de bedragen ook te hoog. De heer IIEYKOOP (S. D. A. P.) juicht deze noodregeling toe. Hij hoopt tevens, dat een delinitieve regeling zal verschijnen, en vraagt den Minister inlichtingen naar den omvang van dit ontwerp. De bedragen acht hij over het algemeen te laag, omdat de schaal der dagloonen te laag is gesteld. H(j vraagt overleg te plegen met den Loon- raad. dien h(j erkend wenscht te zien. Spr. licht zjjn amendement toe, om te bepalen, dat de wjjziging terugwerkende kracht krijgt tot 19 Juli 1915, don datum, waarop de wet in werking trad, en tevens om to bepalen, dat de getroffenen genees- eu heelkundige hulp gratis zullen ontvangen. De heer VISSER VAN IJZENDOORN (V. L.) verdedigt zjjn amendement, om de mo gelijkheid te openeo, dat geschillen om trent een vordering ;asn de uitspraak van scheidsmannen kunnen worden onderworpen. De heer KOOLEN (R.-K.) dringt aan op spoedige tot-stand-koming van een zee ongevallen-wet, die hij dringend noodzake lijk acht. Spr. ontwikkelt eenige bezwaren tegen het amendement-Staalman, dat het begrip „kostwinnerschap" wil verruimen. Hij erkent de moeilijkheid van een juiste om schrijving, maar vreest, dat de interpretatie van den heer Staalman tot onbillijkheden zal leiden. Ee MINISTER VAN LANDBOUW, NIJ VERHEID EN HANDEL, de heer VAN IJSSELSTEYN, meent, dat de heer Staal man de kwestie te breed stelt. Het gaat hier om een noodregeling en daarom moet men er niets bijvoegen, wat er niet bjj behoort. Hij erkent, dat de regeling niet volmaakt is, maar de spoed, die noodig is. heeft het noodzakelijk gemaakt om de kwes tie eenvoudig te laten. Het amendement- Visser van IJzendoorn neemt spr. over. Het amendement-Staalman kan bij niet aan vaarden, evenmin het amendement-Heykoop, omdat dit alles niet incidenteel geregeld kan worden. De MINISTER VAN ARBEID, de heer AALtERSE, ontraadt de amendementen. Na het reces zal de wijziging van de Zeeonge vallenwet verschijnen. De heer STAALMAN (C.-D.) trekt zjjn amendement in. Do vergadering wordt verdaagd tot Don derdag te één uur. KANTONGERECHT TE LEIDEN. Ee Kantonrechter alhier heelt veroordeeld; Wegens dronkenschap: D. K., B. v. d. K. P. B., B. O., J. y., W. D., A H. van der L., I. O., I. de ,V-, H. S., L A., T. J. H., ieder tot f2 of 2 dagen; W. H. K., J. H., A. M. B. huisvrouw B. H., P. J., ieder tot f 1 of 1 dag; N. V.. te Koudekerk, tot 2 maal f3 of 2 maai drie dagen; II. H. te Rrjnsburg. tot 12 of 2 dagen; G. J. van der V., te Katwijk aan Zee tot f0.50 of 1 dag; N. v. M., te Noord* wjjkorhouut tot 2 maal f2 of 2 maal 2 d. Wegens loopen op verboden grond: J. B., S. C. D., C. W. T., allen te Noordwijkerhout; ieder tot f0.50 of 1 dag; A. P. D., E. G.: v. d. B., J. F. v. d. B., allen te Noordwij kerhout, tot teruggave aan de ouders; J. v. S., te Noordwijkerhout, tot fl of 1 dag; A. D., te Noordwijkerhout, tot f3 of 3 d. Wegens overtreding der Veerwet: J. v. H. te Zoetenvoude tot f2 of 1 dag. Wegens overtrediug der-Trekhondenwet? G. H., tot f2 of 2 dagen. Wegens overtreding der Huurcommissie- wet, J. B. tot f 5 of 5 dagen. Wegens overtreding der Leerplichtwet: G. G., N. M., J. W., te Oegstgeest; A. V., huisvrouw J. B., te Katwijk aan Zee; A. O., W., te Katwijk tot f3 of 3 dagen; M. v. Z., to Sassenbeim, tot f 1 of 1 dag. Wegens overtreding der Visséherjjwct: P. van R., tot f0.50 of 1 dag; F. v. d. L., tot f 1 of 1 dag; W. P., tot f3 of 3 dagen; W. J. S. tot f10 of 5 dagen; G. L. en J. J. d. 0. ieder tot f2 of 2 dagen. 3 W egens rijden met een rjjwiei zonder bei: C. J. S. B„ tot f 2 of 2 dagon; F. L., tot f 1 of 1 dag; W. P., tot- f2 of 2 dagen; J. E., te Oegstgeest, tot f2 of 2 dagen; D. K"., te Katwijk aan Zee tot f2 of 2 dagen. Wegens overtreding der Pol. Ver. voor ao gemeente Leiden; M. Q. v. d. B., h.vr. H. R., J. O. C. R. h.vr. H. B„ J Wj van Z„ A. D„ J. P. L. F., J. W. van U„ J. C. van S., W. W., N. A. R., B K, ieder tot fl of 1 dag; B. C. tot 12 of 2 dagen; D. M. V., tot f3 of 2 dagen; G. H. tot f 10 of 5 dagen; M. R. tot fü.50 of 1 maand tuchtschool; J. A. tot 10.50 of 1 maand tuchtschool; R. F. van M., tot f0.50 of 1 maaml tuchtschool; W. H., tot f 1 of 1 maand tuchtschool. Wegens overtreding der Pol. Ver. voos de gemeente Rijnsburg. C. D. van D. Czn., te Rijnsburg, tot f5 of 5 dagen; D. van B. en J. A. C., beiden te Rjjnsburg, tot terugga ve aan de ouders. Wegens overtreding der Pol. Ver. voor de gemeente Wassenaar J. D. tot f2 of 2 dagen. Vrijgesproten werd: F. W-, beklaagd van overtreding der Veewet. "I I. G., te Gouda, beklaagd van overtreding! der Boterwet, Waar geen woouplaats is vermeld, zifn de veroordeelden te Leiden woonachtig. Hoever do cinematografie leidt. Helen Keiler, de beroemde doofstomme eb blinde Amerikaan9cbe, beeft zich bij de filmkunstenaars geschaard. Wat men nauwe lijks mogelijk zou hébben geacht, is haaT wilskracht en intelligentie gelukt, n.l. zich' zóó met den regisseur te verstaan en met haar omgeving vertrouwd te maken, dat zij, zonder uit het kader te vallen, zich in het overige film-ensemble kan schikken. Het contact tussehen de doofstomme kun stenares en den regisseur heeft plaats door middel van kloppen. De methode schijnt gee- rerlei moeilijkheid op te leveren. VOETBAL. Een gisteravond gehouden wedstrijd busf-i schen de Engelsche Vliegeniers en Blauw- Wit eindigde met een Engelsche overwin ning 21. Leidsche Sport-Vereenigiiig De uitslag van den 2en gehouden record- rit over 20 K.M. Haagsche SchouwIto om- huis en terug is: G. Hulst 38 m. 18 s.J. Ha- geman 3S m. 49-s.; W. Rombaut 39 m. 40 s.; W. v. Heeringen 42 m. 13 s.; J. v. d. Wilk 43 m. 52 s. A. Crama heeft wegens pech den' wedstrijd niet kunnen meerijden. Vrij na-ar het Engelsok van FREDERIC FABER COOPER. Door T. do R. Nadruk verboden. ,,Je moet er voor vechten, voor 't geluk; je moet 't veroveren wille n". Voor zioh uitstarend in de blauwige vlammen van het haardvuur, sprak de oude man diozo woor den als tot zichzelfhij was blijkbaar do tegenwoordigheid van de jonge vrouw naast zioh, zijn nichtje, vergeten. „Margaret, kindje, heb ik je wol eens verteld, hoe ik er bij kwam onze huwelijks reis te maken naar de Itadiaansolio meren?" „Maar, oom Ma;tbijs, ik d'aoht, dat u en fcante Betsy naar Schotland waren geweest top uw huwelijksreis?" Het was een vraag, dien zij deed, maar töe oude, grijze man naast haar scheen die 'niet to hooren Hij gaf althans geen ant woord en de'lijn van zijn eigen gedachten 'volgend sprak hij, als tot zichzelf „Jo bent nu twee en twintig, kindje! 3?wc© en twintig! Juist zoo oud was ik, toen we ons verlooddei^ Ik had mijn schil derstudiën in Parijsehe atoliers volbracht •■en het was, na twee jaren, mijn eerste bezoek thuis. We maakten plannen voor ion-ze toekomst; het lijkt zoo eenvoudig, dat te doen, als je twee en twintig bent. .Ik 'verbeeldde me toen, dat ik rijk was. Dat was ik ook. Rijk in aspiraties, rijk in liefdé allemaal dingen, waarvan jullie wijze, (hedendaag'sehe vrouwen hebt geleerd, dab je er niet op trouwen kunt. Toen meende ik, toen wist ik, dtat heb wel kon. Toen ik naar Parijs terugkeerde, was hot afgespro ken, dat we nog een jaar langer zouden wachten, en dan daarna, hoe en waar begre- 'pen we zelf niet, zou ze bij mij kome*. Dien zomer maakte ik in mijn centje een 'langen wandeltocht door Zwitserland tot aan het Gcxmo-meer. Ik was toen benieuwd iwaar wij een volgenden zomer zouden zijn. Zeker niet hier, zei ik eiken dag tot me zelf, in Zwitserland zeker niet hier, her haalde ik weer, toen ik in Riva was, Maar toen, in eens, op dien zonnigen mor gen zag ik op d'en weg, die langs het Co- mo-meer afdaalt, een bruidspartij aanko men. Een bruidspartijEn dat bij al die praoht van blauw water, blauwe lucht en hier en daar een vergezicht op de eeuwige •sneeuw. Toen, terwijl ik die jonge, zonnige bruid zag, kwam als een inspiratie do ge dachte tot mecWihr, bij de Italiaansche meren, was de plek voor onze huwelijks reis daar zouden we elkaar liefhebben. Soms denk ik wel eens of er één vreugde in het leven is, die werkelijker is dan het genot van het verwachten van liet goluk. Het. leven ma.g ons do vervulling daarvan ontnemenmaar de uren, toen wij hoopten hopen durfden, kan het ons noodt ontroo- veru Week na week zwierf ik rond bij de me- ren Como, Lugano, Maggiore. Dag aan dag kreeg h,et plan voor onze huwelijksreis vaster vormen en eiken avond' spraken mijn brieven van nieuwe ontdekkingen. Ik was niet langer eenzaam op mijn zwerftochten. Ik maakte immers plannen van wat wij zou den doen, wanneer het geluk ons hier sa men bracht. Bellagio, Pallanza, Isola Bei- la o, de namen alleen waren al muziek. O kind, Margaret, om jong te zijn en lief to hebben en door die liefde alleen alles te kunnen, Mies te gelooven, itlles te hopen.... Maar ik zou niet lui zijn alleen. Ik zou hard werken en veel schetsen maken en dan soms zouden we voor enkele weken onzen intrek nemen in een van de vele eenvoudi ge Italiaansche herbergjes en ernstig schil deren. Misschien ook zou ik wel eens een stukje kunnen verkoopen. Dat zou ons weer een paar weken langer daar kunnen la.ten blijven. Die aardige, kleurige herbergen, één en al eenvoud, zonder gordijntjes de vensters en niet overhelder de kamertjes. Maar wie, die liefheeft, let op gordijntjes en loopers? Alleen zij, die niet samenhooron hebben tijd' over om zich te ergeren aan wijn vlokken op een tafellaken, een verschoten behangselpapier. Ik heb lang genoeg ge leefd, om te weten, dat voor elke vrouw en iederen man de uren komen van ruw ontwaken. Het huwelijk brengt veel moei lijke oogenblikken mee, waarin het een -strijden is om elkanders gedachten en ge voelens te leeren kennen en te respeetee- rentooh moeilijk, ondanks do hulp, die liefde geeft! In spanning voorovergebogen, met half geopende lippen, een lieht van nieuwe be langstelling in haar oogen, luisterde Mar garet. Maar toen de stem van den ouden man zweeg, kon zij zioh niet langer inhou den. „Maar, oom Matthijs, ik begrijp u niet. Wanneer zijn tante Betsy en u dan toch eigenlijk in Italië geweest?" De o-ude hoer antwoordde niet dadelijk. Stil aan vergleed) de glans van zijn ge zicht, zooals het licht, dooft van een ster vend vuur. „Ja, tante Betsy", antwoordde hij ten slotte op zijn gewonen, matten toon, „neen, mijn kind, je tante Betsy en ik zijn nooit samen in Italië geweest." „Maar dat zei u toch, in het begin? Wat bedoelde u dan tooli allemaal, toen u sprak van uw huwelijksreis naar Bellagio en Pal lanza eb al die andere plaatsen? U hebt het toch niet alles zoo maar bedacht, oom Matt hijs „Ik wist niet, dat ik heb bedacht op dat oogenblik. Kijk, Margaret, eigenlijk was het alles heelemaal een droom-huwefijksreis Zoo hebben we het in werkelijkheid nooit gehad. Zij veranderde van inzicht, kort voordat we zouden zijn getrouwd, en huw de iemand, die geld had en toekomst. „Zij? Oom? Dus niet tante Bet-sy?" „O neen, kindje, iemand, van wie jij noodt hebt gehoordiemand, die ik kende lang voordat ik tante Betsy ontmoette. Ik was arm en zij- was van deftige familie. Zij was wel oen klein beetje zooals jij, Marga ret. Zij begreep niet, dat men voor zijn ge luk moet vechten. Zij gaf toe en volgde de lijn van minsten weerstand. Naderhand, veel later, ontdekte ik, dat ik ook eigenlijk niet veel gaf om sohilderen. Ik ontmoet te je tante Betsy we trouwden en op onze. huwelijksreis gingen we naar Schotland. Och, do rest weet je evengoed als ik. Dat je niet wist, dat ik schilderde, is niet zoo heel vreemd. Je tante Betsy kon de luohfc van verf niet verdragen. Toen heb ik den heelen rommel maar weggedaan. Ik heb er zeker in geen twintig jaar naar gekeken Bel de meid eens, kind, het begint koud te worden. Ze moet wat kolen op het vuur doen. Een blik van blijde vastberadenheid was in de oogen van de jonge vrouw gekomen. Zij nam den brief, dien zij juist af had, ver scheurde dien, gooide de snippers in den haard, en, zich toen zacht naar hem o ver buigend, drukte zij haar uppen op het voor hoofd van den ouden man. „Dank, oom MatthijsHaar stem trilde^ „Ik geloof ton slotte toch niet, dat het hot mooiste 'is om de lijn van den minsten weerstand ba» vod gen. Nu weet ik, dat ik óók wil v ech« ten voor mijn geluk".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1919 | | pagina 5