ivo. 16158.
LEIDSCH DAGBLAD Maandag 12 Mei.
Tweede Biad Anno 1919.
BINNENLAND.
FEUILLETON,
ZIJN IOEIE.
Langs straat en weg,
BUITENLAND.
Prctestmeeting van onderwijzers. On
der wijzers hebben gisteren geprotesteerd cn
gedemonstreerd tegen het wetsontwerp-De
Visser, in zako de ondcrw ijzerssalarissen.
Tegen twaalvan was in den omtrek van
fcet Gebouw van Kunsten en Wetenschappen
in Den Haag een bijzondere drukte waar to
pemen, die met de minuut aangroeide. To
één uur, teen de vergadering een aanvang
cam, was geen plaatsje onbezet.
Vóór het gebouw ventten sommigen met
iiet eerste nummer van „Dc Kommunistisehe
.Onderwijzer" en in "de zaal klonk nu en dn a
do „Internationale". O.p het- gereserveerde
gedeelto van een der balkons zag men de
Kamerleden mevr. Groene weg, Albarda, Van
iden Tempel, Oud en Henri Tor Hall.
Do heer J. H. van Zadelhoff, die de verga
dering, uitgeschreven door hot hoofdbestuur i
ivsn den Bond van Ned. Onderwijzers, leidde,
Bpiak een openingswoord, waarin hij zijn
vreugde ui top rak over het feit, dat duizen
den onderwijzers en onderwijzeressen waren
samengekomen om ten krachtigste te pro-
itestceren tegen het ontwerp-De Visser.
Bericht van verhindering was ingekomen
ivan vele Tweede Kamerleden on het Eerste
Kamerlid De Gy sela ar.
Spr. wees er op, dal deze vergadering niet
ialleen bijeengeroepen was om te proteste©-
ircn, maar ook om te demo astree ren voor de
.billijke oischon der onderwijzers, die der
Regeering reeds op vele wijzen zijn kenbaar
gemaakt; eischen, die opkomen tegen een
spdarisvcrhoogmg. die in werkelijkheid een
verlaging beteekent. Het moet de Regeering
'duidelijk worden, dat ons geduld ten eindo
begint te loopen. (Langdurig applaus). Toch
fcobhen wij alle illusie nog niet verloren.
Geroep: Wij wel!
Hij sprak de hoop uit, dat van deze ver
gadering de kracht mocht uitgaan, welke tot
dc ver langde verbeteringen sou kunnen lei
den
Een stem: Leve de hoop. (Hilariteit).
Vervolgens kreeg mej. A-gn. Klooster (Am_
plorda-m) het woord.
Wij moeten protcsteeren tegen dit wets
ontwerp, zeide zij. De regeerders in Den
Kaag moeten weten dat liet onderscheid,
dat gemaakt wordt tiLSsclien gehuwden en
Ongehuwden. ons bedroeft, on juist de om
iderwyzeres het zwaarst zal treffen, omdat
fcji in de meeste gevallen ongehuwd blijft..
Ook in den pensioengrondslag wordt ver
schil gemaakt tusschen ongehuwde en ge
huwde leerkrachten. Wo voelen ons diep ge
griefd en al deze ministerieole fouten zullen
zeer zeker niet nalaten do liefde voor ons
ivak te doen verflauwen en zeer sterk de
jpovolutionnaire idee helpen ingang vinden.
[(Applaus).
Volygons het ontwerp-De Visser gaat het
jRijk op iedere onderwijzeres boven de -31
laar per jaar een bedrag van f 500 verdie
nen. (Geroep: 't Melkkoetje). Dat doet aan
'den riddertijd herinneren, maar dan 3an
dien. van de roofridders. Dc onderwijzeres is
niet erg militant, maar thans is de maat
yoL (Geroep: Staken). Hot is uit met de lijd
zaamheid van den onderwijzer cn dc ondor
Vijzerea
Het ontwcrp-Do Visser riekt naar salari-
eering naar behoefte; dit stelsel riekt ech
>6r naar stelselloosheid tevens Wij, onderwij
zeressen, riep spreekster o. m. uit, aanvaar
den thans nog niet het stelsel der salariee-
iriitg naar'behoeften en wij ziegigen: Gij, Ex-
pellentie, en zij, die meezingen in uw koor,
&>et het evenmin. Gij denkt ©r niet aan,
uw kruidenier meer te betalen omdat hij ge
huwd is, of uw dokter te honoreeren naar
kijn burgerlijken stand.
Door de onder wij zerS3a l ar izelf een
fooi klein beetje te verhoogen, heeft de Mi
aster getracht, ze er in te Laten loopen,
aaar dat gebeurt niet. De Kamerleden we
ten, dat wij meer wcnschen, n. L het premie-'
irrije staatspensioen.
"Spreekster eindigde met de hoop uit te
spreken, dat de Tweede Kamer het belang
niet alleen van de onderwijzers en onder-
rffijzeresen maar van de geheel© maatschappij
Éal inzien.
Do heer Ossendorp kreeg daarna het woord
Spr. herinnerde er aan, dat enkele jaren
'geleden op deze plaats dr. De Visser zich
mot buitengewone waardeering over den
'onderwijzer uitliet, volgens „De Telegraaf'
ivan 20 November 1916. Als wij die woorden
vergelijken met zijn ontwerp, dan mogen wij
^aar het Fransch van VICTOR CHERBULIEZ.
(Nadruk verboden.)
6)
Hij huilde letterlijk van drift cn van
schaamte en zijn tranen waren oipreoht ge
iend. Langzaam druppelden se langs zijn
gangen af. Maar ineens staakte hij zijn
plachten, droogde zich de oogen af en tuur
de in de verte, of hij daar iots goeds zag,
daarop hij na een plechtige pauze sprak
-.Enfin, iets goedls komt or toch in ieder
igeval bijIk zal nu ten minste naar Salig-
Jieux terug kunnen gaanl"
III,
Hoe verlangend de heer Têterol nu nok
iwas, om zich de rest van zijn dagen aan den
dienst van god Sylvain en de boschnimfen
te wijden, werd hij tooh wel eenige raaan-
te Parijs opgehouden door allerlei
Ecldsaken vooral, die nu toch vanwege den
oorlog een sterke vert-raging leden. Zoo
was hij
pas tegen den herfst kunnen klaar
komen met wat hij noemde: ,,zijn grooto
afrekening.'2
Half September vroeg hij op zekeren
avond den heer Pointal te dincoren. Gedu-
ende heel den maaltijd was hij uiterst som-
trru>tig, sprak al zuchtende van zijn
rek, want hij zuchtte nooit zoozeer, als
wanneer hij zich volslagen gelukkig voelde.
r6^ groot en nadruk verzocht hij den no-
_/ls' 0111 Joch goed zorg te dragen voor zijn
u, dien te behoeden tegen allerlei
vragen, of zij-n daden overeenkomen met
zijn woorden. (Geroep: 't Is eon huichelaar),
De Nederlandeche onderwijzer is nooit een
troetelkind geweest van onze Begeering. Het
was altijd een verschoppeling, zoo erg, dat
het in den volksmond ligt: „Daar gaat die
kale onderwijzer". Toen Minister De Vis
ser kwam, dachten we, dat do verzorging
van het onderwijs en zijn dienaar wel beter
zou gaan. Doch het is op ccn teleurstelling
i'itgeloopenwe hebben een gevoel van af
keer ondervonden, toen wij bemerkten, dat
minstens 6000 onzor in salaris zouden achter
uitgaan.
Wij krijgen alleen alles wat we niet wil
len, zeide spreker, en wat we willen, krijgen
we niet. (Hilariteit).
We willen ook ni*/t de vastlegging van de
sslarissbn in de wet.
Het onderwijs is gemeentezaak.
Het onderwijs kkn cn mftg dus geen Rijks
zaak worden.
Spreker maakte een vergelijking met de
loonen van timmerlieden, opperlieden en
metselaars, die hooger zijn dan die van
onderwijzers Volgens de Memorie van
Antwoord zou do salarisherziening 32 mil-
lioen gulden kosten, doch men vergete niet,
clat do Minister de uitkeering aan de ge
meenten in den zak houdt. De geheele sala
ris verhooging kost de Regeering daarvoor
9 ton. wat den openbaren onderwijzers be
treft 'de bijzondere onderwijzers krijgen
10 millioen gulden om op peil te komen.
Wij misgunnen zo dat niet, want dat had
den ze noodigl
Do Minister had echter moeten zorgen,
dat bij de salarisvorbetering der bijzondere
onderwijzers de openbare onderwijzers niet
op het lage peil moesten blijven staan I
Heb voorstel van den Minister is een ge
organiseerd fooienstelsel. In de stukken
praat men over normaliseering, maar daar
van is thans nog minder dan vroeger to
zien. Bij het oude stelsel hoefde j"e slechts
op te tellen met heel kleine getallen,
merkte spreker op ;bij het"nieuwe .moet je
kunnen optellen, aftrekken, vermenigvul
digen, alleen niet deelen. (Hilariteit.) En
dab praat dan van normoliseoren. Verder
praat de minister van oprichting van com
missies voor particuliere toelagen. Daar
voor bedanken wij echter. (Gefluit en ge
joel.' Daartegen strijdt ons karakter.
Wat zouden de bootwerkers in Rotter
dam doen, wanneer ze zoo trouweloos zou
den worden behandeld? vroeg spreker. En
wat zoudt gij doen? Ik behoef hierop geen
antwoord te goven noch te ontvangen. De
wet verbiedt den onderwijzer om te star
ken we praten er dus niet over, of w© het
wel of niet zullen doen. Maar als do Minis
ter ons herinnert aan onzen plicht, die ons
verbiedt to staken, dan dicne de overheid
ook te denken aan de verplichting jegens
ons. Als wij staken, staken wij niet voor
een dagDan staken we langer. Daardoor
zouden vele kinderen lijden. (Een stemEn
nu lijden onze kinderen !)-
Do minister bedenke, dat hij ook verplich
tingen heeft(Een stemWij verwachten
oen krachtig parool van ons hoofdbestuur.)
De Minister heeft het vertrouwen ge
schokt- In den onderwijsraad heeft geen
enkele onderwijzer zitting. (Gefluit.) Do
Minister heeft geen bezwaren tegen klassen
van 55 kindteren. Spreker sprak rijn ver
trouwen uit in de Kamer, die van deze mee
ting do overtuiging zal hebben gekregen,
dat door dit ontwerp de onderwijzers op
schandelijke wijze zijn teleurgesteld. (Luid
on langdurig applaus.)
De Voorzitter stelde hierna de volgende
motie aan de vergadering voor
„De vergadering, kennis genomen heb
bende van het ontwerp van wet tot rege
ling van de salarissen van openbare en bij
zondere onderwijzers gehoord de inleidin
gen:
van oordeel, dat het wetsontwerp, wat
zijn beginselen betreft in zakeclassifioatie
der gemeenten, ongelijke salaricering van
gehuwden en ongehuwden, het vastleggen
van do salarissen in de wet, volkomen on
aannemelijk isdat verder de bedragen, in
de web genoemd, zoowel wat a an van gsalaria
en eindweddo als periodieken verhoogingen
beslist onvoldoende zijn dat bovendien het
ontnemen van eenmaal verkregen rechten
oen daad is, welke zedelijk ongeoorloofd
moet worden geacht
doet een ernstig beroep op de volksver
tegenwoordiging, om het ontwerp zoodanig
dwaasheden daarna beval hij Lionel zelf
aan, zich steeds met onverdroten ijver aan
rijn studie te wijden, ten eindo een beroemd
man te kunnen worden
Om hem maar gerust te stellen, beloof
den -de heer Pcdnbal, zoowel als Lionel, dat
zij trouw zijn raadgevingen zouden nako
men. Nadat hij dus alles gezegd had, wat
hem op het hart lag, begaf hij zich naar
het station de Lyon, en, terwijl hij in don
coupó stapte, zuchtte hij nog eens: als hij
genoot, wilde hij toch volstrekt niet, dat
iemand daar eenig flauw vermoeden van
had.
.Den volgenden ochtend, bij het. krieken
van den dag. kwam hij aan te Pcrat d'Ain.
Zijn bescheiden bagage stuurde hij voor
rich uit on zelf begaf hij zich te voet naar
Saligncux, met dienselfden hulsttak in de
hand, dien hij nu al veertig jaar geleden
in het kreupelhout aldaar gesneden en
no>g steeds zorgvuldig bewaard had.
Ieder heeft tooh wel een greintje poëzie
in zioh zelfs zoo iemand als Jean Tóterol.
Het beloofde een prachtige dag te zijn en
rijn heele gemoed was d'an ook in feeststem
ming hij had een gevoel als een gevangene,
die nu eindelijk weer eens in vrijheid van
de natuur genieten mag, of van cón van
£rods uitverkoren volk, wien een blik op
het Beloofde Land gegund wordt, nadat hij
jarenlang aan de pyramiden van do Fa
rao's gewerkt heeft.
Ja, wat hij ap dat oogenblik gevedelde,
liet zich het best in dichtmaat uitdrukken,
maar dit had dan een ander voor hem moe
ten doen. Hij was niet alleenzijn herinne
ringen vergezelden hem. Zij hadden hora
nooit in den steek gelaten vroeger waren
rij met hom do ladder opgeklommen, zij
hadden mee kalk on zandsteen bewerkt.
te wijzigen, dat aan gerechtvaardigde wen-
sohen der onderwijzers wordt voldaan."
Nadat door langdurig applaus instem
ming met deze motie werd betuigd en
enkoio aanwezigen hadden medegedeeld,
dat zij een veel scherpere uitspraak van de
vergadering hadden verwacht, werd do bij
eenkomst gesloten.
Aan de uitgangen werd gecollecteerd voor
de stakende trammannen to Rotterdam en
do landarbeiders in het Noorden.
ludisehe leening. Naa~r wy vernemen,
zal de vierde Indische leening, waarvoor
het ontwerp spoedig bij de Tweede Kamer
zal inkomen, worden uitgegeven tot een to
taal bedrag van nominaal ten hoogste 180
millioen gulden, met een rente van ten hoog
ste 6 pCt. De koers van uitgifte zal nader
woorden bepaald. De leening zal aflosbaar
zijn in 40 jaar, aan fce vangen ia 1920. Tot
1 Juli 1924 zal zij niet vatbaar zijn voor
C-Onversie en zal dö jaarlykscbe aflossing
één veertigste van het geleende oiiet te
boven gaan.
Op 30 April j.l. bedroeg de vlottende
schuld ten laste van Indië f209.898.000,
zocaat de Regeering meent tot consolidee-
riog te moeten overgaan, daar niet 'te ver
wachten is, dat de toestand der Indische kas
in den eersten tijd gunstiger zal worden.
Vasthoudende aan het in onze leeningspelitiek
gebiMigdo h:-g nse', om staatsschuldbrieven
uit te geven tegen een koers, welke met de
nominale waard? der stukken overeenkomt
of die dicht nadert,' en de huidige koers- i
noteer In gen der schuldbrieven vail Indië in 1
aanmerking genomen, zou, bij een uitgifte
van nieuwe obligation tegen of nabij den
parikoers. de rentevoet van deze laatste
op 5Vi' tot 6 pCt. gesteld moeten worden.
Alles te zamen genomen m?ent de Regeering,
dat, met het oog op de groote onzekerheid
in de koersnoteeringen, behoudens vastleg
ging in den voet van een maximumrente van
6 yCl. de bepaling van de rentevergoeding
der nieuwe schuldbekentenissen aan den Mi-
nister van Koloniën dient te worden over
gelaten zoodat hij op het goede oogenblik
naar bewind van zaken zal kunnen handelen.
Buitengewoon oorlogskrediet. Ingeko
men is oen %risontwcrp tot wijziging en
vohooging van de oorlogsbegrootmg 1919
(buitengewoon krediet).
Hot ontwerp dient ter voorziening in de
uitgaven, die als gevolg van de nog voort
durende buitengewone omstandigheden door
het Departement van Oorlog moeten worden
gedragen en niet uit de z. g. vredesbegroo-
ting bestreden "kunnen worden.
Het totaal aangevraagde bedrag van 86
millioen zou aldus de Minister in de Me
iDorie van Toelichting aanzienlijk lager
zijn geweest, indien daarin niet had moeten
worden begrepen de som, die op de gewone
bogrooting meer zou zijn uitgetrokken, wan
neer daarbij niet van de vroegere, maar van
de thans geldende, buitengewoon hoog© prij
zen van materialen, arbeidsloon, enz. ware
uitgegaan. Het uit dien hoofde meer benoo-
digde kan in ronde cijfers op 91/» millioen
gulden worden gesteld. Een verdere vermin
dering zou het eindcijfer heibben o adergaan,
indien het gelukt ware met alle leveran
ciers tot overeenstemming te komen, no
pens de verbreking van contracten voor
die werken cn leveringen, waarop onder de
tegenwoordige omstandigheden geen prijs
meer wordt gesteld.
Waar die verbreking slechts verkregen
zcü kunnen worden ten koste van een a:b-
normaal hooge schadeloosstelling, heeft le
Minister gemeend aan de volledige uitvoe
ring van de aangegane overeenkomsten dc
voorkeur te moeten geven. Eindelijk moe?
ten, inzonderheid voor wat den dienst der
genie betreft, in het voor 1919 aan te vragen
krediet opnrouw bedragen worden begrepen,
waarop reeds bij dè buitengewone krediet
aanvragen voor 1918 werd gerekend, snaar
dïo in dit jaar niet verwerkt koDdea wor
den.
Vrijdom van belasting voor buitenlanders.
iDc talrijke buitenlanders, die in ons land
verblijven, worden grootendeels als vluchte
lingen beschouwd, en zij behoeven daarom
geen vermogensbelasting of inkomstenbelas
ting te betalen.
Aan dit privilegie op belastinggebied kan
nu wel een einde gemaakt worden.
Do vole welgestelde vreemdelingen, die
hier bescherming genieten, kunnen best hun
muren bepleisterd, versieringen aange- j
bracht, tal van kwitanties goteekend- en
lange, ingewikkelde interest-berekeningen
gemaakt-
Op dat oogenblik gonsden zij hem om rle
ooren als een zwerm bijen en vertelden hem
van allerlei geschiodenissen.
Ond'er do mensohen en dieren, die hij
tegenkwam, overal meende do heer Tèterol
oude kennissen op te merken. De kleinste
terreinveranderingeneen heuvel met oen
kapellotje er op; drie groote notoboomen,
om een moeras heeneen kromming van
den weg, waar een fontein stondhet
blauwachtig waas, dat de morgen aan den
horizon omgaf dit alles had hij steeds
meegevoerd met de oogen der herinnering.
Een ommezien 3tond hij stil, om van een
bloeiend boekweitveld te genieten en van
een bosobje wilde moerbeien, en sprak tel
kens tot zijn omgeving: „Ja, ik ben 't
welDan ging hij maar weer verder. Mot
welbehagen schopte hij af en toe met den
voet het stof van den weg op en het kwam
hem voor, d'at dit blanker was dan overal
eldersook meende liij, er rijn spoor in te
herkennen. Hij kcok eens naar rijn stok.
„Was het nu gisteren of eergisteren,
vroeg hij dien af, „dat jij en ik hier door
getrokken zijn We gingen naar Parijs, met
ons bundeltje op den rug, al wat we beza
ten in een knapzak bij ons dragend. Weeft
je nog wel?"
En of rijn stok het wist
Ineens zag hij daar voor zich oprijzen don
spitsen Mokketoren van Saligncux, die mot
zijn zinken dakbedekking oogverblindend
schitterde in de zon. Die toren hefkende,
die klok begroette hem, en de weerhaan,
die boven op de spits prijkte, begon met de
vlougels te slaan, deed dap tetk ïrerid open
penningske in onze lasten bijdragen. Zij zijn
nu toch vrij, om naar hun land terug te
keenen.
Zij maken voor ons volk het woningvraag
stuk nog nijpender en er zijn er heel wat by,
die niet bepaald eenvoudig leven, zoo dat er
ook uit dat oogpunt bezien geen reden is het
privilege te handhaven. („De N. Crt.")
Belastingen op weelde. Mon schrijft van
geachte zijde aan „De N. Crt-."
„Nu de Minister de hatelijke belasting op
sohoorsteenen en rijwielen (tegenwoordig
geen luxe-artikelen meer) uit de personeele
belasting licht en als compensatie de belas
ting naar den grondslag huurwaarde tób te
pOb. wil verhoogen (men kan in het tarief
tevens wat progressie aanbrengen), zou het
wellicht overweging verdienen, om ook de
sohatting van den grondslag meubilair be
herzien, en niet meer de getaxeerde waarde
maar d'e waarde als basis te nemen, waar
voor inboedels tegen het risico van brand
zijn verzekerd. De nu getaxeerde waarde
van het meubilair is als regel veel te laag.
De schatters zijn niet allen deskundig en
rij schatten niet hoog, want anders ver
kiest de belastingschuldige geen schatting
van het meubilair, maar bepaling naar tien
grondslag huurwaarde, en dan mist dc
sohatber zijn belooning. De schatters heb
ben dus belang bij betrekkelijke lage schat
tingen.
Nu is de verzekerde waarde als regel wel
hooger dan de werkelijke waarde, maar
doordat alle belastingschuldigen naar clen-
zolfden maatstaf worden aangeslagen, kan
er bij de bepaling van het heffingspercen-
tage rekening mede gehouden worden. Een
behoorlijke controle is, nu de polissen bij
de Maatschappijen en de agenten tooh voor
andere belastingwetten nagegaan worden,
zeer goed mogelijk. Alleen zou men de gren
zen van het meubilair wat moeten uitbrei
den en de belasting zoai daardoor meer liet
karakter eencr weeldebelasting kunnen na
deren, vooral als men de grondslagen
dienstboden en paarden, enz. wat aandikt;
en bij den grondslag huurwaarde wat pro
gressie aanbrengt.
Een weelde baJasting van 10 pCt. op üo
rekeningen in hotels en restaurants wordt
in Frankrijk reeds gehevon.
Wanneer men doze belasting ook heft van
do consumptie in lunchrooms, tearooms en
banketbakkerswinkels, men kan de ver
plichting opleggen alle nota's van zegel r.o
voorzien op dezelfde wijze als hot hears-
zegel en daardoor een behoorlijke contrólo
mogelijk maken.
Hetzelfde systeem kan voor wijnhandela
ren en voor sigaren- en goudsmids- cn j uwc-
lierswinkcls worden gervolgd. Op die wijze
kan men dan een gedeelte der weeld'e-uit-
gaven belasten, en van een weelde-belaa-
ting gaat een opvoedende kracht uit, ter
wijl zulk een belasting bovendien aardig
wait opbrengt en het mooiste is, dat bijna
alle belastingschuldigen hun pogingen in
deze belasting vrijwillig betalen
Eon conniinenton-bon<L Men meldt, dat
in Den Haag een bijeenkomst van consumen
ten is gehouden, ten einde middelen te bera
men, om, door optreden bij autoriteiten en
door zelf op coöperatieven grondslag voe
dingsmiddelen te produceeren of in te koo-
pen, te geraken tot voldoende verlaging der
th a ns geldon de prijzen van eerste levensbe
hoeften, speciaal van land- en tuinbouwD-To-
ducten.
Ieder, mits geen handelaar, fabrikant, enz.
ïn consumptieartikelen kan toetreden tot de.D
eventueel op to richten consumentenbond,
die zijn werkzaamheden over geheel Neder
land zal uitstrekken.
De ex-keizer. Dc Bcrlijnsche correspondent
van do Daily Chronicle' heeft een onder
houd gehad met ieonand, die oip de hoogte
is van de opvatting der Duitsche regeering
omtrent al .dan niet berechting van den ex-
keizer. Deze beweerde, dat liet waarschijn
lijk was, dat de ex-keizer, indien zijn uit
levering aan 'Nederland wordt gevraagd,
naar Duitschland zal terugkeeren, en dit ge
wis weigeren zal den ex-keizer aan de Geal
lieerden uit te leven. „Twee dingen beschou
wen wij als een onteering van ons land, en
wel do vlucht van den keizer en do afgifte
van de vloot. De derde onteerende daad zou I
zou zijn de uitlevering vau den keizer ter
berechting door zijn vijanden, die t? gelijk
aanklagers en rechters zouden zftn.''
4en verkondigde over heol heb departement:
„lean Têterol is terug I"
Toen begon het in Jean Têterol te ringen
en te juichen! Dien dag was hij dichter,
musicus al wat men maai- wilde.
Een teleurstelling wachtte hem, toen hij
met zijn zwaren, gelijkmatigën stap den
grooten dorpsweg betrad. Nog net als vroe-
ger was de weg wat steil-cploopond, kronke
lend, slecht geplaveid'; maar tot zijn groot
verdriet nam hij er toch eenige verandering
in waar. Er stonden nieuwe huizen en op
het marktplein had men een sohool neorge^ j
zet, tegenover een raadhuis met vierkante
zuilen, dat hom over het geheel al zeer on-
smaakvol gebouwd leek.
Hij had rijn Saligneux willen weerzien, i
zooals hij het verlaten had, met alles nog
precies cp zijii plaats en de menschen vol
verlangen naar liem uitkijkend. Hij liield
halt bij een „stap," waar hij drie meiden j
bezig zag, haar linnengoed uit te spoelen.
Den „stap" herkende hij heel goed, maar
de meiden niet, en dit nam hij haar haast
kwalijk. Een lieelc troost was het hem in-
fcussohen, dat hij d'e koeien, die hem voorbij
kwamen, ten minste wèl" scheen te herken
nen, want die brave dieren lijken immers
allo op elkaar en kobben zoo'n verren star
renden blik, die zeker steeds uitgaat naar
eon visioen van lekker, malsoh gra*.
Een groote ongerustheid kwam er« over
hem. Hij vroeg zich af, of de bewoners van
Saligncux rich in hun vernieuwingswoede
misschien ook niet een anderen pastoor
aangeschaft hadden, dat zou zijn rekening
dan wel leelijk in do war sturen.
Hij trad de herberg binnen, om er zijn
ontbijt te gebruiken, maar allereerst vroeg
hij naar abt Mr au cl. Gode zij dank, was die
nog in leven! ..Maar," voegde de waarcï er
I.
We leven immers in een tijd van vesl
werkloosheid, nietwaur? Daarom zal rnea
ïialuuil^k ten zeerste geneigd rijn, om ©!ke?
manie: om werk te verschaffen afgvó-m
natuurlek van misdadigheid, enz. gretig
te accepteeren. Zelfs, al mag het werk, dat
verricht wordt, eenigszins overbodig éeetea
in normale omstandigheden. Abnormale om
standigheden, abnormale maatregelen, ab
normaal werk! We durven dit wel haosfe
neerschrijven als een axioma; in huis-, i'uin-
of keukentaal ook wel genoemd: een bar
heid als een koe, hoewel we nu juist niet
begrijpen, waarom dit stomme dier gekoz?n
is on: te worden gebruikt in wat een ge
vleugeld woord is geworden, een uitdruk
king. -waartegen wij op zichzelf al weel
moeten protesteeren, want in d? naakte'
werkelijkheid hebben wy ^.og nimmer -*en
woord met vleugels gezien of de zetter
moest eens aan de rol zijn geweest, wit,
dit ier voorkoming van misverstand, zeeu
speiadisch voorvalt. En nu bezigden we
weer een woord, dit shoe Vug i "aal is
toch een lam ding
Maar om op ons uitgangspunt tc..ug te
komen, het geven van werk is op 't oogen
blik het middel, om de arbeids-chuwheid
tegen te gaan. Weer een waarheid als een
koe, zal men Z3ggen en dan hoift d: „mer."
eindelijk eens gelijk, 't Overkomt, ja, is t
nu haar of hem? niet' dikwyls. En nu zijn
wy getroffen door iets, wat wij op straat
zagen, dat ons opeens, zoo a 1 instar en
h l'improviste, op een idee braciit dat wij
in alle nederigheid lumineus believen te
noemen. Welk een ver verschiet dat niet
opent! Welk een sport, wat zeggen we,
v.elk een acrobatiek komt daar niet bij te;
pas voor ver doorvoeren daarvan!
Laten wij de nieuwsgierigheid bevredigen,
die wij gewekt zullen hebben en onze lezers
niet langer op de proef stellen. 13? kwestie,
waarom het gaat, is dan de volgende. En nu
zegge men niet, dat liet plan niet schitte
rend is. want dat zou getuigeu van kort
zichtigheid- Zelfkennis is toch maar a'Vs.
We zagen dan: eon kar, waarop cokes of
3teenkooI, neem ons niet kwalijk, dat wij
dit" niet precies weten, werd vervoerd,
waarvoor een paard trok; een man zat op
den bok, een op de kar. Is dat nu wat
bijzonders, zal men vragen? Neen, maar.
u laat ons niet uitvertellen. Er was nog een
rx.an, die liep naast een achterwiel en sIo?g
telkens daartegen met een stevig suik hout.
Of die man gek was? Niet precies, want
dab slaan geschiedde om' het afloopen van
het losgeraakte wiel tegen te gaan. Eu'
met succes, we verzekeren het, wij hebben
de kar een heel eind gevolgd en 't ging
bovenstbest. En toen kwam dat idee! Wan
neer men alle wielen nu eens los aau da
karren zet, dan zijn voor -een zoo'n k?",
ten 'minste als er 4 wielen inzitten, al
vier man extra noodigl Oefening ba ri
4cunst, zegt een spreekwoord, al L 'fc we r.
shocking. Bij oefening kan die kar pardon,
we bedoelen natuurlijk het paard in draf
gaan. Dan wordt d:ze werkverschaffing ge
schikt voor rijtuigen. De vroegere hard lep
pers in eere hersteld, maar dan in nuttigs
bezigheid! 't Is een nieuwe soort sport.
En acrobaten kan men dan hetzelfde laten
doen bij automobielen, b.v. zelf. op een
motorfiets' rittende
'fc Is een dot van een idee. W'? geven
'b voor beter?
NEMO.
De gevangene van Jalta,
Sinds zyn aankomst te Genua, aan boord
vau een Engelsch oorlogsschip, heeft groot
vorst Nicolaas, de gewezen opperbevelheb
ber van de Russische legers, in zyn hotei ver
toefd. Hy houdt meestal zrjn kamer zwijgend
ea waardig, vermijdt het gezelschap van
anderen, en weigert ieder interview.
De geschiedenis 7au rijn lijden en van
de ellende die hij heeft ondergaan, beginS
den 28en Maart 1917, toen op last yan de
rev olurionnaire regeering, hij zijn Hoofd
kwartier verliet en met een extra-trein naar
lalta, in de Krim. vertrok, waar hy een villa
bezat. Te Kief voegde zijn broeder Peter cn
bij, .hij wordt wel oud;'hij is erg krom."
„Hoe koon je er bij! Zoo'n flinke mant"
„Hij is al ruim zeventig, mijnheer."
„Zeventigriep do heer Jean Têterol.
„Och, de mensclien schijnen rich hier niet
goed te kunnen houden
Maar d'e herbergier, die een vooruitstre
vende geest scheen," antwoordde nu leuk
„Och, als deze pastoer dood is, dan komt
er weer een anderZe zijn toch allemaal
precies hetzelfde. En ieder gaat zoo op rir*
beurt. Wij ooik, mijnheer."
„Wij ook! Wij ook Hemd jc opmer-
langen vóór je, man," mompelde de lieer
Têterol, met een schuinen blik naar doa
waard, wiens uiterlijk hem nu al heel wei
nig beviel; Jean Têterol voedde '.■taal geen
lust, om al te gaan en om daar ook maar in
het minst aan herinnerd te worden.
„Heeft de abt. nog altijd zijn oude Ma
rianne bij rioh?"
„De oude Marianne Die ken ik niet,"
antwoordde de ander, terwijl hij weer tofc
zijn werk terugkeerde.
Verbeeld jeeen herbergier,- dio r.ïot
eens de oude Marianne kende l En dio hefc
er nogal voor hield', dat de pastoor op het
punt van heengaan zou zijn! Neen, die was
ook niet waard, om verder een woord meo
te spreken, dacht Têterol
En zoodra hij ontbeten had, begaf hij
zich naar de pastorie. Hij behoefde niet
naar den weg te vragen en in het minst ook
geen moeite te doen, cm zich dien te bin
nen te brengen. Hij belde on het was niet
do oude Marianne, die hom kwam open-
doendaar was een geldige reden voor;]
zij was vijf en twintig jaar docrd!
(Wordt vervolgd).