ivo. 16158. LEIDSCH DAGBLAD Maandag 12 Mei. Tweede Biad Anno 1919. BINNENLAND. FEUILLETON, ZIJN IOEIE. Langs straat en weg, BUITENLAND. Prctestmeeting van onderwijzers. On der wijzers hebben gisteren geprotesteerd cn gedemonstreerd tegen het wetsontwerp-De Visser, in zako de ondcrw ijzerssalarissen. Tegen twaalvan was in den omtrek van fcet Gebouw van Kunsten en Wetenschappen in Den Haag een bijzondere drukte waar to pemen, die met de minuut aangroeide. To één uur, teen de vergadering een aanvang cam, was geen plaatsje onbezet. Vóór het gebouw ventten sommigen met iiet eerste nummer van „Dc Kommunistisehe .Onderwijzer" en in "de zaal klonk nu en dn a do „Internationale". O.p het- gereserveerde gedeelto van een der balkons zag men de Kamerleden mevr. Groene weg, Albarda, Van iden Tempel, Oud en Henri Tor Hall. Do heer J. H. van Zadelhoff, die de verga dering, uitgeschreven door hot hoofdbestuur i ivsn den Bond van Ned. Onderwijzers, leidde, Bpiak een openingswoord, waarin hij zijn vreugde ui top rak over het feit, dat duizen den onderwijzers en onderwijzeressen waren samengekomen om ten krachtigste te pro- itestceren tegen het ontwerp-De Visser. Bericht van verhindering was ingekomen ivan vele Tweede Kamerleden on het Eerste Kamerlid De Gy sela ar. Spr. wees er op, dal deze vergadering niet ialleen bijeengeroepen was om te proteste©- ircn, maar ook om te demo astree ren voor de .billijke oischon der onderwijzers, die der Regeering reeds op vele wijzen zijn kenbaar gemaakt; eischen, die opkomen tegen een spdarisvcrhoogmg. die in werkelijkheid een verlaging beteekent. Het moet de Regeering 'duidelijk worden, dat ons geduld ten eindo begint te loopen. (Langdurig applaus). Toch fcobhen wij alle illusie nog niet verloren. Geroep: Wij wel! Hij sprak de hoop uit, dat van deze ver gadering de kracht mocht uitgaan, welke tot dc ver langde verbeteringen sou kunnen lei den Een stem: Leve de hoop. (Hilariteit). Vervolgens kreeg mej. A-gn. Klooster (Am_ plorda-m) het woord. Wij moeten protcsteeren tegen dit wets ontwerp, zeide zij. De regeerders in Den Kaag moeten weten dat liet onderscheid, dat gemaakt wordt tiLSsclien gehuwden en Ongehuwden. ons bedroeft, on juist de om iderwyzeres het zwaarst zal treffen, omdat fcji in de meeste gevallen ongehuwd blijft.. Ook in den pensioengrondslag wordt ver schil gemaakt tusschen ongehuwde en ge huwde leerkrachten. Wo voelen ons diep ge griefd en al deze ministerieole fouten zullen zeer zeker niet nalaten do liefde voor ons ivak te doen verflauwen en zeer sterk de jpovolutionnaire idee helpen ingang vinden. [(Applaus). Volygons het ontwerp-De Visser gaat het jRijk op iedere onderwijzeres boven de -31 laar per jaar een bedrag van f 500 verdie nen. (Geroep: 't Melkkoetje). Dat doet aan 'den riddertijd herinneren, maar dan 3an dien. van de roofridders. Dc onderwijzeres is niet erg militant, maar thans is de maat yoL (Geroep: Staken). Hot is uit met de lijd zaamheid van den onderwijzer cn dc ondor Vijzerea Het ontwcrp-Do Visser riekt naar salari- eering naar behoefte; dit stelsel riekt ech >6r naar stelselloosheid tevens Wij, onderwij zeressen, riep spreekster o. m. uit, aanvaar den thans nog niet het stelsel der salariee- iriitg naar'behoeften en wij ziegigen: Gij, Ex- pellentie, en zij, die meezingen in uw koor, &>et het evenmin. Gij denkt ©r niet aan, uw kruidenier meer te betalen omdat hij ge huwd is, of uw dokter te honoreeren naar kijn burgerlijken stand. Door de onder wij zerS3a l ar izelf een fooi klein beetje te verhoogen, heeft de Mi aster getracht, ze er in te Laten loopen, aaar dat gebeurt niet. De Kamerleden we ten, dat wij meer wcnschen, n. L het premie-' irrije staatspensioen. "Spreekster eindigde met de hoop uit te spreken, dat de Tweede Kamer het belang niet alleen van de onderwijzers en onder- rffijzeresen maar van de geheel© maatschappij Éal inzien. Do heer Ossendorp kreeg daarna het woord Spr. herinnerde er aan, dat enkele jaren 'geleden op deze plaats dr. De Visser zich mot buitengewone waardeering over den 'onderwijzer uitliet, volgens „De Telegraaf' ivan 20 November 1916. Als wij die woorden vergelijken met zijn ontwerp, dan mogen wij ^aar het Fransch van VICTOR CHERBULIEZ. (Nadruk verboden.) 6) Hij huilde letterlijk van drift cn van schaamte en zijn tranen waren oipreoht ge iend. Langzaam druppelden se langs zijn gangen af. Maar ineens staakte hij zijn plachten, droogde zich de oogen af en tuur de in de verte, of hij daar iots goeds zag, daarop hij na een plechtige pauze sprak -.Enfin, iets goedls komt or toch in ieder igeval bijIk zal nu ten minste naar Salig- Jieux terug kunnen gaanl" III, Hoe verlangend de heer Têterol nu nok iwas, om zich de rest van zijn dagen aan den dienst van god Sylvain en de boschnimfen te wijden, werd hij tooh wel eenige raaan- te Parijs opgehouden door allerlei Ecldsaken vooral, die nu toch vanwege den oorlog een sterke vert-raging leden. Zoo was hij pas tegen den herfst kunnen klaar komen met wat hij noemde: ,,zijn grooto afrekening.'2 Half September vroeg hij op zekeren avond den heer Pointal te dincoren. Gedu- ende heel den maaltijd was hij uiterst som- trru>tig, sprak al zuchtende van zijn rek, want hij zuchtte nooit zoozeer, als wanneer hij zich volslagen gelukkig voelde. r6^ groot en nadruk verzocht hij den no- _/ls' 0111 Joch goed zorg te dragen voor zijn u, dien te behoeden tegen allerlei vragen, of zij-n daden overeenkomen met zijn woorden. (Geroep: 't Is eon huichelaar), De Nederlandeche onderwijzer is nooit een troetelkind geweest van onze Begeering. Het was altijd een verschoppeling, zoo erg, dat het in den volksmond ligt: „Daar gaat die kale onderwijzer". Toen Minister De Vis ser kwam, dachten we, dat do verzorging van het onderwijs en zijn dienaar wel beter zou gaan. Doch het is op ccn teleurstelling i'itgeloopenwe hebben een gevoel van af keer ondervonden, toen wij bemerkten, dat minstens 6000 onzor in salaris zouden achter uitgaan. Wij krijgen alleen alles wat we niet wil len, zeide spreker, en wat we willen, krijgen we niet. (Hilariteit). We willen ook ni*/t de vastlegging van de sslarissbn in de wet. Het onderwijs is gemeentezaak. Het onderwijs kkn cn mftg dus geen Rijks zaak worden. Spreker maakte een vergelijking met de loonen van timmerlieden, opperlieden en metselaars, die hooger zijn dan die van onderwijzers Volgens de Memorie van Antwoord zou do salarisherziening 32 mil- lioen gulden kosten, doch men vergete niet, clat do Minister de uitkeering aan de ge meenten in den zak houdt. De geheele sala ris verhooging kost de Regeering daarvoor 9 ton. wat den openbaren onderwijzers be treft 'de bijzondere onderwijzers krijgen 10 millioen gulden om op peil te komen. Wij misgunnen zo dat niet, want dat had den ze noodigl Do Minister had echter moeten zorgen, dat bij de salarisvorbetering der bijzondere onderwijzers de openbare onderwijzers niet op het lage peil moesten blijven staan I Heb voorstel van den Minister is een ge organiseerd fooienstelsel. In de stukken praat men over normaliseering, maar daar van is thans nog minder dan vroeger to zien. Bij het oude stelsel hoefde j"e slechts op te tellen met heel kleine getallen, merkte spreker op ;bij het"nieuwe .moet je kunnen optellen, aftrekken, vermenigvul digen, alleen niet deelen. (Hilariteit.) En dab praat dan van normoliseoren. Verder praat de minister van oprichting van com missies voor particuliere toelagen. Daar voor bedanken wij echter. (Gefluit en ge joel.' Daartegen strijdt ons karakter. Wat zouden de bootwerkers in Rotter dam doen, wanneer ze zoo trouweloos zou den worden behandeld? vroeg spreker. En wat zoudt gij doen? Ik behoef hierop geen antwoord te goven noch te ontvangen. De wet verbiedt den onderwijzer om te star ken we praten er dus niet over, of w© het wel of niet zullen doen. Maar als do Minis ter ons herinnert aan onzen plicht, die ons verbiedt to staken, dan dicne de overheid ook te denken aan de verplichting jegens ons. Als wij staken, staken wij niet voor een dagDan staken we langer. Daardoor zouden vele kinderen lijden. (Een stemEn nu lijden onze kinderen !)- Do minister bedenke, dat hij ook verplich tingen heeft(Een stemWij verwachten oen krachtig parool van ons hoofdbestuur.) De Minister heeft het vertrouwen ge schokt- In den onderwijsraad heeft geen enkele onderwijzer zitting. (Gefluit.) Do Minister heeft geen bezwaren tegen klassen van 55 kindteren. Spreker sprak rijn ver trouwen uit in de Kamer, die van deze mee ting do overtuiging zal hebben gekregen, dat door dit ontwerp de onderwijzers op schandelijke wijze zijn teleurgesteld. (Luid on langdurig applaus.) De Voorzitter stelde hierna de volgende motie aan de vergadering voor „De vergadering, kennis genomen heb bende van het ontwerp van wet tot rege ling van de salarissen van openbare en bij zondere onderwijzers gehoord de inleidin gen: van oordeel, dat het wetsontwerp, wat zijn beginselen betreft in zakeclassifioatie der gemeenten, ongelijke salaricering van gehuwden en ongehuwden, het vastleggen van do salarissen in de wet, volkomen on aannemelijk isdat verder de bedragen, in de web genoemd, zoowel wat a an van gsalaria en eindweddo als periodieken verhoogingen beslist onvoldoende zijn dat bovendien het ontnemen van eenmaal verkregen rechten oen daad is, welke zedelijk ongeoorloofd moet worden geacht doet een ernstig beroep op de volksver tegenwoordiging, om het ontwerp zoodanig dwaasheden daarna beval hij Lionel zelf aan, zich steeds met onverdroten ijver aan rijn studie te wijden, ten eindo een beroemd man te kunnen worden Om hem maar gerust te stellen, beloof den -de heer Pcdnbal, zoowel als Lionel, dat zij trouw zijn raadgevingen zouden nako men. Nadat hij dus alles gezegd had, wat hem op het hart lag, begaf hij zich naar het station de Lyon, en, terwijl hij in don coupó stapte, zuchtte hij nog eens: als hij genoot, wilde hij toch volstrekt niet, dat iemand daar eenig flauw vermoeden van had. .Den volgenden ochtend, bij het. krieken van den dag. kwam hij aan te Pcrat d'Ain. Zijn bescheiden bagage stuurde hij voor rich uit on zelf begaf hij zich te voet naar Saligncux, met dienselfden hulsttak in de hand, dien hij nu al veertig jaar geleden in het kreupelhout aldaar gesneden en no>g steeds zorgvuldig bewaard had. Ieder heeft tooh wel een greintje poëzie in zioh zelfs zoo iemand als Jean Tóterol. Het beloofde een prachtige dag te zijn en rijn heele gemoed was d'an ook in feeststem ming hij had een gevoel als een gevangene, die nu eindelijk weer eens in vrijheid van de natuur genieten mag, of van cón van £rods uitverkoren volk, wien een blik op het Beloofde Land gegund wordt, nadat hij jarenlang aan de pyramiden van do Fa rao's gewerkt heeft. Ja, wat hij ap dat oogenblik gevedelde, liet zich het best in dichtmaat uitdrukken, maar dit had dan een ander voor hem moe ten doen. Hij was niet alleenzijn herinne ringen vergezelden hem. Zij hadden hora nooit in den steek gelaten vroeger waren rij met hom do ladder opgeklommen, zij hadden mee kalk on zandsteen bewerkt. te wijzigen, dat aan gerechtvaardigde wen- sohen der onderwijzers wordt voldaan." Nadat door langdurig applaus instem ming met deze motie werd betuigd en enkoio aanwezigen hadden medegedeeld, dat zij een veel scherpere uitspraak van de vergadering hadden verwacht, werd do bij eenkomst gesloten. Aan de uitgangen werd gecollecteerd voor de stakende trammannen to Rotterdam en do landarbeiders in het Noorden. ludisehe leening. Naa~r wy vernemen, zal de vierde Indische leening, waarvoor het ontwerp spoedig bij de Tweede Kamer zal inkomen, worden uitgegeven tot een to taal bedrag van nominaal ten hoogste 180 millioen gulden, met een rente van ten hoog ste 6 pCt. De koers van uitgifte zal nader woorden bepaald. De leening zal aflosbaar zijn in 40 jaar, aan fce vangen ia 1920. Tot 1 Juli 1924 zal zij niet vatbaar zijn voor C-Onversie en zal dö jaarlykscbe aflossing één veertigste van het geleende oiiet te boven gaan. Op 30 April j.l. bedroeg de vlottende schuld ten laste van Indië f209.898.000, zocaat de Regeering meent tot consolidee- riog te moeten overgaan, daar niet 'te ver wachten is, dat de toestand der Indische kas in den eersten tijd gunstiger zal worden. Vasthoudende aan het in onze leeningspelitiek gebiMigdo h:-g nse', om staatsschuldbrieven uit te geven tegen een koers, welke met de nominale waard? der stukken overeenkomt of die dicht nadert,' en de huidige koers- i noteer In gen der schuldbrieven vail Indië in 1 aanmerking genomen, zou, bij een uitgifte van nieuwe obligation tegen of nabij den parikoers. de rentevoet van deze laatste op 5Vi' tot 6 pCt. gesteld moeten worden. Alles te zamen genomen m?ent de Regeering, dat, met het oog op de groote onzekerheid in de koersnoteeringen, behoudens vastleg ging in den voet van een maximumrente van 6 yCl. de bepaling van de rentevergoeding der nieuwe schuldbekentenissen aan den Mi- nister van Koloniën dient te worden over gelaten zoodat hij op het goede oogenblik naar bewind van zaken zal kunnen handelen. Buitengewoon oorlogskrediet. Ingeko men is oen %risontwcrp tot wijziging en vohooging van de oorlogsbegrootmg 1919 (buitengewoon krediet). Hot ontwerp dient ter voorziening in de uitgaven, die als gevolg van de nog voort durende buitengewone omstandigheden door het Departement van Oorlog moeten worden gedragen en niet uit de z. g. vredesbegroo- ting bestreden "kunnen worden. Het totaal aangevraagde bedrag van 86 millioen zou aldus de Minister in de Me iDorie van Toelichting aanzienlijk lager zijn geweest, indien daarin niet had moeten worden begrepen de som, die op de gewone bogrooting meer zou zijn uitgetrokken, wan neer daarbij niet van de vroegere, maar van de thans geldende, buitengewoon hoog© prij zen van materialen, arbeidsloon, enz. ware uitgegaan. Het uit dien hoofde meer benoo- digde kan in ronde cijfers op 91/» millioen gulden worden gesteld. Een verdere vermin dering zou het eindcijfer heibben o adergaan, indien het gelukt ware met alle leveran ciers tot overeenstemming te komen, no pens de verbreking van contracten voor die werken cn leveringen, waarop onder de tegenwoordige omstandigheden geen prijs meer wordt gesteld. Waar die verbreking slechts verkregen zcü kunnen worden ten koste van een a:b- normaal hooge schadeloosstelling, heeft le Minister gemeend aan de volledige uitvoe ring van de aangegane overeenkomsten dc voorkeur te moeten geven. Eindelijk moe? ten, inzonderheid voor wat den dienst der genie betreft, in het voor 1919 aan te vragen krediet opnrouw bedragen worden begrepen, waarop reeds bij dè buitengewone krediet aanvragen voor 1918 werd gerekend, snaar dïo in dit jaar niet verwerkt koDdea wor den. Vrijdom van belasting voor buitenlanders. iDc talrijke buitenlanders, die in ons land verblijven, worden grootendeels als vluchte lingen beschouwd, en zij behoeven daarom geen vermogensbelasting of inkomstenbelas ting te betalen. Aan dit privilegie op belastinggebied kan nu wel een einde gemaakt worden. Do vole welgestelde vreemdelingen, die hier bescherming genieten, kunnen best hun muren bepleisterd, versieringen aange- j bracht, tal van kwitanties goteekend- en lange, ingewikkelde interest-berekeningen gemaakt- Op dat oogenblik gonsden zij hem om rle ooren als een zwerm bijen en vertelden hem van allerlei geschiodenissen. Ond'er do mensohen en dieren, die hij tegenkwam, overal meende do heer Tèterol oude kennissen op te merken. De kleinste terreinveranderingeneen heuvel met oen kapellotje er op; drie groote notoboomen, om een moeras heeneen kromming van den weg, waar een fontein stondhet blauwachtig waas, dat de morgen aan den horizon omgaf dit alles had hij steeds meegevoerd met de oogen der herinnering. Een ommezien 3tond hij stil, om van een bloeiend boekweitveld te genieten en van een bosobje wilde moerbeien, en sprak tel kens tot zijn omgeving: „Ja, ik ben 't welDan ging hij maar weer verder. Mot welbehagen schopte hij af en toe met den voet het stof van den weg op en het kwam hem voor, d'at dit blanker was dan overal eldersook meende liij, er rijn spoor in te herkennen. Hij kcok eens naar rijn stok. „Was het nu gisteren of eergisteren, vroeg hij dien af, „dat jij en ik hier door getrokken zijn We gingen naar Parijs, met ons bundeltje op den rug, al wat we beza ten in een knapzak bij ons dragend. Weeft je nog wel?" En of rijn stok het wist Ineens zag hij daar voor zich oprijzen don spitsen Mokketoren van Saligncux, die mot zijn zinken dakbedekking oogverblindend schitterde in de zon. Die toren hefkende, die klok begroette hem, en de weerhaan, die boven op de spits prijkte, begon met de vlougels te slaan, deed dap tetk ïrerid open penningske in onze lasten bijdragen. Zij zijn nu toch vrij, om naar hun land terug te keenen. Zij maken voor ons volk het woningvraag stuk nog nijpender en er zijn er heel wat by, die niet bepaald eenvoudig leven, zoo dat er ook uit dat oogpunt bezien geen reden is het privilege te handhaven. („De N. Crt.") Belastingen op weelde. Mon schrijft van geachte zijde aan „De N. Crt-." „Nu de Minister de hatelijke belasting op sohoorsteenen en rijwielen (tegenwoordig geen luxe-artikelen meer) uit de personeele belasting licht en als compensatie de belas ting naar den grondslag huurwaarde tób te pOb. wil verhoogen (men kan in het tarief tevens wat progressie aanbrengen), zou het wellicht overweging verdienen, om ook de sohatting van den grondslag meubilair be herzien, en niet meer de getaxeerde waarde maar d'e waarde als basis te nemen, waar voor inboedels tegen het risico van brand zijn verzekerd. De nu getaxeerde waarde van het meubilair is als regel veel te laag. De schatters zijn niet allen deskundig en rij schatten niet hoog, want anders ver kiest de belastingschuldige geen schatting van het meubilair, maar bepaling naar tien grondslag huurwaarde, en dan mist dc sohatber zijn belooning. De schatters heb ben dus belang bij betrekkelijke lage schat tingen. Nu is de verzekerde waarde als regel wel hooger dan de werkelijke waarde, maar doordat alle belastingschuldigen naar clen- zolfden maatstaf worden aangeslagen, kan er bij de bepaling van het heffingspercen- tage rekening mede gehouden worden. Een behoorlijke controle is, nu de polissen bij de Maatschappijen en de agenten tooh voor andere belastingwetten nagegaan worden, zeer goed mogelijk. Alleen zou men de gren zen van het meubilair wat moeten uitbrei den en de belasting zoai daardoor meer liet karakter eencr weeldebelasting kunnen na deren, vooral als men de grondslagen dienstboden en paarden, enz. wat aandikt; en bij den grondslag huurwaarde wat pro gressie aanbrengt. Een weelde baJasting van 10 pCt. op üo rekeningen in hotels en restaurants wordt in Frankrijk reeds gehevon. Wanneer men doze belasting ook heft van do consumptie in lunchrooms, tearooms en banketbakkerswinkels, men kan de ver plichting opleggen alle nota's van zegel r.o voorzien op dezelfde wijze als hot hears- zegel en daardoor een behoorlijke contrólo mogelijk maken. Hetzelfde systeem kan voor wijnhandela ren en voor sigaren- en goudsmids- cn j uwc- lierswinkcls worden gervolgd. Op die wijze kan men dan een gedeelte der weeld'e-uit- gaven belasten, en van een weelde-belaa- ting gaat een opvoedende kracht uit, ter wijl zulk een belasting bovendien aardig wait opbrengt en het mooiste is, dat bijna alle belastingschuldigen hun pogingen in deze belasting vrijwillig betalen Eon conniinenton-bon<L Men meldt, dat in Den Haag een bijeenkomst van consumen ten is gehouden, ten einde middelen te bera men, om, door optreden bij autoriteiten en door zelf op coöperatieven grondslag voe dingsmiddelen te produceeren of in te koo- pen, te geraken tot voldoende verlaging der th a ns geldon de prijzen van eerste levensbe hoeften, speciaal van land- en tuinbouwD-To- ducten. Ieder, mits geen handelaar, fabrikant, enz. ïn consumptieartikelen kan toetreden tot de.D eventueel op to richten consumentenbond, die zijn werkzaamheden over geheel Neder land zal uitstrekken. De ex-keizer. Dc Bcrlijnsche correspondent van do Daily Chronicle' heeft een onder houd gehad met ieonand, die oip de hoogte is van de opvatting der Duitsche regeering omtrent al .dan niet berechting van den ex- keizer. Deze beweerde, dat liet waarschijn lijk was, dat de ex-keizer, indien zijn uit levering aan 'Nederland wordt gevraagd, naar Duitschland zal terugkeeren, en dit ge wis weigeren zal den ex-keizer aan de Geal lieerden uit te leven. „Twee dingen beschou wen wij als een onteering van ons land, en wel do vlucht van den keizer en do afgifte van de vloot. De derde onteerende daad zou I zou zijn de uitlevering vau den keizer ter berechting door zijn vijanden, die t? gelijk aanklagers en rechters zouden zftn.'' 4en verkondigde over heol heb departement: „lean Têterol is terug I" Toen begon het in Jean Têterol te ringen en te juichen! Dien dag was hij dichter, musicus al wat men maai- wilde. Een teleurstelling wachtte hem, toen hij met zijn zwaren, gelijkmatigën stap den grooten dorpsweg betrad. Nog net als vroe- ger was de weg wat steil-cploopond, kronke lend, slecht geplaveid'; maar tot zijn groot verdriet nam hij er toch eenige verandering in waar. Er stonden nieuwe huizen en op het marktplein had men een sohool neorge^ j zet, tegenover een raadhuis met vierkante zuilen, dat hom over het geheel al zeer on- smaakvol gebouwd leek. Hij had rijn Saligneux willen weerzien, i zooals hij het verlaten had, met alles nog precies cp zijii plaats en de menschen vol verlangen naar liem uitkijkend. Hij liield halt bij een „stap," waar hij drie meiden j bezig zag, haar linnengoed uit te spoelen. Den „stap" herkende hij heel goed, maar de meiden niet, en dit nam hij haar haast kwalijk. Een lieelc troost was het hem in- fcussohen, dat hij d'e koeien, die hem voorbij kwamen, ten minste wèl" scheen te herken nen, want die brave dieren lijken immers allo op elkaar en kobben zoo'n verren star renden blik, die zeker steeds uitgaat naar eon visioen van lekker, malsoh gra*. Een groote ongerustheid kwam er« over hem. Hij vroeg zich af, of de bewoners van Saligncux rich in hun vernieuwingswoede misschien ook niet een anderen pastoor aangeschaft hadden, dat zou zijn rekening dan wel leelijk in do war sturen. Hij trad de herberg binnen, om er zijn ontbijt te gebruiken, maar allereerst vroeg hij naar abt Mr au cl. Gode zij dank, was die nog in leven! ..Maar," voegde de waarcï er I. We leven immers in een tijd van vesl werkloosheid, nietwaur? Daarom zal rnea ïialuuil^k ten zeerste geneigd rijn, om ©!ke? manie: om werk te verschaffen afgvó-m natuurlek van misdadigheid, enz. gretig te accepteeren. Zelfs, al mag het werk, dat verricht wordt, eenigszins overbodig éeetea in normale omstandigheden. Abnormale om standigheden, abnormale maatregelen, ab normaal werk! We durven dit wel haosfe neerschrijven als een axioma; in huis-, i'uin- of keukentaal ook wel genoemd: een bar heid als een koe, hoewel we nu juist niet begrijpen, waarom dit stomme dier gekoz?n is on: te worden gebruikt in wat een ge vleugeld woord is geworden, een uitdruk king. -waartegen wij op zichzelf al weel moeten protesteeren, want in d? naakte' werkelijkheid hebben wy ^.og nimmer -*en woord met vleugels gezien of de zetter moest eens aan de rol zijn geweest, wit, dit ier voorkoming van misverstand, zeeu speiadisch voorvalt. En nu bezigden we weer een woord, dit shoe Vug i "aal is toch een lam ding Maar om op ons uitgangspunt tc..ug te komen, het geven van werk is op 't oogen blik het middel, om de arbeids-chuwheid tegen te gaan. Weer een waarheid als een koe, zal men Z3ggen en dan hoift d: „mer." eindelijk eens gelijk, 't Overkomt, ja, is t nu haar of hem? niet' dikwyls. En nu zijn wy getroffen door iets, wat wij op straat zagen, dat ons opeens, zoo a 1 instar en h l'improviste, op een idee braciit dat wij in alle nederigheid lumineus believen te noemen. Welk een ver verschiet dat niet opent! Welk een sport, wat zeggen we, v.elk een acrobatiek komt daar niet bij te; pas voor ver doorvoeren daarvan! Laten wij de nieuwsgierigheid bevredigen, die wij gewekt zullen hebben en onze lezers niet langer op de proef stellen. 13? kwestie, waarom het gaat, is dan de volgende. En nu zegge men niet, dat liet plan niet schitte rend is. want dat zou getuigeu van kort zichtigheid- Zelfkennis is toch maar a'Vs. We zagen dan: eon kar, waarop cokes of 3teenkooI, neem ons niet kwalijk, dat wij dit" niet precies weten, werd vervoerd, waarvoor een paard trok; een man zat op den bok, een op de kar. Is dat nu wat bijzonders, zal men vragen? Neen, maar. u laat ons niet uitvertellen. Er was nog een rx.an, die liep naast een achterwiel en sIo?g telkens daartegen met een stevig suik hout. Of die man gek was? Niet precies, want dab slaan geschiedde om' het afloopen van het losgeraakte wiel tegen te gaan. Eu' met succes, we verzekeren het, wij hebben de kar een heel eind gevolgd en 't ging bovenstbest. En toen kwam dat idee! Wan neer men alle wielen nu eens los aau da karren zet, dan zijn voor -een zoo'n k?", ten 'minste als er 4 wielen inzitten, al vier man extra noodigl Oefening ba ri 4cunst, zegt een spreekwoord, al L 'fc we r. shocking. Bij oefening kan die kar pardon, we bedoelen natuurlijk het paard in draf gaan. Dan wordt d:ze werkverschaffing ge schikt voor rijtuigen. De vroegere hard lep pers in eere hersteld, maar dan in nuttigs bezigheid! 't Is een nieuwe soort sport. En acrobaten kan men dan hetzelfde laten doen bij automobielen, b.v. zelf. op een motorfiets' rittende 'fc Is een dot van een idee. W'? geven 'b voor beter? NEMO. De gevangene van Jalta, Sinds zyn aankomst te Genua, aan boord vau een Engelsch oorlogsschip, heeft groot vorst Nicolaas, de gewezen opperbevelheb ber van de Russische legers, in zyn hotei ver toefd. Hy houdt meestal zrjn kamer zwijgend ea waardig, vermijdt het gezelschap van anderen, en weigert ieder interview. De geschiedenis 7au rijn lijden en van de ellende die hij heeft ondergaan, beginS den 28en Maart 1917, toen op last yan de rev olurionnaire regeering, hij zijn Hoofd kwartier verliet en met een extra-trein naar lalta, in de Krim. vertrok, waar hy een villa bezat. Te Kief voegde zijn broeder Peter cn bij, .hij wordt wel oud;'hij is erg krom." „Hoe koon je er bij! Zoo'n flinke mant" „Hij is al ruim zeventig, mijnheer." „Zeventigriep do heer Jean Têterol. „Och, de mensclien schijnen rich hier niet goed te kunnen houden Maar d'e herbergier, die een vooruitstre vende geest scheen," antwoordde nu leuk „Och, als deze pastoer dood is, dan komt er weer een anderZe zijn toch allemaal precies hetzelfde. En ieder gaat zoo op rir* beurt. Wij ooik, mijnheer." „Wij ook! Wij ook Hemd jc opmer- langen vóór je, man," mompelde de lieer Têterol, met een schuinen blik naar doa waard, wiens uiterlijk hem nu al heel wei nig beviel; Jean Têterol voedde '.■taal geen lust, om al te gaan en om daar ook maar in het minst aan herinnerd te worden. „Heeft de abt. nog altijd zijn oude Ma rianne bij rioh?" „De oude Marianne Die ken ik niet," antwoordde de ander, terwijl hij weer tofc zijn werk terugkeerde. Verbeeld jeeen herbergier,- dio r.ïot eens de oude Marianne kende l En dio hefc er nogal voor hield', dat de pastoor op het punt van heengaan zou zijn! Neen, die was ook niet waard, om verder een woord meo te spreken, dacht Têterol En zoodra hij ontbeten had, begaf hij zich naar de pastorie. Hij behoefde niet naar den weg te vragen en in het minst ook geen moeite te doen, cm zich dien te bin nen te brengen. Hij belde on het was niet do oude Marianne, die hom kwam open- doendaar was een geldige reden voor;] zij was vijf en twintig jaar docrd! (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1919 | | pagina 5