Een nacht in k Badkamer. No. 17972. LËIDSCH DAGBLAD maandag 30 September. Tweede Blad Anno 1918. INDISCHE BRIEVEN. Qvcr Indische politiek. t Er is een merkwaardige rust over me gekomen ten opzichte van de Politiek van ■Nederland tegenover Indië. Ik moet het daaraan wel wijten, dat de benoeming van den heer Idenburg me vrijwel niet zoo be langrijk toeschijnt als ze misschien is. Hoe dat zoo gekomen is? Wel, heel eenvoudig hierdoor, dat Indië tegenwoordig zelf wat in de melk te brok ken heeft. Dc Volksraad is er en blijft. Dezë Raad is niet meer weg te werken. Nu heeft do Volksraad geen wetgevende macht, dat is waar maar daarom is zijn beieeke'iie voor Indië nog niet zoo heel gering. Indië zal zich hechten aan dien Volksraad en het is nu mijn heilige over tuiging, dat Neder'and, wanneer het in belangrijke zaken recht tegen don Volks raad inging, zeer gevaarlijk spel zou spelen. Er is en zoo terecht steeds in In cite geklaagd over de wijze, waarop de Volksvertegenwoordiging de Indische be langen behartigde. Er werd gelachen om de blijkbare onkunde, die bij het grootste deel cler sprekers over Indië bestaat. De schouders werden bij menige ministerbe- noeming. opgehaald. Ik herinner maar aan 'één benoeming, die van 3en heer De Waal Malefijt, die in Indië nogal eens. werd geno-md de beminde zeep zieder. Nu moot men niet meenen, dat men ge ringe achting had voor den Persoon van 'dezen Minister, want dan zou men het "ge heel mis hebben. Maar men twijfelde aan zijn kennis van Indië, toen hij de porte feuille aanvaardde en men twijfelde niet meer, teen hij haar neerlegde. Toen wist meii maar al te zeer, dab de twijfel gegrond^ .•was. Deze achtenswaardige Minister zat op een zetel, waarop hij absoluut niet paste. Daarna kwam de heer Pleytc. Een handig man cn een man, die in Indië is geweest. Maar wie in Indië is geweest, kent daar om Indië nog niet. Dc heer PI c te is uit stekend op de hoogte van Vorstonlandsehe toestanden. De landvcrhuurdersvragen zul len hem voorbereid vinden. Doch de ^Vor- Btenlandca zijn in Indië iets aparts, iets, dat men elders niet. vindt, en hoewel ty pisch Indisch, zijn ze nog niet, algemeen Indisch. Tal van andere zaken zijn aan den heer Ploy te voorbijgegaan en-het was daaraan to wijten, dat zijn benoeming in Indië met zeker wantrouwen werd begroet. In de .vijf jaren van zijn ministerschap heeft hij niot de kunst verstaan dat wantrouwen in vertrouwen te veranderen. Zijn voornaam ste eigon&chappen waren handigheid in het Kamerdebat en slapheid in 'Indisch beleid. En dat laatste gaf in Indië 'den, doorslag. In hoeverro we do benoeming vftn den Graaf Van Limburg Stirum aan den beer Ployte te Vliii 1,-pn hebben, is me niet bekend, maar heeft hij hiortoo meegewerkt, dan mag dat op jnjn credilzijdo worden geschreven. Do heer Pleyle is nu vervangen door den liCör Idenburg. die voor den derden keer -Mi nister van Koloniën is. Do heer Idenburg is con man van beginselen cn een braaf man, die all or achting hoeft ver worven. Zijn 'poditioko tegenstanders in Indië Zullen over hem weinig ltleineerend spreken, ook al plaatsen zo zich reclit tegenover hem. Dat is een heel ding. We zijn dat in ons enge landje, bewoond door een weinig talrijk volkje al weinig gewend. Hot is niet oen van onze schitterendste eigenschappon. dat we er zoo moeilijk toe .kunnen komen don tegenstander ridderlijk de eexwte geveD, welke hem toekomt. Do heer Idenburg kan zich verzokord hon den, dat hij hierop een uitzondering maakt. Hij is een geacht man in geheol IndicL, Doch een bewindsman heeft niet allcon noof* dig, dat men beginselen en braafheid in hem" erkent. Hr moet meer zijn. Men moet in hem zien een man van kracht. En dan slaan we ten opzichte van den heer Idenburg in dubio. Is hij werkelijk een krach tig man? - Do houding der Indische rëgeering tegen over de Chineezen te Soerabaia, tegenover do Portugeesche Regeering te Timor-Dilly, zo getuigden niet van kracht. Evenmin is dat het geval geweest met de houding tegenover de oproerige Europeesche elementen. Maar we moeten er dadelijk bijvoegen, dat ook na het vertrek van den heer Idenburg slapheid is te bespeuren in het optreden tegen Sneevliet, Baars en anderen. Toen de heer Idenburg optrad, werden da delijk maatregelen genomen, die getuigden van zijn beginselen. De onderwijskwestie werd met kracht aangepakt en wel zoo, dat er do blijkbare bedoeling uit sprak om hot openbaar enderwijs do plaats te doen Tuimeu voor bet bijzonder onderwijs, hetgeen niet al leen Europeggche kringen verontrustte, maar evenzeer Christen-Inlandsehe kringen (Mi- nahassa) en vooral Islamitische kringen. Dat optreden was bijzonder gevaarlijk. Do Mo hammedanen, die trouwer zijn aan hun ge loof dan Christenen wel eens denken, hoe wel ze uiterlijk weinig vroomheid toonen, liepen als het ware to hoop. Er kwam een 'verhooging van godsdienstig leven, zooals nooit to voren was waargenomen. Ik herin ner me nog zeer goed, hoe 's Vrijdags de mis- sigits veel tro.uwer werden bezocht, de werk gevers verplicht werden op dien dag aan hun j arbeiders eenige ureu vrij te geven voor het I bezoek aan de misslgit; zaken, waaraan vroe ger nooit gedacht werd. In Solo en Djokja, begon de Inlandsche be volking aansluiting te zoeken bij de liberale elementen onder do. Europeanen uit vrees voor kerstening. In de Minahas3a werd1 de Christenbevol king onrustig cu oproorig. Men-dreigde zelfs liever over'te gaan tot de Roomsche Kerk, als werkelijk de openbare school ean de Zen ding kwam. Naast deze onrust was een andere, n.1. over do passersluiting op Zondag. Waarom juist op" Zondag, in een land, dat bowoond wordt door millioencn menschenf voor wie de Vrijdag de aangewezen dag" is, terwijl maar enkele duizenden den Zondag als rust dag nemen. Het was te begrijpen, dat biet' ,ccn kersteningspolitiek werd gevoerd1,, die ernstige govolgen kon hebben. Aan deze po litiële, is "het te wijten, dat de Sarekat Islam oen geheel andere fceteekenis kreog, dan zij oorspronkelijk had. Misschien zou het toch dien kant zijn uitgegaan, doch dan ware de actie zuiver staatkundig gebleven. Nu werd een gevaarlijk element ingevoerd, n.l. het godsdienstige. Ieder, die in Indië wol eens het „dikirren" beeft bijgewoond, zal het met me eens zijn, dat het te wensohen is, dat geen maatregelen" worden genomen, die do onnoo- zéle bevolking onder leiding van priesters tot gcrdsdienstactio voert. Want dat is hef vreeselijkste, dat men zich denken kan. Men behoeft niet veel geschiedenis 'to- kennen, om dat te onderschrijven. In 1912 bestond er gevaar, dat we in Indië dien kant opgingen. Er is gelukkig oen keer gekomen. Nu is dc heer Idenburg Minister van Ko loniën, en .men kan vnagon, of hij iu die hoe danigheid, gesteund door een recEtsolic Ka mermeerderheid, niet weer in do óudo rich ting kan sturen. A_s antwoord op die vraag, ga ik terug na3r mijn punt van uitgang: Er iS een merkwaardige rust over me ge komen. Br is een Volksraad. Men kan erzeker, van zijn, dat dteste Volks raad een wachter is en onverstandige kerste- ningspolitiek\zal beletten. We behoeven ons daarover hier in Nederland niet zoo bij1- zonder druk meer te 'maken. In Indië knapt men dat zaakje zelf wel op. Ook in andere gevallen is dat waar. De Volksraad is er en blijft er, schreef ik en voeg er; nu bjj: de Volksraad leeft werke lijk en zal zich dus ontwikkelen. Indië heeft het eigen lot in handen genomen. Uit den aard' der zaak is de positie van den Gouverneur-Generaal een andere gewor- worden dan zjj vroeger, was. Het Regeerings- reglement en de instructie zullen dus 'ge wijzigd moeten worden. De Gouverneur-Generaal kan niet langer zijn de uitvoerder van den wil der Neder- landsche Reg-eering. Hij moet zijn de wach- i ter voor de juiste verhouding tusschen Ne derland en Indië, zooals dat is de Gouverneur der Engelsche dominions. Daarnaast staan de directeuren van al gemeen bestuur, die meer zullen worden ver antwoordelijke ministers. Zijn ze dat niet, dan is de positie tegenover den Volksraad niet houdbaar. Er is dus wel een groots verandering in Indië gekomen. Assen. - A", y. W. pas dan aan 'do orde komen: kon, als het Steuncomité bij den Raad om subsidie zou komen aankloppen. Ieder zou nu toch mogen Verwachten 'een pïae-advies van B. en W. op dat adres. Nu toch was de tjjd aangebroken om dit adres te behandelen. Toon ook dit prae-advies uitbleef, hadden wij een stille hoop, dat een der Raads leden zich dit zou herinneren en B. en ,W. daarover zou interpelleeren. Wj) kunnen niet nalaten, geachte Redac tie, hierover met .een enkel woord onze teleurstelling uit te spreken, en te constar toeren,* dat de Raadsleden, wier kiesver- eenigingen bij verkiezingen zoo hoog op geven van hun liefde voor de arbeidersbe langen, als het er op aan komt, die be langen vergeten. Wij vertrouwen, dat de leden der vak- vereenigmgen bij "de komende verkiezingen minder vergeetachtigen en daarom belang hebbenden naar de Raadzaal zullen afvaar digen. Geachte Redactie, ohze 'dank'. P. J. BOMLL Leiden", 27 September 1918. - zoo'n uitgave op een arbeidersrokening bo toekent;Niet? Nu, c3oet dat dan eens. Mis schien zal u dan een lioht opgaan on komt ge nog tot c3o erkentenis, dat het adres, hetwelk slechts oven van verontwaardiging spreekt, bij nader inzien toch nog zoo kwaad niet is gesteld. Is er dan niemand meer in den Raad, dié iots verstaat van do zorgen van den eez>- voudigon werkman en daarvoor te rechte* tijd en plaats weet op te komen Wij zullen thans niet verder op de ons aangedane bejegening ingaan, hoewel wij er 'nog veel over te zeggen hebben. Inderdaad, dis geesten wordten wel open baar; het zei goed zijn daarop acht te geven. Wij hebben er veel uit geleerd- In de eerste plaats wel, dat- wij meer nog dan tot heden op den vorm onzer brieven en adressen hebben te letten, opdat zij al thans niet meer .om den vorm met hoon en min echtelijk schouderophalen .rallen wor den begroet. In tie tweede plaats bleek, hoe ontzaglijk ver de Raad van den werkman afstaat Ja, wat er in hem. omgaat, verstaat men blijk baar nog zoo weinig. Vreemd staat men zelfs tegenover zijn billijkste verlangens. En w; c neer hij spreekt en uiting geeft aan zijn klachten, voedt- men zich onaangenaan" aangedaan. Men kan er haast geen woorde. scherp genoeg voor vinden, om over zo verre gaande vermetelheid den staf te breken. En eindelijk heeft hot gebeurde' ons in' onze overtuiging gesterkt, dat dë Ohr. Vak beweging in onze gemeente zich heeft te ont wikkelen, cn heeft zorg te dragen, dat ook in clon Raad dezer gemeente gelet wordt op de behoefte van (Sen stand, die meer dan alle andere economisch zooveel sterkere volksgroopen, noodig heeft, dat men mot haar--geringe draagkracht rekening houdt. Wij gaan dus voort, ondanks alle tegen- kanting, zelfs al komt zij van. do zijde van den Raad, zullen alles vermijden wat noodeloos ergc-rnis kan geven, maar zullen onzerzijds niet nalaten te zeggen wat wij in het belang der arbeidersldasso meenen te moete zeggen. De Raad moet dan zelf maar weten, wat hij mot onze adressen doen wil. Wij dben, wat te doen onze p 1 i o h t s. Namens den Ohr. Besturenbond te Katwijk' (w. g.) Voorzitter L. V/VN DER ZWAN. (w. g.) Secretaris KL. HAASNOOT. [Er bereiken ons weer veel te lange inge zonden stukken. Dit schrijven had ook wel wat korter gekund. Gaat dit zoo door, dan moeten wij weer ter rijde leggen of danig korten. Red. „L. D."J SPREEKCEL. Joh. R., alhier, zendt ons een schrijven! oveT liet publieeeren van da uitslagen den voet- en korfbal-wedstrijden op Zondag. Hij wensoht, dab een winkelier van 's Vrij dagsavonds af zal bekendmaken op een daartoo geschikt bord, wel .o vereemgingen 's Zondigs d.a.r. zullen spelen en direct na De- wecLtrijdbn resultaten, desnoods alleen van don lsfce-klasse Nod. Voet- on Korfbal-bond. VfiAOEh'RliBR'EK, H. K., te Leiden. In het bij den. hcei! Eduard IJcb verschenen programma kunt! U zelf het antwoord vinden op de vraag, door U inzake do repetitie gedaan. GEZONDEN. Mensehlievendheid der slagers. Mocht 'één onzer tegenwoordige slagerij zich later, als zijn haren vergrijsd zijn, en lijj zich uit zrjn zaak heeft teruggetrokken, nog eens overkomen, wat hij heden zrjn mede- menschen heeft aangedaan Heden-, Zaterdagmorgen, hondenweertje, stonden voor dezen winkel twintig, voor .genen dertig menschen elkander te verdrin gen om een stukje vlséscb. .Ouden van da gen, wier leden, stijf waren van rheumaliek, stonden uren achtereen op hun beurt te wachten. Hoe een slager "(eenige meet beschaaf de slagen uitgezonderd) dit kon aanzien...!? Onwillekeurig steeg brj mij de gedachte: „Man, ben je dan zoo verhard' door den oorlog, dab je die arme menschen, drijfnat geregend, nog niet een .oogenblikje een schuilplaats tegen dit weer in je winkel wilt verschaffen?" .Wat moet dit van den winter worden, als het sneeuwt en hagelt? .-Bij Voorbaat mijn 'dank voor dë plaatsing, Hoogachtend,. i Leiden, 28 Sept. .1918. V. A. Bijdrage aan hot Steuncomité. Geachte Redactie. Met de meeste belangstelling hebben wij uitgezien naar de behandeling in den Raad van het voorstel van B. en W.: „Bijdrage aan het'Steuncomité". LWjj herinnerden ons toch' levendig, Iióo in 1915 door den Leidschen Bes buur dert- bond een adres aan 'den Raad werd' gericht, voor het geval dat het Steuncomité om subsidie zóu komen. Do poging yan het Kon. Nat. Steun comité, om de wenschen van den Leidschen Eestuurdersbond, medezeggenschap en uit- keering der georganiseerden door de vak- vereenigingen, in het Steuncomité ingang te doen vinden, was toen ook mislukt, on danks de ondubbelzinnige uitspraak yan mi- toister Treub. De. L B. B. vroeg toen per adres dan drti Raad, om, bij eventueele subsidie aan het Steuncomité, dit afhankelijk te 'stellen van de erkenning der Vakbeweging. Door deti Voorzitter van den Gemeenteraad werd toen te kennen 'gegeven, dat dit verzoek Adressen aan don Katvrijkschën Raad. Mijnheer de Redacteur. Vergun a. u. b. voor onderstaand stukje een plaatsje in uw geëerd blad. Bij voorbaat dank. Het Raacfoverslag bracht het bestuur van - den Ohr. Besturenbond een onaangename verrassing. De Raad heeft zich, met volkomen instem ming aansluitend bij de heftige woorden van den heer De Ruiter Zijlker, geërgerd getoond over ons laatste adres. Of deze ergernis den Raad als zoodanig, den heer De Ruiter Zijlker en al wie verder in cCt koot hebben meegedaan, tpb eere strekt? Wij twijfelen er aan. Critiek ia ons niet onaangenaam, zoolang zij een op bouwend karakter draagt. Zelfs acceptcoron wij gaarne alles, wat sbrelrken kan om cDo Chr. Vakbeweging vooruit te brengen, waartoe ook behoort, cïat de brieven, welke van haar uitgaan, een ernstig, degelijk, naar vorm en inhoud onberispelijk karak ter dragen. Meende de Raad, dat hieraan, blijkens het ingezonden adres, nog wel wat haperde, een vriendelijke terechtwijzing, komende vati iemand, die de Ohr. Vakbeweging in. onze gemeente een goed hart toedraagt, wat zou zij dankbaar zijn aanvaard! In stede daarvan wordt de Chr.Bestu renbond, met voorname minachting on hoog dunkend gebaar, ten spot gesteld voor da gemeente. Is u do toon niet naar^ den zin, mijne he eren Aoh,ewil toch bedenken, dab hier geen ad vocaten, dokters of mannen van hoogs ont- wikkeling aan het woord zijn geweest, maar eenvoudige werkmonschon, die beleefd wij tarten u om het tegendteel te bewijzen u kenbaar hebben gemaakt wat er beeft in veler hart. U ergert rich, nietwaar? Maar weet u wel, of merkt u dat thans voor 't corst? dat vrijwel de geheele ge meente, en voorwaar niet enkel do ar beiders, reach lang rich geërgerd heeft aan uw gaspolitnek Hoe heb mogelijk ia geweest, dat de Raad dar gemeente Katwijk heeft kunnen aanne men een verordening, waarin de gasprijs op 25 cents per kubieke Meter is gesteld, wij verklaren, dat niet te kunnen begrijpen. Voor den werkman bet-eek ent zoo'n gaa- prija oen rnaandelijksohe uitgave van min stens 8 gulden, Hebt u zich wel eens voorgesteld wat Uit liet "Engelscli vajn LEWES ALLEN. -(Nairulc verboden-) j De heer Stagg keek met volle aandacht muir het huis, terwijl d'e herfstwind in het nacht dijk uur om zijn dunne broelc en langs zijn vermoeide beer,on blies. .Ta, ja, zeker, hier luid' je Grai^villesr huis; hij herkende het dak, puntig, afstekend .tegen den met sterren bezaaiden hemel, en ook do bteade, .veranda. En toch overviel hem een beden kelijke onzekerheid. Hij was 's avonds om za3 uren voor de eerste maal in zijn leven in Devonshire aangekomen en had zijn zuster opgezocht. BijnS direct ca tafel was hjj èr in sija eentje van door gegaan, naar een publieke dansgelegenheid, dootr zijn. zuster •gerecommandeerd. Hij Itad er een uurtje, hoogstens twee, willen blijven, maar.-. om hnlfiien bracht het toeval hem in_ kennis met de bekoorlijke miss Seton, pm tien uren was hij al geheel onder haar betooverieg, om hal fel f had hij de auto zijner zuster teruggezonden met de boodschap, dat hij terugliep, van half elf tot twaalf, toen miss Scten de balzaal verlaten had, bleef hij 6lcchts van haar vervuld." „Adieu,'miss Seton," had' hij bij het heac- 'gaan gezegd,' „nooit zal ik deze uurtjes .vergeten ah ik hoop vurig, dat we elkaar, ■terug zullen risfi." Toen was ook hij heengegaan en stond hij in den donkeren nacht met gemengde gevoelens. De regen on de wind namen in kracht toe en hij voelde opeens het onaan gename, geen, auto to hebben. Hjj govcoüde groote vermoeidheid in zrjn beenen on lcreeg oen sterk verlangen naar zijn bed. Onwille keurig tastte hij bij die gedachte naar zijn sleutels in don zak. ,Wcl stond de woning zijn or zuster niet heel hektor voor. zijn geest, «maar wat nood! Do huissleutel zou het mor gelijke raadsel wel oplossen. Doch, o schrik, liet platte sleuteltje, dat hem de zalige rust inoeet outsluitesi, zocht hij tevergeefs. Dusbuitengesloten! In gewone omstandigheden bete ekent dit, dal je met steentjes tegeü de ruiten gooit, daarna êèa van je medebewoners, min oï meer humeurig, in nachtgewaad de deur hoort ontsluiten en hem weer met een vaartje ziet verdwijnen. Stagg stond nu juist op goeden .voet roet zgn zuster en zou niet gaarne die goede gezindheid «loor nachte lijke onrust verstoren. Hij was daarbjj niet geheel zeker of hij wel 'yoor het goeda huis stondi. Hij besloot de zaak maar luchtig op té vatten. Er zou zeker wel een raam openstaan, rwaar h,ij door kon klimmen. Voorzichtig probeerde hij het eene to'af het andere, ook de achter deur. Hij kreeg heb er warm. van; hoed! en jas werden uit- gegooid, ook de dansschoentjes. Toen, nab dat alles gesloten bleek, klom hij langs den veranda-pilaar omhoog; het gelukte: alle eer; aan zijn voorgeslacht! Wel zaten zijn haren vol spinwebben, doch dit weerhield hem niet don tocht door te zetten. Op handen en voeten kroop Lij taar het paastbijlgelegen venster. Het stond open, maar een scherm verhinderde hem naar binnen te zien. Stagg luisterde en nam een zacht gesnork waair. Hij wilde door het andere venster kijken, doch een verkeerde beweging deed een losse pan naar heneden vallen. Opeens ver-" and orde het snork-gcluid jn een stevigen" vloek. „Hemel!" dacht Stagg, „a's hij eens op mocht staan Terzelfder tijd herinnerde hij rich, dat zjjn zuster hem eens had gezegd, dat Jack steeds een revolver onder" zijn bereik had.- In grootan angst drukte Stagg ach tegen den muur, zoo stijf mogelijk. ,Was do snor kende man misschien opgestaan cn had hij zich gewapend, of lag hij wakker, met ge spannon zenuwen elk geluid Verbeidend, het koude sta3l onder de kussens? Stagg be sloot zich niet te haasten. Met de -grootste Tnspainning luisterde hij naar heb geringste geluid1. Eindelijk begon het regelmatig ge snork opnieuw. Met een gewaarwording als of hem de doodstraf was vrijgescholden, sloop Stagg naar het volgende raam on j luisterde. Intussclian wilde; het toeval, dat Stagg's zwager, Jack 'Craigville, door. slapeloosheid geplaagd1, een frfsch luchtje hapte bij het open raam, op eer hoek bij de pastorie. Op eens bernm iet3 rijn adem; hij vroeg zich zelf af of hij waakte of sliep. Ja, duidelijk, daar zag hij een mensckeljjke gedaante in den sterrennacht tegen den muur, tusschen da luiken van het aangrenzende huis. „Wat ia er, Jack?" yroeg slaperig zijn vrouw. „Ik rie een clief bij de pastorie! Kom hier, houdt hem in het oog, 'terwijl ik om da politie telefoneer. Twco weken lang was het stadje vervuld van angst voor inbrekers, want een beruch te dief scheen er zich op te houden en on danks alle moeite had een schare dotectiven den .man. niet kunnen opsporen. Craigville juichte: de zaak was nu opgelost, want daar hadt jo den inbreker nu dichtbij. Den kende aan dë honderd pond belooning^.dia Lady Penhall uitgeloofd had voor de terug gaven harer kostbare parels, belde Craig ville verheugd do politie op. „Staat hij er nog?" vroeg bijna ademloos Craigville daarna aan zijn vrouw. „Nog altijd," klonk het terug, „maar Jaok, toe, doe niets overijlds." Doch Jack trok zijn broek reeds aan. „Denk aan do beloonïng, kind," zei hij. „Wij zullen het huis omsingolon oiv den in breker in enkele minuten In het nauw drij ven.' Terwijl Craigville doze, woorden uitte, stond zijn zwager, die-geen geluid uit do beide vensters meer vernomon had. op het punt het verst verwijderde in to kruipen. Hij stak rijn hoofd naar binnen en snoof ba kende zeep- en badgeuren op. „De badkamer," rachtte hij verlucht. -„Goddank, dtus veilig." Hij tastte naar cle kamerdeur en vond de donkoro gong, flauw door do maneschijn verlicht'. Stagg, die geen al te scherpe opmerker was, geloofde zich op bekend terrein. Zach tjes on behoedzaam liep hij op rijn doel af en vond ten slotte da la-uk zijner kamer deur. Voorachtig draaide hij don knop ora, maar claar het buiten winderig was, sloeg dé deur hem door do zuiging) veroorzaakt door het openstaand venster recht begen- ovor do deur, uit de hand. Stagg groep, maar stommelde tevens zelf togen een ijze ren lodEkant, waaruit een angstkreet hem tegonklonk. In het volgende oogenblib was bij bij den uitgang terug on had hij de deur van do badkamer teruggevonden, die hij grendelde Daar stond Uij nu, ademloos en in hot onzeker of hij geen armen of beonen had achtergelaten. Opnieuw mompelde hij „Goddank, da baflkamer, dus veilig" Doch achter de gëgrcndeldo deur vulden nu allerlei stemmen da gangruimte en weer klonken voetstappen. .."Wat was dat? Er moet iets gevallen zijn. Toe, vader, gauw, draai het licht opEen heele familie scheen de mogelijkheid van in brekers te. overwegen. Twee feiten stonden Stagg nu klaar voor don geest; hij"was niot in het huis van zijn zwager of hij werd voor een inbreker aangezien. Er bleef niets an dera over dan zich zoo gauw mogelijk uit do voeten te maken. Hij wipte naar het raam, maar tot zijn schrik zag en hoorde hij 'in de laan beneden mannen. Hij zat tusschen tweo vuren met slechts een teer grendeltje als beveiliging. Een geniale gedachte door flitste zijn afgotobd brein. Familieleden maken van de badkamer gebruik, daaren tegen inbrekers nooit van hun leven. Als hij do badkraan opende zou niemand de on- beecheidcnheicLïPO ver drijven een inval to doen. Dus zoo gedacht, zoo gedaan. Stagg opende beicle kranen en het water viel stroomend de kuip binnen- Ondanks het klaterend geluid kon hij zwaardere voetstappen als va ft agenten ver nemen ook Stemmen, die, vaag vernomen, klonken als: „Wie neemt er iru con badi? Margery mis schien." „Maar John onmogelijk; 'fc is over twaalven^' „Ik wcot zeker, dat ik hem or lioorda binnengaan." „Laten we het onderzoeken." Een bons tegen do dour volgde met go- rammel aan de kruk. „Wie is daar?" weerklonk een barsolio stem. Als ante-oord vermocht Stagg niet anders Ée geven, na een wanhopigen bük naar builen te liebben gewaagd1, dan luid gcplons met do handen in de aio® vullende laiip. Sterker gebons op ds deur volgde. Stagg sprong van pure zenuwachtigheid nu zelf maar in het bad, om meer waarach tigheid aan het geval te geven. Opnieuw schalde er ean stem: „Wie is hier. binnen?'* jt _j i i i^n rI l „Margery", antwoordde Stagg met hooge falset-stem, diè onverwachts - in bas over sloeg: „Komt niet binnen." Weer plonsdehi? in het water, rammelde met het zeepbakje-, nam heuseh ook wat zeep tusschen de handen, waarbij ongelukkiger wijs enkele droppels in rijn oogen kwamen. Opeens sprong de deur onder heftig ra- meien open. Stagg px-gde nog een stap naar het raam, hoewel hij zich verloren wist. Ongelukkig brandden hem de zeepdrop'pels in' de oogen en gleed hij uit, toen, V51 wan hoop, dook hij in het water ia de kuip. Toen hij met z[in lioofd van onder het zoepwater, opdook, voelde hij meer dan hrj zag, want zijn oogen zaten nu heelemaal vol "dat het' licht was opgedraaid en dat twee personen in de kamer stonden. „Welnu," brulde oen zware stem, „wat doe jij hier, manneke? „Ik ben op soek r.aar meneer Craigvil- le's huis, stotterde -Stagg onzeker. „Dat zul je moeilijk in dit bad Jiiec kun nen vinden," antwoordde de stem. Toen zachtjes: „Hij is dronken; Margery, waar is de agent met de I-ar.aL'oeien?" Verontwaardigd greep Stagg naar oen badhanddoek en droogde - zijn gezicht. Hij kon weer zien en zag" zichzelf nu tegenover, een zeer - groeten man in een badmantel, waarachter eeh heel aardig meisje wegkroop in een rose kimono. Toen hrj haar herkende, viel Stagg bijna weer terug in de badkuip. .Er volgdo een oogenblik van ijzige stilte. Het jonge meisje staarde, naar hem met vuur- r o oden blos op de wangen; Stagg's druipejd hoofd zakte al dieper omlaag; de kolossale man keek van den een naar den ander. Opeens werd de stille verbroken door de stem ran een ander persoon. Jack Craigville had de ladder tegen het huis b:-k!ommcn èn keesek zich nu over de veranda naar binnen. Zoor opgewonden schoot hij op z'.jn zwager toe en zei niettemin hoogst-be'eei'd: „Biily, mag ik je even aan miss Seton en aan meneer Seton, onzen dominee, voorttellen. Dit ié mijn zwager, meneer Stagg." „Meneer Stagg en-ik hebben elkaar rèödsj ontmoet, een beetje vroeger in den avond", gaF miss Seton koel ten antwoord. rjj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1918 | | pagina 5