No. 17959. LEIDSCH DAGBLAD Zaterdag 14 September. Tweede Bfad Anne 1918. Brieven van een Leidenaar. jPV1' I DGXXXXIÏI/J ,r) s 1 Uit do korto modo'deelingén, weflk© Don- üer-dla'g in dit blad over de dóór B,- en aangeboden -gemeen tebegroo ting -voor bet dienstjaar 1919 zijn gedaan, is al vast dit gdblekon, dat er van do belastïnjgbetalende bungerij bet volgend jaar nog weer zwaarder offers zullen worden gevraagd. Het voor den boofd-omslag noodig (geacht' bedrag, bleef yoor 1918 nog een halve tan beneden bet mil- lioen; wnt voor 1919 wordt gevraagd, over schrijdt liet millioen alweer met bijna een ton. 'j Nu' bob ik de beigroOtlnig eena nagedaan en ik bob naarstig gezocht, of ik ook posten kon vindeni, die zonder al te groot bezwaar zen den kunnen vervallen of zelfs maar vermin derd, doch ik kwam tot de slotsom, dat er met den besten wil niet bezuinigd kan wor den. Straks zal 'de Gemeenteraad do begroeting ïn do afdecliDgen onderzoeken en daarna baar in in bol openbaar vaststellen on ik durf wd voorspellen, dat het eindcijfer ear grooter dan kleiner uit deze behandeling te voorschijn zal komen. Ik kan .mij dan ook levendig voorstellen, 'dat B. en W., met de wetenschap voor oogen, dal 'do uitgaven nog eer zullen toe- dan afnemen, ernstig hebben gezocht—naar nieuwe bronnen van inkomsten. Ook dat is niet gemakkelijk, om het op zijn zachtst uit, te drukken. Nieuwe ge meentelijke bedrijven invoeren, daarvan kan in dozen tijd niets komen, 't Is nn el moeilijk bij 'de bestaande bedrijven al te grooto verliezen uit to sluiten, meu zal buiten noodzaak thans er wel niet toe komen om nieuwe bedrijven van ge meentewege te exploiteeren. Een .gemeentelijke bruineboonenteeït en Varkonsmesterij wordt allerminst begon nen, om er een voorde elig saldo mae in de gemeentekas te krijgen. Als het gemeente bestuur rond ziet naar versterking der geld middelen, dan moet liet-tot nieuwe belastin gen zijn toevlucht nemen. Hetgemeentelijk belastinggebied is ech ter zeer beperkt. De enkele objecten wer den haast niet name in de Gemeentewet ge noemd. Do weinige, voor oi nog bruikbare, zijn eon straatbelasting een belasting op_de openbare vermakelijk heden. Met beiden hebben B. en W. het al eens geprobeerd. Een eens door R en W. aanhangig 'ge maakte ontwerf-verordening _op de heffing eener straatbelas ting, werd indertnd dóór 'den Baad afgewezen. Bp de behandeling der begrooting Voor het viorig jaar, is door enkel» leden het denkbeeld nog eens weer naar varen gebracht en of grond van Üe enorme staging der prijzen van de gebouwde eigendommen Verdedigd. B. en ,W. verklaarden toen kottweg, Bat zij Van de invoering van een straatbelas ting geen heil verwachten en dat daartoestrek kende Voorstellen voorloopig niet van hen te Verwachten waren. Anders was hun oordeel oVer de invoering eener belasting op Üe pu blieke Vermakelijkheden. Een concept-ver ordening was reeds in bewerking en zoodra het' concept bij hun .College in behandeling kwam, zouden Zg d'e indiening oVerwegen. iWrf .wetsn nu met welk gevolg. De ont werp;-Ver ordening heeft' ree'dS den Raad be reikt i ii i -j—i—I Dit is dan de der do maal, 'dat een zoodanig ontwerp in den Raad komt. De vorige koeren in 1905 cn in 1911 zijn de voorstellen na heel wat stribbolingon, afgewimpeld en voor zoovar ik don Raad ken, geloof ik, dal er ook '.ditmaal wel weer oppositie tegen zal opkomen. Nu is een belasting op do openbare vermakelijk heden zooals elke indirecte belasting, allerminst een belasting naar draagkracht, .doch onder 'dezo soort heffingen is zij nog wel het meest aanbevelenswaardig omdat zij is een vrijwillige. lAls ik niet naar do komedio of de bioscoop ga, behoof ik ook niet in deze belasting bij te dra gen. Tot op zekere hoogte draagt men er vrij- .W'il'9 too bij..Men hoeft haar dan ook wel on- 'dor de weelde-belastingen gerangschikt. Van do i zijde der ondernemers, die haar woordvoerders meestal onder do middenstanders vinden, werd 'er indertijd ook dit bezwaar tegen aangevoerd, 1 'dat deze mensclicn reeds op zware lasten zitten j on dat zij er opnieuw door zullen worden ge- i troffen. In het algemeen geloof ik, dat dit angu- ment niet al to zwaarwichtig moet worden opgenomen. Zoo als in de toelichting van het Vborstel 'door B. en .W". wordt opgemerkt, zul- 'len die ondernemers de belasting afwetitelen i op de bezoekers. Het is or dan ook om te I 'doein1 dezo te treffen. En hiermede houdt dan "opflc een ander bezwaar, dat bij vorig© geHc- genheden nog al woog, verband: Leiden, dat op-het gebied van vermakelijkheden al reeds den „doodsche" stad wordt genoemd, zal er nog saaier door worden. Ik geloof, dat ook dit bezwaar nieï opgaat. De ervaring zal ook hier, zoóals eldeirs, waar doze bcflastrmg reeds lang werkt, Jeerea, 'dat op den duur de 10 pCt. vedhooging tp 1 'de toegangsprijzen zoo good als nieanand zal weerhouden van de door hen begeerde u£i- spanningen gebruik te maken. -En nu vermoedelijk hog minder dan vroe- ger. Zeer terecht merken R en Wi op, dat do inrichtingen, welke de wet onder den term „openbare vermakelijkheden" samen- vat, veel drukker zijn. bezocht daïi voorheen. Waaraan do groote en klein'e iwinstmakerg zeker niet vreemd1 ia. Laten wij nog niét vergeten, dat verleden Zondag de Schouw burg en de drie liier bestaande bioscopen, benevens de Stadszaal, waren uitverkocht. En zie nu de -agenda yan de week maar .weer eens Ml Een voordeel lijkt mij ook, dat olnder 'dé', bezoekers der Lsidsche inrichtingen piltgd .Velen rijn uit andere gemeenten, die op deze iVvSqzq ook nog wat in de lasten dezer ge meente bijdragen. Een ander voordeel is, data— wat in normale tijden geen zeldzaam- heid is paardenspellen, hypodromes en dergelijke, die hier in een dag of wat een groot bedrag aan entrée's wegsleepsn, en dén eigen inrichtingen schade aandoen, ge dwongen worden hun cijns aan den gemeen telijken fiscus te leveren. Zéker, er zijn bezwaren tegen deze be lasting, doch dit geldt voor elke belasting, doch' zekér 'niet Eet meest Voor de hu voor- Ik geloof dan ook, dat ditmaal de oppo sitie dé invoering niet meer zal kunnen tegenhouden. Dé opbrengst zal niet zoo heel groot zjjn, doch waar deze in 1905 op onge veer f6000 weird! geraamd, zal dit bedrag in dezeh tijd, nu de mensohen veel meer uitgaan, vermoedelijk wel "tot f 10.000 stij gen. En dat ia toch nog wel de moeite waard. Het vertegenwoordigt bij eeh hef fingspercentage van S pCt. een belastbaar inkoniein van f125,000. I PERSOVERZICHT. Gedeeltelijke demobilisa tie. In een driestar „Voorbarig"- zegt „DE MAASBODE" Volgens berichten in sommige bladen zal de ndeuwe Regeering een gedeeltelijke de mobilisatie in het vooruitzicht stellen, in dien zin, dlat geleidelijk, met het oog op 's lands financdeelen toestand, het aantal der onder dte wapenen zijnde dienstplichti gen, dat thans grootor is dan ooit, vermin derd' zal worden. Nauwelijks was dab ver meld^ of men was er op uit, om een moge lijke wisseling in dé opperste legerleiding in verband te brengen. Het was de „NIEUWE HAAGSCHE COURANT", die schreef, dlat, zoo zij wel was ingelicht, dergelijke plannen niet de instemming hebben van den opperbevelheb ber, zoo-dUt het niet onmogelijk is, dh-t daaruit op eenigerlei wijze consequenties voortvloeien, welke van invloed! kunnen zijn op eon oventueele ontslagaanvrage. Na dit eerste bericht zinspeelt „DE NIEUWE COURANT" er in haar artikel over het nieuwe kabinet weer op. Na ge zegd te hebben, dat dé Ministers beft in zake do mobilisatie schijnen te zijn eens ge worden, voor wat betreft do vermindering van hot aanbal dier onder de wapenen zijn de dienstplichtigen, voegt het er veélbetee- kenend aan toe dat- dit een oplossing is, die den opperbevelhebber niet zal aanstaan. Wij achten het- niet alleen vborfearig een eventueelo ontslagaanvrage van tJesa opper bevelhebber liiormedo in verband te bren gen, maar zouden zelfs nu reeds willen vast stellen, flat, zoo dit mocht geschieden deze daad met do plannen omtrent demobilisatie van do Rogeoring niets te maken heeft. De benoeming een paar maanden geleden van don generaal-majoor J. Burger, comman dant van de Ilde Divisie, tot sous-chef van dien generaion staf, hield, volgens algemeen uitgesproken meoningen in hoogere mili taire kringen, toen reeds verband met het voornemen van den opperbevelhebber om togen 1 November ontslag aan t,o vragen waarbij de obef van dm staf als zijn opvol ger genoemd werd. Ongeveer twee maanden geleden maak ten wij hiervan dan ook molding, zonder dat dit bericht ooit positief is tegengespro ken. Wel verscheen er in de bladen een be richt van liet Correspondentie-bureau, dat er bij navraag aan het Departement van Oorlog geantwoord was, dab men daar niets van het voornemen wist, maar ontkend werd het niet, evenmin als het bevestigd werd, wat begrijpelijk is. Dergelijke zinspelingen op de -gevolgen van eventueel© daden van dé Regeering hobbett dan ook geen aiiclier doel, dan om nu reeds stemming daartegen te maken, waar voor wij mot kroolib. willen waarschuwen, daar er Van eonig verband bus3chen demobi lisatie en een mogelijke 'persoonsverwisse-, 'ling bij do opperste legerleiding thans iu geen goval sprake is. Het m o e i1gke burgemeesters ambt. „DE VOORUITGANG" schrijft: De burgemeesters, Zoowel de stedélgké als die ten platteulande, gaan te 'de laatste jaren nogal eens over ds tong' van üe s'graaklie- vende gemeente. Niet altijd zonder reden. Als men zoo hoort en ziet, hoe liier en daar distributie geregeld is, hoe in aangren zende gemeenten lang niet met dezelfde maat wordt gemeten, hóe Jiier streng de hand wordt gehouden aan alle ministerieels voor schriften, terwijl elders de grootst mogelfjke vrijheid wordt gelaten, ja, dan moet men wel 'tot de gevolgtrekking komen, dat de klachten over het burgomeesterlijk' beheer niet altijd ongegrond zijn. Maar men rij billijk en rechtvaardig in rijn oordeel. Geen enkel oogenblik' mag m'eu luit het oog vérliezen, dat' de positie van 'den burg<Jmeester~nooit zoo moeilijk is: geweest; als juist tegenwoordig. Hij is d'e Vertegen woordiger der Kroon, de dienaar van het al- gemeene landsbelang, jnaar hg is ook flé .verzorger, .de.vader van rijn gemeente. En die beide qualiteiten komen thans zoo' vaak in botsing met elkaar. Een bevel van hooger hand beoogt ra'uurlijV dier welzijn, maar fist is niet zelden in strgd met de wenschen Van het onderdeel, dat wg gemeente uoemén. Om een voorbeeld te noemen: als tie Minister heeft bevolen, dat alle aardappelen moeten worden gedistribueerd en bijgevolg de win- toropslag Verboden is, dan lijdt het geen twij fel, of de Minister heeft daarmee de beste bedoelingen; maar even zeker is het. dat die -ministerieele maatregel geweldig tegen den zin is van den dorpeling, die altijd ge woon was, zich in den herfst van den moedi gen wintervoorraad te voorrien. Is het won der, dat liet hoofd der gemeente in die om standigheden met groeten .tegenzin de mini sterieele voorschriften volgt? Ensoms, half onbewust, de oogen sluit? Nu keuren Wij dit niet goed: in dezen tijd van algemea- ne zedelijke inzinking is lvet dringend nood zakelijk, dab de mannen Van het gezag het Voorbeeld geven van eerbiediging der wet en geen Voedsel geven aan "dén waan, 'dat thans ieder maar voor zichzelf moet toezien. Maar verklaarbaar is het, dat soms een burgemees ter, door medegevoel bewogen, een klagende menigte uitricht geeft op milder rantsoenee ring, ook al is lig voor zichzelf overtuigd, dat daarop niet de geringste kans bestaat. Moeilijk- is ook de positie Van don burge meester met liet oog op de gemeentekas. Van" meer .dan één rijde wordt' onophoudelijk aan gedrongen op ruimer steun aan de onbemid- delden; men roept om werkverschaffing, om gr.o.ofer toeslag op de brandstoffen, om tegemoetkoming in de'woninghuur, om ver hooging van loonen .en salarissen, allemaal dingen, die met de gewone distributiekosten voor. de gemeentekas zeer bezwarend zijn, Vaak al te bezwarend. Niet zonder reden is het bedrag van den hoofdelijlceu oius'.ag in de laatste vier jaren aanmerkelijk verhoogd; or zijn plattelandsgemeenten, waar dat bedrag drie- h viermaal 'zoo groot i3 als vóór d'en oorlog. Zoolang hst den boerenstand1 goed gaat, kan die hoofdelijke omslag gemakkelijk' door de ingezetenen betaald worden. .Als straks de omstandigheden weer por maal zijn en de hooge inkomsten van thans ook tot de normale zgn teruggekeerd, dan is de hoofdelijke omslag moeilijk pp lager bedrag vast té stellen, zoodat een kleiner kapitaal een groote som moet opbrengen cn bijgevolg de gemeentelasten buitensporig hoog zullen worden. De schuld wordt dan geweten aan het gemeentebestuur en inzonderheid aan den burgemeester, het hoofd der gem'eente. Het spreekt dus 'wel Vanzelf, dat zoo iets den burgervader piet ongevoelig laat. Ge roepen cm de belangen der gemeente te be vorderen en, als het kan, haar tot steeds grooteren bloei te brengen, moet bij offers vragen, die hem niet gegeven kunnen wor den en in geen geval, wanneer ds ger meentekas in steeds berooider toestand komt. Dat in zulke omstandigheden de burgemees ter schriel wordt en er tegen opziet om bui tengewone sommen te besteden tot leniging van den algemeenen nood, is zeer natuurlijk: het zou onnatuurlijk1 zgn, als hg niet tevens dacht aan den. nood der gemeentekas. .Want burgemeester te rijn van een arme ge meente, is voorwaar geen begeerlijk iets, maar 't wordt met recht afschrikwekkend, als er geen kans is oin die gemeente uit haar armoede op te beffen. Tweeërlei vloeken. Ds. Vin cent Loosjes schrijft in het Septembernum mer van het ÏLAANDBL AD VAN DE VEREENIG-DE DOOPSGEZINDE GE MEENTE" te Amsterdam óver „Een lee- lïjk uanwcndsol", o.ra. aldus: Een polderjongen vloekt vaakgij (jongedames) vloekt niet, roept Gods oor deel niet over den monsch, dien cïe Aller hoogste moge verdoemen. Gij zegt enkel, ten minste velen uwer, ieder oogenblik: „GodI" en „O, God!" Beseft ge wel, dat uw tegenbeeld, om die onvriendelijke uit drukking eens te gebruiken, eigenlijk hoo ger staat, redelijker handelt dan gij 1 Wan neer hij vloekt, is zijn ganscko wezen van hartstocht en woede in beroering. Zoon des volks, zonder tuoht opgevoed en daardoor geen zelfbedwang kennend, behoeft hij slechts wat sterken drank om zijn min of meer gegronde grieven vaak ia „de vrouw in het spel", welke aan het volks leven rijn romantiek geeft te zien ver- keerqn in furiën, die hem opjagen -tot ra zernij. Dan dan vloekt liij vreeseliik, en gij, ge houdt de vingers in uw oortjes. Alleoh, dat vloeken valt in het kader, is niet zoo volstrekt ongegrond, natuurlijk op zijn laag standpunt, als uw zouteloos i n allo kalmte, om den haverklap her haald „God!"- „God, wat een gekke boed'!"- „God, tiaar springt een knoopje van mijn handschoen." Hoe smaken u do eigen woor den, nu gij ze gedrukt riet? Snoepwinkels. Dé heef O. M. Soeters schrijft in SCHOOL EN LEVEN" ijver „Moreele inzinking''. Dé schrijver is vali oordeel, dat meer. fciog dan -vata een rookverbod lveil' js te wachten van' sluiting der snoepwinkels en zegt: „Wat die kroeg is voor den volwassen main, is dte snoepwinkel voor litet kind". Als een der oorzaken voor snoepen, üoemt de schrijver, dat do .werkman, 'die niet" .meer werkloos is, piéér Verdient dan Vóór den oorlog, dat liet geld minder waairde heeft en dat er daardoor weinig drukte over wordt gémaakt in de huisgezinnen, als er een paai- centen ontbreken. voorts is de Voe ding, die in elk gezin t9 wenschen overlaat, aanleiding, dat de kinderen gaan snoepen. Ook blijft dé moreele inzinking bg volwas senen den kinderen niet verborgen. En al spoedig wordt de suggestieve leer jn Sé praktijk toegepast. Zoo gaan. dé Jdnderen met meer vrijm'oediglieid liegen efa bedriegen. Tegenover duizenden diefstallen,, die-begaan worden, staan slechts honderden, waarvan die dader bekend wordt, ,eu tientallen, die op hormate wijze worden gestraft. Honge rende moreele zwakkelingen, die onder gun stige omstandigheden op het rechte pad zou den zijp gebleven, vallen nu het slechte voorbeeld ten offer én geven op hun beurt verlokkende suggesties. Zoo breidt het kwaad rich uit en grijpt te al ruimer kring om rich heen. „Er is een angstwekkende achteruitgang in moreel gehalte van "de jèugd en jaren zullen moeten verloopen eer de slechte in vloed, die de oorlog heeft geoefend, is ge neutraliseerd", zegt de heer See tets. Dé schrijver deed goed, de aandacht eens op de snoepwinkels te vestigen; te meer, daar het ons uit dé mededeeling yan een rechter lijk ambtenaar bekend is, dat er snoep winkels zijn, die er ernstig van verdacht worden, gestolen voorwerpen van kinderen te koopen, waardoor zg diefstal in de hand BINNENLAND. Onderwijzersexamens 1918. Uit het „Bijvoegsel tot d© Ned. Staats courant" van 9 September blijlet, dat in 1918 het examen voor onderwijzer- werd afgelegd door 1271 condidaten, waarvan or 907 slaagden, dat is ruim 71 pCt. cn voor onderwijzeres door 1830 candidaten, waarvan 1310 de akte verwierven, dat is ruim 66 pOt. Het totaal aantal nieuwe onderwijs krachten was in 19182217. Er blijkt bij voorafgaande jaren achteruitgang in aan tal. In 1917 slaagden er 2516; in 1916: 2627; m 1915 2567; ïn 1914: 2-153. Vrij algemeen is do klacht dor verschil lende commissies over het onvoldoende lezen mot goeden toon en beschaafde uit spraak, over het niet goed begrijpen van het gelezene en over het gebrek aan alge- meene ontwikkeling, dat bleek bij liet lezen. Over onvoldoende geschiedkundige kennis klaagt de commissie te 's-Graven- hage; dit geldt in het bijzonder de vrou welijke candidatenbij enkelen stond het peil der kennis lager dan dat van gewone leerlingen der lagere school. De geschie denis der 19do eeuw was vooral door de vrouwelijke candidaten verwaarloosd. Over het niet gébruiken van een historischon atlas bij de studie, klagen de meeste com missies. De. commissie te Breda zegt in haar ver slag, dat het schriftelijk werk voor opvoe ding en onderwijs voor ongeveer de helft niet voldeed aan zeer bescheiden eischen. Do oorzaak hiervan zoekt de Commissie in het schermen met (holle frases en het niet begrijpen van de beginselen der alge- meene methodiek. De commissie te Arnhem zegt, dat veel candidaten blijk gaven bij het technisch lezen, dat in den laatsten tijd meer ge streefd wordt naar het natuurlijke cn be schaafde voordragen en ze laat daar vreemd genoeg op volgen: onnauwkeurig heid, slechte articulatie, onnatuurlijke in tonatie waren vaak voorkomende gebre ken'. Nieuwe bepalingen betreffende de zeemilitie. Verschenen is bót 'aanvullingsblad op 'de „Bepalingen betreffende zeemilitie, militie, landweer cn (landstorm" der Verordeningen van de Koninklijke Marine, waarin nieuwe .voorschriften wordon gegeven betreffende de vooruitzichten en soldijen van dienstplichtigen bij de zeemacht. De nieuwe regeling, bij Kon. besluit van. den 22sten Augustus 1918 vastgesteld, berust op dezelfde overweging als door de staatscom missie vöor de herziening der bezoldiging van land- en zeemacht in haar rapport op bladz. 86 aangegeven, nl dat het stelsel van ver goeding voor kostwinnerschap krachtens do Militie- en Landstormwet: voldoende geacht kan wordon voor normaio tijden, doch dat voor langdurig verblijf onder de wapenen, krachtens art. 185 dor Grondwet, een herzie ning van de regeling der bezoldigingen voor do militie- cn iandstormplichtigen noodig is. Bij deze' regeling wordt het allen dienst plichtigen mogelijk gemaakt een hoogere klasse of rang te bereiken bij het voldoen aan be paalde eischen en worden de qualiteiten van torpedomaker, vliegtuigmalcer on schrijver in gevoerd. Deze cisóhen zijn over het algemeen lager gesteld - dan voor de vrijwillig dienendon, waarmede in overeenstemming en ook op grond van andere overwegingen do meeste soldijen dan ook blijven bonoden die, voor fle overeenkomstige rangen en fataliteiten dezer laatsten vastgesteld, en varieeron tusschen drie vijfden en vier vijfden van deze. De bedoelde regeling wordt, op een enkele uitzondering na, geacht te zijn in werking ge treden op 1 April 1918, d. i. denzelfden datum, waarop de 'nieuwe soldijrcgeling voor het overige personeel ingaat. Zij wordt echter slechts toegepast ten aanzien'van hen, die op of na 22 Augustus 1918 in werkclijken dienst waren of zijn gekomen. Hulp voor de Officieron van Justitie. Het is zoo schrijft men- van de Oost grens aan de „N. Crfc." voor db officie ren van justitie in de grenszóno niet doen lijk de talrijke processen-verbaal die iede- ren dag inkoimen, behoorlijk )te verwer ken. Behalve de vele strafzaken, die, in veiïband met do demobilisatie onder de grensbevolking steeds toenemen, krijgen zij iederen dag tal van processen-verbaal wegens -uitvoerfraude en overtredingen van de distributie-voorsdhrifben te ver- Zij kunnen zicli zonder behoorlijke hulp niet meer door 'liet werk, dat zioh opsta pelt, heenslaan, "en overwerken zich. Daar bij wordt hun taak zeer verzwaard door het groote plaatsgebrek aan gevangenis- ruimte. Het is te voorzien, dat dezen win ter. hot aantal misdrijven en smokkelza- ken zeer zal toenemen. Daarom is het in verband met een behoorlijke rechtsbedoe ling van het hoogste belang, dat de offi cieren van justitie tijdelijk de beschikking krijgen over één of meer geroutineerde bezoldigde mr.'3 in de rechten, om hen bij te staan in dezo buitengewone omstandig heden. Die tijdelijke krachten kunnen la ter bij het Openbaar Ministerie overgaan, als zij geschikt blijken. Bij de direote be lastingen heeft men toch ook tijdelijke adjunct-inspecteurs. Zooals het nu is, k-an het niet langer. Het is een ambtenaar van het Openbaar Ministerie, die zoo met werk overladen is, toch niet mogelijk, alle voor komende zaken behoorlijk te onderzooken en de dagvaardingen met zorg te stellen. Het is nooit in het algemeen belang, als door fouten in dagvaardingen, waarvan de advocaten natuurlijk een dankbaar ge bruik maken, misdrijven 1 ongestraft blij- Aan ds. R. Meeuwehber'g, Je Rotterdam, is met ingaing van 1 October a.s. op ver zoek eervol ontslag verleend Als director van het Zendingshuis „Sckooneberg" der Néd'erl. Zendingsvereenigteg. 1Het secretariaat van hot- Prov. Zuirl- Höllandsoh comité voor -uitzending van Ne- derlnndsahe kinderen- naar buiten bericht,dat het aantal plaatsen in Zuid-Holland; waar kin-deren opgenomen kunnen worden, thins vcor deze provincie het eerste 100-tal bereikt en overtroffen heeft. „De eerste hoepel Is daarmee om de ton"'. Verder deelt het secretariaat méde, dit in tal van plaatsen nieuwe plaatselijke co- mité's en- correspondenl-sohappcn in voorbe reiding zijn. Door wgleiv den heer T. E. Scholten zgn aain Groningsche instellingen dé volgen de legaten vermaakt: De Centrale Vereeniging tot bevordering van den bloei van Groningen f20,000; Ver eeniging „Het Stadspark" te Groningen f 20,000; Koningin-Wilhelnnna-mcnument- fohds f 10,000; Vereeniging tot bevordering van hét voorbereidend vakonderwijs f10,000; Centraalburean voor werkverschaf fing f10,000; Gezcftdhcidvncaiitie-kéionies f3000; Commissie voor gratisbrood en kof- fieuitreiking te den winter f3000; Fondff tot ondersteuning van jongelieden f2000; Tehuis voor schoolgaande kinderen f2000; Vacantie-kinderfeesten f2000; Vereeniging „Kinderopvoeding" f2000; Voreeniging .Volksonderwijs afd. Gscningen f2000; Open bare Leeszaal en Boekerij f 1000; Volks universiteit £1000; Ondenvijzersoürsussen voorbereidend vakonderwijs en handenarbeid f1000; Fonds tegen den woeker i'1000; Vereeniging Lichamelijke Opvoeding voor de Schooljeugd f1000; Vereeniging Volks weerbaarheid' afd. Groningen 11000; Ver eeniging voor Volksvermaken f 1000; Ver eeniging voor Vreemdelingenverkeer: f1000; Politiefondseri te Groningen f 1000; Neder- landsehe Vereeniging tegen vallende ziekten te Amsterdam flOÓO. Abes vrij .van reoh- ton en kosten; 3© uitbetaling zal binnen drio maanden plaats hebben. Bij de verkiezing var. gemachtigden' voor het kiescollege nor Ncd.-Herv, Gem. te Leeuwarden zullen ook dit jaar de evan gelisten on mocJornen to zanien gaan. Do orthodoxe kiesvereenigiog stelt voor alle vacatures eigen candidaten. „Hc-t Vad." schrijft: Ds. Van Veen, te Tzummarum, waaron der Firdgum behoort, meende aanspraken te kunnen maken op de goederen, kerke lijk aan Firdgum verbonden. Het dorp Firdgum is geen kerk rijk, doch wel een toren, gelijk meer in Friesland voorkomt. Er is ook een kerkvoogdij, welke do goe deren ^beheert, en o. a. indertijd uit de kerkebeurs aanzienlijke subsidie gegeven heeft tot het bouwen van de openbare la- gore school aldaar. Maar hu vermoedt da. Van Veen, dat liet goed van den Firdgu- mer toren den pastor loei toekomt, cn zijn vermoedens rijn zoo sterk, dat hij een pro ces aandurft, waarin hij, naar wij verne men, wordt bijgestaan door mr. Apeldoorn Dezelfde advocaat won tegen do karlcvoog- den van Boetsterzwaag liet. proces over hot beheer der pastoralia. Hot spreekt vanzelf, dat in verscheiden plaatsen, waar de beheerskwestie niet zuiver is gesteld, de gemoederen in beweging komen. GEMENGD NIEUWS. De Raad van Beheer der Vorconl- ging lórt het houden van Jaarbeurzen in Ne derland deelt ons mede, dot voor do derdo No- déTlandsche Jaarbeurs thans 950 monsterka mers zijn verhuurd, waardoor reeda op dit oogenblik het totaal aantal voor de tweede Jaarbeurs te Utrecht vorhuurde monsterkamers is bereikt. Met zekerheid mag dus wordnu aan genomen, dat de derde Nedorlar.Hsrho Jaar beurs in omvang aanmerkelijk grooter zat wor den dan haar voorgangstor. Verschillende industrieën, die-, öo vorige ja ren niet vertegenwoordigd wareö, o.a. dg sui kerindustrie, hebben thans voor detiiK-ming ingeschreven. Dr. Bolle, te Middelburg, heeft een onderzoek ingesteld naar het al of niet vooiw komen van ondervoeding bij do sehoolkindc ren aldaar. Onder de kinderen van een school, waarvan de leerlingen niet naar „Iundorvoe- dingV gaan, waren van 117 jongens 6 slecht gevoed, cn van een school, waarvan de kinde ren wel bij „KindorvoBding" eten, van 99 jon gens slechts één. De Mlddelhurgsche cijfers zijn slechter dan de 'Amsterdamsche van 1916, en dit geeft dr. Bolle aanleiding te adviseeren, het onderzoek' in Januari nog eens to herhalen. Thans meent hij echter nog niet van onder voeding te kunnen spreken. Mobil is a'tie-b oter Mevr. Koba M. J. CatoniusVan dar Moijden, van wier hand meermalen crisis-kook- en huishoud boekjes zijn verschonen, biedt een recept aan voor mobilisatieboter, alléén voor do bo terham, hopende er vele huismoeders mede to verplichten in dozen tijd. Hel recept luidt als volgt: Eén lepel boter (geen melange), een (beo- lepel zout, een - kopje vol lauw water (bijna koud). De boter roert men met het zout aan ön" voegt er een theelepel water bij: dit klopt mem langzaam en vooridurend met een vork, er tel kens een lepeltje water bijvoegend, tot het kopje water opgebruikt is. Mon klopt het voortdurend evenals men oiwit tot schuim klopt, tot het een dikke, witte massa ia go- worden. Meii verkrijgt hiervan pl.m. een boter- •vlootje vol. Deze boter is niet om te bakkem, braden of stoven, alléén voor de boterham. Gevolgen van een druk- fout. Dezer dagon werd in een drukke rij tegelijk met een krant een kookhoek gezet-, lezen we „Onder do Stroop", dn hot ,Hbld." Door een onhandigheid van den zotter geraakte bij hot opmaken der krant "een stuk - zetsel van hot kookboek tussciken do kolommen van het dagblad. Hot was een gedeelte van een der recep ten dat in 'n artikel over de heidenonbe- keering aan don Congo verzeild raakte. D.oor dezo noodlottige omstandigheid luid de het artikel als volgt: „De Missionarissen declen mede, dat 'f zendingswerk ongetwijfeld vooruitgaat. Gedurende de laatst drie jaren heeft de Zending 5n heb binnenland van Afrika vas ten vcet gezent en zijn er verschillende zendelingen naa-r de grootste negersbaten aan den Aequator gezonden. Zij leggen er zich vooral op toe om jonge negerkinde ren to doopen. Do gemakkelijkste en beste .manier om ze week en malsch te maken is, ze langdurig te kloppen, 'totdat het vl-eesch murw en zacht is, dan met bouil lon en wat peper in een verglaasde pan leggen en langzaam te laten sneorken, totdat ze geschikt zijn om in kleino stuk jes gesneden te worden. Dan circa twee a drie uur laten koken en met Gods 'hulp zullen er weldra belangstellende Christen mensohen groeien, die op hun beurt weder anderen zullen heipon leiden en ontwik kelen."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1918 | | pagina 5