Mo. 17945. LEiDSCH DAGBLAD Donderdag 29 Augustus. Tweede Blad Anno 1918. IaialvSe; mouvam 7 i riemt rW->^Akia A.'/Chapcllf* iremmeVV ^LÏLGl AREAS <w£yt<evtrij:i ie C3teauMAvé"8ne3V ï$eM;he< AMIEIVf /So'tut ~~y CharjevIQe pté&èKEin IMiïbthkn 'siji A-sni-A, '5' SSsÉï ag'Ts, Lï-iDiedenhofer Laon Ttióamftri ,CraridPrt Chat^mJ Thierr Nederland en tie Oorlog. Pc brandstof- on voedselvoorziening. Heb voorloopig bestuur van den Ned. R.-K. voor groote gezinnen heeft een adres tob den Minister .van Landbouw gericht, waarin den Minister o.a. wordt verzooht.er toe te willen medewerken lo. dat do brandstoffen-distributie meer overeenkomstig do grootte der respectieve gezinnen geschiedt 2o. dat aan de gemeenten bindende bepa lingen in zako gasdistributie worden opge legd, waarbij voldoende roet de behoeften der groote gezinnen wordt rekening gehou den; 3», dat het turfvervoer worde vrijgelaten, c-n aangemoedigd, opdat tijdig voldoendo voorraden te bestemder plaatse aanwezig mogen zijn; ■lo. dab zooveel mogelijk heb door particu lieren opslaan van aardappelen worde in do hand gewerkt, onder toepassing van een voudiger, ruimer on proctischor dSstributie- maatregelen, waarbij van overheidswege opslag geschiedt alleen voor hen, die zelf er niet toe in staat zijn 5o. dat tijdig maximum-prijzen voor v.er- bruik3artikelen worden vastgesteld, die rncor in evenredigheid zijn met de produc tiekosten on met de draagkracht van het volk. Niet alle appelen voor de jarafalirlcago. Ten onrechte is gemeld, dat alle appelen op de veilingon in ons land worden bestemd voor de jamfabricage. Hot zijn alleen do fa- briekaappelen en dus niot do fijnere soor ten. De gezamenlijke jamfobrieken hebben op olke veiling een leider aangewezen, dio de fabrieksappelen tegen 15 h 20 oenb por kg. opkoopt. De kroetfabrieken krijgen voorloopig geen fruit ter verwerking. Do voedselvoorziening. De burgemeester van Abt-Doetiohem heeEt aan don Minister van Landbouw een schrij ven gezonden, waarin hij breedvoerig uit eenzet lo. dat hot stelsel, hetwelk toegepast wordt bij die opvordering van geteelde pro ducten cn bij do bevordering van meerdere productiviteit van den bodem niet doeltref fend is en het plegen van fraude in grooto^ mate in do hand werkt, en 2o. dat door het stelsel, volgens hetwelk de noodige verbruiksartikolen beneden den kortenden pr. woeden verrtrekt, de fin. der gomeentoa dorwijs worden ontwricht, dat dit niet billeen groote zorg baart, doch do zwakke gemeenten thans reeds zijn geko- mon, en do meeste andere gemeenten spoe dig zullen komen te staan, voor een finan cieel débdcle. In een uitvoerige toelichting van zijn standpunt, meldt de burgemeester ten aan zien van punt 1 op, dat deze bezwaron zou den kunnen worden ondervangen, indien: - a. het stelsel van dwang, dat in regco- 'ringskringen steeds meer ingang schijnt te vinden, worde vervangen door het vrijwïl- ligheicïsstelsel, n.l. samenwerking tussohen burgomeester3, landbouwcra en landbouw- pera. Wanneer tus3clien deze drie groepen een behoorlijke samenwerking wordt verkre gen, is, zooveel dit kan, verzekerd, dat uit den grond wordt gehaald wat er uit te Ha- len ia en het mee3b bevordorlijk is voor de voedselvoorziening. Alleen op onwüligen ware een dwang systeem toe te passen. b. aan de boeren een godbelto van hun eigen geteelde vruchten wordb gelaten. c. loonondo prijzon wórden betaald niet alleen voor de op sc.heurla.nd geteelde ge wassen, doch voor alle gewassen. d. het verbouwen van vlinderbloemige ge wassen voor het zand speciaal lupinen en f.erradella in sterke mate. wordb bevor derd. Dit punt. is van grooto beteekenis. Er is groot gebrek aan stikstof. En de vlinder bloemige gewassen geven een aanvulling, die niet genoog kan worden gewaardeerd en aangemoedigd. c. cla contrölo op de naleving van die voor schriften verscherpt wordo en de overtre ders rtreng gestraft, worden. Met betrekking tot punt 2 is do burge meester van oordcel, dat da compensatie van de verhooging van de productieprijzen niet meer moet worden gevonden in het verleenen van toeslag op of aftrek van d© kosten der levensbehoeften, doch in de ver hooging van loonen en bezoldigingen. Ook deze zienswijze wordt in het schrijven nader toegelicht. Melk-pracparaten. Het is den Minister van Landbouw geble ken, dat melkpoeder, taptcmclkpocder, ge condenseerde melk, gecondenseerde tapte melk, caseïne en wei in de laatste tijden in 6teeds grootore hoeveelheden verwerkt wor den oü daarbij vermenging met andere voe dingsmiddelen ondergaan", waarna het mengsel onder een fantasienaam in den handel wordt gebracht. De prijzen die voor zoodanige mengsels gevraagd worden, zijn gewoonlijk oneven redig hoog in verhouding tot de kertprijzen der samengestelde deelen. In verband met een en ander heeft de Mi nister dan ook verboden bovengenoemde producten te verwerken. Dit verbod is niet toepasselijk a. voor zoover de verwerking geschiedt in banketbakkerijen voor koek-, biscuit- en gö- bakberciding b. voor zoover dloor bet Rijkskantoor voor Melk en Kaas toestemming tot verwerking is gegeven. Verbodsbepalingen. De Minister van Landbouw heeft verbo den het vervoer en de aflevering van fos- forietmeelhet vervoer van appelenhet vervoer en de aflevering van suikerbieten en pulpalsmede het vervoer en de afle vering van watervrije soda (sol do soude) en vanvan bijtende soda (caustdeko soda) beide zoowel in vasten vorm als opgelost. Voor deze verbodsbepalingen zijn vorsehillende uitzonderingsgevallen vastgesteld, welke men nader in de Staatsert." vermeld vindt. Dp inbeslagneming onzer sclicpcn. Aan de „Volksstem" van 9 Juli wordt het volgende ontleend: Krenkend sou dit vir ons gewces 't, aid ons moes denk, dat o'ns nie poveel onbe lemmerde regsbesef meer besit om daartsen. iu verset t9 kom, en ,te sê: hier is 'm on- verantwoordelike wandaad gepleeg, die werd die sogenaamde vollcereg met voste ver trap, hier op_ klaarligte dag 'n onbeskaam- de geweldenarij uitgeliaal teen 'm kleine na- sio deur diegene juis wat hul van die wereld wil laat ken als „beskermers .van die ldeina nasies". En ons kan 't met dieselfde ge waarwording ooreenbreng, om ppreg jam mer te vod vir alwie dhar gercepe mag wees om so'n daad voor die publiek van Suidafrika te verdedig. nie om dit of dat pie, maar uit grond van 'n verkragte afrikaanse jreg3gevoel, sê ons skande. Als hul die skepe gevat had met die reg van die sterkste, en aan wie dit wou weet geseg had: .ons doen dit om dat ons dit .wil doem, omdat die nood wette breek, omdat ons niet meer plnders lean nie^ 'dan sou ons in jeder geval verstaan het. Maar die valse voorwendsels waaronder, dit tans geskied is, kan slegs ons veragting opwek Holland is gelukkig dat haar die middele nog nie ontneem werd om pan die wereld die naarheid te laat weet; en gelukkig tewens in die besit vaü regeerders wat die kuns verstaan om 't met soveel waardig heid te doen. Daar was 'n tijd gewees toen ons nis volk' van 'dag "tot dag tefti aamhore van dio hele aarde belieg fcfn belaster werd, son'd'er dat ons die mag besit 't om ons die stem daarteen te verhef. Eén JaJnd was daar, die land wat aan ons grijse due President gasvrijheid verleen 't, waar alnml die laster nie geglo het nie; e.i ons js blij om te weet, dat in Suidafrika ook g*n' regskape Afri kaner die veragtelike voorwendsel •aange- heem het, waaronder .Kïerdie gewelddaad frn uitvoer gebreng werd. Onzo mcolvoorziening. ,,Heb Volk'' veueemt uit Twente, dat do machinefabriek van den heer Ton Veldhuis te Hengelo (O.) don landbouwers op grooto eohaal z.g.n. Zweedsch© maalmolens levert met een gewichtsinlioud resp. y&n 6 tot 30 K.G. Laten we aannemen, aldus de bericht gever, dat deze molons een uur per week draaien, dan komt men zeer spoedig tot een hoeveelheid van een 40 k -45,000 pond meel. Men kan met de machines van andore leve ranciers doze hoeveelheid gerust schatten op 30,000 K.G. Natuurlijk heeft cle landbouwer geen f 25 k f 60 voor dat ding betaald om hem maar eenmaal te gebruiken. Integendeel, er zal regelmatig gebruik van worden gemaakt, zoodat ieder zioh een denkbeeld kan vormen over de groote hoeveelheid graan, die op bedriegelijke wijze wordt achtergehouden, ten kost© van onze volksvoeding. Het blad betoogt dan verder dat de ver koop van dergelijke maalmolens verboden is, maar een vervoerverbod is ©r niet. 25e worden dus heel gewoon per-spoor verzon den. De maalinrichting wordb ©r evenwel niot aan bevestigd. Deze wordt por pcot verzonden. Zooals die onnoozele machines op het spoor staan, deugen ze nergens voor, of zijn ze eigenlijk overal voor te gebruiken, behalve voor graanmalen. Er zit immers geen maalinrichting aan. Ook worden ze meestal niet rechtstreeks verzonden aan den landbouwer, doch eerst gaat de molen door verschillende handen, voordat hij op het juiste adres arriveert. Zoo wordt op alle mogelijke wijzen gebraoht de aandacht er af te leiden, wat tot nog toe vrijwel is gelukt. Het gevechteiterrein in het Westen. .Wij brengen onzen lezers heden ©en over zichtskaart van het Noordelijk doel van liet front in Frankrijk, dat hen in staat zal stel len ziek een juist beeld te vormen, van de beteekenis der militaire gebeurtenissen, die thans de belangstelling van de gdhoele we reld geboeid houden. Als een breede sdhakel- lijn ziet men de befaamde Hindenburg-linie loopen, waarop do Duitschers verleden jaar zijn teruggetrokken, en van waaruit zij in Maart j.L hun welgeslaagd offensief onder namen. De breede zwarte lijn geeft do stel lingen aan, die maandenlang vóór den ©tra-* tegischen terugtocht door de Duitsohers be zet was gehouden. Het in Maart 1918 aange vangen offensief bracht niet alleen het- op gegeven terrein in hun bezit terug, dóch zij wisten neg aanmerkelijk verder door te drin gen. Ook tusschen Ieperen en La' Basséö wisten zij in April van dit jaar hun linie een zeer aanzienlijk stuk -vooruit te brongen. Totdat in Juli j.l, na oen langdurige rust poos, die Iedereen in spanning had gehou den, de krijgskans keerde. Op 15 Juli begon hun offensief over een frontbreedte van tach tig kilometer tusschen Suippes (Oostelijk van Rohns) en Chüteau-Thïerry. Tusschen Jaul- gonne en Dormans wisten zij?, over de Mar- np te trekken, doch deze stap zou hen nood lottig worden. Door krachtige tegenaanvallen, alsmede door ©en handig opgezet tegenoffensief van Foch tusschen GMtean-T-hierry en Soissons, werden de Duitschers dn een korte spanne tijds niot slechts genoopt over do Marne terug te trekken, doch bovendien moesten zij de gohocle- knikkereakstelling'' Soissons-ReimS prijs govern .Van dit tijdstip af dag teekent hun groote tegenslag. De stippellijn op onzé. kaart vertoont de verste vorderingen door de Duitschers in dit jaar gemaakt. Wanneer, men deze kaart bewaart, kan men zonde? veel moeite aan de hand der logorberichtefi van 't verloop der belangrijkste gebeurtenis sen op do hoogte blijven, al zal 't menigmaal voorkomen, dat men een kleine plaats of gehucht niet vermeld vindt. Het oogenblild- kolijk gevechtsfront strekt zioh uit van tefl N. van Soissons tot ten N. van Atreoht (op de kaart Arras.) De frontlijn loopt ongeveer over Roye, Ohaulnes, Bapaume, vanwaar zij tamelijk Itelijk opgaat met de oude Hinden- burglinie dio door de terugtrokikendo Duif— echcis bijna bereikt is. Verste vorderingen van de Duitschers in September 1914. Se frontlinie, die maandenlang bezet ia geweest. Franscb-Engelscbe vorderingen bjj den Sommeslag In Juli-October 1916. De linie na April 1917. De verste vorderingen door de Duitschers met bun offensieven van Maart en Jult |1. gemaakt. FEUILLETON. TYCHO BEAHE. Roman uit hot laatst der lGdo eeuw, naar het Deenscli, van VILHELM OSTERGAARD. 21)- HOOFDSTUK VIII. In Tycho Brahe's Huis. ,,En wat heeft mijn moeder je geschre ven?" vroeg Tycho Braho. Die zeggende atond hij stiL voor zijn vrouw en streek mot driftig gebaar met do baaclen door zijn baard. Vrouw Kirstine zat bij het erkervenster to spinnenhet zwaar-blonde haar was ge dekt met een fluweelen mutsje, gelijk ge huwde vrouwen dit plachten te dragen. Zij hield even op met trappen en keek haar echtgenoot aan. .Waarom zou je je nu weor zoo driftig maken, liefste? Zijn wij niet zoo gelukkig, dab wij "ruimschoots reden hebben, daar God' voor te danken uit den grond! van ons hart? Waarom zouden wij ons dan laten ovorheer- schen ctoor een ergernis en een bitterheid', die tot niets goeds leiden? 't Is immers con ze°r natuurlijk iets, dat je familie niet goed- st&ifcs zien kan, hoe je tot vrouw koos een boerendochter uit de pastorie van Knucl- strup? Maar, als jij en ik elkaar trouw blïj- %'en, wat gaat liet ons dim aan, wat de an doren praten en waar zij ons mea bedrei- £0n? Onzo liefde kunnen zij ons. toch niet ontnemen!" nMaar wol mijn rust en vrede!" riep Ty cho Braho en bogon andermaal driftig bet vertrek óp en neer te stappen. Ieder uur van den dag vergallon zij mij mijn vreugde en hot is zonde, dat ik het zeggen moet, maar mijn eigen moedór spaart mij al niet meer dan mijn pronkerige broers, die in hun opgeblazenheid zoozeer op hun adel cn waardigheid) gesteld- zijn, dat zij daardoor geen tijd hebben om aan iets anders te den ken. Foei, wat een domheid' en een voor oordeel 1" Vrouw Kirstine stond op van haar plaats aan het spinnewiel, trad op hem toe, nam hem mantel en muts en zwaard af cn te ge lijk streek zij eens liefkoozencl over de rim pels op zijn voorhoofd. ,;Kijk eens daar zei ze en „wees op een klein, twee-jarig meisje,- dat op den grond lag in den erkeruitbouw. Zij was zoo rond. en frisch als een appeltje en met haar grocie, blauwe oogen keek zij verwonderd naar haar vader op, die, geheel tegen zijn gewoonte in, geen acht op haar had gesla gen. „Kijk eens!" herhaalde vrouw Kirstine. „Zou je je oogappel nu vergeten? Ga eens naast mij zitten, hier in den erker en lcloino Kirstine neem je dan op je schoot. En dan moet je mij eons, net als anders vor- tqllen, wat je vandaag op d!e hoogeschool voor de jongelui gedoceerd) hebt?" „Ik heb gesproken van het nut, dat de astronomie heeft, ook, voor het dagelijksch leven," antwoordde Tycho Braho en do rimpels iu zijn voorhoofd trokken langza merhand weg. „Ik heb gesproken van den invloed der hemellichamen op water en op landhoe d)e zee- en de landman gemerkt hadden, diat do op- en ondiergang van be paalde sterren, storm en onweer beduidde. Het samentreffen van Mara on Venus ver oorzaakte regen en donder; van de zon en Satumus nevel en bedekte luchten; van J-upiter en Mercurius wind en onweer. De zon is do bron van warmte ou van het levendb maambeeft invloed op de dierlijke hersenen, op het merg cn de beenderen, op het sap in tfe boonion. De maan veroorzaakt ebbe en vloed en het grootst wordt nog de uitwerking, als de invloed van d© zon zich vereenigt met dien van de maan. Zulke groote krachten kan men den hemellicha men niet ontzeggen, zonder zoowel Gods wijsheid als eigon menschelijko ervaring te loochenenmaa-r dat is nog niet alles. De astronomische kunst is zóó verheven, dat iedtore vooruitstrevende geest er eenigszins van op dë hoogte moet zijn. Zij vervult het gemoed met vreugde en scherpt het ver stand; zij voert ons van het kleingeestige aardsehe tot het hemelsche en onverganke lijke; ja, zij schenkt den mensch een vreug de, gelijk aan die der hemelbewoners, daar zij ons verheft boven de beperkte begrip pen van ruimte en tijd van het aardsehe be staan!" Terwijl Tycho Brahe zoo sprak, scheen' hij alles vergeten te hebben, wat hem hinder de. Hij had plaats genomen naast zijn vrouw, in den breeden erker en hot kleine meisje van op zijn schoot geklommen. Zijn oogen staarden met een warmen, vochtigen glans en behoedzaam streek hij het lokkige haar van het kind glad, terwijl hij zijn ver klaring van het geleerde thema voortzette. Zoo zaten zij nog, toen de kamerdeur openging en er een vreemde binnentrad. Het was een lange man, smal in do schou ders; zijn gestalte was al eenigszins gebo gen en het haar dun, ofschoon het gelaat nog jeugdig was on de oogen neb zoo groot en zoo heldor waren als in vroeger tijd. Hij droeg een eiorlijken, zwarten mantel meb breeden kanten kraag, zooals dit in het al gemeen de gewoonte was voor lectoren aan ci© hoogeschool. „Pratenais-riep Tycho Brahe, tenvjjl hij opsprong en het kleine meisje bij zijn vrouw op schoot zette. „Koon hier bij onal Je mag gerust zien, boe vredig en gezellig wij hier zitten. Zooeven was ik nog verba zend ontstemd, omdat men mij maar niet roet rust kan latenmaar niet zoodra zocht ik troost bij mijn geliefde vrouw, of zij wist dadelijk van mij af te nemen, wat mij hin derde. En nu ben ik weer met alles ver zoend!" Pratenais zette zich op de bekleedt bank, die in den erker stond, vlak tegenover bet spinnewiel. Het kleine meisje boog zioh vol vorfcrouwon naar hem toe en hij nam het poezelige kinderhandje tusschen zijn smalle witte banden. „Je hebt het juiste gekozen, beste Ty cho!" zei Johannes Pratensis. „lederen keer, dat ik je bezoek, verheug ik mij op het gezicht van je huiselijk geluk, ofschoon dit een bittere herinneriug bij mij wekt." „Ja, ja," knikte Tycho Brahe, „jee denkt zeker aan -do liefde van de kleine Edele, waar je geen acht op sloeg, toen zij jo toch zoo verlokkend' geboden werd, dat je slechts de hand hadt behoeven uit te steken, om zo te vatten Maar hebben wij niet allen van die zwakke en slechte oogenblikken, beste vriend; uren, waarop wij donkere dwaalwegen inslaan, in plaats van recht op liet juiste kompas af te gaan? Heeft het bij mijzelvon niet een haarbreed gescheeld, of ik had bittor onrecht bedreven jegens een warm-kloppend vrouwenhart?" Tycho Brahe vatte de hand van Kiratinë on heb duurde eenigen tijd eer hij weer sprak „Ik zal nooit vergeten dien helderen ster renhemel op den avond, dab er een nieuw licht ontstoken werd, niet alleen voor zijn aardsehe liefde, maar ook voor mijn he melsche kunst. Sincb dien nacht bon ik van menige dwaling genezen. Ik kwam tot do vaste overtuiging, dat slechts nauwkeurig en onvermoeid onderzoek cle astronomie verder kan" brengen. Ik besloot, dat ik niet te werk zou gaan als de astrologen, die slechts rekenmeesters zijn in hun studeer kamer, net als de slakken, clie ook steeds in kaar huisje blijven, want zij zoeken de ster ren niet anders als in de boeken en bestu- dceren de astronomie niet aan den hemel, maar in tafels cn figuren, waarin zij vcr- diepb zitten in het hoekje van den haard; zij kennen nauwelijks cle sterren aan heb firmament! Maar dien naolit vond ik een andoren, meer rechtsbreeksehen weg. Ik wilde van dien tijd af den hemel beschou wen- met de scherpe oogen, die de Heer mij geschonken heeftEn zie jo, Pratensis; in de nachten en dagen, dtio daarop volg den, terwijl ik ijverig bezig moest zijn om mijn astronomische instrumenten te ver beteren en mijn waarnemingen van cle nieuwe, ster op schrift t© brengen, ging ik weer vreugde scheppen in heb werk en cï© onvoldaanheid en twijfel verlieten mij ."- „Dan ben je nu wol volkomen gelukkig. Tycho Brahe!" zei Pratensis. „Volkomen gelukkig~~is geeu mensch," herhaalde jonker Tycho en hij haalde even d© schouders op. „Ik heb vreugde eu rust gevonden in do kunst, waar ik mij met hart

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1918 | | pagina 5