N©» 17769e LE1DSCH DAGBLAD Donderdag 31 Januari Tweed© Büad Anno 1918. Nederland en de Oorlog, TWEEDE KAMER. FEUILLETON. Keu. man's wier!*. jÖeriorven aardappelen. 2auig« hoaiderde^ wagons regeerings-aard- jppolen liggea te Wcensëi ingekuild. Bij het openen van een der kuilen walmde dezer da gen een geweldige stank op. Do menschel;, die de aardappelen kooateu, ■werden door den zwaroit reuk opmerkzaam «temaak: op het bederf, dat in de aardappelen woekert. Er werd door verbruikers een. klacht ingediend, waarop de contrólc-commisT aie »oer. onderzoek instelde en den verkoop stop zette. Er is gebleken, ua:. van een kuil. die circa 100,000 K.G. Aardappelen inhoudt, meer dan 30 pCt. bedorven is.. Alleen spoedige maat regelen kunnen nog algeheel bedierf voorko men. De wcrkloozcn in Den Haag. Een paar honderd werklooz&j, die gesteund worden door het Steuncomité, vervoegden zicli. Maandag aan het bureau ran bedoeld comité aan de Jan Hendrikstraat, 18 VGrwenhage. Door vier hunner werden, aan het comité me degedeeld, de grieven, welV? zij bobben tegen de controle, door de afstempeling der kaarten voor do ondersteuning. Die afstempeling zou volgens hen te vaak worden geëischt. Ook kwamen zij op tegen do inhouding der on dersteuning, wanneer jle kaarten niet ter afstempeling werden aangeboden. Na bet bezoek aan het gebouw in de Jan Hóndriksiraat, begaven v.e werkloozen zich naar het stadhuis, om vethoudcr Van Vuuren 00 spreken, en n&dat men vernomen had dat deze niet aanwezig was, g ag men uiteen. Gistermiddag kwamen de werkloozen, niet •aangesloten bij een werklcozenkas, op de Stil le Veerkade bijeen en wandelden door de stad, om hun ontevredenheid te manifesle©- ren tegen het sedert Maandag ingevoerde tweemaal afste~pelési van hun kaart. De ongeveer 500 werkloozen trokken door de Wagenstraat, Veerestrrat, Hoogstraat en Koordeinde, keerden langs het ruiterstand beeld voor het Taleis terug, om naar de Prïnsossegracht «e gaan, waar in hot gebouw van het Haagëehe Vak-Comité een vergade ring werd gehouden ter bespreking van do verdere apt ie. Wanordelijkheden vielen niet voor, wel werd herhaaldelijk geroepen: ..Honger!" en „Werk en brood!'" Geen spek meer over de grens. Onder do werklieden uit de omgeving van Duiven, welke in Duiischland gaan werkc-n, heerscht groolo ontevredenheid, doordat do be maling, dal zij wekelijks 2 1/2 pond spek mee mogen nemen, is ingetrokken. Thans mag eer.-*:'ido hoeveelheid worst mee genomen worden, doch voor magere worst wordt in Duitschland. ock met al to best betaald, want een treurig? waa hei 1 is 'iet, dat het spek, dat, naar het koelte, diende voor levensonder houd, voor een goeden prijs, 8 a 10 mark het pond, werd.to gelde gemaakt Velen worden heden in Zevénaar teruggewe zen, die het nog maar eens met spek of extra vette worst hadden geprobeerd, er door te kemen Als men weet," dat cr Wekelijks tusscben de 5000 en 6000 werklieden via Zevenaar Duitsch- land ingaan voor een week, kan men nagaan, dat er heel wat ponden spek op die manier de grens zijn ovorgcrold.' Bedrog met broedbons. Het „Hbld.* verneemt uit Vel sen: Door het Lever.sm.d\Ienbelrijf is een be drog met broodbons ontdekt, dat heel handig in elkander was gezet, doch niettemin den een of anderen tijd toch tot ontdekking moest Liden. Door een bakker waren name- }gk lijsten met Qpgepla te buns ingeleverd, onder welke laatste ook nog bons van de tweedo week waren. Ofschoon-de k'.eur daar van vrijwel gelijk is aan die van de CGste week, was het niettemin toch opgevallen, omdat het cijfer was wegger.' 'ee d. Op deze wijze verkreeg hij een groofcer hoeveelheid meel, dan waarop hij rech - ns aanspraak kon maken. Een uitgebreid onderzeek heeft aan het licht gebracht, dat een wêztoMn van de Koninklijke Papierfabrieken, -alwaar de lijs ten met bons ter vernietiging en voor grond stof voor ander papier warden ingeleverd, een hoeveelheid oude bon; achtergehouden en aan den looper van bedoelden bakker ver kocht had. Deze verkocht dan by zyn méer- gego.- k anten brood zonder bon en leverde daar: onrechtmatig vorkregen oude bons l In hoeverre de bakkerspatroon,'die beweer: van het' 6edi;og niets te hebben afgeweten, omdat hij het opplakken der bori3 en aanvragen van regeeringsraeel aan ander personeel overliet, bij de zaak betrokken is, kon nog niet worden vastgesteld, doch werd j hij niettemin voorloopig verstoken van de i verstrekking van regeeringsmeei. liet pijnlijke van de zaak is, dat deze bakker ook lid van den gemeenteraad is. Margarins. De Alg. Arbeiders-Coöp. „Voorwaarts" to Rotterdam heeft gisteren den minister van j Landbouw' "het volgend telegram gezonden: „In de gemeente Rotterdam heerscht nrj- pond gebrek aan margarine. Rantsoencerings- maatregelen door de N. 0. T. hebben o.a. tengevolge, dat onze coöperatie voor haar l 1700 leden per week zegge tachtig kilo toe- gewezen krijgt, daar geen rekening wordt gehouden met stgging van het aantal manga- rine-verbruikers tengevolge van hoogen roombotorprjjs en evenmin met grori ooope* j ratievo verbruiksvereeniging na 1 Augustus 1914. Aan beschikbaarstelling van koel- boter tot een prijs" van f2.85 zullen arbei dersgezinnen met hun tegenwoordige schrale inkomens on schrijnende zorgen niet veel j hebben. Ontevredenheid onder arbeidersvrouwen j neemt toe, men moet de geheel© stad afloopen om een half pondje margarine machtig te worden. Geven zeer ernstig in overweging distri butie via gemeentebesturen op bons in te voeren, opdat de beperkte voorraden in het land rechtmatig worden verdeeld." Vliegers-deserteurs. Dinsdag kwamen te Oldenzaal voor 't eerst in dezen oorlog over de grens twee Duitsche militaire vliegers in uniform. Zij deelden mede, dat ze met hun vliegma chine bij Oohtrup waren gedaald en deze hadden vernield. Vervolgens waren ze per rijwiel gedeserteerd. Binnenlandsche vischvoorziening. Er is alle kans, dat in de komende week meer visck te IJmuiden zal worden aan gevoerd voor de binnenlandsche distri butie. Een veertigtal kustvaartuigen, dat we gens de feestdagen tijdelijk te Urk werd opgelegd, is gisteren wederom in zee ge stoken. Zooals bekend, ia de regeeringsvisch. voor een groot deel van deze vaartuigen afkomstig. Was. De Minister \an Landbouw maakt be kend, dat onder groothandelaren in was moeten worden verstaan dc producenten, zijnde degenen, die uit ruwe was zuivere gele bijenwas produceeren. Rijwielbanden. De Minister van Landbouw heeft be paald, dat rijwielbanden van alle soorten, welke door grossiers en fabrikanten aan tusschenhandelaren worden geleverd voor do bij zijn beschikking van 17 October 1917 vastgestelde» maxtnum tussclienhandels- prijzen, moeten vrij zijn van kosten voor verpakking en vracht tot de bestemming. Zomertarwc. De minister, van Landbouw vestigt er de 1 aandacht op, dat, terwijl1 in de provincie Groningen telken jare meer of minder groote oppervlakten met zomertarwe wor den bezaaid, dat gewas in andere provin ciën weinig bekend schijnt te zijn. In ver band met de wenscholijkheid, om zooveel mogelijk tarw; tc zaaien, wordt don land bouwers in de overige vruchtbare kleistre- ken des lands aangeraden, dit jaar één of i meer perceelen met zomertarwe te be- telen. Het gewas geeft in Groningen in doorsnee een opbrengst, die slechts woi- nig voor die van wintertarwe onderdoet cn er is geen reden om aan te nemen, dat zulks in andere provinciën anders zal zijn. De soort, die in Groningen het meest ge teeld wordt, is de Japhet-tarwc, Terug In 't vaderland. Een sergeant van het Onderlandsche le ger, tevens buitengewoon kommies, werd 10 Maart 1917 nabij Beek (Gelderland), toen hij zich, zooals wel herhaaldelijk ge- 1 beurde, op Duitsch grondgebied bevond, door de Duitsche grenswacht aldaar ge arresteerd en gevankelijk naar Munster vervoerd. Nadat hij daar een paar dagen in de gevangenis had doorgebracht, werd hij naar een kamp bij Paderborn getrans- porteerd, waar hij met circa 70 Hollan- l dors, meest deserteurs, geruimen tijd dwangarbeid moest verrichten. Alle cor respondentie met zijn familie en kennis sen werd Jiem verboden. De behandefing liet er verder zeer veel te wenschen. De pogingen, reeds voor geruimen tijd ge daan, om hem in vrijheid te 6tollen, had den eerst tihans succes gehad. Nadat hij eerst naar Holzminden was overgebracht, kon hij Dinsdag over Oldenzaal naar ons land terugkeeren. Dc koffieprijzen. De minister van Landbouw, enz. heeft, met intrekking van een vroegere beschik king vastgesteld de volgende maximum prijzen voor koffie^ Tusschenhandelprijs, d. i. de prijs aan detaillisten in rekening te brengen, f 1,24 per y* KG. los; f 1,27 per Vf> K.G. netto verpakt. Kleinhandel prijs f 1,40 per K.G- Voor koffie-extract is de tusschenhan delprijs f 0.14 per deciliter en de klein- handelprijs f 0.20 per deciliter, voor beide exclusief flesch. Ten aanzien van vorenbedoelde prijzen is bepaald, dat vorenstaande tusschenhan- delprijzen zijn gesteld met inbegrip van distributiekosten, levering franco station van bestemming, spoor, boot, of laatste veer en emballage, voor zoover deze em ballage niet bestaat uit jute-zakken: dat- koffie-extract, getrokken uit een mengsel van vaste stoffen, hefcwek minder dan 80 pCt. koffie bevat, niet zal mogen, worden afgeleverd; dat de flesch, waarin koffie- extract wordt verkocht, tegen kosten den prijs mag worden berekend en tegen dien- zelfden prijs, mits onbeschadigd, moet worden teruggenomen. Deze beschikking treedt in werking op 1 Februari 1918. Duitschland en onzo scheepvaart. Hoewel de moeilijkheden met Engeland en Amerika opgelost zijn en men verwach ten kon, dat de vaart op Amerika, zij het dan ook zeer beperkt, spoedig een aan vang zou kunnen nemen, zal er vooreerst van varen niets komen. Thans is liet Duitschlaj#, dab bezwaar heeft gemaakt-, een veilige vaart te ga randeeren op grond van het afstaan van scheepsruimto aan de Entente. Het eisclit tevens waarborgen, dat de van over zee -aangevoerde goederen in geen enkel op zicht ten goede kunnen komen aan de lan den, die met Duitschland in oorlog zijn. Over deze nieuwe hinderpalen in de scheepvaart is gisteren te 'sGravenhago met de reeders vergaderd. De onderhal- delingen met Duitschland zijn reeds gaan de, en men verwacht, dat ook voor deze nieuwe moeilijkheden een uitweg, in den vorm van compensaties, wordt gevonden. Zitting van gisteren. BINNENLANDSCHE ZAKEN. BEGROOTING VOOR 1918. Do hoer VAN RAALTE verdedigt een amendement, om f 70 000 uit te trekken voor schadeloosstellingen aan onderwij zers van Rijksnormaallessen wegens pen- sioenderving ten gevolge van het te laat ingaan van wachtgelden. De MINISTER zet uiteen, dat hiervoor geen reden is, maar waar de Minister van Financiën er geen bezwaar tegen heeft, laat spr. de beslissing over het amende ment aan do Kamer. Heb amendement wordt zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Alvorens de begrooting in stemming komt., motiveert de heer DE MURALT zijn stem tegen. Spr. heeft er bezwaar tegen, dat deze Minister dc onderwijswetten zal helpen uitvoeren cn critiseert diens hou ding tegenover dc onderwijswet. De heer TROELSTRA zegt, dat de stem van do soc.-dem. voor de begrooting niet boteckent, dat zij het beleid van den Mi nister op alle punten goedkeuren, met name wat betreft de onderwijzerswetten. De lieer LIMBURG zegt, dat do stem van hem en zijn politieke vrienden voor de begrooting niet beteekent, dat zij zidh op alle onderdeel en met 's Ministers beleid, speciaal wat het onderwijs betreft, ver- eenigen. Do heer VISSER VAN IJZENDOORN zegt, dat hij en de zijnen voor zullen stemmen, omdat zij in dezen Minister do -TWTT—TWM hoop van het kabinet zien, maar dit bo-: teekent niet, dat zij heenstappen kan over groote bezwaren tegen zijn beleid, speci aal op het gebied voor het onderwijs. (Be weging). De heer NOLENS meent, dat het feite lijk niet gaat tegen do begrooting, maar togen de uitvoering van art. 192. (Zeer j uist). Do bc-grooting wordt goedgekeurd met G3 tegen 5 stemmen. Tegen van linksde heeren Do Muralt,-Eerdmans, Van Hamel, Otto, Ter Spill. STAAT VAN BELEG. Een drietal wetsontwerpen tot bestendi ging van den staat van beleg werden daarna z. h. s. aangenomen, nadat de MINISTER. VAN OORLOG had toege zegd, rekening te zullen houden met een door den heer MENDELS vertolkte klacht over de late indiening. OORLOGSBEGROOTING. Alsnu komt in behandeling de Oorlogs- bogrooting 1918 en het buitengewoon oor- logscrcdicb 1917. Op verzoek van den heer DUYS wordt besloten tevens zijn motie betreffende het salueeren to behandelen. De heer BEUMER zal vóór do begroo ting stemmen, al stemt hij niet volkomen in met 's Ministers beleid. Hij bepleit ver volgens verbetering van de positie der onderofficieren en behandelt daarna de toepassing van de wet op den staat van beleg, speciaal wat betreft den internce- ringscommandant te Harderwijk ten aan zien van de gemeentelijke vleesch- en vee- keuring, die hij niet achtte te gelden voor het vleesch, aangevoerd voor het internee- riiigskamp. Vervolgens gespreekt hij do kostbare militaire slachting to Harderwijk. Ook klaagt spr. over bevoorrechting bij leveranties aan genoemd kamp en over do geldverspilling. Spr. hoopt, dat do Minis ter spoedig zal ingrijpen. Vervolgons chent 6pr. een motie in, waar bij aangedrongen wordt op wetswijziging ter verzekering van de pensioenaanspraken der reserve-officieren, welke motie ter stond in behandeling komt. Do heer OUD meent, dat gebroken moet worden met het staand leger en het ka zernestelsel. Ook dëze Minister staat onder den invloed van de „camarilla" aan het Departement van Oorlog. Naar aanleiding van 's Ministers tafelrede te Leeuwarden zegt spr., dat het onnoodig en onmogelijk is de groote mogendheden na te volgen in de technische uitrusting van ons leger. Hoofdzaak is, met het thans beschikbare voldoende rendement te bereiken, hetgeen j naar spr's meening niet het geval is. Het zet dan uiteen, dat van do reserve-officie ren van gezondheid niet het profijt getrek- ken wordt dan men van hen zou kunnen trekken. Vervolgens klaagt-spr over het optreden van den territorialen bevelhebber in Over hel, die zooveel mogelijk het vorgaderings- wezen belemmert. Een vergadering, waar epr. zou. optreden, werd verboden, omdat zij te laat werd aangevraagd. Het beroep van den Minister op de „regelen", van 22 September gaat niet op, want het verbod dagteekendo van 21 September. Ook kriti seert spr., dat de heer Wijnkoop bevel kreeg binnen een uur Zwolle te verlaten. Verder eenige hoofdpunten besprekende, bepleit spr. inkrimping van het aantal be roepsofficieren, om daarna te betoogen, dat de opleiding van de recruten in de' depots niet deugt. Het onderofficiersk ps verloopt door de behandeling, dio do on derofficieren ondervinden Ook financieel dient hun positie grondig en spoedig te worden herzien. In het belang van het aan zien van dut korps moeten de eischen van toelating tot het roserve-offic ierskorps worden verzwaard. Van de diensten der reserve-officieren van gezondheid moest meer profijt worden getrokken ten bate van de burgerbevol king Hoofdfout bij het legerbestuur is ge brek aan voldoend sociaal inzicht. Men geeft zieh geen moeite, op de hoogte to ko men van wat. er onder ons volk leeft Daar ia de opleiding van de officieren ook niet op gericht. Ook maakt men in het leger geen gebruik van de deskundige krachten, die in den troep aanwezig zijn, als koks voor do bereiding van het etenkleerma kers bij het keuren van laken enz. Wat het salueeren betreft, is deze Minis- i ter „plus royalist© que lc roi." Het is ab- soluut onmogelijk aan het desbetreffend I voorschrift de banc! te houden. Niets is slechter voor de tucht, dan het geven van niet te hanhaven orders. Spr. zal dus vóór de motie-Duys stemmen. De heer KNOBEL vraagt inlichtingen omtrent de uitwijzing van den heer Wijn koop uit Overijsel. Hij bespreekt de wen- schelijkheid van behoud van het instituut der militaire tandartsen ook in normale tijden. De heer BOMANS betoogt naar aanlei ding van 'a Ministers tafelrode, dat ontwa pening alleen mogelijk zal zijn, als het huidig wereldbeheerschend materialisme zal hebben plaats gemaakt voor idealisme. Het gaat dus niet op, clat het Nederland- sche volk in 1918 zijn defensie zou opgeven. Voor Paus Benedictus was niet de hoofd zaak de geldverspilling als motief voor ont wapening, doch de gedachte, dat het. recht moest heerschcn en niet de macht. Do handhaving vun het volkenrecht, moet wor- don afgedwongen door een macht, die ster ker is dan de krijgsmacht van een Staat of van een groep van Staten. De krijgsmacht van eiken Staat moet daarom worden ver zwakt. Do ontwapening is een zaak van opvoe ding en de Katholieke ouders, onderwijzers en opvoeders zullen ten deze hun baak be wust zijn. Ia tegenstelling met den heer Visser van IJzendoorn betreurt spr. niet het heenga air van minister Bosboom en verheugt hij zich over het optreden van een burger-minister van oorlog Spj bepleit dan het met klein verlof zen den van do verlofsofficier en. Wat het verplichte saluut betreft, spr. ia tegen afschaffing, maar vóór beperking. De reorganisatie van ons leger dient ,,aus einem Gusz" te geschieden. Spr. licht dit toe. Spr. vraagt inlichtingen omtrent 's Mi nisters plannen betreffende de demobili satie. Wat den aanslag op het kruithuis bij Am sterdam betreft-, heeft het spr. bevreemd, dat er geen schildwacht stond. 19 daarvoor een plausibele reden? Zoo niet. dan dccle de Minister den verantwoordelijken com mandant mede. dat zulk een nalatigheid niet meer mag voorkomen. Do heer DUYMA F,R VAN TWIST acht veel in '3 Ministers beleid sympathiek. Ten eerste bedoelt spr. de necritiscerde tafel rede van den Minister en de rede, die hij, naar aanleid-'ng van de critiek in de Kamer hieldten tweede de order tegen het vloe ken en het- bezigen van ruwe ta-al cn ten derde het rekenen met de consciëntiebezwa ren tegen het reizen op Zondag. Na het optreden van minister Bosboom is een andere geest, aan het Departement van Oorlog gekomen. Tusschen den Minister en den Opperbevelhebber is een hartelijke samenwerking ontstaan Dat is een feit van beteekenis. Het zal strekken tot verhoo ging van de paraatheid van het leger, Spr. komt daarna tot het kadervraag- stuk en do poritio der gemobiliseerde troe pen. Wat het eerste betreft, er is nog altijd gebrek aan beroepsofficieren en bcrceps- ondcrofficieren. Daarom moet niet alleen de xbezoldiging maar ook de bovordering dor officieren nog meer worden verbeterd en moeten hun pensioenaansorakon wor den uitgebreid. Ten aanzien der onderoffi cieren is positieverbetering dringend noo- dig, niet alleen moeten de salarissen wor den verhoogd, maar ook moet de rechts positie worden geregeld. Verder moeten cenige maatregelen, die het prestige der onderoffioieren tegenover do minderen schaden, worden afgeschaft. Ten aanzien van de positie der gemobili seerde troopcir dringt spr. aan op verlich ting van den persoonlijken druk dobr ge cteelteliike demobilisatie, en, als dat niet mogelijk is, door aflossing der lichtingen in sneller tempo. Voorts vraagt- spr. uit breiding der verloven door een meer prac- tisclie regeling, en wensche hij tc wet er of het nog niet mogelijk is het verlofskader gelijktijdig met ziin lichtingen met onbe paald (klein) verlof te zenden. Hier oc daar kan nog verbetering worden gebracht in de legering van de militairen. Spr. vraagt wat gedaan zal worden om overleg tc bevordoren tusschen hoofdintendance ,en intendanten inzake voeding der troepen. Spr. verklaart zich tegen do motie-Davs betreffende beperking van het militair saluut en dankt den Minister voor het vele goede dat hij reeds tot stand bracht. De beraadslagingen worclea verdaagd to* Donderdag halfeen. Roniuo van SILAS K HOCKING, 59 (Slot.) Hij voelde zich zonderling vermoeid en doodaf en hij vroeg zich op een oogenblik onbestemd en zonder te redeneeren af of er ook mogelijk iots van zijn eigen levens kracht door zijn hand in do hare overging. Toen kwam de verpleegster weer binnen en die gaf haar, nadat zij het licht had op gedraaid, wat vloeibaar voodsel, om te drinken, dat zij zender verzot doorslikte. „Meer dan zij in twee dagen heeft ge bruikt^zei de verpleegster met een glim lach cn verdween daarop weer. Na een poosje voelde Impey, dat haar vingers loslieten en hij trok zacht zijn hand terug. Zijn arm was koud en als verstijfd, zijn heelo lickaam deed hem pijn. Hij stond nu op cn boog zich over haar hceu zij haalde zacht als een kind adem en veriieo daarop onhoorbaar do kamer. Do verpleegster kwam hem op het por taal U-gou. „Zij slaapt.,"' zei hij. ,,Ik kom ov« ©j.i u;u* terug En hij spoedde zich na-ar zijr. ho^el. In cl© schemerachtige morgenuren opende haar oogen on tag, dat de ver- KW s&yr fstood horogohDcjK-si. „Ik geloof, dat ik gedroomd heb," fluis terde zij. „Ik verbeeldde me, dat iemand uit Engeland was gekomen oni mij te be zoeken." „Het was geen droom, lieve," zei de ver- plccgstor glimlachend. „Hij is hier op het oogonblik. Wacht beneden in de kamer." „Weet je dat zeker?" „Heel zeker. Neem nu cht voedsel cn dan zal ik hem vragen boven te komen." Een paar minuten later zat Impey weer bij haar bed. Zij heette hem met. een glim lach wolkom en sloot toen weer haar oogen. Na een poosje fluisterde zij„Wil u mijn hand vasthouden, anders zal ik wegzinken. U geeft mij kracht." Hij nam dus haar hand weer in de zijne en voelde haar vingers dio omklemmen. Ilij deed geen moeite om te praten. Do ver pleegster ging af en aan. Do klok tikte voort, totdat, toen dë kamer langzamer hand in schemering werd gehuld:, zij weer in -slaap viel. Den volgenden nacht sliep Impey tien uren achtereen en toen hij wakker werd, was het één en al zonneschijn in het ver trek. Dab scheen hom ccn goed voorteekón. Na. een stevig ontbijt begaf hij zich weer naar Winifred. Do dokter kwam hem niet con glimlach tegemoet. „Zij is bepaald sterker," be weerde hij. „Weet u, u heeft- weer de be langstelling in het leven bij haar opgewekt. Zij had het opgegeven, zij klemde zich niet meer aan het leven vast-, verbeeldde zich, dïa-t haar werk was afgedaan, verlangde niet meer to leven, wat altijd slecht voor con patiënt is. Nu en hij haalde-veel- beteekenend zijn schouders op. Daarna gengen de dagen langzaam on eentonig voorbij. Impey bracht eiken dag verscheidene uren aan haar bed door on sloeg met cle grootste zorg elk toeken van terugkeerendo gezondheid gade elke ebbe en vloed van het getij. Dikwijls werd cr nauwelijks een woord gesproken, want zij was te zwak om te praten en hij stelde zich tevreden met te wachten totdat zij sterk genoeg zou wezen, om naar zijn ver zoek to luisteren en hem haar antwoord te geven. Zij lag meestal met gesloten oogen en een glimlach op haar gezicht. Maar al was zij ook te zwak om te praten, zoo was zij toch niet te zwak om te donken en te droo»- rnen. Voordat Impey kwam, wenschte zij slechts één ding, namelijk rust. Niets dan rust. Nu en dan trachtte zij zich don hemel voor te stellen, zooals zij dat als kind placht te doen, maar voor haar -vermoeid broin scheen"de hemel te druk, to vol met mon- schen. Neen, zij verlangde niet naar den hemel zij verlangde naar rust rust voor duizenden jaren heerlijke, droom- looze, onafgebroken rust. Nu verlangde zij te leven en naar alles, wat het leven inhield, en dat verlangen nam toe en werd sterker naarmate cle dagen verstreken. In haar oogen stonden tranen, toen Im pey op een morgen afscheid van haar kwam nemen. Hij nam haar hand in cle zijne en hield die een oogenblik vast. „Mag ik terug komen?" fluisterde hij. „O, wil u?" En een glans van hoop en verwachting verhelderde haar gelaat. „Zeker," antwoordde hij. Aldus scheid den zij. Hij kwam in hot begin van Maart terug en toen kon zij reeds weer loopcn, ofschoon zij nog niet meer was dan een schaduw van haar oude ikmaar toen hij einde April voor een langer verblijf weer verscheen, haalde zij hem van het station af met een stralend gezicht, gevuld figuur en van hoop on geluk schitterende oogen. Kalme, gelukkige dagen volgden. Zij ondernamen samen lango wandelingen langs lachende stroo>men, door boschpaden on over steile berghellingen. Heb was er heerlijk in het voorjaar en overal, waar zij kwamen, ont moetten zij menschon, die, al kenden zij Winifred ook niet, toch van haar hadden gehoord. Haar room was door do geheele streek verspreid. Mannen namen lvun hoe den af, vrouwen bogen en kindoren stonden met open mond voor haar, om de goede, mooio Engelsche da-me te zien glimlachen. Impey was niet alleen een gelukkig, maar ook een trotsch man. Zij trouwden den twintigsten Mei en brachten hun wittebroodsweken langzaam naar Engeland reizende door. Zij braken hun reis af te Belgrado, to Budapest, te Wccnen. Salz burg, München, Constance en Bazel. Natuurlijk konden zij Bazel niofc passec- ren zonder een bezoek aan Adela on haar man to brengen. Adela omhelsde haar vriendin innig ©n liet baar haai' huisje zien-, toonde haar al haar schatten on vloeide over van geluk-als een drinkbeker bij een fontein. Zij had do meesteres kunnen wezen van een groot heerenhuis in Bucks, ccn huis in de stad in May fair en misschien een jachthuisje in Schotland, maar dit Iruisje in een vreemde stad was meer vooi haar clan ecrig heerenhuis in Europa cn haar echtgenoot grooter dan een koning. „O Winifred," zed ze mot schitterende oogen. „Ik hoop, dat jo even gelukkig bent als ik." En Winifred glimlachte zelfbewust, maai antwoorddo niet. Haar geluk was te innig en to heilig, om zelfs met haar beste vriendin besproken te worden. Impey had zooveel van Drysdalo gehoord, dat het hem bijzonder veel genoegen deed kennis met hem te maken en Drysdalo vond cle jonge pair een man naar zijn hart. In de groote werkplaats der wereld vin den mannen anderen vau hun standaard en verdienste komt overal aan het licht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1918 | | pagina 5