N©» 17769e
LE1DSCH DAGBLAD Donderdag 31 Januari
Tweed© Büad Anno 1918.
Nederland en de Oorlog,
TWEEDE KAMER.
FEUILLETON.
Keu. man's wier!*.
jÖeriorven aardappelen.
2auig« hoaiderde^ wagons regeerings-aard-
jppolen liggea te Wcensëi ingekuild. Bij het
openen van een der kuilen walmde dezer da
gen een geweldige stank op.
Do menschel;, die de aardappelen kooateu,
■werden door den zwaroit reuk opmerkzaam
«temaak: op het bederf, dat in de aardappelen
woekert. Er werd door verbruikers een.
klacht ingediend, waarop de contrólc-commisT
aie »oer. onderzoek instelde en den verkoop
stop zette.
Er is gebleken, ua:. van een kuil. die circa
100,000 K.G. Aardappelen inhoudt, meer dan
30 pCt. bedorven is.. Alleen spoedige maat
regelen kunnen nog algeheel bedierf voorko
men.
De wcrkloozcn in Den Haag.
Een paar honderd werklooz&j, die gesteund
worden door het Steuncomité, vervoegden zicli.
Maandag aan het bureau ran bedoeld comité
aan de Jan Hendrikstraat, 18 VGrwenhage.
Door vier hunner werden, aan het comité me
degedeeld, de grieven, welV? zij bobben tegen
de controle, door de afstempeling der kaarten
voor do ondersteuning. Die afstempeling zou
volgens hen te vaak worden geëischt. Ook
kwamen zij op tegen do inhouding der on
dersteuning, wanneer jle kaarten niet ter
afstempeling werden aangeboden.
Na bet bezoek aan het gebouw in de Jan
Hóndriksiraat, begaven v.e werkloozen zich
naar het stadhuis, om vethoudcr Van Vuuren
00 spreken, en n&dat men vernomen had dat
deze niet aanwezig was, g ag men uiteen.
Gistermiddag kwamen de werkloozen, niet
•aangesloten bij een werklcozenkas, op de Stil
le Veerkade bijeen en wandelden door de
stad, om hun ontevredenheid te manifesle©-
ren tegen het sedert Maandag ingevoerde
tweemaal afste~pelési van hun kaart. De
ongeveer 500 werkloozen trokken door de
Wagenstraat, Veerestrrat, Hoogstraat en
Koordeinde, keerden langs het ruiterstand
beeld voor het Taleis terug, om naar de
Prïnsossegracht «e gaan, waar in hot gebouw
van het Haagëehe Vak-Comité een vergade
ring werd gehouden ter bespreking van do
verdere apt ie.
Wanordelijkheden vielen niet voor, wel
werd herhaaldelijk geroepen: ..Honger!" en
„Werk en brood!'"
Geen spek meer over de grens.
Onder do werklieden uit de omgeving van
Duiven, welke in Duiischland gaan werkc-n,
heerscht groolo ontevredenheid, doordat do be
maling, dal zij wekelijks 2 1/2 pond spek mee
mogen nemen, is ingetrokken.
Thans mag eer.-*:'ido hoeveelheid worst mee
genomen worden, doch voor magere worst wordt
in Duitschland. ock met al to best betaald,
want een treurig? waa hei 1 is 'iet, dat het spek,
dat, naar het koelte, diende voor levensonder
houd, voor een goeden prijs, 8 a 10 mark het
pond, werd.to gelde gemaakt
Velen worden heden in Zevénaar teruggewe
zen, die het nog maar eens met spek of extra
vette worst hadden geprobeerd, er door te
kemen
Als men weet," dat cr Wekelijks tusscben de
5000 en 6000 werklieden via Zevenaar Duitsch-
land ingaan voor een week, kan men nagaan,
dat er heel wat ponden spek op die manier de
grens zijn ovorgcrold.'
Bedrog met broedbons.
Het „Hbld.* verneemt uit Vel sen:
Door het Lever.sm.d\Ienbelrijf is een be
drog met broodbons ontdekt, dat heel handig
in elkander was gezet, doch niettemin den
een of anderen tijd toch tot ontdekking
moest Liden. Door een bakker waren name-
}gk lijsten met Qpgepla te buns ingeleverd,
onder welke laatste ook nog bons van de
tweedo week waren. Ofschoon-de k'.eur daar
van vrijwel gelijk is aan die van de CGste
week, was het niettemin toch opgevallen,
omdat het cijfer was wegger.' 'ee d. Op deze
wijze verkreeg hij een groofcer hoeveelheid
meel, dan waarop hij rech - ns aanspraak kon
maken.
Een uitgebreid onderzeek heeft aan het
licht gebracht, dat een wêztoMn van de
Koninklijke Papierfabrieken, -alwaar de lijs
ten met bons ter vernietiging en voor grond
stof voor ander papier warden ingeleverd,
een hoeveelheid oude bon; achtergehouden en
aan den looper van bedoelden bakker ver
kocht had. Deze verkocht dan by zyn méer-
gego.- k anten brood zonder bon en leverde
daar: onrechtmatig vorkregen oude
bons l In hoeverre de bakkerspatroon,'die
beweer: van het' 6edi;og niets te hebben
afgeweten, omdat hij het opplakken der bori3
en aanvragen van regeeringsraeel aan ander
personeel overliet, bij de zaak betrokken is,
kon nog niet worden vastgesteld, doch werd j
hij niettemin voorloopig verstoken van de i
verstrekking van regeeringsmeei.
liet pijnlijke van de zaak is, dat deze
bakker ook lid van den gemeenteraad is.
Margarins.
De Alg. Arbeiders-Coöp. „Voorwaarts" to
Rotterdam heeft gisteren den minister van j
Landbouw' "het volgend telegram gezonden:
„In de gemeente Rotterdam heerscht nrj-
pond gebrek aan margarine. Rantsoencerings-
maatregelen door de N. 0. T. hebben o.a.
tengevolge, dat onze coöperatie voor haar l
1700 leden per week zegge tachtig kilo toe-
gewezen krijgt, daar geen rekening wordt
gehouden met stgging van het aantal manga-
rine-verbruikers tengevolge van hoogen
roombotorprjjs en evenmin met grori ooope* j
ratievo verbruiksvereeniging na 1 Augustus
1914. Aan beschikbaarstelling van koel-
boter tot een prijs" van f2.85 zullen arbei
dersgezinnen met hun tegenwoordige schrale
inkomens on schrijnende zorgen niet veel j
hebben.
Ontevredenheid onder arbeidersvrouwen j
neemt toe, men moet de geheel© stad afloopen
om een half pondje margarine machtig te
worden.
Geven zeer ernstig in overweging distri
butie via gemeentebesturen op bons in te
voeren, opdat de beperkte voorraden in het
land rechtmatig worden verdeeld."
Vliegers-deserteurs.
Dinsdag kwamen te Oldenzaal voor 't
eerst in dezen oorlog over de grens twee
Duitsche militaire vliegers in uniform. Zij
deelden mede, dat ze met hun vliegma
chine bij Oohtrup waren gedaald en deze
hadden vernield. Vervolgens waren ze per
rijwiel gedeserteerd.
Binnenlandsche vischvoorziening.
Er is alle kans, dat in de komende week
meer visck te IJmuiden zal worden aan
gevoerd voor de binnenlandsche distri
butie.
Een veertigtal kustvaartuigen, dat we
gens de feestdagen tijdelijk te Urk werd
opgelegd, is gisteren wederom in zee ge
stoken.
Zooals bekend, ia de regeeringsvisch.
voor een groot deel van deze vaartuigen
afkomstig.
Was.
De Minister \an Landbouw maakt be
kend, dat onder groothandelaren in was
moeten worden verstaan dc producenten,
zijnde degenen, die uit ruwe was zuivere
gele bijenwas produceeren.
Rijwielbanden.
De Minister van Landbouw heeft be
paald, dat rijwielbanden van alle soorten,
welke door grossiers en fabrikanten aan
tusschenhandelaren worden geleverd voor
do bij zijn beschikking van 17 October 1917
vastgestelde» maxtnum tussclienhandels-
prijzen, moeten vrij zijn van kosten voor
verpakking en vracht tot de bestemming.
Zomertarwc.
De minister, van Landbouw vestigt er de 1
aandacht op, dat, terwijl1 in de provincie
Groningen telken jare meer of minder
groote oppervlakten met zomertarwe wor
den bezaaid, dat gewas in andere provin
ciën weinig bekend schijnt te zijn. In ver
band met de wenscholijkheid, om zooveel
mogelijk tarw; tc zaaien, wordt don land
bouwers in de overige vruchtbare kleistre-
ken des lands aangeraden, dit jaar één of i
meer perceelen met zomertarwe te be-
telen. Het gewas geeft in Groningen in
doorsnee een opbrengst, die slechts woi-
nig voor die van wintertarwe onderdoet
cn er is geen reden om aan te nemen, dat
zulks in andere provinciën anders zal zijn.
De soort, die in Groningen het meest ge
teeld wordt, is de Japhet-tarwc,
Terug In 't vaderland.
Een sergeant van het Onderlandsche le
ger, tevens buitengewoon kommies, werd
10 Maart 1917 nabij Beek (Gelderland),
toen hij zich, zooals wel herhaaldelijk ge- 1
beurde, op Duitsch grondgebied bevond,
door de Duitsche grenswacht aldaar ge
arresteerd en gevankelijk naar Munster
vervoerd. Nadat hij daar een paar dagen
in de gevangenis had doorgebracht, werd
hij naar een kamp bij Paderborn getrans-
porteerd, waar hij met circa 70 Hollan- l
dors, meest deserteurs, geruimen tijd
dwangarbeid moest verrichten. Alle cor
respondentie met zijn familie en kennis
sen werd Jiem verboden. De behandefing
liet er verder zeer veel te wenschen. De
pogingen, reeds voor geruimen tijd ge
daan, om hem in vrijheid te 6tollen, had
den eerst tihans succes gehad. Nadat hij
eerst naar Holzminden was overgebracht,
kon hij Dinsdag over Oldenzaal naar ons
land terugkeeren.
Dc koffieprijzen.
De minister van Landbouw, enz. heeft,
met intrekking van een vroegere beschik
king vastgesteld de volgende maximum
prijzen voor koffie^
Tusschenhandelprijs, d. i. de prijs aan
detaillisten in rekening te brengen, f 1,24
per y* KG. los; f 1,27 per Vf> K.G. netto
verpakt.
Kleinhandel prijs f 1,40 per K.G-
Voor koffie-extract is de tusschenhan
delprijs f 0.14 per deciliter en de klein-
handelprijs f 0.20 per deciliter, voor beide
exclusief flesch.
Ten aanzien van vorenbedoelde prijzen
is bepaald, dat vorenstaande tusschenhan-
delprijzen zijn gesteld met inbegrip van
distributiekosten, levering franco station
van bestemming, spoor, boot, of laatste
veer en emballage, voor zoover deze em
ballage niet bestaat uit jute-zakken: dat-
koffie-extract, getrokken uit een mengsel
van vaste stoffen, hefcwek minder dan 80
pCt. koffie bevat, niet zal mogen, worden
afgeleverd; dat de flesch, waarin koffie-
extract wordt verkocht, tegen kosten den
prijs mag worden berekend en tegen dien-
zelfden prijs, mits onbeschadigd, moet
worden teruggenomen.
Deze beschikking treedt in werking op
1 Februari 1918.
Duitschland en onzo scheepvaart.
Hoewel de moeilijkheden met Engeland
en Amerika opgelost zijn en men verwach
ten kon, dat de vaart op Amerika, zij het
dan ook zeer beperkt, spoedig een aan
vang zou kunnen nemen, zal er vooreerst
van varen niets komen.
Thans is liet Duitschlaj#, dab bezwaar
heeft gemaakt-, een veilige vaart te ga
randeeren op grond van het afstaan van
scheepsruimto aan de Entente. Het eisclit
tevens waarborgen, dat de van over zee
-aangevoerde goederen in geen enkel op
zicht ten goede kunnen komen aan de lan
den, die met Duitschland in oorlog zijn.
Over deze nieuwe hinderpalen in de
scheepvaart is gisteren te 'sGravenhago
met de reeders vergaderd. De onderhal-
delingen met Duitschland zijn reeds gaan
de, en men verwacht, dat ook voor deze
nieuwe moeilijkheden een uitweg, in den
vorm van compensaties, wordt gevonden.
Zitting van gisteren.
BINNENLANDSCHE ZAKEN.
BEGROOTING VOOR 1918.
Do hoer VAN RAALTE verdedigt een
amendement, om f 70 000 uit te trekken
voor schadeloosstellingen aan onderwij
zers van Rijksnormaallessen wegens pen-
sioenderving ten gevolge van het te laat
ingaan van wachtgelden.
De MINISTER zet uiteen, dat hiervoor
geen reden is, maar waar de Minister van
Financiën er geen bezwaar tegen heeft,
laat spr. de beslissing over het amende
ment aan do Kamer.
Heb amendement wordt zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Alvorens de begrooting in stemming
komt., motiveert de heer DE MURALT zijn
stem tegen. Spr. heeft er bezwaar tegen,
dat deze Minister dc onderwijswetten zal
helpen uitvoeren cn critiseert diens hou
ding tegenover dc onderwijswet.
De heer TROELSTRA zegt, dat de stem
van do soc.-dem. voor de begrooting niet
boteckent, dat zij het beleid van den Mi
nister op alle punten goedkeuren, met
name wat betreft de onderwijzerswetten.
De lieer LIMBURG zegt, dat do stem
van hem en zijn politieke vrienden voor de
begrooting niet beteekent, dat zij zidh op
alle onderdeel en met 's Ministers beleid,
speciaal wat het onderwijs betreft, ver-
eenigen.
Do heer VISSER VAN IJZENDOORN
zegt, dat hij en de zijnen voor zullen
stemmen, omdat zij in dezen Minister do
-TWTT—TWM
hoop van het kabinet zien, maar dit bo-:
teekent niet, dat zij heenstappen kan over
groote bezwaren tegen zijn beleid, speci
aal op het gebied voor het onderwijs. (Be
weging).
De heer NOLENS meent, dat het feite
lijk niet gaat tegen do begrooting, maar
togen de uitvoering van art. 192. (Zeer
j uist).
Do bc-grooting wordt goedgekeurd met
G3 tegen 5 stemmen. Tegen van linksde
heeren Do Muralt,-Eerdmans, Van Hamel,
Otto, Ter Spill.
STAAT VAN BELEG.
Een drietal wetsontwerpen tot bestendi
ging van den staat van beleg werden
daarna z. h. s. aangenomen, nadat de
MINISTER. VAN OORLOG had toege
zegd, rekening te zullen houden met een
door den heer MENDELS vertolkte klacht
over de late indiening.
OORLOGSBEGROOTING.
Alsnu komt in behandeling de Oorlogs-
bogrooting 1918 en het buitengewoon oor-
logscrcdicb 1917.
Op verzoek van den heer DUYS wordt
besloten tevens zijn motie betreffende het
salueeren to behandelen.
De heer BEUMER zal vóór do begroo
ting stemmen, al stemt hij niet volkomen
in met 's Ministers beleid. Hij bepleit ver
volgens verbetering van de positie der
onderofficieren en behandelt daarna de
toepassing van de wet op den staat van
beleg, speciaal wat betreft den internce-
ringscommandant te Harderwijk ten aan
zien van de gemeentelijke vleesch- en vee-
keuring, die hij niet achtte te gelden voor
het vleesch, aangevoerd voor het internee-
riiigskamp.
Vervolgens gespreekt hij do kostbare
militaire slachting to Harderwijk.
Ook klaagt spr. over bevoorrechting bij
leveranties aan genoemd kamp en over do
geldverspilling. Spr. hoopt, dat do Minis
ter spoedig zal ingrijpen.
Vervolgons chent 6pr. een motie in, waar
bij aangedrongen wordt op wetswijziging
ter verzekering van de pensioenaanspraken
der reserve-officieren, welke motie ter
stond in behandeling komt.
Do heer OUD meent, dat gebroken moet
worden met het staand leger en het ka
zernestelsel. Ook dëze Minister staat onder
den invloed van de „camarilla" aan het
Departement van Oorlog. Naar aanleiding
van 's Ministers tafelrede te Leeuwarden
zegt spr., dat het onnoodig en onmogelijk
is de groote mogendheden na te volgen in
de technische uitrusting van ons leger.
Hoofdzaak is, met het thans beschikbare
voldoende rendement te bereiken, hetgeen j
naar spr's meening niet het geval is. Het
zet dan uiteen, dat van do reserve-officie
ren van gezondheid niet het profijt getrek-
ken wordt dan men van hen zou kunnen
trekken.
Vervolgens klaagt-spr over het optreden
van den territorialen bevelhebber in Over
hel, die zooveel mogelijk het vorgaderings-
wezen belemmert. Een vergadering, waar
epr. zou. optreden, werd verboden, omdat
zij te laat werd aangevraagd. Het beroep
van den Minister op de „regelen", van 22
September gaat niet op, want het verbod
dagteekendo van 21 September. Ook kriti
seert spr., dat de heer Wijnkoop bevel
kreeg binnen een uur Zwolle te verlaten.
Verder eenige hoofdpunten besprekende,
bepleit spr. inkrimping van het aantal be
roepsofficieren, om daarna te betoogen,
dat de opleiding van de recruten in de'
depots niet deugt. Het onderofficiersk ps
verloopt door de behandeling, dio do on
derofficieren ondervinden Ook financieel
dient hun positie grondig en spoedig te
worden herzien. In het belang van het aan
zien van dut korps moeten de eischen van
toelating tot het roserve-offic ierskorps
worden verzwaard.
Van de diensten der reserve-officieren
van gezondheid moest meer profijt worden
getrokken ten bate van de burgerbevol
king Hoofdfout bij het legerbestuur is ge
brek aan voldoend sociaal inzicht. Men
geeft zieh geen moeite, op de hoogte to ko
men van wat. er onder ons volk leeft Daar
ia de opleiding van de officieren ook niet
op gericht. Ook maakt men in het leger
geen gebruik van de deskundige krachten,
die in den troep aanwezig zijn, als koks
voor do bereiding van het etenkleerma
kers bij het keuren van laken enz.
Wat het salueeren betreft, is deze Minis- i
ter „plus royalist© que lc roi." Het is ab-
soluut onmogelijk aan het desbetreffend I
voorschrift de banc! te houden. Niets is
slechter voor de tucht, dan het geven van
niet te hanhaven orders. Spr. zal dus vóór
de motie-Duys stemmen.
De heer KNOBEL vraagt inlichtingen
omtrent de uitwijzing van den heer Wijn
koop uit Overijsel. Hij bespreekt de wen-
schelijkheid van behoud van het instituut
der militaire tandartsen ook in normale
tijden.
De heer BOMANS betoogt naar aanlei
ding van 'a Ministers tafelrode, dat ontwa
pening alleen mogelijk zal zijn, als het
huidig wereldbeheerschend materialisme
zal hebben plaats gemaakt voor idealisme.
Het gaat dus niet op, clat het Nederland-
sche volk in 1918 zijn defensie zou opgeven.
Voor Paus Benedictus was niet de hoofd
zaak de geldverspilling als motief voor ont
wapening, doch de gedachte, dat het. recht
moest heerschcn en niet de macht. Do
handhaving vun het volkenrecht, moet wor-
don afgedwongen door een macht, die ster
ker is dan de krijgsmacht van een Staat of
van een groep van Staten. De krijgsmacht
van eiken Staat moet daarom worden ver
zwakt.
Do ontwapening is een zaak van opvoe
ding en de Katholieke ouders, onderwijzers
en opvoeders zullen ten deze hun baak be
wust zijn.
Ia tegenstelling met den heer Visser van
IJzendoorn betreurt spr. niet het heenga air
van minister Bosboom en verheugt hij zich
over het optreden van een burger-minister
van oorlog
Spj bepleit dan het met klein verlof zen
den van do verlofsofficier en.
Wat het verplichte saluut betreft, spr. ia
tegen afschaffing, maar vóór beperking.
De reorganisatie van ons leger dient
,,aus einem Gusz" te geschieden. Spr. licht
dit toe.
Spr. vraagt inlichtingen omtrent 's Mi
nisters plannen betreffende de demobili
satie.
Wat den aanslag op het kruithuis bij Am
sterdam betreft-, heeft het spr. bevreemd,
dat er geen schildwacht stond. 19 daarvoor
een plausibele reden? Zoo niet. dan dccle
de Minister den verantwoordelijken com
mandant mede. dat zulk een nalatigheid
niet meer mag voorkomen.
Do heer DUYMA F,R VAN TWIST acht
veel in '3 Ministers beleid sympathiek. Ten
eerste bedoelt spr. de necritiscerde tafel
rede van den Minister en de rede, die hij,
naar aanleid-'ng van de critiek in de Kamer
hieldten tweede de order tegen het vloe
ken en het- bezigen van ruwe ta-al cn ten
derde het rekenen met de consciëntiebezwa
ren tegen het reizen op Zondag. Na het
optreden van minister Bosboom is een
andere geest, aan het Departement van
Oorlog gekomen. Tusschen den Minister
en den Opperbevelhebber is een hartelijke
samenwerking ontstaan Dat is een feit van
beteekenis. Het zal strekken tot verhoo
ging van de paraatheid van het leger,
Spr. komt daarna tot het kadervraag-
stuk en do poritio der gemobiliseerde troe
pen. Wat het eerste betreft, er is nog altijd
gebrek aan beroepsofficieren en bcrceps-
ondcrofficieren. Daarom moet niet alleen
de xbezoldiging maar ook de bovordering
dor officieren nog meer worden verbeterd
en moeten hun pensioenaansorakon wor
den uitgebreid. Ten aanzien der onderoffi
cieren is positieverbetering dringend noo-
dig, niet alleen moeten de salarissen wor
den verhoogd, maar ook moet de rechts
positie worden geregeld. Verder moeten
cenige maatregelen, die het prestige der
onderoffioieren tegenover do minderen
schaden, worden afgeschaft.
Ten aanzien van de positie der gemobili
seerde troopcir dringt spr. aan op verlich
ting van den persoonlijken druk dobr ge
cteelteliike demobilisatie, en, als dat niet
mogelijk is, door aflossing der lichtingen
in sneller tempo. Voorts vraagt- spr. uit
breiding der verloven door een meer prac-
tisclie regeling, en wensche hij tc wet er
of het nog niet mogelijk is het verlofskader
gelijktijdig met ziin lichtingen met onbe
paald (klein) verlof te zenden. Hier oc
daar kan nog verbetering worden gebracht
in de legering van de militairen. Spr.
vraagt wat gedaan zal worden om overleg
tc bevordoren tusschen hoofdintendance ,en
intendanten inzake voeding der troepen.
Spr. verklaart zich tegen do motie-Davs
betreffende beperking van het militair
saluut en dankt den Minister voor het vele
goede dat hij reeds tot stand bracht.
De beraadslagingen worclea verdaagd to*
Donderdag halfeen.
Roniuo van SILAS K HOCKING,
59 (Slot.)
Hij voelde zich zonderling vermoeid en
doodaf en hij vroeg zich op een oogenblik
onbestemd en zonder te redeneeren af of
er ook mogelijk iots van zijn eigen levens
kracht door zijn hand in do hare overging.
Toen kwam de verpleegster weer binnen
en die gaf haar, nadat zij het licht had op
gedraaid, wat vloeibaar voodsel, om te
drinken, dat zij zender verzot doorslikte.
„Meer dan zij in twee dagen heeft ge
bruikt^zei de verpleegster met een glim
lach cn verdween daarop weer.
Na een poosje voelde Impey, dat haar
vingers loslieten en hij trok zacht zijn hand
terug. Zijn arm was koud en als verstijfd,
zijn heelo lickaam deed hem pijn.
Hij stond nu op cn boog zich over haar
hceu zij haalde zacht als een kind adem
en veriieo daarop onhoorbaar do kamer.
Do verpleegster kwam hem op het por
taal U-gou. „Zij slaapt.,"' zei hij. ,,Ik kom
ov« ©j.i u;u* terug En hij spoedde zich
na-ar zijr. ho^el.
In cl© schemerachtige morgenuren opende
haar oogen on tag, dat de ver-
KW s&yr fstood horogohDcjK-si.
„Ik geloof, dat ik gedroomd heb," fluis
terde zij. „Ik verbeeldde me, dat iemand
uit Engeland was gekomen oni mij te be
zoeken."
„Het was geen droom, lieve," zei de ver-
plccgstor glimlachend. „Hij is hier op het
oogonblik. Wacht beneden in de kamer."
„Weet je dat zeker?"
„Heel zeker. Neem nu cht voedsel cn dan
zal ik hem vragen boven te komen."
Een paar minuten later zat Impey weer
bij haar bed. Zij heette hem met. een glim
lach wolkom en sloot toen weer haar
oogen.
Na een poosje fluisterde zij„Wil u mijn
hand vasthouden, anders zal ik wegzinken.
U geeft mij kracht."
Hij nam dus haar hand weer in de zijne
en voelde haar vingers dio omklemmen.
Ilij deed geen moeite om te praten. Do ver
pleegster ging af en aan. Do klok tikte
voort, totdat, toen dë kamer langzamer
hand in schemering werd gehuld:, zij weer
in -slaap viel.
Den volgenden nacht sliep Impey tien
uren achtereen en toen hij wakker werd,
was het één en al zonneschijn in het ver
trek. Dab scheen hom ccn goed voorteekón.
Na. een stevig ontbijt begaf hij zich weer
naar Winifred.
Do dokter kwam hem niet con glimlach
tegemoet. „Zij is bepaald sterker," be
weerde hij. „Weet u, u heeft- weer de be
langstelling in het leven bij haar opgewekt.
Zij had het opgegeven, zij klemde zich niet
meer aan het leven vast-, verbeeldde zich,
dïa-t haar werk was afgedaan, verlangde
niet meer to leven, wat altijd slecht voor
con patiënt is. Nu en hij haalde-veel-
beteekenend zijn schouders op.
Daarna gengen de dagen langzaam on
eentonig voorbij. Impey bracht eiken dag
verscheidene uren aan haar bed door on
sloeg met cle grootste zorg elk toeken van
terugkeerendo gezondheid gade elke
ebbe en vloed van het getij. Dikwijls werd
cr nauwelijks een woord gesproken, want
zij was te zwak om te praten en hij stelde
zich tevreden met te wachten totdat zij
sterk genoeg zou wezen, om naar zijn ver
zoek to luisteren en hem haar antwoord te
geven.
Zij lag meestal met gesloten oogen en
een glimlach op haar gezicht. Maar al was
zij ook te zwak om te praten, zoo was zij
toch niet te zwak om te donken en te droo»-
rnen. Voordat Impey kwam, wenschte zij
slechts één ding, namelijk rust. Niets dan
rust. Nu en dan trachtte zij zich don hemel
voor te stellen, zooals zij dat als kind placht
te doen, maar voor haar -vermoeid broin
scheen"de hemel te druk, to vol met mon-
schen. Neen, zij verlangde niet naar den
hemel zij verlangde naar rust rust
voor duizenden jaren heerlijke, droom-
looze, onafgebroken rust.
Nu verlangde zij te leven en naar alles,
wat het leven inhield, en dat verlangen
nam toe en werd sterker naarmate cle
dagen verstreken.
In haar oogen stonden tranen, toen Im
pey op een morgen afscheid van haar kwam
nemen.
Hij nam haar hand in cle zijne en hield
die een oogenblik vast. „Mag ik terug
komen?" fluisterde hij.
„O, wil u?" En een glans van hoop en
verwachting verhelderde haar gelaat.
„Zeker," antwoordde hij. Aldus scheid
den zij.
Hij kwam in hot begin van Maart terug
en toen kon zij reeds weer loopcn, ofschoon
zij nog niet meer was dan een schaduw van
haar oude ikmaar toen hij einde April
voor een langer verblijf weer verscheen,
haalde zij hem van het station af met een
stralend gezicht, gevuld figuur en van
hoop on geluk schitterende oogen. Kalme,
gelukkige dagen volgden. Zij ondernamen
samen lango wandelingen langs lachende
stroo>men, door boschpaden on over steile
berghellingen. Heb was er heerlijk in het
voorjaar en overal, waar zij kwamen, ont
moetten zij menschon, die, al kenden zij
Winifred ook niet, toch van haar hadden
gehoord. Haar room was door do geheele
streek verspreid. Mannen namen lvun hoe
den af, vrouwen bogen en kindoren stonden
met open mond voor haar, om de goede,
mooio Engelsche da-me te zien glimlachen.
Impey was niet alleen een gelukkig,
maar ook een trotsch man. Zij trouwden
den twintigsten Mei en brachten hun
wittebroodsweken langzaam naar Engeland
reizende door. Zij braken hun reis af te
Belgrado, to Budapest, te Wccnen. Salz
burg, München, Constance en Bazel.
Natuurlijk konden zij Bazel niofc passec-
ren zonder een bezoek aan Adela on haar
man to brengen. Adela omhelsde haar
vriendin innig ©n liet baar haai' huisje
zien-, toonde haar al haar schatten on
vloeide over van geluk-als een drinkbeker
bij een fontein. Zij had do meesteres kunnen
wezen van een groot heerenhuis in Bucks,
ccn huis in de stad in May fair en misschien
een jachthuisje in Schotland, maar dit
Iruisje in een vreemde stad was meer vooi
haar clan ecrig heerenhuis in Europa cn
haar echtgenoot grooter dan een koning.
„O Winifred," zed ze mot schitterende
oogen. „Ik hoop, dat jo even gelukkig
bent als ik."
En Winifred glimlachte zelfbewust, maai
antwoorddo niet. Haar geluk was te innig
en to heilig, om zelfs met haar beste
vriendin besproken te worden.
Impey had zooveel van Drysdalo gehoord,
dat het hem bijzonder veel genoegen deed
kennis met hem te maken en Drysdalo
vond cle jonge pair een man naar zijn hart.
In de groote werkplaats der wereld vin
den mannen anderen vau hun standaard en
verdienste komt overal aan het licht.