Nederland en de Oorlog. I*. 17613 Maandag; SO Juli. A°. 1917. geze ^Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen, uitgegeven. Officieels Kennisgevingen. FEUILLETON. Het vijfde wiel. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEK ADVERTENTIES: V»n 1—5 regols 1.05. I.dere rogel meer 0.20. - Kleine advertentiën Tui 30 woorden 40 Oente oontant; elk tiental woorden moer 10 Oenta. Incasso volgens pootrecht. Bewijsnummer 5 Cents. TclcfoonnumnrtrtAdministrntle 175, Redactie 1507. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden por 8 maanden f 1.60; per week. 1 J 0J.2. Buiten Leiden en waar agenten gevestigd aijn per woek. J 0.12, Franco per pest f5' INKOMSTENBELASTING. Burgemeester en Wethouders van Leiden, krengen in herinnering, dat den 31en Juli e.k. -de lo termijn vervalt van de Plaatselijke In komstenbelasting, dienst 1917, en dat alzoo op den lsten Augustus minstens 1/6 gedeelte van don aanslag moet zijn voldaan. Zij noodigen mitsdien belanghebbenden uit om, ter voorkoming van vcrvolgingskostcn, tot de betaling van het verschuldigde ten kantore van den Gemeente-Ontvanger, over te gaan. Burgemeester en Weth. voornoemd, N. O. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden,' 28 Juli 1917. GEDORSCHTE EN ONGEDORSCHTE GRANEN. Do Burgemeester der 'gemeente Leiden brengt ter algomeeno kennis, dat, blijkens circulaire van 27 Juli 1917, de Minister van Landbouw, Nijverheid en \JLandel heeft goedgevonden te bepalen: Artikel 1. Eigenaren en bezitters van ongedorschte gra nen en peulvruchten zijn verplicht, telkenmale onmiddellijk na het dorschcn opgave te doen van de door hen gedorschte hoeveelheden, uit gedrukt in kilogrammen, aan den Burgemees ter hunner woonplaats. Artikel 2. Eigenaren en bezitters van gedorschte gra nen en peulvruchten zijn verplicht al hun gra nen en peulvruchten, mot uitzondering van de hooveelhoden, waarover bun uitdrukkelijk de beschikking is gelaten, te bezorgen of te doen bezorgen uitsluitend op de plaats waar en op den tijd, dat zulks door den Regeerings-Com- missaris van de Rijksgraanverzameling wordt gewenschf, overeenkomstig de daaromtrent be staande plaatselijke gebruiken. Artikel 3. f Voldoen do eigenaren en bezitters niet aan do in art. 1 en 2 genoemdo verplichtingen, dan zal, onverminderd de strafrechtelijke vervolging, die zal worden ingesteld, do beschikking over de hoeveelheden, in art. 2 bedoeld, worden inge trokken. f Artikel 4. Onder granen wordt in deze regeling ver staan: Wi'nter-tarwe, zomer-tarwc, spelt, winter rogge, zomer-rogge, wlnter-gerst, zomer-gerst, haver, evene, boekweit en kanariczaad. Onder peulvruchten wordt in deze regeling verstaan: Veldboonen (wier-, paarden-, duiven-, scha pen- en Waalsche). ALLE soorten groene en gele erwten, ALLE soorten grauwe erwten, ALLE soorten bruine, «gele en witte booncn. Do Burgemeester voornoemd, N. G. DE GIJSELAAR. rcldeh, 30 Juli 1917. LEIDEN. 30 JULI. 1 i In Den Haag is voor het examen Fransch M. O. akte A geslaagd mej. H. jO. Noy, alhier. ,r Een onzer stadgenooten, de heer C. H. (Kouw, van de Sterrenwacht, viert morgen een fec9t, voor weinigen weggelegd. Met zijn gade herdenkt hij dan zijn gouden huwelijks feest. Hoewel hij het overeenkomstig zijn aard slechts bescheiden in familiekring hor- denkt, zal dit bericht zeker velen aanleiding geven den gouden feestelingen met hun naamkaartje van hun belangstelling te doen getuigen. De lieer W. P. Mutié, tandarts, hoopt 16 Augustus a.s. tachtig jaar te warden. Bü den dienst der Posterijen on Tele grafie is benoemd tot assistenb alhier4 de brievenbesteller P. N. Paats, te 's-Graven- Te 's-Gravenhage znn geslaagd voor. het eindexamen "EL R. S. met 5-jarigen cursus Ch. Teeuwen en Marie C. van der Heiden, alhier. Het begin van 'den groentijd voor nieuwe leden van het Lcidsch Studenten corps is bepaald op 19 Soptember a.s. In het lokaal van het Heilsleger aan de Lammermarkt alhier, wist een man door insluiping een trombone to bemachtigen, waarmede hij zich onopgemerkt uit de voe ten maakte. Do dader is bij de politie ta kend. Gevaarlijke vangst. Do stoomtrawler Maasdam" kwam te IJmuiden binnen met een opgevischte mijn aan boord. Het schip werd niet in do Vis- schorshavon toogol&ten en moest in hot Buitentoeleidingskanaal blijven liggen tot de marino do gevaarlijke vangst had over genomen. Door den te IJrauidon binnengekomen stoomtrawler ,,IJM. 131. Eendracht II", werd gerapporteerd, dat op de visscherij op 53 gr. 40 min. N. B. en 4 gr. 34 min. O. L. een mijn in het net werd gehaald. Bij het binnenhalen van het net bemerkt© men nog bijtijds de aanwezigheid van hot monster, zoodat onmiddellijk het vischtuig gepakt kon worden teneinde ocno ontplof fing tegen het vaartuig te voorkomen. Gestrande landgeuooten. Do correspondent van de ,,N. R. Ct" te Stockholm meldt dat het aantal Nederlan dera die in Scandinavië zijn en niot naar ons land kunnen vertrekken, thans tot cfcr- tig is gestegen. Den Nederlanders, die niet uit Rusland komen, is toegestaan door Duitschland te roizon, de Nederlanders echter, die wel uit Rusland komen, worden niet in Duitsch land toegelaten. Onze gezant te Stockholm, jhr. W. H. de Beaufort vertrekt den 23sten Juli voor ee- nigo dagen naar Gothonburg, om door por- soonlijko bemoeiingen het trekken door Duitschland mogelijk te maken. Minderjarige smokkelaars. Heb plan bestaat bij de Rijkstuchtscholen te Groningen barakken to bouwen om 't groot aantal gestrafte minderjarigo smok kelaars spoediger te kunnen pnemen. Distributie van koffie. Naar men aan do „Avp." uit betrouwba re bron mededeelt, is thans een plan in be werking tot invoering van een bonnenstelsel voor don verkoop van koffie in het klein, dat waarschijnlijk tegen September in wer king zal treden. Een spion neeronde Nederlandscbe. Mevrouw M. G. Zelle (van geboorte Ne- derlandsche on als danseres bok end onder den naam van ,,Mata Hari") is door den krijgsraad te Parijs met algemeen© stem men ter dood veroordeeld wegens epionna- ge. Er is een verzoek tot revisie ingediend. De interncering der Duitsche onderzeeërs. Reuter meldt uit Londen: De ,,Times" schrijft: Het kan zijn nut hebben om een oogje te houden op de Ne- derlandsche en Duitsche besprekingen, welke gevoerd worden in de thans in Den Haag bijeenkomende arbitrage-commissie, die over het lot der Duitsche onderzeeërs ,,U 30" en. ,,U 6" zal hebben, te beslissen, welke beide vaartuigen sinds het laatst van Februari en Maart in Nederland geïn terneerd zijn. Algemeen wordt aangenomen, dat de ar bitrage-commissie jils haar meening te ken nen zal geven, dat de duikbooten vrijgelaten moeten worden en dat zij dus de Duitsche opvatting, als zou de interneering onwettig zijn geschied, zal deelen. Gezien de samenstelling der commissie, wordt door velen aangenomen, dat zij een hulpmiddel moet zijn om „het figuur der Nederlandsche regeering ts redden", terwijl tochterzelfdertijd Duitschland zijn zin krijgt Men schijnt te veronderstellen, dat de Ne derlandsche autoriteiten door aldus te han delen geenerlei verantwoordelijkheid op zich laden voor de daden van zeerooverij, die de Duitsche onderzeeërs na hun vrijlating zullen bedrijven. Volgens onze meening echter zou een der gelijke opvatting niet te verdedigen zijn. Nederland kan aan zijn verantwoordelijk heid van neutrale staat 'tegenover de bond- genooten niet ontkomen, door met deri vijand der geallieerden verstoppertje te spelen. De verdachte bereidwilligheid waarmede Duit&chland het arbitragevoorstel aanvaard de, nadat het de Haagsche conventie een voudig had vertrapt en op de meest brutale wijze iedere bepaling van de internationale wet had geschonden, wordt verklaarbaar, wanneer men het feit in aanmerking neemt, dat Duitschland als eenige oorlogvoerende mogendheid in de commissie vertegenwoor digd is en dat het op den steun van ten minste twee der overige vier leden kan rekenen. Wat echter ook het oordeel van de com missie moge zgn, de verantwoordelijkheid, waarmee volgens dit oordeel wordt gehan deld, komt op de Nederlandsche regeering neer. Zjj kan niet verwachten, dat de bond- genootén gematigder zullen optreden dan Duitschland zou doen, wanneer het vrijlaten van in Nederland geïnterneerd liggende Brit- sche onderzeeërs zou betreffen, nadat een partijdige commissie ten gunste van de Brit- sche eischenuitspraak zou hebben gedaan. De bopdgenooten begrijpen ten volle de moei lijke positie van de kleine neutrale landen, die binnen bet onmiddellijk bereik van het Duitsche zwaard liggen on de zichtbare be wijzen hebben gehad van de afgrijselijkheid der.Duitsche verschrikkingen. Zij erkennen onmiddellijk, dat neutrale volkeren als de Zwitsers en de Nederlanders alles hebben gedaan en nog steeds bereid zijn te doen wat het lijden van deze door Duitschland veroorzaakten oorlog kan verzachten, maar zij zjjn niet bereid en kunnen dat ook niet doen, qm daden of nalatigheden van de neutralen, waardoor de oorlog verlengd wordt of die den vijand in verborgen steu nen, door de vingers te zien of te vergeten. Al3 de lange strijd tusschen vrijheid ea macht eenmaal beslist is, zooals die beslist zal worden ten gunste van de vrijheid, moe ten zij, die de zaak van de macht gesteund hebben, niet verwachten, dat dit maar dade lijk vergeten zal zijn. Hot wittebrood. Naar de „Maasbode" verneemt, bestaan er plannen, om de samenstelling van het witte brood binnon zeer korten tijd te wijzigen. Hot maïsmeel, waardooT hot brood een geelach tige tint verkrijgt, zal vervangen worden door gorstemeel. Dc samenstelling van het wittebrood zal dan worden als volgt: 56 pet. regeoringsbloem» 15 pet. patentmeel, 15 pot. aardappelmeel en 14 pot. geratebloem. Het torpedeeren der Scheveningsehe vlsschers- schepen. In een ooiderhoud gaf schipper Wouter Rog van <Le ,,Dirk van Duijnen", Sch. 254, van de roede rij Jac. den Duik on Zonen, oen dor zea Vrijdag door een Duit sche n onderzeeër tot) zinken gebrachte Scheveningedh© vis9ohersschepen, nog ver schillende bijzotoderheden over het ge beurde. De bemanning was vissdhende na-ar ge gist bestek op 52 gr. 27 min. N. B. en 40 gr. 5 min. O.L- e<n had juist de netten in gehaald, toen te kwart over drie een on gemerkte Duitsche duikbooot in zicht kwam, die te 3 uur een waarschuwings schot l'aste, dat 20 M. van den logger af in zee terecht kwam- Onmiddellijk werden do zeilen gestreken en werd do Neder landsche vlag gcdieschen. Een kwartier la ter was de duikboot m de nabijheid van de ,,Dirk van Duijnem" gekomen, waar op sciïTpper Rog zich met de scheepspa pieren aan boord van het oorlogsvaartuig begaf. De scheepspapieren werden niet te ruggegeven en de duikbootcommandant slCeg geen acht op de opmerking van den schipper, dat men met een neutraal vaar tuig te doen had. Voor verdere opmerkin- ken (de schipper had er op willen wijzen, dat hij zich in de veilige vaargeul bevond)- werd |Teon gelegenheid gelaten. (Si echte werd 5 a 10 minuten tijd gegeven om de bemanning van boord te halen. Na 6 a 7 minuten, was de uit 8 man, allen Scheveningers, bestaande bemanning in de sloep en nauwelijks had deze zich 2 minuten roeions verwijderd, of van de duikboot werden 12 kanonschoten, waar van 7 treffers, op den logger golost, die na 3 minuten zonk. Do bemanning had 2 uur in de sloep rond gevaren, toen zij door de Soh. 454 werd opgenomerr. Aan boord van dit vaartuig hoorde zij nog te aëht uur schieten uit de richting, waar haar schip ten gronde wa-s gegaan. Voordat de ,,Dirk van Duijnen" tcfc zinken was gebracht, was haar bemanning getuige van de vernietiging der Soh. 170, terwijl zij daarna, de Soh. 136 tot zinken zag brengen- Schipper Rog vermoedde, dat deze beide vaartuigen drijvende zijn gebleven. Eenigszins anders was, naar een der Ie* den van de bemanning ons mededeelde^ de loop der gebeurtenissen met de „Ster- na III" (Soh. 136) van de N. V. Zeevis- öcherijmaaechappij „Sterna", directeur D«. de Mos. De bemanning van dit vaartuig werdf nadat het waarschuwingsschot van de duik boot was gedost, toegeroepen, dat zij zich in de sloep moest begeven» Aan dit bevel werd onmiddellijk gehoorzaamd. De sloep' werd naar de onderzeeboot geroeid, waar' zich allen op één man na aan boond be gaven. Hierop moesten de in de sloep ge bleven O. de Jong twee Duitsche matro zen, onder oommando van een officier, aan boord van de „Sterna" brengen, waarin drie bommen werden neergelegd één te gen de donkey, de twee anderen midscheepa terwijl de barometer, een zakje vlaggen, een klok en een zuidwester van een der matrozen werden meegenomen en behouden evenals do scheepspapieren. Het kompaJ en een kijker werden ter hand gesteld aa& den man in de sloep, die naar. de onder zeeër moest 'terugroeien om de Duitsche manschappen terug te brengen en do ove rige leden dor bemanning van den logger op te nemen* Onmiddellijk nadat dit was geschied, ont plofte de bommen aan boord van de „Ster-* na," die evenwel na 2 uur, toen de na een half uur door de Vlaardingen 49 op genomen bemanning haar uit het oog ver loor, nog drijvende was. Onze zegsman was vol lof over de hulp* vaardigheid der bemanning van het Vlaar- dmgsche vaartuig. Ook over de vriende lijkheid dor Duitsche matrozen mocht hij allerminst klagen. De commandant van de duikboot was evenwel het te gen ge stel df van vriendelijk. Aan schipper Arie Verboom werd een weigerend antwoord gegeven op zijn verzoek om wat water voor het 1©B- schen van zijn dorst. Ook de bemanning van de Sterna" hoorde nog tot laat in don avond schieten in de omgeving van de plek des onheils. Met ieder der beide schepen ging voor ongeveer f 200 haring verloren, terwijl de bemanning niets van hun eigendom heb ben kunnen redden. Door De Jong werd ons mog met de meeste beslistheid verzekerd, dat de log ger, waarop hij zich bevond, zich binnen do vrije vaargeul bevond* Vermeld dient nog, dat, naar schipper Rog ons mededeede, van do eveneens tot zinken gebrachte Sch. 170 door den onder zeeër werden meegenomen de voorraden erwten, boonen en rijst, benevens de kope ren okta-ng. De ondergang van de „Batavier IIW. Do Engelsche admiraliteit maakt be kend Een onzer duikbooten, die in de Noordzee patrouilleerde, heeft den 97en dezer het Duitsche stoomschip „Batavier II" na een korte vervolging in beslaggenomen. Dc be manning verliet hot schip, terwijl een prijs* bemanning aan boord werd geplaatst. Ten gevolge van do beschadiging door kanon vuur was het echter, onmogelijk de „Bata vier II" naar de haven te brengen, waar om het tot zinken werd gebracht. door BEATRICE HERON MAXWELL en FLORENCE E. EASTWIOK.' Naar het Engelsch. 25) Daardoor kon men begrijpen, dat de praatjes en hatelijke toespelingen, dio in dion tijd go^ paard gingen met het noemen van zijn naam, uitsluitend werden rondgestrooid door mon- schen, die nooit in aanraking gekomon warm mot Laurie of hem in 't geheel niet kenden. Voor zijn kennissen was alles even geheimzinnig en ontmoedigend, iedereen vroeg zich af: „Wat kan dat beteekenen?" En mon antwoord- do in denzelfden, adem: „Laurio moet hot slachtoffer zijn van een afschuwelijke vergis sing of misverstand." Voor zij.a vader was- het een ontzettende ramp, dio al zijn plannen en vorwachtingon cu govestigdc overtuigingen in duigen deed vallen, i Horatio Pridham'a hart bloedde en was versla gen; dat was inwendig. Uitwendig biold hij zich goed en droog zijn lot met kalmte en waardigheid. Hij had den moed van een koel bloedig volhardend man: zonder dien moed zou bij nooit de positie hebben bereikt, die bij nu bekleedde. Ztjn vaste wil steunde hem tegen- ovor oen cynische wereld, welke hem zijn succes ;had benijd en hem een parvenu noemde. Hij zat Jin zijn bibliotheek met de courant open voor «ich maar bij las geen woord. In den geest i.Wiis hij elder3. Zijn gee^t vertoefde in de ka mer boven, waar Laurie lag, en hij uitte een WMiUge«i?pt4e« gebed voor mya jongen, mija Jongen;" Dio voorden herbaalden zich voortdu rend in zijn brein: „mijn jongen, mijn jongen!" en zij behelsden een bede tot God, in wion deze flegmatische, ongevoelige Engolschman vast ge loofde als een onveranderlijke instelling in hel heelal, wier speciale roeping het was to luiste ren naar de leden van de Kerk van Engeland, die in nood verkeerden. Deze stilzwijgendo bede om hulp werd verbroken door het binnentreden van Hoskins, die fluisterde: „Inspecteur Law- son vraagt u te spreken, mijnheer." „Laat hem binnen," beval mijnheer Pridliam. De inspecteur kwam dc kamer in met hel zelfvoldane gezicht van een man, dio een taak, wclko hij zichzelf heeft opgelegd, heeft tea uit voer gebracht. Mijnheer Pridliam gordde zich aan lot het ondorhoud en grootte hem vriendelijk. „Gooden morgen, inspecteur. Heeft u eenig nieuws van belang? Eonig nieuw licht voor dc zaak?" „Ja, mijnheer, en wel helder, scherp licht, tot mijn grooto vreugde. Ik was bang, dat wij vast zaten, maar er is een geheel onverwachte uitkomst, waar wij rekening mee moeten hou den. Het schijnt, dat mijnheer Maulcverer het vermoorde meisje gekend heeft en haar brieven heeft geschreven." „U zegt toch niot, dc jongo Maulcverer ik denk, dat dit een vergissing moet. wezcp; hij lijkt volstrekt niet het soort jongmensch Daarenboven, het meisje had een goeden naam; hot was een fatsoenlijk meisje, nietwaar?" „O, ja, mijnbeer, daar hooft u gelijk in. Lis- beth Baintan was een goed, fatsoenlijk meisje maar brave meisjes worden ook verliefd, en een jongmensch als mijnheer Theodor Maulcve rer kan een dwaasheid doen en er later berouw van bobben. In allo geval, wij hebben een stel lig bewijs, dat bij aan Jdsbeth schreef een couvert, &aq haar geadresseerd, werd in do hut gevonden en hot was zijn handschrift. Ik hob het bij zijn Lordschap zelf gebracht en gevraagd of hij het herkende. Hij zei, dat, als hij zich niet vergiste, hot door zijn zoon geschreven was. Het postmerk is Fleet jen de datum 7 Juli de datura van den moord" Mr. Pridliam zat den inspecteur aan to kij ken, maar hij was zoo verstandig niets te zeg gen. Dit was een nieuw gezichtspunt. Lawson stond met do handen op den rug op zijn hielen te draaien, zich langzaam heen en weer bewe gende, terwijl hij zonder uitdrukking staarde naar de toppen der boomen in dc verlc. Eindelijk kon .mijnheer Pridliam woorden vin den: „En welke meening heeft u zich gevormd aangaande dien brief?" vroeg hij op een ontoo- schiotelijken toon, die den indruk moest geven, dat do zaak geen persoonlijk belang voor hem had. „Mijn meoning is, dat mijnheer Maulcverer het gemakkelijk gevonden heeft naar Londen tc gaan.cn daar to blijven. Hij wil liever niet on dervraagd worden omtrent de zaak, indien zich soms cenigc moeilijkheid mocht voordoen." „Zoor vreemd, zeer vreemd," mompelde mijn heer Pridliam; „maar heeft men mijnheer Mau- leverer ooit met dat meisje gezien?" „Hot was bekend, dat zij een bewonderaar had, oen heer. Een jongen uit het dorp, die ge woonlijk in liet kanaal zat te visscheii, zag hen 's avonds aan den oever van het kanaal bij el kaar komen. Hij heeft het gezicht van dien heer nooit duidelijk gezien, maar hij beschrijft hem als lang en flink van gestalte, met een eigen aardige, temerige slem, die hij overal zóu her kennen. U kent mijnheer Maulovercr zelf, mijn heer, u kunt dus oordeelen of die beschrijving bij hem past. Men heeft mij gezogd, dat hij een vadzige, langzame manier van spreken heeft, alsof het hem bijna te veel moeite was om een woord to z§gg(M>m- „Hm!" was de cenigo opmerking van den toe hoorder. „U zou mij veol genoegen doen, mijnheer, mij to zeggen of het waar is, dat mijnheer Maule- verer hier 7 Juli gedineerd heeft." „Ja, zeker, dat is zoo, hij is vroeg weggegaan, om tien uur ongeveer omdat mijn zoon dien avond terugkeerdo naar de stad en hij zijn avondkostuum nog moest verwisselen voor an dere kleedercn." „Om tien uur ongeveer niet later?" „Neen. Wij presenteerden hem met de autc to laten wegbrengen, als mijn zoon naat hot station ging, maar liij wou liever loopen. Ghe- vening Rise is hier geen mijl vandaan, hij moet dus al lang thuis geweest zijn voordat dit droe vige treurspel werd afgespeeld." Mr. Pridliam trommelde met do punten van zijn nagels- op de tafel, die voor hom stond, op een meesstorachtigo manier, omdat hij die'zaak nu eens goed uitgemaakt had. Maar do inspec teur kuchlo alleen licel bescheiden en zacht voordat hij sprak: „Hij had thuis kunnen zijn maar het blijkt duidelijk, dat dit niet zoo was. Ik heb gisteren bij den knecht op Glieve- ning geïnformeerd en hij zei, dait de jonge mijn heer niet lang na elf uren was thuis gekomen een kwestie van een uux dus van hier naar Chevoning Rise!" Mr. Pridham zag den inspecteur met ernstige afkeuring aan. Dat ging te ver, een knecht te ondervragen hoe laat do erfgenaam van Lord Brismain uitging of thuis kwam. „Dan is mijnheer Maulcverer waarschijnlijk een wandeling gaan doen. Het was een mooio avond en jongo menschen houden van bewe ging" „TT heeft volko/non gelijk, mijnheer, volkomen golijk. Hij is zeker een wandeling gaan doen J&Dgd hei kanaal en diofct bjt den hoek, vaat zijn laarzen waren nat en vol slijk en modder ton minste, volgens don knecht." Op dat oogenblik werden dc hoeren gestooid door Hoskins, die op diplomatiek fluisterenden toon, vlak bij zijn meestor, aankondigde: „Mr. Frank Merry vraagt u te spreken, mijnheer, voor een gewichtige zaak." HOOFDSTUK "XVII. Zeventien.... Een rozeknop met kleine scherpe dorens en zoo lief als de Engelsche lucht haar kan maken. Mijnheer Pridham'e gezicht bleef onverstoor baar. Hij was verschrikt door do mededeclmg van den huisknecht, maar gaf geen teeken vod verrassing. Hij gaf cor den indruk aan do tweo personen, dio tegenwoordig waren, dat de heer Frank Mcrry op zijn verzoek was gekomen „Vraag mijnheer Merry binnen to komen," zei hij. En zich tot den inspecteur wendende: „U heoft zekor wol gehoord van den agent van he' Detectivc-Buroau, den heer Merry? Misschien kent u hem wel!" Een zeldzaam glimlachje straalde op Law- son's gelaat. „Ik ken hom zeer goed; hij heeft dikwijls samengewerkt met de politie in dc Yard. In hot begin van zijn carrière is hij bij dc politio geweest. Hot is een genot een man van zooveel bekwaamheid to ontmoeten." Met Lichten, vluggen tred kwam de lieer Frank Merry binnon. Men had hem kunnen aanzien voor een landedelman, die veol aan sport doet Zijn rood, gladgeschoren gezicht had niots eigenaardigs om do aandacht te trekken, behalve dat de grijzooogen, klein on bescha duwd door zwaro wenkbrauwen, een weinig moeilijk te begrijpen wafon. Zij zagen alle®. Manier aichzölf te openbaren. iWordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 1