Nederland se de Oorlog.
Wo. 17553.
LËIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 19 Met.
Tweede Blad. Anno 1917.
In-het Engelsche Lagerhuis over
Von Bethmann's standpunt.
FEUILLETON.
DE KLIMOP.
SE
x
In tiofc Lagerhuis heeft; de socialist
Snowden een resolutie voorgesteld van den
volgenden inhoud:
Heb Huis begroet met instemming do
verklaring van de democratisch© regeering
van Rusland, waarin allo plannen voor
imperialistisch© verovering en gebiedsuit
breiding worden gewraakt."
Do resolutie werd ondersteund door Lees
Smith, die verklaarde, dat hij voor gcon
annexatie en geen schadevergoeding was.
JRamsay Mae Donald betoogde, dat stap
pen dienden te worden gedaan om zich te
vergewissen van hot standpunt Van Rus-
tand. Indion wij onze sympathie voor het
nieuwo Rusland toonden, zou cr geen ge-
vaar voor bestaan dat Rusland^ het tsaris-
me zal vervangen door hot keizerisme.
Rod© van lord Cecil-
Do blokkade-minister lord Robert Ceeil,
antwoordde voor de regeering. Hij zeide
tiet te betreuren, dat do kwestio aan do
1 ©rde was gesteld als amendement op do
Consolidated Fund Bill, en dus moest wor
gden verworpen, wilden do zaken van het
land kunnen worden voortgezet. Men heeft
"tiicr oen amendement, vervat in bewoordin
gen, dio zijn ontleend aan verklaringen van
den Russisclien raad van Arbeiders cn Sol
daten. Hot moet door heb Huis worden ver
worpen cn dat zou in Rusland ccnige moei
lijkheden kunnen veroorzaken wanneer de
zaak daar bekend wordt.
Wij zijn in dezen oorlog gegaan zeide
Cecil zonder ecnig plan op imperialisti
sch© verovering of gebiedsuitbreiding. Toen
wij in dezen oorlog gingen dacht daaraan
geen enkel Britsch onderdaan. Niemand
verlangt iet© in den zin van een inporialis-
tische verovering of gebiedsuitbreiding.
Sprekende over de socialisten in Italië,
«eide minister Cecil, dat hij het een totale
dwaling achtte, to veronderstellen, dat de
meerderheid der Italiaanscho socialisten tot
de pacifisten behoort.
Wat aangaat de Duitsche socialisten,
neido Cecil, dat Snowden heel zeker scheen
to zijn van wat precies hun politiek was.
'Al wat hij, Cecil, omtrent de mècrder-
feoid der Duitsche socialisten wist, was, dat
«ij hadden geweigerd om zelfs do ergste
gruwelen, die bedreven waren, te veroor-
tleelen, dat zij zelfs niet togen iets zóó ergs
als de Armenische moorden hadden ge
protesteerd. Hij voor zich zag geen reden
om, voorzoover het hun openbaar optre
den betrof, een onderscheid te maken tus-
schen wat zij, de Duitsche socialisten, had
den gedaan en gezegd en wat was gedaan en
gezegd door het overige deel van het Duit-
t scho volk.
Zijn rede voortzobtende, zcido Cecil, dat
Snowden nog een ander© opmerking had
gemaakt. Deze had als zijn meening te ken
nen gegeven, dat de overeenkomst betref
fende de verkrijging van Konstantinopel
door Rusland' de oorzaak was geweest van
de Russische revolutie. Volgens Cecils op
vatting zou men niets belachclijkcrs kunnen
bedenken.
Voorts bad Snowden twee vragen gesteld
aan de regoering. Do eerste was, of de
oude verdragen, die met Rusland waren ge
sloten cn daarmee bedoelt hij, naar ik
begrijp, het verdrag, dat vóór de revolutie
met Rusland was gesloten nog bindende
tcrachfc bezitten voor ons land. Welnu, die
bobben voor ons land nog bindende kracht,
daar valt niet aan te twijfelen.
Men heeft mij gevraagd: Aanvaarden wij
do politiek, die de nieuwe Russische regec-
cing verklaard heeft te zullen volgen? Ik
zal mijn best doen hierop antwoord te ge
ven, maar in de eerste plaats moet ik zeg
gen, dat ik buitengewoon verheugd was
van Ramsay Mac Donald oen zeer welspre
kende passage te hooren, waarin hij den
arbeid en de werkwijze derRussische re-
•volutionnaircn beschrijft. Mijn collega's
'die meer invloed hebben dan ik, hebben
^dikwijls de meenimg van de regeering om
trent de revolutie uitgesproken. Er is
r daaromtrent geen verschil in cenig deel
.van het Huis. Wat de toekomst Rusland
ook moge brengen, het zal in elk geval de
verdienste liebbcai dat het, to or zooveT een
buitenstaander kan oordeelen, op eenstem
mig verlangen van do geheel© bevolking en
iedere klasse der bevolking, een omwente
ling heeft tob stand gebracht, die veel min
der bloedfig is geweest dan ©enige bewe
ging, die er, ivat den omvang betreft, mee
vergeleken kan worden. Ik wil dit gaarne
duidelijk maken omdat bij het spreken hier
over mij een of andere uitdrukking zou
kunnen ontsnappen, die kritiek rou kun
nen lijken. Het is volkomen waar, dat do
uitdrukking, waarin men meent, dat de
nieuwe politiek gekristalliseerd is, deze zin
is; geen annexatie, geen schadevergoeding.
Over annexatie en
schade vergoed in g en.
Mac Donald zegt, dat het woord an
nexatie ©en onjuiste verklaring is of in elk
geval een volkomen verkeerde lezing van
wat er bedoeld is. Ik ben geneigd om, voor
zoover ik mij een oordeel kan vormen, het
mot hem eens te zijn maar het is goed na
te gaan wat een politiek van geen annexa
tie in wcrkeJijkheid zou beteekenen. Neem
Arabié, dat zich onafhankelijk van Tur
kije verklaarde. Ik weet niet of dat an
nexatie van gebied zou meebrengen. Geen
menschelijk wezen zou wenschen, dat wij
onze macht en invloed' zouden gebruiken
om Arabië opnieuw onder heb gezag van
Turkije to brengen. Neem Armenië. Van
1.800.000 Armeniërs, die er twee jaar gelo
den in het Ottomansche rijk waren, zijn er
1.200.000 vermoord of weggevoerd. Zij die
vermoord zijn, stierven, onder afschuwelij
ke martelingen. Sprekend over Palestina
en Syrië, las Cecil een rapport voor van
dr. Hoskyns, het hoofd van de Amerikaan-
aoho missie to Beiroet. Zijn beschrijving
van den toestand was ontstellend cn beves
tigt al onze rapporten. Het volk van den
Libanon en de Syrische Mohamedanen zijn
sedert acht maanden onderworpen aan een
volstrekt roekeloos terrorismo en zij ster
ven den hongerdood. Bij matige schatting
waren er in den Libanon 80.000 menschen
gedood.
Sprekende over Elzas-Lobharingcn zeide
Cecil: Gaat gij werkelijk zeggen, dat
Duitsohland, dat twee provincies van
Frankrijk afgenomen heeft, die niet terug
zal geven?
Neem Italia irredenta. Gaan wij werke
lijk zoover, dat wij onder geen omstandig
heden aan Italië de provincies willen terug
geven, die door Italianen bevolkt zijn? Ik
zou heb aannemen van korte misleidende
uitdrukkingen betreuren.
Wat het „geen schadevergoeding''- be
treft, hoe dan met België Za-l er geen
sohadevergoocLing voor België zijn?
SnowdenWij hebben steeds als hot
TOornaamsto punt van olke schikking ge
vraagd het herstel van België, niet slechts
van de onafhankelijkheid, maar van alle
aangerichte schade.
Lord CecilHoe met Servië en hoe met
de noordelijke provincies van Frankrijk?
Moeten wij voor goed alle vergoeding voor
do vernietiging van vreedzame koopvaar
dijschepen door duikbooten -opgeven? Ik
ben stellig niet bereid dat te doen.
Er is in overweging gegeven, dat wij in
onderhandelingen behoorden te tredon. Te
oordeelen naar de redevoering van den
Duitschen kanselier is er van Duitscko
zijde zelfs geen geneigdheid aan te geven,
welke vredesvoorwaarden Duitschland be
reid zou zijn to aanvaarden. Voor zoover
ik zie, is, wat er nu in Duitschland ge
beurt, datgene wat cr bij elk© binnenla,ud-
sohe crisis in dat land de laatste 40 of 50
jaar gebeurde.
Het achtbaro lid zeide, dat de Russische
geest nu tot vrede geneigd was. llc ge
loof dat do geest van iedereen tot vredo
overhelt. Maar van do bondgenooten zijn
wij in elk geval besloten niet een vrede te
aanvaarden, die geen vrede is. Het moet
een duurzame vrede zijn. Het achtbaro lid
sprak warm over een plan voor een bond
van naties. Ik ben een -groot voorstander
van het denkbeeld van een bond van naties,
maar voor men kan hopen zulk ccn bond
te vestigen, vóór er zelfs in de meest opti-
mistischen geest de geringste verwachting
kan zijn omtrent zijn eucoes, moet er eerst
een gezonde, rechtvaardige vrede tot stand
gebracht zijn, berustend op rechtvaardigheid
ridderlijkheid, eerbied voor verplichtingen
en eerbied voor do zwakken.
E e d e y a n Asquith.
Asquith, die itfaans het woord nam, ver
klaarde, dat uit de meeste redevoeringen
bij dit debat geen scherp verschil was ge
bleken, doch een algemeene overeenstem
ming over de beginselen bij alle groepen
van het Huis. Het zou allerongelukkigst
zijn, indien door de verwerping van dit
amendement bij onze vrienden in Rusland
do indruk werd gewekt, dat er öp wélke
manier ook een vermindering was ingetre
den van de ontzaglijke sympathie, waarmee
wij den voortgang gadesloegen van do ge
denkwaardige resolutie, waarmee de Rus-
sischo democratie zichzelf heeft bevrijd
naar wij hopen op hechto en definitieve ma
nier.
De uitdrukking, waarover Cecil hoeft ge
sproken ,,gcen annexatie", die -in enkele
van deze Russische verklaringen schijnt
voor te komen, is wellicht door de gebrek
kigheid van den internationalen taalschat,
naar het mij toeschijnt, niet algemeen pre
cies beseft.
Er bestaan op zijn minst vier verschillen
de beteelcenisSen, in welke het woord goed
kan worden gebezigd.
In de eerste plaats zal er annexatie zijn,
indien de oorlog eindigt jn een duurzamen
en eervollen vredo, die bestaat in de bevrij
ding van do in slavernij gedompelde en on-,
derdrukte bevolkingen uit heb despotisme
en het lijden, waaronder zij tot dusver heb
ben gezucht.
De leden van de nieuwe Russischo regce-
ring zouden geen oogenblik protesteeren te
gen een annexatio, dio uitgevoerd werd
voor dab doel.
Een tweede soort van annexatie is niet
alleen rechtmatig, maar ook noodzakelijk
ter vereeniging van kunstmatig gescheiden
nationaliteiten. Het is voor dat doel niet
noodig aan te toonen, dat het afgescheiden
deel lijdt onder werkelijke verdrukking.
Neem het voorbeeld van Italia irredenta.
In do derde plaats zoo zeide Asquith
kan annexatie noodig zijn met het oogmerk
om do souverciniteib over gebied over te
dragen, welke overdracht noodzakelijk kan
wezen voor het in bezit houden van strate
gische posities, wier bezit kan gebleken zijn
noodig te wezen, niet voor agressieve doel
einden, maar met het oog op zelfbescher
ming en verdediging tegen een lateren aan
val.
Wanneer do Russische regcering er bij
ons op aandringt dab wij ons zullen aanslui
ten bij haar uitspraak tegen annexatie, dan
moet annexatie zijn bedoeld in do beperkte
opvatting der vierde beteekenis, welke
naar het mij voorkomt aan het woord kan
worden gegeven, n.l. verovering om de
wille van uitbreiding van grondgebied en
van politieke economische vergrooting.
Ik heb de redo van den Duitschen kanse
lier nïeb verbazing, teleurstelling en diep
leedwezen gelezen. Het schijnt mij toe, dab
die rede bewijst, dat na een binnenland-
schen strijd, waarin de partijen in Duitsch
land scherp tegenover elkaar stonden, zij,
die verantwoordelijk zijn "voor do leiding
der Duitsche politiek zich definitief hebben
afgewend van de raadslagen, ingegeven
door gematigdheid en gezond verstand,
cn dat zij besloten zijn tot hot eind te vol-
"hardon op hun slechten en noodlottigen
weg, dien zij voor drie jaren opzettelijk
waren opgegaan. Er is geen spoor van ver
mindering of verslapping. Zoo lang dat het
geval blijft, zouden wij ontrouw zijn aan de
zaak, die wij hebben omhelsd, en zouden
wij verraad plegen aan de nagedachtenis
van hen, die voor die zaak zijn gevallen en
hen dio stierven om die zaak te doen zege
vieren, indien wij aarzelden of maar oen
haarbreedte afweken van ons vaste besluit
om de worsteling voort to zetten, van onze
bereidheid om vrijwillige en gaarne do toe-
nomendo offers 'te brengen die zij zal
eischcn.
UIT OÏÏZB STAD.
STEUNCOMITÉ LEIDEN.
OORLOGSTOESTAND 1914.
STAAT van ONTVANGSTEN on UITGAVEN
©ver de «naand APRIL 1917.
Vorige opgave fV f 139101.83J4
Sedert ontvangen van:
Collecte dubbeltje of oeut f £12.6314
idem C39.59
idem M 195.25
idem 165.57
713.02/4
t 139314.8*
Kon. Nation. Steuncomité
bijdr, godemobiliaeerdoii f, 210.33
idem restitutio op huurb. e31.33
idem bijdrage u. rs3 m 23,—
454.96
f 140279 82
Seeds vermelde bijdragen
in de maand April f„ 100.—
f K:393.8
Uitgaven;
late tot 135o week... f 132926,57
135o tot 139slo week... 2863.66
135850.23
Saldo
t 4543.59
LEIDSCHE 8ESTUURDERSB0ND.
Opgavo van de week van 30 April tol S Mei 1517.
Totaal ledental 2600,
Wcrkloozo ledon li)
Aantal kinderen be
nedon do 16 jaar ll
Loonverlies por week f 100.79
Verg. y. d. Patroon. m
Vorg. v. Steuncomité
Uilk. Wcrbloozenkas 48.60
Loonverlies per weet
Gedeeltelijk werkloo
ss leden...
Aantal minder werk
uren per week...
Aantal kinderen be
nedon de 16 i aar
Loonverlies per week
Verg. v. den Patroon
Verg. v. Steuncomité
Uitk Werkloozonkas
f
t,
Loonvorlies per week
Aantal ondor Be
wapenon 238*)
Aantal kinderen be
neden de 16 Jaar KW
Loonvorlies per week f 3278.13*
Verg. v.' den Patroon f 185.67
Verg. van het Rijk... „611.29
Verg. v. Steuncomité 9.25
805.21
Loonverlies per week
Totaal loonvorlieo.
w. betrokken 298 leden
Dit getal wordt gevormd door:
Gehuwden cn kostwinners, welke vergoeding
ontvangen W
Werkzaam bij Gemccnto. Rijk en Spoorweg-
Maatschappij 19
Origehuwden. jvolke geen loon en geen ver
goeding ontvangen m 190
Totaal m. 288
DIT ONS LAND.
Kaarsen cn Schemerlichten.
Do toewijzingscommissie voor kaarsen,
schemerlichten en dergelijke vestigt cr de
aandacht op, dat onder kaarsen ook worden
verstaan vet- en waskaarsen, zoodat de toe
wijzing van deze artikelen ook door boven
genoemde commissie moet geschieden.
Israëlitische dienstplichtigen.
De minister van oorlog heeft bepaald, dat'
Israëlietische dienstplichtigen der lichting
1913, dio daartoe tijdig hun verlangen te
kennen geven, worden toegewezen aan
korpsen of onderdeelen in groote garni
zoensplaatsen, zooals Amsterdam, 's-Gra-
venhago,, Amersfoort, Assen, Groningen,
Leeuwarden. Haarlem, Utrecht, Arnhem,
Nijmegen, Leiden, Breda, 's-Hertogen-
bosch, Borgen-op-Zoom, Middelburg en
Viissingea, immer voor zooveel die toewij
zing is overeen te brengen met de bepalin
gen en den indèelingsstaat Yoor die lich
ting.
Uit don dood opgestaan.
"Te Vlissingen kwam gisteren aart de 23-ja-*
rige zoon van don Belgischen loods Wccmaes^
wonende aldaar, die in November 1914 aaa
don Yser door niet minder dan 16 kogels ge
troffen werd, negen in het boen en zeven in
in het hoofd.
Dc jongeman werd voor dood opgenomen
en zou begraven'worden, toen men ontdekte,
dat hij nog leven vertoonde^ Van hot front
werd hij over Galais en Dover naar Birming
ham verroerd, waar hij reeds een week in het'
hospitaal lag, alvorens bij kennis te komen*
Nu eerst, twee en een half jaar later, bon de"
man, alleen door uiterst voorzichtige zorgen
van de Engelsche gcncesheeren en na het on
dergaan van vijf operaties naar Nederland te-
rugkeeren. Wel heeft hij een glazen oog,
maar zijn geheclen toestand viel zeer mede*
- Toen aldaar gistermiddag te halfeen be
richt kwam van zijn aankomst te halfvicr,
had het Belgisch loodswezen direct voor een
bloemenhulde gezorgd, die bij aankomst van
don trein door een deputatie aan den held
yan den Yser werd aangeboden, („Tel,")
Kinderen uit het buitenland.
De minister van binncnlandsclic zaken
heeft o.a. bepaald, dat comités, die thans nog
niet kinderen uit het buiL-nland lieten over
komen, alleen met zijn goedkeuring kinderen
in Nederland mogen brengen; dat een comi
té niet meer dan één groep kinderen per dag
mag doen overkomen, en een groep uit niet
meer dan 200 kinderen mag bestaan.
Onze visscherij.
Naar wij vernemen zal van uit Ylaardin-
gen een commissie van drie lcdeu naar Ber
lijn vertrekken, ten einde aldaar met de
Duitsche regeering over de belangén der
visscherij te confereeren.
Distributicwot.
De minister van Landbouw hoeft be
paald dat in de lijst van artikelen, vastge
steld in zijn beschikking van 9 September,
aangewezen ingevolge art. 1 der Distribu-
tiewet 1916, is geschrapt liet artikel turf.
Heien en Kolenschaarsclrte.
Men schrijft aan de ,,N. It. Ct."
Nu de kolen schaarsch cn duur zijn, ruimt
bij het heien dc locomobiel weer hot veld
voor rnenschekracht. In Den Haag heb ik
voor het bouwen van een huis op do ouder-
wetsche manier can ploeg mannen aan da
touwen het heibloic zien hanteeren. Alleen
ontbrak nog dc zangerige deun. die vroe
ger, in Amsterdam althans^ het werk bege-
leiddo^
Invoer zoetwatervisch in Engeland.
Do minister van Landbouw brengt ter
kennis, dat blijkens bericht van den consul-
generaal te Londen de Controller of
food" den verkoop in Engeland heeft ver
gund van zoeterwatcrvisch, waarvan da
,,Fismongers Companj'" verklaart, dat
deze gedurende den Engelschen gesloten,
tijd is ingevoerd uit het buitenland, of uit
Ierland of Schotland.
Formulieren van de voor. dien invoer te*
bezigen certificaten van oorsprong zijn to
bekomen aan het bureau van de visschcrij-
inspectie, Van Galcnstraat 4143.
Er zij echter ten overvloede de aandacht
op gevestigd, dat hier to lande ingevolge
de Visscherijwct het vervoeren, invooren,
uitvoeren in opslag hebben van barbeel,
blankvoorn, brasem, kolblei, meun, ruisch-
voorn, sneep, snoekbaars, winde en zeelt ia
verboden too 1 Juni cn van karper tot l
Juli.
Koman naar het Ilaliaansch van
my
ID
GRAZIA DELEDDA.
Zij begreep, dat de jongen bcloedigd zou zija,
•Indien zij het bord nicl aannam cu zij ant-
>oorddc vriendelijk:
„Goed dan, wikkel dat in ccn doek, ik zal
ihet meenemen naar liuis." i
„Voor wie? Voor 'jouw GaiUinc?"
„Haar Gantine? Hier komt hij aan!" riep
oom Gasligu.
Do jonge kueclit kwam inderdaad op dat
oogenblik binnen, In feestdos, het roode kclirs-
lijf met blauw omboord, glad geschoren, inct
glimmend haar, over de ooren glad gestreken
als een zwart satijnen muls, zag Gantine er
nog aardiger uit dan gewoonlijk cn Anncsa zag
,Jicm aan met bijna moederlijke leederhcid.
„Ik heb gehoord, dal je hier waart," zei hij
net niet verborgen jaloezie. „Laten wc buiten
gaan. Kom, donna Rachelc wacht op je; ze
lieeft je noodig.
Do woorden waren eenvoudig, niaar dc slem
was buitengewoon bitter.
Wat scheelde Gantine? Hij leek bedroefd en
mistroostig en Anncsa raakte van haar stuk
maar zij wist te veinzen, als gewoonlijk en deed
zelf alsof zij belcedigd was.
„Donna Rachelc weet, wannéér ik terug moet
komen, zei rc langzaam^ ,,Ik zal naar buis
gaan, wanneer ik wil."
»«Tc gaat dadelijk met me mee," herhaalde
Gantine, bleek wordend. „Oom Gastigu, zeg u
Aï ja X
hot haar."
„Gantine is jalocrsch!" riep spottend dc jou-
gen met dc schaal uit „Ga, schoon meisje, ga.
Hij zal amandclkocken voor je koopen. In elk
geval, je hebt ongelijk, Gantine. Wij zijn alle
maal li;reders hier, wij zijn geen vreemdelin
gen, cn niemand probeert om je jc duifjo te
ontnemen.
„Broeders? Van jo familie moet jc 't hobbon!"
antwoorddo Gantine; maar hij scheen spijt te
bobben van zijn gezegde en lachto gedwongen.
Anncsa beefde, maar zij deed of zij de woor
den van haar verloofde niet gehoord had.
„Kom, Roza, geef me jo handje. Oom Casli-
gu, zeg tegen Paulu, dat we al weg zijn ge
gaan, als hij soms naar Roza vraagt."
Zij ging naar buiten door een klein 'deurtje
achter in dc broodkamer en Gantine ging met
baar mee. Het was heel eenzaam dien kant uit;
alleen cenigc bodelaars lagen, daar tussclien dc
rotsen en liet struikgewas én alen het brood en
het vleescb, dat dc president bad doen uildcc-
,lcn. Juist op dat plekje, waar het bergpaadje
begon, was dc blindeman gestorven, die met
Annesa op het dorp was gekomen Zij herin
nerde zich niets van liet geheimzinnige feit,
maar eiken keer, dat zij daar voorbij moest ko
men, zag zij in haar verbeelding den ouden bo
delaar dood liggeu; zij had oen gevoel van
angst en vernedering cn zei in zichzelf:
„Hij beeft mij hierheen gebracht cn hier aeli-
ter gelaten, terwijl hij me ergens anders had
kunnen brengenDan was ik een bedelaar
ster, een cclite dienstmeid geweest; maar ik zou
minder hchboji geleden. Tocli'.
Toch kon zij zich' per slot van rekening liet
loven niet anders denken, zonder Paulu, zon
der l<?cd, zonder hartstocht,"-
„Ik werd ct voor geboren-
Toen zij dien dag met Gantine en Roza voor
bij het plckjo liep, waar de oude man gestor
ven was, voelde zij zich nog meer dan andere
treurig cn vernederd; zij liep haastig voorbij en
keek in do verte, met onzckcren blik, met haar
gowono masker, van minachtende treurigheid.
Gantino haalde baar in, ging naast baar loo-
|)cn on staarde haar aan.
„Anna," zei bij bijna smeekend, „wees niet
zoo boos. Vergeef me, Anna, ik heb hot ora
jouw bestwil gedaan. Je-weet toch wol, dat dc
vrouwen niet daar gaan, waar do mannen zijn,
of zo gaan er met hun ochtgenoot of hun broe-
'ders."
„Ik ben naar binnen gegaan met don Paulu."
„Juist, hij is noch jc man, noch je broeder,"
hernam do jongen zuchtend.
„Mijn vrienden hebbeu jelui samen gezien eri
zij hebben gefluisterd. Dc mensclicn zijn kwaad
denkend, Anna!"
„Wat een nieuwtje!" riep zij sarcastisch uit.
Zij liep toen weer haastig door, bet zware kind
achter, zich trekkend. Zij keerden den hoek cm
en bevonden zich weec bij den amandclkoeken-
verkooper.
Verderop stond de arme gast, 'die bij Hen
tluiis logeerde, zijn leidsels cn zijn sporen ten
toon stellend op een ouden knapzak, op den
grond als een kleed uitgespreid. Toen hij Gan-
liiTc zag. lachto hij en wuifde hom goeden dag.
„Zoo," zei do jonge knecht, nader komend,
„heb jo misschien een leidsel voor een onge
temd veulen?" En beiden zagen Anna aan en
lachten".
,,rAnna,' vroeg Gantine, „mag ik" je ccn pond
amandelkoeken aanbieden?"
„Veulens eten geen amandelkoct," zei zc 'ge
rustgesteld.
Gantine zei nog iets, maar hij" werd overstemd
'door don oorverdoovenden klank van 'de trom.
die plotseling bijna luguber iu dc stilte weer
klonk. v - u 2 cl
Do omroeper verkondigde, met zijn bcescbe
on hooge predikersstem, dat do barddraverij
te vijf uren des middags zou beginnen.
„Eersto prijs, twintig liro in zilver, en eèu
deken van fijn brocaat; twoede prijs, tien liro
in zilvor cn een zijden zakdoek
Een meniglo straatjongens stonden om den
omroeper heen cn plaagden Hem: één van hen
durfdo zelfs op de trom 6laan met een stokje.
„Derdo prijs, een zilveren vijf-lüe-sluk en
een splinternieuw© sardijnsche baret, jon
gens, ga weg, anders geef ik je zooveel schop
pen, dat jo niet weet waar jo naar loc vliegt!"
Tegen drie uren 's middags, toen Annesa door
'de gang liep, zag zij in dc halfgeopende deur
priester Virdis; met haar lichten cu zaclilcn
tred liep zij den ouden pastoor te gemocl en
terwijl zy dc deur wijd open deed, lachte zij
hem toe, zooals zij het nooit gedaan had.
De zon, die op den voorgevel van het oude
huis schitterde, verlichtte heel het kleine, etille
slraaljo, drong in do gang cn verguldde het
bleek gelaat van Annesa.
Do priester keek baar doordringend aan,
sloeg haar op don arm met een blauw-en-roodcn
zakdoek, dien hij altijd in de hand hield, cn
vroeg haar:.
„Wel, waar denk je aan? Je bent bleek,
vrouwtje. Ben jo ziek?"
„Ik? llc ben nooit zoo gezónd geweest, beste
priester VirdisI Kom binnen, kom binnen."
Zij keerde zich om en ging de deur open doen,
waar de oude, zieke man lag.
De priester liep door, ging naar binnen en
keek om zich heen.
Oom Zua leek ingedommeld to zijn? maar
zoodra bij den priester bemerkte, werd bij wak
ker cn onrustig.
„En do anderen? Hoe 'gaat het, oom Zua?1?,
„Don Simono is uitgegaan; oom Cositnu en
donna Rachelc zijn in den moestuin: Zal ik
hen roepen, priester Yirdis?" vroeg Annesa
beleefd. Maar zij zag al .dadelijk, clal oom Zua
onrustig was cloor het bezoek van den priester,
en hot speet haar, die vraag gedaan te h.tihen.
„Nu ga ik ze roepen; ga zitten."
„Annesa! Trek op dit kussen!" bevat dc zieke
man.
Zij schikte de lqisscns, terwijl do priester
naast het bed ging zitten en zich liet zweet van
het hoofd on den hals met den bewustcn rood-
blauwen zakdoek afveegde
„Hè! Ik ben doodmoe! Heb jelui gasten,
Annesa?"
„Ja, mijnbeer, twee, een rijken grondbezitter
en een koopman in leidsels en sporen. Zijn
de kussens zoo naar uw zin, oom Zua9"
„Ja, ga weg!" antwoordde op* barden toon do
zieke man.
Zij verwijderde zich en de priester zag, dat
hot gelaat van oom Zua nog somberder, nog
wantrouwendor en leelijker was geworden.
„Och! Och! Wat zijn er hier veel vliegen!
Annesa^ Waarom sluit je dc blinden niet ccn
woinig?,r
Anncsa deed de luiken half dicht, ging' naar
builen en bleef bij de deur stilstaan, voor ecni-
go «ogenblikken hoorde zij niets anders dan liet
blazen van den priester en de hijgende zuchten
van den zieke. Het was cm .-dochi teeken, aU
oom Zua op die overdreven wijtj zuch'4*. Fj
priester Virdis wist het wel. r"
Eindelijk vroeg de oude 2ick~r-: :1L-
„Waarom bezD^kt u mij nu op dit 'Tïïr? ïTooff
u goed feest -gevierd, vader Virdis?"
„Het feest is nog niet uit, Zua. Nu komen
nog do processie, de harddraverijen en bet a&-
genen.*
(Worèit veceslgd).