Nederland se de Oorlog. Wo. 17553. LËIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 19 Met. Tweede Blad. Anno 1917. In-het Engelsche Lagerhuis over Von Bethmann's standpunt. FEUILLETON. DE KLIMOP. SE x In tiofc Lagerhuis heeft; de socialist Snowden een resolutie voorgesteld van den volgenden inhoud: Heb Huis begroet met instemming do verklaring van de democratisch© regeering van Rusland, waarin allo plannen voor imperialistisch© verovering en gebiedsuit breiding worden gewraakt." Do resolutie werd ondersteund door Lees Smith, die verklaarde, dat hij voor gcon annexatie en geen schadevergoeding was. JRamsay Mae Donald betoogde, dat stap pen dienden te worden gedaan om zich te vergewissen van hot standpunt Van Rus- tand. Indion wij onze sympathie voor het nieuwo Rusland toonden, zou cr geen ge- vaar voor bestaan dat Rusland^ het tsaris- me zal vervangen door hot keizerisme. Rod© van lord Cecil- Do blokkade-minister lord Robert Ceeil, antwoordde voor de regeering. Hij zeide tiet te betreuren, dat do kwestio aan do 1 ©rde was gesteld als amendement op do Consolidated Fund Bill, en dus moest wor gden verworpen, wilden do zaken van het land kunnen worden voortgezet. Men heeft "tiicr oen amendement, vervat in bewoordin gen, dio zijn ontleend aan verklaringen van den Russisclien raad van Arbeiders cn Sol daten. Hot moet door heb Huis worden ver worpen cn dat zou in Rusland ccnige moei lijkheden kunnen veroorzaken wanneer de zaak daar bekend wordt. Wij zijn in dezen oorlog gegaan zeide Cecil zonder ecnig plan op imperialisti sch© verovering of gebiedsuitbreiding. Toen wij in dezen oorlog gingen dacht daaraan geen enkel Britsch onderdaan. Niemand verlangt iet© in den zin van een inporialis- tische verovering of gebiedsuitbreiding. Sprekende over de socialisten in Italië, «eide minister Cecil, dat hij het een totale dwaling achtte, to veronderstellen, dat de meerderheid der Italiaanscho socialisten tot de pacifisten behoort. Wat aangaat de Duitsche socialisten, neido Cecil, dat Snowden heel zeker scheen to zijn van wat precies hun politiek was. 'Al wat hij, Cecil, omtrent de mècrder- feoid der Duitsche socialisten wist, was, dat «ij hadden geweigerd om zelfs do ergste gruwelen, die bedreven waren, te veroor- tleelen, dat zij zelfs niet togen iets zóó ergs als de Armenische moorden hadden ge protesteerd. Hij voor zich zag geen reden om, voorzoover het hun openbaar optre den betrof, een onderscheid te maken tus- schen wat zij, de Duitsche socialisten, had den gedaan en gezegd en wat was gedaan en gezegd door het overige deel van het Duit- t scho volk. Zijn rede voortzobtende, zcido Cecil, dat Snowden nog een ander© opmerking had gemaakt. Deze had als zijn meening te ken nen gegeven, dat de overeenkomst betref fende de verkrijging van Konstantinopel door Rusland' de oorzaak was geweest van de Russische revolutie. Volgens Cecils op vatting zou men niets belachclijkcrs kunnen bedenken. Voorts bad Snowden twee vragen gesteld aan de regoering. Do eerste was, of de oude verdragen, die met Rusland waren ge sloten cn daarmee bedoelt hij, naar ik begrijp, het verdrag, dat vóór de revolutie met Rusland was gesloten nog bindende tcrachfc bezitten voor ons land. Welnu, die bobben voor ons land nog bindende kracht, daar valt niet aan te twijfelen. Men heeft mij gevraagd: Aanvaarden wij do politiek, die de nieuwe Russische regec- cing verklaard heeft te zullen volgen? Ik zal mijn best doen hierop antwoord te ge ven, maar in de eerste plaats moet ik zeg gen, dat ik buitengewoon verheugd was van Ramsay Mac Donald oen zeer welspre kende passage te hooren, waarin hij den arbeid en de werkwijze derRussische re- •volutionnaircn beschrijft. Mijn collega's 'die meer invloed hebben dan ik, hebben ^dikwijls de meenimg van de regeering om trent de revolutie uitgesproken. Er is r daaromtrent geen verschil in cenig deel .van het Huis. Wat de toekomst Rusland ook moge brengen, het zal in elk geval de verdienste liebbcai dat het, to or zooveT een buitenstaander kan oordeelen, op eenstem mig verlangen van do geheel© bevolking en iedere klasse der bevolking, een omwente ling heeft tob stand gebracht, die veel min der bloedfig is geweest dan ©enige bewe ging, die er, ivat den omvang betreft, mee vergeleken kan worden. Ik wil dit gaarne duidelijk maken omdat bij het spreken hier over mij een of andere uitdrukking zou kunnen ontsnappen, die kritiek rou kun nen lijken. Het is volkomen waar, dat do uitdrukking, waarin men meent, dat de nieuwe politiek gekristalliseerd is, deze zin is; geen annexatie, geen schadevergoeding. Over annexatie en schade vergoed in g en. Mac Donald zegt, dat het woord an nexatie ©en onjuiste verklaring is of in elk geval een volkomen verkeerde lezing van wat er bedoeld is. Ik ben geneigd om, voor zoover ik mij een oordeel kan vormen, het mot hem eens te zijn maar het is goed na te gaan wat een politiek van geen annexa tie in wcrkeJijkheid zou beteekenen. Neem Arabié, dat zich onafhankelijk van Tur kije verklaarde. Ik weet niet of dat an nexatie van gebied zou meebrengen. Geen menschelijk wezen zou wenschen, dat wij onze macht en invloed' zouden gebruiken om Arabië opnieuw onder heb gezag van Turkije to brengen. Neem Armenië. Van 1.800.000 Armeniërs, die er twee jaar gelo den in het Ottomansche rijk waren, zijn er 1.200.000 vermoord of weggevoerd. Zij die vermoord zijn, stierven, onder afschuwelij ke martelingen. Sprekend over Palestina en Syrië, las Cecil een rapport voor van dr. Hoskyns, het hoofd van de Amerikaan- aoho missie to Beiroet. Zijn beschrijving van den toestand was ontstellend cn beves tigt al onze rapporten. Het volk van den Libanon en de Syrische Mohamedanen zijn sedert acht maanden onderworpen aan een volstrekt roekeloos terrorismo en zij ster ven den hongerdood. Bij matige schatting waren er in den Libanon 80.000 menschen gedood. Sprekende over Elzas-Lobharingcn zeide Cecil: Gaat gij werkelijk zeggen, dat Duitsohland, dat twee provincies van Frankrijk afgenomen heeft, die niet terug zal geven? Neem Italia irredenta. Gaan wij werke lijk zoover, dat wij onder geen omstandig heden aan Italië de provincies willen terug geven, die door Italianen bevolkt zijn? Ik zou heb aannemen van korte misleidende uitdrukkingen betreuren. Wat het „geen schadevergoeding''- be treft, hoe dan met België Za-l er geen sohadevergoocLing voor België zijn? SnowdenWij hebben steeds als hot TOornaamsto punt van olke schikking ge vraagd het herstel van België, niet slechts van de onafhankelijkheid, maar van alle aangerichte schade. Lord CecilHoe met Servië en hoe met de noordelijke provincies van Frankrijk? Moeten wij voor goed alle vergoeding voor do vernietiging van vreedzame koopvaar dijschepen door duikbooten -opgeven? Ik ben stellig niet bereid dat te doen. Er is in overweging gegeven, dat wij in onderhandelingen behoorden te tredon. Te oordeelen naar de redevoering van den Duitschen kanselier is er van Duitscko zijde zelfs geen geneigdheid aan te geven, welke vredesvoorwaarden Duitschland be reid zou zijn to aanvaarden. Voor zoover ik zie, is, wat er nu in Duitschland ge beurt, datgene wat cr bij elk© binnenla,ud- sohe crisis in dat land de laatste 40 of 50 jaar gebeurde. Het achtbaro lid zeide, dat de Russische geest nu tot vrede geneigd was. llc ge loof dat do geest van iedereen tot vredo overhelt. Maar van do bondgenooten zijn wij in elk geval besloten niet een vrede te aanvaarden, die geen vrede is. Het moet een duurzame vrede zijn. Het achtbaro lid sprak warm over een plan voor een bond van naties. Ik ben een -groot voorstander van het denkbeeld van een bond van naties, maar voor men kan hopen zulk ccn bond te vestigen, vóór er zelfs in de meest opti- mistischen geest de geringste verwachting kan zijn omtrent zijn eucoes, moet er eerst een gezonde, rechtvaardige vrede tot stand gebracht zijn, berustend op rechtvaardigheid ridderlijkheid, eerbied voor verplichtingen en eerbied voor do zwakken. E e d e y a n Asquith. Asquith, die itfaans het woord nam, ver klaarde, dat uit de meeste redevoeringen bij dit debat geen scherp verschil was ge bleken, doch een algemeene overeenstem ming over de beginselen bij alle groepen van het Huis. Het zou allerongelukkigst zijn, indien door de verwerping van dit amendement bij onze vrienden in Rusland do indruk werd gewekt, dat er öp wélke manier ook een vermindering was ingetre den van de ontzaglijke sympathie, waarmee wij den voortgang gadesloegen van do ge denkwaardige resolutie, waarmee de Rus- sischo democratie zichzelf heeft bevrijd naar wij hopen op hechto en definitieve ma nier. De uitdrukking, waarover Cecil hoeft ge sproken ,,gcen annexatie", die -in enkele van deze Russische verklaringen schijnt voor te komen, is wellicht door de gebrek kigheid van den internationalen taalschat, naar het mij toeschijnt, niet algemeen pre cies beseft. Er bestaan op zijn minst vier verschillen de beteelcenisSen, in welke het woord goed kan worden gebezigd. In de eerste plaats zal er annexatie zijn, indien de oorlog eindigt jn een duurzamen en eervollen vredo, die bestaat in de bevrij ding van do in slavernij gedompelde en on-, derdrukte bevolkingen uit heb despotisme en het lijden, waaronder zij tot dusver heb ben gezucht. De leden van de nieuwe Russischo regce- ring zouden geen oogenblik protesteeren te gen een annexatio, dio uitgevoerd werd voor dab doel. Een tweede soort van annexatie is niet alleen rechtmatig, maar ook noodzakelijk ter vereeniging van kunstmatig gescheiden nationaliteiten. Het is voor dat doel niet noodig aan te toonen, dat het afgescheiden deel lijdt onder werkelijke verdrukking. Neem het voorbeeld van Italia irredenta. In do derde plaats zoo zeide Asquith kan annexatie noodig zijn met het oogmerk om do souverciniteib over gebied over te dragen, welke overdracht noodzakelijk kan wezen voor het in bezit houden van strate gische posities, wier bezit kan gebleken zijn noodig te wezen, niet voor agressieve doel einden, maar met het oog op zelfbescher ming en verdediging tegen een lateren aan val. Wanneer do Russische regcering er bij ons op aandringt dab wij ons zullen aanslui ten bij haar uitspraak tegen annexatie, dan moet annexatie zijn bedoeld in do beperkte opvatting der vierde beteekenis, welke naar het mij voorkomt aan het woord kan worden gegeven, n.l. verovering om de wille van uitbreiding van grondgebied en van politieke economische vergrooting. Ik heb de redo van den Duitschen kanse lier nïeb verbazing, teleurstelling en diep leedwezen gelezen. Het schijnt mij toe, dab die rede bewijst, dat na een binnenland- schen strijd, waarin de partijen in Duitsch land scherp tegenover elkaar stonden, zij, die verantwoordelijk zijn "voor do leiding der Duitsche politiek zich definitief hebben afgewend van de raadslagen, ingegeven door gematigdheid en gezond verstand, cn dat zij besloten zijn tot hot eind te vol- "hardon op hun slechten en noodlottigen weg, dien zij voor drie jaren opzettelijk waren opgegaan. Er is geen spoor van ver mindering of verslapping. Zoo lang dat het geval blijft, zouden wij ontrouw zijn aan de zaak, die wij hebben omhelsd, en zouden wij verraad plegen aan de nagedachtenis van hen, die voor die zaak zijn gevallen en hen dio stierven om die zaak te doen zege vieren, indien wij aarzelden of maar oen haarbreedte afweken van ons vaste besluit om de worsteling voort to zetten, van onze bereidheid om vrijwillige en gaarne do toe- nomendo offers 'te brengen die zij zal eischcn. UIT OÏÏZB STAD. STEUNCOMITÉ LEIDEN. OORLOGSTOESTAND 1914. STAAT van ONTVANGSTEN on UITGAVEN ©ver de «naand APRIL 1917. Vorige opgave fV f 139101.83J4 Sedert ontvangen van: Collecte dubbeltje of oeut f £12.6314 idem C39.59 idem M 195.25 idem 165.57 713.02/4 t 139314.8* Kon. Nation. Steuncomité bijdr, godemobiliaeerdoii f, 210.33 idem restitutio op huurb. e31.33 idem bijdrage u. rs3 m 23,— 454.96 f 140279 82 Seeds vermelde bijdragen in de maand April f„ 100.— f K:393.8 Uitgaven; late tot 135o week... f 132926,57 135o tot 139slo week... 2863.66 135850.23 Saldo t 4543.59 LEIDSCHE 8ESTUURDERSB0ND. Opgavo van de week van 30 April tol S Mei 1517. Totaal ledental 2600, Wcrkloozo ledon li) Aantal kinderen be nedon do 16 jaar ll Loonverlies por week f 100.79 Verg. y. d. Patroon. m Vorg. v. Steuncomité Uilk. Wcrbloozenkas 48.60 Loonverlies per weet Gedeeltelijk werkloo ss leden... Aantal minder werk uren per week... Aantal kinderen be nedon de 16 i aar Loonverlies per week Verg. v. den Patroon Verg. v. Steuncomité Uitk Werkloozonkas f t, Loonvorlies per week Aantal ondor Be wapenon 238*) Aantal kinderen be neden de 16 Jaar KW Loonvorlies per week f 3278.13* Verg. v.' den Patroon f 185.67 Verg. van het Rijk... „611.29 Verg. v. Steuncomité 9.25 805.21 Loonverlies per week Totaal loonvorlieo. w. betrokken 298 leden Dit getal wordt gevormd door: Gehuwden cn kostwinners, welke vergoeding ontvangen W Werkzaam bij Gemccnto. Rijk en Spoorweg- Maatschappij 19 Origehuwden. jvolke geen loon en geen ver goeding ontvangen m 190 Totaal m. 288 DIT ONS LAND. Kaarsen cn Schemerlichten. Do toewijzingscommissie voor kaarsen, schemerlichten en dergelijke vestigt cr de aandacht op, dat onder kaarsen ook worden verstaan vet- en waskaarsen, zoodat de toe wijzing van deze artikelen ook door boven genoemde commissie moet geschieden. Israëlitische dienstplichtigen. De minister van oorlog heeft bepaald, dat' Israëlietische dienstplichtigen der lichting 1913, dio daartoe tijdig hun verlangen te kennen geven, worden toegewezen aan korpsen of onderdeelen in groote garni zoensplaatsen, zooals Amsterdam, 's-Gra- venhago,, Amersfoort, Assen, Groningen, Leeuwarden. Haarlem, Utrecht, Arnhem, Nijmegen, Leiden, Breda, 's-Hertogen- bosch, Borgen-op-Zoom, Middelburg en Viissingea, immer voor zooveel die toewij zing is overeen te brengen met de bepalin gen en den indèelingsstaat Yoor die lich ting. Uit don dood opgestaan. "Te Vlissingen kwam gisteren aart de 23-ja-* rige zoon van don Belgischen loods Wccmaes^ wonende aldaar, die in November 1914 aaa don Yser door niet minder dan 16 kogels ge troffen werd, negen in het boen en zeven in in het hoofd. Dc jongeman werd voor dood opgenomen en zou begraven'worden, toen men ontdekte, dat hij nog leven vertoonde^ Van hot front werd hij over Galais en Dover naar Birming ham verroerd, waar hij reeds een week in het' hospitaal lag, alvorens bij kennis te komen* Nu eerst, twee en een half jaar later, bon de" man, alleen door uiterst voorzichtige zorgen van de Engelsche gcncesheeren en na het on dergaan van vijf operaties naar Nederland te- rugkeeren. Wel heeft hij een glazen oog, maar zijn geheclen toestand viel zeer mede* - Toen aldaar gistermiddag te halfeen be richt kwam van zijn aankomst te halfvicr, had het Belgisch loodswezen direct voor een bloemenhulde gezorgd, die bij aankomst van don trein door een deputatie aan den held yan den Yser werd aangeboden, („Tel,") Kinderen uit het buitenland. De minister van binncnlandsclic zaken heeft o.a. bepaald, dat comités, die thans nog niet kinderen uit het buiL-nland lieten over komen, alleen met zijn goedkeuring kinderen in Nederland mogen brengen; dat een comi té niet meer dan één groep kinderen per dag mag doen overkomen, en een groep uit niet meer dan 200 kinderen mag bestaan. Onze visscherij. Naar wij vernemen zal van uit Ylaardin- gen een commissie van drie lcdeu naar Ber lijn vertrekken, ten einde aldaar met de Duitsche regeering over de belangén der visscherij te confereeren. Distributicwot. De minister van Landbouw hoeft be paald dat in de lijst van artikelen, vastge steld in zijn beschikking van 9 September, aangewezen ingevolge art. 1 der Distribu- tiewet 1916, is geschrapt liet artikel turf. Heien en Kolenschaarsclrte. Men schrijft aan de ,,N. It. Ct." Nu de kolen schaarsch cn duur zijn, ruimt bij het heien dc locomobiel weer hot veld voor rnenschekracht. In Den Haag heb ik voor het bouwen van een huis op do ouder- wetsche manier can ploeg mannen aan da touwen het heibloic zien hanteeren. Alleen ontbrak nog dc zangerige deun. die vroe ger, in Amsterdam althans^ het werk bege- leiddo^ Invoer zoetwatervisch in Engeland. Do minister van Landbouw brengt ter kennis, dat blijkens bericht van den consul- generaal te Londen de Controller of food" den verkoop in Engeland heeft ver gund van zoeterwatcrvisch, waarvan da ,,Fismongers Companj'" verklaart, dat deze gedurende den Engelschen gesloten, tijd is ingevoerd uit het buitenland, of uit Ierland of Schotland. Formulieren van de voor. dien invoer te* bezigen certificaten van oorsprong zijn to bekomen aan het bureau van de visschcrij- inspectie, Van Galcnstraat 4143. Er zij echter ten overvloede de aandacht op gevestigd, dat hier to lande ingevolge de Visscherijwct het vervoeren, invooren, uitvoeren in opslag hebben van barbeel, blankvoorn, brasem, kolblei, meun, ruisch- voorn, sneep, snoekbaars, winde en zeelt ia verboden too 1 Juni cn van karper tot l Juli. Koman naar het Ilaliaansch van my ID GRAZIA DELEDDA. Zij begreep, dat de jongen bcloedigd zou zija, •Indien zij het bord nicl aannam cu zij ant- >oorddc vriendelijk: „Goed dan, wikkel dat in ccn doek, ik zal ihet meenemen naar liuis." i „Voor wie? Voor 'jouw GaiUinc?" „Haar Gantine? Hier komt hij aan!" riep oom Gasligu. Do jonge kueclit kwam inderdaad op dat oogenblik binnen, In feestdos, het roode kclirs- lijf met blauw omboord, glad geschoren, inct glimmend haar, over de ooren glad gestreken als een zwart satijnen muls, zag Gantine er nog aardiger uit dan gewoonlijk cn Anncsa zag ,Jicm aan met bijna moederlijke leederhcid. „Ik heb gehoord, dal je hier waart," zei hij net niet verborgen jaloezie. „Laten wc buiten gaan. Kom, donna Rachelc wacht op je; ze lieeft je noodig. Do woorden waren eenvoudig, niaar dc slem was buitengewoon bitter. Wat scheelde Gantine? Hij leek bedroefd en mistroostig en Anncsa raakte van haar stuk maar zij wist te veinzen, als gewoonlijk en deed zelf alsof zij belcedigd was. „Donna Rachelc weet, wannéér ik terug moet komen, zei rc langzaam^ ,,Ik zal naar buis gaan, wanneer ik wil." »«Tc gaat dadelijk met me mee," herhaalde Gantine, bleek wordend. „Oom Gastigu, zeg u Aï ja X hot haar." „Gantine is jalocrsch!" riep spottend dc jou- gen met dc schaal uit „Ga, schoon meisje, ga. Hij zal amandclkocken voor je koopen. In elk geval, je hebt ongelijk, Gantine. Wij zijn alle maal li;reders hier, wij zijn geen vreemdelin gen, cn niemand probeert om je jc duifjo te ontnemen. „Broeders? Van jo familie moet jc 't hobbon!" antwoorddo Gantine; maar hij scheen spijt te bobben van zijn gezegde en lachto gedwongen. Anncsa beefde, maar zij deed of zij de woor den van haar verloofde niet gehoord had. „Kom, Roza, geef me jo handje. Oom Casli- gu, zeg tegen Paulu, dat we al weg zijn ge gaan, als hij soms naar Roza vraagt." Zij ging naar buiten door een klein 'deurtje achter in dc broodkamer en Gantine ging met baar mee. Het was heel eenzaam dien kant uit; alleen cenigc bodelaars lagen, daar tussclien dc rotsen en liet struikgewas én alen het brood en het vleescb, dat dc president bad doen uildcc- ,lcn. Juist op dat plekje, waar het bergpaadje begon, was dc blindeman gestorven, die met Annesa op het dorp was gekomen Zij herin nerde zich niets van liet geheimzinnige feit, maar eiken keer, dat zij daar voorbij moest ko men, zag zij in haar verbeelding den ouden bo delaar dood liggeu; zij had oen gevoel van angst en vernedering cn zei in zichzelf: „Hij beeft mij hierheen gebracht cn hier aeli- ter gelaten, terwijl hij me ergens anders had kunnen brengenDan was ik een bedelaar ster, een cclite dienstmeid geweest; maar ik zou minder hchboji geleden. Tocli'. Toch kon zij zich' per slot van rekening liet loven niet anders denken, zonder Paulu, zon der l<?cd, zonder hartstocht,"- „Ik werd ct voor geboren- Toen zij dien dag met Gantine en Roza voor bij het plckjo liep, waar de oude man gestor ven was, voelde zij zich nog meer dan andere treurig cn vernederd; zij liep haastig voorbij en keek in do verte, met onzckcren blik, met haar gowono masker, van minachtende treurigheid. Gantino haalde baar in, ging naast baar loo- |)cn on staarde haar aan. „Anna," zei bij bijna smeekend, „wees niet zoo boos. Vergeef me, Anna, ik heb hot ora jouw bestwil gedaan. Je-weet toch wol, dat dc vrouwen niet daar gaan, waar do mannen zijn, of zo gaan er met hun ochtgenoot of hun broe- 'ders." „Ik ben naar binnen gegaan met don Paulu." „Juist, hij is noch jc man, noch je broeder," hernam do jongen zuchtend. „Mijn vrienden hebbeu jelui samen gezien eri zij hebben gefluisterd. Dc mensclicn zijn kwaad denkend, Anna!" „Wat een nieuwtje!" riep zij sarcastisch uit. Zij liep toen weer haastig door, bet zware kind achter, zich trekkend. Zij keerden den hoek cm en bevonden zich weec bij den amandclkoeken- verkooper. Verderop stond de arme gast, 'die bij Hen tluiis logeerde, zijn leidsels cn zijn sporen ten toon stellend op een ouden knapzak, op den grond als een kleed uitgespreid. Toen hij Gan- liiTc zag. lachto hij en wuifde hom goeden dag. „Zoo," zei do jonge knecht, nader komend, „heb jo misschien een leidsel voor een onge temd veulen?" En beiden zagen Anna aan en lachten". ,,rAnna,' vroeg Gantine, „mag ik" je ccn pond amandelkoeken aanbieden?" „Veulens eten geen amandelkoct," zei zc 'ge rustgesteld. Gantine zei nog iets, maar hij" werd overstemd 'door don oorverdoovenden klank van 'de trom. die plotseling bijna luguber iu dc stilte weer klonk. v - u 2 cl Do omroeper verkondigde, met zijn bcescbe on hooge predikersstem, dat do barddraverij te vijf uren des middags zou beginnen. „Eersto prijs, twintig liro in zilver, en eèu deken van fijn brocaat; twoede prijs, tien liro in zilvor cn een zijden zakdoek Een meniglo straatjongens stonden om den omroeper heen cn plaagden Hem: één van hen durfdo zelfs op de trom 6laan met een stokje. „Derdo prijs, een zilveren vijf-lüe-sluk en een splinternieuw© sardijnsche baret, jon gens, ga weg, anders geef ik je zooveel schop pen, dat jo niet weet waar jo naar loc vliegt!" Tegen drie uren 's middags, toen Annesa door 'de gang liep, zag zij in dc halfgeopende deur priester Virdis; met haar lichten cu zaclilcn tred liep zij den ouden pastoor te gemocl en terwijl zy dc deur wijd open deed, lachte zij hem toe, zooals zij het nooit gedaan had. De zon, die op den voorgevel van het oude huis schitterde, verlichtte heel het kleine, etille slraaljo, drong in do gang cn verguldde het bleek gelaat van Annesa. Do priester keek baar doordringend aan, sloeg haar op don arm met een blauw-en-roodcn zakdoek, dien hij altijd in de hand hield, cn vroeg haar:. „Wel, waar denk je aan? Je bent bleek, vrouwtje. Ben jo ziek?" „Ik? llc ben nooit zoo gezónd geweest, beste priester VirdisI Kom binnen, kom binnen." Zij keerde zich om en ging de deur open doen, waar de oude, zieke man lag. De priester liep door, ging naar binnen en keek om zich heen. Oom Zua leek ingedommeld to zijn? maar zoodra bij den priester bemerkte, werd bij wak ker cn onrustig. „En do anderen? Hoe 'gaat het, oom Zua?1?, „Don Simono is uitgegaan; oom Cositnu en donna Rachelc zijn in den moestuin: Zal ik hen roepen, priester Yirdis?" vroeg Annesa beleefd. Maar zij zag al .dadelijk, clal oom Zua onrustig was cloor het bezoek van den priester, en hot speet haar, die vraag gedaan te h.tihen. „Nu ga ik ze roepen; ga zitten." „Annesa! Trek op dit kussen!" bevat dc zieke man. Zij schikte de lqisscns, terwijl do priester naast het bed ging zitten en zich liet zweet van het hoofd on den hals met den bewustcn rood- blauwen zakdoek afveegde „Hè! Ik ben doodmoe! Heb jelui gasten, Annesa?" „Ja, mijnbeer, twee, een rijken grondbezitter en een koopman in leidsels en sporen. Zijn de kussens zoo naar uw zin, oom Zua9" „Ja, ga weg!" antwoordde op* barden toon do zieke man. Zij verwijderde zich en de priester zag, dat hot gelaat van oom Zua nog somberder, nog wantrouwendor en leelijker was geworden. „Och! Och! Wat zijn er hier veel vliegen! Annesa^ Waarom sluit je dc blinden niet ccn woinig?,r Anncsa deed de luiken half dicht, ging' naar builen en bleef bij de deur stilstaan, voor ecni- go «ogenblikken hoorde zij niets anders dan liet blazen van den priester en de hijgende zuchten van den zieke. Het was cm .-dochi teeken, aU oom Zua op die overdreven wijtj zuch'4*. Fj priester Virdis wist het wel. r" Eindelijk vroeg de oude 2ick~r-: :1L- „Waarom bezD^kt u mij nu op dit 'Tïïr? ïTooff u goed feest -gevierd, vader Virdis?" „Het feest is nog niet uit, Zua. Nu komen nog do processie, de harddraverijen en bet a&- genen.* (Worèit veceslgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 5