LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 25 April. Tweed© Blad. Anno 1917. Persoverzicht. Eerste Kamer. Tweede Kamer. Ingezonden. Vragen en Antwoorden. No, 17533. r Directe belastingen. Mr. H. P. Merchant zegt in „DB VKI JZINNIG-DBMO- CRAAT" geenszins te deelen do jneening, dat de uiterste grens der directe belastin gen is bereikt. Juist omdat na den oorlog de sociale wet geving, in den ruimsten zin genomen, niet oiag worden stilgezet, moet er voor directe heiiingea ruimte blijven. Om iets te noemen: ons verworpen amen- 'demeat tot versterking van de progressie in do inkomstenbelasting zal zonder twijfel herleven, betzij als Begc-eringsvoorstel, het zij weder als amendement. Evenmin laten .wy les de progressie in de vermogens belasting, die tegenwoordig minder tegen !de wetten der financieele slandaardweten- Bohap schijnt in te druiscben dan toen wij ons amendement verdedigden drie jaren geleden. Verder zal een belasting op ver- mogensaanwas niot kunnen uitblijven. Dit alles buiten de Kegeeringsvoorslellen, die ;op bet oogonblik aanhangig zijn. 11U Staatsmonopolie van levens-en brandverzekering. De plannen .van minister Treub tot monopoliseering van levens- en brandverztkering door den Staat .vinden ook geen gunstig onthaal bij prof. mr. P. J. M. Aalberse in het „KATHO LIEK SOCIAAL WEEKBLAD". Dat do Staat naast de grooto sommen, reeds ter belegging voorhanden door Rijks postspaarbank en Rijksverzekeringsbank, :door nieuwe millioenen een buitensporig grooten eoonomischen invloed zal krijgen, acht Bohr. reeds .voldoende, om ook ben, die, zoeals minister Treub, geen principieel bezwaar tegen een fiscaal Staatsmonopolie hel1' en, „zicL nog wel driemaal te doen be denken, eer zo dezen weg mee uitgaan." Dat do Staatsbrand- en levensverzekering een buitengewoon groot bedrag in de schatkist sal brengen, betwijfelt de Delftsche hoog- leeraar; ook dat al bet personeel zal kun nen wordon overgenomen, indien men de exploitatiekosten wil venmnïeren, terwijl vermindering van bedrijfskosten niet zal lei den tot premieverlaging, maar- tot vergroo-' 'ting van het bedrag, dat de Staat uit dit 'bedrijf zal trekken. Schr. besluit zijn arti kel als volgt: Coastatoeren wij ten slotte nog, dat mi nister Treub bij alles, wat hj thans reeds heeft meegedeeld, geen enkel argument er voor beoft aangevoerd, dat do aard van 'deze bodrjven het monopoliseeren in Staats- haud zen meebrengen, zelfs niet, dat het mono poliseeren vcor do verzekerden voor iwie do verzekering dan toch op de eerste plaats is oojt maar eenig voordeel zou opleveren. Dat is eerljk en oprecht, want mj komt 't voor, dat het belang van do verzekerden juist door de concurrentie het best wordt gediend, terwijl de Staat, eenmaal aicli dit monopolie toegeëigend hebbende, zonder ecnige vrees voor welke concurrentie Ook, zelfs niet praotisch voor ontduiking of smokkelarij, de premies zal vaststellen, niet zooals dit best voor de verzekerden zal zijn, maar zooals ze 't grootste geld bedrag in de schatkist zullen doen neer- kbnkea. Mijn oonclusio is: Staats-verzekerings-mo- nopoiie is in beginsel niet toelaatbaar en pT~ fsoh, hoewel minder slecht dan andere ïiscalo monopolies, toch nog slecht genoeg, Om bet hartgrondig te verfoeien. 1 Partij-organisatie der Vrijzin- n i g e n. In het weekblad „DE VRIJ- IflNNIG-DEMOCRAAT" betuigt A. v. R. zijn ingenomenheid met het denkbeeld eener reorganisatie van bet vrijzinnige partij-ver band tot twee partijen, maar erkent do (on langs ook door ons vermelde) moeilijkheid van de benaming. Hj meent evenwel, dat, 'ndien men het over de wensoheljkheid van de zaak een3 is, de namen voor de par tijen ook wel te vinden zullen zju, en vraagt te dier zake: Wat zou er tegen zijn, dat de.Reoktscke helft dor „Vrijzinnigen" dit zou de gemeenschappelijke karakteristiek voor nlle man van liberalen huize bijven zich - kortweg „liberaal" noemde? De Linksche helft zou dan „radicaal" kunnen heeten of zich als zj te conservatief is, om van naam te veranderen „Trjzinnig-democraat" kunnen bijven noemen. Hoe krijgt men echter zoo vervolgt de Bchrjvcr de drie partjen er toe zich te hervormen tot twee? Het meest voor de hand liggende middel zou ontbinding der „Libe rale Unio" zjn en aansluiting barer leden ten deele bj den Vrjz.-Dem. Bond, ten deele bij den Vrj-Liberalen Bond. Maar wie het vereenigingsleven kent met al wat daar- jtan vastzit, begrjpt wel, dat de Lib. Unie daartoe niet zal overgaan, tenzj ook de twee andere vrijzinnige partijen bereid ble ken zich te ontbinden. ■WH men dus komen tot hergroepeering van do vrjzinnigen in tweeën, dan zullen alle drio de bestaande partjen moeten besluiten tot ontbinding. Vóór dat die ontbinding werkeljkheid wordt, wjst elk der partjen een aan al ver tegenwoordigers aan. bijv. op elke 509 leden iéén. Dio aanwijzing gesohiedt volgens het beginsel van Evenredige Vertegenwoordiging on heeft ir elke partij plaats op twee lijsten, ©en „liberale" en eon „radicale" Ijst. De aldus gekozen „liberalen" en de aldus gekozen „radicalen" vormen de voorloopige besfliren van de beide nieuw op te richten partjen. Deze nieuwe partjen blijven natuurlijk !*rj in de keuzo van him namen; zj stellen Btatuten en programma vast en organiseeren Se vrjzinnigen in den lande op den nien- IWen grondslag. De redactie van „DE VRIJZINNIG-DEMO CRAAT", hoewel vnn het denkbeeld eener hergroepeering van de vrjzinnigen niet af? iSeerig, verklaart dat zj het met het denk- jfeeeld van den beer v. K. niet eens is. I Voer een verwezen!jking er van is bet ©eg t» vroeg. Tegen een partij aanduiding als liberalen zou echter on- getwjfold bj geen enkele onzer geestver wanten eenig bezwaar bestaan, terwijl de VTjsinnig-democraten van dio benaming reeds zeventien j;mr geleden vrjwillig afstand deden. Vergadering van gisteren. MARIN.EBEGROOTING 1917. Aan de orde is Hoofdstuk VI (Marine) der Staatsbegrooting voor 1917. De heer VAN V/ASSENAER VAN CAT- WIJCK zegt, dat de vraag" in het afdeelings- verslag naar een plan voor een artillerie- vloot en een plan van een vloot vail klein materiaal, door den Minister is 'misverslaan. De bedoeling is een vergelijking te kunnen maken tussclien een vloot, waarbj do artil lerie op den voorgrond treedt, en een, waarbj dit niet bet geval is. De MINISTER VAN MARINE, de beer RAMBONNET, betoogt, dat men de zware artillerie en de artillerie in het algemeen niet kan uitschakelen. Moet men om finan cieele reden van groote schepen afzien, dan zou men do zware artillerie aan den wal moeten plaatsen. Men krijgt aldus een centrale defensie. Maar dan heeft men ook meer verkenningsmateriaal noodig. Scha kelt men het groote materiaal uit, dan kr jgt men dus meer verkenningsvaartuigen per eenheid. De gestelde vraag i3 nu echter niet aan de orde. Men weet niet, welke moge lijkheden zich zullen voordoen, als men aan den bouw der groote schepen toe is. De twee plannen zjn dus nog niet te geven. Eerst als "men om financieele reden aan een har monische vloot niet kan voldoen, is de vraag onder de oogen te zien. De begrooting wordt Z. h. s. aangeno men, evenals een Suppl. Marinebegrooting 1915. BUITENL.-ZAKEN-BEGROOTING 1917. Alsnu is aan de orde Hoofdstuk III (Bui- tenlandscho Zaken) van de Staatsbegroo ting 1917. De heer VAN KOL zegt, dat de Minis ter ten aanzien van de economische voor lichting op den goeden weg is. Wat do algemeeno politiek betreft voelt ieder Kamerlid in welk een moeilijken toe stand hij zich bevindt. Dat is nog erger in dezen tijd. Hj brengt hulde aan den Minister, dio in zjn Nota's steeds het oog gericht houdt op het volkenrecht, hoezeer het vaak is vertrapt. De Minister verdient hulde voor de wjze, waarop hij onze neutraliteit hand haaft en ons buiten den oorlog wist te houden. Het nageslacht zal hem daarvoor lof brengen. Spr. hoopt, dat do Minister ten aanzien van publiciteit zoo ver zal gaan als mogelijk is en ook ten aanzien van samen werking met het parlement. Met spanning zien wij donkere wolken van don oorlog op rijzen. Is het dan billjk, dat door enkele personen beslissingen kunnen genomen wor den, die over het wij en wee van ons volk beslissen? Spr. betreurt dan_ook, dat het door den heer Van Leeuwen bjna V/s jaar geleden gedane voorstel nog niet aan de orde kwam. Ten aanzien van de deportaties kon de Minister een groot succes boekstaven. Ge lukkig is de Eegsering er in geslaagd, dat een niet onbelangrjk aantal gedeporteerde Belgen kon torugkeeren, niet alleen raar Antwerpen, maar ook naar andere streken. Het is een hougljk succes van het kloek moedig optreden van onzo Regeering. Deze zaak gaf ook aanleiding tot hot weder aan- knoopen van de internationale tanden der sociaal-democraten. Het torpedeeren van uoutrale schepen zon der eenigo waarschuwing is een onrecht matige daad. Zonder eenig mededoogen, zon der op het belang van mensohcnlevens en góederen to letton is zj nog onrechtvaar diger. Duitschland moet erkennen, dat het niet het recht had schepen, die levens middelen naar ons land brachten, te torpo- doeren. Onzo Regeering heeft het reoht 'gewapende handelssohepen toe te laten en onzo neutra- liteitsverklaring te wijzigen. Anderzijds moet erkend worden, dat Engeland dwang nit- oefontdoor Noderlandsche schepen te dwin gen Engelsche havens aan te doen of voor Eifgeland te varen. Terecht i3 de Minister daartegen opgekomen. Wat het Bryan-tractest betreft, de oor log heeft bewezen, dat tractaten zonder poe nale sanctie tegen den état-malfaiteur wei nig waarde bobben. Met genoegen heeft spr. de rede van den hoer Dres3elhuy3 gelezen. Spreker hoopt, dat do Minister een verziek tot een initiatief in de richting van-liet doel van do „League tot enforce peace" niet zal afivjzen. Spreker hoopt, dat wij neutrale toeschou wers zullen kunnen blijven, en "dat de an nexatie-lust van Oost en West ons niet zal bedreigen. Spreker meent, dat na den oorlog de neu tralen het recht moeten hebben tot iugr jpen, als do vredesvoorwaarden niet worden na geleefd. Hij betreurt, dat do maohtigste neu trale mogendheid, Amerika, nu ook in den oorlog is gegaan. De toekomst van»Europa staat op het spel. We mogen niet wanhopen aan de herleving van het zoo zwaar gesehon den volkerenrecht. Men neme dus maat regelen om den vrede spoedig te doen ko men en duurzaam te maken! De heer KKAUS bespreekt de wenscke- ljkhoid om den in Chili te vestigen bezol digden consul-generaal den titel van ge zant te geven. Vervolgens behandelt spreker onze con sulaire vertegenwoordiging te Colon en te Panama. Do heer LAAN bespreekt de economische voorliohting in het buitonland. De daarvoor ingestelde commissie acht hj de verwezen lijking van een voortreffeljk denkbeeld. Haar werkkring beperke zich echtor niet tot het buitenland. -De industrie heeft raad en voor; lichting van Regeeringswege "noodig. We heb ben te dien aanzien niet genoeg naar onze Osüteljjke naburen gekeken. Öe industrie heeft de wetenschap Ie veel opzij gezet; terwjl zj haar voorlichting zoo noodig heeft, ook anderer voorliohting. Spreker is het er mee eens, dat we ons moeten inrichten met Kamers van Koophandel in den vreemde ea dat we nog beter moeten reizen in het bui tenland. Sprekers ervaring van den steun te dezen aanzien van onze gezanten, speciaal van onzen gezant te Parrjs, is uitnemend. Maar ten aanzien van de honoraire consuls zjn de, toestanden zdd veranderd, dat de Mi nister terdege moet zorgen, dat zij de rechte man op do rechte plaats zijn. We moeten Hollanders zijn pur sang. De honoraire con suls moeten Hollanders zijn, nu een strjd met twee grooto machten te wachten is. Spreker waarschuwt togen het oppeuzelen van de economische kindertjes, zooals van de pas medegedeelde plannen van den Mi nister van Financiën het gevolg zal zjn. Do MINISTER VAN BUITENuANDSCHE ZAKEN, de heer LOUDON, dankt voor het in de Itegeeriiig uitgesproken vertrouwen. De P.egeering zal in buitenlandsclie zaken steeds het roer recht houden en niet uitwij ken, onder pressie van reolits of van links. Elke oorlogvoerende beweert, dat, als zj meent, dat wij afweken van onze neutraliteit, dit geschied is op pressio van haar tegen standster. Ook in enkele Ned. persorganen is die bewering geuit. Spreker wil daar met kracht tegen opkomen. De Regeering en ik, zegt spreker, hebben nimmer aan een dergeljke pressie toegegeven. Spreker meent mot een verwijzing- naar het Witboek dit te kunnen staven en dus niet in een nadere uiteenzetting behoeven te treden. Spr. zal inzake, samenwerking met- het parlement doen wat mogeljk i3, maar voor zichtigheid bj het doen van inededeelingen blijft geboden. Hij hcopt, dat Bryan-tracia- ten meer en meer gesloten zullen worden. Do opmerkingen van den lieer Krans zal spr. overwegen e"n zorgen, dat zoo spoedig mogeljk ten deze maatregelen worden ge nomen. gï* Niets zal den Minister liever zijn dan meer Nederlandsch bloed te brengen onder do honoraire consuls. Maar bet brengen van volbloed onder alle schepselen is zeer kost baar. Vervanging door beroepsconsuls zon zeer kostbaar zjn. Do Minister zal in -ieder geval zjn best doen om zooveel mogeljk Nederlanders als honorair oonsul aan tc stellen. Dat zal in de toekomst wel meer mogelijk zjn dan thans. Do begrooting wordt z. li. s. aangenomen. VOLKENRECHTELIJKE VERPLICHTINGEN EN BURGERLIJKE RECHTSVORDERING. Alsnu is aan 'de orde het wetsontwerp tot voorkoming van inbreuk op do volkon- rechteljke verplichtingen van den Staat in zake van burgerlijke rechtsvordering. Do heer BOSCH VAN OUD-AMELIS- WEERD is over het wetsontwerp danktaar, dooh niot voldaan. Hj betoogt, dat de naam van het wetsontwerp niet juist is. waar het ook grenzen stelt aan de bevoegdheid der rechterljke macht, maar gevaar is daarvan niet te duchten. Hij juicht overigens het wetsontwerp toe en besnijd - de Bezwaren van don heer Visser van IJzendporn. Spr. meent, dat 'do Regeering omtrent de resultaten van het wetsontwerp, wel wat te optimistisch is gestemd. De vergadering wordt verdaagd tot Woensdagochtend elf uren. Vergadering van gisteren. DIVIDEND- EN TANTÏèME- BELASTING. Do heer VAN DEN TEMPEL maakte en kele korte opmerkingen. Het heffen van belasting van dividenden juicht spr toe en hij acht hoe goed, dat deze belasting van de inkomstenbelasting werd losgemaakt. Do MINI STEE VAN FINANCIËN zei- do met genoegen t* hebben opgemerkt, dat men bij do besprekingen blijk gaf in to zien hoe noodzakelijk aanvulling van de sekatkistgelden is. Spr. ontkende hier con- dubbele belasting op het inkomen. Hij moent, dat in een goed belastingstelsel plaats is voor inkomsten- en vermogens belasting, verteringsbelasting on voorts ver schillend© opbrengst-belastingen, welko laatstgenoemde zakelijke belastingen zijn. Men houdt daarbij alleen rekening met het- feit, dat bopaaldo bronnen zékere op brengsten afwerpen en niet mot do per soonlijke omstandigheden van den belas tingplichtige. Het feitdo samenvoeging van kapi talen in Naaml. Vennootschappen maakt f do N. Venn, tot eon économisch element van groote beteekenis en reeds daarin zit een groote bron van inkomsten, welke indi vidueel niet zouden zijn to bereiken. Deze vermeerde opbrengst wordt - hier dan be last, terwijl spr. ontkende naar aanleiding van een desbetreffende interruptie van den heer De. Savoriiin Lokman, dat de belas tingplichtige voor dio gelden in de inkom stenbelasting zou worden getroffen. De zuivere winst te belasten, zou in do praetijk ondoonlij*k blijken en onvoldoende te controleeren zijnde stille reserves bij voorbeeld zouclen mogelijk ontgaan. Opbrengst-vermeerdering, gemakkelijk verkregen, heeft men steeds in allo stel sels, ook in het buitenland, trachten te be naderen, daarop is ook de oorlogswinstbe lasting gebouwd en zulks mag alleszins billijk worden geacht. Do tantième-belas ting gaat van hetzelfde principe uit. Na repliek van de hceren TER. SPILL, DE SAVORNIN LOHMAN en PATIJN drong do heer DE G-EER aan op vaststel ling van een toelaatbaar salaris van f 15.000. Er i9 volgens spr., geen billijk te achten verband tussclien het salaris van hot indi vidu en de grootte van het bedrijf. Do MINISTER beantwoordde nog kort don spreker, waarna de vergadering we-rd verdaagd tot Donderdagochtend halftwaalf. CcmeeiitcHuinen of -grond. Ondergeteekende verzoekt beleefd eenige plaatsruimte in Uw veelgelezen blad, voor het volgende Hedenavond las ik dc advertentie ter op roeping van de (huurders der door de ge meente toegezegde gronden. Ik kan niet anders dan mijn verwondering uitspreken over de buitengewone wijze, waarop het den huurders weer wordt lastig gemaakt om die gronden zoo noodig naar beknoren te bewerken, en ik geloof zeer zeker, dat dit ook niet in de bedoeling heeft gelegen van diegenen, die daartoe het initiatief heb ben genomen. Immers, wis en wat ter we reld kan het iets schelen, wanneer en hoe die gronden bewerkt worden1 Moet men nu de stumperds onder hen weer dwingen op zulke aangegeven tijden te werken? Iemand, die dat onderneemt, •zal natuurlijk gaarne van de vroege mor genuren profiteeren willen, de tijd van 's morgens 0 tot 8 is voor het gros der huurders geen tijd. Immers, het gros be hoort tot den werkenden stand. Terwijl de huurders, daar niet toe belioorende, tot de uitsonderingen kunnen worden gere kend. Dat er oenige pressie op den tijd wordt uitgeoefend, waarop de grond bepoot of bezaaid moet zijn, is nu niet alleen goed, docli zelfs gebiedend geworden met het oog op de buitengewoon late beschikbaarstel ling. Aan wien hiervan de schuld? 't Is de gemeento voor goed geld natuurlijk weer niet gelukt do noodige krach ten voor een spoediger oplevering te verkrijgen. Daarom is het in alle-opzichten nu ^-.ont van de gemeente om pressie uit te oefenen op het meerder beschikbaar stellen van tijd, opdat ieder van den hem beschikbaren tijd zal kunnen profiteeren, vandaag, mor gen of overmorgen, al naar heb hem schikt, en niet-, zooals de commissie dat wensohb, wat mij als een grove onwelwil lendheid tegenover de huurders voorkomt. Neem eens aan, dat bijv. de burgemeester of een andero autoriteit noodgedwongen zoo'n tuintje moest bewerkenik geioof, dat dan zeker meerdere welwillendheid zou worden betracht. Dit voorbeeld is rog niet zoo buitengewoon gek, want, naar ik mij herinner, was indertijd onze burge meester (volgens de Courant dan) ook de eerste, die van de goedkoope broodkaart profiteerde, wat ondergeteokendo toen al lerergst vond. Thans zijn echter do toe standen veranderd en is het voor een goed burger of gezinshoofd geen schande van een gelegenheid, door eigen arbeid en be werking te trachten voor de zijnen en vcor zich voor de komende tijd zich van voedsel te vóórzien. Zie hiervoor maar als voor beeld'" naar den geheersoht hebbenden en nog hoerschenden kolennood. Nu nog iets en wel inzake de gemeente gronden en hun bewerking. Dc bewerking is zóó, dat hij, die zeker wil zijn, den grond nóg een reusachtige bewerking moet doen ondergaan; hij, die den grond zoo bewerkt of liever bepoot, waagt in elk geval wat, en heeft risr.co, dat de zaak mislukt, 't Komt mij voor, dat de gemeente abso lute zekerheid moet hebbon, dat do door de stumperds bestede gelden niet wegge worpen zijn on die heeft de gemeente niet, dat is mij gebleken uit bet onderzoek van het spitwerk. Nu mogen allo adviseurs be weren, dat 'het uitstekend werk is en uit stekend geschikt, de eerste boer de beste (spreekwoordelijk) zal het zóó niet bete ren, tenzij gehuurd hebbende van de ge meente en gedwongen door de gemeente het zoo te doen. Daarom is het nu plicht van de gemeen- teq en in hoofdzaak van den burgemeester van Leiden, dat bij gelast, dat elke huur der in do gelegenheid gesteld wordo van den hem beschikbaren tijd to profiteeren ter bewerking en beplanting van den hem verstrekten grond. U, Mijnheer de Redacteur, dankend voor do verleende plaatsruimte, Hoogachtend, Uw Abonné, H. BROUWER Hz. Leiden, 33 April 1D17. Do Leidscho Zwemclub. Op 24 Juni 1916 vond ccn treurig ongeval plaats, welks tragische afloop diepen indruk in onzo gemeente teweeg bracht. Op dien dag was een kind te water ge raakt aan het Utrechtsche-Vcer, ongeveer 4 uur nam. en werd door wijlen J. Maiu eOn poging-tot redding gedaan, waardoor wel 't kind werd geredj doch helaas de kranige red der levenloos werd opgehaald. De deelneming was algemoen, doch boven al was men bewogen, met het lot van de weduwe en twee jonge kinderen, die door dit treurig sterfgeval niet aleen man en vader, docli ^pok den verzorger en kostwinner ver loren. Hier moest worden ingegrepen, de gemeen schap had in dezen een plicht te vervullen jegens het nagelaten gezin, hetwelk door deze zelfopofferende daad van menschlie- vend hulpbetoon alles verloor. Spoedig maakto dan ook de Redactie van het „Lerdsch Dagblad" bekend, dat aldaar giften konden worden bezorgd, welke Re dactie gaarne de zorg voor do inzameling overliet aan het bestuur van do „Leidsehe Zwemclub", toen dit college besloot aan deze zaak zijn aandacht te wijden- en te trachten een zoo groot mogelijk bedrag bijeen te bren gen,, ten einde do zorgen der weduwe te ver lichten en zooveel mogelijk voor de toekomst der kinderen te kunnen doen. Inteekenlijsten werden rondgezonden en door menig ingezetene van Leiden werd op milddadige wijze bijgedragen, doch hot be stuur zou er nooit in zijn geslaagd hot be reikte resultaat te bereiken, wanneer niet van verschillende zijden zeor gewaardeerde medewerking pn bijstand waren ondervonden Vooral wordt hoogelijk door hot bestuur, op prijs gesteld de krachtige medewerking van don burgemeester, dio al zijn invloed aanwendde en o.a. de belangrijke bijdrage verkreeg van het bestuur van het „Carnegic- Kelde'nfonds", bestaande in een wekeb'jkseho bijdrage, onder "zekere voorwaarden, van vijf- gulden. De Vcreeniging „Menschlievcnd Hulpbe toon", te 's-Gravenhagc, wier medewerking dankbaar werd aanvaard, heeft, door oproe- pingen cn persoonlijk werken zeer veel bij gedragen. Ook mag niet onvermeld worden gelaten hetgeen door nicj. Van Evert, toen wonende aande Haarlemmerstraat, is verricht. Door haar werd aan vrijwillige bijdragen bijeen gebracht een som van ongeveer vierhonderd gulden, woR: .bedrag werd geplaatst op dö Leidsohe Spaarbank/ onder voorwaarde, dat door de Weduwe 'Mark wekelijks f 2.50 daar van mag worden afgehaald. Deze. vereenigdo pogingen hadden ten ge volge, dat, behalve dc wekelijksche bijdragen van het „Carnegie-ïïeldenfonds" en uit het op de Spaarbank geplaatste is verkregen: Ingekomen bij de Rodactic van het „Lcidseh. Dagblad" f 1423.36Va, gecollecteerd door het bestuur van dc „Leidsclie Zwemclub" f 532.55 diverse giften door bemiddeling van dc Ver* „Menschlievcnd Hulpbetoon" f 165.50, .ge kweekte interest f 10.20, totaal f 2131.G11/-. De uitgaven tot 31 December 191G bcdroe- genr- Aanschaffing van ccn tjreimachin» f 174.05, wekelijkseho uitkeeringbn aaif de wed. Mark f 24S, diverse onkosten van col- leeteeren cn derg. f 2S.G5, saldo in kas op 31 Dee. 1910 f 1680.31V?, totaal f 2131.617*- Waar door de wed. Mark zeer terecht werd ingezien, dat voornoemd totaal, op zichzelf een aardig sommetje vormende, spoedig ver bruikt zou zijn, als niet door liaar op ccn o£ andere wijze werd getracht aanvulling der inkomsten to verkrijgen, werd aangeschaft een breimachine, met welke zij thuis nog iet# kan bijverdienen. Voor particulieren, die wel licht breiwerk wenschen te'doon verrichten, zij vprmeld, dat het adres i3 Ververstraat 49. Daardoor kan het fonds zooveel mogelijk gespaard blijven voor latere verzorging van de toekomst der kinderen. Het beheer over deze golden cn de noodig» verstrekkingen aan het gezin zyn door het bestuur der „Leidscho Zwemclub" aanvaard en de burgemeester van Lcitjen heeft er wel willend in toegestemd, toezicht op dit beheer uit te oefenen en het bestuur heeft, zich ver bonden jaarlijks rekening cn verantwoording af to leggen aan Z.Ed.achtb. Het bestuur der „Leidsche Zwemclub" acht zich verplicht "degenen, die door hun bijdra gen tot het bereikte resultaat medewerkten, hierdoor" op dc hoogte to brengen van hot- gcen geschiedde en wat voor do toekomst do plannen zijn cn betuigt hiorbij grooten dank aan allen, die 'medeworkten tot leniging van het verdriet en den nood van dit zoo zwaar getroffen gerin, hetzij door bijstand bij de Inzameling hetzij door hun geldelijke bij dragen. Het bestuur der „Leidscho Zwemclub"® Ch. VAN SPALL, Voorzitter. D. TIMMERMANS, Oogstgeest, Vice-Voorzit ter. J. F. LA RIVIERE, Secretaris. W. v. DEVENTER, Penningmeester, A. FILBRY. J. C. VAN HOOLWERFE. A. J. VAN DER LIJKE. Vraag: Hoe m:Gten aardappelen b.han- deld worden, die dik in de spruiten zitten? Mag ik deze er afhalen, zonder de qualiteit to doen verminderen, hetzij na of later? Antwoord: Door het spruiten der aard. appelen gaat er van de kwaliteit verloren. U moet ze nu van de spruiten ontdoen en op een koele plaats bewaren. Voorzichtig be handelen, anders worden de knollen blauw. Vraag: Hoeveel gist moet er gebruikt worden in een pond bloem, om ©en broodje to bakken? Antwoord: Voor 2y® cent Halen bij ©en bakker. Vraag: Gaarne zou fk n even willen vragen of er hondenbroodkaarten bestaan en waar ik die kan krijgen, daar ik ze gis teren in Den Haag heb gezien? Antwoord: Men verzekert ona aan het Distributiebareau, dat er. bij Ministerieele circulaire is bepaald, dat er voor honden geen broodkaarten mogen worden uitgege ven. Deze circulaire zal in Den Haag ook wel van kracht zijn; dus zal uw meening wel abuis zijn. Vraag: "Weet een van de lezeressen ook een middel tegen uitvallen van haar? Ik kam mijn haar met een stalen kam. De een zegt/bet is goed, de ander zegt weer, dat het niet goed is. Zou het daar nn aan liggen? Of zou het soms een ziekte of zoo iets we zen? Is het goed het haar met klitwortel en brandewijn te wasschen of is er soms nog een ander middel voor? Antwoord: Een stalen kam is niot aan te bevelen voor de huid, hoewel wij daaraan het uitval".en niet toeschrg en. Wa schenmet brandewijn op klitworel, kan geen kwaad. Als middel voor het uitvallen van haar, wordt ook wel aanbevolen een mengsel van rïcinusolie en goeien Fransckeci brandewjjn, half om half, flink dooreen geschud. Als het ernstiger wordt, een geneesheer- specialist, raadplegen. Er zit misschien een huidziekte achter. Vraag: Zou u mij ook kunnen inlichten, waar ik t© Leidon tegen de minst mogelqk© kosten les iu het boekhouden zou kunnen ontvangen? Antwoord: Op den Handel cursus van het Genootschap „Kennis is Macht1'. Meld u aan ^bij den directeur, den heer A. J. J. Verbrugge, Zoeterwoudscho^ingel 14, ofi ^avonds school Oude-Yesk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 5