fósileriand m tie Oorlog. No. 17524. LEiDSCH DAGBLAD, Zaterdag 14 April. Tweede Blad. Anno 1917. Persoverzicht. Een rede van Lloyd George. FEUILLETON. Dokte!" Stillfried. Minister Trent's plannen. „DE VERZEKERINGSBODE", het officieel orgaan van de Vereeniging voor Levensver zekering, schrijft hierover: De aankondiging, -door minister Treub m do Tweede Kamer gedaan van het Staats monopolie van Brand- en Levensverzekering, heeft" groote ontsteltenis gewekt in do ge zinnen van vele duizenden nijveren, in die bedrijven werkzaam. Van den Minister had mogen worden ver wacht die ontsteltenis te voorzien en ii priori to verzachten door een geruststellende mede- deeling omtrent behoorlijke schadevergoe ding, te verleenen aan personen en Maat schappijen. De Staat der Nederlanden zal zich toch zeker niet willen ontocren door een naasting, zonder algeheele schadevergoeding, dat is door fliefstal! Maar, als de Slaat de volle waarde van het bedrijf, dat is de' contante waarde van de winst van liet bedrijf aan .de Maatschap pijen vergoedt (om nog niet te spreken van hét groote bedrag, noodig om agenten, ma kelaars, directeuren cn beambten schade loos te stellen) is het duidelijk, dat er voor den Staat geen winst uit het bedrijf te maken is, tenzij door verhooging der pre- miën, (hetgeen neer zou komen op een be lasting dier premiën, die ook zonder naas ting van het bedrijf kan worden geheven). Èen gerucht wil, dat do Minister zou meenen de Maatschappijen voldoende te kun nen schadeloos stellen door haar voor do keuze te stellen: öf de looptnde verzekerin gen te behouden tot haar r.lloop; öf ook dio verzekeringen aan den Staat over te doen tegen vergoeding van kostprijs plus een ma tig winstpercentage daarop. "Voor den leek ziet het er inderdaad uit alsof dit nj£t onbillijk was. In werkelijkheid zou dit procédé hierop neerkomen, dat men bjjv. van een winkelier eischt, zijn bedrijf te staken, maar. hem als „schadevergoeding" voor de keuze stelt: öf zjjn tegenwoordigen voorraad zelf uit te verkoopen; b£ dien voorraad tot behoorlijken prijs over 'te doen. Aldus ongeveer heeft Italië gedaan ten opzichte vaii de levensverzekering. Maar voor Italië pleitte ten aanzien van deze onedele handelwijze ten minste één verzachtende om- staiidighëi 1, n.l. dat een zeer groot gedeelte van liet levensvevzekeringbc lrrjf er in han den was van buitenlandschê Maatschappijen. öcnzincnood. Do Nejderlanclsche Chauffcursvcr charging en oenige niet bij deze organisatie aange sloten particuliere chauffeurs liet.hen een Adres gericht tot.den minister van Land bouw, waarin namens duizenden hunner i oilega's o.m. te Iccnnen gegeven vrerdt, dat zij lu nnig -genomen hebben van do actie, door de V reenigiiig van Taxichauffeurs ondernomen ten opzichte var. .de inbeslag neming en distributie van benzine uitslui tend ten vciorcféóle van het taxi-bedrijf dat zij zich veroorloven onder aan dacht van den minister te brengen, dat te genover cenigo honderden van taxi-chauf feurs, welke wegens benzinencod ontslagen v.ouden kunnen worden, duizenden van chauffeurs in particulieren dienst staan, die, bij geheel stop zetten van het rijden met aut mobielen door particulieren, zeer zeker in liel zelfde geval als de taxi-bestuur ders zouden kómen te vcrkecren; dat ook het personeel van de reparatic-afdeelin- gen van het particulier autorijden zeker zeer spoedig zou ontslagen worden dat zij den minister verzoeken, op de actie tot in beslagname cn distributie van benzine, uit sluitend ten voordeel©. der Taxi gnderncmin gen afwijzend tp willen beschikken en de be langen der pariculiere chauffeurs en hun go zinnen te vdïlen doen gelden bij zijn be sluit. Jeugdige desertours. Van de oostgrens wordt gemeldt dat twee Duitsehe jongelui Van 17 jaar, die voor den krijgsdienst waren opgeroepen, zijn gedeser teerd en over de Noderlandscho grens go- kórhen. De Duitsehe deserteurs. Een vraagstuk, dat dringend tot afdoendo oplossing dient to worden gebracht, is dat der Duitscho deserteurs, schrijft do „Tel". Warén licft nanvankolijk enkelingen, dio onze» zuidelijke of oostelijke grenzen over kwamen, zoo langzamerhand komen ze bij tien- en twintigtallen tegelijk. In zulk een grooten getale, dat men reeds mag spre ken van een invasie van Duitsehe deser teurs in ons land. Do oonige maatregelen, dio tegen dezo lieeren genomen zijn of zullen worden, zijn een aanschrijving aan de burgemeesters om in hun gemeente vertroevende Duitscho deserteurs to verbieden naar de grens plaatsen terug te keeren, waar ze ons land binnenkwamen ei hot plan voor de „lastige en gevaarlijk© clomenten" toevluchtsoorden aan te wijzen. Nu is dat begrip lastige en gevaarlijke elementen" zeer rekbaar De Duitsehe de serteurs, die onze grens overkomen, heb ben opgehouden militair to zijh, maar ze blijven Duitschers, met Duitscho inzichten omtrent eer, recht cn' goede trouw. Men kan cr van verzekerd zijn, dat ze niét zul len nalaten to spionneeren, al ware het alleen maar om door dat nobel, spe cifiek Duitsch bedrijf een wit voetje bij hun meesters te krijgen on hun straf tc ont gaan in hot „Yaterland". Een Necberlandsch hoofdofficier, met wicn wij do kwestie der Duitsehe deserteurs be spraken, ging nog verder en gaf ons als zijn meening te kennen, dat niet onwaar schijnlijk do Duitsehe militaire autoriteiten het deserteer en" aan do Nedcrlandsch© grens in clo hand werken, niet alleen omdat de manschappen, die over dc grensgaan, niet meer behoeven mee te eten uit de schrale Duitscho vleeschpotten, maar met stellige spionnage-bedoclingen. Het is bedenkelijk te zoeken naai' „lasti- go cn gevaarlijke" elementen onder de Duitscho deserteurs. Do mentaliteit dezer snuiters geeft alle recht hen zonder uitzon dering als lastig en gevaarlijk te beschou wen. Do ervaringen in andero landen, vooral in den laatstcn tijd in Amerika, hebben geleerd', wat de Daiitschers, die vrij mogen rondloopen, presteeren op het gebied van spionnage. Toen in 1914 do Belgen hier over do grens kwamen, door de Duitschers van huis en haard verdreven, was de Nederlandsehe re- gecring er onmiddellijk bij, hen allen in in- terneeringskampen ook als gevaarlijke en lastige elementen" bijeen te bren gen en hen in liuu bewegingsvrijheid te be lommeren. De Duitschers zelf, die er ge noeg van hebben en in burgerklceding over de grens komen, laat men vrijelijk rond loopen en naderen bij onze verdedigings werken, w4ar zo willen. Verdienen deze individuen meer vertrouwen dan de Bel gen, die hier kwamen niet omdat ze zich onttrokken aan hun vaderkvndschcn plicht, maar vluchten moesten voor het ruw ge wold? Men vraagt zich verbaasd af, op welken grond dit vertrouwen is gebaseerd, aldus de ..Tel." Heeft de regcering geen kennis ge nomen van de feiten uit heb buitenland Van de Duibschè spionnago overal waar Duitschers zijn? Is liet niet een aan misda dige grenzende roekeloosheid deze Duit schers vrij to laten rondloopen in ons land, hen vrij te laten spionneeren, informee-ren en intrigeeren, waar elk oogenblik ons nog in de noodzakelijkheid kan brengen, dat we ons tegen een inval der Duitsehe troe pen moeten gaan verdedigen? Het- aantal Duitsehe déserteurs in ons land. hoeft nu reeds schrikbarende afmetin gen aangenomen. Straks vormen zij, met hun dierbare landgenooten, die reeds in ons land zijn, een klein legercorps. Er schuilt hier voor do veiligheid van den Staat inderdaad groot gevaar en het wordt meer dan tijd, dat men de Duitscho deser teurs interneert ea onder strenge bewaking stelt. Dat men heil allen het verblijf om on nabij onze grenzen ten eenenmale bolet on hen verhindert te komen op plaatsen, waarvan zo uit hoofde van defensie-belan gen verre verwijderd gehouden moeten wor den. Men heeft nu toch in de wereld waar schijnlijk- voldoende ervaring van de Duit scho montaliteit opgedaan om te beseffen, dat in tijd van dreigend oorlogsgevaar vooral alle Duitschors en zeker alle Duit sehe deserteurs moeten worden beschouwd te zijn „lastige en gevaarlijke elementen". De doodeUjkc draad. Op de Rijksche heide, aan den kant van Lommei, zijn de lijkon van twee deserteurs van den draad gehaald. Ze waren zwart gebrand. Do 22-jarige sigarenmaker Kw. uit Bu- del is door de electrische draadafsluiting gedood. Controle op vreemdelingen. Ten einde een eventueel gevaar voer be smetting te voorkomen, worden to Zeve naar twee groote barakken gebouwd, voor zien van ontsmettings- cn nadkamers. Deze inrichtingen zijn bestemd voor bpnemiig van vreemdelingen (deserteurs, enz.) op wie symptomen eener besmettelijke ziekte wor den geconstateerd. Uitvoer te Sluis. Men meldt aan deTel.": Drukker is nog de uitvoer to Sluis ge worden. Bijna eiken dag heeft er ten druk verkeer plaats te^Sint-Anna ter Muiden, waar de tramlijn naar Brugge loopt. Vooral de handel in tabak, sigaren en siga retben is levendig. Een handelaar verze kerde me, dat er nu ook heel wat rom mel" wórd opgeruimd. Dat behoort even eons tot de moraal van den oorlogshan- del. .Juist aan do grens op Belgisch gebied staat, een nu vervallen huisje, vroeger de notte woning van een daar verdreven ge zin. In dat huisje ziet men_.de handelaars, waarbij dikwijls dr. Dumon, 't licl van den Baad van Vlaanderen. Hij houdt cr zich met meer stoffelijke aangelegenheden bezig dan de verheffing vaii Vlaanderen, want op de tafel schuiven, de stapeltjes bankpa- picr van dc'ecnc nantl in de andere en ieder schijnt opperbest tevreden. Dr Durabn- troonfc hier naast een huzarencommandant. In een sierlijke koetsje reist hij heen en weer. Intusschen worden arme Vlamingen van Brugge als slaven naar het front gedreven om er te werken. Kermissen in Zeeland. De commandant der stellingen der Mon aden der Maas en der Schelde (commando Zeeland) heelt toestemming verleend tot het j dit Jaar doen doorgaan van de kermissen te Dreischor en Noordgouwe. Zorg voor de toekomst. - Do gemeenteraad, van Lonneker heeft aan B. on W. een blanco-crejdiëfc. verleend voor het aankoopen van pootaardappelen, erwten en boenen, die aan ingezetenen zul len worden verstrekt voor het in cultuur brengen van gemeentegrond en terreinen van particulieren, die voor het- doel wor den afgestaan. De gronden zullen zooveel mogelijk zonder betaling voor het doel in gebruik worden gegeven. De gemeente zal ook zelf gronden laten bewerken en de op brengst er van bestemmen voor dc gemeen schap. Engelscho geïnterneerden. Beuter seint uit Londen: Officieel is bekend gemaakt, dat, in ver band met de laatste voédingsvoorsehriftcn, geen pake tien mogen worden gezonden aan de Engelscken, die in Nederland zijn geïn terneerd. Zulke pakketten zijn zoo heet 't verder ook onnooüig, aangezien in Nederland de geïnterneerden krijgen, wat ze noodig heb ben. Er mag echter geld worden gezonden, om de mannen in staat te stellen, nog een en ander te koopen. Medeneming van uitrusting. Door een der officieren van Justitie is den opperbevelhebber bericht, dat het her haaldelijk is voorgekomen, dat ter zake van smokkcldelictcn veroordeelde militairen ge wapend naar «Vcenhuizcn op transport wer den gesteld. Naar aanleiding hiervan is bepaald, aldus dc ,,Avp." dat aan dezo militairen geen wa penen en munitie mag worden medegege ven, doch wel lipt overige gedeelte hunner vclduitrusting. Dc „Auior, Luncheon Club" had Donder dag Lloyd George te gast. Do Amerik. gezant zat voor en zijn toast op don koning en den president werd met luid gejuich en het zingen der volksliederen begroet. Onder dc gasten waren generaal Smuts, sir Robert Borden, de Italiaansche gezant, de Russi sche, Franselio en Oubaanscho zaakgelastig den, verscheidene leden van het kabinet en verdere autoriteiton. De Amerika anscke gezant zéide o.'m.: Wij hebben besloten u te helpen bij de on derneming, om te zorgen, dat de wereld een plaats blijft, waar men vrij kan leven (luide tccj.) Wij komen naar Europa niet om een stof- felijko belooning, niet om gebiedsuitbrei ding of schadevergoeding, maar alleen uit liet besef van den plicht om de demokrafie, die in gevaar is, te beschermen. Ik heb George veel verhalen uit Amerika verteld, maar één heb ik hem niet onder vier oogen durven vertellen. Hij verdient 't vertrouwen van een openbare samenkomst. Ik bedoel, dat wij vertrouwen hebben en derhalve trouw moeten zijn. De niéuwe, krachtige geest van .Lloyd George liceft zich aan de natuurwetten onttrokken en i3 voor zijn dood tot ons gekomen. De zaal, waarin wij vereenigd zijn, is Amprikaanseh. Wij zijn op onzen eigen bodem. Wij zijn hier mijnheer, om u daarop to verwelkomen Lk>yd George werd, toen hij opstond, met groot gejuich begroet. Ik ben zeidc hij in de gelukkige positie dc eerste Engelscho minister te zijn, die, sprekend uit naam van het Engelscho volk, 't Amerikaanscke volk kan begroeien als wapenbroeders (toej). Dat doet mij niet alleen genoegen omdat do toetreding van Amerika ons bondgenoot schap sterkt.; maar ook als demokraat ver heugt he'c mij (toej.) Dc intrede van Ame rika in dézen; oorlog stempelt het .conflict als een'strijd van dé dëmókratio tegen "do militaire autocratie (tc/oj.)- Waneer ik denk aan de oorlogen in het verleden, verwondert het mij niet, dat Ame rika onzeker was óver .den aard van dezen oorlog, want in Europa waren de meeste oorlogen in het verleden op gebiedsuitbrei ding gericht. Geen wonder dus, dat er zekere argwaan was in de Vereen. Staten, toon deze oorlog uitbrak. Waarschijnlijk daolit er menigeen, dat de koningen weer met hun oude stréken waren begonnen (ge lach). Het feit, dat Amerika ten slotte par tij heeft gekozen, maakt het do-were'd vol komen duidelijk, dat dit geen strijd van dien aard is, maar oen groote worsteling voor de vrijheid van de menschhei i (toej.) In Amerik i wht men-natuurlijk aanvanke lijk niet, wat wij m Europa hebben ver- uuurd van. Ie mikiaire Raete in Pruisen. Tut dusver hadden de Ver. Staten daar geen last van gekend. Pruisen ia geen de- molcratie (gelach). De keizer -beien* v, nat 't na den oorlog een demokratie zal zijn en ik geloof dat hij gelijk heeft (gelach cn toej.). Maar Pruisen is niet alleen ge-én demo kratie,. liet is niet eens een staat. Pruisen is oen.leger (toej.) De.keizer schreef de we reld de wet voor, alsof Potsdam een nieuw Sinai ware geweest, Europa werd cr onge rust en angstig van, het wist wat dat alles beteckendc, maar niet wanneer de boiu zou barsten. Dat was do bedreiging, dc druk waaron der Europa 50 jaar lang heeft gezucht. Van alle Pruisische instellingen is de „Hindenburg-linie,, het opmerkelijkst (ge lach). Wat is do Hindonburg-linie? Do Ilin- denburg-linio is een lijn, getrokken- door het gebied van een ander volk, mot de waarschuwing, dat de bewoners die niet mogen overschrijden, dan met gevaar voor hun leven en dat de linie in Europa voor 50 jaar in vijandelijke landen is getrokken. De Amerikanen hebben ten slolle dezelf de ervaringen opgedaan als Europa. Duitschland beduidde hen, dat zij den At- lantischen Oceaan slechts op eigen risico konden oversteken. Amerika ansclie" scliepcn werden zonder waarschuwing in den grond geboord, Amerikaansche burgers kwamen om. Eerst kpn Amerika het haast niet gc- looven, het duldde het eenmaal cn twee maal, totdat het eindelijk besefte, wat Duitschland's eigenlijk doei was. Toert kwam Amerika in actie en het Handelde snel (toej.) Twee feiten bevestigen, dat dit een strijd voor do vrijheid is. Ie de deelneming van de Vereen. Staten, 2e de Russische revolutie1 (luide toej.). De Russische revolutie is niet alleen he6 gevolg van den strijd voor de vrijheid, zij is liet bewijs van dezen grooten strijd en als het Russische volk beseft gelijk keft blijkbaar doet dat nationale tucht niet' onvereenigbaar i3 met nationale vrijheid, maar zelfs een voorwaarde is voor de zo» kerheid van die vrijheid (toej.), dan zal heft" stellig een vrij volk worden. Volgens Hindenburg logt Amerika geen gewicht in de schaal. Al zal dat een mis rekening* blijken,, zoo zou het toch onver* standig z'yn, aan te nomen, dat de Duitschei generale staf geen redenen heeft voor zijn misrekening en daarom moeten alle gealli* cerdon en in de eerste plaats Engeland cn' Amerika zorgen, dat do rekening van IIin-< denburg even verkeerd uitkomt, als die ovetl zijn vermaarde linie, die wij al hebben ge« broken (toej.) Do weg naar de overwinning, dc waarborgi voor de overwinning, is in de eeTste" plaats schepen!, in de tweede plaats: schepen! ca in de derde plaats: schepen! (toej.) Amerika beseft dat ten.volle, want thans reeds hoeft het maatregelen getroffen, om duizend schel pen te bouwen, van 3000 ton elk, voor de vaart over den Atïantischen. Oceaan (toej.). Ik denk dat de Duitsckoj militaire raadslieden nu al zullen gaan in zien, dat dit weer een misrekening aan hun zijde is, die hen tot rampspoed en onder gang zal brengen (toej.) Het is naar mijn bescheiden meening voor Amerika de moeite waard, onze fouten te bestudeeren, om te kunnen beginnen waar wij nu zijn '(toej.), niet waar wij drie jaar geleden waren. Amerika'hielp ons zelfs om den slag bij Atrceht té winnen ue>?n grooten slag. Weeft gij, welke kanonnen Duitscho schansen heb ben vernield cn prikkeldraadversperringen uiteengeseheurd? Ik herinner - me met ceni- ge vrienden, die ik hier tegenwoordig zie en met wie ik de zaak besprak, dat do or der werd opgemaakt, om de machines tot lietvervaardigen vari die kanonnen uit Amerika to betrekken (-toej.) Niet allemaal (gelach). Gij krijgt uw deel, doch maar een deel, al is liet roemrijk. Amerika heeft kanonnen, alsmede muni tie gemaakt en ons de machines geleverd oni beide te fabriceercn. Het heeft ons aan staal geholpen ca dio" verwonderlijke lenig- beid, dat gemak van zich aan te passen en dien rijkdom aan hulpbronnen geschapen .van het groote volk, hetwelk dat groote vasteland bewoont. Er'^jn tijdvakken in de geschiedenis, dat de wereld een zoo tragen loop neemt', dat do ontwikkeling daarvan eeuw aan eeuw: schijnt stil tc- staan. Maar er zijn ook lijden waarin ze voorwaarts stormt, den weg van eeuwen in cén jaar afleggend. Dat zijn de tijden, dio we nu beleven. Zes weken gele den was Rusland nog een autokratie, nu is het een der vrijzinnigste demokratiön van do wereld (toej.).. Tegenwoordig voeren we; den moest verwoestenden oorlog, dien de wereld ooit heeft aanschouwd. In do toe komst cn misschien in een toekomst, die niet ver meer i3, kan dc oorlog voor goed uit de lijst der mensehelijko misdaden zijn; geschrapt (toej.) Daarna spralc Llovd George over heft fuuiken van Turkije's sombere macht, die eeuwen aan één stuk het zonnigste land ter wereld heeft overschaduwd, en do be vrijding van Rusland van de onderdruk king, die het als een lijkwade overdekte. Do groote redo van president WiLson werd geschraagd door dc macht van een groote natie. Nu trekt zo voor do vrijheid te velde. Ze is de heraut van den dageraad» Bij het krieken van den ochtend is er aan gevallen ca men gaat er op los in den vol len gloed van dien dageraad en weldra zul len de Franschen, Amerikanen, Britten, Italianen, Russen, Serviërs, Belgen, Montc- negrijnen en Roemeniërs de hoofden lief* fen in het ongebroken licht van den stra len den dag. (Luide toej.) Daarna ging de eerste minister weer zit- ten, terwijl de bijval nog lang aanhield. Roman naar het Duilsck van DORA DUNCKER. 13) „Verwachte Verlangd! VerzochtGesmeekt bier tc komen met gedachten, woorden, brieven, telegrammen, 'k Heb da hcclc wereld in bewe ging gezet!" Gustava Hill lachte hartelijk cn gul. „"Waarheen tor wereld heeft u dan geschre ven, mijnheer' Stillfiied?" „Naar uw o*u do-woning, juffrouw Hill." „Ik ben reeds sinds twee jaren niet meer lo Berlijn geweest." Stillfried koek haar in het eerst verbluft aan, doch liet volgende oogenblik begon zijn gezicht van vreugde te stralen. „Als u mijn brieven niet heeft gekregen, wol. dan is u immers uit cigon beweging bij mij ge komen." Zij lachte weer en zette haar reistasehje neer, (lal Stillfried haar in zijn Verbazing en blijd schap had afgenomen. „Bij u? Wie zegt u, dat ik bij u kom? Tk had cr immers geen flnutv vermoeden van, dat u hier was. Ik meende, dat u in New-York of Cincinnati vertoefde o' ergens anders aan dc overzijde van. den grooten oceaan." Stillfricd's stralend gelaat betrok. „Mag ik u dan vragen, wat u naar Wolkcn- slein gebracht heeft?" „Ten eerste dc spoortrein, een mooi eindje in dagreizen van uit Holland. Daarna een uitste kend voetpad. Behoort dat tot Wolkensteiu, dan maak ik u mijn compliment. Beneden Ly het station zei men mij, dat alleen 6lot Wolken- steia in de plaats behoorlijk logica aanbood en ofschoon het een sanatorium was, ook wel vreemdelingen voor een paar dagen opnam. Pas hier vlak bij, weet u," Gustava Hill vrees uit het raam, „(laar ginds bij de brug, vernam ik tot mijn niet geringe verbazing, dat u do leider der inrichting was." Zij trad wat dichter op hem toe cn vroeg zacht, mot een bijna onmerkbaren, spotaehti- gen glimlach in de mondhoeken: „Leider? In welko hoedanigheid, als men vragen raag?" Stillfried richtte zich plotseling op. „In hoedanigheid van geneeskundige, na tuurlijk. Wat dacht u dan?" „Zoo, zoo," zei juffrouw Hill lakoniek, zon der dat het ondeugend glimlachje uit haai' mondhoeken was geweken. Hij wist niet wat hij uit haar vraag en uit (lo uitdrukking van haar gezicht moest opma ken en zei zeuuwachtig: „Dus nogmaals in ernst, wat voort u hier-' heen, juffrouw Hill?" „Zaken," zei zij kort cn droogjes. Stillfried schoot in den lach. „Zaken? Hier in Wolkenstoin? Uitstekend!" „Ik hoop, dat zij uitstekend zullen zijn. Maar nu op al uw vragen een wedervraag: Om wel ke rodenon hebt u naar mijn tegenwoordigheid bier verlangd?" „Heeft u onze oude vriendschap vergeten, juffrouw Hill?" vroeg hij met groote warmte van toon. „Neon, in het geheel niet. Maar daarom was het toch niet te doen? „Niet alleen, om volkomen eerlijk to zijn. Ik verzocht u hierheen to komen, omdat Wolkeuslein een clou noodig heeft U moest glans, licht, ja^ beroemdheid aan mijn sana torium geven. Wij zijn'een jong instituut, xvy moeten "behalve het geneeskundig suc ces, overwinningen behalen op het gebied van kunst en van het gezellig verkeer, wil len wij met andere, soortgelijke inrichtin gen gelyken tred houden of beter nog, hen voorbijstreven." „Dank den homel, dat er van dit prach tige plan niets geworden/is" en niets worden kan. Bij inij zou u daarmee geheel aan het verkeerde kantoor zijn gekomen," beweerde Gustava met drogen spot over zichzelf. Stillfried spralc dat levendig legen. „Dat moet jc andoren doen gelooven, Gustava." Zij maakte een beweging van on behaaglijkheid, toen hij haar zoo vertrou welijk bij haar voornaam noemde. „Dat weet ik beter. Ik kon u, zooals zeker nau welijks iemand anders u leent. Wanneer je je maar eénigermate -zoo verder ontwik keld hebt, als jc dat voor vijf jaren bc- lóofdet, dan moet jc nu behalve veel an ders een groote schilderes zijn." „Ik heb mij echter niet verder ontwik keld", beweerde Gustava ietwat spottend lachohd. „Eerder het tegendeel.!' „Dat geloof ik eenvoudig niet", riep Stillfried met vuur, „zelfs al was je op het toonbereikte standpunt blijven staan, dan zou jo nog al uw gelijken overtreffen. Uw geest „Djoii heb ik. reeds lang in do donkere ka mer opgeborgen „Uw sclióünkeil „Die neemt gewoonlijk met de jaren niet juist toe." „Uw- chic uw voornaamheid Gustava hield haar oogen dicht. „Örn "s Hemels wik houd op en schik u hoe eer hoe liever in het vernietigende feit, dat ik als ster absoluut niet tc gebruiken bon. Maar als u mij toch ondanks alles hier wilt behouden „Vraagt u dat nog?" Zijn slem klonk' ge krenkt en verwijtend. „Dan zou ik u van harte dankbaar zijn, als u m-ij door mejuffrouw uw zuster, die, naar ilc hoor, hier ook is, een kauier wildot laten aanwijzen. Het behoeft slechts, een heel bescheiden vertrek te wezen. U zal nu bovendien, zoo midden in Liet seizocu, liet huis ook wel vol hebben." „Nu, dat. gaat," zei Stillfried droogjes. „Maar ik bid u, juffrouw Hill, komt u hier eens^ecn oogenblik bij het raam. Als u uw hoofd een eind naar buiten steekt, kunt u do beide vooruilspringendo vleugels van 't gebouw overzien cn de kamer kiezen, die u het best gelegen lijkt." „Ik ben niet gesteld'op iets bijzonders; zooals gezegd, een bescheiden hoekje." Onder het spreken was zij naar liet aan geduide raam gegaan en riep nu mét op- .reclito verrukking: „Wat een prachtig uitzicht!" „Ja, het landschap is mooi, als het maar niet zoo arm aan bruikbare menschen was". Gustava keek hem vragend aan. „Wat verstaat u onder bruikbare men schen, mijnheer Stillfried?" „Menschen, met wie, men omgaan, 'n ver standig woord spréken, kan." „Ei, ci. zooveel eischend. Maar kijk oé.n? daar ginds op den. straatweg, dien ruiter! Aangenomen, dat hij hier in dc streek thuis hoort, ziet hij mij cr geheel naar uit, alsof dc omgang mot hem nogal draaglyk moet wezen." Stillfried boog zich naar yoren. „Ik zie niets, 't Komt mij voor, dat u nog altijd uw valkenblik bezit, dien gewone ster-*_ velingen moeilijk kunnen volgen". Gustava wees naar buiten. „Daar recht-s bij het kleine dennebosehja» Hij berijdt een prachtigcn, rooden vos." „O, die," zei Stillfried op gerekten toon. „Dat is Frodcnskireh, de eigenaar van clo groote porceleinfabriek in Untersbérg". „Zoo, zoo", merkto juffrouw Hill bepaald verheugd en geïnteresseerd op. „Hij ziet et, zeer „gentlemanlike" uit. „Uiterlijk slechts. Een vervelende burger man, met manieren van een beer. Boveu- dien heb ik iets met hem gehad. Sinds dien tijd zien we elkaar nog minder dan in het begin,_dat ik hier was." Gustava had den ruiter opmerkzaam na gekeken, zoolang er iets van hem en zijn prachtigcn rooden vos was te zien. Nu waren beiden in liet Bosch werdwe-. non. Zij ging do kamer weer in. „Wat is cr dan tussehen u beiden ge weest?" „Een groote onwellevendheid van Fre- denskireh's kant. Ik wou hem in het colle ge van curatoren der inrichting hebben en ook gaarne zijn vader, den'ouden yector, 'a drommels geleerde kop. U kanwel begrijpen juffrouw Gustava. dat het geen genoegen is, voortdurend te doen te hebben met rucn- schen, die op de laagste trap van bescha ving staan én daaruit bestaat het eölleg* van curatoren slecht*. Wal denkt u, dat dio Buffel mij antwoordde? Hij hal nUl het ïrinste verstand van zulk een inrichting, bijgevolg kon hij zich ook niét in "kot col lege laten kiezen. Ileeft u woorden voor, zoo iels? Dat kan toch slechts een flauws uitvlucht zij tl." (WoTdt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 5