Nederland en de Oorlog. No. 17444. LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 9 Januari. Tweede Blad. Anno 1917. - Vragen en Antwoorden. Binnenland. FEUILLETON. D© Seevalls.. Woensdag 97 December was dit vaartuig vertrokken van. bier. Het werd blijkens een Wolff-telegram opgebracht naar Zèebrug- ge. Intusschen spoelden op de Hollandsohe kust doelen van de deklading aan, bij Ylis- aingen kwam zelfs een der sloepen aian en nog steeds vernam men niets over bet lot der bemanning. Dat het opbrengen van deze onfortuin lijke boot niet op de gewone wijze geschied de, is thans gebleken. De tweede stuurman Haagtmans is het slachtoffer geworden van een vergissing der Duitschers, die hem het leven kostte en een lichtmatroos, een stoker en twee matrozen liggen ernstig gewond in het hospitaal te Ostende. Slechts zes man, t.w. de eerste- en tweede-machinist, de kok, twee matrozen, oen lioht-matroos en een donkey-man, zijn behioudetti gearriveerd aan het station Beurs te Botterdam. Wij zijn dus thans in de gelegenheid een aaneengeschakeld verhaal te laten volgen van het gebeurde met d'e „Okiambt". Zooals men zich herinnert, was die „Old ambt pas gerepareerd van de ernstige söhade, die het vaartuig liad bekomen, toen de Duitschers heb op 1 November j.l. tot zin ken wilden brengeneen poging, .die mis lukte, wijl men de „Oldambt" den Water weg op kon sleepen. De eigenares, de fir ma N. Hoos Co., had voor diezo eerste reis de „Oldambt" laten charteren door de Batavier-lijn. De. Lading bestond uit 250 ton margarine, 70 ton versche en inge maakte groenten, benevens een deklading mandenwerk on voorts eenig stukgoed. Op Woensdag 27 December vertrok de „Old ambt", bemand met 14 koppen. Men ging voor anker in den Waterweg en kwam 'e nachts te halfdirie in zee. Nabij het Maas- vuurschip bevond zich een Duitsche torpe do-jager, die daar als 't ware Lag te wach ten op den prooi, die hem oen vorige maal was ontgaan, 't Was 10 uur in den morgen, toen een los schot van den torpedo-jager het teeken gaf, dat bijgedraaid moest wor den, Aan dat bevel werd voldaan. Een boot werd uitgezet, waarin de 1ste stuur man, vergezeld van drie matrozen, de pa pieren bracht. Met dezelfde sloep kwam de prijsbeananning mee terug, bestaande uit een onderofficier cn twee matrozen. De bemanning van de „Oldambt" moest binnen blijven en de drie DuitsöheTS zonden het vaartuig naar Zeebruggo brengen. Het werd langzamerhand dik van mist, de torpedo-boot raakte uit heb 'gezicht, zoo dat de niet al te best bevaren Duitecbers hoe langer hoe meer de kluts kwijt raakten. Zeer langzaam ging het vooruit met horten en stoptennu en dan stond men stil. Toen den volgenden morgen te 11 uur de mist op klaarde, bleek, dat men zich ver boven Zee- brugge bevond, bijna onder de Fransche kust. Plotseling hooide men het knallen van oen kust/batterij en de Oldambt" werd doo?r de Duitschers onder vuur genomen. Er werden zeker wel 12 schoten vlak na elkaar gelost, die de „Oldambt" voor den. boeg en aan stuurboordzij bij de kaarten- kamer ernstige schade toebrachten. De drie Duitschers raakten onder dit bombarde ment hunner eigen kameraden den kop kwijt De kapitein van de Oldambt" behield echter zijn tegenwoordigheid van geest en gaf last de booten te gaan. De le sloep, kwam er goed af, do oh de tweede sloep, waarin do gezagvoerder met den 2den stuurman Haagmans cn oeni-ge matrozen hadden plaats genomen, kroeg een treffer, waardoor de boot vol water liep. Twee ma trozen bleven drijven op de riemen en hun reddinggordels. De boot bleef nog drijven," doch lag zeer diep. Het duurde geruimen tijd voo-r -er redding opdaagde, want er stond veel deining en de eerste sloep had grooto moeite om den kapitein te lwilp te komen. Eindelijk na een uur worstelen slaagde men er in de boot te bereiken. Men nam toen eenigo opvarenden over. De ka pitein en de tweecLe stuurman bleven ech ter in de zinkende boot. Aan den wal had men de vergissing reeds gemerkt en een Duitsche torpedojager" kwam met volle lcraoht do söMpbreukelin- gen te hulp. Eerst pikte deze boot een der matrozen op, die in het water op een riem dreefde ander was reeds door de „Old- ombt"-aloop overgenomen. Toen redde men de schipbreukelingen uit de zinkend© sloep, doch de tweede stuurman kon daar bij niet spoedig genoeg aan boord van den Duitscben torpedojager komen. Do diep liggende sloep schoot onder den torpedo jager door, zoodat d© stuurman bekneld raakte tusschen zijn eigen sloep en den wand van het Duitsche oorlogsvaartuig. Het duurde vrij lang voor men de sloep weer te pakken had. Met vereende krach ten werd de 2de stuurman uit het water gehaald; een dokter aan boord van den Duitsohen torpedojager paste die kunstma tige ademhaling toe, doch het waa reeds to laat. De levensgeesten konden niet meer worden opgewekt: Dood door hartverlam ming, zoo luidde die conclusie. Van do overige leden der bemanning raakte or eenogen gewond bij het aan boord gaan op den torpedojager. De „Oldtrmbt"- was blijven drijven, doch daar de pompen niet werkten, kreeg het vaartuig langza merhand .slagzij. Daardoor zullen do ge merkte manden, die later in Zeeland aan spoelden in zee zijn geraakt. Onder konvooi hebben de Duitschers het vaartuig den volgenden dag naar Zeebrugge gdbracht on vervolgens naar Brugge ge sleept-. De opvarenden werden te Brugge goed behandeld. De vier gewonden bracht men naar Ostende in het hospitaal. Do anderen kwamen, dank zij de goede zorgen van den Nederlandschen consul in een ho tel onder dak, waar meD het vrij goed hacl. Do mannen mochten zich vrij in de stad bewegen. Door den dood van den 2den stuurman was de terugreis naar Nederland vertraagd. TEGEN ONTTREKKEN AAN DEN DIENST. Aangezien gebleken ia, dat pp tamelijk groiote schaal personen zich onttrekken aan hun militie-, landweer- en landstormplioh- ton door de uitoefening van de buitenland- sche zeevaart of zeevissoilerg, zijn door het militair gezag maatregelen genomen om hieraan voor zooveel mogelijk een einde te maken. In verband hiermede is deer den U-r r ito ril len bevelhebber in Holland, enz het mili tair gezag uitoefenende o.a. in het in slaat van beleg verklaarde gedeelte van 's-Gra- venhage (haven van Soheveningen) een ver ordening afgekondigd, waarbij het aan ieder mannelijk niet-militiir (Nederlander), die voor de verdediging nuttig werkzaam kan zgn, in het algemeen verboden is, zich van uit de haven van Soheveningen aan bcord van een zeeschip of zeevisschersvaartuig buitengaats te begeven ter uitoefening van de buitenlandsche zeevaart of zeevi-s:lv?rij. GEBREK AAN GENEESMIDDELEN. Aan den minister van Binnenland.-che Za ken is gen adres verzonden door het hoofd bestuur der Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Pharmacie. Daarin wordt gezegd, dat het bestuur in do liat3te maan den weer herhaaldelijk klachten vernam over onvoldoende voorziening van gene.smidde- len, als gevolg van den gebrekkigen of gestaakten aanvoer van grondstoffen en geneesmiddelen uit Duitsohland of van over zee. Van enkele dier geneesmiddelen i3 de voorraad hier te lande geheel geruimd, van andere is de vooijaad zoo gering, dat deze dikwijls tegen den 10- tot 50-voudigen prijs worden verhandeld. Volgens schrijven van do N. 0. T. aan een "doT eerste importeurs van levertraan, bes'aat er ook nog steeds geen gelegenheid, dat dit lichaam zijn be middeling kan verieenen veer den invoer van dit geneesmiddel. Het hoofdbestuur veroorlooft zich daarom de hulp van don minister in te' roepen, om in dezen noodtoestand zooveel mogelijk verbetering te brengen, o. a. <loor de "be reiding van geneesoiidde'en en grondstoffen daarvoor hier te lande zoo krachtig mogelijk te bevorderen. DUITSCHE DESERTEURS. Te Winterswijk i> een Duitsche de-erteur aangekomen, een '26-jarig militair, die den geheelen strijd had meegemaakt. Hij liad nu verlof, maakte daarvan gebruik om zijn sDaarpenningen terug te krijgen en toen het tijd was om weer naar het front te ver trekken, maakte hij zich over de grens uit de voeten. Met den trein van 6.24 arriveerde Don derdagavond te Zevenaar uit Elten ©en Duitsch deserteur in uniform en gewapend met sabel. De gedeserteerde had ongeveer, 20 jaren achtereen te Arnhem gewoond; was destijds 4 malen in Duitsohland afge keurd, tot hg ten slotte ongeveer een half jaar geleden werd goedgekeurd voor den dienst Al dien tijd bracht hij te Wesel in garnizoen door. Veertien dagen geleden ging zrjn vrouw "hem bezoeken, om eenige dagen daarna weer huiswaarts .te koeren. Hij bracht haar weg tot Elten. Vreemd keek het vrouwtje, toen zij op het perron te Zevenaar plots ha?.r man zag staan. De de*- serteur, een man van 33 jaar, wordt waar schijnlijk geïnterneerd. Te Sittard zijn vier Duitsche "deserteurs over de grens gekomen. Te Etnxperlo is con Duitsch militair aan- gekomen, die over de grens wa/3 gekomen, om een partij boter, vet en spek naar Prui sen te smokkelen. SMOKKELARIJ. Nabij Hapert, aan de Noord-BrabanIschef grens, hebben rijkspolitie en ambtenaren der: rijksbelastingen een bende smokkelaars tot staan gebracht. Een groote partij smokkel waar, w. o. een flinke hoeveelheid rubber, werd bemachtigd. Onder do aangehouden smokkelaars bevinden zich een militair wielrijder, en èen neringdoende uit Val ken s waard. Vraag: Heeft een dagdienstbode, die met Februari vertrekt, recht op' haar Nieuw jaarsfooi? Antwoord: Neem Vraag: Welke zijn de werkzaamheden, die door de administratietroepen in den Mi litairen dienst moeten worden verricht? Antwoord: Deze zijn bestemd voor treinsoldaat, kok, magazijns-oppasser en andere •employementen. Vraag: Daar mijn vriend in 1912, 5 jaar vrijwillig bg de Koninkl. Marine getee- kend heeft, en met April 1917 dit dienstver band eindigt, zou hij dan nog na moeten dienen, daar hrj van Militielichting 1913 is? Antwoord: Hrj kan voor den Land storm worden opgeroepen. Was hij echter in 1912 reeds" voor inlijving bij de militie bestemd, dan wordt hij in de positie van milicien getracht. V ra a g: Weet u ook een middel om suikervlekken uit een zwarte stoffen rok te verwijderen Antwoord: Eenvoudig uitvasschen met schoon w^fcer. Vraag: Als een dienstmeisje een reke ning moeb gaan betalen, mag dan een pa troon-of mevrouw zoo vrij zijn, om er de peicenten van af te houden? 13 dat niet erg inhalig? Antwoord: Ja, dat is niet aardig. In den regel beschouwt men deze percenten al3 een buitenkansje voor de dienstbode. Vraag: Zou u mij s.v.p. antwoord kun nen geven hoe ik het best een witte struis vogelveer kan bewaren? Antwoord: In een doos op een vocht en motvrije plaats. Ter voorkoming van mot doet u 't best, wat carbolballetjes in de doos te doen. Haar nu en dan er uitnemen en als het mooi droog weer is, dragen. Vraag: Is er ook een middel tegen roode; armen en handen? Antwoord: Dat is een gevolg van de eigenschappen van de huid, waaraan oiet veel te doen is. Zoo weinig mogelijk in wa ter komen en vooral niet met natte armen en handen naar buiten gaan of in den tocht staan, ten minste niet bij een schralen wind. 's Avonds inwrijven met kamferspiritus en glyceryne, half om half. Vraag: Kunt u mij ook zeggen, wat M. U. L. 0. beteekent? Antwoord: M. U. L. 0. is een verkor, ting van Meer Uitgebreid Lager Onderwijs M. U. L. O.-scholen zijn scholen, die tusschen gewone lagere scholen on M'ddelbare s:holen in staan. "De openbare Jongensschool 2e klasse aan de Pieterskerkgracht en de Chr. school aan het Noordeinde bgv. zgn M. U. L. O.-scholen. Gedurende 1916 zijn 78,523 ongeval len bij de Rijksverzekeringsbank aangegeven door 'de 2546 ingeschreven geneeskundigen. In het geheel werden aan schadeloosstel lingen f4,687,413.52 uitgegeven. In het gemeente-ziekenhuis te 's-Gra> tenhage is, na een ernstige ongesteldheid van eenige weken, overleden dr. Ch. Ver meulen, badarts, inspecteur der zeebaden van de Mg. Zeebad Soheveningen. De arr.-rechtbank te 's-Gravenliago Veeft, ter vervulling eener vacature van rechter in haar college, de volgende alfa betische lijst van aanbeveling opgemaakt: mrs. W. Boekhoudt, oud-raadsheer in het Hooggerechtshof van Ned.-Indië; H. E. Cost Budde, rechter te Zieriksee, en A. S. Rueb, idem te Tiel. Tot tweeden predikant bij de Rem. Gem. te Utrecht is beroepen ds. Wi Mackonsie, "Rem. predikant te Alkmaar. De voorzitter van de Tweede Kamer, mr. H. Goeman Borgesius, die a.s. Donder dag 70 jaar hoopt te worden, is sedert eenige dagen vrij ernstig onge.told. De zieke heeft hevige koorts. De heer Borgesius zal In de eerste weken zijn werkzaamheden niet kunnen verrichten. Mej. J. C. Bernet, onlangs te Arnhem everleden, heeft o.m. de volgende legaten vermaakt: aau het Blindeninstituut achter St.- Vieter te Utrecht f10,009; het blindeninsti tuut te Wolfheze f5000; de Nederlandsc-he Gus taai-Adolf-vereeniging f2000. Verder laan tal van plaatselijke, kerkelijke en lief dadige instellingen bedragen van f 1000 tot f 4000. Met ingang van 16 Januari is benoemd tot directeur van het post- en telegraaf kantoor te Nieuw-Buinen de hoer J. L. G. van den Heuvel, thans in gelijke betrekking te Ootmarsum; en met ingang van 16 Febr. cot directeur van het post- en telegraafkan- toor te Boxmeer de heer A. Veenhoven, thans in gelgke betrekking te Hardenberg. Ter herdenking van het herstel van ons gezag in Nederlandsch-Indië is van het Indologenblad een jubileum-uitgave ver schenen. De redactie schrijft een voorwoord voor dit nummer, het verdere gedeelte wordt ingenomen door artikelen van vooraanstaan de mannen op het gebied der koloniale be weging. Aan dit nummer werkten mede: dr. N. Adriani, prof. J. H. Carpentior Alting, dr. J. C. van Eerde, mr. D. Fock, mr. P. H. Fromberg, C. J. Hasselman, J. B. van fleutz, F. M. Knobel, H. H. van Kol, C. Lekkerkerker, prof. J. J. van Loghem, Noto Soeroto, G. J. Oudemans, prof. C. Snouck Hurgronje, H. F. Till oma en prof. J. Ph. Vogel. De Minister van Waterstaat heeft gel den aangevraagd, om reeds dit jaar een aan vang te maken met de verbetering van den Waterweg van Rotterdam naar zee en van het Noordzeëkanaal. In de' gisteravond gehouden vergade ring der Vrijz.-Dem. Kiesvereeniging in Den Haag is nm. W. Francken deiinitief ean- didaat gesteld voor de Provinciale Staten (vacature-rar. W. Dolk). I>e JS. D. A. F. eu do liamervorkioziiigen. „Het Volk" meldt: Het buitengewoon Congres van de S.-D. A.-P. zal gehouden worden op 11 Februari te Zwolle. Het voorstel van het prrtrjbestuur luidt als volgt en wordt ingeleid doer mr. P. J. Troelstra: Het Congres machtige het partijbestuur de volgende overeenkomst aan te gaan: Bij de verinezingen voor leden van de Tweede Kamer, welke ten gevolge van de ontbinding met het oog op de G ondwils' er- ziening in 1917 zullen moeten plaats vinden, zal dcor alle partjjen worden gepoogd, te oewerken, dat de zittende led n geen be strijding vinden en zoo mogelijk b'j enkele candidaats elling w< :den herkozen, waarbij echter uitdrukkelijk wordt vooropgesteld, VJwi- 1 Roman uit het laatst der 16de eeuw, naar het Engelsch van Rafaël Sabatini. 5) „Als dat zoo was, zou ik je niet lief hebben, Olivier. Maar in dit uur heb ik je eigen verzekering noodig. Wil je niet edelmoedig zijn en geduld met me hebbsn, mij versterken om alles te kunnen weer staan, wat later gezegd kan worden?" „Zoo waar God mijn getuige is, ik heb je in alles de waarheid gezegd," antwoordde hij plechtig. Zg liet het hoofd op zijn schouders zin ken. Zg weende zacht, van streek door do inspanning, door alles, wat zj ia stilte ge leden had sedert hij gekomen was, om haar het hof te maken. „Dan," zei zij, „geloof ik, dat ge goed gehandeld hebt. Ik geloof met je, dit geen man van eer anders kon gehandeld hebben. Ik moet jo gelooven, Olivier, want drol ik dat niet, dan kon ik in niets gelooven en op niets hopen. Ge zijt als een vuur, dat zich meester gemaakt heeft van het-be:te deel van mij, en het alles tot asch verteerd heeft, opdat je het in je hart zoudt kun nen houden. Ik ben tevreden, zoo ge waar zgt." „Ik zal altijd waar rijn. lieveling", fluis terde hij vurig. „Zou ik anders kunnen zijn, dlaar gij gezonden rijt otm mij diat te ma ken?" Zij koek hem weer aan, en nu glimlachte zg ernstig door Jiaar tranen. dat gedurende de parlementaire periode, aan vangende na bedoelde verkiezing, krachtens evenredig kiesrecht, door alle partijen zal worden bevorderd, dat elke beslissing zal worden vermeden over ©enig onderwerp^ dat tot politieken beginselstrijd zou leiden. De eerste "vrouwelijke hoogleeraar. De „Staatscourant" van gisteravond ))©- vat de benoeming tot buitengewoon hoog leeraar in de wis- en natuurkunde aan ae Rijksuniversiteit te Utrecht, voor onderwijs in ziektekunde der planten, van mejuffrouw dr. Johanna Westerdgk, direcirice van het laboratorium „Willie Commelin Scholten", te Amsterdam. Het „Handelsblad" deelt mede, dat dr. Johanna Westerdgk de oudste dochter is van den bekenden Amsterdamschen arts dr. B. Westerdijk. Zij werd in 1883 in Amsterdam geboren, bezocht de H. B.-S. voor Meisjes en volgde daarna gedurende vier jaar aan de univer siteit de colleges van de professoren Ver schaffeit en Hugo de Vries. Nadat zij de akte M. 0. voor plant- en dierkunde had behaald, studeerde zij èen jaar in München bij professor Göbel en daarna acht maan den, in Zürich bij professor Schinz. In deze stad promoveerde mej. Westerdgk. In 1906 kwam zij in Nederland en sinds tien jaar heeft zij aan het Phytopathologiseh Laboratorium „Willie Commelin Scholten", aan de Roemer-Visscher-straat gewerkt, waarvan zij directrice is. Dit laboratorium is, zooals bekend is, een privaat-instelling voor wetenschappelijk onderzoek van plan tenziekten, waar tevens gelegenheid voor de studenten van de universiteit bestaat om zich te ontwikkelen. In September 1913 ging dr. Westerdijk naar Indië voor bet „Buitenzorgfonds", om een collectie te maken van plantenziekten van Indische cultuurplanten. Tot Juni 1914 vertoefde zij op Java ©n Sumatra, om plan ten te verzamelen. Van Indië reisde zij naar Japan om ook hier gedurende 6 weken planten te verzamelen; toen maakte zij. in ge zelschap van eenige phytopathologen, een reis dwars door Amerika, gedurende welke zij aan verschillende Amerikaans:he univer siteiten voordrachten hield over ph tapatho- logio op Java en in Nederland. In do laatste dagen van 1914 is dr. Westerdijk weer in ons land teruggekomen, om haar werkzaam heden aan het laboratorium te hervatten. ACADEMIENTEUWS. Delft. Gisternamiddag werd in ds groo te zaal van „Stads Doelen" een buitenge wone vergadering gehouden ter viering van den gedenkdag der Technische Hoogescbool. Aanwezig waren het College van Curatoren, hoogleeraren, lectoren, privaat docenten-as sistenten en studenten der Technische Hoo- geschool, benevens tal van belangstellenden. De rector-magnilicus, prof. J. C. Dijx- hoorn,- werktuigkundig ingenieur, sprak een rede uit over: „De Technische Hogeschool gedurende het studiejaar 19151916." Vervolgens werden de heeren A. C. C. G. van Hcmert c.i. en G. W. van Heukelom c. i. brj hun promotie tot doctor in de tech nische s wetenschap' honoris causa, toege sproken door den promotor prof. J. Nele- maDS c. i., voorzatter van de afdeeling der weg- en waterbouwkunde aan de Technische HoC'geschool. De heer G. L. F. Philips, w. i., werd bij zijn promotie tot doctor in de technische wetenschap, honoris causa, door den promo tor prof. dr. W. Reinders toegesproken. Amsterdam. Ter gelegenheid van den dies natalis der -Hoogescbool heeft de reo tor-magnificus jprof. dr. R, Sissingh' Maan dagmiddag in de aula een rede gehouden over: „De wereld der kleinste afmetingen." DE JONGSTE AVONTUREN VAN DE „OLDAMBT". De Robtordamsoko correspondent van de „Tel." meldfb: Er hjoersebte reeds groote ongerustheid bij de families over liet lot dor opvarenden van de „Oldamlbfc". Op „En zul je Pieter verdragen?" smeekte rij hem. „PIij zal gesn macht hebben om mij boos te maken", antwoordde hij. „Dat zweer ik oo<k. Weet je, dat hij me vandaag zelfs sloeg?" „Sloeg hij je? Dat heb je me niet ge zegd „Mijn twist was niet met hem, maar met don schurk, die hem zond. Ik laolite om d'eai slag. Was hij mij niet heilig?" „Hij is in zijn hart good. Oli/vier", ging rij voort. „Mettertijd zal hij je gaan lief hebben, zooals je verdient, en je zult be merken, dat 'hij ook je liefde verdient." „Hij vercï.ent clie nu al om de liefde, die hij je toedraagt." „Ein je zult altijd zoo dien/ken gedurende den korten wachttijd, die noodzakelijk voor ons ligt?" „Ik zal nimmer andere denken, lieve. In- tusz.oh.en zal ik hem vermijden, on opdat er geen kwaacl zal gebeuren, als hij mij G-o- cLlphim Court zou verbieden, aal ik zelfs wegblijven. In minder dan een jaar zal je meer dei-jarig zijn cn niemand kan je dan verhinderen te komen of te gaani. Wat is oen jaar, met zulk een hoop als de mijne», om het ongeduld te bedwingen?" Zij streelde zijn gericht. „Jo bent altijd zeer lief voor mij, Olivier", mompelde zij liefkoozond. „Ik kan niet gelooven, dat je ooit bard voor iemand bent, zooais rij zeggen." „Luister niet naar heil", antwoordde hij haar. „Ik ben missohien iets van dat allee geweest, maar jij hebt me beter gemaakt, Rose. Welke man, die je liefhad, zou an ders dan zacht kunnen zijn Hij kust© haar en stond op. „Het is het beste, dat. ik nu weg ga", zei hij. „Ik zal morgenochtend langs do kust naar Trefusis Point wanda len. Als jij misschien ook zoo iets van plan bent Zij lachte, en stond ook op. „Ik zal er zijn, lieve Olivier." „Het zou zoo later het bcsto rijn", ver zekerde hij haar, glimlaohend, en nam zoo afscheid. Zij volgde hem bot do trap, en keek hem na, terwijl hij naar ben&clen ging, met oogen, waarin trots to lezen was over de mooie, rechte houding van dien kraohtigen, heerschzuohtigen minnaar. HOOFDSTUK IJl. De Smidse. Dat Sir Olivier gelijk had gehad, met de eerste te willen zijn, dlie Rosamund© de gebeurtenissen van dien da.g vertelde, bleek dadelijk, toen Godolpthin thuis kwam. Hij zocht onmiddellijk rijn zuster op en in oen gemoedstoestand, gedrukt door angst en leed om Sir John, dbor een vaag gevoel van minderheid ten opzichte van Sir Oli vier en door de woecle over dit alles, was hij ruw in rijn optreden en- geneigd tot snoeven. „Rosamunde," zei hij kortaf, „Sir John zal waarschijnlijk sterven. Hot rustige antwoord, dat rij hem gaf, was niet geschikt, om zijn geprikkeld ge moed kalm te stemmen. ,,Dat weet ik", zei rij. „En ik vind, clat. hij niets anders verdient. Wie lastert moet bereid rijn or de gevolgen van to dragen." Hij staarde haar in een langdurig, woe dend stilzwijgen aan, barst-te in vloeken uit, en eindigde met heftig uit te varen tegen haar onnatuurlijkheid en to zeggen, dat zij door dien hond van een Tressiliian behekst was, ,-,Het is gelukkig voor me," antwoordde zij kalm, „dat hij hier vóór jou, was, om me de waarheid in dazo zaak te vertel Ion." Toen verlieten baai- hour aangenomen kalmte cn de toorn, waarmodo rij den rij no beantwoord had. „O, Piober, Pieter," riep zij in angst, „ik hoop, dat Sir John zal ge nezen. Ik ben buiten mijzelf door deze ge beurtenis. Maar ik smook je, wees recht vaardig. Sir Olivier beeft me verteld, hoe hij vervolgd werd." „Hij zal nog meer vervolgd worden! Als jo denkt, dat deczo daad ongestraft zsol blijven Zij wierp rioh aan rijn borst en smeekte hem, dozen twist niet verder te drijven. Zij sprak van haar liefde voor Sir Olivier en kondigde haar vast besluit aan, hem te huwen, in weerwil van allen tegenstand, dio geboden zou wordenal hetgeen niet strekte, om do stemming van haar broeder te bedaren. Maar tor-wille van de liefde, die de>ze Woo altijd zoo nauw verbonden had, ging hij eindelijk zoo ver be zeggen, dat hij de zaak niefc verder zou vervolgen, als Sir John beter werd. Maar kwam Sir John to sterven, wat zeer waarschijnlijk was, dan dwong zijn eer hem, wraak t>e zoeken voor ©en daad, waaraan hij zelf zoo'n groot aan deel had. „Ik dioorzio dier man, alsof hij een open boek was," zei do jonge man met kale snoeverij. „Hij heeft de listigheid van Sa tan, maar toch misleidt hij mij niet. Door Killigrew trof hij mij. Omdat hij jou lief heeft, Rosamunde, kon hij niet. zooals hij mij zei niet mij vechten, hoewel ik hem uitdaagde, zelfs toen ik zoo ver ging liem te slaan. Hij had mij daarvoor kunnen dooden, maar hij wist, dat hij, met dat to doen, een scheidsmuur tusschen hem cn jou zou plaatsen. Ohij is zoo borekenend als al de duivels van de hel. Om dus de schan de uit to wisschen, dio ik hem aandeed, geeft hij Killigrew die schuld or van en gaat hoen, om hem te dooden, wat als een waarschuwing voor mij kan gelden. Maar als Killigrew sterftEn zoo rammeid© hij door en vervulde haar toeder hart met angst, dien twist to zien voortduren bus- schern de twee mannen, die rij het liefst had op de wereld. Als het einde zou rijn, dat één van bedden den ander dooddlo, wist rij, dat zij den overlevend© noodt weer zon willen zien. Zij vatte eindelijk weer inoed bij de her innering aan Sir OÜvicr's bozworen bolofto, dat het leven van baar broeder hem on schendbaar zou zijn, wat or ook mocht go- beuren. Zij vertrouwd© hemrij geloofd© aan zijn woord en zijn zeldzame kracht, die het liem mogelijk maakte oen weg to gaan, dien een zwakker man niet zou durven vol gen. En bij cleze overpeinzing groeddo haar trots op hem, en zij dankte God voor een minnaar, cüo in alle opzichten een rous onder do meneohen was. Maar Sir John Killigrew stierf niet. Hij zwoofde zeven dagen tusschen doze wereld en c©n betere daarna begon hij te her stellen. Met- October was hij wrecr op do been, mager en bleek, mot de helft van zijn vroegeren omvang, slechts d'e schaduw van een man. Een van zijn eerste bezoeken was op Go- dol phin Court., Hij ging mot .Rosamund© over haar verloving sproken en dat deed hij op verzoek van haar broeder. Maar rijn betoog waa voel minder krachtig dan zij verwacht had. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 5