Nederland en de Onrlog. No. 17229. LEIDSCH DAGBLAD; Donderdag 27 April. Tweede* Blad. Anno 1916. Eerste Kamer. Tweede Kamer. FEUILLETON. Da Vergissing van Vivien Eady. De Oorlogswlneibelastiug. In een nota van wijziging stelt de re dering voor artikel 15 als volgt te lezen Indien bet gestorte aundeelenkapitaal ecIJer binnen liet.Rijk gevestigde naamlooze vennootsoliap of andere vereeniging A-aii peitionen gedurende eenig jaar, öf gedeel te daarvan, bedoeld bij artikel 5, meer of- Piindcr bedraagt dan het gemiddelde van bet aandelenkapitaal, dat den laatsten ^ag van de jaren waartoe de eerste Augusr tus <1911, 1912 cn 1913 behoorden, was ge- stort, wordt cie gemiddelde, zuivere winst 0ver laatstbedoelde jaren vóór de toepas- aixig van artikel' 7, eerste lid, in het eerste geval vermeerderd in het tweede geval verminderd met een interest van het ver schil. berekend naar vijf ten honderd 'sjaars over het in den aanhef denser alinea genoemde jaar of gedeelte daarvan. Indien het gestorte aandeelenkapitaal oenor binnen het Rijk gevestigde imamloo- ze vennootsohap of andere vereeniging van personen gedurende eenig jaar, of ge- 'd©eR© daarvan, bedoeld bij artikel 5, meer of minder bedraagt dan het aandeelenkapi- taal, dat den laatsten dag van het .jaar waartoe do eerste Augustus 1913 behoorde was gestort, wordt de zuivere winst over laatstbedoeld jaar vóór de toepassing van artikel 7, tweede lid, in het eerste geval vermeerderd, in het tweede geval vermin - derd met een interest van het verschil, be tekend naar vijf ten honderd 'sjaars over het in den aanhef dezer alinea genoemde jaar of gedeelte daarvan. yoor de toepassing van het eerste en het tweede lid van dit artikel worden reserves met gestort aandeelenkapitaal gelijk ge geeld Deze bepaling is niet van toepas- ging op reserves voor waarschijnlijke ver liezen op bepaalde goederen of schuldvor deringen. Ter toelichting zegt de regeering: Hoe- wol verandering van artikel 15 in verband met de wijziging die artikel 7 heeft onder- ri, niet bepaald! noodig wordt geacht, is verandering naar aanleiding van het verslag dier Commissie van Rapporteurs als- rtpg aangebracht. In de artikelen 03 en 95 zijn drukfouten hersteld. De nota. is vergezeld van een ge-Wïjrigd ontwerp van web. De vervolging; van «len heer J. C. Schroder. Den 17den Mei zullen voor heb gerechts hof te Amsterdam behandeld worden de twee zaken tegen den beer J. O. Sahö- dor, waavan hij resp. den 14<len Deo. 1915 eu 26 Maart 1910 door cfe rechtbank alhier werd vrijgesproken. De eene zaak betreft, zooals men weet, heb artikel ,,De schurken van Europa" en de andere heb in gevaar brengen van de neutraliteit van den Staalt. Insubordinatie door Dnitsche officieren. In het Huis van Bewaring te 'e-Graven- hage zijn ingesloten drie Duitache officieren (twee marine-officieren en een officier-vlie ger), geïnterneerd op het fort Wierickor- a Wham Zij zullen voor den -krijgsraad te 'a-Gravenhóge terecht staan, beschuldigd van insubordinatie. plaatsje bij het kauip van Friedriohsfeld ontvlucht waren. Zij hadden zeven dagen over den weg gedaan. De onder-officier was reeds voor de vijfde maal ontvlucht. Telkens was hij weer aangehouden. Te Oldemzaal zijn de Fran-sche soldaten J. van B., uit Rijssel, en F. N., uit Lyon uit Duitsohe krijgsgevangenschap in heb Sen- nanlager, bij Paderborn, ontvlucht, door de grenswacht te Losser, aangebracht. Zij behoorden tot de infanterie. Volgens hun'verklaring was die behandeling, die zij ha den eersten tijd mochten ondervinden, meer clan erg, doch den laats ten tijd beter geworden. Het eten was slecht en onvol doende. Zij waren in het begin van den oor log bij de Marne gevangengenomen. Veer tien nachten hadden zij noodig gehad om de Nederlandsche grens te bereiken. Zij zijn onder militair geleide naar Rotterdam ge bracht. Het mijnengevaar. stoomschip „Ureohterland"" op reis van heb Engelsohe Kanaal naar IJmaiden passeerde tuüschen Sohoaiwenbank en Sche- venijigen' niet minder dan 33 mijnen. To Jdhiuiden binnengekomen stoomtrawlers deelden mede, dat op de hoogte van Sohe- veningen oen 12-tal mijnen heel dicht bij elkander droef. Door de voorgaat»van Umuider kruiflendo stoocmloodaboot is we derom eeu tweetal drijvende mijnen tot. zin ken gebracht. Ontvluchte kr^ssgevaugendii. Te Wdnterewijk zijn Dinsdag twee Russi sche krijgsgevangenen aangekomen, een onder-officier en een soldaat van het 21ste Siberische regiment infanterie, die idt ©en De onzijdige conferentie te .Stockholm. Men meldt uit Den Haag: De keer L. Hoejenbos, die zooals reeds gemeld van de onz^jdig'e conferentie te Stockholm in Den Haag is teruggekeerd, heeft in een persgesprek e?n en ander om trent zijn reis en dc conferentie, medege deeld. Zooals te begrijpen is, was het be sluit van de Duitache regeering, om üe deelnemers aan de conferentie niet te ver gunnen, binnen drie maanden over Duitsch- land naar hun vaderland terug ke keeren, verre van aangenaam. Vooral gold dit voor de Hollandsche afvaardiging. Zg toch werd eerst in Stockholm van dit besluit op de hoogte gesteld. De Zwitsersche afvaardi ging was in Berlijn bg haar doortocht naar Stockholm in kennis gesteld van dit besluit en haar werd de keus gelaten, naar Zwit serland terug te keeren; zg was dus ge waarschuwd. Naar de meening van den heer Hoejenbos was groote spionnenvrees de aanleiding tot het besluit Van die spionnenvrees vertelde; de heer Hoejenbos eigenaardige staaltjes. Ongelooflijk scherp is de contpole op de reizigers, die Duitschland binnenkomen en verlaten. Vooral te "Warnemünde was dit het geval. De reizigers mannen en vrou wen moeten zich tot op het hemd uit- kleeden en danwordt het hemd over het hoofd van het slachtoffer getrokken, om te zien of aan den achterkant er van nog iets verborgen Is. Papier (ook onbe- sohreven), boekon, kranten, mag men niet zich hebben qn wordt natuurlek afge nomen. Pijnlek nauwkeurig is het ondeiv zoekVulpenhouders worden leegge maakt en nagekeken, sigaren worden stuk gebroken en zelfs eigenaars van een valsch' gebit moeten dit uit den mond nemen, wanttusschen de gehemelteplaat van het gebit en het gehemelte kon „iets" zjn verborgen. Vrouwen moeten het haar los maken en uitkammen, kortom niets blijft verborgen aan hot aoh'erpziend oog van de beambten meest militairen mot hot onderzoek belast. Do heer Hoejenbos die op zjjn pas had aangeteekend, dat hjj telegrafische toe stemming had van 'den rijkskanselier, om over Duitschland naar Holland te reizen werd overal correct behandeld. Zijn indruk is, dat de stemming van het Duilsche volk heel wat gewaagd is en men verlangt algemeen naar den vrede. Hoewel in de treinen overal waarschuwin gen zijn aangebracht, waarin de soldaten worden herinnerd aan het verbod om ietB te zeggen, met het oog op de spionnen, waren er toch genoeg ook officieren die uiting gaven aan hun verlangen naai het einde van den oorlog. Zft die terug komen, zagen 'er moè, afgemat, vuil en smerig uit, die terug moesten naar het front verzwegen niet, dat hun dit niet zoo aangenaam waswaren „down" Op de oonferentie was hard gewerkt Sn ook al verwacht de lieer Hoejenbos van de conferentie niet veel praotische resul taten geheel zonder invloed zou deze bijeenkomst z. i. niet zijn. Als een der rede nen, dat de oonferentie weinig zou uitwer ken, noemde de heer H.( dat de personen, welke aan 'de conferentie deelnamen, niet aanwezig waren ais vertegenwoordigers van partjjen en geen vast omlijnd program hadden. Bij de besprekingen was, volgens de heer Hoejenbos overtuigend gebleken en dit was dan ook de conclusie vau de conferen tie dat de pogingen, oui tot vrede te komen, alleen konden uitgaan vau de vol keren zelf. Zij moesten de stuwkracht zijn, die de regeerders en diplomaten dreven naar. een bevredigende oplossing. Te IJniuiden is uit Hamburg aange komen de stoomtrawler ,,St. Nicolaas" I.1M 187. die in het begin van November'van het vorige jaar door een onbekend geoleven Engelsch oorlogsschip- werd overvaren. De bemanning werd gered door den stoomtraw ler „Greuvers." De „St. Nicolaas" dreef in hot Duitsche jnijnveld en werd later door. een torpedoboot in zwaar beschadigden toe stand naar Hamburg opgesleept. Na veie formaliteiten werd eindelijk vergunning ge geven, den trawler te Hamburg te doen her stellen en na een oponthoud van ruim vijf maanden is de trawler teruggekeerd. Hij wordt thans weer voor de visscherrj in ge reedheid gebracht. Men meldt uit Den Bosch: De heer "ff. van "Ryckevorsel, oud-Bos schenaar, eerst vice-consul te Charleroi, daar na te Dinant, was ter dood veroordeeld we gens het voeren" van correspondentie met de geallieerden. Door tusschenkomst van den heer Van Vollenhoven, den Nederlandschen legatie- secretaris te Brussel, is de doodstraf in ge vangenisstraf veranderd. De heer Van Ryckevorsel is. naar Duitsch land vervoerd. De minister van Landbouw, Nijver heid en Handel maakt ingevolge zjjij besluit Van 6 Maart bekend, dat de commissie van toewijzing in zake de maïsdistributie aan eiken aanvrager, wiens aanvrage voor de 'April-levering is geldig verklaard, 80 pCt. van de aangevraagde hoeveelheid heeft toe gewezen. De mailboot „Koningin Wilhelmina" kwam Dinsdag reeds te kwart over twee te Vlissingen aanzoo vroeg, wijl de booten thans op tij varen, om met hoog water da Gallopeiboed te paaeeren. Er waren dit maal slechts 22 passagiers aan boord, daar er in afwijking met vorige reizen geen go- interneerde Duitsohere werden vervoerd. Men meldt dat de „James J. Dickson" van Gothenburg naar Amsterdam, die door een Duitsche torpedojager is aangehouden, naar Cuxhaven is opgebracht voor onder zoek. Vergadering van gisternamiddag. Eedawet. De heer VERHEYEN (Noord-Brabant) mo tiveert rijn atbm voor het ontwerp, zij het met zekéren schroom, waar in het parle ment vergrijsden met hem van nteening ver schillen. Een ideale toestand als de heer Franssen wil is niet te yerkrngeii bj bet bestaan van meeningsveraóhil ook in dezelfde partjl. Men zal moeten trachten door de klip pen heen te zeilen ep anders van kwaad tot eijer komen. Neemt men nfet deze regeling geen vrede, dan zou een „Nou possuraus'S van wélke regeering ook, moeten volgeu. Spreker zou met den heer Lucassen de voorkeur gegeven "hebben aan de voorzie ning uitsluitend ïu den bestaanden nood toestand. Alleen met gemoedsbezwaren van godsdienstigeu zou hij rekening gehouden willen dfen. 'Vrijstelling van een eed' zou nqj aneen wiTTen toegekend zien voor cate gorieën als de Doopsgezinden. Spreker trekt in twijfel of mj, die niet in God gelooveu, de bevoegdheid heb ben om den eed af te leggen en zegt, dat de rechter nu kon uitmaken oï een verkla ring onder eede voor' hem' gelijke waarde heeft als een buiten eede 3fgelegd. Spreker onderschrijft niet het argument van den heer Van den Biesen, dat het ont werp een bsvoorrechtlng geeft van den on- geloovige boven den geloovige. Hij gelooft niet, dat de eed door de wet zal verdwijnen en acht de vrees voorbarig, dat anderen de wet zuljen aangrepen om aan de eeda- verpjiohting te Ontkomen. De heer VAN WASSENAER VAN CAT- WIJCK (Gelderland) zegt, dut een oplossing, die wel rekening houdt met de gemoedsbe zwaren van den een en niet met die van den ander, voor spreker onaannemelijk zou zijn. Spr. betreurt, dat het tijdelijk karakter aan dit ontwerp is ontnomen, omdat nu de mo gelijkheid is weggenomen'dit ontwerp spoe dig nog eens te bespreken. De heer REEKERS (Noord-Brabant; sluit zich hoofdzakelijk aan bp deD lieer Van der Biesen. Godsovertuigingen heeft men te eerbiedigen en atheïsten kan men niet toela ten tot den eed, maar men make geen re geling tot schade van den eed. Ook het instituut van de eedshelpers zou spr.'s be zwaren hebben ondervangen. ïSpr. meent, dat de deuren voor het afwijzen van den eed zoo wijd zullen worden opengezet, Bat de gevolgen noodlottig zullen zijn. Beter, is het dan nog den eed af te schaffen. De heer DEUCKER (Noord-Holland) be streed het door den heer Van den Biesen aangevoerde en besprak nader hetgeen hij een vorige maal over het oordeel van den beroemden Kerkvader Chrysostomus heeft 'gezegd. Een schrijver over dien kerb,'ader komt tot de conclusie, ..dat. deze (Chrysosto mus). het niet zoo algemeen bedoeld heeft in z(jn uitlatingen tegen den eed. Maar dat er nu een noodtoestand bestaat, wordt al gemeen erkend. Spr. beroept zich ten deze op prof. Struycken. Voort3 wijst spreker er op, dat de eindstemming in de Tweede Kamer heeft bewezen, dat het wetsontwerp geen beginselen aantast, die aan de geheele rechterzijde gemeen rijn. Het ontwerp 13 e'efn! zeer aannemelijke bemiddelingsopiesslag. De oplossing, door sommige sprekers r. n de hand gedaan, zou geen meerderheid vinden. Ook spr. zou voor zichzelf aan een andere oplossing de voorkeur geven; maar hij aan vaardt deze als een bevredigende bemiddé- lingsoplossing. Spr. constateerde, dat van alle zijden gewezen is op, de wenschelijkheid het aantal eèden te beperken en hoopt, dat de toekomstige wetgever zich daarnaar ral gedragen. Voorts wees spr. er op, dat het eedsvraagstuk in de eerste plaats rust noo dig heeft. Iaat men de zaak zich rustig laten ontwikkelen en strubbelingen in de recht zaal vermijden, die de laatste jaren al zoo veel kwaad gedaan hebben. Na repliek van den heer VAN DEN BIE SEN verdedigt de MINISTER" VAN JUSTI TIE het ontwerp, aanvoerende, dat hij heeft gestreefd naar hetgeen vereenigt en verme- fleu, hetgeen verdeelt, en dat hjj ernstig Btreefde naar een regeling, die meer bevre diging geeft dan de vorige. Spr. ontkende, dat een aanslag op de gewetensvrijheid zou worden gedaan. Het geëischte zelfonderzoek' staat in net teeken van de gewetensvrijheid. De meening, dat hier gelijkstelling van eed en belofte zou worden ingevoerd, acht spr. op niet genoegzame gronden te steunen. Donderdag zal de Minister zijn rede voort, zetten. De VOORZITTER deelde nog mede, dat pij de Kamer is ingekomen het wetsontwerp betreffende den zomertijd en stelde voor dit Donderdag halftwaalf in de afdeelingen te onderzoeken. Vergadering van gistermiddag. Ouderdomsrente. De heer SNOECK HENK F,MANS verdé digd© zijn amendement, strekkende om in art. 1 in de plaats van „onderhoud"' te le zen „noodzakelijk onderhoud". Do verschillende amendementen bespre kende, verklaart spr. het amendement-Boa (schrapping uitsluiting bedeelden) te steu nen. Het amendement Duys zal spr. steunen indien geen zekerheid wordt gegeven be treffende invoering van de Invaliditeitswet. Spr. steunt voorts het amendemoct- Lohman. De heer VAN IDSINGA verklaarde, dat men in art. 1 had moeten sprpken van oen verplichten steun uit de gemeentekas met bijdrage van het Rijk. Da-n had men kunnen sproken van een recht. Spr. zou voorts wen- sohen, dat in het ontwerp gesproken werd van een „behoorlijk onderhoud". Met hot amendement-Bos gaat spr. mede, niet met dat van den heer Snoeck Henkemans, dat 't aantal ondersteunden nog meer beperkt. Het amendement-Kooien zal de Regeering^ naar spr. hoopt, overnemen. De heer AALBERSE is mede tegen <i<v uitsluiting van de b©deeldon. Over de verlaging van de- leeftijdsgrens zou men liet eer eens zijn, indien de ouder domsrente een onderdeel uitmaakte van de Invaliditeitswet. fcpr. herinnert er aan, dat do soc.-dem. in Duitschland en Frankrijk besloten niet op verlaging van de leeftijdsgrens aan te dringen, doch te streven naar een lnvali cliteitsverzekering. Verlaging van de leef tijdsgrens drukt weder de arbeidsmarkt, daar de valide gepensionneerden goedkoop ia dienst kunnen worden genomen o.a. als portier. Los van de Invaliditeitswet is er geen bezwaar tegen verlaging. Spr. zal als nog zijn stem voorbehouden. De heer KOOLEN diende nog eenigc sub amendementen in op het amendement-Bos, ten einde dit in overeenstemming te bren gen met de amendementcn-Koolen-Rutgers. Do heer VAN IDSINGA dient een amen dement in, strekkende uit te zonderen hen die nog in het onderhoud van hen en hun gezin kunnen voorzien. De heer SANNES stelde de vraag of het de bedoeling is lieden, die reeds 'n inkomen van 'f 2.50 of f 3 hebben, van de wet uit te zonderen. Spr. verwacht, dat de Regee ring zal verklaren, die opvatting niet te liuldigoa. Sp-?. protesteert er togen, dal de rechterzijde voortdurend deze wet vereen zelvigt met armenzorg. Daarom is spr. tegen het amendement- Snoeck Henkemans. Het gaat niet aan te. vragen of de 70-jarige nog in de behoefte van zich en zijn gezin kan voorzien; de toe kenning geschiedt als klasse. Spr. bestrijdt ook do amendementen-Koolen-Rutgers. Heeft men bezwaar tegen 't woord „rente", dan kan in het ontwerp worden gesproken van „pensioen". De heer RUTGERS zei vervolgens ziju meening over verschillende amendementen. Tegen het amendement-Bos zal spr. zich niet verzetten. Voorts zal spr. voor de amendementen-Duys en Snoeck Henkemans ëtemmen. De heer DE YISSER keurde ai de uit drukking„een geregelde uitkeering" en gaf de voorkeur aan de oude redactie. De heer DUYS verklaarde, dat de soc.- dem. zullen stemmen voor het amendement- Bos. Niet a lie on als ieaiand op is, komt hem een rente toe. Neen, indien iemand zijn heele leven gezwoegd heeft, geeft hem det reeds recht op een pensioen. Een christelijk standpunt neemt de rechterzijde niot In lil deze kwestie. Spr. herinnert er aan, dot zoowel rechts als links hier een spelletje speelt met do arbeiders. Toen links in de oppositie wa-s, was men daar voor verlaging van de leeftijdsgrens. Nu zal rechts er mis schien voor zijn. Dat kan nog oen gevaar lijke consequentie geven. Uit dit alles blijkt hoe versterking van hot arbeiderselement noodig is. De vergadering wordt daarna verdaagd tot 's avonds 8 uren. Vergadering van Woensdagavond. l>nartetoesir.g;. Aan de orde waren de duurte-te«eiala.g- ontwerpen (tegemoetkomingen wegens duurte van levensmiddelen). De heer YISSER VAN IJ ZENDOORN betoogde, dab hem het bedrag van 8 pUt. van het loon tot een maximum van f 75 wat te laag lijkt. De heer DE JONG deelt de grief vau den vorjgen spreker tegen de maximum loongrens. Een loongrens van f 1200 moot voor de groote steden to laag orden ge acht. Ook critiseert hij met aanhaling van veuiohillende voorbeelden de kla-ssenin-' dealing. Spr. vertrouwt, dat de Regee ring haar belofte geefcand zal doen, dat zij ten aanzien van de gehuwden ©en rui me opvatting zal huldigen. Ten aanzien van do onderwijzers is, naaf 6preker betoogt, de duurtetoeslag niet meer dan een doodo musch. Spreker hoopt, dat de Regeering mot den duurte^ toeslag een stap verder zal goan. De heer JUTEN drong aan op een.' royale opvatting, ten aanzien van c!e on- gehuwden. Hij wijst op do hooge kost gelden die thans aan ongéh'uwdeu Uit het Engelsch van Üharle3 Marriott. (Nadruk Verbcdon). 7) 2g had wel willen weten, precies Iioö lang mevrouw Stott dood was. Stofct's opmerking, toen zij binnentraden, had haar een sleutel gegeven, on daar zijn verhalen oyer Hugo terug gingen tot den tgd, dat Mj nog een klein kind was, zonder ooit de inoeder te noemen, vermoedde zft dat zrj ispöedig na zgn geboorte gestorven was, of dat Stott haar niet veel betreurd had. Hoe het 2jj, hg toonde niets van het gevoel, dat hg een weduwnaar mag verwacht worden, die over den lijd van zgn verlies spreekt, A ivien veronderstelde, dat oen portret op de boekeukast mevrouw Stolt voorstelde het beeld vau een vlasharige, ordinaire Vrouw, met holle wangen on eon glimlach, *r°m Olijke tanden te verbergen. Mevrouw Eady, die wat diefer keek dan haar dochter, begreep^ 4dat Stott op zgn hiatuer om vriendschap/ voor zgn jongen vroeg, als lig thuis kwam. Onbekend met de nieuw zorgen, die in de paar laatste oagen bij hem gerezen waren, was zij wat erbaasd door zijn aandringen. Het leek wel, de jongen op de een of andere manier iet m orde was, hoewel het portret dat i»n e£>Q 3°ngen* die er gezond en ge- ïukkig genoeg uitzag. vnai i zei Stott fik heb hbt ge- lttóv' L -u "k* ak gewone bezoekers behandelen. U zult bemerkt hébben,; dat ik nog niet eens gevraagd hob, hoé u over de mensohen in Gornwaflis denkt. Dat is gewoonlijk de eerste vraag na „Hoe vaart n?'' en ik beschouw de antwoorden als §en maatstaf voor het verstand van den spreker/' „Dan zgh wg wel gelukkig," zeide Yi-. vien; „maar waarom?" „Ómdat uit de antwoorden blijkt, in hoe-; ver zg gewoon zjn op te merken en reke ning te houden met de omstandigheden," zei hg. Een massa mensciien doen dat niet Dc las onlangs een opmerking van een schrg- ver en nog wel van een* knappen. H# sprak over romantiek en "beweerde, dat de meening over Cornwallis niets dan een senti menteel idee was; dat in werkelijkheid land en volk hetzelfde waren als de rest van het land. Hg was zeker trotsoh op zijn we tenschappelijke minachting voor dichterlgke gevoelens; maar in plaats van een onwaar heid to vertellen, verried hg alleen zgn onverschilligheid niet alleen voor allerlei wetenschap, maar ook voor het gezond ver stand. Als men begint met geboren te .wor den uit een volk, dat door herhaalde on-: derlinge huwelijken de duidelijke sporen van; Oostersch en Keltisfck bloed bewaard heeft, en opgevoed is in een land, waar „cram- leck's" in uw achtertuin staan en men verstoppertje speelt in hol woningen, in een land, waar het boerenbedrijf samengaat met scheepsreederg, en de werkzaamheid van groenteboer het werkten in kopermijnen in zich sluit; waar de Saraceefl en de rood- Vermoedelijk een grafteekten in Corn, wallis, bestaande uit groote, verticaal ge zette steenen, die' gedekt zgn door eeto groe ten, horizontalen steen. I harige Deen nog gangbare spooksels zgn, om 'kinderen bang mee te maken; indien, men, al leeft men in het kleinste dorp, da gelijks in aanraking komt met mensohen, komende van on gaande naar de uiterste hoekten vteh de wereld, zoodat Johannisburg en San-Franoisco, Pen^ng en Quito meer bekende namen voor ons zgn dan" Bristol en, Birmingham, is het meer dan waarschijn lijk, dat men anders zal denken, voelen en handelen, dan wanneer men geboortig is wit Wolverhampton of Haywards Heath. „Maar u is tooh niet uit Cornwallis?"- zei mevrouw Eady, die ongeduldig op het einde van zgn redevoering gewacht had. „Niet door geboorte," antwoordde hij la chend. „Neen, ik ben uit Oost-En geland; iniaar ik hoop, dat u niet te uitsluitend k, om een Cornwalliser door keuze te dulden." „Wparom kwam u naar Cornwallis?" vroeg Vivien. „Ten teerste had ik veel plaats noodig." zei Stott losweg, „en dan vond ik de meeste hndere plaatsen te ouderwetech." Vivien begon wat boos te worden oyer znu aanmatigende manier van spreken, en zgn laatste opmerking vond rij een ware paradox. „Maar ik heb altijd gehoord, dat het volk hier tweehonderd jaar ten achter rwas," zei rij» „Dat is het ook," zei Stotl kalm, „en dat maakt, dat het ongeveer tien jaar ver der is dan het algemeen. Als men tracht hun opvattingen te verbeteren, zeggen rij: „Wg rijn gewoon zoo te doen." Hierop kin: ruien niet antwoorden en het behoedt hett voor het noodlottig gebrek te denken, dat rij op de hoogte van hun tjjd of vooruite strevend zgn. Alleen, wanneer mten met re denen aankomt, neeinft men een bepaald standpunt in, en dat noem ik ouderwetsch. Met Harpur'i brief versoh In het hoofd, was Vivien zeer nieuwsgierig om te weten, wat Stott er toe gebracht had, het boe renbedrijf ter hand to nemen, en zij was blij, toen hij voorstelde, na de thee een wande ling door de Ros emo r r an-Y all ei to maken, waar hij zijn vruchten, bloemen en groen ten teelde. Juffrouw Ford bracht de thee binnen, die zij met hen gebruikte. In liet be gin was Vivien wat verlegen mot het gezel schap van een vrouw, die eigenlijk een dienstbode was, al schaamde zij zich wat over dijt gevoel. Blijkbaar strekte Stott'B afkeer van den titel „heereboer" zich tot dien van „dame-huishoudster" uit, want hoewel hij en juffrouw FQrd op den heston voet samen waren, was er geen sprake van gelijkheid. Zij sprak hem aan mot „mijn heer", en sprak ook zoo van hem. Zij nam evenwel deel aan het gesprek, en scheen schrander en geestig. Het wae duidelijk, dat zij dol veel van Hugo hield, maar mevrouw Eady merkte op, dat zij scherp toeluisterde als Stott over hem sprak, alsof zij niet ge heel in het verftrouwon van haar meester deelde, waar het den jongen betrof, en om een of andere reden over hem tobde. Dit alles maakte, dat mevrouw Eady met groo te belangstelling de kennismaking met Hugo Stott te gemoet zag. Het was te bemerken, dat Stott's belang stelling in eten, die Vivien zoo afgestooten had, niet enkel in theorie bestond. Goed brood en goede boter kon men in Penolver verwaohten, maar daarenboven waren hier allerlei kleine lekkernijen: smakelijk© sandwioh©8 en oonserven, die wel een Ohi- neesoh product schenen. Uit een gezegde van juffrouw Ford begrepen de Eady^s, dat Stoftt het zelf gemaakt had, en eindelijk be kende h|j, dat hij bezig was een kookboek te schrijven, hetwelk alles in de schaduw zou stellen, wat van dien aard bestond. „Als een groote gunst," zeide hij tot me vrouw Eady, „zal ik u mijn distilleerkamer laten zien. Maar zorgals het u belieft, dat ik mijn reputatie niet verlies, waarvan ik zooveel gemak heb.. Ik moet patentbelasting behalen, en, daar volgens de oude teer dis- tilleeron meestal samengaat met tooverij en zwarte kunst, heeft het volk hior een vroesaohtig ontzag voor mc. Zij kunnen niet begrijpen, waarom ik niet met den dokter samenwerk een diepzinniger critiek dan zij zelf weten. Hij bracht ze naar een lange kamer in heb achterhuis, met steenen vloer, die Yiviea deed denken aan een vereeniging van een buffet in een herberg en een drogistwinkel. Het rook er naar lavendel, rozemarijn en van alles door elkaar. Er waren manden-vol gedroogde kruiden en groote glazen flea- echen met ingelegde, vruchten, en de plan ken stonden vol flesschen van allerlei vorm, gevuld met verschillend gekleurde vloei- êtoSon: amber, rose, groen en violet. Op een leien plaat onder liet raam stonden liob grillig gevormde glazen retort van een dis- tilleormachine en andere vreemde zaken. „Hier breng ik de regenachtige middagen door met proeven doen," zei Stott, nadat hij het chstilleeren on filtreeren had uitge legd. Er zijn veel slechter manieren om, tijd te verknoeien. Bijv. in plaats van te trach ten het wezen der lente te verw.erken in een slecht sonnet of middelmatig schilderij,, kook en verdicht ik, los ik op en filtreer, en ziehier is het ding, waar het op aan komt, in een klein fleschje/' Hij hield een fleschje met karmozijnrood» vloeistof in de hoogte. „Ik denk, dat er een kwart-bunder blad en bloesem, en zes maanden veranderlijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 5