Nederland en de Oorlog. K°. 17226 UIT ONS LAND. FEUILLETON. De Vergissing van Vivien Eady. 5Zatea*cI»g 22 ^IpriL JECesrsöte Klad. a1916. DA&BLAD dieven van een Leidenaar. i DLXVIII. ■dot bijïondc-re belangstelling en met vol- ■wumg tevens, lieb ik liet dezer dagen ilienen verslag van de Leidschc Coö- .rtieve Keuken over het boekjaar 1915 Eji >:en. Er blijkt weer uit, dat deze in- gc! ting niet enkel burgerrecht in deze ge- aiï rite verkregen heeft, maar gestadig in Wr ung toeneemt en spijt dezen moeilijken |1. waarin de meeste dagelijksche levens- Sioefteo ongekend duur zijn, in bloedenden sfc t verkeert. ■.Wanneer men de moeite neemt oen jaar- j Bi:;' van het ,,Leidsch Dagblad" van een ft oi negen terug door te bladeren, zal kunnen 2ien hoe ik voor het eerst een Ttolooi voor de oprichting van een coöpe- eve keuken heb gehouden, en het doet mij .J, dat het denkbeeld, hetwelk in Jret id lang niet algemeen werd toegejuicht Leiden, zulk een goeden bodem heeft lYuQileiu In slept. 1909 met 120 leden ge- fi nil, ia do inrichting gestadig in "groei Itrenomon en had zij aan het einde van IS - G43 leden met 674 aandeelen. In dit K: werd een totaal aantal maaltijden van 11 ,292 verstrekt. ■liet dezen voortdurenden groei heeft de tót ireiding van de gebouwen, den inventaris eji liet personeel gelijken tred gehouden, ■ite boekwaarde der gebouwen met den, inventaris bedraagt thans bijna f19000 en salarissen werd in het afgeloopen ruim fSOOO betaald. [petuk zij een uitnemende exploitatie en curaat beheer, waarvoor het bestuur, riat belangloos zijn taak vervult, en niet f'jtaindcr do tegenwoordige directrice, die uit- nemend voor deze taak berekend is en haar Ê$l!e kracht aan het bedrijf wijdt, hulde Bekomt Bl'eza exploitatie echter geeft mij aanleï- Ift'n; tot eenige vriendelrjk bedoelde opmer- Hi^en, die het bestuur mij zeker niet kwa- lijl zal nemen, j Wanneer men de balans en de winst en verliesrekening, die achter het verslag is iigedrukt, raadpleegt, ziet men. dat op de bezittingen nog slechts een hypotheek ra>i 15000 rust, dat het eigen kapitaal al lijna f5500 bedraagt en het reservefonds ®iva f1200. ■Dat. alks is; verkregen in don korten tijd 'gin liet bestaan, d.i. van September 1909. af. Op deze© weg voortgaande, zal de Ver buiging over een jaar ol vijf geheel zonfler, Kuilden zijn, rente noch aflossing meer. kihen te betalen, doch alleen maar voor «cn behoorlqke afschrijving b'ehoeven te tfcrgen. En dat het zeker dien weg zal c>p- %an, blijkt wel uit het feit, dat er in het Sar 1915, een bij uitstek duur jaar, nog winst is gemaakt van ruim' f2300. Het is echter de vraag of deze wijze van muloiteeren voor een instelling als de Coö- ptvaUeve Keuken wel de juiste is. Als het fifctv particulier bedrijf was, ongetwijfeld wek "Ekuy zaak, die financieel onafhankelijk is, staat sterk tegenover concurreerende zaken en wat men in de eerste jaren niet als winst oflsfeefct, koait later toch weer in dezelfde handi? n terug. Waar met een coöperatie, die geen ver der doel heefi dan alleen aan de leden een dagelijfeschen maaltijd te verstrekken, is het anders. Wanneer zij zooveel als maar met goed fatsoen mogelijk is, streeft winst te maken, ten einde gebouwen en inventaris vrij 'c «rijgen, schept zjj voorrechten aan het nageslacht, ten koste van de tegenwoordige, lei on. Als er straks niets meer af te lossen va", geen rente meër betaald b'ehoeft te ®>rden, het reservefonds onevenredig is uit glijd, dan zal men natuurlijkerwijze de Badtijden goedkooper moeten maken of, in dien men dit niet wil, aan het einde van het jaar den leden een grooter aandeel in de winst moeten geven. De tegenwoordige leden zijn dus bi] de bestaande wijze, van exploitatie bezig een potje te maken voor de leden, die na hen komen. Dit is niet noodig en zelfs niet billijk; vooral niet in dezen moeilijken tijd, nu de algemeene prijsstijging de huishoudingen reeds zoo zwaar drukt. Het bestuur heeft in 1915 herhaaldelijk de maaltijden ver hoogd.' Met ingang van 1 April met f0.02 per maaltijd en het vleesch met f0.03 per ons. Met 1 Sept., toen de slagers het vleesch fO.10 per K.G. duurder maakten, werd het noodig geacht nogmaals de vleesehbons even, redig daarmede te verhoogen. Het bestuur, verdedigt dit met de opmer king, dat bet noodig was, ten einde het bedrijf op financieel goeden grondslag te houden. Resultaat: een winst van f2326, ten profrjto van hen, die de huidige ver bruikers zullen opvolgen en naar wij hopen en redelijker wijze mogen verwachten, onder niet zulke ongunstige omstandigheden zullen leven als wij. Ik geloof zoo tusschen de regels van het verslag in to kunnen lezen, dat het bestuur, eigenlijk ook wel een beetjo voor dit be trekkelijk hooge cjjfer is geschrokken, maar, het schrok blijkbaar nog meer, toen bet in het begin van het jaar. merkte, dat er over de maanden Februari Ou Maart met een beetje verlies was gewerkt. Het herinner de zich niet, dat dit op zichzelf nog geen bezwaar behoefde te zijn en dat de statuten daarin zelf voorzien door de mogelijkheid to openen, voor komende verliezen te dek ken door het reservefonds, dat immers al f 1200 bedraagt. Het zou na de voordeelige exploitatie van al de voorafgaando jaren, zelfs geen roekeloos beheer geweest zijn, wanneer men met het oog op do abnormaal duro tijden, 'die wij thans beleven, het reser vefonds had aangesproken; hoeveel te min der zou het dat ziju geweest, wanneer het bestuur de exploitatie eens zóó had inge richt, dat er althans geen winst ware ge maakt. Het bezwaar, dat het personeel het volgens de statuten toegewezen extra'tje, waarop reeds wordt gerekend, niet zou kun nen worden uitgekeerd, had men toch kun nen opheffen, door toekenning van een gra tificatie in verband met de duurte bijv. Ik geef 'deze opmerkingen aan het be stuur, dat overigens het vertrouwen 'der. leden volkomen verdient, bescheiden in óver weging en hoop, dat het er rekening mede zal wülcn houden. Teruggaande tob rnrjn uitgangspunt, durf ik het vertrouwen uitspreken, dat het met den groei der Kouken nog niet gedaan zal zijn. Nu hoorde ik-echter, dat de tegen woordige keuken zoo ongeveer den maxi mum-omvang heeft bereikt, waarbij de voor- deeligste exploitatie mogelijk is. Tooh is de: zaak te goed en van te groot stedeljjk be lang, vooral ook met het oog op het steeds moeilijker wordend dienstbodenwaagstuk, om het er bij te laten. De noodzakelijkheid, om een tweede Keu ken er naast op te. richten, liefst in een ander stadsgedeelte, zal straks onder de: oogen moeten worden gezion. En wel door het bestuur der bestaande Keuken. Het zou, dunkt mij, niet goed zijn, dat teen nieuwe Verceniging werd gevormd naast de be staande. Dit zou aanleiding geven tot ver snippering van krachten, mogelijk ook tot een ongewensebte concurrentie. De nieuwe Keuken zal moeten zijn Oen filiaal van de bestaande. Dit wil echter nog niet zeggen, dat zij er geheel aan ge lijk moet zijn. Men moet. trachten ook nog andero groepen der burgerij er mee ter wille te kunnen wezen. Het is bekend, dat or tal van gezinnen zijn, die ook gaarne toetraden, als bet menu wat eenvoudiger en daardoor nog wat goedkooper werd. In Den Haag heeft men in dezelfde Keu kens twee afzonderlijke menu's, wat echter, overwegend-praetische bezwaren, meebrengt. Die bezwaren zouden niet bestaan bij een afzonderlijke inrichting, een filiaal van de bestaande inrichting, de moederkeuken, zou men kunnen zeggen. Zonder nog te. komen tot de wekelijksche menu's, door mej. Boonacker gepubliceerd, zou men voor een lager, bedrag dan thans een smakelijkeu en tevens voedzamen maaltijd kunnen be reiden, zóó goedkoop, dat ook het kleine burger- en ambtenaarsgezin, misschien ook het gezin van menigen arbeider, er van zou kunnen profiteeren. Laat het bestuur het denkbeeld "eens over wegen en er, zoo noodig, een buitengewone: ledenvergadering voor bijeen roepen. Gaat da drang tot uitbreiding- niet uit van de bestaande Keuken, dan zal hij, komen van een anderen kant, wat ik zeer zou betreu ren, omdat ook liier geldt de oude leus, dat eendracht macht maakt. UIT ONZE STAD. LEIBSCHE BESTUUBDERSBOND. Opgave van de week van 3 tot 8 April. Totaal ledental 2051. Werkloozen loden4 Aantal kinderen be neden dc 16 jaar... i Loonverlies per weolc f 55.^ Verg. v. d, patroon ,t Steuncomité B 2.7$ Uitkeer ins "Wcrkl.kaa H 16.-^ Loonverlies per week Codeeltelijk werklooze leden... 39 Aantal minder werk uren. por week 273! Aantal "kinderen be den de 16 jaar 100 - Loonverlies por week •f 36.25 17.75 Vore. t, O. rattooii Vers. Steuncomité TJitkeerinjr "Werkl.'kas f Loonverlies per week EfeSf Aantal onder, de wapenen 272*£ Aantal kiadoron be-. nedon dc 16 jaar 220 Loonverlies per week f 3228.73* Verg. v. d. patroon f 174.575 Verg. van liet Bijk... R 828.03 Vórg. v. Steuncomité i7. 11.75 42.76 t 1014.W Loonverlies per week Totaal loonverlies, waarbij betrokken h 315 leden 2293.39 Dit getal wordt gevormd doörX Gehuwden en kostwinners welke vergoed ding ontvangen 121 Workzaam bij Gemeento, Eijk cn Spoori wogmaatschappij 24 Ongeliuwden, welke geen loon en geen Vergoeding ontvangen... m «-» 127 Totaal w e c» Er is meer vee dan vroeger Deze meening werd vorige week zoö be slist mogelijk door liet Correspondentie-Bu reau verkondigd, onder mededeeling dat do rundveestapel kier te lande buitenge woon groot is en de tob dusver plaats ge had hebbende uitvoer van rundvee en rundvleesch onze veestapel allerminst heeft doen afnemen. Om dit te bewijzen werden eenige cij fers van uitvoer genoemd, dopende oveT de tijdvakken 1 Januari 1913 tot 1 Maart 1914 en 1 Januari 1915 tot 1 Maart 1916. De redactie van ,,De Slagerscourant'L merkt naar aanleiding daarvan het vol gende op In het eerste tijdvak werden 27.776 run-1 deren en kalveren uitgevoerd; in het twee de 37.277 stuks. Rekent men echter, dat in het laatste tijdvak de uitvoer van vleesch weer veel grooter wa-s, dan zijn beide periode's, alles saamgenomen, vrij wel gelijk. De lezer, die wat dieper op de zaak in gaat, zal echter de vraag steHen, waarom loopt dc berekening eveneens niet over Maart 19141 Januari 1915? Het gaat hier toch alleen om de waar heid, en niet om door eene gewrongen c-ijfer-combinatie een onhoudbare stelling te verdedigen. Slaat men de door het Min. van Finan ciën uitgegeven statistiek op van don in-, uit- en doorvoer, dan zal men zien dat in 1914, niet minder dan 124,636 runderen en kalveren uitgevoerd zijn; daarvan afge trokken de 8270 beesten vóór 1 Maart uit gevoerd, dan blijft er voor 10 maanden uit voer het respectabele cijfer over van 116,456 runderen. De vraag zij herhaald: waarom wordt met dit cijfer, dat aan de zaak een geheel andere wending geeft, geen rekening ge houden Moet het publiek dan voortdurend, bij allerlei levensmiddelen, in den waan ge bracht worden, dat er meer dan genoeg is, tot dat eindelijk de bittere ontgooche ling komt? Heeft de geschiedenis met het brood nog niet genoeg geleerd? Er is nog wat vee, doch direct bruik baar voor de slachtbank al heel weinig. Met het afgemeste stalvee zijn wc vrij wel aan 't einde en dë landkoeiefl zijn uit den aard der zaak voor de skichtbank nog niet gesohikt. Zoowel heb belang van den veehouder, als dat van het publiek brengt mee, dat er vóór [Augustus a.s. geen kilo rund vleesch uitgaat. Misschien kunnen we dan nog eenigszins op verhaal komen. En is Augustus eenmaal in 'b land, dan dient de kraan nog maar druppelsgewijze opengezet te worden, anders loopt 't nog mis! Blijft men vasthouden aan de gedachte, ,,dat er meer vee is dan vroeger", en wor den er, misschien met enkele dagen of weken, weer uitvoerconsenteu verleend aaai landbouwvereenigingen, die al hebben ze zelf geen 'beest, ze desnoods tegen iederen prijs opkoopen, de export dekt dat wel, dan zullen wij, Nederlanders, binnen kor ten tijd, ook met betrekking tot dit voedingsmiddel, voor toestanden komen te staan, die ons met ontzetting zullen vervullen. Het feit, dat do prijzen reeds 50 pCt. ge stegen zijn, zegt meer dan boekdoelen vol cijfers, die, indien ze niet juist zijn, of niet voldoende weergegevon worden ons van de wal in de sloot helpen. Hoe de Dultschers ons citeerenZ Under dit opschrift zegt de ,,Tel."£ In ons ochtendblad van 14 dezer kwam onder den titel: „Geen paarden naat Duitschland" het volgende bericht voor* Tieï, 13 April. Een trein van 170 paar* 'den, voor uitvoer naar Duitschland bertemd, mocht heden, op bevel van hoo« gerhand, station Titel niet verlaten. De „Aachener Rundschau" benut deze- ge Tegenheid, om ons te „citeeren", doofl het leveren van da volgende curieuze ver- taliDg: Koinö hollandischen J? ford o für England. Dein „Telegraaf-' wird aus Tiel go* ineldet: Eiu Zug mit 670 Ff er den, dite für die Ausfuhr naoh England bcstïmmet waren, wurdo auf der Station Tiel aiü höheren Bc-fehl angehalten. 't Is treffend, en we behoeven er m'cti, aan toe te voegen. Blijkbaar is bij onze na buren een nieuwe taalregel ingevoerd, die' het Nederlandsche woord Duitschland"- in' do vertaling tot „England" doet worden ,,Ik koop waggonladin^en N. O. T.-artikelen" Men gaf ons een gedrukte briefkaart ter inzage, van clou volgenden inhoud: Rotterdam, datum poet merk. Ik koop tegen kassa alle N. O. T.- cn uïtvoervrije artikelen, bij ten minste wa gonladingen en verzoek u om directe schriftelijke offerte, zoo noodig, met mon ster. Hoogachtend, JOH ANN KÜHLENDARL. Aan do keerzijde staat dë woonplaats var? adressant vermeld („Tel.") Smokkelarij. Dat er ïn de buurt van Venray nog al aardig gesmokkeld wordt en men er niet altijd zonder kleerscheuren afkomt, blijkt wel uit do volgende feiten: To Siebengewald (gem. Bergen) is dooi. den commandant van het veldleger aan veer tien personen het verblijf ontzegd binnen het in staat van beleg verklaarde gebied. Tusschen Yenlo en Arcen' werd een land bouwerszoon, v. d. H. uit Blerik, doodga schoten. Hij behoorde tot een groep smok kelaars, die door surveilleerende ambtena ren betrapt werden en op hun aanroepen niet bleven stilstaan. Twee andere personen liepen kwetsuren op, terwrjl nog een per soon vermist werd. Het was opvallend, hoe dagelijks troe pen van 30, 40 en meer vrouwen, mannen en kinderen Yenlo bezochten en met pakjes beladen weer den terugweg naar do Duit- schö grensplaatsen, Kaldenkirchen, Strae- len, Herungen enz. aannamen. Een inge steld onderzoek leverde het volgende resul taat: De melkinrichting „De Nijverheid", aan do Roermondsche Poort, on de lieer Bloem, Maasstraat, hebben consent voor uitvoer van boter. Heele karavanen Duit- scliers met kinderwagens, sportwagens enz. halen dagelijks de voorraden af. In één week werden in Kaldenkirehen, een stadje van 6000 inwoners, 38.000 pond boter aan gevoerd. Het ligt voor de hand, dat d\i groot kwantum boter van daaruit weer ver handeld werd. De prijs bedraagt 2.S5 marlc per pond, zoodat voor bovengenoemde win keliers een flinke winst overschiet. Iedei. kooper heeft het recht tien pond over do grens te brengen, de koopman van van daag komt morgen weer terug, zoodat het voor da hand ligt, dat een aanzienlijke hoe veelheid Hollandschë boter op 'deze wijze over do grens gaat. ■Uit het Ecgelsch van Charles -Marriott. (Nadruk Verboden). Zij had gelachen, toen Stott haar ver dlafc hij aan do courant, die hij oage- kreeg, zien kon. dat do brievenbe- ®ller er den omslag -afdeed, om zo onder- te lezenmaar nu vond zij net niet iavdi'g. Alsof hij gevoelde, dat hij gezien verd, bleef de brievenberteller een paar staan, om onopgemerkt te lezen, het pad achter oen boscihjo van brem te rel ween. Jloen do puntige muts weer verscheen, Vivion strak naar hem, in dc hoop, jat hij door een telepathische verbiiuling 0" te weten lcomen, wat zij van hem dacht. zich oon houding to geven, ging zij don jteg terug, cn keek scherp uit- naar primu la ouder de heggen aan weerszijden. Het cn do kamfllo waren uit, en r1, kij een optrekje stond een bo^chje dicht opeen, als lafhartige atroovers, die nu opgeschrikt waren i01 hun eigen stoutmoedigheid. Map.r er 1 c*n. ficen primula's. Yier stoffige man- L1' steengroeve, met roode nekken f ontveldo ooren, gingcn haar voorbij, op :,ttar 1V,V"S ora o ten. Zij tikten bc- p - tegen hun petton, J'Yn van hen had - primula s achter zijn oor gestoken, lachend op, cn zich om- iv, a-,pto rij flink door naar de r.ij do stoenen plaats bereikte, die tot brug over hob water diendo, was dc besteller een twintig meter van liet begih van höb pad, en hij viel over zijn oigen voe ten in zijn ijver om zijn plicht te vervul len, Vivien had plan hem met een zeke ren spot to begroeten, over het nieuws uit het verre Oosten, maar toen zij zag, dat hij zijn zak opende en oen pak brieven losmaakte, bedaoKt zij zich. „Hij is ook nog zoo jong", bedacht zij, toegevend. De jongen,, die uit verlegenheid struikelde, bloosde, nam zijn muts af, en zei': „Een brief voor u, juffrouw." Vivien opende haar brief niet dadelijk. Hem ih haar hand houdend keek zij rond naar hot beste plekje om hem te lezen. Als haar aanstaando haar toen kon gezien heb ben. zou hij gevlekt geweest zijn, te be merken, dat zij niet zoozeer verlangde te weten, wat hij schreef, dan wel, dat* zij blij was bericht van hem te krijgen. Aan deze zijde van de brug boog ec-n klein paadje af en liep om de klip heen. Dit was do zonzijdo van do baai, en de brem begon te bloeien en vulde de lucht rnct den zacliten geur van cacaonoten. Al het groen was hier minstons drie weken verder dan aan do andero zijde, waar Vi vien vóór het ontbijt gowandeld had. Zij volgde het pad, totdat rij aan een klein plateau kwam. dat boven do zee uftstak, met gras bedekt was en den bodem uitmaak te van een nu verlaten steengroeve. De kloof in do klip, wan begroeid met klim- op; de" gevallen steenblokken waren ver weerd on met mos bedekt. Do plok, geheel beschut tegen het Oosten, zeer rotsachtig, hield het zonlicht a.ls in een kom omslo ten. Daar staande, had men een verruk kelijk uitzicht op den ingang van hot dal, zooals uit een boot op zee. .Vivien vond oen gezellig plokje, on ging'zitten om haar brief to lezen. Selwyn Harpur schreef een. bewonde- renswaardigen minnebrief, vroolijk en tee- der en toch doordrongen van diepen ernst. „Ik neem je zonnig Cornwallis mee naar het schoollokaal", schreef hij, „en jongens stemmen mengen zich met de stem' dor zete, die verstaanbaar wordt gemaakt door lip pen, dio ik liefheb." Hjj' sprak van nieuwe boeken, die hij gelezen had, en 'dat hij plan had haar een pak boeken te zenden, uitvoerig beschrijvend, wat zij or in zou vinden. Maar voor Vivien lag de" kern van den brief in de volgende zinnen: ,-,Ik bën blij., dat je waarschijnlijk' inte ressante menschen zult ontmoeten, maar hët spijt me, dat ik je enthusiasme omtrent den heer Stott moet afkoelen. Ik' vertrouw dat idee van terug naar de natuur" niet. Als leen ideaal is het al uiteengespat, en in 'de practijk beteekent het gewoonlijk, dat 'een man niet 'de kracht of den moed heeft 'de verantwoording van zijn eigen stand te aanvaarden. Jk weet natuurlijk niets ten nadeele; van mijnheer Stott; maar ik Koor, dat men hem te Oxford al zonderling vond, en mjjn ervaring is, dat ontwikkelde men schen, die do beschaving ontwijken, bijna altijd een rede daartoe hebben, die niet al te gunstig voor hun karakter is. Als ik ;je moeder was, zou ik voorzichtig zijn met de kennismaking. Vindt je niet, 'dat het Verlangen van mijnheer Stott, om' bevriend te worden met nieuw aangekomen menschen, wat beteekent? Ik hoop, dat hiji niet zal willen, 'dat je moeder geld steekt in zijn landbouwkundige ondernemingen!" Teleurstelling was misschien het sterkste" gevoel, dat btf Vivien opkwam. Zij kon gemakkelijker, leelijker dingen over Stott ge zegd hebben dan ffaar galant deed; maar dat hij kleingeestig kon ziju, was een scheur in haar ideaal van hem. Zij was ook een beetje gekrenkt in haar trots. Onder de voorzichtige zinnen raadde zij een lichten dwang, en, erger dan dat, een critiek op haar moeder. Het scheen haar, dat Selwyn zijn macht overschreed. In verstandszaken nam zij onvoorwaardelijk zijn leiding aan; maar zij wensclito niet door hem geleid te "worden ïn zaken van gevoel, ofschoon zij niet de bëteekenis begreep van het onder scheid, dat zij maakte. „Ik hoop, dat hij niet zal willen, dat jo moeder geld steekt in zijn landbouwkundige .ondernemingen," dat was, zoodis' zrj wist, een grapje van Selwyn, maar het trof haar "lomp^ en tactloos, zelfs grof. Geen grofheid, dat voelde zij, is zoo kwetsend als de grofheid van -een ontwik keld man. Toen Vivien aan tafel stukken uit Sel- wyn's' brief aan haar moeder voorlas, liet zij er uit, wat op Stott betrekking had, min der om dezen te sparen, dan omdat 'het een zeker licht op den schrijver wierp. I HOOFDSTUK III. Nadat de brievenbesteller zij.n brieven ïn het dorp Penolvor had bezorgd, ging hij 'de laan op, die langs het dal in de hoogte liep, b(jna tegenover hot optrekje van de Eady's. Hrj las nu niet, en als men in zjjn tasch had mogen kjjkon, zou men de „Daily Chronicle" van gisteren netjes op gevouwen. en in kruisband, geadresseerd aan den Heer, Humphrey Stott, Rosemorran, Nr. Porthlew, Cornwall is, gezien hebben. Toen 'de postbode zijn bundel brieven losmaakte,- om .Vivien Eady den haren to "geven, had hij er zeer veel, waarvan verscheidonel vreemde" postzegels hadden, want bijna iedereen ïn Penolver had een familielid in' Afrika, Amerika of Australië; maar nu bleef er in de tasch, behalve Stotfs „Daily Chronicle", maar één brief aan hetzelfde adres. De laan steeg langzaam tusschen ruwe muren van groote steenen, die de kleine velden omsloten, welke Vivien uit haar slaapkamer gezien had. Deze kant van het dal werd nu niet meer door de zon be schenen, en de hoek van een koele, grijze schaduw had, als opkomend water, de rivier reeds gekruist, en deed door het contrast den overkant Verblindend helder en licht schijnen. De brievenbesteller, verhit door zijn gang van deur tot deur in hot dorp, liep met zijn pet in de hand; maar nu hij uit de schaduw op vlakken grond kwam, was hp voldoend© afgekoeld. Vóór Kern lag een groote uitgestrektheid weiland, door. steenen muurtjes verdeeld, en in het noor den 'door een rij heuvels begrensd. De laap leidde naar' een boerderij, die omgeven was door een gordel van denneboomen, behalve aan de zuidzijde, waar men uitzag op zee, die te gelijk met den brievenbesteller ge stegen scheen te zijn. Verschillende andere boerderijen lagen over het terrasvormige land verspreid en drie mijlen verder bo; heerschte de groote, vierkante' toren van de St.-Adriaanskerk den horizon. De zon scheen, liet jaargetijde in aan merking genomen, buitengewoon krachtig, hoewel de lucht zoo frisch en opwekkend was, alsof het gevroren had. Dunne wolkjes bewogen zich langs den blauwen hemel uit het zuidoosten, en in de velden sprongen' jonge lammeren rond en speelden op die uitstekende granieten rotsblokken, walke' niet de kleinste last zijn voor. 'den koer yap Cornwallis. Hen scherp opmerker, dia

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 1