No. 17215. LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 8 April. Tweede Blad. Anno 1916. Brieven van een Leidenaar. Ingezonden. Tweede Kamer. Brieven uit Parijs. Uit de Omstreken. DLXVL B Hoen in het laatst van de vorige week het icorstel van B. en W„ om aan een cominis- gle, uit den Gemeenteraad aan te wijzen, op te dragen een onderzoek in te stellen naar de salarissen en loonen der ambtena ren, beambten en werklieden in dienst der gemeente, de bestaando regelingen naast elkaar te leggen en te vergelijken met die in andere gemeenten, om op deze wijze oen bekoorlijk overzicht te krijgen van den «tand der wedden on 'loonen, waarvan de commissie een rapport zou kunnen uitbren gen aan B. on W., zoo noodig vergezeld van voorstellen tot verhooging van de cate gorieën van ambtenaren, welke daarvoor in aanmerking zouden moeten komon, mogelijk ook met aanwijzing van die groepen, welke in vergelijking met anderen of uret huns ge lijken in andere plaatsen, in leen verscnil- den, gevoelde ik onmiddellijk lust hierover een en ander te zeggen. Daar ik liefst niet den schijn op mij laad als ongevraagd ad viseur van den Gemeenteraad op te treden, heb ik mijn oordeel opgeschort. Ik ver trouwde wel, dat het zou worden aangeno men, mijn verdediging en aanbeveling had het niet noodig, en als ik er wat van had gezegd, zou het een aanbeveling geweest zijn. Er is in den Raad Donderdag echter heel weinig over gezegd, waarschijnlijk ook, omdat het al vrij laat in den namiddag was, toen het voorstel aan de orde kwam, en mede, omdat er weinig verschil in mee ning over bleek te bestaan. Het lijkt mü daarom niet kwaad er nu nog een en ander van te zeggen. En dan wil ik beginnen met de opmerking, dat het zeker nog geruimen tijd zal duren vóur een a!gemeene regeling zooais men die zich voor stelt, als een gevolg van het werk der com missie tot stand is gekomen. Allo verge lijkingen zijn moeilijk, maar een vergelij king van de salarissen en loonen van amb- .tenaren, beambten en werklieden in do ver- cohillende takken van dienst als toets van rechtvaardigheid en billijkheid, schijnt mij al bijzonder moeilijk toe. Vergelijk bijv. eens de belooning van een stoker van <Je gasfabriek en die van een politie-agent. Het blijft per slot van rekening een kwestie van appreciatie, hetzij son oommissio den maatstaf aanlegt, of dat en W. of de geheele Raad het deen. Een vergelijking met de bezoldigingen in andere gemeenten is al even moeibjk en mag toch ook niet a's een absoluut juiste maatstaf gelden. Het gaat dikwijls met open bare lichamen als met particulieren: wie hei breed heeft, laat het breed hangen. Zoo zijn bjjv. in een kleine rijke gemeente als Ëloemendaal, waar de belasting bijzonder laag is, (te traktementen van de onderwij zers zeer hoog. En nu gaat het niet aan te willen, dat een gemeente als Leiden zioh daaraan spiegelt. D.è wil daarom niet zeg- g<yi, dat er geen vruchtbare vergelijkingen kunnen worden gemaakt, vooral met betrek king tot de verhouding van de bezoldiging dor ambtsnaren in de verschillende takken van dienst. Verder zou men ook onder de oogen moe- 'ten zien het vraagstuk der bijverdiensten. Er zijn er, ik noem als voorbeeld de poli- 5 tie-ambtenaren, nan wie het strikt verboden is er iete bij te doen, terwijl er andere ambtenaren "zijn: leeraren, onderwijzers en oprichters, die heel wat aan arbeid buiten gemeentedienst er bij ver lianen. Konden wij n'. S dezer dagen lezen, dat een ambtenaar aan het bureau van gemeentewerken een particulier werk heeft aanbesteed, waar mee naaf matige berekening ongeveer f 1600 wordt verdien i? f Om een en ander uit te zoeken, te beoor- deelen, er conclusies u t te trekken en deze in een rapport te belichamen, er voorsteilen uit te distit'eeren, het is nic-t alleen een moeilijk werk, m.ar ook een werk van lan gen duur. A'.s de commissie daarmede e n- delijk gereed is, hebben B. en W. mot do verschillende Raadscommissies er nog hun oordeel over uit te spreken. Zelfs in het mooiste geval, dat er zich geen ingrijpend verschil tusschen commissie en B. en W. voordoet, zal het zeker neg heel lang duren voor voorstellen als gevolg van de bedoelde commissie ad hos, den Raad zu'lon bereiken. Daarmede wil ik a lermn t kwzal zoggen over de instel ing dezer commissie, die in derdaad nuttig werk zal kunnen doen. Wan neer er omstandigheden zijn, de loonrege ling betreffende, w a in noodzakelijk moet 1 worden voorzien, dan zal men dit a's tijde- Ijken maatregel kunnen doen, z onls trou wens thans al geschiedt door de toekenning van een duurtetoeslag.' f Trouwens, het is neg zeer de vraag of lender normale omstandigheden, zond r dat 'deze commissie er tussohenbeiden was g ko men, B. en W. zouden hebben gedacht aan salaris- en loonsverhooging. Belanghebbenden zjjn er alf'ans, in zoo ver al mee vooruitgegaan, dat het vraag stuk nu weder urgent is geworden. En wanneer de oommissio voldoet aan de verwachtingen, die ook B. en W. er zich van voorstellen, dan kan zij nuttig werken. Zooals het thans met de regeling der trak tementen en loonen gaat, is het niet in den haak. Waar ligt bijv. het verband tusschen de loonen der werklieden in dienst der Gas fabriek en van gemeentewerken? En dan: wie het vaakst en het krachtigst en op het moest geschikte oogenblik (oven voor een groote verkiezing bjjv.), een snlarisactie op het getouw Zet, heeft de meest? kans van slagen. Kleine groepen van ambtenaren en beambten, die niet een machtige vakorga nisatie achter zich hebben, kunnen bij de teg. nwoorui .0 drang- en dwingmetzode wel eens achterop komen. Ik wil op het werk der commissie niet vooruit loopen, doch om deze en nog andere redenen geloof ik, dat wij, dat zjjn de ge meentenaren, de instelling er van moeten toe juichen, evenals de Raad getoond heeft dit te doen en de belanghebbenden, ambtenaren, beambten en werklieden, voor zoover zij zich er over hebben uitgesproken, eveneens. Laat men zich niet overgeven aan de illusie, dat, door het werk dezer oommissie, er èen toestand van algeheels tevreden heid onder de menschen, die in Leidschea gemeentedienst zjjn, voor zoover dit verband houdt mot hun bezoldiging, zal ontstaan, laat men ook niet denken, dat er geen adressen en verzoekschriften om lotsver betering meer den Raad zullen bereiken, want dan zal men bedrogen uitkomen. Doch Iaat men wel de verwachting koesteren, dat er meerdere eenheid komt in de salarisrege lingen en daardoor meer de billijkheid en rechtvaardigheid zal worden betracht, waar door de gemeente als Werkgeefster krach tiger zal komen te staan tegenover groote en kleine critiek, en de voldoening met zich zal kunnen omdragen, dat, zij moge dan door do beperktheid harer middelen niet alles voor de menschen die zij in dienst heeft doen, wat ze graag zou willen, aan allen recht doet en niet do eene greep bevoor deelt boven de andere. Duitsche soldatau op den Leldselien Straatweg. Mijnheer de Redacteur 1 Mag ik in Uw zoo algemeen gelezen blad even aan Uw lezers vertellen wat mjj gis teren overkomen is? Ik ben gistermiddag geweldig geschrok ken. Stel u voor, neutrale mede lot-genooten, dat men in dezen zennwachtigea tjd wordt opgeschrikt bjj het hooren van het Duitsche Volkslied. Nu moet u gnjj goed begrijpen; niet, dat men een pro-Öu tschen huisgenoot heeft, die weer een3 de geliefde deun neuriet, neen, let wel, men boort „Uie Wacht am Rhein" buiten zjjn woning, terwjjl men zelf onsohuldig binnen aan do schoonmaak is, aan golven. Men voelde zoo: Pas op, dat is er niet eentje, dat deen der meer. Het werd gefloten door een paar honderd man. Op hel eerste geluid had ik naar buiten gekeken en een hoele compagnio soldaten zien naderen. Mjjn dienstbode riep onthutst: „Mevrouw, daar heb je het al, daar zjjn me die Mof fen toch doorgebroken bjj Verdunl" Een oogenblik stond ik verstomd, ver stijfd; maar toen de troep nadarbjj geko men was, werd mjjn schrik en ontzetting louter ergernis. Verbeeld u, het waren onze Hollandache soldaten. Op 7 April 1916, om 2 uur 7, n.m. Ik zal nu maar In het midden laten, of ik ook zoo verontwaardigd zou geweest zjjn als ik de Maraailleise" of „God save the King" h ad gehoord; wel zou ik meer ver wonderd zjjn geweest, wetende, dat zulk een groot aantal mannen niet uittrekt zonder offioier; maar waar de Regeering en ons volk zoo bewonderenswaardig neutraal we ten te bljjven, daar mag men toch wel ver langen, dat dergeljjk onvaderlandslievend vertoon achterwege bljjve. Dat Is te veel verlangd van onze neutraliteitsplichten. Hollandsche jongens, laat je niet verlei den, liever nog eens van „Zandvoort bij de Zee", dan „Die Wacht am Rhein." U dankend voor de plaatsruimte. „Oegstgeest-Neutraai." Vergadering van gisteren. REGELING VAN WERKZAAMHEDEN. De heer Teensbra stelt voor Maandag middag en Maandagavond te vergaderen, daar de debatten een grooter omvang be loven aan te nemen, on hij vreest, dat an ders andere wetsontwerpen als drie betref fende de oorlogswinst, do duurbctocsLagen, enz. in het gedrang zuilen komen. Do heer DUYMAER VAN TWIST meent, dat <io behandeling van het onder havige ontwerp ter willo van zeer belang rijke ontwerpen kan worden afgebro ken. Men vergader» -des avonds alleen, in dien dat noodzakelijk is. Spr. geeft) vervol gons ©enige cijfers van heb aantal kolom men in de Handelingen van de redevoerin gen der verschillende sprekers over de In validiteitswet. Toch heeft- men toen slechts een enkele avondvergadering gehouden. Spr. vraagt voorts, wanneer het ontwerp betreffende do verhooging van de vergoe ding aan de Landweer aan de orde zal ko men. Do duurtetoeslag dient z. i. vóór het Paaschreces te worden behandeld. Indien in de volgende week dit ontwerp aan de orcta kan worden gesteld, ia de Voorzitter er dan toebereid? De h^cr TYDEMAN hoopt, dat niet lichtvaardig van do gebruiken der Kamer zal worden afgeweken en wijst or op, dat vele leden buiten de stad wonen on ook nog andere bezigheden hebben. De boer NOLENS verklaart, dat de rechterzijde geen bezwaar heeft de wet zoo spoedig mogelijk tot stand te brengen. Ech ter schijnt ook de Voorzitter geen Ma-an- da-gvergad©riiigen noodig te hebben geoor deeld. Spr. vindt het niet noodig, dat de vergaderingen 's ochtends eerst te kwart voor twaalven aanvangen. De VOORZITTER meent, diat ook Maan dagvergaderingen niet zullen leidén tot een spoedige afdoening van dit ontwerp. Spr. is daarom tegen het goedbedoelde voor- etel-Teenstra. Dat de tegenstanders langer aan het woord zijn dan de voorstanders, acht hij zeer natuurlijk. De voorstanders kunnen de verdediging z. i. overlaten aan <3en Minister. Zoo noodig, dan zal spr. zelf avondvergadé ringen voorstellen. De heer SO HAPER is tegen het Maan- daghouden en wijst er op, dat geen der sprekers der rechterzijde obstructie heeft verweten. De heer LOHMAN sluit zich <yvni bij jyti. die zioh tegen Maandagvergaderingen ver klaarden. De heer TEENSTRA repliceert en hand haaft zijn voorstel. Daarna replioeeren de heeren DUYMAER VAN TWIST en de VOORZITTER. Het voorstel van den heer Teenstra werd daarna verworpen me 40 tegen 27 stem men. Tegen do rechterzijde en van links de heeren Knobel, J^nniük, Smeenge, Rood- huijzen, Eland, Heeres, Van Leeuwen, Fook, Boissevain, Huhrecht, Tydeman, De Beaufort en de Voorzitter. OUDERDOMSRENTE. De heer RUTGERS vervolgt zijn rede over de Ouderdomsrente en betoogt, dat de Regeering met vasto hand de teugels in handen houdt _en leiding heeft. Spr. stelt de vraagt of de Invalicfiteiterente op 70-jo- ringon leeftijd zal ophouden. Deze vraag vloeit voort uit een bepaling van heb ont- werp-Treub, waarbij die rente op 70-jari- gen leeftijd ophoudt. Vervolgens noemt spr. cenige nractisohe bezwaren tegen de werking dezer wet. De pensioenverzekering versohaft den arbei ders zekerheid; deze web niet. Dé web is een sbraf op de spaarzaamheiddie ge spaard heeft, krijgt niets; die zorgeloos is geweest, krijgt een toclaag. Het is voort9 een nadeel voor de publieke moraliteit. De leeftijdgrens behoorde z .i. op 65 jaar to worden gebracht. De VOORZITTER verzacht niet tolk ons te interrumpeerendat heeft slechts ten gevolge, dat. hot nog langer duurt. De heer LIMBURG, na den hoer Rut gers het woord voerende, komt allereerst op tegen oen verklaring van den beer Rut gers. De heer RUTGER-S had verklaard, dat de Eerste Kamer dit ontwerp niet zou aan nemen. Zoo iets is hier nooit gebeurd. Ver volgens gaat spr. cfo geschiedenis na, dio aan dit ontwerp voorafging. De wot-Talma bevatte twee cardinal© foutenlo. dat met-tröhoeftigen de rente zouden krijgen; 2o. dat ze alleen kwam aan lied'cn in loon dienst. De heer Rutgers maakte zioh vroo- lijk over den uitslag der verkiezingen te Apeldoornwelnu, hij denke aan <3© ver kiezingen na de wet-Talma. De heer Ru ti gers noemde het politiek, dat de wet wordt behandeld. Doch indien ze niet werd be handeld, ware dat ook niet politiek. Een derde mogelijkheid is er niet. Neemt ge ons kwalijk, dat wij niet uw politiek volgen? Moet de meerderheid de politiek volgen der minderheid'? Spr. zal zijn rede Dinsdag voortzetten. Ten slotte deelt de Voorzitter nog mede, dat hij voortaan de vergaderingen om elf uren zal doen aanvangen. (Van onzen Parijschen brioAob.^vor). (Nadruk verboden.) Ik weet niet of heb weer in Holland ovetn ,,gek doet" als in Parijs, maar hier al thans schijnt de natuur even ondersteboven tb liggen als sedert ruim anderhalf jaar het mensohdexm. Eerst hebban we een on- gewoon-zaehten winter gehacl, en nu het voorjaar nadert is het gaan winteren. Al oen paar weken lang staat de thermome ter in dé buurt van het nulpunt, en hebben we in Parijs meer sneeuwbuien gezien dan andera in verscheidene jaren. Gisteren ik spreek van Zaterdag li Maart bij het ontwaken waren straten en daken woer wit van sneeuw, en terwijl Lc dit zit te schrijven, op Zondag 12 Maart, staat m'n raam open, terwijl m'n buiten-ther mometer 13 graden celsius aanwijst, en een heerlijk lente-zonnetje ons een oogenblik zou doen vergeten, dat. op drit oogenblik onder de muren van Verdun 't beestach- ti'gsbe drama worcit afgespeeld, dat ooit door een waanzinnig-geworden menschhcid word opgevoerd. Ho© zijn we ver van alle vroegere nor male toestanden! Een brief van hier was vroeger im een halven dag in Holland. Se dert den oorlog duurt de reis voor een brief tusschen de 5 en 14 dagen. Hoe zal het voortaan zijn, nu er nog maar drie maal per wéék oen post tusfehen Holland c-n Engeland overgaat? Do Mecklenburg" do prachtige boot van do „Zeeland", dio ïk zelf op de „Oranje Nassau" naar Til bury overstekende, een jaar geleden even vóór de Engclsche kust ontmoette, ligt op clen bodem van de Noordzee. En do een suur dit houdt mefc de „Mecklenburg" niet het minste verband, maar wol met de abnormale toestanden de Fransche dag- bladoonsuur, clie sedert het ministerie- Briand weer de grootste vrijheid toe stond aan de pers, en bijna geen teeken van !>Jt'ern meer gaf, heeft opnieuw „L'Homme Enchainé", het blad van Clo- menceau, in beslag genomen en ik wcot met voor hoeveel dagen geschorst. Ik ben van nature een vijand van alle vrijheids-beperking, en derhalve van alle censuur. Maar ik heb een vaag vermoeden, dat als ik do hemel beware mo! de betrokken oensor was geweest, de krant van den „ouden tijger" voor misschien den dubbelen tijd im de doofpot was gé- gaan. Het gekste is, dat ik het betrokken arti kel van den ouden ruziestoker niet hob gelezenet pour oausel Maar ik kom tot dezt» conclusié na het lezen van oen artikel van Gustavo Hervó in „La Vio- toire" van Dinsdag 7 Maart. Een paar merkwaardige typen, Olemen- ceau en Hervé! de eerste, oud-president van den ministerraad, lid van den Se naat, heeft in het begin van dén oorlog on tegenzeglijkveel goeds gedaan door te durven schrijven, wat er niet deugde. In dde eerste dagen, toen alles hier overhoop lei te verontschuldigen in een land dat nooit aan de mogelijkheid van een oorlog geloofd had en niets voor dien oorlog had in orde gemaakt was bijv. de postver binding met het front eenvoudig treurig was er niet geaotgd toot rwarme kkeren en dekens, toen de eerste winter naderde; liet de ambulanoe-cliensb vrijwel alles te wensohen. Dit is durven zoggen, heeft Glemenoeau heel wat strubbelingen met den censor veroorzaakt, en ik wil zeggen, dat ik den censor onmogelijk in 'b gelijk kon stellen. Maar langzamerhand ia de oude fcijgeraatuur weer boven gekomen, en toen do oensuur hem weer de handen vrij-liet, kwam de aarts-o mverwerper-van- ministeries, in elk nummer van „L'Homfme Enohainó" voor den dag met een scheld partij op allo ministers... plus den pre sident van de republiek. Hem ia daarbij dikwijls een vrijheid gelaten, die werkelijk verbaasde. In oorlogstijd zijn er werkelijk grenzen. Niet voor de nijdassigo jalousie van Clemenceau. Gustavo He-rvówat een andere zeld zame evolutie in dezen volksleider, sedert den oorlog! Maar hoeveel sympathieker ia hij dan de oeratel Sedert 1 Januari 1010 heeft hij rijn blad, „La Guerre Sociale", omgedoopt in „La Vicüoiro". Niet .uit nijd, die den naam van „L'Homme Libre" deed veranderen, maar omdat er, tegenover clen gezamonlijkon vijand, in Frankrijk geen „guerre sociale" meer mag zijn. En hij, de vroegere anar chist en anti-militarist, is één van de grootste voorstanders geworden van clen oorlog „tot het -einde": jusqu' au bout! Evolutie, die sommige van z'n tegenstan ders ironisch doet meesmuilen. M. i. on verdiend. Een man, die versoheiden j'aren van z'n leven om der wille van z'n overtui ging in de gevangenis heeft doorgebracht, verkoopt z'n overtuiging niet! I3 het niet even eenvoudig als verklaarbaar, dat deze internationalist, tegenover den schande lijken aanslag op z'n land, tot vurig natio nalist is geworden? En zóó is do onvermijdelijke botsing tus schen deze twee groote demoe-aten geko men: Hervé, die liet gestook van Clemen ceau niet langer kon aanzien, en die hem in een van z'n artikelen niet ten onrechte noemde „notfe démolisseur national", „1' hom/mo cléehaïno" en ..1' homme enchainer". Het hoofdartikel in zijn blad van 7 Maart heet ,,Le Naufrageur", „de 6ohip- brenk-veroorzaker'Ik laat er hier de voornaamste gedeelten van volgen „LHomme Enohainó" is ir beslag geno men en geschorst en met hem de bladen die. wetende dat het verboden wan, opzet telijk het artikel hebben overgenomen, waarin onze nationale schipbreuk-veroorza ker allerliefst uitlegde aan onze soldaten, die strijden bij Verdun, dat onze artillerio geen knip voor den neus waard is. _U begrijpt onmiddellijk, hos dez> opmer kingen op dit moment van pan zHn; hoe troostend zé zijn voor onzs mannen on hét ©ogenblik, dat de stortvloed van het Prui sische leger op hen aanstormt: wio hun een dolksteek in den rug zou «reven, zou niet beter werken voer Duifschhnd. Iedereen in Frankrijk heeft s echts één gedachte: De Pruisen verjagen uit Frank rijk en België. £I&je zou zeggön, datrie maar één Idee heefthen, dia aan 'fc bewind zijn v?r- ja-gen, om ons een nieuwe, herziene en ver beterde editie te geven van zijn talenten als regeerder! Elk middel grjjpt hij $an. Met de affaire van Sa'oniki dacht hü 'de overwinning te hebben. Ah! wat e:n zege praal voor hem. als de Duitschers en Bul garen ons - bjj Saloniki in zee go Iron gen hadden, of het leger van SaTaï' hadden g?- dwongen te capituleerenHij hal de ca tastrofe voorspeld. De zaken hebben niet het verloop gehad, waarop hrj rekende. Wij z$n in Saloniki en wjj blijven er, in af wachting, dat we er zullen uittrekken, ni;t om ons in te schopen, maar om ^aar Sofia en ^Weenen op te marche-eren. Het is dui delijk, dat de affaire van Saloniki een p r- soonljjke zegepraal was voor 't kab'n t, dat hij wilde omver gooien, evenzeer als een zegepraal voor Frankrijk en de geal'i er^len. In plaats nederig het hoofd te buigen, wat doet onze baas? Hij ontdekt, dat de onderstaatssecretaris van de luchtvaart e-:ii in-de-war-stuurder van alle"ard>&]ing©n van dienst is. Misschien zal het hem lukken, door voortdurend te hameren op den onder staatssecretaris, het heel© ministerie neer te gooienEn hij begint opnieuw don strijd. Wij hadden geen v iegtoestellen en geen bestuurders meer. De Duitschers wrren de beheerschers van do lucht- Let wel, dat hij beter dan wie ook geplaalst was om te weten, "dat we hard werlrton, dat onze nieuwe vliegtoestellen klaar waren, dat onze bestuurdersscholen massa's leer lingen opleidden, en dat na veel zoeken, ondanks alle spaken die hem in hst wiel werden gestoken, de nieuwe onder-staats secretaris resultaten bereikt had. dis niet te versmaden waren. Ontmoedigd en vol walging is René Besnard heengegaan, onder het gejouw van allen, die men t:-gen hem had opgehitst. Hrj is nauwelijks weg of de senatoriale commicsie voor enquête in zake de luchtvaart komt ons ve-kkven, dat onze luchtvaartafdeeling prach ig in órde is; dat we aanmerkelijk vooruit gaan. Onze luohtvaart was gelijk nul zoolang Renó Besnard er onder-staatssecretaris van waa, maar nauwelijks had hij z'n werk overgedragen aan z'n opvolger, of onze luchteskaders, die nooit hadden opgehou den werkzamer te zijn dan de Duitsche, schieten op één dag zeven vliegtuigen neer, die voor heb eerst sedert maanden uit hun schuilhoek durfden komen, en één van onze lucht-kanohnen vernielt een Zeppelin O vreugde! Ditikeor is Verdun bedreigd! Verdun zal vallen. Ditkeer heeft hij den dood van het ministerie in handen, en do heel© kliek van plaatsvervangers or zijn er van alle partijen likt zich al van te voren de lippen. Maar onze man heeft voortdurend pech. Verdun zal voorwaar gered wordénOnze generale staf heeft een enorme troepenre serve en een formidabele artillerie opge hoopt, en sedtert 1© dagen is dé Duitsche stortvloed gebróken, en komt geen pas na der ten noorden van Verdun. Dit oogenblik kiest onze sohipb re uk-ver oorzaker om kreeb van woede uub te stooton. Gisteren waren het onze vliegtuigen dié „niet bettonden." Vandaag het onze artillerie, die niet - meetelt^ vergeleken bij do Duitsche. Ahl Waarlijk? Laat hij het eens gaan vertellen aan hen, die dé verwoede kanonnade van 72 uur hebben bijgewoond, waardoor, we, ge durende ons offensief in September in Champagne, alle eerste Duitsche stellin gen hebben verni'etigd, en hun bezetting in die mate verbijsterd, dat we den eersten dag 20,000 gevangenen ©n 130 kanonnen hebben genomen Do waarheid, dio al onze goidaten moe- ton weten, ia, dat wij op dit oogenblik, fn licht, zwaar on belegerings-geschub, supe rieur ik zeg: superieur! zijn bij do Duitiiciliors, ön dat, hoelang de strijd ook zal duren, we projectielen in overvloed zullen hebben De waarheid is, dat onze poilus, daar ginds, versteld staan van do artillerio van elk kaliber, die ze sedert ooht dagen van one kanten ri on aankomen! Wat vertelt hij ons dan, die paniek zaaier! Welke regeering zou op oen dergelijk moment ongestraft een dergelijke demo- raliseerende campagne kunnen laten door gaan? Zijn er geen gevallen, waarin do censuur oen ware maatregel van publiek heil wordt? Wio er dergelijke praktijken op na hield, kwam er minder goed af ten tijde van het „Comité do Salut Public." (geteekend) Gustavo Hervé. Voor vertaling: CABOCHON. HAZERSVYOUDE. Do afd. liazerswoudc—Koudekerk" van do Yereemging „Volksonderwijs" üieid ook oen ouderavond voor de bewoners van. den Rijndijk en Koudekerk en wel in de bovenzaal van het café van de Erven Van Egmond, met medewerking van enkele da mes on hecron van den „Rijnkring." Na dat de voorzitter, de heer za. Forfcgens, de vergadering geopend had, werd het „Maakt front" gezongen, cvat als <steeds een goeden indruk maakte. Do neer J. A. Tour, van Aarianderv een, trad nu op met een lezing over „Boosheid", waarin tal van nuttige wenken op waarlijk humoris tische wijze het aandaohk'go gehoor boei den. JNa de pauze hield de voorzitter een voordracht over „Schrijvon" tegenover „Lezen". De mocilijkheiu van goed schrij ven en goed lezen werd daai-.j gesteld tegenover het onwaardeerbaar genot, dat die kundigheden hun beoefenaars aanbie den. Humoristischo voordrachten en echoone liederen van het zangkoor vulden verder den avond, die door den voorzitter met een clank- en opwekkingswoord gesloten werd. De clank gold inzonderheid den i-eer Tolk en rijn echtgenoote, die op geheel oelang- looze wijze met hun voordrachten en het zangkoor hun medewerking hadden ver leend. xJoor oen der aanwezigen werd heb be stuur der afdee-ling in staat gesteld m de pauze aan allen een kop koffie of tnoe aan te bieden, waarvan ©en dankbaar gebruik werd gemaakt. Bij enkele oandidaatet-elling is itofc lid van don Gemeenteraad gekozen de heer M Heyker. Do Knap envereeniging „Bamuëi" vierde iai de oonastorie der Gereformeerde Kern: haar jaarfeest, mot lal van ouder? en belangstellenden. De heer 1. van IS es had de leiding en ds. Wielinga sloot met dankgebed. Opstellen, samenspraken en voordrachten wisselden olkancxer af. De jongeliedpn leverden flin- werk. Afge vaardigden van de Ohr. Jongel. Vereen. „Filadelfia" en van de meisjesvereeniginj „Triffooa" brachten de wensohon hunner Vereeniging over. HILLEGOM. Onzo reuzen-bloemententoonstelling imeb geheel vrijen toegang is -±ans ge opend. De hyacinten schitteren in vele kleuren, de nareizen zijn prachtig on de vroege tulpen doen voor de andere niet onder. In do vorige dagen waren er al vrij veel kijkers, maar Zondag a.s. belooft de eerste groote bloemenuag te worden. Wie uit het zuiden EQiiegom nadert, doet vorsfcancüg van den Rijksstraatweg do Hyacmtenlaan in te slaan en de Veenen- burgerlaan te volgen. Rechts ziet men daai het verdwijnende Yeenenburgerboscn en link3 kijkt men van boven op de velden neer. Dan verzuime men niet langs de schilderachtige Oude Beek te wandelen en het Molenduintje in het \V ïiheiminaparic te beklimmen. Dat geeft mooio vergezichten Op Woerestein flaafc men do Pastoorslaan of wat verder de Noorderlaan in. Daar rijn trouwens aan de andere zijde ook aaD te bevelen rijwegen. Geh'cel buitenom loopen de Loosterwegen, waar ook veel te zien is. Aan te radon is de zijwegen niet te ver geten. Daar geniet men van de bloeiende natuur het meest en rustig. KATWIJK-AAN-ZEE. Te 's-Gravenhage is geslaagd als schip per op. zeilzeevisschersvaartuigen, W. van der Plas, alhier. N00RDWIJK. Te 's-Gravenhage zijn geslaagd als stuurman op zeilzeevisschersvaartuigen E. Vink en A. Plug, beiden alhier. KERKELIJKE BERICHTEN. Warmond. Zondagmor *en te tien uren, ds. Rutgers, van Katwijk-aan-Zee; 's avonds te zes uren, ds. Haselager. Noordwjjkefhout. Zondagmorgen t-» tien uren, ds. Haselager, van Warr"-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 9