Tweede Kamer. Uit de Omstreken. Hier en daar ziet men wel bosschages in do weiden, maar bij nadere beschouwing blijken zij omringd to zijn door een sloot, die het vco buiten do schaduw houdt, juist op den tijd van den dag, dat het er de meeste behoefte aan heeft. O, als die beesten eens konden spreken J 't Zou ongetwijfeld de moeite loonen, wanneer men onderzocht, op wolke plaat sen, waar hot vee, hetzij dan al of niet opzet telijk, voldoende schaduw in de weide gege ven is, men toch met mond- en klauwzeer te kampen heeft. Zoo kon de praktijk duidelijk spreken. Het nieuwe bericht, dat het vee, totaal 41 stuks, van den landbouwer A. J. van Winden, te Hof-van-Delft, zal worden afge maakt, nu daar een geval van mond- en klauwzeer zich heeft voorgedaan, moet toch de veehouders er toe aanzei ten, den run deren heb verblijf in de weiden dan zoo draaglijk mogelijk te maken, en vooral niets te wagen, opdat den eigenaren geen zelfverwijt treffe. N. Lessen, die vergeefscli zijn. Geachte Redactie. Gaarne zag ik onderstaande regelen in Uw blad opgenomen. Bij voorbaat mijn dank. Het ingezonden stukje, voorkomende in uw blad d.d. 5 April, ODderteekend door „Een modern georganiseerd ambtenaar", trof ten zeerste mijn aandacht-.. Ik zal kort zijn omreden het stukje kant noch wal haalt. Hoe een modern man het in zijn hoofd haalt zoo iets te -schrijven, is uit den booze. Wist ge niet, dat de verplegers georgani seerd waren en er een afd. Leiden" der Neclerlandsche Verplegers-Vakvereenigiüg te Oegstgeest is gevestigd Ware liet niet beter geweest-, dat gij eerst hadt geïnfor meerd in plaats van over één nacht ijs te gaan'? Nu hebt gij donkere wegen bewandeld en bent in mijn tranenvloed verdronken!.... Het spijt mij, dat ik U, „een modern geor ganiseerd ambtenaar", het volgende ter harte moet geven: „Geef-' geen lessen, voor gij eerst zelf goede lessen ontvangen hebt!" Voortaan dus opgepast! Een verpleger van „Endegeest". RECLAMES, h, 40 cents per regel. A LA CORSETIERE RAMONDT. LEIDEN, Breestraat 34. Tel. Int, 1425 Corsets naar maat. Ook volgens medisch advies. 6670 1 4 Vergadering van gisteren. OUDERDOMSRENTE. D; heer A'ALBERSE betoogde vervolgens, dat dit stelsel is in de Invaliditeitsverze kering dö invoering van de volledige pre miebetaling door den Staat. Met de uit breiding van het kiesrecht in de verschil lende landen komt het meer en meer voor, dat men in hervormingsgezindheid tegen el kander opbiedt om in het gevlei te komen. Een bijzonder gevaarlijk karakter van de magogie acht spr. liet aan de kiezers te beloven, dat men bet geld zal halen pit belastingen, die niet op hen drukken; bij verzekering daarentegen weet de arbeider, dat bij het pensioen gedeeltelijk uit zjjn loon heeft te betalen. Een ander bezwaar acht spr. bet, met den heer Treub, dat de werkgever zijn moreele verplichting m'nder zal gevoeleD. Gebleken is reeds, dat de heer Treub de Invaliditeitswet meende te moeten gaan bederven om er de Staatspensionneering aan is kunnen verbinden. Die invoeging acht spr. bovendien inconsequent; waarom zou do verplichting van den Staat tot betaling der kosten ophouden bij de Invaliditeit, die al leen uil ouderdom voortspruit! Inconsequent is de geheel verschillende houding der soe.- democ-raten ten aanzien van de ziekte en de ouderdomsverzekering. Spr. vreest, dat de Invaliditeitsverzekering door do ouderdoms verzekering in den grond zal worden be dorven. Vervolgens bestrijdt spr. de verschillen de motieven, voor de invoering der ouder domsverzekering aangevoerd. Onbillijkheden zjjn ook mot een derge lijke wet niet te vermijden; men denk'e aan de eenheidsrente voor liet geheelo land. Een verontschuldiging voor de invoering van een verkeerd stelsel met een beroep pp den volkswil, zoo betoogt spr. gaat al evenmin op. liet is de plicht neen te zeggen, en niet te huldigen een Bizantinisme, dat knielt voor het volk. De heer BRUMMELKAMP betoogt dat deze wet is een miskenning van den ar beid, die een zegen is en veranderd moet wordeD, in het dageljjkgch brood. Door zjjn arbeid staat de mensch hooger dan het dier. Dit ontwerp is een miskenning van den ar beider tevens. In plaats van de misstanden te bestrijden, laat deze wet ze eenvoudig on aangetast Deze ouderdomsverzekering id een voudig een aalmoes zonder meer. Ten onrechte brengt het den arbeider in den waan, dat hij recht heeft op een ge deelte loon, dat hem vroeger niet is .uitbe taald, in plaats dat de jonge arbeider wordt aangemaand tot spaarzaamheid. Het Is een parodie op de echte Christelijke barmhar tigheid. Men geve den 70-jarigen arbeider een menschwaardig bestaan en schepe hem niet af met twee gulden per week. De beer DE WIJKERSLOOTH DE WEER- DENSTEYN betoogt, dat hc-t ontwerp dient te worden gewijzigd, betreffende de uitvoe ring der wet door .de gemeentebesturen. Het vrijwillig toekennen van een recht, zoo betoogt spr., is reeds een gunst. Beoogt dit ontwerp met verzorging van armen en is bet dus geen Armenzorg? Het ligt voor de hand, dat de gemeentebesturen ook met deze Armenzorg worden belast. Do gemeentebesturen toch beschikken over, de noodige gegevens; de kleine gemeenteu zelfs over persoonlijke kennis. Een Centrale Bank zou een kostbare administratie en uit gebreide correspondentie hebben te voeren en de beslissingen zullen eerst zeer lang zaam tot stand komen. Ook betreffende armlastige krankzinnigen beslist niet de Gemeenteraad, doch B. en ,W. Een beslissing door B. en W. verdient z.i. alleszins de voorkeur. Het Rijk! diende den gemeenten eenvoudig de kosten te ver goeden. Een correctief blijft altjjd in het beroep op Ged. Staten. Do beer VAN VLIET bestrijdt dit ont werp, dat den arbeiders slechts een bedeo- ling schenkt en weder uitstelt datgene, wat met zooveel moeite is tot stand gekomen. Ten aanzien van de Staatspensionneering zagen we de linkerzijde opschuiven naar liet so cialistisch beginsel. De beer RUTGERS herinnert aan het ein deloos geduld, dat minister Talma hier bjj de behandeling van dien reuzenarbeid, de Invaliditeitswet, aan den dag legde; een re geling zooals in Duitschland reeds vele ja ren geleden was ingevoerd. De heer Talma had alleen op: het oog het belang der ar beiders. Vervolgens wjjst spr. er op, dat men in verband met dit ontwerp in menig .opzicht nog slechts kan oordeelen naar veronder stellingen, en hij heelt hier het oog op ver schillende verklaringen, door de Regeering ria het aftreden van minister Treub afge legd. Eerst bij de behandeling der artike len zal dus 5e oppositie in staat zjjn hdar, stukken meer juist op het doel te richten. Spr. wjjst op het feit, dat de tijdelijke voor zitter van den ministerraad in de Eerste Kamer meer dan eens de mogelijkheid er kende, dat de Regeering met'het aan-de-orde- 6telleu van dit ontwerp zou hebben misge tast en spr. trekt daaruit de conclusie, dat de Regeering zich in deze niet vrij gevoelde. Nog andere aanwijzingen meent spr. uit het debat daarvoor te kunnen aanvoeren. De Regeering heeft toegegeven aan "het verlan gen en hen aandrang der linkerzijde doop politieke onderwerpen aan de orde te stel len. Een dergelijk wijken acht spr. in dc-zen tijd een gevaarlijke wijze van regeereii. Ook fiet „Alg. Hbld." en do „N. Ct." erkenden, dat de Tweede Kamer met de behandeling der ouderdomsrente nutteloozen arbëid ver richt, daar het ontwerp wel door de Eerste Kamer zal worden verworpen. Na het aftreden van minister Treub heeft de Regeering een groote mate van minzaam heid tegenover de rechterzijde aan den dag gelegd, maar nog altijd weten we niet, wat het standpunt der Regeering nu is ten aan zien eer Invaliditeitswet. Is deze gemak kelijk aan te passen aan de Ouderdomswet of heeft de Ouderdomswet een vèrstrekkenden invloed? Spr. zal Vrijdag zijn rede voortzetten. Ten slotte vraagt de heer TEENSTRA den Voorzitter op de agenda een regeling van werkzaamheden te plaatsen, opdat zij evI kunnen voorstellen Maandagmiddag en Maan dagavond een vergadering te houden. Wijziging f, O.-wet. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging en aanvulling van de wet tot regeling van het lager onderwijs. Daaromtrent wordt in 'de Memorie van Toelichting o.a. het volgende modegedeeld: Sinds bjj de wet van 2S December, 1896 zekere akten van bekwaamheid als onder wijzer en als hoofdonderwijzer, in Neder- landsch-Indië afgegeven, gelijkgesteld zjjn met de gelijksoortige in Nederland uitge reikt wordende akten, en nadat bij de wet van 8 Juni 1905 bepaald is, dat de twee jarige werkzaamheid alq oftierwijzèr, welke vereischt wordt om het hoofdonderwijzers- examen af te leggen, ook in Ncderlandseh- Indië kan worden doorgebraoht, is herhaal delijk aangedrongen op uitbreiding van dezo" bepalingen. In bet bijzonder werd met dezen aandrang, beoogd; lo. gelijkstelling te verkrijgen voor akten van bekwaamheid in afzonderlijke vak ken, zoowel in de Oost-Indischo bezittin gen als in de "West-Indische" Koloniën afge* geven; 2o. te bereiken, dat ook een twee jarige werkzaamheid als onderwijzer in dö Oost-Indische koloniën toelating zal geven tot het examen voor de hoofdakte' hief ïe lande. In overeenstemming met h'et gevoelen van den Minister van Koloniën is de Ministeï, van Binnenlandscbë Zaken van meening, dat er alle reden is aan deze' wenscbë'n tëg& moet te komen, niet alleen omdat dairmeds aan een billijk verlangen van dë daarbij Betrokken personen wordt voldaan, maar ook omdat de onderwijsBolangen In de ko loniën en Bezittingen er mede woïden ge baat. I i I I Van 'de daartoe noödige wijziging van' art. 82 wordt tevens gebruik gemaakt om een wettelijke uitzonderingsbepaling te' maë ken voor onderwijzers, oandidaten voor het hoofdonderwfjzersexamen, die ten gevolge van de mobilisatie het bewtfg van ten minste tweejarige werkzaamheid als onderwijzer niet kunnen overleggen. Naar de meening van 'den Minister, be staat daartoe alle aanleiding, zoowel om- dat het wenscheljjk is do beetaansvoorwaaij- den der gemobiliseerde onderwijzers niet meer dan noodlg is te verzwaren, als omdat de breedere ervaring, door die onderwijzers opgedaan, eenigszins opweegt tegen het te kort aan schoolpractijk. Het komt den Mi nister voor, dat do dispensatie niet over gelaten moet worden aan de voorzitters der. commissiën, maar aan den Minister moet blijven, en dat het niet noodig is, bet voor schrift een bepaald tijdelijk karakter te doen dragen. Wat de wijziging in genoemd artikel Betreft, beoogende, dat ook de onderwijzer nit Suriname of Curafno na tweejarige werkzaamheid aldaar het hoofdonderwijzers examen hier te lande zal kunnen afleggen,- komt het den Minister niet wensohelijk voor, de nieuwe bepaling minder ruim te maken door de gelpstelllng te beperken tot werk zaamheid in een der klassen of rangen van onderwijzer, zooals de koloniën die kennen. Artikel 89, tweede lid wordt gelezen als volgt: „Door ons wordt bij besluit, den Raad van State gehoord, aangewezen, welke in de koloniën en bezittingen afgegeven akten van bekwaamheid tot het geven van lager, onderwijs voor zoover die zrjn verkregen wegens het met goed gevolg afleggen van examens, afgenomen met gelijke of onge veer gelijke eischen en zooveel doenlijk, vol gens dezelfde regelen als voor die examens in Nederland volgens 'deze wet zjjn vastge steld worden gelijkgesteld met de over eenkomstige akten, die in Nederland wor den uitgereikt. Uit de Memorie van Toelichting Wijkt-, dat, in afwijking van de regeling van 1896, deze vorm gekozen is ter voorkoming van de moeilijkheid, dat 6f de koloniale wetge ver in zijn onderwijsverordeningen al te zeer gebonden zou zijn aan de regeling, welke in het moederland bestaat, bt wel, dat de Nederlandsohe onderwqjswetgeving wijziging zou behoeven zoodra een daarin vermeld stelsel in de betrokken kolonie zou zijn verlaten. Voorts is de bedoeling der wijziging van dit tweede lid, dat de gelijkstelling niet zal behoeven af te stuiten op een gering ver schil in de omschrijving der examen-pro gramma's hier te lande en In de koloniën of bezittingen, mits zij maar als gelijkwaar dig kunnen worden beschouwd. .Volgens de in Nederlandsch-Indië bestaan de regeling kunnen de akten in de vreem de talen, wiskunde, landbouwkunde en gym nastiek worden behaald doer personen, die niet in het bezit zjjn van de onderwijzere akte, wat ingevolge art. 86 der wet hier te lande niet mogelijk is. Gelijkstelling zon der meer zou dus met het oog op benoem baarheid in oen betrekking een bevoorrech ting kunnen beteekenen van de bezitters dezer Indische 'akten. Wordt ten opichte van die akten bepaald, dat zij gelijke be voegdheid geven als de overeenkomstlgo Ne derlandsohe, mits de houder tevens in het bezit is van de onderwijzersakte, dan is, waar het den Minister voorkomt, aan het bezwaar voldoende tegemoet gekomen. Daar voor strekt oen voorgesteld nieuw derde" lid van art. 89. Ten slotte wordt een nieuw vierde lid van dit artikel voorgesteld, luidende i,De gelijkstelling volgens het tweede' lid' geldt ook voor die gevallen, waarin aan het bezit van een Nederlandsohe akte" an dere rechten 'dan de bevoegdheid tot hef geven van onderwijs verbonden zijn.'' ALKEMADE. Aan J. Wortmau, nachtwaker alhier, ia bij Kon. besluit van jaarlijkseh pensioen van f 89 toegekendaan J. van der Hoorn, nachtwaker een van f 52. BODEGRAVEN. De. S. van Donp, alhier, komt voor op het drietal voor predikant bij de NedL- Herv. Gem. te Gorkurn. HAARLEMMERMEER. ,Hot is opmerkelijk, hoe de veranderde: tijdsomstandigheden van invloed zgn op den verbouw van gewassen in onzen polder. Niet alleen, dat vele H-A. beteeld zullen worden met aardappelen en kool', doch de teelt van fijnere zaden, zooals kanarie, bloemanen, spinazie, is zeer groot. Landbouwers, die anders .weinig of niets hiervan telen» Bezaaien hiermee vele akkers. Ook uien worden zeer veel verbouwd. De hooge prezen van een en ander in aan merking genomen, is deze veranderde of uitgebreider teelt verklaarbaar. HOOFDDORP. Ten overstaan van notaris Heineius werd gisteren 'in Hotel „De Beurs", alhier, publiek geveild de boerderij „Mariahoeve", 20 H.A., 36 A. en 40 c.A., aan den Spie- ringweg. De veiling geschiedde in drie per- oeelen. Perceel 1: de boerderij met verdere getimmerten, benevens bouw- en weiland, te zamen 12 H.A., 70 A. en 60 c.A., werd gekocht door A. J. v. Wijk, te Hoofddorp, voor f23,500. Perceel 2: perceel bouw en weiland, 5 H.A., 10 A. en 40 c.A, werd gekocht door Johs. Monster, alhier, voor f 8700. Perceel 3: arbeiderswoning met 2 H.A., 55 A'. en 40 c.A. bouw- en wei land, werd gekocht door, J. de Vos, te NieuW-Vennep, voor f6150. De totale op brengst was dus f38,350. LISSE. Gistermorgjon werd op die weegbrug t»e Lissexbroek een vette koe gewogen, dde het respectabele gewicht had van 750 K.G. Don eigenaar, den hoer G. Endhoven, wne er reeds 650 voor geboden, Van die 26 woningen van de woning- vereeniging „Volksbelang" zijn de eerste zes ondier d!e> kap gekomen. De bouw van d'e andere vorcÖerb ook goed. NIBUW-VENNEP. I 1 De bouw van een rijbrug over de. Vennep er tocht, voor rekening der gemeente^ is opgedragen aan den heer P. Bakker, aannemer alhier. .VOORHOUT. In samenwerking en in overleg het bestuur der R.-K. Centr. KatwijkLei. derdorp had op uitnoodiging van den pastoor alhier een vergadering plaats in het Pa tronaatsgebouw, om weder te geraken tot de oprichting van een nieuwe R.-K. Kies- vereeniging, in de plaats van de reeds twee maal ten gevolge van de Gemeenteraads verkiezing opgeheven R.-K. Kiesvereeiiiging. Voor dit doel waren "door het Centraal- bestunr naar hier afgevaardigd de heeron Bader, van Sassenheim, Balvers, van Hille- gom, en Bulten, van Noordwftkerhout-, Nadat de bijeenkomst geopend was, Ieiddg de heer Bader de besprekingen in. De heer Bulten ham het woord, om te wijzen op het nut- in deze, georganiseerd to zijn. De heer W. v. d. Laan zou in deze in overweging geven de gemeentepolitiek uit te schakelen, dan was de gevaarlijke klip ontzeild. De heer Bulten zou dit echter minder gewenscht vinden. De heer Bader gaf hierop pok als zjjn persoonlijk gevoelen te kennen, dat biet eer dan noodzakelijk de gemeente-politiek zou prijs gegeven moeten worden. Door den pastoor werd het eveneens ge vaarlijk genoemd, daar het de naastenliefde in gevaar brengt, wat ten allen tijde 'en onder iedere omstandigheid moet vermeden worden. Besloten wérd het aan het oordeel dör vergadering te onderwerpen, die met 26 stemmen voor en 13 tegen, met enkele onthoudingen, tot het bijhouden van de ge meentepolitiek besloot. Hierna ging men over tot het samen stellen van een bestuur, waartoe aange-. wezen werden 'de heeren W. v. Laan. K. Vermeijs, J. H.-Langeveld, P. Warmep- hoven en in plaats van den heer L. P> Zonneveld die bedankte, de heer Th. C. Mens, die allen hun benoeming aannamen. Door den heer Bader werd hierop nog een dankwoord gebracht voor de opkomst, waarop de pastoor 'de vergadering sloot. VOORSCHOTEN. Hier worden vermist een gouden ket ting met zilveren slot, bezet met twaall juweelen, en een beschadigd gouden kruis. [WARMOND. De Raad vergadert Donderdag a.s., des morgens te tien uren. Tot controleur der melk voorziening alhier is benoemd de heer H. L. v. Delft. WOUBRUGGE. Uit het verslag van den secretaris, den heer Molenaar, der Chr. Nat. Sohool- vereeniging, alhier, bleek, dat het aantal leerlingen den lsten April j.l. was geste gen tot bijna 150 en uit de rekening van den penningmeester, den heer Wisman, dat de inkomsten over 1916 bedroegen f 5578.06V2 en de uitgaven f4846.06, als mede, dat de bouw der nieuwe school en onderwijzerswoning had beloopen de som van f 15,781.381/2- De schoolschapen had- ben de vorige week opgebracht aan «uiver^ winst f 550. Op voorstel van 'dB. Ekering en ds. Elzenga werd aan de gehuwde onder wijzers 'n duurtetoeslag verleend over 1915. WASSENAAR. Gistermiddag reed een inoborlüete met volle vaart tegen den muur van het café Letmpers. Aonleidende oorzaak was een ööhairensl i j perewagen<ÜJe om dén hoek van de Benkheietiraat op heb Pledn stonde De berijder, die deze hindérnis op 't laatste oogenblik bemerkte, wilde uitwijken, met het ongelukkig gevolg, dat rijn nieuwe mo torfiets totaal onbruikbaar was. De be stuurder zelf kwaioi er m&t -©enige lichte verwondingen en kleerscheuren gelukkig af. VOORHOUT. Gemeenteraad. Voorzitterde burgemeester. Afwezig: de heer P. van Reis en. De Voorzitter dbet med'edeeling van eenige ingekomen stukken, w. o. de mede- deeling, dat van den tolafkoop o<an de Teylingerlaan voorloopig niets kan komen door d!e te hooge eieohen, do'or eigenaresse gesteld. Bij de voorlezing van het bekende ver- huishuren en dagloonen met Mr. Hunt hoor de redeneeren. Lord St.-Erme en Lad}' Lucy waren bij do familie te Lassonthwayte het middagmaal komen gebruiken, hetgeen aanleiding gaf tot hevige jaloezie van de zijde van mevrouw Louise Moss, en niet geringe wanhoop van Mathildo, die zich overtuigd hield, dat Oli via alles verkeerd zou doen en geheel tegen de étiquette zou zondigen, nu zij zelyc het oppertoezicht niet kon hebben. Weinig kou zij vermoeden, dat Lady Lucy er zich juist een feest van had gemaakt-, haar lieve me vrouw Moss eens te ontmoeten zonder door het gezelschap dier beide dochters gehin derd te worden. Ma het middagmaal wandelde het geheele gezelschap op liet grasperk op en neder, en vermaakte zich met de erschillende tinten der bergen waar te neften, toen Lord St.- Erme mevrouw Martindale glimlachend de vraag deed, of zij zich nog wel herinnerde, dat '/.ij de eerste was geweest, die hem voor speld had, dat de bergen van Westmoreland hem misschien eenmaal dierbaarder zouden zijn dan de Alpen! „Ik heb dien avond nooit vergeten," zeido hij. „Het was toen, dat ik voor het eerst in gezelschap van Mr. Fotheringham kwam," en nu deed hij een aantal vragen aangaande Percy's vroegere betrekking in Konstanti- nopel, hoe lang hij wel bij de diplomatie was geweest, en wat de reden was, dat hij zijn ontslag had genomen. Hij sprak verder ook over-de boeken, welke Percy geschreven had, prees hem ten hoogste, en kwam ein delijk neer op zijn artikelen in de „Revue" eii ook op dat. waarin hij, volgens zijn zeg gen, de eer had gehad uitgekleed te worden. „De goedo Lucy heeft hem die recensie nooit kunnen vergeven," vervolgde hij, „of schoon het toch een der nuttigste dingen ge weest is, die mij ooit overkomen zijn." „Het verwondert mij, dat gij niet to booa waart, om er nut van te hebben." „Dat was in het eerste oogenblik ook het geval, maar de recensie was te waar, om zich in ernst beleedigd te gevoelen. De pijl was niet vergiftigd, en het was de eerste onpar tijdige critiek, dié mij te beurt viel. Nie mand had zich tot dusver genoeg over mij bekommerd om mij mijn belachelijke uit drukkingen onder het oog to brengen. Daar om heb ik groote verplichting aan Mr. Fo theringham." Dat kleine feest was het laatste gedurende hun verblijf in het Noorden. Hun bezoek te La-ssonthwayto was van een week tot veer tien dagen verlengd; Lady Martindale schreef brief op brief vol jammerklachten, dat zij zoo lang uitbleven, en noodigde hen uit, te Brogclen te komen, waar alles voor hun ontvangst gereed was zij had alle schik kingen getroffen om het hun recht gemak kelijk te maken, en zelfs haar eigen kleed kamer afgestaan. Zij zeiden dus Wrangerton vaarwel. Bij het afscheid verzekerde Arthur aan mevrouw Moss, dat hij haar weldra haar Violette terug zou brengen, terwijl moeder en dochter, dankbaar voor den gelukkigen tijd, welken zij met elkander doorgebracht hadden, elkander beloofden zich niet al te zeer te zullen bedroeven; indien dat verruk kelijke plan niet mocht verwezenlijkt wor den^ I11 het begin van hun reis sprak Arthur over niets dan over de paarden van Las sonthwayte en de vriendschap, welke weldra tussehen Percy en Mr. Hunt zou geslote» worden. De spoorweg liep langs het dorp Worthbourne, en hij riep Violette om eens uit te kijken naar de plaats, die misschien eenmaal het verblijf van Theodora zou worden. De kinderen, verrukt dat er iets te zien was, drongen ziek bij het raampje, en rie pen, dat zij van den top van den Kerktoren een vlag zagen waaien. „Het zal kermis zijn in het dorp, denk ik," zeide Arthur. „Wel, Helena, nu zullen wij oom Percy toch eens verrassen, door hem alles té ver tellen, wat hier voorvalt." Om claarfcod in de gelegenheid te zijn, stak hij bij bet station te Worthbourne zijn hoofd uit het raampje, om te vragen wat die vlag beteekende. „Dat er een zoon op het kasteel geboren is, mijnheer. De oude Sir Anthonie heeft een kleinzoon gekregen." Arthur haalde veel sneller dan hij het had uitgestoken zijn hoofcl na-ar binnen, en brom de eenige woorden in zichzelven, waarover de kinderen zeer verbaasd waren. Na hun lang en prettig uitstapje kwam Cadogan- Place hun zeer 6omber voor, en terwijl Vio lette in schemeravond het salon binnentrad, dacht zij met heimelijke vreugde, dat er ge lukkig pas drie maanden van Arthurs zie kenverlof om waren, en zij slechts één nacht te Londen behoefden te vertoeven. Ondanks de vele dierbare herinneringen, kon zij zich niel aan dat Londenschc huis gewennea, terwijl daarentegen heb landlniisj e te Las sonthwayte haar in de herinnering nog aan genamer toescheen. Arthur had zijn papieren gehaald en een poosje in gedachten gezeten, nadat Johnnie naar bed was gegaan, en zag nu eensklaps op, zeggende: „Violette, zou het een groot verdriet voor u zijn, als wij dat plan op gaven?" „O, Iaat u dat niet hinderen. Ik heb mij altijd voorgesteld, dat gij bij nadere be schouwing er anders over zoudb denken." „Neen, dat is het niet," antwoordde hij „Ik ken niemand, met wien ik liever zou omgaan dan met Hunt-, en het is niet te dioht bij de stad, wanffc het is wel negen, zoo geen" tien mijlen er van afdat zou dus alles beet zijn maar, Violette, ik heb daareven bij het nazien der papieren bemerkt, dat wij verder achteruit zijn dan ik docht. Hier hcu ik acceptaties, die vernieuwd móeten wor den, en een paar rekeningen, die ik verge ten had; en terwijl ik al dart; ge^d, en mis schien meer nog, sohuldig ben, zou het, dunkt mij, niet heel eerlijk zijn, als ik met de som, die ik voor mijn plaate kan krijgen, handel ging drijven." „Neen, och neenGij zoudt ook nimmer- rust hebben, als gij dat dleedt." „Indien iik ailleen aan Percy geld schul dig waö, zou ik hem owerbailen om de zaak te wagen, in korten tijd zdjn kapitaal ver- dubbolen, en hem en Theodora eens nethes in hun huishouden zetten; maar... neen, ik moet er maar van afzien. Ik had zoo gaar ne gehad, dat er iets van gekomen ware." „Gij hebt groot gelijk." „En weet gij, waa-rom ik er van afzie?" vervolgde hij, „omdat die handel in paarden mij weder dn aanraking met mijn oude kennissen zou brengen, van wie ik mij Mever op eerbiedigen afstand moet houden. Al die onaangenaamheden zouden mij waarschijnlijk niet overkomen zijn, indien ik ndet zulk een eael wae geweest, om mij met Gardher af te geven op dien ongeluk- kigon Derbyda-g. Ik had mij voorgenomen om na mijn huwelijk geen weddenschappen meer aan te gaan, en hoe is het geëindigd Daarom denk ik, dat ik geen recht heb mij weder aan do verzoeking bloot te stellen, al was het ook, dat ik kans had mijn schul den te betalen. Vindt gij clat ook niet?" „Gij hebt volkomen gelijk", herhaalde rij nogmaals. „Tndicn het geld niet van u i«, zou het slechts een andere soort van..."- „Van speculeer en rijn. Dat is waar; of schoon ik vroeger d'e dingen zoo niet in zag als nu, en Hunt oen heel ander eoortl man is dan die knapen, geloof ik tooh', dat gij mij nog niet al to veel vertrouwen moogt, wel, moedertje?" zeide hij, en zag haar met een half treurigen, half schal k- sohen glimlach aan. „lieve Arthur, gij weet immers... „Ik weet-, cBat ik mijzelVen niet ver trouw". antwoordde hij, terwijl hij zijp verdriet poogde weg te lachen. „Ed. gij zult een zoet kind zijn, nietwaa-r, en niet schreien om uw landhuisje?" „O, neenMama en ik hebben er reeds over gesproken, dat er mogelijk veel in dat plan te voorzien zou zijn, voora-l als d'e meisjes grooter worden." „Dat is waar ook. Ik kon eerst het denk beeld nieb verdingen er van af té zien, daar ik wist, dat gij er zoo mede ingeno men waart. Maa-r nu moeten wij die fami lie maar gaan bezoeken, als wij een luchtje willen scheppen, en Annette -en Octavia moeten maar dikwijle bij ons ko-men logee- ren! I'k zou er veel pleizier in hebben, Oc tavia een wednigje van de wereld te laten rien." „Dus blijven wij op denze'lfclen voet le ven als tot hedbn V „Ja, wij zullen zoo weinig mogelijk ver teren, en jaarlijks een gedeelte onzer schul den afdoen. Dat wij geen paarden meet houden, is reedö zuiver winst." „Dat is zeker; maar ik vrees, dat gij 'ér u, wat uw gezondheid aangaat, ndet wel bij zult. bevinden." (Wórdt Vervólgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 6