No. 17214. LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 7 April. Tweede Blad. Gemeenteraad van Leiden. FEUSLLETGN. Violette of de Schoonzuster. 4 r, j- -~rm'ff-g-e (Vervolg.) Z i t a-Y creeniging. jiq Vcrtoek trb de Zita-Voreoniffiue. afd. Lei- den van de B.-'-Iath. International© Vereeni ging tot Besohe.~iing van Meisje», om toe kenning van een jaarlijksohe subsidie, ten behoeve van baar vakschool voor meisjes uit don werkmansstand. (75) De beer VAN DER ELST maakt een opmerlrfug over do statuten der vereeni- 'jig over haar huishoudelijk reglement, i- jjq laatste geven een ©enigszins neutraal tintje, wat. met de statuten niet het geval ia Goatj dit vooivtei door, dan zullen die statuten moeten -vorden gewijzigd. Spr. zou wenschen, dat B. en 1>. er op zullen wijzen, dat de statuten moeten worden ge wijzigd. De hoor SIJTSMA gevoelt alle waar doering voor de „Zita-Vere©inging' Hij Onderschrijft de opmerking evenwel van öon heer Van der Eist. Deze vereeniging heeft oen zuiver seotarisoh karakter. Lid kan men b.v. a-een worden op aanzoek van den geestelijken adviseur. Op do sta tuten afgaand heeft deze vereeniging een IÏ.-K. karaktor. Andero gezindten zullen ér dus niet komen. De Protestantenbond hoeft een dergelijke voreenigihg en daar zullen ook geen anders dankenden komen. IVQeb dé subsidie aan do 3$!t3Eï' Volksbond voor teokononderwijs heeft eprl''indertijd reeds gewezen op het precedent, dat gé- Oohapen wordt. De gemeente heeft bij haar herhallngaonderwijs een devgelijken cursus. Een leemte is hier dus niet Van dft laat- fte onderwijs wordt druk gebruik gemaakt. AVordt hier subside, gegeven, aan zullen Volkshuis en Protestantenbond ook om sjubaidie komen. Acht de gemeente liaav herhalingsonderwijs onvoldoende. laat men dan dit uitbreiden. De heer PERA gelooft dat de heeren ach heb werk verkeerd voorstel1 en. Voor zoover hem bekend, bemoeit de vereeni ging ach met do vorming van meisjes uit. het eenvoudige volk. De godsdienstige vorming heeft voor zoover hem bekend rivets te maken met de vakschool,- die nu gesubsidieerd zal worden. l>e heer SIJTSMA: 'b Staat in het leer plan; loest u dat maar. Do heer PERA acht geen reden aanwezig om de 8ubeidsie af te wijzen. Spr. wil oom Natoeren, dat op vele plaatsen in deze provincie soholen bestaan van verschillen-, de richtingen, die steun krijgen van pro vincie en gemeente. Is de opmerking van de lieeren Sijtsma en Van der Eist juist, dan zullen provincie en rijk niet steunen. Spr. adht 't oen voordeel dat er oen twee- do gedegenheid van clezen aard komt, om olk afzonderlijk niet te groot te doen zijn. Komen er meer aanvragen,, clan kunnen dio elk op zichzelf worden ^esQhouwd. Bij élk is dan weer de vraag, welke steun van particulieren worden gegeven. Spr. wil dit voorstel steunen. Do hoor VAN TOL herinnert aan gelijke (febatfcon over de teekenscliool van den R.-K. Volksbond. De School voorziet in een bestaande behoefte; een godsdienstige iïi- i stelling heeffc men hier niet. Do VOORZITTER zegt dat B. en W. dit voorstel biXlijkhd-dsihalve hebben gedaan. Do statuten govon het doel der vereeni ging weer en voor dat doel is een school gesticht. Als die school volaoet, laten en ,W. do statuten kouu. Heb godsdienston derwijs is niet verplicht. Spr. aoht 't heel goed, dat hot vakonderwijs van particulier initiatief uitgaat. Er bestaat behoefte aan deze school. De cursus in het Volks huis is vastgekoppeld aan het herhalings onderwijs. De voorwaarden zijn gestold om het sectarisch karakter te voorkomen. Een dfer voorwaarden ib rijkssubsidie en daar om gaat men altiju veilig. Op rijks- en pi **Acio-autoriteifc kan men afgaan. Vakscholen van alle richtingen worden gesubsidieerd, ais het onderwijs maar vol vet. Spr. acht geen bezwaar dit' voorstel te Üoen. De heer VAN DER ELST is ?t niet. met den Voorzitter eens, dat men een zoo groo- te maoht aan do vereeniging geeft. De hoer SIJTSMA morkt op dat de sohool niet geheel etaat buiten do vereeni ging, zooals de Voorzitter dóet voorkomen. Het komt hem vreemd voor dat do heer Pera en die met hem mee zullen gaan nu zeggen, dit godsdienstige moet men niet rekenen. Het onderwijs ia volgens hen juist doorbrokken van den geest van hen, die heb geven. Spr. is er van overtuigd, en ongetwijfeld de heeren Pera en de Voor zitter met hem, dat geen prote^tanteoh kind daar komt. Bovendien is 't vreemd, dat men af wil gaan op adviezen uit Den Haag, waar men er zoo dicht bij zit. Men weet bovendien niet, hoeveel gebruik van dit onderwijs is gemaakt. Spr. blijft, tegen die subsidie gekant. Gaat men eenmaal sub sidie geven, dan voorziet spr. verzoeken van alle kanten. De lieer VERGOUWEN wijst er op, dat van de zijde van hem en de zijnen al die 50 jaar gestreden is om gelijk recht voor al len. Er is voor de gemeente geen a-eden om nadruk er op te leggen van welken kant het onderwijs wordt gegeven. Dat principe zal ook thans worden gevolgd. De heer PERA begint met een stukje ge schiedenis van het vakonderwijs. In dit ge val vindt spr. geen reden om te denkeü, dat alle leerlingen van het godsdienston derwijs gebruik zullen maken. Practisch ia uitgemaakt, dat het bezwaar van den heer Sijtsma niet bestaat. Spr. wijst er op, dat door veel protestanten gebruik wordt ge maakt,. van. de teekensohool van den Volks bond. De heer FOKKER wil een opmerking maken naar aanleiding van wat de heer Vergouwen zegt. Had men het geld voor 't grijpen, dan zou men giften kunnen uit- d'eelen. Hier is de vraagis het gemeentebelang er mee gemoeid? De gelegenheid om dit onderwijs te volgen is er. Nu wil men spe cifiek R.-K. onderwijs geven. De heer Pe ra mag voor de statuten de oogen dicht knijpen, met die statuten heeft men te ma ken. Wilmen de statuten veranderen, dan heeft spr. geen bezwaar. De heer BRIET gelooft, dat de zaak te voel wordt opgeblazen. Hij vindt 't niet noodig dab de statuten van een R.-K. ver eeniging worden gewijzigd. De vraag is of men hier een vakschool heeft. Verder wordt er gewezen op een dergel ijken cursus, die bestaat. De heer SIJTSMA: Het Leidsoho Volke huis. De heer BRIET: Dat is niet neutraal, ook ad staat het er met groote letters op. Le.'den met zijn groote fabrieksbevolking heeft behoefte aan diergelijke ecbolen en spr. hoopt, dat ook andersdenkeoden dit voorbeeld zullen volgen. De heer VERGOUWEN wil or vooral op wijzen, dat schol op als deze van veel be lang zijn voor de gemeente. Het herha lingsonderwijs ie duur, f 21 per leerling. En moet het aantal dezer scholen uitge breid, dan is 't duurder clan f 300 aan een vereeniging. De heer SIJTSMA merkt nog op, dab de R.-K. Volksbond reeds kan wijzen op liet feit dafc er proiestantedhe jongens aan deel nemen. Spr. wijst verder op -de inconse quentie van den heer Briët, die het Volks huis niet neutraal noemt en deze R.-K. Ver eeniging voor neutraal wil laten doorgaan. De heer VAN DER POT wil die heer Briët weerspreken over zijn uitlating over het Volkshuis, O.a. die heer Pera heeft deed uitgemaakt van het bestuur. De heer BRIET zegt, dat het geen mis versband is bij hem. Het ie zijn besliste over tuiging. De richting van het Volkshuis is modernisme. Do VOORZITTER oordeelt met den heer Briët, dat dé zaak zeer opgeblazen wordt. Spr. wijst nog eens op het- standpunt van rijk en provincie. Wanneer die zouden wil len steunen, zou de gemeente door niefc- sbeunen die tot-staudMkoming verhinderen. Het voorstel van B. en W. wordt aange nomen niet 23 tegen 4 stemmen. Tegen de heeren Botenmaiis De Boer, Sijtsma en Fokker. Doorbraak Gerard Doustrnat— Witte Rozenstraat. I9c>. Verzoek van J. II. Similormeyer en V. van IJlden, om -wijziging van hot uitbreidings plan. dor gemeen tc. (70) Het prae-advies om het verzoek al' te wijzen wordt aangenomen. F1 o r alaan No. 7. 20o. Verzoek van J. W. van Wingen ter bekoming van solia-deloosstelling wegens vernieling van zijn pand Floralaaa no. 7, (60) Het prae-advies om afwijzend te beschik ken wordt aangenomen. Slooping „De Stier." 21o. Motie van 3Ir, A j van der Eist ln zake do slooping van den molen, met woonhuis „Do Stier". (71) De heer VAN DER ELST zegt, dat het praetedvies al vast met een standje begint. Sgr. zou B. en W. aan banden willen leg- fen met de slooping. Uit hetprae-advies lijkt duidelijk, dat men van plan is den molen te sloopen. B. en W. dienen volgens spr. vooraf te ureten, wat de Raad wil. Wil men een mooi monument bewaren of niet. Dat is de beginselkwestie. Spr. adviseert het voorstel van B, en W. te verwerpen. De heer FOKKER zou zich er mee kun nen vereenigen nu geen besluit te nemen. Spr. zon niet graag zijn stem geven aan een voorstel om dien molen te behouden, wanneer dit de gemeente bij den bauw van den desinfectie-oven duizenden zon kosten. Zou het de gemeente niet veel kosten, dan wil spr. wel aan het behoud van den molen meewerken. Hij wil alleen de wenschelijkheid tot behoud uitspreken. De heer BRIET: Aan wien behoort de molen? De VOORZITTER: De grond is van de gemeente, de molen staat op1 erfpacht. De molen behoort aan dan heer Couvée, doch bij .eerst» opzegging moet die verdivrjnon. De heer HSCHER verdedigt het stand punt van B. en W. Bjj de plannen z£n er, die amoveering van den molen vragen, an dere waarbfl dit bouwwerk behouden kan blijven. Van invloed is ook de opinie van het rijk, dat een groot deel der stichtingskosten voor den oven betaalt. De heer VAN DER ELST wil ziju mo tie Diet Verzwakken. Het is hier een be ginselkwestie: Een monument bespareu of niet. De heer FISCHER geeft te kennen dat 't niet een kwestie van geld is, b.v. pf de desinfeotie-inriohting al of niet aan den rei nigingsdienst zal worden gekoppeld. De VOORZITTER ontraadt aanneming der motie. Welk nnt heeft de motie? Neem aan dat nu wordt beslist „De Stier" te laten, staan. Later kan toch wel weer worden voorgesteld den molen te amoveeren. De heer HEERES Taadt intrekking der motie aan. Wordt ze verworpen, dan zou den de voorstanders van 't behoud' van „De Stier" bjj de plannen tot bebonwing veel zwakker staan. De heer VAN DER ELST trekt zjjn mo tie in. Duurtetoeslag. 22o. Voo ratel r iu tot toekenning van een Amirtotoeslag over de maanden April en Mei aan ver schillende oategoriön van beambten en werklieden in dienst dor gemeente Lei den; bi om aan een Oommissio ad hoo op te dra- gen een onderzoek in to stellen naar de salarissen en loonen der verschillende ambtenaren, beambten en werklieden in dienst der gemeente Leiden. (61) Hierbjj komt in behandeling een amen dement van de heeren Sijtsma, Botermans en Van der Eist, waarin wordt voorgesteld aan allen, die in vasten gemeentedienst zijn of daarmede naar het oordeel van B. en Wi zijn gelijk te stellen en die een salaris ge nieten beneden f1200, in de maanden April en Mei 1916 boven hun salaris, uiterlijk op den lOden van elk dier maanden nog een toeslag uit te keeren: a. aan hen, die een salaris genieten be neden f 826 een toeslag van f2.40 over de maand April 1916 en van fl.60 over de maand Mei 1916; b. aan hen, wier salaris f825 of meer, dooh minder dan f1200 bedraagt, een toe slag van fl.60 over de maand April 1916 en van fl.20 over de maand Mei 1916. De heer SIJTSMA verdedigt- dit amende ment. Het oordeel der voorstellers is, dat de toestand niet zoodanig is, dat ze mee kunnen gaan met het voorstel van B. en W. Wel behoeft er niet zooveel gestookt, maar vele_producten zijn nog duurder geworden. i De heer VAN TOL zegt, dat het de be- 1 doeliug is den toeslag wat te verminderen. Over twee maanden zuilen, ook hij aanne- ming van het amendement, de werklieden van hun ondo loon moeten leven. Het is i spr. een raadsel, hoe de slechts bezoldigde werklieden kunnen ron.lkomen. Spr. dient een motie in om in afwach- ting van het resultaat van het werken der commissie aan de laagstbezohligrlen een toe slag te geven. De heer HEERES za! niet weer spreken over het principe van den toeslag. Zijn standpunt is bekend. Spr. is nu in eeu eigenaardig parket. Hij is een principieele tegenstander, maar zal nu vóór bestendiging stemmen. Wat spr. indertijd voorspelde is nu uitgekomen. Men zal nu de loonen moe ten verhoogen. Spr. vreest van het benoe men van een commissie iang uitstel. Liever had hjj gezien, dat B. en W. deze zaak hadden aangepakt. Spr. gevoelt voor het denkbeeld van den heer Van Tol om een toeslag te bestendigen. De lieer FOKKER kan niet met het denk beeld-Van Tol meegaan. De commissie zal langen tijd voor haar arbeid noodig hebben en de tijden kunnen zich zóó wijzigen, dat verdere toeslag overbodig is. De heer A. MULDER gaat met B. en W. mee. Hij wil voorioopig voor twee maanden; geven. Wie zegt, dat na Mei geen boo- gere toeslag moet worden gegeven? Laat de heer Van Tol zijn motiebewaren tot na Mei. De heer TEPE vond aanvankelijk de zaak eenvoudig, maar bij nader inzien is hij tot andere gedachte gekomen. B. en W. willen geen verhooging der loonen, omdat ze pas verhoogd zijn. En dan stellen ze voor een commissie te benoemen om de loonen na te gaan. Daaruit mag opgemaakt, dat ze wel loonsverhooging noodig achten. Vindt de commissie de loonen te laag. ïlan zpn ze nu reeds t» laag. De zaak is in een stadium, dat niet vaststaat of loonsverhoo ging noodig is of niet. De arbeiders loo- pen de leans, dat ze geruimen tijd op een laag loon zullen moeten teren. De ge meente heeft als werkgeefster tot plicht voor haar arbeiders te zorgen en niet te wachten tot werklieden en ambtenaren her haaldelijk moeten vragen. Daardoor krijgt men .do gedachte, dat de arbeiders onte vreden zjjn en meer vragen. Het zal noodzakelijk zijn de commissie, die benoemd wordt, tot spoed aan te manen. Liever ziet spr. dat de arbeiders iets te veel krijgen, dan dat hun wordt te kort gedaan en daarom zal hij. zich vereenigen met het voorstel van de heeren Sijtsma c.s. en straks met het yoorstel van den heer Van ToL De VOORZITTER wijst er op, dat Öe gemeente Leiden meer gegeven heeft dan het rijk. De toeslag was voor de lagere loonen hier viermaal zoo groot. Spr. wijst ook op do regeling in Amsterdam. Voor Leiden zou op dien grond per jaar niet meer dan f20,000 mogen worden gegeven; hier was het in vier maanden f13,000 ruim. Spr. wjjst ook nog op Zaandam en Leeuwar den, dio ook in slechter conditie zijn. Deze toeslag is indertijd verzocht voor de win termaanden. En nu wordt weer gevraagd. Voor doorloopenden toeslag was deze veel te groot. Ze zou f90,000 vragen en Am sterdam geeft f200,000. Leiden doet dus genoeg. Spr. wijst op den prijs van verschillende producten. Peulvruchten zijn goedkooper, re- geeringsvet i3 zoo goedkoop als nergens. Er zijn goede vatgroenton, die tegen lagen prijs worden verkocht. De uitgaven moe ten nu minder zijn. En daarom moet men nu afdalen. Het is pleizierig om wat te krijgen. Daarom had spr. ook stellig een amendement verwacht. De gemeente is geen gewone werkgeefster, zooals de heer Tepe doet voorkomen. De VOORZITTER aoht het voorstel van B. en W. zeer billijk. Als de winter gaat naderen zijn B. en W. er. niet- van afkeerig om weer meer te geven. Dacht men, dat er geen vragen waren gekomen om verhooging, als nu goed werd gegeven. Zoodra loonen verhoogd zjjn, gaat men hooger leven. Spr. wil dat feit consta- teereu. Dat is geen Leidseh verschijnsel, dat is overal. Het geheele gemeentewerk lijdt er onder, dat zooveel tijd heen gaat met het vergelijken van de loonen. Daarom willen B. en W. een commissie, die eens ampel over deze zaak beraadslaagt. Spr. noemt hierop de tijdstippen, waarop in diverse bedrijven de loonen zijn verhoogd.' Doordat dit op verschillende tijdstippen is ge schied, is men 't verband kwijt geraakt. Daar om moet dit eens goed onder oogen wor den gezien. Het amendement-Sjjtsma c.s. worclt aange'- nomen met 17 tegen 10 stemmen. Vóór stemmen de heeren Tepe, Botermans, De Boer, Zwiers, Van der 151st, Pera, Van den Pot, P. Mulder. Sijtsma, Van Gruting,. Timp, Briët, Fabius, lokker, Heeres, Ver gouwen en Van Tol. Tegen de heeren Van Komburg, Korff, Hartevelt, Bols, Fischer, Van Hamel, JIuurnian, Van der Lip, A. Mulder en Sasse. Ook punt B van het voorstel van B. ea JV. wordt aangenomen. Aan den Voorzitter wordt de .benoeming- van de commissie overgelaten. De heer VAN TOL wil zjju motie' voor eind Mei behandeld zien. De motio wordt in hanlon van B. en IV. gesteld om praeadvies. 23o. Bozwaaischriften legou aanklagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1915. (66) Conform het voorstel van de commissie voor de bezwaarschriften wordt besloten,^ RbNDVRAAG. Reg^eling reclitspositié. De heer SIJTSMA vraagt of 't nu ïiog geen tyd is de regeling van de rechts positie aan de orde te stellen. Die zaak is al zoo oud en eischt afdoening. De VOORZITTER zegt, dat de Raad een paar maal besloten heeft de zaak niet te behandelen. Spr. is bereid de z^ak aan do orde te stellen, wanneer de Raad daartoe maar besluit. Een motie-Van der Pot werd indertijd behandeld onder gunstiger omstan digheden, in een minder zenuwachtigen tijd. De heer SIJTSMA zegt toe, in de vol gend© raadszitting met een voorstel te. zul len komen. De vergadering wordt hierop gesloten. Voor 011 ze Koeien. Weer zijn do weiden in gereedheid ge bracht, om weldra bet vee er in te drijven, maar voor een gedeelte, waar de dieren oen. wijkplaats vinden zullen tegen de kwellend heete zonneatralon gedurende een groot deel van de lange dagen in Mei, Juni, Juli ©a Augustus, is slechts matig of in 't gehoel niet gezorgd. Men maakt daardoor de lachende weiden tot een vreeselijke straf plaats voor het vee, want dezelfde zon, die wij nu zoo blij begroeten, kan vernietigend werken Ho© spoedig had den vorigen zomer d© bladertooi niet zijn frischheid voorgoed ver loren, nadat de zon een paar weken krach tig geschenen had. Men kan, nu wij zooveel maanden van storm en regen doorgemaakt hebben, geen kwaad van de zonnestralen hooren en toch staat.*het vast, dat zo niet allo voor het dierlijk lichaam, vooral voor de hersenen, van onschadelijken aard zijn. Verleden jaar stond in het tijdschrift \,Op de Hoogte" een waardeerend artikel over de modelboevo „Bronsteê", onder Heemstede, waar men niet met ziekte onder het vee sukkelt, en viel het op, dat aldaar de runderen eon loods in de weide hebben, waarvan zij dagelijks een gretig gebruik maken. Neem die loods weg en het geheele bedrijf wankelt! Hoe fier staat het vee niet onder de hoo rnen, die men vóór sommige buitens aan een kant der weide geplant heeft, terwijl d© lucht boven de weide trilt van de weer kaatsend© zonnestralen 1 Weg is daar bij dio runderen alle loomheid, alle traagheid van beweging. Uil) het Engelsch van Miss Y0NGE. (Nadruk Vorboden). 186) Met ctit laatste kon Violette zich niet yereenigen, doch Arthur bleef bij zijn ge~ Abelen en zeide: „Hot zijn immers mijn za ken, niet de zijne, en indien ik mij uit de verlegenheid kan redden zonder zijn hulp, waarom moet hij dan meer verdfiet van mij hebben dan noodig is?'* 'ij betwistte dit punt niet, maar achtte het t-ijds genoeg dit te beslissen, wanneer zij te Brogdcn zouden zijn, doch het geneele plan maakte haar toch eenigszins ongerust dat geheimhouden hau wel iets van zijn vroegere gewoonten, en zij werd reeds ang stig, wanneer zij do woorden paarden of .wedrennen hoorde uitspreken. Maar toch, a-ls hij er handel in dreef, en -dan nog wel als een compagnon v? George Hunt, oe i mar wien men volkomen vertrouwen kon, was het een geheel andere zaak; on Ar thur's karakter was zoodanig veranaerd, dat zijn vrouw er niet aan dacht hem te wantrouwen. .Het plan gaf voor liet tegen woordige althans sltof genoeg tot vreugde en allerlei overleggingen, ofschoon Mr. Hunt steeds eindigde met to zeggen: „dat de ko lonel zich aan niets verbonden moest reke- noD. zoo lang hij er niet met zijn eigen fa milie ovor geraadpleegd uad, terwijl hij zelf niets aan het huite fou laten doen, voor dat hij nadere tijding van hem kreeg." Violette kon maar nieb gelooven, dat Dord en Lady Martindale zdo geroedelijk hun toostemming w'ni géven, en gaf haar moeder die vrees te kennen. „Wólnu, mijn lieve", zeide mevrouw Moss. „Hot zou wellicht ook mét eens goed zijn. Wij kunnen niet vooruttiaoa of liet wel tot uw geluk zal strekken, dat g'j zoo dicht in onze nabijheid komt wonen. Kolonel Martinda.le is aan een gc-.-c 1 andere levens wijze gewoon, en uw kinderen zijn in een anderen stand dan de onze geboren." „O, mama, dat zou geen verschnü maken. 'l „Neen, misschien niet zoo lang rij heel jong zijn, maar later zoudt gij tooh niet wensohen, dat zij gevoelden niet gelijk te staan met hun overige bloedverwanten. Mijn lieve kind, gij behoeft daarover niet te blozen." „Zij zullen nooit gevoelen, dat gij niet evenveel waard rijt als him voornaamste, hun dierbaarste betrokkingen", zeide Vio lette met tranen in de oogen. „Gij zoudt wol al hot mogelijke doen, mijn lieve lrind, opdat zij het verschil niet zouden opmerken; maar de waarheid laat rich niet verbergen", zeidie mevrouw Moss met een glimlachje. „Eerbeeld u, dat wij die goede Louise voor een model van wel gemanierdheid hielden, totunt gij weder Wj ons kwaamt." „O, mama, Lady Luoy va3 er toch." „En nu zien wij u met Lacty Luoy om.£ ion als met uws gelijken; dat kunnen wij im mers niet. Neen, mijn lieve, spreek heb niet tegen. Ik rio, dat het u volstrekt geen moei te kost met haar op gelijken voet te ^aao, en zoo behoort het. ook." „Ik kan het zoo niet insdën." „Ik begrijp alles nu duidelijker", her vatte mevrouw Ai ds. „Wellicht sou het beter geweest zijn, dat gij niet boven uw stand getrouwd waart, doch ik kan er ka der cTa ad geen spijt over gevoelen, wanneer ik n aanzie, -Violette. Uw vorstand en uw karakter hebben zich bijzonder ontwikkeld, maar door uw huwelijk behoort gij niet meer tot onzen kring, dit kunnen wij ons niet ontveinzen, lndlien gij hier komt wo nen, moogfc gij wei van te voren het vaste besluit nemen om niet al te intiem met George en Oliva om te gaan." „Het doet mij genoegen, dat de zaak nieb aan mijn beslissing in overgelaten," zeide Violette met een zucht. „Het zou mij zoo spijten dat plan te moeten opgeven; en toch denk ik somtijdshet is ten minste éen troost voor mij, te zien, dat gij er uw hart niet op gezet hebt, lieve mama.'' „Ik heb al sedert lang opgehouden mijn hart aan wereldsche zaken te hechten," ant woordde mevrouw Moss. Zij had wel gelijk gehad, toen haar gevoel haar waarschuwde, dat een te drukke om gang met elkander niet wensohelijk zou zijn; want Arthur begon weldra den afstand van Laesonthwayte naar Wrangerton op zeven in plaats van op vijf mijlen te schatten, en korten tijd daarna werd heb negen mijlen ver en was de weg slecht, en heb oprijden van den heuvel tamelijk lastig. Dit laatste ontdekte hij, nadat Mr. Hunt hem verteld had, dat de saken van Lord 8t.-Erme in eeu treurigen toestand waren geraakt, terwijl de heeren Moss een aardig vermogen bijeen verzamelden, en dat het iedereen bekend was, dat het instorten der mijn grooten- deels te wijten was aan de nalatigheid van Albert, zoodat men er rich overal over ver wonderde, dat de graaf hem niet van rijn ambt ontzette en hem het bestuur zijner sa- ken nog bleef toevertrouwen. Arthur verbeeldde rioh, dat die overmaat van toegenegenheid wellicht 'was toe te schrijven aan de betrekking der familie met Theodora, en dit denkbeeld gaf hem, wan neer hij den graaf ontmoette, een zeker ge voel van verlegenheid en schaamte, dat hem zeer onaangenaam was. Mathilcle, on de overigen niet minder, waren zeer verwon derd, dat hij de uitnoodiging om op het kas teel te komen logeeren van de hand wee3, doch Violette was het met hem eens om lie ver geen nieuwe verplichting aan den graaf to maken, ofschoon zij het zich moest laten welgevallen, dagelijks kleine oplettendhe den van hem te ontvangen. Lady Lucy gaf een feeet aan de kinderen, waardoor Violet te haar wensch, om Johnnie de kleine Ma donna van Ghirlandajo to laten zien, ver vuld zag. Het eerste gezicht der schilderijzaal maakte op Violotte een pijnlijken indruk, daar zij de schoone kunstwerken, die als 't ware haar smaak gevormd hadden, on waar over zij en Annette rich zoo menigmalen in beschouwingen en gepeinzen verdiept had den, niet wedervond, ofschoon zij gevoelde, dat er iets eerbiedwekkende was juist in de ledigheid dier nissen. Zij begreep, dat Lord Jjt.-Erme steeds op den ingeslagen weg voortging, toen zij opmerkte, hoe hoogst eenvoudig hun levenswijze was, en zag, dat die broeder en zuster, die vroeger aan de verfijnde genietingen der weelde gewoon waren, nu werkten en sloofden al leen om het geestelijk cn lichamelijk weirijn hunner onderhoorigen te bevorderen. De kundigheden en talenten, welke Lord St.-Erme nog steeds aankweekte, strekten thans niet meer alleen tob rijrf vermaak of om rijn ij delheid to streelenneen, zij wer den ook ten nutte van anderen aangewend. Het fraaie kleine kerkje, te Goal worth in aanbouw, zou zeker, als het voltooid wai een gelukkige gemeente bevatten, die, door den graaf en haar ijverigen predikant on derwezen, in staat zou zijn deze weldaad op den rechten prijs te stellen. Violette wenschto in stilte, dat Theodora van dat alles getuige mocht zijn, en dacht bij zichzelve, of haar zuster haar wel ooit te Lassont.hwayte zou durven bezoeken; zij twijfelde er zeer aan, althans voor haar hu welijk. Op zekeren dag vroeg Lady Lucy haar, wanneer Miss Martindale in 't huwelijk zou treden, en hierop gaf zij, om haars broeders wil, haar leedwezen te kennen dat de tijd nog niet bepaald was. Yioletfcc waagde het toon haar hoop te kennen to geven, dat hy eindelijk do rust en het geluk gevonden had. „Ja," gaf Lucy ten antwoord, „hij is al tijd bezig en zeesr gelukkig. Ik geloof ook niet, dat hij er thans meer onder lijdt, maar die teleurstelling is het grootste verdriet in zijn leven geweest en zal h j nimmer ge heel te boven komen." „Ik hoop integendeel, dat hij weldra een meisje mogo vinden, hetwelk hem Theodora doet vergeten." „Dat zal, vrees ik, niet licht gebeuren. Niemand kan in zijn oog Miss Martindale evenaren, en ik geloof, dat hij getrouw zal blijven aan het droombeeld zijner jeugd, ofschoon hij niet meer" treurt om haar go- mis. Hij is zeer tevredon, en zegt dikwijls dat het voor den mcnsch goed is, in den aanvang van zijn leven een groote teleur stelling te ondervinden." Violette twijfelde niet langer aan zijn ge moedsrust, toen rij, zijn school voor volwaa senen bezoekende, het vergenoegde gelaat opmerkte, waarmede hij bezig was een klas se groote jongens onderricht in het schrij ven te geven en hem later over graanprijzen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 5