N°. "'O? Donderdag 3 December, Eei'sste Blad. A0. 3915. Tweede Kamer. FEUILLETON. Violette o? de Schoonzuster. -jhm Zitting van gisteren. Staatsbegrooting. De heer T1JDEMAN bespreekt de goed koop© voorziening en speoiaal het feit, dat de Minister maatregelen nam vóór de Ka mer do daarvoor bestemde credi&ten toe- sbond. Het antwoord van den Minister aolut spr. onbevredigend. - Wat het be land betreft: Een conventioneel bestand heeft er nooit bestaan. Wat er dan wèl bestond? Een mentaliteit, die in tijden van gemeenschappelijk gevaar, volgens heb woord van den heer Troelstra, de natio- oaAo gedachte doet voorgaan. Een woord van hulde brengt spr. aan de Regeering, <Üe ons met groote bekwaamheid buiten den oerlog wist te houden. Ook spr. geeft de Regeering gelijk, dat ze niet op uitlatingen vjyp organen, d/ie onze neutraliteit in ge vaar brengen, reageert en er daardoor een zeker relief aan schenkt. Echter ware bet gewenscht, dat e in het buitenland op werd gewezen, dat hier te lande de verhouding van de Regeering tot de pers geheel anders is dan soms elders. Spr. begrijpt, dat de Regeering over demobi lisatie nier te lande geen openbaar debat kan voeren. Tegen commissdën uit de Ka mer, die de Regeering zouden ter zijde ebaan, als door den heer Schaper ge wenscht, heeft spr. bezwaren. Het komt er mindier op aan, of in het buitenland een dergelijke oommissie bestaat, doch hoe werken ze? Spr. wijst op het Ministerie van Buitenlandscho Zaken, om aan te toonen, hoe moeilijk op dat terrein een oooiraissie haar taak kan vervullen. De Regeering heeft in de Memorie van Antwoord geen bescheid gegeven op de vraag, of demobilisatie mogelijk is. Spr. keurt af, dat de Minister gepubliceerd heeft, dat hij in comité-generaal niet veel zal meedeel en. Dat doet afbreuk aan de waardigheid der Kamer. Met instemming gewaagt spr. van de economische nota's, dooi deze Regeering gepubliceerd. De economische toestand van ons land komt spr. niet ongunstig voor. Zij het ook met obutten en schragen, het economische leven kon bevredigend worden in stand gehou- don. Op hot platteland daalde een ware goudregen neer. Daarentegen is het met den toestand in het bouwbedrijf en de d&amantindustrie nog treurig gesteld. Er is een richting, die het ingrijpen der Regeering op het gebied van den levens- mkklelenvoorraad goedkeurt en het slechts betreurt, dat ze nog niet verder ging, en oen andere, die meent, dat de Regeering zich van uitvoerverboden, etc. heeft - te onthouden en desnoods de noodlijdenden heeft te steunen. De aandrang naar ei- port is zoo, dat spr. vraagt: Wat zou er van overblijven voor onze eig=n men-^hen. indien er gee.i uitvoerverboden best ri den? De bote?' waarvan spr. den laat- sten tijd versland heeft gekregen, noemt spr. hier als voorbeeld. Betreffende het uitreiken van consenten vraatg spr. eeni- ge inlichtingen. Is er door verantwror- dedjke personen naar vaste regelen gehan deld De broodvoorziening kost jaariliks 19.000.000 en spr. wraakt dezen maat regel, die pa-st in dezen exormbitanten tij d niet. Gegoeden uit alle kringen geven het voorbeeld om van het Regeer in gsb rood ge bruik te maken. Spr. dringt er op aan, dat voor het verkrijgen van Regeerings brood één maximum-inkomen wordt ge steld. Voorts dringt spr. aan op bezuiniging. Wat de financiën betreft, men heeft z.i. te zorgen, dat de ontwerpen worden "f- gedaan. De Regeering meent, dat de Grondwetsherziening moet voorgaan. Spr. vraagt of dab geen moeilijkheden kan ople veren, De belastingwetten zullen zeer veel tijd kosten en er ontstaat gevaar, d,at de Regeering niet aan het vereischtt gedd komt. Spr. aoht de tot-stand-koming van de ouderdomswet die een einde zal maken aan het stelsel-Talma, van het grootste belang. Vervolgens betoogt spr., dat noch die minderheid, noch de meerderheid in het parlement naar politieke oorlogswinsten moge streven. Zonder den oorlog rou de Regeering reeds de ouderdomswet aange nomen zien. Spr. ve-wacht van de meer derheid der Eerste Kamer, dat ze met de omstandigheden rekening zal houden. De heer HELSDINGEN wijst op den nood in de ambtenaarsgezinnen en gezin nen van rijkswerklieden in deze dure tijden en bepleit spoedige verbeterig van hun positie. Speciaal noemt spr^ o.a-. het per soneel bij de post en telegrafie. Indien aan tijdelijke schrijvers aan het departe ment van oorlog 1.50 per dag wordt uitbetaald, 's dat zeker geen loon, waarop de Regeering trotse' kan zijn. Met spr.'s 2000 voor vergoeding van reis- en verblijfkosten moet hij al, om zijn standje op te houden, fatsoenlijk armoe lijden. Hoe moet het dan wel geöteld zijn in de gezinnen, die met de helft en min dier moeten rondkomen Hu alles zoo duur is, komt de Regeering met de helft van de loonsverhooging, die ze in normale tijden noodig vond. Spr. stelt ten slotte een motie voor, strekkendea. -ean de lie den, die in 1915 voor loonsverhooging wer den voorgedragen,, voor 1916 die loons verhooging alsnog op de begrooting te brengen en b. aan het lagere pe:sonee<l met salarissen beneden de 1500, een toe slag te verleenen. Wat het manifest in zake dienst zeigering betreft, z.i. heeft de Regeering de zaak veel te ernstig opge vat. Men heeft getracht ambtenaren, die het manifest geteekend hadden te bewe gen, hun handteekening terug te nemen en iemand, die dat weigerde, ontslagen. Op grond waarvan? vraagt spr. De vergadering wordt daarna geschorst tot 's avonds. Vergadering van Woensdagavond. Voorzitterde heer J. H. A. SCHAPER. S ta atsb egroo tin g Aangenomen werd zonder hoofdelijke stemming de suppletoirs Justitiebegrooting voor 1915, betrefffende gest-ichtsarbeid, waarna aan de orde was de suppletoir© justitiebegrooting voor 1915, betreffende reclasseering van ontslagen gevangenen. De heer VAN WIJNBERGEN huldigt de Regeering voor dit ontwerp en acht de klachten niet juist van hen, die meen en, dat het ontwerp te duur is geworden. Spr. hoopt, dat de houding der Regeering ook voor de vereeniging een spoorslag ten goe de zal zijn. De heer VAN RAAKTE huldigt even eens den Minister voor den spoed, bij de indiening met. dit ontwerp betracht. Even wel ontwikkelt deze spreker eenige beden kingen en hij oordeelde het wenschelijk, dat de Ministe nog zou toezeggen bij de instructie voor het personeel duidelijk te doen uitkomen, welk groot verschil er be staat tusschen de vo rwaardelijke veroor- deeling en 'de voorwaardelijke invrijheid stelling. De heor EERDMANS betoogt-, dat hij steeds zeer ingenome\ was met de voor waardelijke veroordeeling, maar dat dit ontwerp hem zeer heeft teleurgesteld. Immers, nu blijkt die voorwaardelijke ver oordeeling zeer duur te zijn. Ook betwij felt spr. de practdsche uitwerking van den maatregel, die beoogt de menschen te stel len onder toezicht van ambtenaren, die door het heele land moeten trekken. Na verdediging door den MINISTER VAN JUSTITIE, den heer ORT, die o.a. opmerkte, dat zeer zeker het personeel attent zal worden gemaakt op het groote onderscheid tusschen voorwaardelijk ver oordeelden en voorw. in-vrijheid-gestel den, werd dit wetsontwerp zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Aan de orde was daarna de behandeling van Hoofdstuk IV (Justitie). De heer BEUMER komt op tegen bet met-naleven van de Begrafeniswet door den Minister. Onjuist is het door den Mi nister ingenomen standpunt, dat hem niet bijzonder het toezicht op de naleving is opgedragen van alle wetten, ook die, wel ke zijn departement niet raken. Een woord van dank bracht spreker daarentegen den Minister, nopens diens antwoord op de vraag naar het bordeelwezen. Het doet spreker vooral genoegen, dat nu vast staat, dat de gemeentebesturen de be voegdheid hebben aanvullende bepalingen tt maken en spreker hoopt, dat zij van die bevoegdheid gebruik zullen maken. De heer VAN VUUREN bespreekt de kwestie van d> verwaarloozing van kinde ren door de ouders. De Bond voor Kin derbescherming heeft de kwestie doen on derzoeken door een commissie van vijf le- d°n, welke zich eenige juristen assumeer- do Een groote teleurstelling was het voor de commissie, haar denkbeeld te zien bestrijden door prof. Simons. Verder cenigszinB breedvoerig op 't vraag stuk der kinderbescherming ingaande, beval spreker verschillende maatregelen aan en o.a. plaatste hij voorts de opmerking, dat hij wel eens den indruk heeft, dat de armbe sturen het wel eens laten aankomen op de Voogdijraden, wanneer zij te makon hebben met verlaten vrouwen. Zeer noodig is, dat armbesturen en voogdijraden samenwerken. Nuttig zou spreker het vinden, dat den ont zetten vader althans het kiesrecht zou wor den ontnomen, niet, omdat die menschen er zooveel aan hechten, maar dan zou het volk althans begrijpen, dat er een schande is. Eindelijk drong spreker aan op verhooging van het subsidie aan de vereenigingen, die zich met de opvoeding bezig houden van rijkskinderen. De heer AALBERSE beveelt de instelling aan van oen handelsregister. Juist nu de aL- gemeeQe bepaling tegen de oneerlijke mede dinging bestaat, kunnen er afzonderlijke re gelingen naast worden gemaakt. Zeer prac- tisch zou spreker de regeling achten, zooals doze in Eageland on in Noorwegen bestaat, waar men de gewone handteekening be schouwt als het eigen handelsmerk. De heor MENDELS vroeg zich af, of het wel wat geeft te spreken over groote wetge ving met deze Kamer. Men vergenoegt zich met partieele hervormingen naarmate de be hoefte zich doet gevoelen. Urgent acht spre ker de herziening van de pro-deo-procedure, al wil men dan daarbij waarborgen maken tegen het lichtvaardig procedeeren. Drin gend noodig is het ook, dat een einde kome aan de regeling, thans bestaande, dat de commandeerende officier het recht heeft een feit te doen vervolgen door den* auditeur militair, ook, wanneer deze rechtskundige zegt, dat er geen strafbaar feit is dat de heele zaak de grootste onzin is. Ook drong spreker onder meer op het bevorderen van meer medewerking bij amb tenaren, vooral met advocaten, die zelfs gra tis hun taak vervullen. In de zaak van den postzak-diefstal te Amsterdam weigerde do directeur van hot postkantoor den verdedi ger den toegang tot het postkantoor. Spre ker keurde af de circulaire tegen het te hoog tarief rekenen door deurwaarders De heer VAN SASSE VAN YSSELT drong aan op het spoedig tot-stand-komen van de administratieve reehfcspraak. Ook spr. besprak o.a. de eigenaardige positie van den auditeur-militair tegenover den com mandeerenden officier. De heer SPIEKMAN keert zich tegen het langzaam insluipend misbruik bij de toepas sing van de wet op het arbeidscontract, met name bij het heffen van staangeld. In ons land wordt zeer veel sta angel cL geheven en zonder het in-acht-nemen van de betreffende bepalingen. Het antwoord, dat de minister te dezer zake geeft, is ten eenenmale onvol doende. Ditzelfde geldt ook voor hetgeen de Minister zegt 'omtrent de zeelieden, die te gen hun wil heel ergens anders heen wor den gevoerd dan'waarvoor zij werden aange monsterd. De vergadering werd daarop verdaagd tof Donderdag te elf uren. Hot A f d eel in gsversl ag over de Bcgrooting van Marine. Kort dienstverband. Sommige leden stelden prijs op nadere mededeelingen, o.a. omtrent de nieuwe be palingen voor aanneming van matrozen met kort dienstverband, de "exameneïschon voor personeel beneden den rang van officier, de ma'atregelen van ïinaneieelen aard, in het belang van het personeel genomen,- en zij spraken de verwachting uit, dat bij de vol gende begrooting, liefs- met betrachting van de grootst mogelijke volledigheid, op den in geslagen weg, van het geven van inlichtingen als thans geschiedde 'omtrent genomen maat regelen, zou worden voortgegaan. V1 o o t c o m m i s s i e. Opnieuw werd aangedrongen door ver scheidene leden, op de in de laatste jaren ter sprake gebrachte instelling van een Ylootoommissie, waardoor ongetwijfeld de band tusschen de volksvertegenwoordiging en de vloot in niet onbelangrijke mate zt>u wcw den versterkt Uitbreiding der Vloot "Terwijl sommige leden geen aanleiding vonden omtrent de uitbreiding van onze vloot in principieele bespreking te treden, we zen anderen er op, dat ten deze geen vaste ljjn wordt gevolgd, terwijl toch aan regel matige versterking onzer marine zoozeer behoefte bestaat. Eenige leden vroegen of de minister zich verantwoord acht de indiening van hoi; ont werp-vlootwet nog uit te stellen, nu toch reeoB waardevolle gevolgtrekkingen zijn te maken uit de krijgsbedrijven, we.ke ter zee plaats hadden, en of de ondervinding en de uitkomsten van de actie der onderzee booten den minister nog niet tot een gevestigde overtuiging hebben geleid. Het is voor ide Ka mer moeilijk de wisselvallige politiek van opvolgende ministers met juist inzicht te volgen. Als voorbeeld van onstelselmatige vloot- politiek, wees- men op de voorgenomen be wapening van de 'pantserschepen van het type „Koningin Regentes". Tot de vra3g, of aldus niet opnieuw geld nutteloos zal worden weggeworpen, leidde ook het voornemen, omi de kanonnen van 7.5 c.M. door kanonnen van 15 cM. te vervangen. .Onderzeebooten. Dat regelmatige versterking der vloot niei mag uitblijven, bewees, naar sommigen op*- merkten, hetgeen omtrent de onderzeebcoten bekend is. De minister constateerde het vo rig jaar, dat men in het bezit zou komen van 10 onderzeebooten, n.l. de IVII en do 3 K.-booten. Wanneer nu de twee van «je eerstgenoemde booten naar Indië worden gezonden, blijven er voor de marine in Ne derland slechts; 5 over, waarvan een reeds in 1904 op stapel werd gezet en ,dus verouderd mag heeten. Men merkte hierbij op, dat ook de booten II en III, in 1909 en 1910 op sta pel gezet, spoedig verouderd zullen zijn, ter wijl de dienst in Indië weinig gebaat is met de zénding van kleine onderzeebooten; naar het oordeel van deskundigen, voor de daar te verrichten taak geheel ongeschikts Men ver gat niet, dat door de recente .toevoaging het aantal onderzeebooten op 14 zal worden gebracht. Echter wees men op- het nadeel van zooveel verschillende typen. Gaarne werd men ingelicht omtrent het aantal verschil lende typen bn onze vloot. Voorts werd gewezen op het gebruik, dat elders van onderzeesehe mijnleggers wordt gemaakt en geïnformeerd naar de resultaten. Marine-ingenieurs. Enkele leden bepleitten het nut van deta cheering van marine-ingenieurs bij buiten- landsche werven, vooral in de Vereenigde Staten Andere leden achtten detachcering bij de werven m Engeland en Duitschland beter, doch vreesden, dat het thans p-ravtlsch onuit voerbaar was wegens gebrek aan menschen. De nieuwe kruis ers. Men informeerde, wanneer de kiel der, kruisers zal worden gelegd en waarin de oorzaak te zoeken is van dezen uiterst tragen gang van zaken. Zrjin de contracten reedsi geteekend en wanneer zullen de schepen volgens deze gereed zjjn? In verband met de geruchten betreffende opdracht van den bouw der kruisers aan de Ned. Scheepsbouw-Mij., te Amsterdam, en de Kon. Mij. „Do Sche.de", te Vlissingen, ter wijl de maaischappy „Feyenoord" schadeloos zou worden gesteld, oordeelde men het waar schijnlijk, dat, indien de schepen door de combinatie De Schelde-Feyenoord waren ge bouwd, de bouwsom lageT zou zijn geweest Men vroeg, indien dit juist' is, hoeveel het verschil bedroeg en wat de motieven (dor regeering zijn geweest, om over dit verschil heen te slappen. Gaarne vernam men den loop der onder-^ handelingen en wilde weten of de ontwerpen" von het departement dan wel van een of meer firma's afkomstig zyn. Nog rees de vraag of bjj aanbouw van volgende schepen van dit type opnieuw 'n royalty zou moeten worden betaald voor he? gebruik maken van in den vreemde ge maakte plannen. Men zou alsnog gaarne de volgende vra gen beantwoord widen zien: lo. Is in de contracten een bepa'lng op genomen voor liet geval de schepen niet een snelheid van 30 mijl halen? Doe groot is de waterverp.'aaïsing, die ten slotte de schepen zullen hebben en in welken toestand van toelading en hoe groot zal de werkingssfeer zijn^ varende van den normalen diepgang af totdat de brandstof verbruikt is? 3o. Hoe hoog zuilen de kosten zijn voor het eene en voor het andere schip zonder bewa pening, munitie en waarlooze deelen en jneti deze inbegrepen? Hoeveel bedraagt do extra-reserve-munitio en wuft; is hiervan de prijs Is er ook reserve- geschut besteld voor deze schepen? 4o. Hoeveel duurder per ton watervee- Uit het Engelsch van Miss YONGE. (Nadruk Verboden). 25) Dat kan over het algemeen alleon ge voeld worden door rijperen van leeftijd dam dien zij bereikt, had en wrordt niet dan door getrouwe zelfbeproeving verkregen. Zij wandelde nog in <le schemeringlangza merhand moest het ldoht voor haar opgaan. Allo lust en moed was bij haar uitge doofd, sedert men haar de hoop benomen had haar moeder en zuster te zien. Het te genwoordige was vreesel ijk, de toekomst treurig en duister, on daarbij was zij geheel aam ziohzelve overgelaten. Zij spande al haar kraohton in, om te doen wat zij als plioht aanmerkte, haar huishouding te be hartigen, on al zulke boeken te lezen, waar uit zij iets hoopte te loeren, docili zoodra die taak was afgedaan, gaf zij rioh geheel aam haar moedeloosheid over en deed geen moeite can zich boven haar zorgen te ver heffen misschien had "zij er ook de kraoht met toe, want die dagclijksohe onaange naamheden mob haar keukenmeid hadden haar veel nadeel gedaan, terwijl het haar no£ grooter kwelling was zoovele uren vam de Londensohe mistige dagen en lange a/von- den in eenzaamheid door te brengen. Haar vroolijke boeken waren spoedig uifc- gelezcai, en zij lag het grootsD© gedeelte vam ■den clag op de sofa met haar naaiwerk be- niets hoorende dan het onophoudelijk geratel van de rijtuigen. Daar lag zij dan PCPP-zén ove r hot tekort in haar rekening .zich angstig te maken over allerlei kwade voorteekenen en de vermeende koelheid van Arthur, totdat haar hart dreigde te breken, en haar tranen eerst bij enkoio droppels, en daarna bij stroomen over haar wangen vloeiden. Zij had dan niemand om haar oen wednigje op te wekken, nie mand om in haar hoop en vrees te deelen. Yam haar plannen en zorgen te hooren ver veelde haar echtgenoot"; zij verborg die dus alle in haar hart, hoewel ze haar vreese- bjk drukten. Brieven schrijven bracht haar ook niets dan kwelling aanzij kon het denkbeeld niet verdragen, dat haar fami lie zou denken, dat zij ongesteld of niet ge lukkig was, en nog meer vreesde zij, clat zij door een of am der woord aanleiding zou kunnen geven, dat haar moeder haar aan bood om over te komen. Haar brieven be vatten weldra niets meer dan uitweidingen over 1 ftgecn men haar van Wrangerton gemeld hadzij schreef minder dikwijls, was dan bevreesd, dat haar familie zou moenen dat zij te grootsoh was om zich over hen te bekommeren, en weende en snikte dan van verlangen naar huis. Het deed baar een weinigje meer genoegen, aan de dames te Rick worth te schrijven, want zij verwachtte de Brandons in het begin der Mei, en haar eenige hoop om raad en hulp te erlangen was op Lady Elizabeth gevestigd, want wat Arthur's plan aan ging, om haar op liet bijzijn van Lady Mar- tindale en Theodora te vergasten, wist zij reeds vooruit, dat de vrees en gedwongen heid, die zij in haar tegenwoordigheid ge voelde, haar op dien tijd onuitstaanbaar zouden zijn. Haar echtgenoot kon niet het minste ver men den hebben van hetgeen zij leed. In zijn togenwoordigheid werd zy een geheel an der wezen al haar verdriet w-as dan opge lost in den ©enigen we-nsdh, hem te beha gen.-Wat zij ooik in zijn afwezigheid mocht verduurd hebben, zoodra zij hem hooTde aankomen, kwam er leven in haar houding, en kleur op haar wangen. Zij dacht er rsiet aan om zioh te beklagen haar moeder, die zoo dikwijls veel meer reden tot droef heid had, klaagde nooiten de arme Vio lette, dio reeds meende, dat zij voor Arthur een last was, wilde om niets ter wereld, dat haar gezelschap hem nog meer verve len zou. Zij verlangde niets dan een glim lach, een teeder woord, een ldefkoozing te krijgen, en wachtte daarop, alsof haar le ven or van a.fbmgde spanning, waarin zij dan verkeerde, deed haar wamden gloeien, en weinig kon Arthur gissen, hoe bleek on betrokken zij in zijn afwezigheid er uitzag. Haar kleur werd nog verhoogd door het warm stoken, want Arthur was van een kouwelijk gestel en kon niet begrijpen hoe drukkend de dikke Londensche damp kring zijn kon voor iemand, die aan de friasohe berglucht gewoon was. Zoodra hij binnenkwam begon hij te huiveren en knor de, dat zij bij zulk een klein vuurtje zat, totdat zij, om hem genoegen te geven, de ka mer zoo heet als een oven begon te stoken. De deuren van de suite hadden het gebrek om vanzelf open te springen, en do moeite, welke dat toohtgat, zooals Arthur 't noemde haar veroorzaakte, was niet uit te spreken, voornamelijk godurende en week in de maand Maart, dat het. zeer winderig weder en Arthur verkouden was. Zij had nooit over verkoudheid gedacht, doch toon Arthur een geheelen nacht door hoestte, zich koortsig gevoelde, en hoewel hij zijn hand gedurig pp de borst drukte, toch volhield, dat het niets dan pijn in de keel was, en dat zij een Spaansdhe vlieg moest laten halen, maakte zij zich zeer on gerust doch dat verveelde hemhij sloeg haar raad, dat hij te bed zou blijven lig gen, in den wind, en zei, dat vrouwen altijd zulk een geweld over niets maken, toen zij hem zachtjes influisterde of hij niet eens „om iemand" zenden zou. Drie dagen lang zat hij over het vuur to hangen en had in niets lust, terwijl zijn arm vrouwtje al het mogelijke deed om hem op te passen en hem bozig te houden, en wanneer dit haar niet gelukte, meende zij, dat het haar eigen schuld was, betreurde haar nietigheid, en verbeeldde zich, dat hij dezelfde ziekte zou krijgen als zijn broe der, en dat zij hem van gee-nerlcd dienet zou kunnen zijn. Hoe treurig was het voor hem, dat hij zulk oen nare vrouw had, dio hem niet eens kon aniuscoren als hij thuis moest blijven want zij wist hem niets te vertellen, daar zij in zoo Langen tijd niet uit was geweest en niets gelezen had. Dooh op den vierden dag helderde zijn gelaat weer wat op hij vorid de soep lek ker, praatte en lachte weer, en verklaar de, dat, als het weder den volgenden dag mooi was, hij weer zou uitgaan. Den vcCgenden dag was zij zoo verrukt van vreugde, dat zijn hoest over was, veel spoediger dan hij rich kon herinne ren, ooit van een zo zware verkoudheid bevrijd te zijn geweest dat zij er eerst toen hij het huis uitging aan dacht, dat zij nu weer voor zoovele uren tot eenzaam heid gedoemd was. Het was juist het begin van een kwartaal; dio dag bracht altijd nic: ?rc moeilijkheden teweeg in d'e reeds zoo verwarde huiselijke rekening, ca vervuld© haar gehoel met het treurige bewustzijn, dat zij niet' berekend was voor haar taak en het geld van "Maar echtgenoot verspilde. Nu kwam haar de raad van John in de ge dachte, dat zij haar echtgenoot op den staat van zaken opmerkzaam moest, maken, wan neer rij zich niet alleen redden kon; zij begon dus zoo goed mogelijk haar rekening op te maken om ze hem te laten zien, doch hoe meer zij rekende, des te meer zij in de war geraakte; de oneerlijkheid der keukenmeid te moeten vermeldeD, was een zoo groot bezwaar, dat rij or van afzag om haar plan te volvoeren, en zooals gewoon lijk eindigden haar overleggingen met wan hopende tranon. Zij had zich naar bed begeven, om. zich een weinig te herstellen van hetgeen men bijna een zenuwtoeval kon noemen, en was in een lichte sluimering geraakt, toen zij door het tikken aan haar kamerdeur ge wekt werd. Zij sprong oogenblikkelijk op en deed haar best orn te verbergen, dat zij geschreid had, toen Sara binnentrad en op eon toon van gezag zeide: „Mevrouw, daar is Mevrouw Finch en Miss Gardnerik zal maar zeggen, dat gy ongesteld rijt om haar tè onvangen." „Neen, Sara, doe dat niet, ik ben zeer wel, ik was slechs een oogenblikje gaan liggen." ,,U deedt beter niet naar beneden te gaan," gaf Sara met een grimmig gelaat ten antwoord. ,,U zoudfc veel wijzer doen om weer te gaan slapen, nadat u gisteren tot twee uren in den nacht hebt. opgezeten om naar mijnheer te wachten. En uw pe luw ligt geheel dwars, en waar zijn de de kens? Kom, ga maar weer liggen, dan zal ik u eens warm. toedekken." Doch Vicdetto was reeds het bed uit

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 5